Alisnsn Niins- GEESTELIJK LEVE IN DE BLOEMEN. Uitgevers: N.V. v.h. TRAPIt INCo., Schagen. Eerste Blad. Een advocaat van kwade zaken. HEERENBAAI Gemengd Nieuws. g-Buyiifl"- Zaterdag 1 Februari 1930. 73ste Jaargang No. 8605 Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het .eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTREKENING No. 23330. WT, TELEF. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.65. T.osse nummers 6 cent ADVF.RTKN- TI6N van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bcwijsno. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT ZES BLADEN. In mijn vorige artikel „Zelfkennis." schreef ik: „Ik leg den nadruk op dit: eerlijk. Want juist die eer lijkheid ontbreekt zoo dikwijls". En ik nam mij voor daaraan een volgend „geeste lijk leven" te wijden. Wanneer mijn trouwe lezers het opschrift lezen, zal het hun terstond wel tamelijk duidelijk zijn in welken geest dit artikel gesteld zal zijn. Wij kennen allen de nu niet bepaald vleiende beti teling: „advocaat van kwade zaken". Een advocaat, die zóó wordt genoemd staat niet gunstig bekend. Daar gaat men heen met schunnige zaakjes. Zijn hulp roept men in, als men gevoelt iets verkeerds te hebben gedaan, en toch probeert zich er uit te redden. Zoo'n advocaat van kwade zaken is een „gladde" kerel, een man die praten kan, pr&ten, r.een, zijn weerga is er niet! Hij staat voor niets en redeneert iedereen onderste boven. Het allerkleinste maasje in de wetten weet hij te vinden en als een aal er doorheen te kruipen. Wat krom is, weet hij recht tc- praten en wat recht is, krom. Niet w\ar, we kennen allen de wijze, waarop de volksmond zich uit over die „reuzekerels", uit wier handen j? moet zien te blijven, maar die heel wat waard zih, als je in de benauwdheid zit en die je uit de gevanenis weten te houden, terwijl de deur daar van om :oo te zeggen juist voor je open stond. Ze laten zie, goed betalen, 't is waar, maar je moet er ook wat oor over hebben om buiten de cel te blijven, als je eipnliik volgens de wet er in. thuis behoort of om een iooge schuld niet te moeten betalen, als je toch op loreelen grond daartoe verplicht bent. Welnuzulke advocaten van kwade zaken zijn wij zeer'ikwijls ten opzichte van onszelf! Dat is lisschicn niet prettig om te lezen, maar- is 't nietwaar? Zijn w:,niet juist tegenover onszelf geneigd om het verkeerd recht te praten, het kwade te vergoelijken en doenve dit gewoonlijk niet t e g e n-b e t e r-w e- ten-in.V'ant dit tegen-beter-weten-in is juist het karakteïtieke, het typisch-kenmerkende van den advocaayan kwade zaken. Hij is niet e e r 1 ij k. Maar in wij eerl ij k bij de beoordeeling van ons eigen defen en doen? Noemen wij dan slecht, slecht en goed^ed? Laten jij dan nu eens wèl eerlijk zijn: dan moe ten wij tennen, dat we er altoos in sterke mate toe geneigdjn om niet alleen allerlei verontschuldigin gen aait voeren als 't onszelf betreft, maar zelfs het zooberedeneeren, dat we nagenoeg alles met mooie, jde, zuivere bedoelingen doen. Tegener anderen! Ja, dan staan we dadelijk klaar n een oordeel en wij zijn hard, scherp, wreed as. We willen niet hooren van verzachtende omstanheden, van noodlottige omstandigheden. En wij 2gen er aan toe dat ons zoo iets niet zou gebeuren dat w ij ons wel anders zouden gedra gen! En alet zoo ver komt, wat dan? Waar blijft dan onze nhaftigheid, onze sterke zedelijke wil? En dbegint de advocaat van kwade zaken! Dan gaan \»egen beter weten in onze zwakheid, immorfiit goed praten en we weten het soms zoo handig doen, dat we zelf in onze eigen redenee ring gagclooven. En legaat die redeneering tegen de intuïtie in. Dat wiggen: wij voelen wel dat we onszelf be driegend diep in onszelf is wel de waarschuwen de ster- maar wij dringen dat gevoel weg en trachteie stem te versmoren. Onzep wordt gevraagd v.oor eon goed, mensch- lievenèl. Wij erkennen het mooie daarvan. En toch ho wij niet. Waarom niet? Daar was toch iets in, dat er toe dreef: we hebben deernis met hen, vwie de hulp en steun werd gezocht en wij voeldereeht. medelijden—ja, maar er was ook nog ienders in ons: onze vasthoudendheid ten opzichïn het geld, onze vrees zélf iets te moe ten oren en deze laatste twee wonnen het van de deeen het medelijden. En la eens op. hoe handig we dit dan bepra ten. Etensch moet toch ook om zichzelf denken en om gezin en om de toekomst en terwijl hij dit zichzejjsmaakt, weet hij drommels goed, dat 't niet r is, dat hij gemakkelijk iets geven k&n en datlaarrnede heusch zijn gezin niet benadeelt. En daler ook diep in hem wel eenig gewetens- verzetin die redeneering, maar als een slimme advocfaat'frtj net zoolang, dat hij 't zelf geloovcn gaat. Wón gezel*'chap, waar gesproken wordt over icmaP afwezig 's- *'r wordt niet veel goeds van hemd; zijn ge drag wordt verkeerd uitgelegde men oordeelt over hem zonder iets van zijn motie ven te weten. Wij zouden het kunnen tegenspreken, weerleggen, ontzenuwen, maar we doen het niet. We durven niet tegen den stroom op, vooral niet, wan neer die stroom geleid wordt door mcnschen van naam, van positie, van invloed en dan weten we wel, dat we laf zijn, omdat we tegenover den leugen de waarheid niet durven uitspreken, en dan voelen we ook wel iets als een stil inwendig verwijt, als een aanklacht, maar dan treedt de advocaat van kwade zaken weer op. En hij zegt, dat we niet anders kón den doen, dan 't onbehoorlijk ware geweest indien wij de goede(!) stemming hadden verstoord door te gen de algemeene opvatting in te gaan en de slim merd weet 't zoo te bepleiten, dat we tenslotte onze lafheid tot een deugd gaan promoveeren! Mijn waarde lezers, gij moet nu zelf uit uw eigen leven maar meerdere voorbeelden zoeken. Ze zullen heusch gemakkelijk te vinden zijn. En dan zult gij er van versteld staan, hoe vaak het in uw en in mijn leven voorkomt, dat wij pogen het verkeerde bij ons zelf te vergoelijken en goed te praten. En hoe zel den het gebeurt dat wij onszelf kortof veroordeelen, hard, streng, onverbiddelijk. Wat is de oorzaak hiervan? Waarom misleiden en bedriegen wij onszelf? Hiervoor zijn m.i. verschillende redenen aan te geven. Allereerst wijs ik op gebrek aan liefde voor de waarheid. Wanneer wij niets wilden dan Mar te er kennen, dan zouden we anders staan tegenover ons zelf. Maar we willen onszelf graag beter zien dan we in werkelijkheid zijn. Het is tegelijkertijd tragisch en komisch, hoe we dan met onszelf omspringen, welk een handigheidjes en trucjes we dan, weten t3 bedenken om ons tekort aan waarheidszin óm te re deneeren in wijs beleid en practische verstandelijk heid. Er is ook ijdelheid in het spel. Evenals de mensch graag iets belangrijks wil zijn tegenover zijn mede- menschen, evenzoo wil hij zich-zelf graag zoo mooi mogelijk zien. Hebt ge wel eens opgemerkt hoe graag menigeen over zichzelf spreekt tot anderen en het dan altijd zóó doet, dat men een goeden indruk van hem krijgt? O, dat begint al heel vroeg. Wat kunnen jongens niet zwetsen en opscheppen over hun moe dige daden. Maar intusschen verzwijgen zij de ge vallen waarin zij een minder heldhaftig figuur maak ten. Het is me vaak opgevallen in treingesprekken, die ik beluisterde, dat men altijd geneigd is, zich zelf op z'n voordeeligst af te schilderen. IJdelheid, ijdelheid! Maar deze ijdelheid speelt ons ook haar parten bij de zelfbeoordeeling! xVaar ik echter in 't bijzonder de aandacht op wil vestigen, is het gebrek aan eerbied voor de eigen persoonlijkheid, het gebrek aan waarach tig zelfrespect. Gebeurt het niet tallooze malen dat bij een mensch dèn pas de schaamte optreedt, wanneer iets van hem uitkomt? Daar zijn voorbeelden te over van personen, die met opgeheven hoofd door de wereld gaan, die een hoogen toon durven aanslaan, die een scherp oordeel wagen te vellen over anderen en die daarbij zich schuldig maken aan geheime verduisteringen, aan gniepige knoeierijen, aan onzedelijke handelin gen. Maar o, wee, als het oogenblik komt van de ont maskering! Dan ineens schamen zij zich, dan kan de schaamte hen zelfs tot zelfmoord voeren, omdat zij niet in da wereld willen staan als bedriegers, fal sarissen, zedelijk-minderwaardigen. Zulke menschen zouden nooit hun dubbelleven hebben kunnen leiden, wanneer zij zèlfrespect had den bezeten. Dit juist hadden ze niet en daarom gin gen zij het verkeerde, wat ze deden, verdedigen. Het was toch niet zóó erg, iedereen knoeide wel eens, en de heele wereld hing immers van bedriegerij aan el kaar en men moest zijn stand ophouden of wat on zedelijkheid betreft: och, die drang leefde immers in den mensch en hoeveel zou er niet door anderen in 't geheim worden gedaan? En- de advocaat van kwade zaken wón het pleidooi! O! als wij maar wat méér zelfrespect bezaten, wat méér hadden van dien hoogmoed, waarop Multatuli eens doelde, toen hij schreef: hoogmoed is de moed om hoog te staan. Dan zouden wij ons zelf niet willen misleiden, maar onszelf willen zien precies zóó als we zijn. Natuur lijk vallen we dan niet mee aan onszelf. Dat is ech ter niet erg. En het groote voordeel er aan verbon den is, dat we dan trachten beter te worden, d.i. onze gebreken te bestrijden, onze zwakheden te overwin nen, onze neigingen te beteugelen. Het is eigenlijk iets heel eigenaardigs met den mensch. T' in zijn wezen egoïst, hij zit vol van ch mist hij die groote zuivere liefde voor zichzelf, die vóór alles hem er toe zou moeten drijven om als mensch uit te blinken. Maar ook hier wordt gebogen voor den schijn, zóó als 't bijna overal geschiedt in de wereld, waar uiter lijke glorie, waar rijkdom, waar macht worden ver heerlijkt cn aangebeden, maar waar grootheid van ziel, vastheid van karakter, geestelijke adeldom ter nauwernood worden opgemerkt, laat staan; gewaar deerd. Welnu, die verkeerde eigenliefde van ons is om te zetten in zelfrespect. En dit zal geschieden zoodra de mensch heeft lecren inzien dat zijn werkelijke waar de niet bepaald wordt door wat hij bezit aan stoffe lijke goederen, maar aan geestelijke hoedanigheden En hij zal zich zelf willen leeren kennen en zien, zóó als hij van binnen is. En Jiij houdt op een advo caat van kwade zaken te zijn. Hij praat het verkeer de niet goed. Hij is eerlijk tegenover zichzelf, durft zichzelf veroordeelen enhij gevoelt hoe de waar heid hem zal vrijmaken. Want éérst de waarheid, hoe pijnlijk ze ook moge wezen vcor onze ijdelheid, en d&n: de strijd tegen het kleine, ïrt zwakke, het minderwaardige, hetwelk bij h&èr lic! t wij hebben aanschouwd in ons zelf. ASTOR. a&tn pwi/cle pi/ptaêcf; ECHTE FRIESCHE 20-50cf. per ons (ook in Kion ERNSTIG ONGEVAL BIJ EEN SKI-WEDSTRIJD. Drie studenten in een afgrond gevallen. V.D. verneemt uit Rome: Uit Ancona wordt gemeld, dat tijdens door een fascistische studentengroep georganiscerden ski-wed strijd een ernstig ongeval heeft plaats gehad. Drie studenten stortten in een afgrond en waren op slag dood. 1/nzapf 7(ur Wutkelier h pa/yeD'S AUTO DOOR EEN TREIN GEGREPEN. Twee dooden. ONGELUK MET EEN GEVANGENIS-AUTO. Uit Boedapest wordt gemeld: Gisteravond is in da nabijheid van Pesterzscbathat een auto voor het vervoer van gevangenen te Boe dapest omgeslagen. De chauffeur en de begeleidende veldwachters konden tijdig van den wagen springen, doch de daarin opgesloten negen gevangenen wer den allen ernstig gewond, waarvan twee levensge vaarlijk. DE TOEPASSING DER DRANKWET IN DE V. ST. Ook voor Amerikaansche ambtenaren in het buitenland. V.D. verneemt uit Washington: President Hoover heeft bepaald, dat de drankwet ook van toepassing is op de officieele ambtenaren der Amerikaansche regeering in het buitenland. Het ge bruik van drank door hen in het openhaar en ook in het particuliere leven is verboden. Bij overtreding worden de ambtenaren ontslagen. Op een spoorwegoverweg van de lijn BreslauC<i- mens is een auto door een trein gegrepen en gehe.'l vernield. De inzittenden, twee slagers uit Breslau, zijn gedood. Naar de spoorwegdirectie te Breslau meedeelt, is de auto door de afsluitboomen gered ui. De overweg was behoorlijk verlicht, terwijl ook borden op den overweg opmerkzaam maakten. OVERSTROOMING IN HET WAMPOEC-EPir^ Groote schade aangericht. Aneta meldt uit Medan: Een overstrooming in het Wampoegebied groote schade aan in het Langkatsche. Eel uitgestrektheid plantklaar land onder de ming „Selajang" is overstroomd. De rivierkampongs werden geteisterd door braken, waardoor groote schade werd aang der de reeds geoogste rijst. KOELI-AANSLAG OP JAVA. Aangevallen assistent ongedeerd. Aneta meldt uit Medan: Een Javaansche koelie heeft met een-bijl e slag gedaan op den cultuur-assistent De I'r de onderneming Semadam, gelegen in het Tanu. sche. Er ontstond een worsteling, waarin de koelie het onderspit gedolven heeft. Assistent De Bruin kwam zonder wonden af. I)e dader moet gedreven zijn dc haat in verband met een vrouwenkwestie. Foto Arpad Molilovni - - N. Nledorp-Nd.-Scharwouc l)r. MAATS van XTELAVE yiEDOTtP. temidden van de talrijke en prachtige bloemstukke, liem •'nmilie en vreemden toegezonden ter gelegenheid van zijn 40-jarig doktersjuhilcu dc- nerierd. Vit hel groote aantal blijkt nel hoe bemind deze arts in de omgeving

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 1