SchagerCourant
Vrouwelijke Burgemeesters
toch mogelijk.
Vierde Blad,
Binnenlandsch Nieuws.
K. y. K. Hollands
Noorderkwartier.
De vliegpostverbindmg Nederland
JavaAustralië.
Motorrijder tegen een auto gebotst.
Een paar waaghalzen.
Onder een rioolring.
Met een gestolen auto over d:n kop.
Minister Ruys lijdt
een échec.
Tweede Kamer.
Zaterdag 10 Mei 1930.
73ste Jaargang. No. 8660
De opleiding van winkelpersoneel.
- Voornemens om voor Alkmaar,
Schagen en Den Helder tegen den
a.s. winter een cursus op te rich
ten.
De Kamer van Koophandel voor Noord-IIollands
Noorderkwartier heeft Woensdagmiddag een open
bare vergadering gehouden met vertegenwoordigers
van middenstandsvereenigingen in dat district, ter
bespreking van de vraag: Is het gewenscht in het
district dezer Kamer een of meer cursussen te doen
houden, waarin tot vcrkooper(ster) wordt opgeleid?
Ter inleiding van deze vraag was uitgenoodigd de
■heer J. Traast, directeur van de Handelsschool ter
opleiding van verkoopsters te Amsterdam. Ter ver
gadering waren mede aanwezig de directeuren van
de Handelsdagschool cn de Handelsavondschool te
Alkmaar, alsmede van de Handelsavondschool te
Schagen en voorts o.m. de heer dr. Mol, directeur
van den keuringsdienst voor waren te Alkmaar, jhr.
Mollerus en de heer Van Liempt, resp, voorzitter en
secretaris van de K. v. K. te Haarlem.
Na een ♦mededeeling, dat de school te Amsterdam
herhaaldelijk bezoeken krijgt uit handelskringen,
zoowel uit binnen- als buitenland, zeide de heer
Traast, dat. daaruit zeer zeker blijkt hoezeer dé han
del overtuigd is van de wenschelijkheid van vak
kundige opleiding van personeel. Vast staat, dat met
de uitwendige moderniseering der vele winkelzaken
de inwendige opbouw geen gelijken tred heeft ge
houden.
Er is maar steeds voortgesukkeld met de ouder-
wetsche wijze van het aanwerven van personeel en
dit mag zeer zeker verwondering wekken, juist om
dat de leden van het personeel de geldverdieners
voor den patroon zijn. In Amerika zag men het eerst
in, dat aan de eenzijdige opleiding van jongelui een
einde moest komen, en al heel spoedig werd dat idee
in Europa/overgenomen, echter vrijwel uitsluitend
voor zoover het kantoorpersoneel betreft. In Neder
land is nog slechts één gelegenheid om winkelper
soneel op te leiden. Men begon met een avondcursus
voor jongens en meisjes voor verschillende zaken,
maar deze mislukte totaal, waarschijnlijk als ge
volg van den onbeperkten werktijd in de winkels en
door het moeilijke van de leerstof. De dagcursussen,
waartoe men later overging, met aanvankelijk 16
leerlingen, worden nu bezocht door 350 meisjes en
zeer zéker zou dit aantal verdubbelen als het niet
noodzakelijk 'was elke uitbreiding te houden binnen
het raam van de beschikbare subsidies. Amsterdam-
sche kooplieden brachten voor de oprichting van die
school f 15.000 bijeen en thans wordt voor de volle
honderd procent van de uitgaven subsidie genoten
van rijk, provincie en gemeente, terwijl bovendien
jaarlijks nog enkele giften binnenkomen. Spreker
behandelde hierna het leerplan, dat hoofdzakelijk
omvat het onderwijs in warenkennis, verkoopkunde
en étaleerkunst. Met voorbeelden bracht hij naar vo
ren op welke wijze de verschillende vakken worden
onderwezen.
Deze uiteenzettingen werden met groote belangstel
ling aangehoord en daarna ontwikkelde zich een
uitvoerige discussie over het gesprokene.
Bij het sluiten van de debatten werd mededeeling
gedaan van het voornemen der K. v. K. om voor
Alkmaar, Schagen en Den Helder tegen den a.s. win
ter een cursus voor de opleiding voor verkooper-
(sters) op te richten, waarvoor men meende stellig te
mogen rekenen op een groot aantal deelnemers. De
noodzakelijkheid kwam naar voren,, dat de winke
liers in de kleine steden uit plicht tot zelfbehoud
geschoold personeel in dienst nemen om de concur
rentie met de grootere steden met succes het hoofd
te kunnen bieden. Dit klemt vooral voor de drie ge
noemde plaatsen, als straks de electrificatie van de
spoorlijn Amsterdam—Alkmaar voltooid zal zijn.
Een Hollandsch plan.
Reuter meldt uit Canberra:
Sprekende over het Hollandsche plan tot uitbreiding
van de luchtroute NederlandJava tot Australië, heeft
Scullin, de Australische eerste-minister, verklaard dat
de Nederlandsche consul met hem gesproken had over
Ihet vervoer van de post en andere dingen. Deze ge-
dachtenwisselïng werd voortgezet.
Ten aanzien van de voorgestelde uitbreiding van de
luchtroute van de Imperial Airways van Britsch-Indië
naar Australië, zeide Scullin dat het kabinet deze zaak
nog niet overwogen had. Hij voegde er echter aan toe
dat de ingestelde informaties hem den indruk hadden
gegeven dat de aan dit voorstel verbonden voorwaar
den voor het Australische gemeenebest te kostbaar wa
ren dan dat het ze vooreerst in overweging kon nemsn.
Het slachtoffer onverzorgd In den graskant
laten liggen.
Op den Ringdijk, nabij den Llsserweg, in Haarlemmer
meer, kwam de bestuurder van een motorrijwiel, de
heer K. uit Den Haag. in botsing met een uit tegen
overgestelde richting komenden auto, die echter links
van den weg reed. K. kwam daarbij zoodanig te vallen,
dat hij niet in staat was zich op te richten.
De inzittenden van den auto legden hem in den gras
berm en zeiden een dokter te zullen halen, maar ztj
waren na meer dan 2 uur nog niet teruggekeerd, zoodat
dien geheelen tijd de motorrijder, die veel pijn had, in
het gras heeft moeten liggen.
Een voorbijganger, die hem vond liggen, ging direct
hulp halen.
De ontboden geneesheer constateerde een dubbele
beenbreuk en achtte overbrenging naar het ziekenhuis
te Lelden noodzakelijk.
Letter en nummer van den auto konden worden op
genomen.
Een klein bootje bij Terschelling in nood.
Vrijdagmorgen ontdekte de kustwacht van Terschel
ling een motorvlet, die op de Noordzee in nood verkeer
de. De reddingboot „Brandarls" vertrok en zag, dat het
vaartuigje, dat ongeveer 4 M. lang is en de naam „Hum
mel" draagt, niet tegen den hevigen golfslag was opge
wassen.
De reddinboot Brandaris heeft de uit twee personen
bestaande bemanning van een klein vaartuigje, dat voor
de kust dreef, aan wal gebracht. Men trachtte, ook 't
scheepje zelf, dat slechts 4.80 bij 1.20 M. groot is en
door trapbeweging werd voortbewogen, te bergen, doch
op sleeptouw van de Brandaris raakte het vol water en
zonk.
De twee waaghalzen, die met dit scheepje op weg wa
ren van Hamburg naar Engeland, voor hun plezier, had
den het zwaar te verantwoorden, voordat zij door rie
Brandaris werden opgepikt.
Nadere bijzonderheden over het doodelük
ongeluk te Den Haag.
Omtrent het doodelijk ongeluk bij rloleeringswerken
bij de Zuiderparklaan te Den Haag, waarbij een arbei
der onder een vallenden riooleering geraakte en op
slag werd gedood, worden nog de volgende bijzonder
heden vernomen.
Een aantal werklieden was bezig een rioolstuk te
plaatsen en de 59-jarige grondwerker E. was aan het
graven van rioolsleuven, waarin de fundeering voor het
zware stuk moest worden gelegd. Boven het gat lagen
twee balken naast elkaar, waarover het riool moest
worden gerold. Zooals gebruikelijk is, werd, toen het
riool in aantocht was, geroepen: „Van onderen!" De
werklieden sprongen toen op zij en ook E. Eén der bal
ken knapte door, het riool maakte een tuimeling en
kwam juist terecht waar E. stond met het bekende nood
lottige gevolg. Bij onderzoek is gebleken, dat hier van
eenige schuld niet kan worden gesproken. De balk ver
toonde een zoogenaamden dwarsdraad. die van bulten af
niet te zien was. Het hout zag er op het oog gezond uit
Op het werk heerschte na dit ongeluk begrijpelijker
wijs groote verslagenheid. De arbeid is voor dien d g
gestaakt
Autodieven te Rotterdam aan h 't werk. -
Niet lang plezier van hun „nieuwe wage.
tje" gehad.
Woensdagavond omstreeks 12 uur kwam t'.e 27-jarIgo
koopman F. L. uit de Snellinckstraat te Rotterdam tot
de ontdekking, dat de auto, welken hij omstreeks half
tien in de Ammanstraat aldaar onbeheerd had laten
staan en welke auto een gesloten Chevrolet van het
model 1929 het eigendom is van den Helds autohan
del was verdwenen, hoewel hij de deuren op slot had
gedaan. Hij haastte zich van den diefstal aangifte te
doen op het politiebureau aan de Groote Paauwensteeg,
Daar hoorde hij evenwel, dat men juist den beheerder
zocht van een vermoedelijken gestolen Chevrolet-auto.
Bij onderzoek bleek, dat deze auto dezelfde was, welke
in de Ammanstraat was gestolen. De politie had als
volgt kennis van de zaak gekregen-:
Omstreeks kwart over tien zag een agent van politie
op den Nieuwen Terbregschen weg een auto zonder
licht rijden. Toen hij wenkte om te stoppen, ging de
bestuurder, die al vrij vlug reed, nog sneller rijden.
Maar even verder raakte hij het stuur kwijt, de auto
kwam op den berm van den weg terecht en sloeg over
den kop. Uit den wagen kwam een jonge man te voor
schijn, die hard wegliep. Een tweede jonge man, die ook
in den auto had gezeten, was bij de tuimeling In de
sloot langs den weg terecht gekomen. D^. agent hielp
hem op het droge en bij ondervraging bekende de jonge
man, die de 18-jarige fietsjongen M. P. bleek te zijn,
dat hij met zijn vriend samen, den auto kort tevoren
in de Ammanstraat had gestolen. P. is daarop naar
het politiebureau aan de Groote Paauwensteeg overge
bracht. waar hij is opgesloten. Nog den zelfden nacht is
ook de vriend, de 18-jarige lasscher J. V. aangehouden
en opgesloten. De auto is zwaar beschadigd.
Ook al niet gelukkig. In de fuik gefietst.
Woensdagmiddag werd de politie aan het bureau
Nassaukade te Rotterdam opgebeld door den burgemees
ter van Rhoon, met de mededeeling, dat daar even te
voren een fiets was gestolen. Een signalement van
den dader en de fiets werden opgegeven en terstond
werd op alle wegen welke van Rhoon naar Rotterdam
leiden, posten uitgezet. Weldra zag de agent, die bij
de Waalhaven Oostzijde stond, twee mannen uit de
richting Rhoon komen aanfietsen, van wie de een aan
het signalement beantwoordde. Hij hield beiden aan
en de verdachte bekende den diefstal te hebben ge
pleegd. De ander bleek in het algemeen politieblad te
zijn gesignaleerd wegens oplichting, aldaar gepleegd.
Beiden zijn opgesloten. De fiets is naar Rhoon terug
gezonden.
ONGELUK IN DE STAATSMIJN HENDRIK.
Een mijnwerker gedood.
Bij het einde van den nachtdienst heeft Donder
dagmorgen op de staatsmijn „Hendrik" te Brunssum
een doodelijk ongeval plaats gehad. In de 537 meter
verdieping van het ondergrondsche bedrijf werd de
34-jarige houwer Burmeister dodelijk getroffen
door het ontploffen van een vermoedelijk vroeger
achtergebleven dynamietpatroon. B. was gehuwd,
vader van drie kinderen en woonachtig te Bruns
sum.
Naar de juiste toedracht van het ongeval wordt
een onderzoek ingesteld.
DOODELIJK ONGEVAL.
Monteur in een liftkoker gestort.
Donderdag is de 25-jarige liftmonteur H. K. uit
Rotterdam.in de apparatenfabriek der N.V. Philips
te Eindhovrn bij het openen van een deur der lift,
van de vijfde verdieping in den liftkoker naar bene
den gestort.
De ongelukkige was op slag dood en werd met
verpletterden schedel opgenomen. K. was ongehuwd.
Het lijk werd door de politie in beslag genomen en
naar het politic-bureau overgebracht.
HET DOODELIJK VERKEERSONGELUK BIJ
MAASTRICHT.
De identiteit van het slachtoffer vastgesteld.
Zooals gemeld werd Woensdagavond ,op den Rijks
weg bij Maastricht een wielrijder door een hollend
jaard, dat voor een auto geschrokken was, omver ge
reden.
De kar sloeg om en kwam op den wielrijder te
recht, met hot gevolg dat hij oogcnblikkelijk aan de
gevolgen is overleden. Het stoffelijk overschot is her
kend als dat van den heer Van Bemmelen, inspecteur
van de Centrale Verzekeringsbank tc 's-Gravenhage.
WEL EEN CADEAUTJE WAARD.
Nu Eerkrade van een brandstichter is
bevrijd.
De 17-jarige slagersknecht H. Soomers te Kerk-
rade, die zich verdienstelijk maakte bij de opsporing
van den brandstichter van S. aldaar, mocht nis blijk
van erkentelijkheid van het gemeentebestuur van
Kerkrade een gouden horloge ontvangen.
INTERPELLATIE-DE VISSER GEWEIGERD.
Een dreigement.
Het voorstel van den Kamervoorzitter om aan den
heer De Visser geen verlof te verlccnen tot het hou
den van een interpellatie over de actie in Neder
land tegen de geloofsvervolgingen in Rusland, is met
74 tegen één stem aangenomen.
De heer De Visser heeft gedreigd, dat hij voortaan
bij alle onderwerpen rechtstreeks of zijdelings deze
zaak te berde zal brengen.
Vergadering van Donderdag.
Met 1 stem tegen 71 is geweigerd het verzoek van
den communist De Visser om te interpelleeren over
de actie tegen de sowjet-ropubück in verhand met
de zoogenaamde gleoofsvervolging gevoerd cn het
daarmee samenhangende oorlogsgevaar, aangezien uit
het antwoord van de regeering op de vragen van den
heer De Visser is gebleken, dat haar houding ten
opzichte van Rusland ongewijzigd is, en het hier niet.
de plaats is om de toestanden in een ander land tc
bespreken.
De heer De Visser dreigt met obstructie.
Daarna is de Kamer verder gegaan met de behan
deling vari de wijziging van de Gemeentewet.
De heer Vliegen (s.d.) verdedigt een amendement
om te voorkomen dat over ccn heele brgrooting be
raadslaagd kan worden in geheime zitting.
Minister Ruys de Bccrenbrouck zegt, dat het voor
stel slechts aangeeft hetgeen praktijk is; het amende
ment gaat te ver.
De heer Ketelaar (v.d.) dient een amendement in,
waarin worden genoemd de onderwerpen, waarover
niet mag worden beraadslaagd of besloten in een
geheime vergadering.
Dit amendement zal worden gedrukt en rondge
deeld. De behandeling is aangehouden.
De minister neemt over een araendement-Van den
Bergh^om op te heffen verschillende twijfelpunten
ten aanzien van de voorwaarden, waaronder raadsbe
sluiten tot stand moeten komen.
De heer v. d. Bergh (s.d.) licht een amendement
toe om aan vaste bestuurscommissies bepaalde be
voegdheden toe te kennen.
Na een uitvoerig debat wordt dit amendement in
getrokken.
De vrouw en hef burgemeesterschap.
Mej. Westerman (lib.) licht een amendement toe,
om de vrouw benoembaar te verklaren tot burge
meester.
Het algemeen belang wordt niet gediend door be
perking der keuze voor do ambtenaren. Wat is er ge
beurd tusschen 1923 en nu? In 1923 bestonden de be
zwaren die de Minister nu naar voren brengt, even
goed als nu. Toch nam de Minister de benoembaar
heid van vrouwen tot burgemeester in het ontwerp
1923 over van de Staatscommissie-Oppgnheim, waarin
o.m. de heeren van Lynden van Sandenburg. De Geer,
Nolens en van Lanschot zitting hadden. In de Grond
wet van 1917 is het woord „mannelijk" mot opzet
weggenomen uit het artikel dat bepaalt, dat alleen
mannelijke Nederlanders benoembaar zijn tot leden
van den Raad en Burgemeesters. Artikel 5 der Grond
wet luidt: Ieder Nederlander is tot elke landsbedie
ning benoembaar. Maar hier wordt de vrouw, ge
schikt of ongeschikt, uitgesloten. De benoeming van
een vrouw tot Burgemeester zal tot de hooge uitzon
deringen behooren. Maar het is in strijd met den
geest des tijds de vrouw uit te sluiten. In 1922 werd
in België de eerste vrouwelijke burgemeester be
noemd, in 1924 werden in Engeland 8 vrouwelijke
burgemeesters benoemd; er zijn in Frankrijk, Duitsch-
land en Roemenië vrouwelijke burgemeesters. In 1927
werd een vrouw waarnemend burgemeester van Ber
lijn. Flinkheid, cordaatheid en koelbloedigheid op
moeilijke oogenblikken wordt ook bij vrouwen ge
vonden. Tact en? kalmte zijn bij vrouwen veel voor
komende eigenschappen waardoor conflicten kun
nen worden voorkomen. Spr. beveelt het amendement
mot warmte aan en hoopt dat we nog onder dezen
Minister de eerste vrouwelijke burgemeester in Ne
derland mogen zien.
Mejuffrouw Groeneweg (s.d.) verdedigt een
soortgelijk amendement (Van den Bergh), en
vraagt wat de reden kan zijn dat de Minister zijn
voorstel van 1923 heeft teruggenomen. Zij kan niet
aannemen dat de Minister gezwicht is voor de argu
menten van „verscheidene leden" in het Verslag van
het afdeelingsonderzock. die o.a. opmerken, dot de
man in openbare lichamen zijn uiterste best doet om
hoffelijk tegenover vrouwen te zijn, wat tot moeilijk
heden leidt. Het gaat, niet alleen om het recht voor
de vrouw maar om het belang der gemeenschap. Dc
kring van geschikte personen voor het burgemeester
schap is vaak zeer beperkt. De regeering moet zoo
ruim mogelijk in baar keuze zijn. Daarom moet do
kring van beschikbare personen worden uitgebreid.
Hoe weet men dat een vrouw niet geschikt is om
b.v. het opperbevel bij brand te voeren en dat zij de
eigenschappen niet bezit om een leidende positie te
hebben en aan het hoofd der politie te staan? Hoe
durft men dat neerschrijven, waar de Koningin aan
het hoofd staat van de Nederlandsche weermacht?
Waaruit putten sprekers, mannelijke collega's, de
vrijmoedigheid de capaciteit der Nederlandsche
vrouw zooveel lager te stellen dan die der buitenland-
sche vrouwen? Bovendien kan een vrouw ook hier
te lande waarnemend-burgemeester zijn en dan kan
zij wèl hoofd van de politic zijn en het opperbevel
voeren bij brand!
Mevrouw Bakker—Nort (v.d.) zegt, dat dc omstan
digheden sinds 1923 niet veranderd zijn en er dus
geen reden was voor den Minister het voorstel van
1923 om de vrouwen benoembaar te stellen voor bur
gemeester cn secretaris, terug te nemen. De Minister
zegt dit voorstel te hebben teruggenomen „na ern
stige overweging". Heeft hij het dan niet i n g e-
d i e n d na ernstige overweging? vraagt mr. Marchant
terecht in „De Vrijzinnig Democraat
Zijn er voor het burgemeesterschap van een zekere
INSTORTING IN ORANJE NASSAU III TE
HEERLERHEIDE.
Mijnwerker onder neervallend gesteente
bedolven.
In een gang der 250-meter-verdieping van de mijn
„Oranje Nassau" III te Heerlerheide heeft een instor
ting plaats gehad, waardoor het dak over een groote
uitgestrektheid is bezweken.
Er bevonden zich op dat oogenhlik geen arbeiders
in deze gaan, behalve de Poolsche mijnwerker
Filippiat, die hier moest passeeren om materiaal te
halen. Hoewel men vele uren naar den mijnwerker
heeft gezocht, heeft men hem nog niet teruggevon
den. Vermoed wordt dan ook, dat hij door het puin
is bedolven. Men stelt echter nog alle pogingen in
het werk om hom te bevrijden. Filipiat woont te
Heerlerheide.
BURGEMEESTER VAN TWISK OVERLEDEN.
De burgemeester van Twisk, do heer H. Vïjn Hzn.,
is Donderdagmorgen in den leeftijd van 63 jaren plot
seling overleden.
gemeente geen geschikte mannen beschikbaar, dan
is hot toch zekor bctor daarvoor een geschikte vrouw
te benoemen, dan een ongeschikten man. Een vrouw
kan tegenwoordig hier hoogleeraar worden, er is er
al een; zij kan zelfs minister worden. En zou zij dan
niet geschikt zijn voor burgemeester? In Amerika,
Engeland en België zijn zeer geschikte vrouwelijke
burgemeesters. In België zijn ei- die tijdens de bezet
ting met heldenmoed en grooten ijver de helangen
van haar ingezetenen hebben voorgsctaan.
Ook mej. Katz (c.h.) zegt dat in den eisch van
benoembaarheid der vrouw tot burgemeester niet te
zien is een symptoom van een drijven in feministische
richting. Want in de Staatscommissie-Oppenlieim za
ten mannen als Van Lynden van Sandenberg en Dc
Geer cn het ontwerp-1923 werd ingediend door Mi
nister Ruys de Beerenbrouck. Er wordt niet ge
vraagd om perse vrouwen te benoemen tot bur
gemeester, maar alleen om het m o g e I ij k te ma
ken. Als een vrouw daarvoor niet geschikt is, dan ia
de Regeering er toch direct bij om te zorgen dat zij
niet wordt benoemd!
Ook mej. Meijer (r.k.) verdedigt het amendement.
De heerDe Wilde (C.H.) bestrijdt het amendement.
Spr. meent dat het zou zijn een stap in verkeerde
richting. De eer en positie der vrouw ligt niet in het
publieke leven. Een landsbelang is met dit amende
ment niet gemoeid. Deze eisch is een pastulaat van
het feminieme.
Het karakter van de publieke colleges zou geheer
veranderen indien de vrouwen er de meerderheid
kregen. De aard der vrouwen is geheel anders. Het
ambt van burgemeester stelt zware physische
eischen. In Engeland is de lord mayoress niet hoofd
der politie. Het geldt hier een zaak van groot prin
cipieels beteekenis voor ons. Wordt dit amendement
aangenomen, dan zal sprekers fractie tegen het ont
werp moeten stemmen.
De heer Kerstens (S.G.P.) acht het een heilloos
drijven om de vrouw de gelijkgerechtigde van den
man te maken en haar te verdrijven van de plaats
die Gods woord haar aanwijst, dat draagt de bitterste
vruchten. Wij zijn tegen passief zoowel als actief
vrouwenkiesrecht. Het Gods ordonnantie ondermij
nend beginsel wordt hier doorgetrokken door het
amendement. Dit is noodlottig. De geëmancipeerde
vrouw is geen vrouw meer. zij is een soort manwijf
geworden en evenals een verwijfd man verachtelijk
is, is ook zulk een manwijf verachtelijk. Men spreekt
met minachting van de heilige taak van de gehuwde
vrouw. Daardoor haalt de geëmancipeerde vrouw
zichzelf omlaag. De vrouw moet niet staan aan het
hoofd der gemeente. Wij hebben vooral in deze dagen
noodig een krachtige Regeering, ook aan het hoofd
der gemeenten.
De heer Kortenhorst (r.k.) bestrijdt het amende
ment op practische gronden.
Nadat nog de heeren Schokking en Lingbeek zich
tegen het amendement hebben verklaard, krijgt de
minister het woord. Hij zegt dat geen verstandig
mensch zich schaamt van mecning te veranderen.
Spr. staat nu op een standpunt, afwijkend van dat
van 1923. Spr. meent dat het amendement niet moet
worden aanvaard. Ten aanzien van de benoembaar
heid der vrouw tot publieke ambten zijn er twee
uitersten: eensdeels dat van hen die principieel ;»f-
keerig zijn van elke benoembaarheid der vrouw, eens
deels van hen die man en vrouw volkomen gelijk
willen stellen. Geen van beide uitersten wil spr. in
nemen. liet eerste standpunt miskont de ontwikke
ling ten aanzien van de benoembaarheid der vrouw.
Maar het tweede uiterste standpunt doet de natuur
geweld aan. De aanleg van de vrouw is nu eenmaal
een andere dan die van den man. Uit dit verschil in
aanleg volgt een verschil in geschiktheid. Zoowel de
physieke als de geestelijke geaardheid van de vrouw
brengt mede, dat zij voor bepaalde onderdeelen van
de burgemeesterstaak minder geschikt is dan de
man.
Voor een groot gedeelte wordt de waarde van dit
argument bepaald door de ervaring die men zelf heeft
opgedaan. Spr. noemt het opperbevel bij brand, voor
al in kleine gemeenten. Moet een burgemeester niet
vaak darabij oen man bij de kraag vatten en hard
handig optreden? Dat is geen taak voor de vrouw!
Spr. houdt mej: Katz een citaat voor uit „Gemeente
beleid", orgaan van christelijk-historische gemeente
raadsleden, waarin geschetst wordt aan welke perike
len de vrouw bij den schouw van waterleidingen en
slooten ten plattelande is blootgesteld. Zelfs in ge
meenten waar de burgemeester zelden of nooit zelf
politicdiensten moet verrichten, dient geen vrouw aan
het hoofd te staan. Een burgemeester moet kunnen
beslissen over het plegen van daden van geweld. En
nu vraagt spr. of indien een vrouw geschikt zou zijn
voor het ambt, zij dan wel beschikt over de eigen
schappen die wij bij vrouwen en btj mannen zoo gaar
ne willen zien. In het algemeen eischt het burge
meesterschap eigenschappen die de vrouw van na
ture niet bezit.
In sommige landen is de vrouw benoembaar tot
burgemeester, maar daar is aan het burgemeesters
ambt geon politietaak verbonden. In Noorwegen cn
Finland is de vrouw benoembaar, maar er is nog
nooit een benoemd. Zegt men: wat doet het er toe
of men de vrouw benoembaar verklaart; men zal
toch geen vrouw benoemen, dan zegt spr.: de wetge
ving moet waar zijn. Dan moet men zeggen: du
vrouw is niet benoembaar. Velen die in theorie voor
benoembaarheid der vrouw tot burgemeester zijn,
zouden in de practijk nooit tot benoeming van eenige
vrouw overgaan. De vrouw is in den regel ongeschikt
voor het burgemeestersambt en voor de zeer weinige
uitzonderingen is de toelating niet gerechtvaardigd.
Daarom moet spr. het amendement met klem ontra
den.
'J en slotte wordt het amendement om de vrouw te
kunnen benoemen tot burgemeester in stemming ge
bracht en aangenomen met 45 tegen 35 stemmen.
Voor de linkerzijde, verschillende katholieken en
mej. Katz (c. h.).
De vergadering is verdaagd tot Dinsdag.