Gemeente Anna Paulowna.
VOOR DEN KANTONRECHTER
TE ALKMAAR.
Raadsvoorstellen
Voorzitter: Het hoofd kan blijven wonen waar hij
woont, ofschoon het toch jammer zou zijn, als hij
niet naast de nieuwe school kwam te wonen. Spr.
deelt nog mee dat de bouwkundige inspecteur van
onderwijs heeft meegedeeld, dat de schoolbouw te
royaal is opgezet. Er moet vereenvoudigd.
Den heer Overtoom hebben de cijfers voor het
bouwen der nieuwe school gefrappeerd, waar het be
treft de vergelijkingen tuschen de becijferingen voor
de school op het Heerenbosch en achter de oude
school. Spr. erkent dat de plaatsing achter de oude
school goedkooper is dan op de plaats der oude
school, eer» hulpgebouw als daarmee wordt uitge
wonnen. Een nieuwe bewaarschool is becijferd op
f26000, dat is voor 2 lokalen, dus f 13000 p. lokaal. In
de nieuwe school is per lokaal maar berekend
f 10000. Spr. vraagt welke opdracht B. en W. aan
den opzichter hebben gegeven, wat de waardebepa
ling van den bouwgrond enz. betreft. Hoe is de op
zichter tot deze berekeningen gekomen? Spr. ziet in
de berekeningen f7000 aankoop grond, f7780 voor
straten en riolen. Spr. heeft dit nagerekend, maar
kan er niet uit komen wat de opzichter allemaal
bedoelt.
Voorzitter vraagt aan den Schoorl. Deze zegt dat
de opzichter geen andere opdracht heeft dan beide
plannen te begrooten. Den grond en de oude onderwij
zerswoning heeft de opzichter getaxeerd, maar B.
en W. vonden dat bedrag wat overdreven en hebben
het verlaagd.
Voorzitter zegt, dat de berekeningen globaal zullen
zijn.
De heer I.eguit wijst er op, dat de bewaarschool
2 lokalen heeft en de woning van de directrice.
De heer Overtoom wist dit laatste niet en wat dat
globale betreft, begrijpt spr. volkomen, maar het
moeten toch cijfers zijn waaraan men houvast heeft.
Welken prijs, vraagt spr., heeft de opzichter
aangenomen voor de 4200 M2. grond op het Heeren
bosch, noodig voor schoolgebouw en speelplaats?
Spr. meent dat de prijs van den grond is na klaar
maken van straten en riolen f5.20. Dezen prijs had
men ook voor den grond van de nieuwe school
moeten vasthouden en niet f 1.66, zooals is geschied.
Straten en riolen begroot op f7780, kan spr. niet
volgen en spr. wil de cijfers kunnen controleeren of
ze juist zijn.
Met de opstelling der cijfers is spr. het niet eens,
en spr. noemt de prijsberekening van den grond op
het Heerenbosch voor de school een politiek, die zelfs
B. en W. niet zullen onderschrijven.
Na nog eenige bespreking, waarbij de heer Gorter
den heer Overtoom bijvalt, wordt besloten dat B. en
W. hun toelichting zullen terugnemen om den Ge
meenteopzichter te hooren.
Voorstel om niet over te gaan tot den
bouw van een urinoir.
B. en W. deelen den Raad mede, dat voor den
bouw van een urinoir bij het station de volgende
prijsopgaven zijn ontvangen
1. G. Koning te Schagen voor f521.
2. D. Koning te Schagen voor f538.—
3. M. Schoen te Schagen voor f552.50
De begrooting van den Gemeente-Opzichter luidde
f420.—.
Daar de prijsopgaaf van den laagsten inschrijver
de raming van den Gemeente-Opzichter met onge
veer 29 overschrijdt, achten B. en W. zich niet
gerechtigd den bouw te gunnen.
Zonder opdracht van B. en W. te hebben, heeft
de Gemeente-Opzichter zich tot den laagsten inschrij
ver gewend, ten einde te trachten het werk voor een
lagere bouwsom te doen uitvoeren.
Indien de tegelvloer zou worden vervangen door
een gekleurde en geschuurde betonvloer en de afwer
king van het. betondak werd gewijzigd, was^ deze
laagste inschrijver bereid het werk voor f435.uit
te voeren.
B. en W. achten deze handelwijze tegenover de
andere inschrijvers onjuist en stellen den Raad voor
in verband met de hooge kosten niet over te
gaan tot den bouw van een urinoir nabij het station.
Mocht de Raad zich hiermede niet kunnen vereeni
gen, dan wenschen B. en W. over te gaan tot het hou
den van een nieuwe onderhandsche aanbesteding.
De heer Lookman had niet een soort landhuisje ge-
wenscht, het kan wel wat minder.
Na eenige deliberatie wordt het voorstel van B. en W.
om geen urinoir te bouwen, verworpen met 4 tegen 6
stemmen. Er voor stemden de heeren Van Nuland,
Schoorl, Overtoom en Legult.
B. en W. zullen een nieuwe onderhandsche aanbeste
ding houden.
Aanbieding rekeningen.
Aangeboden worden de diverse rekeningen over
1929.
De gemeenterekening sluit met een batig slot, wat
den gewonen dienst betreft, van f 6588.81, terwijl de
kapitaaldienst in ontvangst en uitgaaf sluit op een
bedrag van f28255.07.
De rekening van het G.E.B. geeft aan: totaal der
baten f46603.90, totaal der lasten f39721.00V£, ba
tig saldo flS82.89V2-
Het totaal der kapitaalsinkomsten bedraagt
f 29758.36, der kapitaalsuitgaven f 19968.26, batig saldo
f9790.10.
Die van het gasbedrijf geeft aan: totaal der baten
f 52518.571/2, totaal der lasten f50270.69, batig saldo
f 2247.SSV2» totaal der kapitaalsinkomsten f 31928.7SV2,
der kapitaalsuitgaven f 15579.16, batig saldo
f 16349.62V2.
De rekening van het Grondbedrijf vermeldt aan
baten en lasten f 4081.97, aan kapitaalsinkomsten
f 19920.08, aan kapitaalsuitgaven f 15131.94, batig
saldo f4788.14.
Het saldo-verlies te dekken door de gemeente, is
blijkens de balans f 1427.46y2.
De rekening van de Eierveiling vermeldt aan ba
ten en lasten een bedrag van f7842.81; waaronder
een bedrag van f 1972.30 voor afschrijving wegens
waa rdevermindering.
Het totaal der kapitaalsinkomsten en der -uitga
ven bedroeg f 1972.30.
Tot commissieleden voor het nazien worden in twee
stemmingen benoemd de heeren Jb. de Vries, C. Kooij
en L. van Rijswijk, die dit aanvaarden.
Ter vaststelling wordt aangeboden een suppletoire
begrooting 1929, in ontvangst tot een verhooging
van f 11607.18, jot een verlaging van f 1937.67, in uit
gaaf tot een verhooging van f 13724.93, tot een ver
laging van f 4055.42.
Spoedeischende ingekomen stukken.
Aankoop perceel grond.
Van den heer G. Anneveldt is het verzoek ingeko
men om het door hem gekochte perceel in het Hee-
renbosch te mogen ruilen tegen een perceel aan die
zelfde straat, zijnde een hoekperceel, of wel het N.O.
perceel tegenover het plantsoen bij de Stille Laan.
Bij de onderhandelingen over den aankoop van
grond werd door hem als eerste eisch gesteld dat
zijn perceel zou komen grootendeels vóór de ontwor
pen straat naar den Slottoren en met vrij uitzicht
langs de ie stichten garage van den heer C. de Moor
te Schagerbrug. Deze eisch werd ingewilligd en later
meermalen door den administrateur bevestigd. Door
dat aan den heer De Moor, volgens verkregen in
lichtingen, toegestaan is dichter aan den weg te bou
wen dan oorspronkelijk vastgesteld was, kan aan
dezen eisch niet meer worden voldaan.
Hierdoor heeft de gekochte grond voor adressant
grootendeels zijn waarde verloren, omdat het zijn
plan was een woon- en winkelhuis te bouwen en in
williging van den gestelden eisch dus voor hem van
het grootste belang was.
Bovendien blijkt thans, dat de ligging van het ge
kochte perceel zoodanig is. dat het door hem te bou
wen huis daarop niet geplaatst kan worden, zonder
dat opnieuw grond bijgekocht wordt.
B. en W. antwoordden dat zij na onderzoek ter
plaatse de bezwaren van adressant niet kunnen dee
len, doch dat zij bereid zijn den Raad voor te stel
len deze koop ongedaan te maken indien schriftelijk
wordt verklaard voor het thans bedoelde perceel na
bij de Stille Laan over de volle diepte den prijs van
f8.50 per M2. te willen betalen, terwijl de kosten van
overschrijving voor rekening van adressant komen.
In een op 15 Augustus gedateerd schrijven ant
woordt de heer Anneveldt, dat hij genegen is voor
bedoeld hoekperceel, over de volle diepte, den prijs
van f8.50 per M2. te willen betalen en de overschrij-
vingskosten voor zijn rekening te nemen.
De heer v. Erp verklaart zich hier tegen, In de eerste
plaats vreest spr. dat het terug te nemen perceel den
prijs wellicht niet meer kan gelden. Nu wordt voor het
nieuwe perceel wel meer betaald, maar dat is een hoek
grond, dat altijd de waarde wel bezit
De heer Leguit is 't niet met den heer v. Erp eens.
Voor woonhuis is 't eerste perceel van Anneveldt z.i.
mooier dan bij het Plantsoen.
De heer v. Rijswijk meent dat er niets tegen is An
neveldt het plezier te doen.
Aangenomen. De heer Van Erp tegen.
Nieuwe belastingregeling.
In verband met de aan Ged. Staten toegezonden
besluiten inzake de nieuwe belastingregeling, deelt
dit college merle, dat een regeling gelijk in de inge
zonden verordeningen op de heffing van opcenten
op de gemeentefondsbelasting en op de personeele
belasting getroffen is, bij den Minister v. Staat, Mi
nister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw, be
zwaar ontmoet.
De Minister is van oordeel, dat ingevolge art. 232
der gemeentewet elk besluit tot vaststelling van een
opcentental de Koninklijke goedkeuring behoeft en
acht blijkbaar op dien grond een besluit, waarbij
slechts een maximum voor de opcenten vastgesteld
is, niet voor goedkeuring vatbaar.
Verzocht wordt daarom de verordeningen in te
trekken en te doen vervangen door zoodanige, waar
bij het aantal te heffen opcenten uitdrukkelijk wordt
bepaald.
In een tweede schrijven herinneren Ged. Staten
aan den termijn waarbinnen verordeningen betreffen
de de heffing van de personeele belasting behooren
te worden ingezonden.
B. en W. stellen den Raad voor te besluiten dat
jaarlijks, met ingang van het belastingjaar 1931 op de
hoofdsom der personeele belasting zullen worden ge
heven 80 opcenten.
B. en W. nemen tevens deze gelegenheid te baat
om voor te stellen de belastingbedragen v. automo
bielen, waarvoor de opcenten bij de oude regeling 180
bedroegen en die bij de nieuwe regeling dus een te
sterke ontheffing zouden krijgen, als volgt te re
gelen.
De belastingbedragen, voorkomende in artikel
31bis onder par. 4 en par. 5, letter c der wet op de
personeele belasting 1896, worden voor deze gemeente
als volgt door andere vervangen:
f6, onder par. 4, a, lo wordt vervangen door f8.
f8 onder par. 4, a, 2o. wordt f 11.
f2 onder par. 4, b, wordt f2.50.
f40 f2.25 onder par. 4, b wordt f55 f3
f85 -f f2.50 wordt f115 f3.50.
f160 -f f2.75 wordt f225 f4.—.
f 242.50 -f f 3 wordt f 340 f 4.50.
f 15 onder par. 4, c wordt f21.
f 10 onder par. 5, c wordt f 14.
De motorrijtuigen worden dus zwaarder belast dan
oorspronkelijk was vastgesteld.
De voorstellen worden goedgekeurd.
De heer Van Erp verlaat de vergadering, ofschoon
hij verklaart, eigenlijk voor de rondvraag nog het een
en ander te hebben.
Rondvraag.
De heer Lookman vraagt wanneer de asfalteering van
den Stationsweg zal gebeuren.
Voorzitter zegt, dit straks al te hebben verteld en
als hij dit wil herhalen, zegt de heer Overtoom, ook
weg te willen.
Het blijkt dat comité-zitting moet gehouden worden,
die op deze wijze te onvoltallig wordt.
De heer Overtoom, mopperende over het onbelang
rijke rondvraagpunt, blijft nu weer.
De Voorzitter geeft nu zijn toelichting over den tcer-
ketel, die nog niet gehuurd is, omdat het almaar regent.
De heer Kooij heeft niets meer gehoord over de ont
eigening van het perceel-Hoogland. Is daar nog niet
meer aan gewerkt? Het komt spr. voor, dat het de
bebouwing in het Heerenbosch zal bevorderen, als het
perceel-Hoogland weg is.
Voorzitter antwoordt, dat er nog niets meer aan ge
daan is.
Hierna sluiting en de raad gaat in comité.
Zitting van Vrijdag 22 Augustus.
HET VERKEER BIJ DE VLOTBRUG IN DE WAR
GESTUURD?
Als eerste comparant ter zitting van Vrijdag pre
senteerde zich de 49-jarige heer W. H. O., een huizer.-
verhuurder uit Bergen, aan wien was ten laste gelegd
dat hij op 24 Juni te Alkmaar In een door hem be
stuurde automobiel, afkomende van het Heiligland, ter
wijl het doorgaand verkeer wegens de opengedraaide
vlotbrug was stopgezet, niettegenstaande het door den
brugwachter van Meeteren gegeven stopsein en laat om
terug te rijden, voor de wachtende auto's, was voort
gereden, niettegenstaande ook een auto naderde vanaf
de inmiddels dichtgedraaide vlotbrug. Gehoord worden
in deze zaak de heeren Van Meeteren, brugwachter en
Robber, adj.-keurmeester bij den Keuringsdienst, als
getuigen. De heer H. ontkende persé alle schuld. In
dien er fouten gemaakt waren, dan was het door den
brugwachter en niet door hem.
Waarom bleef u niet in de file, vroeg de ambtenaar.
Maar meneer, ik moest niet over de vlotbrug, ik moest
den Kanaaldijk op, dus behoefde ik niet op het ver
keer over de vlotbrug te wachten, repliceerde verdach
te, voorts overleggende een situatie-teekenlng om een
en ander duidelijk te maken.
De brugwachter Van Meeteren verklaarde, belast te
zijn met de regeling van het verkeer over de brug en
overlegde als zoodanig zijn instructie. In 't belang
van het verkeer gelastte hij verdachte die doorreed,
te stoppen en achteruit te gaan, waaraan deze slechts
een oogenblik voldeed. Toen stak hij eensklaps zijn rich
ting-aanwijzer uit en reed door, zoodat een van den
Kanaaldijk komenden auto gedwongen was, Ünks van
den weg te stoppen, teneinde verdachte doortocht te
verleenen. De heer Robbers, daarop gehoord, verklaarde
in denzelfden geest
De kantonrechter achtte de verklaring van den brug
wachter afdoende. Diens volmacht als verkeersregelaar
bij de vlotbrug stelt zelfs de politie achter. Verdachte
had zich dus naar diens aanwijzingen moeten gedragen,
en daarmede was de zaak uit
De ambtenaar noemde het optreden van verdachte
onhebbelijk en zou de politie verzoeken, speciaal np
hem te letten, requireerde ten slotte f 25 boete of 25 dg.
Verdachte noemde het gebeurde overdreven voorge
steld. Hij rijdt reeds 7 jaar en is in dien tijd slechts 4
maal voor onbeduidende overtredingen bekeurd.
De kantonrechter waarschuwt verdachte voor ont
zegging van rijbevoegdheid, die bij herhaling dreigde
en veroordeelde hem tot f 15 boete of 15 dagen.
AAN HET KORTSTE EINDJE GETROKKEN
Ingevolge het op de voorgaande zitting genomen be
sluit, werd heden de zaak tegen den heer Cornelis R.,
particulier te Heiloo, die op 1 Juli aldaar, tijdens de
huldiging van den jubileerden burgemeester zou heb
ben verkeerd in kennelijken staat, voortgezet met het
hooren van den verbalisant, brig.-titulair A. Bergsma
van Egmond aan Zee. Deze ambtenaar bleef pertinent
bij zijn proces-verbaal volharden en vulde zulks aan
met de mededeeling, dat verdachte slingerde, lastig cn
vervelend was tegenover andere personen. De heer R.
bleef een en ander ontkennen en schreef zijn niet
vasten gang toe aan de omstandigheid dat hij gerui-
men tijd op een stoel had gezeten en van dit zitten
stijf was geworden. Dat hij op zijn weg naar huis was
gevolgd is door een afdeeling baldadige jongens,had niet
tot oorzaak zijn dronkenschap, doch wordt hij meer
malen door de jeugd op een dergelijke ongepaste wijze
bejegend en zelfs met steenen gegooid. Hij was voorts
van meening, dat men steeds op hem een pik heeft en
deze attentie hoofdzakelijk in verband gebracht r.ioet
worden met zijn ongewenscht vertoeven in het Heiloo-
er-bosch. Nadat de heer R. er door ambtenaar en kan
tonrechter op was gewezen, dat bij een volgende over
treding ter zake art. 453, opzending naar een rijkswerk
inrichting kan worden opgelegd, werd verdachte schul
dig verklaard en veroordeeld tot f 10 boete of 10 dagen.
EEN GEVAARLIJK HOEKJE BIJ NIEUWESLOOT
EN SCHOOLSTRAAT.
Uit de naburige gemeente Koedijk versoheen de 23-
jarlge werkster mej. Petronella van D., welke dame op
11 Juli op haar rijwiel vanaf de N.-sloot te Alkmaax
de Schoolstraat In willende rijden, te veel links hield
met gevolg dat eena anrijding ontstond tusschcn een
van de andere zijde de rechterzijde van de Schoolstraat
houdende wielrijder, de 24-jarige heer G. Kaper, kan
toorbediende te Alkmaar. Gelukkig vloeide geen bloed,
doch de wielrijder geraakte tegen de vlakte en werd
zijn rijwiel beschadigd. Onverstandig genoeg, weigerde
de juffrouw een minnelijke schikking door betaling van
f 7 en smaakte zij het dubieus genoegen, heden wegens
overtreding van art. 6 der Motor- en Rijwielwet ierccht
te moeten staan. Hoewel werd toegegeven, dat het
hoekje aldaar zeer gevaarlijk is en omzichtig rijden
vereischt, kon toch niet worden uitgeschakeld de
schuld van het meisje door haar links rijden, al deed
zij dit dan ook, volgensh aar opgaaf, uit vrees links-
houdende voetgangers te zullen ontmoeten en werd ver
dachte veroordeeld tot f 4 boete of 4 dagen, plus beta
ling van f 12 schadevergoeding aan den heer Kaper.
De Kantonrechter merkte in verband met deze zaak
op, dat het aanbeveling zou verdienen, Indien In dc
Schoolstraat één-richtlng-verkeer werd voorgeschreven.
NIET ALLEEN VRIJGESPROKEN. MAAR ZELFS
ONTSLAGEN VAN ALLE RECHTSVERVOLGING.
De heer C. M. van L., aannemer, aan den Schermcr-
weg te Alkmaar, die vorige week terecht stond ter
zake overtreding der Arbeidswet, welke zaak in ver
band met het door verdachte gevoerde verweer, dat de
in de dagvaarding genoemde arbeiders, belast niet de
bedekking, niet waren in zijn dienst, doch onderaanne
mers tegen een vastgestelde som, had alle reden tevre
den te zijn over het verloop der voortgezette behan
deling. Gehoord toch als getuige werd de heer Zacha-
dias Schreuve uit den Haag. een van de ter sprake ge
brachte dakwerkers, die geheel overeenkomstig de op
gaaf van den aannemer verklaarde en zulks door
overlegging der schriftelijk aangegane overeenkomsten
kon bekrachtigen. Hij noch zijn collega Boere bevon
den zich in loondienst van den heer Van L. en hun
namen kwamen op de arbeidslijst niet voor. Waar de
zaak zóó zwak stond, kon de heer Ambtenaar niet
anders dan vrijspraak requireeren, doch de kanton
rechter ging zelfs nog 'n stapje verder en ontsloeg den
heer Van L. van alle rechtsvervolging.
HET GAAT NIET AAN EEN WIELRIJDER A TORT
ET A TRAVERS IN HET MULLE ZAND
TE JAKKEREN.
Op den 22 Juli reed op den slecht onderhouden duin
weg onder Schoorl, een groote touring autobus beladen
met leden van het Luther3Che mannenkoor uit Amster
dam, welke bus werd bestuurd door chauffeur H. W. L.,
werkzaam bij den garagehouder Menius Bakker te Am
sterdam. Voor de bus uit reden een tweetal wielrijders,
de heer Cornelis Mol, bakkersgezel te Schoorl, en de
los arbeider Jan Beeldman, eveneens aldaar woonach
tig. De twee wielrijders reden uiterst rechts op den
nog berijdbaren rand van den slecht onderhouden weg.
door een strook mul zand gegarneerd. De chauffeur van
de touringsbus probeerde met zijn geweldig vehikel de
wielrijders te passeeren, doch haalde niet voldoende uit
naar links, waardoor de bakker Mol werd aangereden,
van zijn fiets geraakte en met zijn arm tegen het achter
wiel van de bus kwam, waardoor zijn arm zoodanig
letsel bekwam, dat geneeskundige hulp bij Dr. Heringa
moest worden ingeroepen. Aangezien geen poging werd
gedaan deze zaak onderling te regelen, volgde aangifte
en stond heden terecht genoemde chauffeur wegens
overtreding van artikel 3 van de moor- en rijwielwet
De verdachte, In persoon aanwezig, ontkende beslist
iemand te hebben aangereden en had als getuige a de
charge medegebracht zijn patroon, die verklaarde dat L.
bekend stond als een voorzichtig en gewild chauffeur.
Volgens meening van verdachte, was de aangeredene
zelf de schuld van het gebeurde. Hij was met zijn rijwiel
in het mulle zand terecht gekomen toen verdachte, die
niet voornemens was, voortdurend achter de wielrijders
aan te rijden, hem voorbij reed. Inzittenden uit de bus
hadden hem ook toegeroepen, dat er niets van beteekenis
was gebeurd 'en de wielrijder zelf de schuld droeg. Ver
dachte noemde het een opgeschroefde zaak en de re
chercheur in Amsterdam had er ook om gelachen en
zich verwonderd dat zoo'n onbenullig zaakje was ver
volgd. Indien hij werd veroordeeld, zou verdachte met
niet minder dan 30 getuigen a décharge terugkomen.
De heer ambtenaar bekeek echter de kwestie uit een
meer bedenkelijk oogpunt en was van meening dat het
niet aanging om maar op een wielrijder In te rijden,
ook dezen hebben recht op den weg. Gevorderd werd
f 20 boete of 20 dagen en de heer Kantonrechter het
volmaakt eens zijnde met de opvatting van het O. M.
zwichtte ook niet voor de bedreiging met 30 getuigen en
veroordeelde den tourlngbusbestuurder tot f 15 boete of
15 dagen, met toewijzing der billijke civiele vordering
ad f 5 aan den heer Mol, wegens kosten voor genees
kundige behandeling door Dr. Heringa.
EEN NIET ONVERDEELD VOLDAAN
GEMEENTENAAR.
De 48-jarige heer J. P. B. directeur eener Zuivelfa
briek te Castricum verscheen als verdachte voor den
kantonrechter, naar aanleiding van het hem bij dag
vaarding ten laste gelegde feit, dat hij op 2 Juli in strijd
met de verordening een 9 a 10 PK. motor in werking
zou hebben gehouden. De heer B. zeide zich grootelijks
over deze vervolging te verbazen. Bedoelde motor had
slechts een caplciteit van 3/10 P.K., waarmede b.v. een
stofzuiger in werking wordt gesteld. Hij had daarom
trent een onderhoud gehad met burgemeester Lommen,
die hem had toegezegd, dat deze zaak geen verdere ge
volgen zou hebben. Later had de heer B. bedankt als
bestuurslid en lid van „Castricum Vooruit" en bracht
h\j dit feit in verband met het voortzetten der strafver
volging. Hij insinueerde voorts.dat in Castricum wel wat
met gunsten werd gewerkt en merkte voorts op, dat hij
van de motor een nogal kostbare teekening had doen
vervaardigen en dat er geen overeenkomst bestond tus-
schen de respectieve datums, waarop de overtreding zou
zijn geconstateerd. In verband met het door comparant
gevoerde verweer, vermeende de kantonrechter dat het
onderzoek niet volledig was geweest en werd besloten
dat deze zaak meer uitvoerig zou worden onderzocht en
derhalve voor onbepaalden tijd zou worden aangehouden
EEN NIET TOELAATBARE FACILITEIT.
Een werknemer, in dienst van den heer C. M. v. L..
aannemer te Alkmaar, had tengevolge van een heuglijk
familiefeest een vrijen dag genomen en aan den patroon
verzocht, den verloren arbeidstijd door overwerk te rao-
Vader, wat beteekent dat: failliet zijn?
Dat beteekent, m'n jongen, dal je al je
geld in je vestjeszakken steekt en dan je schuld-
eischer* je broekzakken laat inspecteeren (Life).
gen inhalen, zoodat hij geen loonverlies zou behoeven
te lijden. De heer van L. had daartegen persoonlijk gee
nerlei bezwaar, doch wees er zijn knecht op. welk risico
door hem kon worden beloopen. Niettemin werkte be
doeld werknemer in den nacht van 14 Juli naastiglijk
door doch deze ongewone nachtarbeid ontging niet der
politiecontrole, zoodat procesverbaal volgde en de heer
van L. als verantwoordelijk werkgever, heden tot f 4
boete of 4 dagen werd veroordeeld.
EEN GEVAARLIJKE OOGGETUIGE.
De 18-jarige melkventer Slmon Sch. uit Heiloo, had
zich den 23 Juli op zijn rijwiel met onverantwoordelijke
snelheid voortbewogen in de steeds druk bezochte Lan-
gestraat te Alkmaar en was door deze roekeloosheid oor
zaak dat een tweede andere wielrijder werd aangereden.
De jeugdige wielrijder, heden ter verantwoording geroe
pen, erkende wel een overmatige snelheid te hebben
ontwikkeld, doch de aanrijding achtte hij van weinig
beteekenis. Het bleek echter dat niemand minder dan
de inspecteur van politie het gebeurde had gadegeslagen
en bracht zijn verweer hem weinig voordeel.
Hij werd dan ook vermaand en veroordeeld tot f 7
boete of 7 dagen, terwijl de kantonrechter de hoop uit
sprak, dat het toezicht op het snelle racen ter plaatse,
met onverminderde scherpte zou worden voortgezet.
Openbare vergadering van den Raad der gemeente
Anna Paulowna op Woensdag 27 Augustus 1930, des
nuamiddags te drie uur ten Raadhuize.
Punten van behandeling:
1. Notulen.
2. Mededeelingen:
a. bij beschikking van Z.E. den Minister van
Financiën dd. 7 Aug. jl., no. 118, is aan deze
gemeente een voorschot verleend uit 's Rijks
kas van f 10.775.— ter uitbetaling aan Mo
lenkamp, Breider en van Oudenaarde ter
verkrijging van een plaatsje ingevolge de
bepalingen van de Landarbeiderswct;
b. het besluit tot verkoop van grond aan A.
van Oudenaarde is door Ged. Staten goedge
keurd bij besluit dd. 13 Aug. jl. no. 113;
c. het besluit tot het doen van af- en over
schrijvingen op de begrooting 1929 is door
Ged. Staten goedgekeurd dd. 6 Aug. jl. no 9.
d. de heer C. Iv. Hamelink heeft zijne benoe
ming tot onderwijzer aan de 0. 1. school I
aangenomen en is bereids in functie ge
treden;
e. tot tijd. onderwijzer aan de o. 1. school II ia
benoemd D. Vries te Barsingerhorn; in ver
band met het door den heer C. Kooiman ge
vraagd eervol ontslag;
f. het aanleggen van wegen cn rioleeringen op
het bouwtererin „Cérès"' is bij aanbesteding
gegund aan de laagste inschrijfster N.V. P.
Daalder's aannemersbedrijf te Alkmaar;
g. B. en W. gevoelen er voor, alsnog niet voor
om over te gaan tot invoering van een straat-
en rioolbelasting.
3. Voorstel tot wijziging van den pensioensgrond
slag van J. Baken, als gemeente-ontvanger.
4. Voorstel tot verlaging van den aanslag in het
schoolgeld van B. Jeeninga.
5. Voorstel tot terugbetaling der ontvangen be
lasting op publieke vermakelijkheden aan de
Landelijke Rijvereeniging. bij het gehouden con
cours-hippiqué in verband met het nadeelig sal
do der rekening van dit concours.
6. Voorstel tot het verleenen van machtiging tot
het sluiten van een nieuw stroomleveringscon-
tract met het P.E.N. De inhoud van dit contract
is gelijk aan het vorige.
7. Verzoek om eervol ontslag met ingang van 1
September a.s. van den heer C. Kooiman, als on
derwijzer aan de 0. 1. school II.
8. Verzoek om ontslag van den heer C. Kooiman als
lid der plaatselijke commissie van Toezicht op
het Lager Onderwijs.
9. Benoeming van een lid der Commissie van Toe
zicht op het Lager Onderwijs. Aanbevolen wor
den: 1. G. *t Hart: 2. B. de Vries.
10. Verzoek om ontslag van den heer S. Speets als
lid van het Burgerlijk Armbestuur.
11. Benoeming van een lid van het Burgerlijk Arm
bestuur. Voorgedragen worden: 1. Jb. Jonker Hz.,
2. C. Kossen Kz.
12. Verzoek van het Burgerlijk Armbestuur om het
presentiegeld te willen bepalen op f3 per bijge
woonde vergadering.
13. Verzoek van de Commissie voor Wijkverpleging
om verhooging der bijdrage voor 1931 met f 100.
en tot toekenning van een bijdrage van f 181.70
in het tekort over 1929. Voorgesteld wordt gun
stig te beschikken.
14. Verzoek van de Commissie voor den Legwedstrijd
te Beemster om voor 1931 wederom eene bijdrage
te mogen ontvangen. Voorgesteld wordt evenals
voor 1930 f 15— toe te kennen.
15. Voorstel om op 31 December a.s. af te lossen de
volgende restanten van goldleeningen:
1. f700.— der leening ad 4 gesloten voor aan
deel en renteloos voorschot in de N.V. Spoor-
tramweg WieringenSchagen.
2. f860.— der leening ad 4V2 gesloten voor
aankoop woning agent van politie Tcutelink.
3. f 1800— der leening ad 5 gesloten voor
aankoop terrein naast het raadhuis.
16. Voorstel om met ingang van 1 September a.s.,
voorloopig voor den tijd van 1 jaar, den heer Chr.
Dekker te Schagen tc belasten met het bouw- en
woningtoezicht in deze gemeente, inbegrepen de
voor de Landarbeiderswct gebouwde woningen,
tegen eene belooning van f750.
17. Voorstel tot intrekking der wijkindceling der ge
meente, tot het opnieuw nummeren der huizen
en tot het aanbrengen van naamborden aan de
wegen.
18. Vaststelling van een suppletoire begrooting voor
1930.
19. Vaststelling der gemeenterekening 1929, met de
daarbij behoorende rekeningen van het Burger
lijk Armbestuur en het G.E.B.
Zie ommezijde.