Alumni Bitus-
Mmitmit- Lnllnillii.
ACCOUNTANTSBUREAU W. en H. 1. EIK
Een tocht
Sauerland
GEESTELIJK LEVEN.
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
Man en vrouw.
H. ERIKS, oud-Burgemeester van PETTEN.
door
Zaterdag 16 Augustus 1930.
SC0ACE
73ste Jaargang No. 8714
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in bet eerstuitkomend nummer geplaatst
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent ADVERTEN-
TIcN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT VEER BLADEN
Want zóó zijn mannen, en zóó ls de
liefde van mannen: hun verlangen is
om te ontvangen... Zij hunkeren ook
naar de moeder in ons, naar de zach
te, begrijpende liefde die zij behoeven
In hun nood en zij zouden nog naar
ons verlangen op den dag dat wij
heengegaan zijn, als het huis zoo leeg
en vreemd en onverzorgd is om hen
heen, en zij met dat groote verdriet
In hun borst rondloopen, zij zou
den ons voor een oogenblik terug
willen hebben om in onze armen troost
te vinden voor het leed dat zij lijden
om ons gemis... Zoo hulpeloos en on
logisch en bedroefd en arm zijn man
nen... omdat het eigenlijk toch altijd
kinderen blijven...
En zoo rijk zijn vrouwen, dat zij in
haar liefde de weelde van het geven
mogen kennen, wellend uit de rijke
bronnen van haar moederschap....
HET hierboven geplaatste is overgenomen uit
een boekje, geschreven door Sani van
Bussum en getiteld: een bewogen Vrijdag
op de Breestraat.
Sani van Bussum is de schuilnaam van een
vrouw, die o.a. ook heeft geschreven het zéér
mooie boek „de lamp van den meester". De aan
gehaalde woorden geven ons dus de meening van
een vrouw over den man. Ik zou door deze woor
den niet zoo getroffen zijn, wanneer ik er niet
onmiddellijk in gelezen had de meening, welke
over het algemeen d e vrouw heeft over den
man. Want ik weet - zoo ver mijn ervaring reikt
dat zeer vele, ja, de meeste vrouwen zóó over
den man oordeélen. En ik heb mijzelf ae vraag
gesteld of zij dit met recht doen. Ik vind de quaes-
tie interessant genoeg om er een geestelijk leven
aan te wijden en daarom ga ik neerschrijven wat
er in mij is opgekomen bij het zoeken van een
antwoord op de genoemde vraag.
Wij leven in den tijd der gelijkstelling van man
en vrouw. De ouderen onder de lezers weten,
evenals ik, nog te spreken van een anderen tijd-
Denken we eens aan, laat ik zeggen, een halve
eeuw geleden. Welk een reusachtig verschil met
thans!. Voorheen waren slechts weinig betrekkin
gen en ambten toegankelijk voor de vrouw. Thans
zijn het nog maar enkele beroepen, welke niet
door een vrouw mogen worden waargenomen.
Hoe lang zal t' nog duren? Weldra hebben wij
vrouwelijke burgemeesters. Er is kans, dat de Ned.
Herv. Kerk de bepaling maakt, dat ook de vrouw
als predikant zal kunnen optreden. Te verwach
ten is dat ook het notariaat weldra door een
vrouw zal kunnen worden waargenomen.
Het aantal studeerende meisjes is zeer groot.
Het blijkt, dat de vrouw voor wetenschappelijk
werk volstrekt niet ongeschikt is. Schittert in Pa
rijs niet een madame Curie? En kan de Leid-
sche hoogeschool niet bogen op een vrouwelijke
professor? Ja, wel is er ontzaglijk veel veranderd.
De vrouwen kunnen nu hun gaven ontplooien. Zo
kunnen méér zijn dan baker en schooljuffrouw,
dan vroedvrouw of winkelbediende. En het blijkt,
dat zij het werk niet minder doen dan de man.
Zij gevoelen zich thans de evenwaardigen van
den man. En.... zij hebben gelijk!
En toch is en tb 1 ij f t er verschil tusschen
die twee vertegenwoordigers van het menschel ijk
geslacht.
En toch i s een vrouw anders dan een man.
Anders; niet alleen physiek, d.i. wat den bouw
van het lichaam betreft, maar ook psychisch, d.i.
wat de ziel, wat het innerlijk aangaat.
En al zou de gelijkstelling van man en vrouw
tot in het uiterste worden voltrokken, dit anders
zijn kan nooit worden opeeheven, omdat het on
verbrekelijk samenbrengt met het m a n- en
het v r o u w-zijn, d.i. met het sexe-, het ge
slachtsverschil.
Ik ben persoonlijk een voorstander van de al-
gebeele gelijkstelling van man en vrouw. Ik geef
aan de vrouw al de rechten van den man. Voor
ADMINISTRATIËN BELASTINGZAKEN.
Hoofdkantoor: HAARLEM, Wilhelminastraat. Tel. 11601. Na 6 aar Tel. 11621
Bijkantoor; 's GRAVENHAGE, Akeleistraat 56.
Speciale afdeelingen voor BLOEMBOLLENCULTUUR,
LAND- EN TUINBOUW en VEETEELT.
INLICHTINGEN bi) onzen CORRESPONDENT, den beer
haar èn voor hem moet de gelegenheid openstaan
om overeenkomstig den bestaanden aanleg zich
ten volle te kunnen ontplooien. Maar dit doet
niets af aan mijne overtuiging, dat er diepgaand
verschil is tusschen beide. Zij zijn werkelijk i n
wezen verschillend.
Dit blijkt in sterke mate in dat wat de innigste
betrekking tusschen man en vrouw betreft, d.i. in
de liefde. De man zoowel als de vrouw kan lief
hebben en in de liefde voor de(n) ander wordt het
hoogste geluk gevonden. Bij den man echter is
het overheerschende in het verlangen, de begeerte
om de geliefde te bezitten, haar te heb
ben. Hierin spreekt ongetwijfeld botenal een
zinnelijk element, maar daarnaast toch ook de
vereerinir voor de persoonlijkheid en hare in 't oog
van den minnaar aantrekkelijke eigenschappen
en dus het verlangen om deze persoonlijkheid aan
zich te verbinden.
De vrouw heeft anders lief. Haar begeeren is
vóór alles zich aan den geliefde te geven. In dit
zich-geven speelt ook het sexueele een rol. Onge
twijfeld! Het is het soms onbewust, maar dikwijls
ook sterk bewust verlangen naar moederschap.
Maar tevens komt daarin tot uiting de behoefte
om véél te zijn voor hem, dien zij liefheeft. Zij
wil het leven van den geliefde mooi maken door
die duizend kleinigheden, die schijnbaar onbedui
dende dingen, die toch van zoo groote beteekonis
zijn in het leven. Als haar liefde echt is, zal
zij trachten de huiselijke omgeving te maken tot
de liefste plek voor den man. Zij wil hem tot
steun, ik ben geneigd om te zeggen: tot moeder
zijn. A
Ik zou het oordeel der lezeressen wel eens wil-
len weten. Zie ik het op deze wijze góed in? Ik
meen van wel. Maar ik ben een man en misschien
is het voor een man onmogelijk om precies te be- j
grijpen, wat de liefde der vrouw is.
Aangenomen echter dat ik het goed inzie, dan
wordt m.i. ook duidelijk dat daardoor wordt ver
klaard hoe in het algemeen de vrouw standvas
tiger is in de liefde dan de man. Want het komt
mij voor, dat er ontzaglijk veel waarheid schuilt
in de bekende spreuk: begeeren is meer dan heb
ben.
Het sterk begeerde wordt geïdealiseerd. Is het
begeerde eenmaal verworven, dan gaat het spoe
dig iets van zijn groote bekoring verliezen.
Waarom mislukken zoo vele huwelijken? Om
dat zij gebouwd worden op verliefdheid en niut
Van een jeugdig lezer, G.
H. v. d. Molen te Bree-
zand, ontvingen wij on
derstaande reisbeschrij
ving van een tocht door
Sauerland, welke hij ge
zamenlijk met een aan
tal mede-leerlingen van
de Handelsschool te Den
Helder heeft gemaakt.
IN den loop van den cursus '29/'30 deed de Direc
teur van de Handelsschool te Den Helder den
leerlingen het voorstel om in de groote vacantie
een tocht door Sauerland te maken. Er waren
zeer vee) jongelui, die dit mooie gedeelte van Dultschland
graag wilden zien en het duurde niet lang, of er waren
al ongeveer veertig jongens en meisjes, die zich opgaven
om aan den reis deel te nemen. Ik had me ook opge
geven, want zoo'n gelegenheid krijgt men niet veel.
De Directeur maakte alle voorbereidingen voor den
tocht en hield ons op de hoogte van de dingen, die
komen gingen. We zouden een week lang door het
Sleger- en Sauerland trekken, overnachtende in jeugd
herbergen.
De deelnemers werden gesplitst In twee groepen. De
eerste groep stond onder leiding van den Directeur, den
heer Zuidervliet, en den heer en mevrouw Van Zijl. De
tweede groep, waartoe ik behoorde,was aan de hoede-van
den heer en mevrouw Zeilstra toevertrouwd, terwijl de
Directeur het opperhoofd was.
Den twaalfden Juli brak de vacantie aan en Maandag
den veertienden vertrok *de eerste groep reeds. Deze
groep heeft zeer veel regen gehad en wij waren reeds
bang, dat wij het eveneens zouden hebben, want als
het eenmaal regent in Sauerland, regent het veertien
dagen achtereen", zegt men.
„In Noord-Holland gebeurt zooiets niet," hoor Ik
Iemand spottend zeggen, „daar regent het hoogstens
een maand zonder ophouden".
Nu, wij hebben de heele week schitterend weer gehad
ln Dultschland, terwijl het hier ln het barre Noorden
steeds heeft geregend en koud Is geweest. -
Zoo vertrok dan de tweede groep Maandag 21 Juli,
's morgens met „het sneltreintje van half acht" naar het
Beloofde Land! De reis naar Keulen duurde ongeveer'
den heelen dag.
Een taartje van het Sauerland, door welke
landstreek we onzen tocht gemaakt hebben.
De gestippelde lijngeeft
den weg aan, waarlangs we gegaan zijn.
Sporen door de Benedenrijnsche Laagvlakte biedt niet
erg veel afwisseling en toch hebben wij ons niet ver
veeld. Wij gingen immers het Onbekende tegemoet!
In Amsterdam werd nog wat Duitsch geld gekocht
en toen ging het over Utrecht, Ede. Arnhem naar Ze
venaar Hier moesten we overstappen op den Duitschen
trein, die ons naar Düsseldorf bracht, waar de Direc
teur op ons wachtte. De eerste groep was dien dag weer
op weg naar Holland.
In Elten werd ons duidelijk aan het verstand gebracht,
dat we in Duitschland waren: we moesten onze hor
loges twintig minuten achteruit zetten.
De eerste Duitsche stationnetjes bieden een eigenaar-
digen aanblik. Ze zijn meest allen van hout, maar zijn
versierd met mooie bloembakken. De bewaakte over
wegen vallen ons natuurlijk dadelijk op. Zelfs de klein
ste landweg wordt voor den trein afgesloten. De vei
ligheid op de Duitsche stations is grooter dan bij ons.
Op elk perron staan borden, die het oversteken over de
rails verbieden. Op kleine stations, die meer dan één
perron hebben, ls zelfs nog een ondergrondsche uitgang.
In Düsseldorf moesten we voor 't eerst met Duitsch
geld omgaan, wat aanvankelijk niet erg meeviel. Later
was het heel gemakkelijk voor ons.
Het brood, dat in den rugzak was meegenomen raakte
op, we verlangden naar warm eten. Om tien minuten
over zessen kwamen we ln Keulen aan. We stevenden
dadelijk naar de groote, geriefelijke Jeugdherberg, Min-
denerstrasse 22. Deze jeugherberg was naar onzen
smaak de minst gezellige van alle, omdat ze zoo groot
en vol, hoewel heel mooi ingericht was.
Het eten in Duitschland beviel ons over het algemeen
heel goed. Het gewone brood is voor ons, verw-mde
Hollanders, niet smakelijk, maar het is zeker voedzaam.
's Avonds hebben we een kijkje genomen ln Keulen.
De „Hohe Strasse", de winkelstraat, is één veelkleurige
lichtreclame. Honderden vurige slangenletters wringen
zich boven je hoofd door elkaar. De Hohenzollern-
bruecke, waarover vier spoorlijnen, een breede verkeers
weg en twee breede trottoirs gaan. vervult ons. evenals
de Dom, met groote bewondering voor de Duitsche
bouwkunst.
Na nog eenige straten doorkruist te hebben, gingen
we weer terug naar onze Jeugdherberg. De Duitschers
stonden in den „Tagesraum" en zongen uit volle borst
het „Deutschland über alles". Bij elk couplet ging er een
licht uit, wat den indruk nog vergrootte.
Toen togen we naar de slaapzalen. Het grootste deel
van de slaapzalen voor jongens was bezet beter ge
zegd: belegen door Hollandsche knapen, want er was
ook nog een groep uit Leiden.
Overigens waren er nog Engelschen en Duitschers.
De Engelschen kakelden nog erger dan een heel dozijn
kippen in angst, terwijl de Hollanders den boel ver
maakten met allerlei dierengeluiden. Onze directeur,
dien het gekakel van de Engelschen begon te vervelen,
riep: „We wlsh to sleep", waarop een jongmensch uit
Lelden liefdevol begon te zingen: „Slaap, kindje, slaap."
Eindelijk bedaarden allen en gingen slapen.
Den tweeden dag stonden we om zes uur op, ontbeten,
zwaaiden onze rugzakken, waarin we alleen het aller-
noodlgste ingestopt hadden, op onze schouders en gin
gen op weg.
We woonden de Mis bij in den Dom en we konden
onze oogen, die zoo'n overweldigende schoonheid zagen,
haast niet gelooven. Die prachtige gewelven, pilaren,
glas-ln-lood-ramen zijn haast bovennatuurlijk. De een
voudige mensch voelt zich in dezen geheimzlnnlgen
duisteren schemer zeer zeker dichter bij God.
De „Kölner Dom" is 160 meter hoog; de bouw heeft
62 jaar geduurd, de eerste steen werd gelegd in 1248;
de bouw werd 1880 beëindigd. De bouwkosten sedert
1824 bedragen reeds 20-14 Millioen.
Om 9.12 vertrokken we weer per trein uit Keulen en
kwamen om 11.32 in Betzdorf aan. Dit is een prachtig®
reis. Eerst krijgt men het gezicht op de reusachtige
fabrieken bij Keulen, daarna schitterende ultzlchtjes op
dwarsdalen. De Sieg wordt herhaaldelijk gekruist door
den trein, die zich door de mooie donkere bergen slin
gert, en door zeven tunnels gaat.
Op de berghellingen ziet men eenige ijzermijnen, hier
en daar ook een bazaltgroeve.
Van Betzdorf gingen we wandelende over Kirchen
naar de Freusburg. Freusburg is een oude ridderburcht,
geheel gerestaureerd en ingericht tot jeugdherberg, ge
legen op den top van een berg. Men waant zich hier
nog in de Middeleeuwen: heel boven op den berg het
slot van den landheer, halverwege, even buiten den
poort, een dorpje, waar vroeger de lijfeigenen huisden,
terwijl onder aan den voet het dorp ligt, waar vroeger
de hoorigen zwoegden.
De Herbergsvater van de Freusburg is een pracht
kerel, een echte idealist. We hebben nergens zoo'n har
telijke ontvangst gevonden als in de Freusburg. De Her
bergsvater stond met open armen aan den ingang en riep
„Heil Holland! Willkommen!" en drukte ons leder de
hand. Hij geeft zich met hart en ziel »an de opheffing
van de jeugd.
Van Freusburg uit hebben wij, vier jongens, een zwerf
tocht op eigen houtje door de bosschen gemaakt. Bij
elk kruispunt gooiden we een tien-pfennig-stuk op. Kruis
of munt. Wij waren heelemaal verdwaald, maar we ge
noten naar hartelust. Toen we langs een zig-zag-weg
door een dennebosch, waarin het geheel donker was,
boven op een berg kwamen, zagen we plotseling Freus
burg heel in de verte liggen. Dwars door het bosch,
met onze handen en bergstokken een weg banend,
Hiernaast een foto
van de Oostzijde met
toren van het slot
Freusburg, de Jugcn-
burg, waar we zulke
gezellige uren hebben
doorgebracht.