Opium en slangengift. De geesel der Menschheid De schat der Ine a's. Voor elck wat wils. Het gestolen luchtballonnetje De geschiedenis van twee deugnieten. €en theelepeltje slangengif zou de geheele bevolking der aarde kunnen dooden door Prof. H. V redendaal. ONDANKS allo moeite, die de Internationale po litie zich geeft, ondanks alle controle-maatrege len worden er dagelijks groote hoeveelheden be dwelmende middelen gesmokkeld. Naaat opium is nu de smokkelhandel In de veel gevaarlijkere heroïne onrust barend toegenomen, terwijl wij geregeld lezen van sche pen, die onder hun lading dergelijke vergiften vervoeren De Oostersche volken noemen deze steeds toenemende begeerte naar verdoovende middelen de „sluipenden dood". De daaraan verslaafde menschen gaan langzaam en zeker te gronde, lichamelijk zoowel als geestelijk. Het lichaam, dat eenmaal aan het gebruik van het eene of andere bedwelmende gif gewend is, vraagt een steeds grootere dosis en het genot moet men tenslotte met den dood bekoopen. Het beruchte „hasjisj"-rooken eischt dui zenden slachtoffers in Azië, maar ook Europa en Ameri ka betalen hun tol. Schedel van een slang met gesloten bek en gift tand (A). Zoo kan men deze bedwelmende vergiften, die de energie dooden en de zenuwkracht verteren, met recht een geesel der menschheid noemen. De gezondheid en levenskracht der menschheid wordt ondergraven; Jaar lijks worden 600.000 K.G. opium bereid, waarvan slechts 6000 K.G. voor medische doeleinden noodig zijn. Het feit, dat in Britsch-Indië bijna de helft van de kinderen in het eerste levonsjaar sterft, wordt daardoor verklaard, dat zij reods met de moedermelk groote doses opium binnenkrijgen. In Europa is vooral het misbruik van morfine een veel voorkomend kwaad, dat in den grond der zaak neerkomt op een langzame zelfmoord en zelfs de „Be roepsziekte der intelluctueelen" genoemd wordt. Over het algemeen vermoedt niemand, hoe groot het aantal aan morfine verslaafden is. In Duitsohland bedraagt hun aantal zeer laag geschat, een half millioen. Alle lan- De hefberveging van den bovenkaak (B en C) doet bij het openen van den bek den gifttand haaksch op den kaak staan. Een romantische episode nit de wereldge schiedenis. Volgens berichten uit Zuid-Amerlka moet de legendarische schat der Inca's, waarnaar eeuwenlang reeds gezocht is, thans gevonden zijn. DE particuliere expeditie van den Ecuadori- schen advocaat Julio Torres moet volgens de berichten in de Andes van Alausi, op het grondgebied van den staat Ecuador, den le- gendarischen schat der Inca's gevonden hebben. Torres deelt mede, dat de schat zich bevindt in een rotshol in de buurt van het Indianendorp Nizac. De Indianen bewaakten hem en hadden tegenover Tor res en zijn mannen een vijandige houding aange nomen. Of Torres nu werkelijk den echten schat gevonden heeft of alleen een kleinere verzameling juweelen en kunstvoorwerpen, zooals er al meer gevonden zijn, zal pas over verscheidene weken kunnen worden vastgesteld. Tenslotte weet niemand, waaruit de echte schat precies bestond, en hoe groot hij is. Men weet slechts, dat hij niet bestaat uit kunstschatten van één tempel, of één koninklijk paleis, maar verza meld is uit het geheele Rijk de Inca's. Men moot dus onderzoeken, of de gevonden schat ook inder daad goud smeedwerk uit verschillende streken cn tijdperken vertoont. Op gevaar af, dat binnenkort Torres niet den ech ten schat gevonden blijkt te hebben, willen wij toch ©enige bijzonderheden over den schat der Inca's mededeelen, waarover zooveel legenden in omloop zijn. Als deze schat bestaat, verhaalt hij ons het ont roerende feit van den ondergang van een groot volk en een' hooge beschaving. En verder is hij dan een aanklacht tegen de Spaansche veroveraars en „bo- schavers", die het onbeschrijflijke wreedheid een vre delievend volk onderdrukt hebben. De Spaansche veroveraar Pizarro, die in de go- schiedenis als edel en moedig held voortleeft, had met zijn geharnaste ruiters en geweren het leger der Inca's verslagen, dat gebrekkig gewapend was en hem niet kon weerstaan. Daarbij nam hij hun keizer Atahualpa gevangen. Deze werd door zijn volk als een god beschouwd en was a.h.w. de belichaming van het Inca-rijk. Zijn leven was het leven, zijn dood de dood van dat rijk. De gevangenneming geschiedde naar den wil der goden en om niet te zondigen door verzet tegen dien wil, vocht het volk niet langer te gen de Spanjaarden. Het lot van het Inca-rijk scheen beslist. De Spanjaarden zelf gaven de Inca's echter nieu wen hoop. Want zij kwamen niet als kolonisten in den trachten den handel in narcotica te controleeren door wettelijke bepalingen, die ten doel hébben den in voer en handel voortdurend te verminderen en althans de uitbreiding van het kwaad tegen te gaan. Er zijn nog andere vergiften, die de menschheid be dreigen en die het leven kunnen vernietigen ook zonder dat men zich willens en wetens eraan overgeeft. Door boos opzet of door een toeval kunnen zij slachtoffers maken en een volwassen mensch door afschuwelijke krampen dooden. Het ergste zijn echter de zgn. „natuur lijke" vergiften, waartegen ook de medische wetenschap machteloos staat. Wij zullen hier een van die vergiften behandelen, en wel het sterkst werkende, waarvan een theelepeltje onverdund vergif de geheele bevolking der aarde en alle dieren zou kunnen dooden. De spieren van den kop. D sluitspier van ock E sterke kauwspier. F spieren voor den gifttand. G weefsel met giftklieren. Sinds enkele jaren kent men de vreeselijke Bacillus Botulinus, die de gevreesde vloeschvergiftiging veroor zaakt, zgn. koud vuur. Een groot aantal geleerden van naam is van meening, dat deze bacil de gevaarlijkste vijand van het menschelijk organisme is. Maar door proeven van den laatsten tijd is een nog veel grooter aantal geleerden de meening toegedaan, dat slangengift nog gevaarlijker is, nog onberekenbaarder werkt en nog moeilijker ln zijn werking belemmerd kan worden. De medische verklaring hiervan is, dat de Bacillus Bo- tullnes, die zich snel vermenigvuldigt, in geconcentreer- Het vergift gaat van K over H naar J in den gifttand op het oogenblik dat de slang zijn bek opendoet. den vorm de noodlottigste werking vertoont, maar dat het binnendringen van dezen bacil ln het lichaam an dere gevolgen heeft dan slangengift in dezelfde omstan digheden. Dit laatste grijpt n.1. niet de zenuwen aan of een bepaald orgaan (hart, hersenen, maag), maar het oefent zijn doodelijke werking gelijktijdig in het geheele lichaam uit Bij andere vergiftigingen, zooals door de Bacillus Bo- tullnes, krijgt de patiënt hevige duizelingen, er treedt de moderne beteekènis van het woord, zij aasden slechts op het goud, waarvan in het land onmetelijke voorraden voorkwamen. Zij waren wreed, onmen- schelijk, onbeschaafd. Maar zij waren goede Psycho logen. Zij beloofden Atahualpa vrij te laten, wanneer zij als losprijs al het goud uit het land kregen. De Inca's kenden de „waarde van het goud" niet. In hun oogen was goud een metaal, waaruit mooie sieraden cn gebruiksvoorwerpen konden worden vervaardigd, maar het was niets vergeleken bij het leven van den keizer en het voortbestaan van hun volksleven. En dan zouden zij weer als vroeger kun nen leven, maar thans zonder den wil der goden te weerstaftin. Het is duidelijk, dat een volk, dat jaar lijks ontelbare mcnschenoffers bracht ter eere der goden, geen noemenswaardig offer zag in het af staan van zijn goudvoorraad. Zij ledigden hun tem pels en paleizen en brachten bijeen, wat rijk en arm aan gouden voorwerpen bezat. Het land was vol gens onze begrippen fabelachtig rijk en de bijeenge brachte schatten moeten milliarden waard geweest zijn. En dit alles zou in de handen der Spanjaarden komen. De Spanjaarden waren echter nog betere psycho logen. Zij wisten, dat staat en keizer één weren en dat het vrijlaten van den keizer zou neerkomen op een weer opleven van het verzet en dat het volk op de vrijlating wachtte om zich onder leiding van den kei zer vrij te maken van de overheerschers. Zij dachtén, twee vliegen in één klap te kunnen vangen door het goud in ontvangst te nemen, maar tooh den keizer te dooden en den staat te vernietigen. Atahualpa is door de Spanjaarden in alle stilte ge dood. Maar op onverklaarbare wijze drong het ge rucht toch door tot de bewaarders van den schat, die hem toen wegvoerden en verborgen in de spelonken van hun onbegaanbare rotsen. Slechts een klein deel ervan viel in handen der Spanjaarden. En hier begint de legende van den schat der Inca's. Nu heeft men geen andere gegevens meer dan de ver halen der inboorlingen. Van den schat is geen spoor meer te vinden. Het eenige feit, dat ook historisch be vestigd is, is de rol, die de stamaanvoerder Manco na den dood van den keizer gespeeld hoeft. Hij verza melde de laatste getrouwen en door de Spanjaar den voor schijnkoning uitgemaakt trok hij zich terug in het gebied der tegenwoordige provincie Vil- loombamba, in een bijna ontoegankelijken doolhof van besneeuwde bergtoppen en niet te overbruggen kloven. De schat speelde echter eeuwenlang een grooten rol in de fantasie der op geld beluste Europeanen. Ontel bare malen heeft men ernaar gezocht. De steeds geld tekort komende regeeringen der Andes-republieken besteedden er hun welwillende belangstelling aan. En de laatste decennia hebben ook de geleerden er zich mee bemoeid, omdat zij daaruit ontzaglijk veel zouden kunnen opmaken over de beschouwing der Inca's. In 1911 heeft de Peruviaansche Yale-Universt een gedeeltelijke verlamming ln, die het spraakver.-, gen of de beweeglijkheid van een bepaald lichaamsdeel verstoort. Het geheele zenuwstelsel wordt stuk voor stuk aangetast en volkomen verwoest, totdat hierdoor einde lijk 4e werking van een der vitale organen belemmerd wordt en de dood intreedt. Het slangengift daarentegen verbreidt zich langs den bloedbaan tot ln de haarvaten en kan zoo zijn vernieti gende werking binnen zeer korten tijd uitoefenen op alle cellen van het geheele lichaam. Het eiwit, waaruit zij bestaan, wordt n.1. door het slangengift aangetast. Men heeft dit bewezen o.a. door de proeven van Prof. Philpott te Washington op infusoriën, eencellige dier tjes, die uit den aard der zaak geen organen kunnen hebben, maar alleen bestaan uit een klompje protoplas- ma. Juist omdat zij geen organen hebben, kunnen de sterkste vergiften hen niet dooden; zelfs voor den Ba cillus Botulinus zijn zij ongevoelig; evenals voor blauw- zur en strychnyne. Maar het vergift van onverschillig welke slag heeft den dood tengevolge, en wel in onge veer denzelfden tijd, als ook bij een mensch verloopt tusschen gebeten worden en sterven. Ook tegen het slangengift heeft de medische weten schap een geneesmiddel gevonden in den vorm van een serum. In streken, waar een groot aantal vergiftige slangen voorkomt (Zuid-Amerika en Britsch-Indië) heeft men slangenfarms, waar de gevaarlijke dieren gekweekt worden. Op gezette tijden wordt hun het gif ontnomen en in sterk verdunde oplossing wordt dit dan bij paar den of andere dieren geïnjecteerd. Uit het bloed van deze dieren bereidt men dan later een serum, dat de werking van het slangengift tegengaat. Geopende slangenmuil. t©it ©en expeditie uitgerust, die wel niet den schat, maar toch wel het paleis van koning Manco gevon den heeft, zoodat een gedeelte van de legende histo risch waar bleek te zijn. Volgens de geruchten moet de schat bewaard wor den door de nakomelingen van dezen koning Manco, terwijl het geheim van de bergplaats slechts monde ling overgeleverd wordt. En de Indianen, die zelf in de bitterste armoede leven, bewaren den schat, omdat hij het laatste overblijfsel is uit hun oude Inca-rijk en omdat de overlevering zegt, dat deze schat eenmaal de nakomelingen van koning Manco in staat zal stel len, het oude rijk in alle heerlijkheid weer op te richten. Een bekende geschiedenis, waarvan de waarheid vaststaat, wordt verteld door een jager, die ©en Inca meisje van den dood redde. Tot belooning voerde zij hem geblinddoekt in een spelonk, waar onmetelijke schatten lagen opgestapeld en stond hem toe, daar zijn zakken mee te vullen. Daarna werd hij weer ge blinddoekt weggevoerd. Hij trachtte de spelonk later wel terug te vinden, maar zonder resultaat. Of advocaat Torres nog gelukkiger is geweest dan deze gelukkige, wij kunnen het nauwelijks hopen. Want de schat der Inca's kan nooit zoo schoon zijn als de daarover bestaande legenden. En hij zal in de schatkist der wisselende regeeringen van Ecuador ook wel niet zoo veilig bewaard worden als door de laat ste afstammelingen der Inca's. (Nadruk verboden.) Of 37. Pim's moeder in de auto gezeten, Volgde hem angstig op zijn vlucht, In den wagen hoorde men haar klagen. Hartverscheurend klonk haar gezucht „De arme jongen", riep zij weenend, Als mijn Pim zich maar niet bezeerd. Hij heeft voor dien nog nooit gevlogen. Heeft niet voor vliegenier geleerd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 6