D i e 1 e t z t e Stunde i i i i i VOOR ONZE DAMMERS EVENTJES DENKEN. VOOR ONZE SCHAKERS jjjj £(|f Éii wé. ifii i pp nu Hl H JU 11 18 H ju lil# ui Hf WH 18 m 2 flfli i i S iiibmïè FRITS GROSS Robespierre. Vraagstuk No. 542. m 9 m 9 9 Wr m 9 9 IV 9; u§ m, 9 9 i§ flf ilm 'W&% ak' 11 as ft jgf m ft 9 0 ft Hl ft m m Vraagstuk No. 540. Vraagstuk No. 541. Vraagstuk No. 543. m i Schep vreugde in 't 1 e v en. WETENSWAARDIGHEDEN. Bijvoegsel der Schager Courant van Zaterdag 17 Mei 1930. No. 8664. Uit het Düitsch vertaald door BAAN POOL. Maximilien Robespierre was bij het uitbreken der Fransche Revolutie advocaat te Arras; spoedig wist hij zich tot leider der Jacobijnen op te werken. Overal ge ëerd en bewonderd, vooral om zijn onkreukbare eerlijk heid en trouw, werd hij later de meest gevreesde man van het schrikbewind. Zijn idealisme ontaardde in fa natisme; door zijn onbeperkte macht gelukte het hem, de meesten van zijn tegenstanders te laten onthoofden. Ook dreef Robespierre in de Conventie de terechtstel ling der koninklijke familie door, meenende, hierdoor de Republiek van den ondergang te reden. Zelfs zijn beste vriend, Danton, werd door Robespierre ter dood veroor deeld, omdat deze een meer gematigde politiek voorstel de. Het Schrikbewind bracht tenslotte het volk in een toestand van razernij. De distributie van levensmidde len liep in de war, hongeropstootjes vonden plaats, tot dat tenslotte Robespierre zelf viel door de door hem ontketende machten. Toen hij gevangen genomen werd, poogde hij zelfmoord te plegen. Zijn hand sidderde zoo, dat hij misschoot en zijn geheele onderkaak verbrijzeld werd. In deerniswekkenden toestand, 't bloed drupend uit het in der haast aangelegde verband, stond hij, de machtige, nu op zijn beurt voor de rechters, die hem zonder vorm van proces ter guillotine veroordeelden. Bij het neerdrukken van het hoofd door een der beuls knechten, greep deze hem ruw bij zijn kaak, rukte het verband er af en dhtDloötte den hals van Robêspierre, die een afgrijselijke kreet van pijn uitstiet. Het mes viel, het Schrikbewind was voorbij, de tijd voor Napoleon was gekomen. Over de laatste oogenblikken van Robes pierre schrijft Fritz Gross: VII. EEN kolder. Banken en stoelen omvergewor pen. Op een bank. gewond, kermend, Ro bespierre. Met beide banden houdt hij het hoofd vast. Pijn, vreeselijke pijn, razende pijn. Het schot had hem de onderkaak verbrijzeld, die hangt in flarden uit elkander. Stroomen bloed: op de aarde drupt het bloed. Trommelen. Den gc- heelen nacht trommelen. Zij roepen. Op den grond wentelen zich de van dorst versmachtende ge wonden. Water. Water! Dokter! Maak het kort, beul. Trommen razen in den nacht. In den wand een bleek gezicht. Danton, ga weg, Danton! In de deur een man, zwarte veeren op den hoed, Touquier-Tinvillo, openbaar aanklager. Weg Voor het venster een rood gelaat, gezond, opge zwollen. grijnzend. Monsieur Sanson, de beul. Weg! Zij zijn weg. De pijnen blijven, de trommen blijven. De guillotine blijft. De nacht blijft. Water! Sint Just bromt toornig. Couthon is daar, Eugen, zijn broeder. Allen zijn daar. Geboeid is Herbert, beestachtig bezopen, bloedend, bulderend. Iemand komt dwars door de gesloten deur binnen. Danton. Om den hals een 100de striem. Bloed. Wenkt mot de hand. De trommen zwijgen. Hè, Danton! L'e anderen snurken. Niemand ziet Danton, niemand beschermt hém. Hij komt in zijn hoek, hij knielt bij hem neer. Hij steunt het hoofd van Robes pierre, streelt hem. Hoe warm en zacht is de groote hand van Danton. Hoe goed doet hem dat. Mat zal Danton goed meisjes kunnen liefkozen,. Hij had nu heelemaal geen angst. De doode Dan ton is als een goede moeder, zachtjes, behoed zaam. Aardig klinkt zijn stem. Hoe zacht fluis tert Danton's dondergeluid. Hoe goed deed hem deze stem na het geraas van dezen nacht. Dan ton zegt: „Buiten staan zij. Piorrc. Jean, George, Mimi, Daisy. Staat het volk. Buiten staan zij. sinds vijf jaren en wachten op brood. Zij staan daar nu vijf jaren buiten en zullen nog meerdere vijftallen van jaren wachten. Zij willen ons hoofd niet, Max, zij willen geen glorie en geen gewon nen veldslagen. Zij willen alleen brood. Zacht, warm, goedkoop brood. Dat hebben wij hun niet gegeum. Omdat we niet hadden. Wij hadden al leen Wetten en Redevoeringen voor hen. Maar Metten en Redevoeringen verwarmden geen ka mers, Max. En vullen de maag niet. Jij nam mijn hoofd, Max, het vulde hunne magen niet. Morgen nemen zij het jouwe, maar ook dat brengt hun geen voedsel. Omdat wij hun honger niet zélf le den, wilden wij ze verlossen met onze idealen, met hun Toekomst. Zij echter stonden voor de winkels en wachtten op brood. Met kogels lieten wij op ze schieten, omdat ze „Brood" riepen. En met lansen lieten wij naar zc steken, omdat ze snikten: „Brood....". Maar dat brood hebben wij hun niet gegeven. Dat brood niet. Je moet dapper sterven, m'n jongen, zoo dapper als ik gestorven ben, want wij sterven niet voor brood. "Wij ster ven voor een Ideaal, Max en er is niets schooners in 't leven, dan voor een Ideaal te sterven, Maxi" En hij was verdwenen. En de. pijnen kwamen niet terug. Hij sluimerde even in. Door de gesloten oogen voelde hij, hoe iemand hem aankeek. In een hoek stond, in generaalsuniform, een kleine, blee- ke man en staarde hem aan. Bonaparte, de man van Josephine. Hij zag Max lang aan, bewoog zich niet. Lang keken zij elkander zoo aan. Zij zei den niets. Naast Bonaparte stonden twee kanon nen, hunne monden naar Robespierre. Het spook beeld verdween. Kloppen op de deur. Buiten dag. Buiten de karren. En de trommen waren er weer. En die oninenschelijko pijnen waren er weer. Over vijf minuten is alles voorbij. Weest sterk, mijn hart. Het was in vijf minuten voorbij. Toen het hoofd in den mand wiel. Toen hielden de pij nen op. Geen séconde eerder. Alle rechten voorbehouden. Nadruk verboden. van Marcel Bonnard, Lyon. Zwart: 17. Wit: 17. De diagramstand in cijfers behoort te zijn: Zwart 17 schijven op 1, 3, 5. 6, 8, 10. 11—14, 17—20, 23, 24 en 26. Wit 17 schijven op 27, 28, 3240, 42, 43, 45 en 4749. Wit speelt en wint. OPLOSSING PROBLEEM No. 539, van A. Polman, Almelo. De diagramstand in cijfers was: Zwart 12 schijven op 7—9, 14—16, 18, 20. 23, 30, 36, 40. Wit 12 schijven op 21, 26. 27, 33, 38, 39, 42. 43. 46, 47, 49 en 50. Wit speelt hier achtereenvolgens: 4741, 4641, 52—37, 49— 44, 39—34, 34X25, 26X10!» en 25X1 wint! Een zeer mooi en moeilijk probleem, met eenige fraaie momenten. „EEN SCHAAKPROBLEEM". Ofschoon er ongetwijfeld vele lezers zijn, die met het schaakspel niet vertrouwd zijn en nog minder de op gaven daarin zouden kunnen oplossen, zullen zij allen toch wel kans zien te voldoen aan de eischen, die voor de oplossing van het hieronder volgend vraagstuk zijn gesteld. Het is hier namelijk geen schaak spel, doch een schaakbord opgave. We vragen acht pionnen (damschijven, centen of iets dergelijks) zoodanig op de 64 ruitjes 'van een schaak bord te schikken, dat er nimmer twee in een en dezelfde rij staan, dus noch horizontaal, noch verticaal, noch diagonaal! Ook mag er natuurlijk niet meer dan één pion op hetzelfde vierkantje gezet worden. Tenslotte moeten van deze acht pionnen er vier op witte velden er. de andere vier op zwarte velden staan! EEN TAALKUNDIGE PUZZLE". A. Gevraagd twee Hollandsche woorden, waarbij in elk 4 X achtereen „ten" voorkomt. B. Gevraagd een Hollandsch woord, waarin 5 X achtereen het woord „ten" voorkomt. C. Gevraagd drie Hollandsche woorden, waarin in elk acht medeklinkers op elkander volgen. D. Gevraagd Hollandsche woorden bestaande uit twee lettergrepen, die zoowel van links naar rechts als omgekeerd gelezen het zelfde blijven beteekenen. E. Gevraagd Hollandsche woorden bestaande uit drie lettergrepen, die eveneens zoowel van links naar rechts als omgekeerd gelezen hetzelfde blijven. F. Gevraagd Hollandsche woorden, bestaande uit vier lettergrepen, die eveneens van links naar rechts gelezen hetzelfde blijven. Vooral de laatste vraag zal niet gemakkelijk beant woord worden. OPLOSSINGEN DER PUZZLES uit ons vorig nummer. No. 5S6. „EEN MOEILIJKE OPGAVE". Het getal, dat aan deze voorwaarden voldoet is 2519. No. 537. „EEN DUBBELTJES-KWESTIE". De onderstaande figuur laat duidelijk zien hoe de 12 dubbeltjes of andere gelijksoortige voorwerpen gelegd moeten worden in een vierkant, bestaande uit drie rechte rijen telkens van vier stuks, want in iedere rij komt één hoopje van twee voor? We zeiden immers nergens in de opgave dat dit verboden is. In de af beelding stelt elk kruisje een hoopje van twee voor. O X O X O O O X van L. B. S a 1 k i n d. Zwart: 13. o 1 WfWï Sim», 222% abcdefgh Wit: 9. De diagramstand in cijfers behoort te luiden: Wit Kc7, Dd3, Tg2, Pc5 Lh4 en vier pionnen op d2, e4, g6 en hS. Zwart Kf4, Tdl, Tfl, Lc8, Pd8 en 8 pionnen op b7, c3, d4, d7, e6, f3, h5 en h6. Wit speelt en geeft m3t jn drie zetten. OrLOSSING PROBLEEM No. 538, van H. Weenlök, Amsterdam. De diagramstand was: Wit Kf8, Dg5, Lc2, Pd3. en drie pionnen op b3. b5 en h2. Zwart Ke4, Ta6. Ph5. Pe8 en twee pionnen op c7 en e6. Wit speelt hier als sleu- telzet Dd2. Op zwart 1. Td6, al, of Kf5 volgt dan 2. Pf2ü Op zwart 1. Td.4 volgt 2. Pe5ü Op zwart 1. Kd4 volgt wit 2. Del. Op zwart Kd5 volgt wit 2. De3 en op zwart 1. Pg3 volgt 2. wit Df4, steeds met mat op den derden zet. Het thema, dat hier verwerkt is noemt Weenink „meervoudige batterij". In dat geval doet eenzelfde batterij-stuk dienst voor 2 of meer staart-stukken. Het verplaatsen van het batterijstuk opent dan minstens twee schootslijnen, wat aan de tot deze categorie behoorende problemen aan ongewone levendigheid verschaft Dik wijls doet een wit paard als batterijstuk dienst en be staat de sleutelzet in het „in hinderlaag" leggpn van een der staartstukken. Schop vreugde in 't leven, De eisch van den tijd, De zorgen vergeten In roezig jolijt, Ontvlucht de gedachten, Je moeiten bij 't werk. Want pret na den arbeid Maakt jolig en Merk! Schep vreugde in 't leven, De Jazz-band gaat voor. Kom, waag eens een dansje, En dans dan maar door, Verover je deel Met 'l moderne gebaar, Met het smeltende lied Van den trouwen huzaar 1 Schep vreugde in 't leven, En óf je 'm raakt. Je knalpot die heeft je Tot koning gemaakt! Je raast langs de wegen In dav'rende vaart, Zóó is je bestaantje De moeite nog waard! Schep vreugde in 't leven, De scheidsrechter fluit, Dan brul je je vóór Of je tegen maar uit, Dat lucht je eens op, ..Kampioen" is 't parool, Een voorzet,.... een knal.... En je jubelt: „Da's goal!" Schep vreugde in 't leven, O, als ge ?t nog weet, Daar is nog genot, Dat ge nimmer vergeel! De „zon aan den hemel, Een pad door de hei, Het groen van de hoornen, Een bloem in de wei. De feest'lijkc huisjes In 't lentegezicht, Wijd over de wereld Het levende licht! Daar is nog een vreugd, Die de stilte niet vreest. De bloeiende aarde. Die sterkt en geneest!! Mei 1930. (Nadruk verboden). KROES. ONrEORIJPELIJK. Natuurvorscher (tegen woesten inboorling): Maar ken je me dan niet, man. Ik heb fa- mielje van je in Wcnibler gesproken! IS HET U BEKEND: d a t 85 van de nikkelproductie door Canada gele verd wordt? d a t er nog slavernij bestaat in Abessinië, Soedan. Ara- bië. Siera Leone, Liberia, Ctyna, Burma en Nepau? dat het Escorial. een gebouwen-complex nabij Madrid, een oppervlakte beslaat van meer dan 40.000 vierkante meter, 12000 ramen heeft, een klooster, kerk en paleis omvat, cn door Philips II gebouwd werd om zijn over winning op het Fransche leger te vieren? d a t er in 218 steden in Amerika vrouwen bij de politU dienst doen?

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 21