VERMAKELIJKE KRONIEK
VAN
Groot Gortbuikenburg,
Hoofdstad van Opper-Kafferstein
door
DIRK
DUV VEL Junior.
Plaatselijk Nieuws.
Theater Royal.
Staatsloter",
RIDENDO DICERE VERUM!
Waar gij de rauwe waarheid biedt;
Zoo doet het schertzend,
Want... dan kwetst ge niet!
XXIV.
Be nieuwste mop van Richard Tauber. -
Opname: His maslers Hintergiebel. - Optre
den van het Grootgortbuikenburger Politie
corps uit de oude doos. - Zakdoeken kun
nen in de vuile wasch blijven rusten. - Een
commissaris en 6 dienders. - En welke dien
ders? - Nachtwachts gerecruteerd uit Diaco-
niecandidalen. -n Oliebollen kraampjeson-
derncmer een loopendc geluidsfilm. - Loo-
pende claxon voor nachtelijke inbrekers. -
Oorverdoovcnd geslof, gehoest en geroggel.
- De inbrekers waren de nachtwakers zelf.
- De ruslbcrvaker kon met een slap krenten
brood den schoorsteen worden doorgeslagen.
- Jantje Geeveedee. - Een diendersslok, ook
geschikt voor mattenklopper - In memoriam
Piet Sodejanvs en Jan Kraantjelek. - Alle
bei ijverige dienaren van Hermandad en
Bachus. - Bakkebaarden als engelenvleugels
- Piel mopneus 'n prima stoplicht. - Voor
heen Bobberlap en Witter. - Pietje Sodeja-
nus stond zijn man. - 'n Wild gerucht zoen
de de rondle. - Piet afgetuigd door ruigen
poepschurgers. - Piet ging te maaijem. -
Maagkeelgat, en lever geenerlci letsel be
komen. -'Poepschurgers door de Heilsolda
ten bekeerd en tot zendeling gepromoveerd.
- 40 jaar later met trotsch en dankbaarheid
als het eerste succes herdacht. - Niet adieu,
maar au revoir, Piet Sodejanus. - Oratori
sche Jfiftparlij tusschen onzen Grootgortbui-
kenburger universeelen engelbewaarder en
mr. Pleit voor niks - 10 voor den burge
meester. - 'n Directeur-geneesheer, 'n zieken
auto en 'n vliegende brigade Witte Kruis-
tnÜicyns. - Mr. Pleit voor lou etjal koopt
ruitcr-pistolen. - Papa Le Petit Mussolini
op het oorlogspad om Hein Postzegel 'n
beentje te wippen. - Witdas en mr. Anii-
pokslof hebben voor Hein gestemd. - Kruijs
van Beerenbruck gaat vast niet op den tocht
zitten. - Zit Burger Jan Oostergraf nog al
tijd op het stelletje? - Moet Hein zijn plaats
je warm houden? - Ich kusse ihre hand ma-
damme.
ÏTallo! Bandoeng? Ja, lieve Harlcetleters van
Opperkaffersteln en Grootgortbuikenburg,
uw dierbare Dirk ls liicr!
En presenteert u de nieuwste muzikale creatie van
Richard Tauber Hls mastera Hintergiebel 11 honderd, 11
duizend, 11 honderd én half 11 op woorden van den on-
vergetelljken kleuterdlchter Mr. Hiëronymus van Alphen
getiteld:
DE KLEPPERMAN!
Zou ik voor den klepper vreezen?
O, die lieve brave man
Maakt dat ik gerust kan wezen,
En ook veilig slapen kan.
Moederlief, '1? geloof het vast,
Dat hij op de dieven past
Tweede en laatste complot:
Schoon hij loopt door wind en regen
(Licht komt hij een borrel tegen),
(aanvuldsel van Dirk Duljvel).
't Zingen wordt hij nimmer moe,
Goede God! Geef hem uw zegen.
(Door een rijken neutjesregen. - D. D. Jr.)
Maar mijn oogjes vallen toe.
Lieve klepper, hou de wacht.
Ik ga slapen: Goeden nacht!
„Neen? Denkt u, Mrs. Gilder, dat het onmogelijk voor
ons beiden zou zijn, om elkaar te begrijpen? Ik ben er
zeker van, dat u een buitengewoon verstandige en be
scheiden vrouw ls."
Mrs. Gilder bleef hem even onbewogen aanstaren.
„De vraag die ge u zelf hebt te stellen, Is deze: wie
kan me van het meeste nut zijn, Dr. Herlot, die nd aan
zijn ondergang toe is, wanneer Sir Anthony Kendal dit
geval van chantage aan het daglicht brengt, of die
zelfde Sir Anthony Kendal. Iemand met een welvoorziene
beurs en van absolute stilzwijgendheid. Vergeef mij de
grove wijze waarop ik u de zaken voorstel, maar vergeet
dan ook niet, dat u als niet meer of minder dan mede
plichtig aan afpersing schuldig verklaard zou kunnen
worden."
Mrs. Gelder maakte een gebaar alsof zij haar handen
in onschuld waschte.
„Wat is er eigenlijk to verbergen," zei ze onverschil
lig. „En waarom zou lk? De man om wien het gaat
en dien lk In mijn huis opgenomen had, is dood Hij was
al zoo goed als dood toen ze hem hier uit droegen. Hij
had al eerder een aanval van een beroerte gehad en
eergistercnmlddag kreeg hij een nieuwen; wanneer ik
u vertel, dat een dame van Westgarth hem bezocht had,
•kunt u zich dat misschien begrijpen. Dr. Herlot nam hem
mee naar het St. Thomashospltaal. Het lijk ls er nog.
U kunt daar uw navraag verder voltooien, Indien u
wenscht. En hiermede Is mijn wetenschap ten einde.
Alleen," en ze stond nu ook op, „wanneer mij mocht blij
ken, dat deze inlichtingen, die ik u gegeven heb onder
dwang, verstaat u. tot Dr. Herlot doorgedrongen zijn,
dan zult u ondervinden dat Emmellne Gilder een bit
tere vijandin kan zijn. Ze Is verstandig genoeg om In te
zien, dat haar vijandschap op eon gegeven moment wel
eens erg lastig kon zijn voor Sir Anthony Kendal... of
voor zijn vrouw."
„Tk denk niet, dat u me ooit ondankbaar of onbe
scheiden zult vinden, Mrs. Gilder."
En zoo scheidden zij.
HOOFDSTUK XXTV.
VERZOEKING.
Cecily zat in de schemering in de zitkamer in West-
En deze teedere kinderlijke naive, bezien in het felle
kunstlicht van onzen tijd, dichterwoorden heb ik alsnu,
lieve poepelulsterganzen, goochemelijk gobezigd als in
troductie om u een belangwekkend referaat te geven
van het leven en werken van het politiecorps van Groot
gortbuikenburg 'n dikke veertig jaren geleden, teneinde
u, beminde kakkerlakken, een denkbeeld te geven van
de evolutie, die ook ten dien aanzien heeft plaats gehad.
Ik waarschuw u echter bij voorbaat ernstig en drei:
gend: Droevig is het niet, dus u behoeft eventueel uw
alreeds gebruikte zakdoeken niet uit de vuile wasch te
halen.
Ons politiepersoneel bestond dan In die dagen 1870
'EO uit een commissaris en 6 dienders benevens een uit
gelezen corps nachtwakers, voornamelijk gerecruteerd
uit candidaten, die bovenaan stonden op de lijst van
aanbeveling voor de Diaconie!
Ik herinner me nog wel, dat een van die nachtelijke
rust-, orde- en dieven-bewakers, die in het dagelijks le
ven een ollebollenkraampjo exploiteerde, zoodanig slofte
en als lijder aan een chronische borstkwaal, zulk een
geweldig gehoest en geroggel kon voortbrengen, dat hij,
dienst doende op de Bierkade, in de naohteiijke stilte
zeer duidelijk bij Kennemerpoort gehoord kon worden.
Gelegenheidsinbrekers, zo werden zelden aangetroffen,
de geheimzinnige daders van veelvuldige uitstalkasten-
diefstallen. In den nacht gepleegd, bleken ten slotte te
zijntwee nachtwakers, 'n kleermaker en 'n schoen-
flik, die gedurende hun wijkronde, ongestoord hun
slag wisten te slaan, konden dezen sloffenden en kuchen
den klabak dus behoorlijk controleeren.
De oude stumpert zou trouwens, bij een betrapping
op heeterdaad, weinig hebben kunnen presteeren, daar
hij bij den eersten duw reeds onherroepelijk in puin zou
zijn gevallen.
Onze politiecommissaris uit die dagen was een gepen
sioneerd wachtmeester bij de cavelerie, droeg de vetlee-
ren medaille van verdienste, had 'n grijze knevel als 'n
waschboendcr en stond bekend bij de burgerij als Jantje
Geeveedee, omdat le zoo allemachtig smakelijk bidden
kon.
De oudste diender, tevens kaasvader, en conciërge van
het waaggebouw, dat door hem en zijn gezin werd be
woond, kan ik me nog heel flauw herinneren. De juiste
beteekenis van deze historische figuur is me ontsnapt,
omdat hij vóór mijn zelfbewust bestaan zijn volle krach
ten heeft ontplooid. Alleen weet ik dat de toen reeds
oude kromgetrokken man, hij liep altijd of hij bang was
zijn hoofd te zullen stooten aan den eersten omloop van
den waagtoren, altijd gewapend was met een dikken
geelcn Spaanschrieten wandelstok, die 's morgens door
zijn vrouw werd gebezigd om de matten uit te kloppen.
In het politiecorps traden voornamelijk op den voor-
grond van het tooneel onder het Stadshuistorentje
(waarin het traditioneele zandklokje) de hoofdagent
en Piet Sodejanus en Jan Kraantjelek. Zaliger gedach
tenis.
Deze twee steunpilaren van den Grootgortbuiken-
burgschen bewakingsdienst gaven elkander in dienst
ijver en onbluschbaren trek in 'n stevige neut ouwe
klare, beslist niet toe.
Piet Sodejanus, 'n groote sterke kerel, met 'n paar
rosse bakkebaarden als de vleugels van Gabriël, en 'n
wijalUeurige mopneus, die in deze dagen had kunnon
dienen voor stoplamp van een vrachtauto, had zijn
polltloneele voorbereiding en opleiding genoten in den
Oost als bobberlap (ziekenvader) en als stucadoor in
Groot-Mokum.
Bij eventueel optreden wist hij dan ook zoodanige ter
men te vinden, dat de delinquent al heel gauw knockout
en buiten bewustzijn kon worden uitgeteld, alvorens
Plet nog één hand had behoeven uit te steken. Maar
gezegd moet worden, dat Piet, geholpen door zijn robust
uiterlijk en reusachtig grooten mond, gevoegd bij z'jn
oratorisch talent, voor den duivel zelf niet op zij ging
en de lastigste karweitjes, wanneer er geknokt moest
worden, hem met veel liefde en zonder dienst-jalouzie
werdon afgestaan.
Er ging dan ook op een zekeren dag als een rilling
van griezelig genot het sensationcele gerucht door de
stad, dat de onoverwinlijke Pietje Sodejanus door de
reuzenkracht van dronken poep Schurgers, 'n ruige
ketellapper, die zijn huiselijk geluk had gevonden in
een krotten-complex, genaamd de Noordzee, benevens
In het consumeeren van een ongelooflijk kwantum
aardappeljenever, of boezel, in een gigantlschen strijd
het onderspit had gedolven en door gezegden dronken
poep over de NieuwJander brugleuning in de „Ouwe
Vest" was geworpen. Bevestiging van dit schokkende
nieuws heb lk nooit kunnen krijgen. Als het waar ls
geweest, dan hebben belde deelnemers ln de knokpartij
de vuurproef ongedeerd doorstaan, want zoowel Piot
Sodejanus als Poep Schurgers hadden geen uiterlijk
waarneembaar letsel bekomen en hun hassebassle
smaakte er blijkbaar niet slechter om.
Van den beroemden poep Schurgers valt nog mee
te deelen, dat bij de komst van het Leger des Heils, lk
meen in '88 of '89. hij de eerste was die op zondaarsbnnk
zonk, zijn tekortkomingen in het openbaar beleed (de
aanslag op het kostbare leven van Piet Sodejanus heeft
garth; de twee lage ramen waren wijd open en een
sterke wind blies recht uit de zee. over de duinen de ka
mer in en vulde haar met den geur van vochtig zeewier.
Ze was alleen thuis. Betty Lumsden was naar de stad
teruggeroepen. Haar politiek van absolute onverschillig
heid was buitengewoon succesvol gebleken tegenover de
tantes. Ze hadden moeten capitu'.eeren en Bctty was
naar huis geroepen. Ze was gegaan met vlag en wimpel
en de zelfverzekerdheid van den overwinnaar die weet
dat het nu aan hem ls om de wet voor te schrijven.
Cecily was biy dat ze weg was. Ze verlangde er naar
alleen te zijn. Kendal was nu al twee dagen weg. Hij had
haar maar cên bericht gezonden, een bericht zoo kort
dat het veel van een bevel weg had. „Wacht"
En daar zat ze nu met gevouwen handen ln de scheme
ring; ze keek uit over de zee en het leek haar alsof de
wind vol ironisch gelach was; een lach zooal3 Felix He
rlot die geuit zou hebben, wanneer hij Inderdaad alwe
tend was en rechtuit ln haar hart had kunnen lezen.
„Laat hem het ergste doen." zei ze plotseling hardop. „Ik
zal afwachten waar zijn dreigementen op uitdraaien."
Maar daar zat ze eensklaps verstijfd van schrik: de
deur ging open en in het halfduister zijn slanke gestalte
scherp afgeteekend tegen de hei-verlichte hall, kwam
Anthony Kendal.
Hij sloot <Je deur en kwam vlug naar haar toe.
„Liefste," zei hij. „arme verlaten lieveling! Ben Ik erg
lang weggebleven en is je geduld heelemaal op?"
Hij nam haar handen nl de zijne en voelde ze beven
als weerstrevende vogeltjes.
„Iris, ik ben de brenger van goed nieuws."
„Goed nieuws!"
Hij trok haar tegen zich aan, zijn armen omsloten haar
veilig.
„Ja. De arme Chalonner je ziet lieevling, dat lk edel
moedig lcan zijn, zooals men zijn kan tegenover dooden
Dick Challoner stierf acht uur nadat je hom ontmoet-
to ln den tuin van „Hot einde der Wereld."
Ceclly's hart sprong plotseling van ontroering op. Ze
bracht haar hand naar haar keel, ze dacht dat ze stik
ken zou.
„Vertel me," stotterde ze, „alles ls beter dan onzeker
heid,"
hij bedrlegelijk verzwegen) den drank... (sterken na
tuurlijk) plechtig afzwoer en waardig werd bevonden
om 's Zondags de kleurige pet met het opschrift: „Bloed
en vuur" te mogen dragen.
Later ls Poep Schurgers, gereinigd en gelouterd, blij
vend drooggelegd en standvastig in de deugd, door be
middeling van het Leger naar een Zuid-Amerikaanschen
staat vertrokken om de beginselen van het Leger, ge
sterkt door zijn eigen wonderdadige bekeering van 'n
nutteloozen afkeerwekkenden dronkenlap, tot een be
hoorlijk en aannemelijk lid der maatschappij, te ver
kondigen en uit te breiden.
Als oen bewijs, dat ik hier niet sta te liegen, kan
Ik er nog bijvoegen, dat het vorige jaar, toen het
„Leger" het 40-jarig bestaan der afdeeling te Groot
gortbuikenburg ln een geillustreerd herdenkingsblad
feestelijk herdacht, daarin ook de zegenrijke bekeering
van den eenmaal zoo beruchten poep Schurgers werd
gememoreerd.
Van de beroemden Hoofdagent Pietje Sodejanus is
nog heel wat belangrijks te melden, meer dan de tijd
me op heden feitelijk toelaat.
Ik zal dan ook nu maar „scheften" en de volgende
week mijn kroniek over deze belangwekkende aange
legenheid nog wat voortzetten.
Nu wil ik nog tot besluit even ter tafel brengen,
dat onze wakkere burgerpapa dezer dagen, op 'n nette
manier natuurlijk, niet volgens het debating-systeem
van wijlen Pietje Sodejanus, aan 't kiften is geweest
met zijn jongsten wethouder, mr. Pleitvoorniks, over
de benoeming van een geneesheer-directeur van het
stadsziekenhuis en een daaraan verbonden gemeente
lijken geneeskundigen dienst, inclusief 'n zieken-auto
en 'n vliegende colonne eerste hulp bij ongelukken.
Dit tournooi, vuig bekgeknok heeft piaats gehad ten
aanhooren van de diligcpeerde staten en provinciale
piraten van Opperkaffersteln en de stand der partijen
is 10 mr. Endelaar mr. Pleitvoorniks, zoodat
laatstgenoemde geestelijke gewichtsheffer de partij mo
menteel aan zijn gestreepte receptie-pantalon heeft
gekregen.
Vermoedelijk zal op het ministerie van binnenland-
sche beroerdigheden den eindstrijd wel worden be
vochten. Ik zag althans mr. Pleitvoorniks in de antiki-
teitenwinkel van Sam Hamburger als onderhandelen
over 'n paar antieke ruiterpistolen.
Voorts is Le Petit Musolini naar naar de Residentie
vertrokken om met al dc hem ten dienste staande
rhetorlsche capaciteiten minister Kruis van Beerenpan-
talon te overtuigen dat Hem Postzegel vooral niet tot
den Raad van Abdera, pardon ik bedoel van Groot-
gortbuienburg mag worden toegelaten, op straffe van
een eeuwig verbod tot deelname aan feestdinertjes. (De
zwaarste straf aan staatslieden op te leggen).
Waar echter zijn partij- cn coalitiegenooten mr. Wit
das en mr. Antipokstcf in den provincialen voogdijraad
al vóór Hein Postzegels toelating hebben gestemd, zal
meester Kruis van Deerenpantalon in 't belang van
zijn politieke gezondheid verstandig doen, Hein maar
stil te laten grutten en af te wachten of hij gebruikt
wordt om zoolang de raadsvaderlijke fauteuil voor
burger Jan Oostergraaf, die nog altijd op de plee zit,
bezet te houden.
Niets meer aan de orde zijnde, neem ik afscheid met
het gebruikelijke: „Ich kÜ3se ihre hand Madamme"!
DIRK DUIVEL Junior.
Het theater Royal geeft dele week een filmwerk,
dat I edoelt een van de grootsie geesels der mensch-
heid te bestrijden.
Tiet is het leven van een ecnvoudi^cn visschers-
zoon uit het land van Breta~ne. Yves le Goff, die
dienst neemt bij de Marine Hij heeft zijn hart ge
schonken aan het mooiste en liefste meisje uit den
omtrek, met wie hij zal trouwen als hij uit den dienst
terugkeert
Yves vertrekt eerst naar Brest om gedrild te wor
den en komt daarna in Toulon op een der groote
Fnnsche oorlogsschepen
Nu volgt een leven van reizen en trekken voor
Yves. Hij bezoekt met zijn schip alle havens van de
nieuwe en van de oud" wereld, doet vele indrukken
op .staat, gelijk alle zeelieden, aan den wal aan ont
zettend veel verleidingen bloot, doclr blijft ingetogen
en braaf en weet zich. waar de meeste zijner ka
meraden vaak aan land een losbandig leven leiden,
van uitspattingen te onthouden. De gedachte nan zijn
meisie sterkt hem hierbij Hij vult zijn tijd uit met
studie in de scheepvaartkunde en staat aan boord
extra goed aangeschreven. Eindelijk loopen de lange
dienstjaren ten einde en zal Yves spoedig huiswaarts
gaan.
Voor dien wordt de havenplaats Marseille nog door
het oorlogsschip aangedaan. De pretmakers gaan aan
wal. om in „vroolijk gezelschap", de eenzame dagen
aan boord te vergeten. Yves zoekt een siil café op om
een brief aan zijn meisje te schrijven, endaar
strijkt het noodlot naast hem neer, in den vorm van
een meisje, dat hem door haar grappen en brutali
teit aan het lachen maakt cn nem dan door den
drank tracht te verleiden ln een zwak oogenblik gaat
hij met haar mede. envan dat vreeselijk oogen-
blik zal hij jaren en laren berouw hebben.
's Morgens wordt hij wakker op de kade zijn beurs
en zijn artikelen van waarde zijn gestolen hij
voelt walging over zijn zwakheid cn haat zich zelf,
dat hij voor de verleiding is bezweken nu, bij bij
En daar ln den schemer, de zang van de zee in hun
ooren, met zijn armen losjes om haar heen, vertelde hij
haar wat hij in „Het einde der Wereld,, vernomen had,
cn de bevestiging die hij van dat nieuws In Londen ge
kregen had. I-Tij noemde alleen Heriot's naam niet.
„Natuurlijk liefste," zei hij op een nauwelijks verstaan
baar protest van Cecily, „kan ik niet huichelachtig doen
en beweren dat het nieuws van Challoner's dood me met
iets anders vervulde dan onuitsprekelijke verlichting.
We mogen nu op geluk hopen."
Cecily b!eef zwijgen, maar hij voelde haar tengere ge
stalte in zijn armen sidderen, en hij herhaalde zijn woor
den in een anderen vorm. „De weg tot het geluk ligt nu
open voor ons."
Hij keek haar in het toenemend duister ernstig onder
zoekend In de oogen.
„Iris. weet je nog, dat lk Je gevraagd heb, of het niet
mogelijk voor ons zou zijn, om opnieuw te beginnen? Het
verleden to vergeten?"
„En ik antwoordde met een wedervraag Wat indien
het verleden zich niet wil laten vergeten? Je merkt,
Ik sprak uit ondervinding", glimlachte ze droef. „Ik
weet immers, dat de toekomst slechts spruiten kan uit
het verleden."
„Waag het niet me met dooddoeners aan boord te ko
men, lachte Kendal gelukkig. „Luister naar mijn vraag
en beantwoordt die rechtuit. Wil je opnieuw beginnen?
Je moet goed bpgrijpen dat de plechtigheid van ons hu
welijk slechts een schijn geweest is en je Viog altijd Iris
Challoner bent vrij om jezelf los tc maken."
„Vrij?" Cecily lachte en schreide tegelijkertijd.
„Herneem je je vrijheid of wil je me toestaan onzen
vermeenden huwelijksband tot een werkeüjken to ma
ken? Het is zoo eenvoudig mogelijk een rustig oud
kerkje, romantisch tusschen het groen gelegen, en voor
de tweede maal zijn we ln den echt verbonden. Ik heb
peen woorden om het je uit te leggen, maar dit tweede
huwelijk zou veel echter voor me zijn dan het eerste met
al zyn pracht en praal."
Stil, doodstil zat ze daar, een hevige vreugde door
gloeide haar, en een nog heviger trots. De verzoeking
was groot, heel groot, terwijl ze den vasten greep van
zijn arm om haar heen voelde.
na zfjn diensttijd heeft beëindigd. Na eenigen tijd
bemerkt hij, dat die vrecselijke avond nog andere als
geldelijke offers van hem heeft geëischt Yves le Goff,
de gezonde stoere zeeman naar lichaam en geest, is
op dien avond met syphilis besmet. Hij is wanhopig,
durft zijn leed aan nieman l toevertrouwen en wordt
steeds angstiger als hij in de geneeskundige hand
boeken, die nnn boord zijn, de vreeselijke afbeeldin
gen van het lijden zie, wat ook hij nu tegemoet gaat.
Hij brengt ontzettende nachten door, droomt van ver
woestingen en van de ellende, die de alom gevreesde
ziekte brengt. Hij weet dat -zij zich wreekt tot in het
derde on vierde geslacht. Hij weet ook dat er vol
maakte genezing mogelijk is, mits er. geen valsche
schaamte in het spel is. Talrijke advertenties van
kwakzalvers melden wonderbaarlijke vlugge gene
zingen, zelfs van verouderde gevallenZal hij
daarvan gebruik maken en gezond als weleer in de
maatschappij terug keeren?
Het einde van dc film laat zien. dat veelbelovende
mcnschen als Yves le Gofi', niet door een enkelen mis
stap ten gronde gaan, doch in staal worden gesteld,
om een gelukkig gezin te vormen en aan gezonde kin
deren het leven te schenken.
WAAR ONZE VARKENS BLIJVEN.
De uitvoer van bacon, verwerkt varkensvleesch,
uit ons land, heeft in de week van 23 tot 28 Januari
een record cijfers gemaakt. Uitgevoerd werden 18416
varkens, de week daarvoor 18010.
Trekking van Woensdag 5 Februari.
5e Klasse lldo Lijst.
No. 12536 f 50.000.
No. 16294 f 25.000.
No. 12112 f 1.500.
Nes. 228 10001 10937 en 20065 ieder f 1000.
No. 18067 f 400.
Nos. 616 2S52 7856 8SS8 12225 14604 en 18314 ieder f 200.
Nos. 2074 7839 12732 14944 16162 16842 19591 en 20759
ieder f 100.
Prijzen van f 70.
16
367
386
419
497
504
633
757
759
833
840
929
1002
1013
1106
1125
1246
1297
1355
1555
1590
1839
1851
2088
2096
2271
2589
2616
2620
2732
2919
2992
3015
3032
3079
3394
3661
3732
3752
3922
3953
3980
4165
4192
4265
4382
4424
4487
4561
45S5
4593
4658
4725
4836
4962
5119
5206
5-110
5418
5522
5597
5652
5902
6064
6220
6556
6575
6606
6770
6907
7033
7116
7264
7350
7361
7554
7577
7587
7678
7639
7708
7781
7895
7910
8275
8223
8396
8454
8851
8939
8995
9156
9159
9239
9325
9328
93S1
0408
9575
9625
9733
10015 10219 10236
10543 10631 10685 10702 10736 10841 10868 10915
11023 11304 11437 11456 114S3 11535 11564 11582
11591 11594 11636 11642 11698 11733 11759 11837
11911 11960 12210 12251 12441 12725 12741 13126
13186 13199 13435 13472 13703 13757 13788 13889
13913 13923 14116 14170 14200 14312 14344 14380
14402 14454 14474 14559 14750 14814 14853 14857
14976 15090 15142 15156 15158 15182 15248 15250
15275 15283 15296 15348 15504 J5549 15582 15652
15864 15978 16098 16121 16199 16206 16265 16300
16441 16478 16659 16664 16749 16803 17016 17030
17102 17178 17298 17308 17340 17425 17465 17521
17535 17639 17655 17898 17980 18118 18203 18273
18296 1S297 18418 18441 18539 186S9 18820 18848
18S77 18899 18932 19165 19318 19147 19616 19674
19172 19745 20195 20208 20248 20527 20580 20645
20659 20684 20872 20993
Trekking van Donderdag 6 Februari
5e Klasse 12de Lijst
No. 1S352 f 5000.
Nos. 6203 en 6301 leder f 1000.
Nos. 1579 1673 6026 en 7641 ieder f 400.
Nos. 1337 4S06 7190 10140 en 19015 ieder f 200.
Nos. 487 1965 4709 8919 10145 10454 14723 15567 17006
17822 en 18S57 ieder f 100.
Prijzen van f 70.
13
48
97
162
325
442
523
553
568
654
817
832
836
1014
1102
1144
1176
1195
1298
1548
1610
1648
1652
1676
1Q00
1764
1738
2111
2141
2380
2391
2425
2431
2727
2S26
2876
2891
2909
3091
3417
3420
3531
37G1
3S39
3875
3924
4129
4218
4214
4372
4640
4755
4958
5021
5031
5096
5179
5193
5196
5398
5496
5541
5581
5600
5611
5030
5675
5776
5S06
5816
6000
6074
6123
6142
6153
6287
6314
6487
6554
6634
6741
6S21
7041
7244
7351
7621
7722
7728
7759
7762
7764
7776
7803
7968
7999
8278
8527
8G62
8713
8823
8926
9092
9127
91-15
9151
92E0
9323
9591
9650
9764
10133
10183
10377
10459
10531
10700
10701
10765
10900
11237
11433
11450
117S3
11792
11843
11914
11967
12202
12229
12326
12333
12361
12506
12890
12766
12775
12SC3
12823
1238C
12896
12955
12971
13057
13159
13228
13284
13309
13359
13609
13676
13721
13735
13760
13785
13S52
13S56
13875
13921
13971
14080
14101
14147
14322
14358
14412
14512
14534
14627
14629
14811
15217
15301
15322
15350
15361
15513
15530
15G18
15634
15772
15347
15862
15988
16035
16014
16055
16226
15272
16327
16358
16503
16505
16741
16748
16832
16907
16959
17193
17379
17491
17556
17614
17757
17767
17833
17864
18108
18112
18135
18149
18167
1S185
18362
18469
18509
18525
18732
18859
19095
19145
19221
19602
19708
19761
19802
19824
19816
19892
19925
19996
20196
20207
20275
20389
20641
20664
20672
20749
20763
20800
20S45
20924
„Ik heb je zoo lief," zei hij, „wil je me gelukkig ma
ken?"
„Ik heb je lief!" herhaalde Cecily fluisterend, maar
voor haar kloppend hart was het alsof ze deze woorden
uitgeschreeuwd had en de echo's ln de kamer ze luid
herhaalden.
„Ik heb hem lief! En juist door die liefde kan Immers
niets ons scheiden. Mij heeft hij lief, niet de doode. Ik
ben het, die de wonden geheeld heb, die zij ln zijn hart
cn zijn vertrouwen gemaakt had. In den hemel en op
aarde wat kan ons schelden?"
Haar gezicht in haar handen verborgen, begon ze
half onhoorbaar to fluisteren:
„Ach, als je toch gelezen had, wat ik Je geschreven
heb, wat een ellende zou je me dan bespaard hebben.
Hoe gemakkelijk zou je alles begrepen hebben en
misschien vergeven!"
Kendal lachte zachtjes. „Nog altijd op die bekentenis
terug kernen, liefste? Hoevaak moet ik je herhalen, lk
heb je lief. en omdat ik je lief heb, vertrouw lk Je."
„Alc je mijn brief gelezen had, dan zou Je nu inzien,
hoe onmogelijk liefde en vertrouwen zijn!"
„Zeg me één ding, is het je wensch om mijn liefde en
vertrouwen te vernietigen?"
„O, neen, neen! God weet hoe zeer Ik wensch dat het
voor mij mogelijk was om beiden te verdienen!"
„En wat heb je gedaan om de een of het ander te ver
vreemden van mijn hart? Je hebt mo lief..."
„Ik heb je lief o zoo lief. Ik vraag me af of je
ooit zult droomen of raden hoe zeer!"
Zijn gezicht boog zich dicht naar het hare.
„Je hebt me nu lief, maar je hebt me altijd lief ge
had, niet? Je liefde heeft alleen maar geslapen, hè?
Eri s ge andere liefde in je hart, geen spijt, geen ver
langen ?Er is niets anders wat je altijd verlangd hebt dan
dit, was er niet die slagboom tusschen ons geweest, wel?"
Zwakje.s kwam de bekentenis van haar lippen, de
bekentenis, die onbewust, evens zelfverdediging was.
„Ik heb Je lief er is nooit een andere liefde ln mijn
hart geweest"
Wordt vervolgd.