SchagerCourant
Raad Zijpe.
OM HONDERD DUIZEND
DOLLAR
HONDERD
Tweede Blad.
Margarine.
DE SLAG OP DE
ZUIDERZEE.
Donderdag 7 Augustus 1930.
73ste Jaargang. No. 8709
H (Slot)
Terecht constateert de heer Antoon Jurgens dat de
kunstboter een specifiek Hollandsch product is gebleven
Van Nederlnad uit heeft de margarine-industrie zich
over geheel Europa ontplooid en meer dan van eenig
ander land uit wordt van Nederland uit tot in de verste
hoeken der wereld margarine verzonden.
De fabricage verslindt reusachtige hoeveelheden grond
stoffen. De geregelde en gemakkelijke aanvoer daarvan
natuurlijk tegen de laagst mogelijke kwestie is
voor haar een levenskwestie.
De heer Jurgens zegt dit in deze woorden:
„De margarine-industrie is sterk „Rohstofforientiert"
niet alleen wat betreft den aanvoer van oliën, maar in
het bijzonder ook ten opzichte van de melk-verhoudin-
gen. Dit was één der redenen waarom de firma Van
den Bergh te Oss er in 1890 toe overging haar fabriek
naar Rotterdam te verplaatsen, waar aan den overkant
van de Maas, aan diep vaarwater en gunstige spooraan-
eluitingen, haar etablissementen werden gebouwd. Ook
de fabrieken, welke later in het buitenland verrezen, ver-
toonen grootendeels deze „grondstof-oriëntatie". Er ont
stonden in Engeland fabrieken langs de Theems, de
grootste in Purfleet en in Fulham; in Duitschland voor
al aan den Beneden-Rijn in Cleve en Goch; verder ont
stonden er in Hamburg en Westfalen belangrijke marga
rine-centra,
Merkwaardig was het fèit, dat de twee firma's welke
het eerst met de margarineproductie begonnen, zich ook
tot de twee grootste concerns op dit gebied ontplooiden.
Tot voor enkele jaren waren de voornaamste groepen
!n de margarine-industrie het concern Jurgens en het
concern Van den Bergh, beide concerns met veel ver
takkingen niet alleen in Néderland, maar ook door ge
heel Europa en zelfs daarbuiten. Naast beide concerns
kwamen nog een groot aantal verspreide zaken voor,
welke echter tegenover de beide concerns een veel gerin
gere beteekenis hadden".
Onze lezers en lezeressen herinneren zich nog wel de
feilen concurrentiestrijd tusschen deze boterkoningen.
Liefelijke, welluidende namen gaven zij aan hun produc
ten: Solo, Vitello en zeker nog wel andere, die ons nu
piet te binnen willen schieten.
Die concurrentie verslond kapitalen van beide partijen,
totdat de heeren elkaar vonden en gingen samenwerken
Jn plaats van elkander te bekampen.
Dit werd een merkwaardige combinatie: Roomsch en
on-roomsch sloten een verbond. Immers de Jurgensen
waren katholiek, de Van den Berghs joodsch-liberaal.
Voor de wereld zou het niet kwaad zijn, als een dergelijke
samenwerking zich ook elders, voltrok, ondanks alle
verschil in geloof en ras!
Hierover spreekt de heer Jurgens niet. Aan den con
currentiestrijd wijdt hij slechts deze woorden:
„Van den aanvang af heeft de margarinehandel ge
staan in het teeken van den steeds wederkeerenden con
currentiestrijd.
Dan gaat hij volgens de N.R.Ct. aldus voort, en wij
hebben geen' aanleiding om hem te onderbreken:
De geschiedenis van de margarine-industrie in de laat
ste jaren wordt echter beheerscht door het samengaan
der Jurgens en Van den Bergh Concerns. Hiermede
werd een geheel nieuwe phase in de ontwikkeling der
margarine-industrie ingeluid.
Een intensief rationaliseeringsproces zette in. Zoowel
„Jurgens" als „Van den Bergh" waren groote uitstekend
geëquipeerde ingerichte concerns en thans ving de
omvangrijke taak aan beide tot een organisch geheel
samen te smelten, dat aan de zware eischen der concern-
bedrijfshuishoudkunde beantwoordde.
Tallooze vraagstukken moesten worden opgelost, vraag
stukken zoowel van oeconomischen ,als van financieelen
en commercieelen aard. Uiteraard moesten met de door
de rationaliseering van het bedrijf overbodig geworden
krachten, regelingen getroffen worden; terwijl zich ver
der allerlei psychologische moeilijkheden voordeden, voor
al ten opzichte van het personeel der verkoopafdelin
gen, dat elkaar jarenlang op het oorlogspad had ont
moet, en welk personeel thans zeer nauw moest samen
werken.
Naast het rationalisatieproces zette zich het concen
tratie-proces verder door. De Margarine Unie en Union
waren thans de grootste combinatie op het gebied der
FEUILLETON
Uit het Amerikaansch
van
FRANK L. PACKARD.
8.
De tijd ging voort, de sleur van het gevangenis-leven
ging voort als een groot, machtig wiel dat langzaam
tergend langzaam draaide. Dave Henderson was op weg
naar de bibliotheek met verlof om een boek te gaan
halen. Hij had wel geen boek noodig, maar hij wilde
Millman spreken. En niet alleen om hem goeden dag
te zeggen!
Dave voelde zich ziek naar lichaam en ziel door het
besef dat Bookie's bezoek van dien middag bij hem
had gevestigd het besef dat de vijf ellendige jaren die
hij achter den rug had onbeloond zouden blijven!
Hij ging de boekenkamer binnen. Een wachter leunde
onverschillig tegen den muur, een paar gevangenis-bi
bliothecarissen waren met een andere gevangene bezig
Millman behoorde niet tot hen, die was vrij op het
oogenblik. Dave's blik ontmoette Millman's koele rus
tige, grijze oogen: hij ging met zijn vriend naar het eind
van een houten toonbank aan den anderen kant van het
vertrek en overhandigde het boek dat geruild moest wor
den.
Wat is er aan de hand, Dave? Millman sprak zacht
en haastig, met zijn rug naar den wachter gekeerd en
deed alsof hij het boek inkeek ik heb je nog nooit
zoo gezien! Voel je je niet goed?
Neen. zei Dave Henderson tusschen zijn tanden.
Ik ben er ellendig aan toe. Alles schijnt zich opeens
tegen me te kanten, Chariie!
Welk boek moet je hebben? vroeg Millman koel en
fluisterend voegde hij er aan toen. Vertel verder!
De politie! Dave Henderson sprak door de hoeken
van zijn mond zonder zijn lippen te bewegen. Barjan
was hier gisteravond. En vandaag kreeg ik nog een
waarschuwing. De duimschroeven worden aangezet!
Bedoel je dat ze je beletten om het geld te halen?
Blijkbaar begreep Millman de situatie onmiddellijk
en dat was een heele oplichting voor Dave. Hij knikte.
margerlne- en vetindustrie, met aanzienlijke belangen
in de zeepnijverheid, welke laatste voor haar voornaam
ste grondstoffen en vetzuren de klant was van de olie
fabrieken der margarine concerns.
De combinatie, welke alle vorige In de schaduw stel
de, was de op 1 Januari 1930 in werking getreden fusie
met het Lever-Concern, de vooral in de zeepindustrie
bekende Engelsche onderneming Sunlight welke
hare vertakkingen over de geheele wereld heeft.
Hoewel Lever, naast hare overwegende zeepbelangen
een aanzienlijke margarlnebedrijf heeft vooral in En
geland moet deze combinatie vooral bekeken worden
vanuit het gezichtspunt der grondstoffenvoorziening.
Naast de kwantiteiten palmpitten, grondnoten en an
dere oliehoudende vruchten en zaden, welke de oliefa-
brieken van het margarine-concern verwerken, gebruikt
het Lever-concern eveneens zeer belangrijke hoeveelhe
den van dergelijke grondstoffen voor hare zeepfabricage
Door de plaats gevonden hebbende concentratie is de
positie op de grondstoffenmarkt voor het Unilever-con-
cern, dat als kooper optreedt voor de dekking van de
omvangrijke grondstoffenbehoeften van Jurgens^ van
den Berg, Lever, Schicht en Hartog Duitschland
aanmerkelijk verstrekt, ofschoon uiteraard in een in
dustrie als deze van een grondstoffenmonopolie nimmer
sprake kan zijn.
Wel is de laatste jaren een dalende tendens in de
grondstoffenprijzen waar te nemen, doch deze is geree-
delijk te verklaren uit het zeer versterkte aanbod van
plantaardige grondstoffen, als gevolg van de overvloedi
ge oogsten der laatste jaren. Onderstaande cijfers ge
ven hiervan een duidelijk beeld:
Ind. grondnoten
1927
536.000
ton
1929
1.075.000
ton
Copra (exporten)
1927
830.000
ton
1929
1.050.000
ton
Soyaboonen
1927
871.000
ton
(Importen in Europa)
1929
1.600.000
ton
De stijging in de soyaboonenverschepingen werd ver
der in de hand gewerkt door den bijzonder lagen zilver-
prijs, welke onder meer het aanbod van soya- en se
samzaad in China zeer sterk heeft bevorderd.
Zal de drooglegging nog voorwer
pen te voorschijn brengen, die
aan dezen roemzuchten zeeslag
van de watergeuzen tegen de
Spanjaarden onder Bossu in het
jaar 1573 zullen herinneren.
Men schrijft ons:
Over eenige weken, of maanden, zal men wel zoover
met de drooglegging van de Zuiderzee gekomen zijn, dat
de beurt aan den Zuid-West-polder gekomen is.
Hier zal men zeer waarschijnlijk overblijfselen vinden
van schepen, misschien nog wrakken, die nog den vorm
van schepen hebben. Ook bestaat er kans, dat er
wapens worden gevonden uit den zee-oorlog van den
Spaanschen tijd, want in het deel, dat tot den Zuid
westpolder zal behooren, voornamelijk het deel ter
hoogte van Wijdenes en Schellinkhout, werd eens de slag
op de Zuiderzee geleverd, tusschen een Spaansche vloot
en den vloot der Watergeuzen.
Wij willen hiervan een en ander vertellen.
De graaf van Bossu, Stadhouder van Holland en Zee
land, tevens admiraal van de vloot, als zoodanig door
Koning Philips II van Spanje aangesteld, had, om aan
het beleg van de Hollandsche steden kracht uit zee bij
te zetten, te Amsterdam een aanzienlijke vloot uitgerust,
waarmee hij op 11 October 1573 in zee was gestoken.
De Noordhollandsche Geuzen hadden alle pogingen aan
gewend, om het plan van Bossu te verijdelen. Zij had
den wrakken, oude schepen en andere versperringen voor
Pampus, een zandbank voor het IJ. laten zinken, terwijl
een vloot van 25 schepen onder Cornelis Dirkz. van
Monnikendam trachten zou het plan van Bossu te be
letten. De schepen van Spanje waren echter beter be
zeild dan die der Geuzen en daardoor gelukte het Bossu
toch op de Zuiderzee te komen. Zij kruisten op de Oost
kust van Noord-Holland, terwijl de Noord-Hollandsche
schepen zich meer in het Oosten bevonden. Bij het
opsteken van een stevigen bries uit het Oosten kwam
de gansche Geuzenvloot op de Spaansche schepen af.
Deze bevond zich toen tusschen Hoorn en Enkhuizen.
Na een kort gevecht weken de Spanjaarden haastig
terug, door de Geuzen vervolgd. Vijf schepen van Bossu
werden genomen, de overige wisten door een haastige
vlucht te ontkomen.
Bossu, die zich op het grootste schip „de Inquisitie"
bevond, was te trotsch om zich over te geven. Het schip
Waarom geef je het toch niet op, Dave?
Het opgeven! Dave kreeg een kleur van opwinding
en zijn lippen verstrakten. Nooit zal ik het opgeven!
Denk je dat ik hier vijf van mijn beste jaren in deze
hel heb gezeten om tenslotte bakzeil te halen. Ik zal het
hebben.
Het heesch gefluister stokte even en toen opeens hef
tig: Het is om te huilen, Chariie. Te bedenken dat er
geen levend wezen op de groote, wijde wereld is, dat
ik vertrouwen kan en het voor mij kan halen, terwijl de
politie mij in de gaten houdt.
Millman keerde zich om en liep naar de boekenrek
ken dlie langs den wand waren aangebracht. Dave keek
hem in een soort verdooving na. Dat was een eigenaardig
afscheid! Hij wist eigenlijk niet eens goed wat hij gezegd
had, hij was uitgeput, op, naar lichaam en ziel. Mill
man had lang werk om een boek uit te zoeken en
hij had niet eens om een boek gevraagd. Wat kwam het
er op aan. Barjan en Bookie Skarvan...
Millman boog zich weer over de toonbank, een boek in
de hand.
Zou je my vertrouwen, Dave? fluisterde hij kalm.
Jou? Het bloed steeg Dave naar het hoofd. Meen
je dat Chariie? Zou jij me willen helpen?
Ja, zei Millman als jij me wilt vertrouwen, zal
ik het geld voor je gaan halen. Morgen ben ik vrij.
Zeg het vlug! De wachter kijkt naar ons; hij wordt
onrustig. Waar is het?
In de oude duiventil in de schuur achter het
huis van Tooler. je weet wel, ik heb het je verteld
waar ik gewoond heb. Uit de steeg naast het huis kun
je in den schuur komen.
Millman legde het boek op den toonbank en schoof
het naar Dave toe.
Uitstekend, zei hij. Ik zal het wel vinden en in
New York zullen ze er niet naar zoeken. Je moest hier
nog twee maanden blijven. Laten we zeggen den vler-
en-twintlg9ten Juni. Den vler-en-twintigste Juni vind je
mij in het St. Lucian Hotel in New York 's avonds
om acht uur. Dan zal ik het je geven. En...
Zeg eens nummer vijf-honderd-vijftig de wach
ter kwam op het tweetal toe heb jij je boek?
Dave Henderson nam het boek en liep naar de deur.
Tot ziens', riep hij over zijn schouder.
Tot ziens!, antwoordde Millman.
m.
Brood op d© wateren.
Het was donker in de cel. heelemaal donker. Alleen
een zwak lichtverschijnsel kwam van de hoofdgang,
twee verdiepingen lager en drong ondér den reet van
de deur door. Het scheen Dave uren geleden dat hij in
was verreweg het grootste, sterk, met eenige honderden
zeesoldaten bemand. Het werd door 4 Geuzensch.ipen
aangevallen, waarvan er 3 zich spoedig aan den Span
jaard hadden vastgeklampt.
Zoo dreven de 4 schepen al vechtende, terwijl op vaar
water noch richting werd gelet. De Spanjaarden, in
ondoordringbare borstharnassen, gewapend mee zwaard
en schild, trachtten de Geuzen het overspringen te be
letten. terwijl deze met pekkransen, kokende olie en
gesmolten lood den vijand tot wijken poogden te brengen.
Zoo vocht men van 3 uur in den namiddag tot den
morgen van 12 October. In de schemering van don
morgen was Jan Haring van Hoorn op „de Inquisitie"
overgesprongen en haalde de Spaansche vlag omlaag.
Een vijandelijke kogel doodde hem bij het nederdalen.
Jan Haring was dezelfde die bij het beleg van Haarlem
op den Diemerdijk, alleen een duizendtal Spanjaarden
tegenhield, waarvan velen door zijn zwaard werden ge
dood.
Intusschen was het Spaansche schip vastgeloopon,
omringd door de Geuzenschepen. Ten slotte gaf Bossu
zich met 300 leden van de bemanning over. nadat ec-ds
meer dan 1000 man waren gesneuveld. Dit geschiedde
aan de Nek, nabij Wijdenes. Bossu werd gevangen
genomen en naar Hoorn gevoerd. Later werd hij tegen
Marnix van St. Aldegonde, een vriend van Willem van
Oranje, uitgewisseld.
Vergadering op Woensdag 6 Augustus 1930, des
morgens cm 10 uur.
Voorzitter de heer Jb. de Moor, burgemeester, se
cretaris de heer J. A. de Boer.
Aanwezig alle leden.
Na opening der vergadering volgt de goedkeuring
der notulen van de beide laatste vergaderingen.
Door Ged. Staten zijn goedgekeurd: Uitgifte in erf
pacht strook grond aan den heer J. Veter; kasgeld-
leening f30000: suppletoire begrootingen 1929; aan
koop grond Bronder.
De beslissing van Ged. Staten inzake overname
bosch van den Zijpe en Ilazepolder is verdaagd.
Verschillende verslagen zullen circuleeren.
De laatste kasopname wees aan dat in kas was en
moest zijn f 1640.22/4, postrekening f550.10, bij de
Coöp. Zuivelbank te Alkmaar f387.52.
De inspecteur der directe belastingen deelt mee dat
de raming van de opbrengst der gemeentelijke in
komstenbelasting is f 65000
Het bedrag der Rijksuitkeering ingevolge de wet
van 24 Mei 1897 is f 14297.80, overeenstemmend met
de berekening van B. en W.
De rekening der Gezondheidscommissie wees een
ontvangst nan van f 1853.84, uitgaaf f 1043.11, batig
saldo f 810.73
De begrooting had een ontvangst en uitgaaf van
f 1538.52, niet een bijdrage der gemeente Zijpe van
f 106.70. Algemeen goedgevonden.
Ook de rekening der Woningbouwvereeniging werd
goedgekeurd.
Was een dankbetuiging ingekomen van Ged. Sta
ten voor het schenken van een lichtkroon voor het
nieuwe gouvernementsgebouw.
Een beschikking van den Raad van State.
Tusschen de gemeente en den heer Jb. Zwemmeren
nog eenige andere ouders die hun kinderen naar de
R.K. school zenden, was 'n geschil gerezen over de
bijdrage dezer ouders in de kosten van vervoer van
deze: kinderen naar school. De totaal kosten bedroe
gen vanaf 1 Januari 1929 f 1170. De raad van Zijpe
had besloten daarin f600 bij te dragen, de oudere
wilden niet hooger dan f130 bijdragen. Ged. Staten,
waartoe deze ouders zich hadden gewend, hadden
hen in het gelijk gesteld. Daarvan was de raad in'
hooger beroep gegaan bij de Kroon. De beschikking
daarop is dat de ouders niet f 130, maar ongeveer
f100 meer moeten bijdragen (het juiste bedrag is
ons niet bekend). Over 1929 is door de ouders f 223.32
bijgedragen.
De bekende circulaire van Ged. Staten inzake het
maken van brievenbussen in nieuwe en bestaande
woningen wordt alsnu behandeld, met als resultaat
dat B. en W voorstellen dat bij wijziging der Bouw
en Woningverordening met deze wenschen van Ged.
Staten rekening zal worden gehouden. Allen voor.
School te Petten.
Voorzitter deelt mee, dat bij den verbouw van de
school te Petten gebleken is dat de pannen veel
slechter waren dan eerst was gedacht. En om nu
lekkage te voorkomen, zijn er nieuwe pannen ge
nomen. B. en W. hebben aldus gehandeld, vertrou
wend dat de raad dit zou goedkeuren. De heeren
Blom en Doorn hebben de pannen gezien, ze waren
buitengewoon slecht. Het is natuurlijk een heele uit
gaaf.
de bibliotheek was geweest en met Millman gepraat
had.
Hij hief zijn handen tot boven zijn hoofd en halde zijn
vuisten. Idioot die hij geweest was, hij zag het nu dui
delijk in! Zijn lach klonk hol het was een grimmige
lach vol bittere ironie. Ja. hij zag het nu in nu het
te laat was. Millman! Zoo'n sluwe, schijnheilige kwezel
bestond er geen tweede! Ze hadden een val voor hem
open gezet en hij was er ingevlogen! Dét was Mill
man's vooropgezet plan geweest: om in die twee jaren
met duivelsche list zijn vertrouwen te winnen om dan
in een onbewaakt oogenblik te weten te komen waar
die honderd duizend dollar verstopt waren!
Dave geloofde van Millman's geschiedenis nu ook
geen woord meer en evenmin in Millman's onschuld.
Een en zestig dagen voorsprong had Millman! Dave
kon geen rust vinden. Telkens sprong hij weer van
zijn brits op. Vijf jaren in dit duivelshol te vertoeven,
een geschandvlekten naam te hebben, voor eeuwig een
gebrandmerkte te zijn en nu dit nog! Verraden door
een Judas! Maar hij zou hem wel krijgen dan... Zou de
politie Millman gebruikt hebben of was Millman mis
schien zelf van de politie.
Dave sloeg in wilde opwinding de vuisten tegen zijn
slapen. Barjan en Bookie Skarvan en nu Millmann
Baldy Vickers met zijn trawanten, een samenspanning
van alles en allen tegen hèm!
Hij draaide plotseling het hoofd om en zijn handen
vielen omlaag. Hij had een kreet gehoord. Het was
geen luiden kreet, maar het geluid drong ver door in
dén nachtstilte van de gevangenis. Daar was het wéér.
Dave Henderson ging naar de deur en sloeg met zijn
vuisten tegen de tralies. Hij zou wel straf krijgen, maar
hij had dien kreet herkend. Tony was vanavond stil ge
weest; het was beslist niet goed met den ouden bommen-
gooier. Het schoot Dave te binnen hoe vreemd de oude
man er dien middag uitgezien had. Hij rammelde weer
aan de staven van de deur.
Hij hoorde den ouden Tony kreunen.
Voetstappen klonken op de ijzeren galerij. Een wachter
liep voorbij, een andere bleef bij zijn deur staan.
Houdt op, gromde de wachter. Ga naar Je brits
terug.
Dave Henderson liep achteruit Hij hoorde Tony's
deur open gaan. Toen dof stemmengemurmel. En daarna
duidelijk de stem van den wachter:
Ik geloof dat de oude jongen er geweest is. Haal
den dokter en ja, waarschuw den directeur als hij
tenminste nog niet naar bed is.
Geloop van vele voetstappen klonken nu op de ijzeren
galerij, maar het geluid kwam van den anderen kant en
de voetstappen gingen naar Lomazzi's cel. Dat dat van
De heer Van der Oord meent, dat de architect dit
had behooren te zien, toen hij het werk opnam.
Voorzitter zegt, dat de architect het wel wist dat
de pannen niet best waren, maar later vielen ze
heel erg legen.
De heer an der Oord oordeelt, dat het onderzoek
niet secuur is geweest.
De heer Blom zegt. dat het bij verglaasde pannen
niet zoo gemakkelijk is te zien. Van buiten zijn ze
nog goed, terwijl ze van binnen weggevreten zijn.
De heer Bellis oordeelt verglaasde pannen aan
den zeekint onbruikbaar. Van buiten lijken ze nog
goed, terwijl ze vanonder vergaan zijn.
De heer Doorn acht, wat B. en W. gedaan hebben,
geen overtollige weelde, maar toch is het noodig dat
men voorzichtigheid betracht met de uitgaven. Deze
pannen hadden, als ze uitgezocht waren en de beste
waren behouden, wellicht nog een 7 a 8 jaar mee
gekund. Op deze wijze worden de kosten steeds
grooter.
Voorzitter: Er waren geen goede meer bij.
Algemeen wordt het vervolgens goedgevonden wat
B. en W. gedaan hebben.
Meegedeeld wordt, dat het oude schoolgebouw te
Schagerb.-ug heeft opgebracht f630.
Een adres.
Was ingekomen een adres van de in de gemeente
Zijpe gevestigde afdeelingen van Landarbeidersbon
den, om Ie werkzaamheden verband houdende met
de uitbreiding der algemeene begraafplaats te St.
Maartensbrug, te laten verrichten door arbeiders uit
de gemeente Zijpe.
B. en W. stellen voor. dit adres te stellen in hun
handen ter afdoening. Zij verklaren bij voorbaat dat
zooveel mogelijk arbeiders uit Zijpe genomen zullen
worden voor het werk.
De heer Doorn vraagt naar de bedoeling. Zooveel
mogelijk? Wat wil dat zeggen?
Voorzitter: Dat wij met den aannemer in overleg
zullen treden, anders kunnen wij niet doen.
De heer Doorn acht de kwestie zeer tweeslachtig.
Een ieder zal er voor moeten zijn dat personeel uit
de Zijpe wordt genomen, maar men kan den aanne
mer daar niet toe verplichten.
Voorzitter beaamt dit en B. en W. zullen dan ook
met den aannemer praten. Bovendien is er niet zoo
veel werk voor de arbeiders uit Zijpe, alleen slootsn
en afgraven. Zandaanvoer zal de aannemer wel met
eigen menschen doen.
De heer Bellis meent, dat alleen geëischt kan wor
den werk voor geschikte arbeiders, die het werk zul
len kunnen uitvoeren.
Het voorstel van B. en W. wordt met allen voor
aangenomen.
De heer I). Vriendjes en J. Raat Dz. krijgen voor
H jaar ontheffing hondenbelasting.
De verschillende rekeningen worden aangeboden
en de heeren Bruin, v. d. Oord en Smit benoemd
om deze rekeningen na te zien en rapport aan den
raad uit te brengen.
De instructie voor de geneeskundigen en de vroed
vrouw heiast met de armenpraktijk, wordt op ver
zoek van Ged. Staten in dezen zin gewijzigd dat be
paald wordt dat de schorsing is aan B. en W., dit
in overeenstemming zijnde met de bepaling der Ge
meentewet.
De doodgraver P. Hollander had nooit een aan
stelling gehad als zoodanig. Voor zijn pensioenrege
ling was dat noodig en besloot de raad nu met al
gemeene stemmen om hem vanaf 1 Juli 1914 aan te
stellen a'.s doodgraver te Petten, op een salaris van
f20 per jaar.
Vleeschkeuringsdienst.
Volgt do bekende aanvraag van de commissie van
uitvoering van den Vleeschkeuringsdienst in den
kring Barsmgerhorn. met verzoek toestemming te
willen verleenen de stichtingskosten van de centrale
noodslachtplaats en verwerkingsinrichting te ver-
hoogen lot ten hoogste f 145.000 en tot_het ^ar^gaan
van een geldleening van ten hoogste f20000.
B. en W. van Zijpe hadden een specificatie van de
oprichtingskosten gevraagd, die ongeveer f 137.000
f 138.000 bleken te heloopen.
De heer Doorn: Dat is nog lang geen f145.000.
üe heer Dignum: Ze doen er nog wel een beetje bij.
Ü8 heer Doorn zegt., er geen verstand van te hebben,
maar mot een half oog wel te hebben gezien dat het
op deze manier niet kan. Als wij letten op den om
zet en wat alles kost, kan het onmogelijk rondloopen.
Maar het is om de algemeene gezondheid en hy
giëne gedaan, dus moeten wij ons daarmee maar
troosten.
Met algemeene stemmen goedgevonden.
Het dure Petten.
B. en W. stellen voor om de wegen in Petten in
hoofdzaak de Achterbuurt en Middenbuurt, te behar-
den en met goten die afvoeren naar de sloot achter de
kerk te rioleeren. Het is daar 'n verschrikkelijke zand
en modderboel, het water, waschwater, niets loopt er
weg. liet is wel een heel bedrag wat het zal kosten,
maar dat puinkloppen is ook niet goedkoop.
De heer Bruin is er niet voor, op deze wijze wordt
Petten la duur. Petten heeft al reeds een f20.000
avond nu gebeuren moest! In die dagen die hem nog
resten zou hij alleen zijn alleen dood-alleen.
Een wachter deed zijn celdeur open. Achter den wach
ter kwam de directeur. Dave mocht hem graag lijden;
hij was streng, maar altijd rechtvaardig. Maar waarom
kwam de baas nu in zijn cel?
Dave zou het spoedig hooren.
Lomazzi is stervende, begon de directeur Hij
heeft verlof gevraagd om afscheid van je te nemen. Ik
heb geen bezwaar. Ga mee!
Ik... ik dacht dat ik hoorde zeggen dat hij al dood
was, stamelde Dave.
Hij was bewusteloos, was het korte antwoord. Een
hartaanval. Kom vlug; het loopt af.
Dave Henderson stapte de cel uit en bleef een oogen
blik voor de deur van Tony's cel staan. De oude man
lag op de brits met een gelig gezicht en gesloten oogen
De gevangenis-dokter stond met een injectiespuitje in
de hand terzijde. Dave veegde met de hand over zijn
oogen het was alsof een plotselinge nevel hem even
het gezicht benam toen liep hij resoluut naar de brits
en viel op zijn knieën neer.
Een hand werd uitgestoken, een bevende, slappe,
koude hand, die zwakjes de zijne greep, de donkere
oogen van den stervende openden zich en vestigden zich
met een opflikkering van het oude vuur op Dave's ge
zicht; om de lippen speelde een vage glimlach.
De oude Tony fluisterde de oude Tony had steeds
in zichzelf gemompeld en gefluisterd maar het was
altijd mogelijk geweest om hem te verstaan, zelfs als
men zijn ooren inspande. Maar nu was hij vrijwel heele
maal onverstaanbaar. Dave Henderson veegde weer met
de hand over de oogen en boog zijn hoofd tot voor den
mond van den ouden man.
Brave jongen, dfet je hier bent gekomen, Dave. Oude
Tony vergeet nooit iemand die goed voor hem geweest
is. Oude Tony weet dat je hulp noodig hebt als je
vrij bent. Luister Nlcolo Capriano San Francisco.
Begrijp je? Tony Lomazzi stuurt je. Tony Lomazzi
kreeg levenslang voor hem. Nicclo zal het Tony's vriend
vergelden. Ga maar... zijn stem stierf weg, brak...
Iemand maakte Dave Henderson's hand loa uit de
hand die haar omklomde.
Als uit de verte hoorde Dave de stem van den gevan
genisdokter zeggen:
Het is afgeloopen...
Een zacht klopje op zijn schouder wekte Dave Hen
derson uit zijn wakenden droom. Het was een 'wachter,
die een hoofdbeweging maakte in de richting van de
deur.
(Wordt vervolgd).