- De Wereldreis van - Dicky en Dirrekie Durf De afscheiding van Belgie van Nederland. WETENSWAARDIGHEDEN. Historische Kroniek. Herinneringen Tiendaagschen aan den Veldtocht. WARE WOORDEN.. op 1, 2, 11, 16. en 37. Wit drie schijven op 13, 18, 34. en een dam op 27. Wit speelt 27—36. zwart 16- 21 A; wit 36-47, 37—42; 47 X7, 1X23; 13—9, 23—28, 9—3! 28—32; 3—20, 32—27. 20-47, 2—8; 34—29, 8—12 gedw.; 29—23, 12—17; 23—19. 17—22; 19—14, 22—28; 14—10, 28—33; 47X15, 37—41, 15—47; 41—46, 16-5 en wint. Op A zwart 37—42, 36—31, 42—47; 34—29, 47 X 8, 31— 26, 8—19; 18—13 en wint! Is het U bekend: d a t er ieder jaar gemiddeld 5 nieuwe kometen worden ontdekt? dat de Soyaboon oorspronkelijk afkomstig is alt Mandsjoerije? dat men ervan melk, brood, kaas, olie, glycerine, verf, vernis, cake, saus, zeep, inkt, linoleum, paarden- voer en biljartballen maakt? dat naar men zegt, een paarl die gevonden werd in een mosselschelp In de Conway-rivier in Noord-Wa- les deel uitmaakt van de Engelsche kroonjuweelen dat Sparti, beteekenende Nieuw Sparta, In 1834 op de ruinen door de bewoners van Mistra, die zich daar vestigden, werd gebouwd? dat Spaventa, een Italiaansch wijsgeer, in 1817 te Bomba geboren werd, en In 1883 overleed? Neen lezer, laat U niet weerhouden deze rubriek, die wij U in alle bescheidenheid onder de oogen willen brengen, tot het einde toe uit te lezen, indien uw blik, wanneer deze vluchtig langs de regels glijdt, mocht... verstarren als hij de getallen waarneemt, ...de getal len... de jaartallen. Om van te rillen! Wat hebben we wel zitten te „zweeten" in onze schooljaren om ze „er in" te krijgen en wat gevoelde je jezelf opgelucht, wanneer je ze in één adem achter elkaar kon afratelen, bijv: 1482 Jan van Barneveld springt te Sohaffelaar van den toren en krijgt daardoor platvoeten. In hetzelfde jaar leerde Willem Bierzoon van Beukelsvliet de harin gen kakelen, enz., enz. en zoo zonder fouten weet je...!!! Daargelaten of je er voor je latere leven veel aan had, waren er toch wel bij, die je aandacht trokken en heel later, wanneer je schooljaren reeds lang achter je lig gen, herinner je je nog wel eens het een en ander uit die jaartallen: een naam of gebeurtenis, heldendaad of iets dergelijks (zie boven). Welnu, we zijn er in geslaagd, een medewerker te vin den, om wekelijks voor ons een overzicht te geven van de voornaamste gebeurtenissen uit de vaderlandsoho en wereldgeschiedenis, voor iederen dag van het jaar. welke rubriek wij hiermede aanvangen. 11 Mei 1795 werd aan de stad Antwerpen de vrije vaart op de Schelde toegestaan. 12 Mei 1366 werd de stad Colombo op Ceylon door de Nederlanders op de Portugeezen veroverd. 13 Mei 1619 werd Johan van Oldenbarneveldt te 's-Gra- venhage onthoofd. Johan van Oldenbarne veldt werd in 1547 uit een oud adellijk ge slacht te Amersfoort geboren. Na het beëin digen van zijn studies werd hij in 1570 advocaat voor het Hof van Holland, en be gaf zich in 1573 naar Haarlem. Kort na de pacificatie van Gent in 1576 werd van Ol denbarneveldt benoemd tot raadpensionnaris van Rotterdam, en bewees aan de stad als zoodanig belangrijke diensten. Tevens was hij verscheidene malen afgezant van de Sta ten van Holland en Zeeland. In 1579 voerde hij de onderhandelingen voor de tot stand- koming van de Unie van Utrecht, alsmede in 1584 voor de huldiging van Prins Willem I. In 1585 vertrok hij naar Engeland, om aan Koningin Elisabeth de heerschappij van de Nederlanden aan te bieden. Toen zij aan vankelijk het aanbod weigerde, maar het volgende jaar Leicester stuurde, bewerkte Johan van Oldenbarneveldt nog voor diens aankomst, dat het bestuur van Holland en Zeeland aan Prins Maurits werd opgedra gen. In het jaa rl586 aanvaardde hij het ambt van advocaat van de staten van Hol land en Zeeland, en bewerkte als zoodanig, dat Leicester naar Engeland moest terug^ keeren. Johan van Oldenbarneveldt was een der onderhandelaars bij de tot standkomlng van het twaalfjarig bestand, dat in 1609 te Antwerpen gesloten werd. In dezen tijd van wapenstilstand spitsten zich godsdienstige verschillen in de Nederlanden toe. Bij den strijd tusschen de Remonstranten en Contra- Remonstranten stonden Prins Maurits an Oldenbarneveldt aan verschillende zijden. Tenslotte viel van Oldenbarneveldt met Hugo de Groot en Hogerbeets als slacht offers. In Augustus 1618 werd hij gevangen gezet. Ondanks de tusschenkomst van de Fransche gezanten, die wezen op den schit terenden staat van dienst van Johan van Oldenbarneveldt, werd deze op 12 Mei 1619 ter dood veroordeeld, welk vonnis den vol genden dag op het Binnenhof te 's Graven- hage werd voltrokken. De laatste woorden, welke van Oldenbarneveldt sprak, waren: Mannen, gelooft niet,dat ik een landverrader ben. Ik heb oprecht en vroom gehandeld als een goed patriot, en zoo zal ik sterven. Al dus viel een van de grootste figuren uit de Nederlandsche geschiedenis. 14 Mei 1608 had voor den Hoogen Raad Jn Holland voor het eerst een onderzoek plaats naar aanleiding van de heersehende godsdienst geschillen. 15 Mei 1803 aanvaardde Rutger Jan Schimmelpennlnck het ambt van Raadspcm ionnaris van de Ba- taafsche Republiek. 16 Mei 1795 werd bij een verdrag, te 's-Gravenhage met Frankrijk gesloten, de vrijheid van de Ne derlanden door de Franschen erkend, onder beding van afstand van Maastricht, Venlo en Staats-Vlaanderen, onderhoud van de Fransche militaire troepen, en vergoeding van oorlogskosten tot een bedrag van hon derd millioen gulden. 1624 werd het handelsverdrag tusschen Neder land en Groot-Britanje gesloten, waarbij voornamelijk bepalingen werden vastgesteld omtrent den handel op wederzijdsche bezit tingen Britsch-Indië en Ceylon en de Oost- Indische archipel. Wat er aan den Belgischen stand van 1830 voorafging. op- DIT jaar is het honderd jaar geleden, dat in België toentertijd de Zuidelijke Nederlan den geheeten en met de Noordelijke Nederlan den tot één koninkrijk vereenigd de opstan dige beweging meer en meer veld won om zich van Ne derland af te scheiden en zich een onafhankelijke po sitie te verwerven in de rij der Europeesche staten en de macht en het gezag van het Huis Oranje Nas sau in België voor eeuwig vervallen te verklaren. Over wat de motieven waren om de Zuidelijke en Noordelijke Nederlanden samen te voegen en wat later aan de opstandige beweging in het Zuiden voorafging, zij het volgende gemeld: Bij de vrijwording van de zeven provinciën bleef Bel gië een deel van Spanje, terwijl het later Oostenrijksch bezit werd, totdat het bij de groote Fransche omwen teling in Fransche handen kwam. Bij den val van Na poleon moesten de Franschen'zich weder uit België te rugtrekken, terwijl bij Oostenrijk niet veel animo be stond om het bestuur van de Zuidelijke Nederlanden op zich te nemen. Te Londen werd hierop bepaald, dat België met de Noordelijke Nederlanden zou worden vereenigd. en dat de vereenigde gewesten zouden wor den worden bestuurd door den Prins van Oranje, die den 23sten Maart 1815 den titel van „Koning der Ne derlanden" had aangenomen. Deze vereeniging geschiedde niet zonder politieke bij bedoelingen. Hierdoor werd immers een vrij belangrijke bufferstaat gevormd, in staat om den eersten stoot op te vangen bij een eventueel opwaarts rukken van Fran sche troepen, een barriëre tusschen het immer naar machtsgebied strevende Frankrijk en de begeerde Noor delijke Nederlanden. Door het opdragen van het ko ningschap van den nieuwen staat aan Prins Willem werd een blijk gegeven van erkentelijkheid voor het geen deze had gedaan voor de verbonden mogendheden in den strijd tegen Napoleon. Echter was bij de vereeniging van Zuid- met Noord- Nederland geen rekening gehouden met de geheel ver schillende positie waarin deze twee landen zich gedu rende eeuwen /bevonden. De belde landen hadden zich in zeer verschillende richting ontwikkeld. Daarbij kwam nog, dat Noord Nederland voor een zeer groot gedeelte protestant was (met uitzondering van de vroegere ge neraliteitslanden) terwijl België een katholiek land was. In België was dan ook de geestelijkheid, de adel, zoowel als de kleine burgerij voor een hereeniging met Oosten rijk of wel voor een zelfstandig België. Door Koning Willem I werd een commissie ingesteld van 11 Belgen en 11 Hollanders ten einde te geraken tot de samenstelling van een grondwet. In de nieuwe grond wet werd o.m. bepaald, dat de Tweede Kamer van de Staten Generaal zou gevormd worden door 55 Belgen en 55 Noord-Nederlanders. De ontevredenheid in België groeide met den dag. De verhouding in de Tweede Ka mer spotte met de bevolkingscijfers, België 3 millioen inwoners en Noord Nederland 2 millioen Inwoners. De Belgen moesten een aandeel betalen van den zwaren schuldenlast van Noord Nederland. De benoemingen waren zeer partijdig. Voor de hoogere functies werden veel meer Hollanders dan Belgen benoemd. België was geheel en al een industrieland, gebaat bij een protecti onistische handelspolitiek. Het verlangde hooge invoer rechten op koloniale waren en buitenlandsche fabrica- ten, terwijl Noord Nederland een handelsland was, wij zouden haast zeggen „par droit de naissance", en als zoodanig van oudsher een vrij handelsland. De eerste teekenen van ontevredenheid. De Belgen waren in het geheel niet ingenomen met het autocratisch regeeringsstelsel van Willem I. Belang rijke zaken regelde deze buiten het parlement om bij Koninklijk Besluit. De controle van financiën onttrok hij mede voor het grootste deel aan parlement door in stelling van het amortisatie-syndicaat. Een ernstige knak kreeg het koninklijk gezag door den strijd tegen de geestelijkheid. De bisschop van Gent de Broglie ver bood zelfs de aflegging van den eed van trouw aan de grondwet. Deze bisschop werd verbannen, toen hij brief wisseling hield met den Paus zonder voorafgaande toe stemming hiertoe te hebben verkregen van de regeering (Recht van placet). Hij stierf in 1821. Veel ernstiger werd de strijd, toen Willem I de zorg over de opleiding van de geestelijkheid aan zich wilde trekken door oprichting van het Collegium Philosophi- cum te Leuven in 1825. De verbittering van de katho lieken was zoo groot, dat de koning zich gedwongen zag onderhandelingen aan te knoopen met den Paus waardoor in 1827 een concordaat tot stand kwam. Door de groeiende ontevredenheid in België zochten de twee groote partijen in België, de Katholieken en de Liberalen toenadering, en sloten zij in 1828 een verbond om langs grondwettelijken weg opheffing van hun grie ven te verkrijgen. Een reeks petities bereikte den ko ning toen. Deze maakte hierop een reis naar het zuiden' om den toestand persoonlijk te onderzoeken, welken hij echter bevredigend vond. Het uitbreken van den opstand na een too- neelopvoering. Na zijn vertrek nam de spanning echter weer toe, waar niet weinig toe bijgedragen werd door de knech ting van de pers. Het begin van de scheiding naderde. Op 25 Augustus 1930 werd in Brussel opgevoerd de ope ra „La Muette de Portici" De stomme van Portici. In deze opera werd de opstand van de Napolitanen te gen de Spaansche overheersching geschetst. Toen de vierde acte, waarin de versregels voorkwamen: „Amour sacré de la Patrie Rends nous 1'audace et la fierté! A mon pays je dois la vie II me devra la liberté" afgeloopen was, stroomde het publiek het operagebouw uit en kwam het op straat tot demonstraties, waarbij o.a. de woning van Minister van Maanen gedeeltelijk vernield en de boekwinkel van Libry Bagnano geplun derd werd. Het herstel van de orde werd overgelaten aan de burgerwacht, welke de Brabantsche kleuren aannam. Onmiddellijk werden de Staten Genraal samen ge roepen, en zond de Koning, zijn zonen aan het hoofd van een leger naar het zuiden. Kroonprins Willem oordeelde het niet gunstig met zijn troepen Brussel binnen te trekken, cn legerde deze bui ten de stad. Hij trok, van enkele getrouwen vergezeld, en ongewapend Brussel binnen. Door een ongelukkig toeval steigerde zijn paard en het publiek werd hierdoor zoo opgewonden dat de kroonprins zich ijlings in veilig heid moest stellen. Prins Willem keerde hierop naar Den Haag terug om te trachten den Koning tot gema tigdheid te bewegen. Deze wilde hiervan niets weten en beval Prins Frederik gewapend bezit van Brussel le nemen. Bij de Schaarbeeksche poort ontmoette deze echter zooveel tegenstand dat hij zich terugtrok. Hier door was de toestand echter belangrijk verergerd. De Belgische soldaten deserteerden bij honderden ofwel moesten wegens onbetrouwbaarheid naar huis worden gezonden. Te laat wenschte de Koning toen een minnelijke schikking door een administratieve scheiding van de beide deelen van het Rijk. Onder leiding van Rogier, de Mérode e.a. kwam een voorloopg bewind tot stand. Voor den tweeden keer zond de koning zijn zoon Willem naar het Zuiden en deze beloofde ingrijpende veranderingen In het bestuur. Daar hij verder was gegaan dan de ko ning wilde goedkeuren, riep deze hem weder terug en belastte hem met een zending naar Londen. Toen viel bet geheele zuiden af. Slechts Maastricht en Antwerpen bleven behouden dank zij het feit, dat in deze steden garnizoens waren gevestigd met noordelijke troepen. Een in Antwerpen uitgebroken opstand werd bedwon gen door een bombardement vanuit de forten op bevel van Generaal Chassé, en een beschieting vanuit de Schelde door Schout bij Nacht Koopman. Als gevolg hiervan verklaarde het Nationaal Congres onder voor zitterschap van Surlet de Chokier België tot onafhanke- lijken Staat, met een monarchalen regeeringsvorm. Ech ter werd Oranje uitgesloten van den troon. De groote mogendheden die juist te Londen vergaderden, bespra ken deze onafhankelijkheidsverklaring van 4 October 1830 en stelden de scheiding van de twee landen vast De Tiendaagschen veldtocht. Koning Willem I aanvaardde aanvankelijk de voor waarden van de scheiding, maar de Belgen, die Leopold van Saksen Koburg tot koning verkozen hadden, wei gerden hierop in to gaan. Gewijzigde bepalingen werden door Koning Willem I verworpen en deze riep nu zijn trouw gebleven onderdanen ten strijde. Het Nederland sche leger van 36000 man onder den Prins van Oranje trok België binnen en versloeg de Belgische legers, wel ke, wat betreft organisatie, aantal en bewapening bij het Hollandsche leger belangrijk achterstonden, bij Has selt en Bautersum (bij Leuven). Dit feit staat in de ge schiedenis vermeld als do Tiendaagschen veldtocht Kort te voren had van Speyk zicht met zijn kanon neerboot opgeofferd voor het land, liever dan zijn schip in handen van de Belgen te laten. Intusschen trokken Fransche troepen onder bevel van Generaal Gérard Bel gië binnen om de Belgen te hulp te komen tegen de Hol landsche overmacht. Prins Willem zag zich toen (op 12 Augustus 1831) gedwongen om terug te trekken, echter hielden de Nederlanders Antwerpen bezet. Onder den druk van de krijgsverrichtingen werden te Londen nieu.ve l.c, .jen vastgesteld, welke echter wederom door Koning Willem I werden verworpen, door België aanvaard. Frankrijk en Engeland sommeerden Holland toen Antwerpen te ontruimen, en bij weigering legden de En- gelschen beslag op onze schepen en rukte een Fransch leger onder Gérard op naar Antwerpen. Chassé verdedig de de stad zoo lang mogelijk, maar moest zich ten slotte tegen de groote overmacht overgeven. Negen jaar later eerst de definitieve afschei ding. Vanaf Mei 1833 bleef toen de toestand ongewijzigd, tot eindelijk in 1839 de eindregeling tot stand kwam. Bij deze regeling waren de voornaamste bepalingen dat België jaarlijks 5 millioen gulden zou bijdragen voor de rentebetaling van de staatsschuld en een deel van Luxemburg verkreeg.Holland behield noordelijk Limburg met Maastricht en Venlo. Dit maakte aanvankelijk als hertogdom een deel uit van den Duitschen bond, welke beperking eerst veel later werd opgeheven. Aldus kwam een hernieuwde scheiding tusschen de beide landen, welke bij zooveel wat hen vaneen hield, toch veel gemeenschappelijke belangen hebben. Ovex- weging van het verleden kan bij ons geen wrok oproe pen; slechts zij het een les, waaruit beide landen veel kunnen leeren en ook veel zullen leeren. Tot slot willen wij dan vermelden den krachtigen oproep van den Bur gemeester van Antwerpen van Cauwelaert bij de fees telijkheden bij de opening van de nieuwe sluis van IJmuiden dat alle Noordzee-havens, dat België en Hol land eendrachtig mogen samenwerken. Van deze samen werking kunnen de schoonste vruchten worden ver wacht. Beide landen dragen hiertoe bij tot de bereiking van de wereldpacificatie. Het geheim van succes ls organisatie. o Resultaten spreken spreken soms niet veel goed* van ons. o Laten wij altijd boven de voorgeschreven plichten gdan en onder de toegelaten genoegens blijven. o Waarheid is: alle weten, dat het geluk den bloei der ziel bevordert. Al het overige is niets dan leugen. -o De invloed der groote levensideeën op de menschheid is onmetelijk geweest. Maar onmetelijk is ook het nood lot, dat hun misbegrip over de menschheid heeft ge bracht o Onwetendheid is een armzalig actief. Hoop; en ver trouwen zijn prachtige reserves, maar duidelijke, posi tieve, nauwkeurige informatie is onmisbaar werkkapi taal voor iedere zaak. o In een huis, waar tweedracht woont, kan het vuur niet branden; de een blaast het aan en de ander blaasi het uit o Er is een heiligdom van 't hart, Ontziet het stervelingen! Daar woont geweten en gevoel. Bewustheid van een hooger doel En drang naar beter dingen. 120. Stil, Dirrekie, zegt Gerrit, anders kragen we last met de polizie waigens burengerucht. Kaak Heler eens ginder, daor sle Ik wat draven, dat we goed kennen gebruiken. Ik zie niks dan golven, zegt Dicky. En ik zie ook niks dan al dat akelige water, snikt Dirrekie. Je kaakt auk niet goed, moppert Gerrit. Folg de richting van maan finger maar... Sie je 't nu nog niet dobberen? 't Mot een luikie waize of 'n ander moppie hout. Dat gaon we effe haolen en daar kemme een jaufel schroevie van maoken faur onze fiselompé. Filescompé zeg je? vraagt Dicky ver baasd. Wat is een fipelomsé? vraagt Dirrekie. Onze waotervlets bedoel ik, antwoordt Gerrit. Je waot toch zaiker wel wat een fiselompé is? Da's de deftige naom van een vies. O, een fiets bedoelje, zegt Dirrekie nuffig. Heb ik soms wat anders gesigd? vraagt Gerrit verbaasd. Uwes mag uwes aurtjes wel es uitspoelen, jongejuf, d'r is hier waoter genoeg. 121. Dirrekie wil snibbig zeggen dat ze heusch wel schoon genoeg is, maar dat ze Gerrits rare taaltje niet verstaat Ze komt er niet toe, want het volgend oogen- blik schrikt ze zich een hoedje en Dicky een petje. Im mers Gerrit neemt een reuzenduik en verdwijnt met hoofd, armen, beenen on zelfs schoenen in het zilte nat. Gerrit, roept Dicky, wat doe je. O Gerrit lieve, beste Gerrit kom terug... huilt Dirrekie. Je mag zoo raar praten als Je maar wilt Ik zal er niks van zeg gen Maar op het plekje, waar Gerrit verdwenen is, borrelen alleen wat luchtbelletjes op. Dicky en Dirrekie zitten hevig in angst. Wat moeten ze zonder Gerrit uit voeren. Hallau, klinkt het plots een eind verder in zee, 't waoter is vaan, hier, 't is komplait owie een warm bad naimt. Gerrit kom terug, schreeuwt Dicky, zoo hard hij kan. Pas op, dat je niet ver drinkt, waarschuwt Dirrekie. Jao, 'k sel auk oppazze, dat ik gain natte foetjes kraag, moppert Gerrit. Wat sane het toch een paor bange sukkels, die twai...

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 22