SchagerCourant
De teelt
van bloembollen, speciaal
van talpen.
LORD KENDAL'S
TWEEDE VROUW
Tweede Blad.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
Woensdag 22 Januari 1930.
73ste Jaargang. No. 8599
VOOR DEN POLITIERECHTER.
Zitting van Maandag 20 Januari.
TEGEN BETALING VAN 40 PIEK HEEFT HIJ
WEER EEN SCHOON LEITJE.
Op Maandag 25 October Anno Domino 1929 werd
door den politierechter een strafzaak behandeld tegen
'n zekeren meneer Berend B., 'n tamelijk onbehouwen
Fries, die In den nacht van 19 op 20 September in een
café te Texel zonder bepaalden voorafgaanden heibel
een veekoopman 'n jaap in zijn hoofd gaf, welke meer
dan present kon worden genoemd. Voor nader onder
zoek naar de deugdelijkheid des heeren B. werd de zaak
aangehouden en heden, al weer buiten tegenwoordig
heid van den geachten verdachte, die er bepaald iets
tegen schijnt te hebben, persoonlijk met den politie
rechter kennis te maken, voort- en afgehandeld. Ge
vorderd werd een voorwaardelijke straf, doch dit schot
bleek glad mi3 te zijn, daar de Politierechter er in 't
belang van Justitia's brandkas er de voorkeur aan
gaf, den heer Berend B. te veroordeelen tot f 40 boete
of 40 dagen.
ZOO'N BEETJE HEEL RAAR MET ARBEIDSLOON
GEGOOCHELD.
De straatmaker Willem van H., die Oudkarspel als
plaats zijner inwoning gelukkig kan prijzen, had van
rijn principaal, den heer Sjoerd de Vries, opperstraat-
maker te Heerhugowaard, opdracht gekregen Oudkarspel
van een nette straat te voorzien en daarbij als assistent
geëngageerd, zekeren heer De Boer, wien hij echter van
het loon, dat Sjoerd de Vries voor De Boer had vast
gesteld, de som van een daalder onthield, welke vrij
postigheid ten gevolge had, dat de heer Willem van H.
Maandagmiddag wegens verduistering terecht stond. Hij
trachtte nu met al de hem ten dienste staande over
redingskracht, de officier en politierechter over te ha
len, tot zijn zienswijs, dat gezegde de Boer door hem
was aangenomen en door hem werd uitbetaald, wat na
tuurlijk onmiddellijk de straf- in een civielrechterlijke
zaak zou hebben omgezet en vrijspraak zou zijn ge
volgd. Het mocht hem helaas echter niet gelukken
dezen coup de maitre ten uitvoer te brengen, eens
deels omdat zijn beweringen niet door de feiten werden
gestaafd, anderdeels omdat heer Willem nu, wat zijn
financieel beleid en afkeer van Cambrinus gaven, het
schuimende bier niet bepaald onberispelijk staat aan
geschreven. De officier althans koos hem tot onderwerp
van een stevige boetpredicatie en vorderde f 50 boete
of 50 dagen, welke krasse straf door den Politierechter
die verdachte als debutant niet al te zeer wilde af
schrikken, werd teruggebracht op f 20 boete subsidiair
20 dagen hechtenis.
I HET GEKAAPTE APPELTJE SMAAKT HET
LEKKERST EN IS HET GOEDKOOPST.
Zekere mevrouw Juliana Magdalena de M., te Den
Helder, wiens echtgenoot, een stoere zee-soldaat, onze
koloniën beschermt tegen de listige kunstgrepen van
de Bolsjewieken, wilde zoo gaarne in de eenzaamheid
van haar echtelijken staat wat leven en vreugd brengen
door middel van de zaligmakende en -smakende Radio
genoegens en betrok Hilverëlim, Huizen, Daventry en
andere actueele stations via de Heldersche distributie,
echter niet en dat was het leelijkste, met goedvinden
en medeweten van den ondernemer Bakkenes. En deze
heer, die zich zoo brutaal zijn kostbare electrische ener
gie ontkaapt zag, voelde er natuurlijk niets voor, me
vrouw Jullaantje in het ongestoord genot van haar
aether-genot te laten. Hij deed aangifte en werd heden
genoemde dame, jammer genoeg voor de afwisseling niet
verschenen, veroordeeld tot f 20 boete of 20 dagen.
Natuurlijk kan ze nu haar loudspeaker wel gebrui
ken voor ondersteek of bedwarmer.
MEN KAN ZICH OP ZOO'N KLEIN HIPPIE
LEELIJK VERKIJKEN.
De lange veehouder Nicolaas Pieter Br., te Barsln-
gerhorn aan den' Heerenweg wonend, was omstreeks
October in het bezit van een 14-jarige kamenier, Brecht-
je Vader, welke jonge dame reeds blijken gaf van een
vooruitstrevende natuur en reeds vaste minne-betrek
kingen oftewel verkeering had aangeknoopt met een
stoeren knaap van Hollandsch ras
FEUILLETON
door META SIMMINGS.
e.
„Stel je niet aan! Dat is ook al een nieuwe trek in
Je karakter. Ik kan niet langer op een verklaring
wachten. Ik heb je te lang vertrouwd, en mijn ver
trouwen is nu voorbij, je hebt zelf het graf er voor
gegraven. Denk je soms dat ik heelemaal gek ben?
Of verbeeld je je dat ik deze laatste maanden blind
was? Of doof voor den naam van den man met
wien de jouwe dezen laatsten tijd voortdurend samen
genoemd is? Ik zeg je, nee, ik kan je niet vertellen,
wat ik dagelijks verwacht heb te zullen hooren".
„O nee, nee, je hebt ongelijk, ik verzeker je, dat
je groot ongelijk hebt". Terwijl ze deze woorden uit
schreeuwde, voelde Cecily zichzelf overtuigd van hun
waarheid. En zelfs in de oorden van den woedenden
man klonk haar stem oprecht. Maar het gevoel van
onrecht was sterker, hij sloot zijn ooren voor rede
nee ring.
„Vertel me dan wat je brief aan mij beteekende
het duidde op een bekentenis; beloofde een verkla
ring. Geef mij die nu'".
De vlammen sloegen Cecily uit. Dit was het begin
van het onheil, dat ze voorspeld had: inplaats van
de breuk te hechten, had ze haar grooter gemaakt.
„O", snikte ze en in haar stem was al het berouw
hoorbaar over haar dwaasheid van in Heriot's plan
toe te stemmen: „Wees toch niet zoo gevoelloos. Nog
eenmaal vraag ik je me te vertrouwen; wacht nog
een paar dagen, een paar uur misschien. O, ik heb
toch je liefde niet zoo geheel en al verloren, dat je
weigeren kunt me voor een enkelen dag nog te ver
trouwen?''
De man greep haar handen en trok haar niet on
vriendelijk binnen den lichtkring van de lamp. Zijn
•blauwe oogen onderzochten de hare met pijnlijke
nauwkeurigheid en hij las ontkenning van al haar
hartstochtelijke woorden in elke lijn van dit half
van hem afgekeerde gezicht. Dat gelaat, waarvan hij
geloofde, dat de liefde voor een anderen man het ver
Natuurlijk gevoelde br* i'eve kind er behoefte aan,
als haar galant aan d ur van den heer B. ver
scheen, haar jong hai._ s heerlijk uit te storten,
doch het scheen, dat haar patroon dat zonnetje niet ln
het water kon zien schijnen, althans toonde hij zich
door dat eindeloos zoet gefluister der geliefden uiterst
gebelgd en onthaalde hij de 14-jarige hittepetit op eenige
qualificaties, waarover zelfs 'n dame de conversation,
op de Zeedijk resideerende, zich niet gestreeld zou
hebben gevoeld. We zullen dan ook zoo verstandig zijn,
deze benamingen aan de vergetelheid prijs te geven.
De heer B., door de bemoeiingen van Brechtje en haar
bewonderaar op de bank der zondige bokken gebracht,
beleed nu wel zijn drift, maar ontkende zulke grove
woorden te hebben gebezigd als de dagvaarding hem ten
laste legde. Hij kon het echter tegen de pertinente en
eensluidende verklaring van Brech en haar Kloris niet
bolwerken en werd alzoo tot f 20 boete of 20 dagen
veroordeeld.
HET STOMME GELD, ZOO VREESLIJK STERK.
GEEFT OOK DEN RECHTR HEEL WAT WERK.
Als ze mij zouden willen wijsmaken, dat de ruzie in
het Paradijs eigenlijk voortkwam uit een centenkwestie,
zou ik haast geneigd zijn, het aan te nemen. Want uit
dat ellendige geld, dat ieder toch zoo liefheeft, zijn al
heel wat onaangenaamheden voortgekomen.
Thans was het weer den 31-jarigen monteur en rij
wielhersteller Joh. K uit Hoorn, die de sigaar was, om
dat hij naar aanleiding van een schuld wagens gedane
reparatiën, die hij niet kon bemachtigen, met zijn debi
teur, zekeren heer Van Dijk, 'n hoogloopende ruzie
had gekregen en ten slotte met zijn vuist verder was
gaan debatteeren. De heer Van Dijk, wiens hoed door
de ontvangen opstopper de allures van een Fokker twee
dekker had vertoond, was over de manier waarop de
monteur zijn vordering voor verrichte werkzaamheden,
die niet eens zijn tevredenheid wegdroegen, had willen
ineasseeren, bijster ontsticht, wat hij niet verzuimde
den politierechter mede te deelen.
De schuldeischer evenwel betoogde, dat hij absoluut
niet voornemens was geweest, den heer Van Dijk, die hij
beschouwde als een zeker soort neus, die hevig door
verkoudheid was aangetast en dien hij wel kon maken
en breken, een slag te geven.
Niettemin werd f 25 boete of 25 dagen gevorderd en
toen verdachte te kennen gaf dit bod te hoog te vinden,
deed de politierechter er nog 5 piek af. Meer korting
kon niet worden verleend. Het ging nu werkelijk voor
eigen geld, zoodat de veroordeelde hiermede nolens vo-
lens genoegen moest nemen.
AANGENAME VARIATIES IN HET EGMOND AAN
ZEESCHE DORPSLEVEN
Niemand zal durven beweren dat het aan gezellige af
wisseling zelfs in het duffe wlntersaisoen ontbreekt,
want als de heeren zich onbetuigd laten, dan zorgen de
welbespraakte en niet gauw van de sokken geslagen
dames er wel voor. De rijksveldwachter Bergsma zou
dan ook zijn standplaats zelfs niet willen ruilen voor de
Gouverneursbetrekking van Curagao.
Aan amusante of emotievolle voorvallen ontbreekt het
maar zelden en zoo had onlangs de 21-jarige Jaantje Z.
het hevig te kwaad met een eveneens nog ongehuwde
maagd Kniertje Groen, die zij in ongezouten termen in
kennis stelde met haar doopceel om vervolgens, toen
zij merkte dat het slachtoffer de assistentie inriep van
Bergsma, haar uit louter wraak over deze verradelijke
handelswijs onthaalde op een uitgezochte portie stom
pen en klappen.
Toen Jaantje Maandag voor den Politierechter ver
scheen, als verdacht van mishandeling en beleediging,
was er natuurlijk niemand anders dan zij die de waar
heid sprak en liet ze zelfs niet na de waarheidsliefde
van den braven heer Bergsma verdacht te maken. Maar
de heer Politierechter kent juffrouw Jaantje wel, ze
kwam niet voor de eerste maal door haar rappe tong in
ongelegenheid. Maar hij wilde haar toch niet ruineeren
door het opleggen van 35 gulden, zooals de royale heer
officier voorstelde, doch bepaalde de straf op f 15 boete
of 15 dagen, welk bedrag hopelijk meer ln verhouding
is met de vermoedelijk broodmageren toestand van
Jaantjes portemeniks.
DAT WAS ZOO'N BEETJE LOOD OM OUD IJZER.
De 15-jarige en gezonde Broek op Langendijker vlie
gende Hollander student Lou Kos had op 12 December
aldaar van een anderen jongen, met name Pieter P.,
'n doffer op z'n aanschijn gekregen, die er beslist niet
naast was en hem een bloedneus en gezwollen lip be
zorgde. Aangifte van deze aanranding werd gedaan en
heden werd deze mishandeling door den niet-aanwezi-
gen Piet P. door den politierechter behandeld. Het bleek
echter alras, dat het optreden van Loutje tegen den ze-
nuwachtlgen en geestelijk eenigszins achterlijken Piet
ook niet smetteloos was. De politierechter bracht dit
Lou dan ook behoorlijk onder het oog en veroordeelde
den hardhandigen, maar gepVaagden Piet tot slechts f 1
boete of 1 dag.
•N KLAP, 'N STOMP, 'N DOUW EN 'N DOUWTJE.
Zoek maar uit, Jaap heb er nog maar een paar! Het
is een merkwaardig verschijnsel, hoe iemand die voor
den politierechter moet verschijnen, wegens een of an
dere sociale fout, altijd probeert het gewicht van zijn
handeling te verkleinen. Het was wel te wenschen, dat
de candidaten voor de Tweede Kamer ook zoo" nederig
waren Menige volksvertegenwoordiger, die nu genoege-
jongd en verzacht had. Nooit had hij de vrouw, die
hij getrouwd had meer lief gehad, dan op dit oogen-
blik nu hij in zijn felle jaloerschheid meende, dat hij
haar haatte.
Met een gesmoorden vloek liet hij haar los en
wendde zich van haar af.
„Lieg niet langer!" zeide hij. „Ik geef nog te veel
om je God helpe mij om je te dwingen jezelf
nog zwarter in mijn oogen te maken. Maar er moet
een eind aan deze grap komen. We kunnen niet blij
ven leven zooals we deze laatste maanden geleefd
hebben er moet een of andere beslissing genomen
worden. Jij moet jouw weg gaan en ik de mijne en
deze wegen moeten nooit meer samen komen!"
„Jij bent het, die het wilt!" riep ze hartstochtelijk
uit. „Onthou dat als-je-blieft Wanneer je ooit komt
smeeken om deze handeling ongedaan te maken en je
krijgt een weigering, onthou dan dat jij degeen bent
die er mee begonnen is."
„Ik zal niet komen smeeken!" zei hij norsch.
Zonder een blik of woord verder, liep hij snel de
kamer door en de deur uit, zijn gelaat wit van woe
de. De deur sloeg dicht en Cecily was alleen.
HOOFDSTUK VIII.
De vrouw en de toekomst.
Ze moest terug, dat was de eenige overheerschende
gedachte in Cecily's geest. Haar positie in dit huis
was ondragelijk, ondenkbaar. Dr. Heriot moest maar
andere middelen zien te vinden om Iris's eer te red
den. Zij had tenminste een alibi voor haar gevonden,
maar wat de toekomst ook voor Iris verder brengen
mocht, zij, Cecily, kon hier geen uur meer blijven; ze
moest terug.
Het leek haar een lange afstand van Carlton House
Terrace naar Norfolk Street, ofschoon hij in wer
kelijkheid kort was, en Cecily's moed was in haar
schoenen gezakt toen ze voor Heriot's deur stond te
wachten. De butler deed open, en voor de man nog
gesproken had, zag Cecily haar dwaasheid reeds in.
Natuurlijk was Heriot niet thuis.
Had hij haar niet verteld, dat hij Lady Kendal ach
terna gaan zou. Zonder twijfel bevond hij zich al in
Southampton. Wat een domoor was ze! Ze bedankte
den man voor zijn inlichtingen en liep door. Wat
nVoest ze doen? Op zijn vroegst kon Heriot pas mor
gen terug zijnMaar plotseling met een schok
van dankbaarheid bedacht zo, dat de kamer in Bat-
H Q «S^Avybert-tabletfen onder
het oefenen ter bescher
ming van de keel, vóór
het optreden ter zui
vering van de stem.
In origin doozen 45 en 65 ets.
lijk zijn 100 pond weekgeld opstrijkt, liep dan misschien
te venten met schuurpapier en andere schoonheidsar
tikelen.
Hoe het echter zij, de heer Bernardus B., landbouwer
te Abbekerk, die op 11 Dec. zijn vak en dorpsgenoot
Broersen een lik van voren op zijn postzegel had toege
diend, omdat Broersen geen 3 sjoof wenschte bij te dra
gen voor de instandhouding van een nieuw damhek,
stond nu voor het feit terecht, bewerende dat hij alleen
maar 'n douw, die later zelfs versmolt tot 'n douwtje,
aan Broersen had gegeven. Mocht men het echter over
de kwaliteit van Nardus' watjekou niet eens zijn, de
Officier en Politierechter meenden in aandoenlijke een
stemmigheid, dat nu Bernardus ook een douw toekwam.
Op Maandag 20 Januari 1930, hield de Vereeniging
van Oudleerlingen der Rijkslanctbouwwintcrschool te
Schagen, in het Noordhollandsch Koffiehuis te Scha-
gen, opnieuw een cursusvergadering.
De Voorzitter, de heer IC. Koster tc Midwoud, heet
de aanwezigen welkom, in het bijzonder den spreker,
de eereleden, die van heinde en ver zijn gekomen,
vooral de heer H. Visser van Utrecht, oud-leeraar der
R.L.W.S., voorts de oudleerlingen en de leden van
Noorderkwartier. Het onderwerp dat de heer Ir. K.
Volkersz te Lisse zal behandelen, de teelt van bloem
bollen, speciaal van tulpen, staat in 't brandpunt der
belangstelling, wat ook blijkt uit het groot aantal aan
wezigen. Het doet spr. genoegen dat de heer Volkersz
bereid is bevonden zijn lezing te willen houden, waar
de teelt van tulpen al meer en meer in onzo omgeving
ter hand wordt genomen. En dat de lezing op prijs
wordt gesteld, blijkt ook wel uit het feit, dat hier
op de tafels getrokken tulpen pronken, welke atten
tie de firma Van Leeuwen te Sassenheim door tus-
schenkomst van den heer Brander heeft mcenen te
moeten maken. Spr. heet dan in het bijzonder wel
kom de heer Ir. Volkersz. Doordat het in verschil
lende takken van bedrijf slecht gaat, hebben velen de
teelt van tulpen ter hand genomen en als de geachte
spreker ons ten dien aanzien van ruime voorlichting
zal kunnen dienen, zal dat door ons op hoogen prijs
worden gesteld. Met den wensch dat we weer zul
len hebben een zeeV leerzame dag, verklaart spr. de
bijeenkomst voor-geopend..
De heer Ir. IC. Volkesz dankte den Voorzitter voor
de wijze waarop hij spr. heeft ingeleid en den heer
Brander voor de attentie met de hier prijkende tul
pen. De taak waarvoor spr. in ons midden is en waar
aan hij zal hebben te voldoen, is een zeer eigenaar
dige, juist omdat de teelt van tulpen in aller belang-
•stèlling staat en waar men, wat logisch is, van dezen
'middag heel. wat verwacht, daar zal het voor spr.
moeilijk zijn om aan die hoogc verwachtingen te vol
doen. Spr. weet dat men allen in zeer korten tijd bin
nen wil wezen en dat men dat doel meent te kunnen
bereiken door zich op de teelt van bloembollen toe te
leggen. Spr. echter zit reeds 20 jaren in de tulpen en
heeft er zelf geen zijde bij gesponnen. Het spreekt
clus vanzelf dat als men de vraag stelt, welke bollen
moet ik nu telen, spr. op die vraag geen antwoord
zou kunnen geven, want dan zou hij ook niet hier
met leege zakken staan. Het is een aangelegenheid die
de beoefenaars van het vak ook zelf niet weten en
vooral dus zij niet die met de cultuur niet op de
hoogte zijn. I-Iet is een aangelegenheid die geregeld
wordt door de economische wet van vraag en aanbod.
Als de vraag grooter is dan het aanbod, wordt de
prijs hooger en dat nu is juist moeilijk na te gaan.
Want de vraag wordt door veel andere zaken ver
troebeld, vooral bij de tulpencultuur. Vermeerdering
van den afzet naar het buitenland kan het uitgangs
punt zijn dat daardoor de cultuur is toegenomen. In
derdaad is het waar dat daardoor de teelt is uitge
breid, de levensomstandigheden zijn hooger en dat
heeft de uitbreiding mede veroorzaakt. Maar toch is
de uitbreiding op zeer sterke wijze behcerscht door
verschillende ncvenoorzaken.
Een abnormale vraag overal in Nederland is waar
neembaar, niet alleen in de eigenlijke hollenstreek
tusschen Leiden en Haarlm, maar bijna overal en is
tersea nog van haar was." Ze had Mrs. Scott de week
uitbetaald; en den sleutel van het huis had ze nog in
haar handtaschje. Ze had er op gestaan, dezen te be
houden in een vage vrees voor het onbekende, die
over haar gekomen was, toen ze haar oom s aanwij
zingen ontving
Ze nam een bus naar Victoria Station. Het kwam
haar voor alsof het nog nooit zoo druk geweest was
aan het station als nu en de vermoeide naar huis
verlangende manren en vi ouwen nog nooit zoo
stomperig en dringerig geweest waren in den over-
vollen trein. Toch had ze het gevoel van iemand, die
eindelijk thuis komt, toen ze het donkere vieze sta
tionnetje verliet.
Een dikke mist kwam op, en Cecily vond, dat Bat-
tersea een heel eindje van het station lag, toen ze
zich door de van menschen wemelende straten wrong.
Ze verbaasde er zich over wat Mrs. Scott zeggen
zou, als ze bemerkte, dat haar huurster teruggekeerd
was. Ongemerkt liep ze de krakende trappen op naar
boven en deed de deur van haar kamer open. Er
brandde natuurlijk geen licht, maar toch was het
vertrek niet absoluut duister. Men had er een vuur
aangelegd, dat een schemerachtig schijnsel ver
spreidde en de kamer met een misleidende vroo-
lijkheid vulde.
Cecily deed de deur zachtjes achter zich dicht en
zocht naar lucifers. Een oogenblik maakte de angst
zich van haar meester, dnt Mrs. Scott een opvolg
ster voor haar gevonden had, en deze wijkplaats
voor haar verloren was. Toen de kaars brandde, zag
ze eensklaps haars vrees bewaarheid. De kamer, die
zij zpo netjes en opgeruimd verlaten had, vertoonde
sporen van een vrouwelijke bewoonster. Een paar
hooggehakte schoentjes stonden voor het bed, en
verschillende kleedingstukken zwierven in de ka
mer.
Met afkeer draaide ze zich om, om weg te gaan,
beschaamd over haar indringen in eens anders hei
ligdom. Daar vielen haar oogen op het bed, met een
kreet deinsde ze terug, want daar lag een vrouw,
wier wit gezicht haar even vertrouwd en bekend
was als haar eigen. „Iris!"
Ze boog zich over de slanke gestalte heen, die
daar in de zorgelooze houding lag, die ze zich nog
zoo goed herinnerde uit hun kostschooldagen: half
op haar rug, een arm onder haar hoofd gebogen.
Met een kinderlijk verlangen naar zekerheid raakte
ze de van het bed afhangende hand voorzichtig aan.
Maar het was eigenlijk niet noodig die koude vingers
die hü dan ook heel secuur ontving in den vorm van
f 20 boete of 20 dagen.
ZE KUNNEN RAAR OMSPRINGEN MET JE
ROMMELTJE.
Zonder twijfel zal de boerenknecht van Woezik dezs
treurzang ook wel uitjanlien, want hij werd in den nacht
van Zondag 22 September maar leelijk de dupe, van de
brutale streek, hem gespeeld door den 23-jarigen bloe-
mistbediende Leendert van D. te Anna Paulowna. Dit
jonge mensch was zoo vrijpostig de fiets van v. -Woezik
te annexeeren om er mee naar huis te peddelen, En in
plaats te zorgen dat de eigenaar zijn rijwiel in behoorlij
ken staat terug kreeg, leende hij het karretje aan zijn
broer aan wien het op zijn beurt weer werd ontgapt.
Toen v. Woezik Maandag zijn fiets dan ook in de recht
zaal terug zag, ontbrak het belastingmerk en de re
flector en 'niemand wist waar die dingen gebleven wa
ren. Meneer de bloemist die nu terecht stond wegens
rijwieldiefstal, beweerde ijskoud, niet de bedoeling om
te stelen te hebben gehad. Hij had rustig afgewacht, of
de eigenaar per annonce zijn eigendom zou opvorderen!
Het bleek echter dat dit systeem: de kat uit den boom
kijken", niet geheel aanbevelenswaardig was, daar de
snuggere Leendert (nog zeer genadig) werd veroordeeld
tot f 25 boete .of 25 dagen.
Morgen weer een andere kindervoorstelling
de omvang dier uitbreiding niet te bekijken. Die uit
breiding is toe te schrijven aan dezen ondergrond, dat
het met de eigen teelt, in landbouw en tuinbouw
niet goed gaat en het logisch is. dat men naar iets
anders uitziet en wel naar glascultuur en bollencul-
tuur.
De welvaart in onze streek, zegt spr., is een prikkel
geworden om de teelt van tulpen ook elders te beproe
ven. En juist deze omstandigheden zijn oorzaak, dat
men den werkelijken toestand niet kan overzien. Wel
is ook de vraag naar tulpen toegenomen, maar het
is de vraag naar plantgoed die mede oorzaak is dat
de prijzen der bollen zoo hoog zijn. Er bestaat geen
statistiek ew de hoeveelheid grond die voor de
bloembollencultuur gebruikt wordt, vooral niet waar
het tulpen betreft en juist daar zou, al is het niet al
les, veel uit af te leiden zijn. Wel weet men dat uit
breiding der cultuur plaats heeft, maar tot welken
omvang is niet bekend. Het is niet bekend waarmee
de oppervlakte beplant is, we weten niet hoeveel er
van de verschillende soorten zijn. En dat nu maakt
het bedrijf juist zoo buitengewoon risquant, want ten
slotte is Liet bij den afzet de verbrui leswaarde van een
bepaalde variëteit, die den doorslag geeft. Verbruiks-
waarde en voorraad zijn nauw met elkaar in verband.
Daardoor is het moeilijk de keuze van de teelt te be
palen, want voor de verbruikswaarde vraagt men zich
af hoeveel is er van een bepaalde soort. En nu be-
heerscht de kwaliteit wel de verbruikswaarde, maar
niet de vraag naar een bepaalde soort, omdat er bij
deze cultuur een zekere mode bestaat en dat nu
maakt dat het vak tot zulk een wisselvallig iets.
Aan ons vak zitten allerlei haken en oogen en laat
staan dat iemand, die met de cultuur niet bekend is,
daarvan op de hoogte is.
De vraag naar onze tulpen is niet alleen geba»
seerd op dc verbruikswaarde en de mode, maar ook
op de manier waarop zij worden verkocht.
Dc afzet heeft plaats door exportfirma's in het bui
tenland, die er op uit zijn winst tc .maken. Hoe zit. nu
deze handel in elkaar? Meestal is elke handelaar eou
groot-kweeker, wat verband houdt met de vele risico's
die aan den uitsluitenden handel zou zijn verbonden.
De verkoop geschiedt reeds lang voordat de oogst be
kend is, soms loopt de inkoopsprijs op en naderen
in- en verkoopsprijs elkaar, soms zelfs overschrijdt
de inkoopsprijs den verkoopsprijs cn is het met de
winst gedaan. Een bloemist nu is niet voldoende safe,
wanneer hij zelf geen bollen kweekt. Hoe grooter cul
turen hij heeft, hoe veiliger zijn bedrijf. In de laatste
jaren heeft de buitenlandsche handel slechte tijden
doorgemaakt, maar als dezelfde handel in het zadel
blijft, komt dat, doordat het met de eigen inkomsten,
uit eigen bedrijf goed is gegaan. De handelaar im
mers verkoopt in de eerste plaats wat hij zelf kweekt,
de. ondergrond van zijn handel is eerst uit eigen
kraam tc verkoopen, om daarna wat bij te koopen.
Geen enkele handel is hestaanbaar, of hij moet bij-
koopen. Maar de handel weet beter dan een ander
wat in het buitenland is te plaatsen en dus verkoopt
hij eerst wat hij zelf kweekt, hij heeft een beter in
zicht van wat gevraagd wordt.
De algemeene toestand is clus, dat wie zelf geen
handel heeft, aan exporteurs moet verkoopen en als
de winst klein is, is dc risico van het bedrijf grooter,
immers hij is afhankelijk van den verkoop.
Ondanks den hoogen prijs der tulpen is dc uitvoer
toch verhoogd. Dat zou men kunnen wijten aan do
te voelen om Cecily Gerard te vertellen, dat haar
nicht Iris Kendal gestorven was.
Met een vlugge krampachtige beweging zette ze
de kaars weer op de tafel neer, half werktuigelijk
daarbij opmerkend, dat er nog maar een kort stomp
je in den kandelaar zat: in een afschuwelijk korten
rijd zou het opgebrand zijn en dan bleef ze alleen in
ae duisternis achter alleen waarmee? Ken wilde
ontembare vrees greep haar aan, ze kon geen oogen
blik langer in deze kamer blijven een hevige
drang om schreeuwend van deze plaats \yeg fe
vluchten greep haar bij den keel. Ze bewoog zich
naar de deur om de oplossing van dit mysterie t»
gaan zoeken en al dien tijd leefde er in haar brein
een afschuwelijke twijfel, een twijfel in hoeverre
Felix Heriot, haar oom. de hand gehad had in het
scheppen van dezen verschrikkelijken toestand. Bij
de deur gekomen stond ze stil en keek om zich heen
en een ander instinct, dat van zelfbehoud drong
haar eensklaps iets erg bekends voor in de klecdincr-
stukken, die hier en daar over de stoelen verspreid
lagen. Ze bezag de japon, die vlak bij haar lag wat
nauwkeuriger, stak haar hand uit en betastte haar
met een angstig voorgevoel. Het was haar eigen ja
ponAl die verspreide kleedingstukken waren
van haar: Iris Kendal was hier heen gekomen met
haar kleeren aan; de kleeren. die zij zoo onwillig
afgelegd had in Dr Heriot's huis en aan de zorg van
zuster Gilson overgegeven.
Wat beteekende dit alles?
Dit was Dr. Heriot's werkEn terwijl ze daar
stond, wist ze het met een verlammende zekerheid.
Iets van zijn bedoeling met het ongerijmde telegrnm
begon in haar hersens te schemeren; hij had er oin
gelachen, toen ze er tegen hem over begon: dat was
maar een grapje, bedoeld om haar gauwer hierheen
te krijgen! En ze voelde zich beschaamd over haar
goedgeloovigheid om zooiets ook maar voor een
oogenblik ernstig opgenomen te hebben. Nuhet
was een complot, waarin hij haar maar al te ge
makkelijk betrokken had; een gemeen complot, dat,
naar ze vagelijk veronderstelde, gemunt was op den
echtgenoot van de gestorven vrouw op Anthony
Kendal. Zou Iris, Iris, die nu dood was, er zelf in
betrokken zijn?
Met een luid gesputter stierf eensklaps de kaars
en liet haar alleen in het donker met de doode.
Wordt vervolgd.