Schagen's Industrie verrijst. Van afgekeurd vee en vleesch tot diermeel en technisch vet. Zaterdag 8 Maart 1930 SCHAGER COURANT - Vijfde blad. ZOO is rlus de eerste tak Tan werkelijke indu strie, zouden we willen zeggen, in Schagen ge vestigd en is daar bij de Menisbrug een gebouw verrezen, waar Schagen met recht trotseh op kan zijn en dat, naar we hopen, een hechte schakel zal vormen in den keten, die ons aan de omgeving bindt. Maandag a.s. zal de opening van de „Noodslaeht- plaats en Verwerkingsinrichting" plaats vinden waarbij, zooals bekend, het bestuur van den Vleesch- keuringsdienst, deu Commissaris der Koningin in Noord-Holland, Jhr. Röell, bereid heeft gevonden, deze opening met zijn aanwezigheid te willen ver deren. Het beste bewijs van hoe groot belang de in- rifchting is en hoe het streven van degenen, die hun arbeid aan de totstandkoming hebben gegeven, op prijs wordt gesteld. Ook Schagen is de mannen dankbaar, die na een korte voorbereiding en met een doorzettingsvermo gen, den West fries eigen, hun doel wisten te berei ken en thans met trots kunnen opzien naar bet ge bouw, dat zij door eendrachtige samenwerking uit den grond deden verrijzen. En dat in een tijdsverloop van even drie jaar. nadat in een vergadering van den Vleeschkeuringsdienst Kring „Barsingerhorn" den eersten stoot tot de stichting van een dergelijke inrichting was gegeven. In de naaste toekomst wist men, dat in het belang van de volksgezondheid de onafwijsbare verplich ting zou komen tot onschadelijkmaking van af gekeurd vee en vleesch in speciale destructo- ren of vernietigers. Daarbij deed zich tevens de mogelijkheid voor van de vestiging van een nieuwe industrie in ons land, namelijk de nuttige verwerking van het afgekeurde materiaal tot dier meel (veevoeder) en technisch vet. En een dergelijke industrie hebben we thans te Schagen, wat alleszins op zijn plaats zal blijken te zijn, een vee-rijke omgeving als het hier is. Maar niet alleen de onmiddellijke omgeving van Schagen ook ver daarbuiten hebben zich reeds gemeenten bij den „Kring" aangesloten om op de goedkoopst mo gelijke wijze aan de verplichtingen, die de Veewet hun oplegt, te kunnen voldoen. En wij gelooven niet te veel te zeggen, wanneer we neerschrijven, dat de gemeenten, die hiertoe nog niet besloten, of op an dere wijze hierin meenden te kunnen voorzien, straks van gedachte zullen veranderen en alsnog lid ■worden van den „Kring". Voor den veehouder biedt het ontegenzeggeljjk eveneens voordeelen, doordat de opbrengst van zijn in nood geslachte dieren nu rechtstreeks aan hem ten goede komt, waar hij er voorheen een luttel be drag of soms misschien heelemaal niets voor ont ving. Laten we dus hopen, dat de stichters der Verwer kingsinrichting zullen blijken goed gezien te hebben en dat de fabriek zal groeien en bloeien. Ter oriënteering van de velen, die belang in deze inrichting stellen of uit hoofde van hun bedrijf er mee te maken zullen krijgen, laten wij hieronder aan de hand van een paar foto's een beschrijving vol gen van de fabriek, welke wij dezer dagen met voor lichting van den heer P. de Boer, veearts te Scha gen, en directeur van de inrichting, in de gele genheid waren in oogenschouw te nemen. BIJ BE ILLUSTRATIES. Hierboven ziet men de inrichting voor de ver nietiging van het afgekeurde vee en vleesch. De twee vertikale ketels rechts on de foto zijn de kookketels. Daaronder de horizontale droog- ketel; hiervóór de vetvangers. Links de lym- water (bouillon) indikker. Links onder is een gezicht in de slacht- ruimte met daarachter liggend ophangruimte en verkooplokaal. Hechts onder een kijkje in het Labo ratorium. De eigenlijke verwerking. IN het gebouw, waar de eigenlijke verwerking van het afgekeurde vleesch plaats heeft, vinden we twee verticale ketels opgesteld, welke van uit de slachtruimte worden gevuld en wel éën of beide, al naar gelang er hoeveelheid is. De vulling moet zoodanig zijn, dat het fijnkoken zooveel moge lijk wordt vergemakkelijkt, dus bijv. door den ketel in lagen van afval en beenderen te vullen. De kook- ketel, waarin het vulmateriaal wordt gestort, is rondom voorzien van een groot aantal gaatjes, dus bij wijze van een zeef. Hierom heen bevindt zich de ketel, zooals wij die van buiten waarnemen, wan neer na de vulling de deksels bovenop worden ge sloten, wat wij dus zouden willen noemen een ke tel met dubbelen wand. Het proces kan dan beginnen, wanneer de stoom- kranon worden opengedraaid. Tusschen den ketel- wand en den zeefwand stroomt de s.toom toe, gaat door de gaatjes en komt zoo in aanraking met de koude vleesch massa. Daardoor condenseert de stoom wordt dus weer water. Boven op de verticale kookketels zijn twee luchtkraantjes aangebracht, die verbonden worden met de vaste afzuigleiding voor bedorven lucht, welke bedorven lucht naar het vuur onder den stoomketel wordt gezogen en daar ver der onschadelijk gemaakt. Het vrijkomende condensatiewater nu de hier boven genoemde tot water gevormde stoom stijgt tezamen met het vrijkomende vet en het lijmwater bouillon) in de(n) kookketel(s) omhoog. Tot op een zekere hoogte, want heeft de vloeibare massa die hoogte eenmaal bereikt, dan loopt het door een af voerbuis weg naar den vetafscheider cn vult den laatste geleidelijk. De bouillon en het vet worden in de vetafscheider3 van elkaar gescheiden. Dit kan gemakkelijk, doordat het vet immers boven zal drijven en na voldoende stijging in den vetafscheider boven na openzetting van een kraan door een buis er uit zal loopen. Het lijmwater of bouillon wordt uit den betrokken vet afscheider door middel van stoomdruk naar een lijmwaterindikker gedreven. liet een en ander wordt zoolang herhaald, totdat de kooktijd van i tot 5 uur verstreken is. Overigens richt zich de duur van den kooktijd geheel naar de soort van vulling. Wanneer de bouillon en de stoom volkomen uit de kookketels zijn afgevoerd, dan kan

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 17