Purol bij Ruwe Handen
Steun voor den
Tuinbouw.
Het voorstel van
Gedeputeerde Staten.
Binnenlandse!! Nieuws.
Ernstig motorongeluk te Den Helder.
De schrik van Zeist.
Twee inbrekers te Rotterdam
gearresteerd.
Invoer van Ned. Rnndvee
in België verboden.
Vreeselijke dood.
Het leren was haar
een last
Hilversum blijft op de korte golf.
Auto door een tram gegrepen.
PLANTEN
IN KAMER EN TUIN.
Elk beroep op de medewerking
van het Rijk kan van te voren als
vruchteloos worden beschonwd.
In hun prae-advies op het voorstel der soc. dem. Sta-
ten-fractie om op het voetspoor van 1923 thans wederom
garantie te verleenen van rente en aflossing van voor
schotten aan noodlijdende tuinders, herinneren Ged. Sta
ten er aan, dat zij reeds in 1926 hebben verklaard, niet
van plan te zijn, nog eens weer voor te stellen, dat de
Provincie zich andermaal borg zou stellen voor aan de
tuinders verleende voorschotten. Zulk een steunverlee-
ning moest naar hun opvatting hooge uitzondering blij
ven, terwijl het veel meer aanbeveling verdiende om
bijv. subsidie te geven voor bevordering van glascultuur
en het vinden van nieuwe afzetgebieden. Een voordracht
in dien geest werd 15 Juni '27 ingediend en in Juli d.a.v.
door de Staten aanvaard.
In het algemeen nemen Ged. Staten nog hetzelfde
standpunt in. H. i. ligt het op den weg der tuinders om
zelf maatregelen te nemen en tot hun voldoening hebben
zij dan ook vernomen, dat in de op 2 Oct. j.1. gehouden
vergadering van de Prov. Commissie uit de veilingen in
N.H., een denkbeeld is dezen geest naar voren is ge
bracht. De mogelijkheid werd toen n.1. geopperd om door
het heffen van zekere bedragen over de veilingomzfetten
een fonds te vormen, waaruit in gevallen van nood hulp
verleend zou kunnen worden.
Ged. Staten gaan dan aldus voort:
„Nu intussohen zoodanig fonds nog niet bestaat en
nu bovendien niet ontkend kan worden, dat door een
samenloop van omstandigheden de tuinbouw in Noord-
Holland opnieuw in een uiterst hachelijken toestand is
komen te verkeeren, waardoor vele bedrijven dreigen ten
onder te gaan, tot sohade niet alleen van de direct be
langhebbenden doch ook van de gemeenschap, acht ons
College 'n uitzonderingsgeval als bovenbedoeld aanwezig
en vindt het vrijheid aan Uwe Vergadering voor te stel
len nogmaals te hulp te komen door het verleenen van
borgtocht voor de voorschotten, welke de meest getrof
fen tuinders in staat zullen kunnen stellen aan de moei
lijkheden in hunne bedrijven het hoofd te bieden.
Daarmede zal dan worden tegemoet gekomen aan een
wensch, die ook in den kring der belanghebbenden zelf
is uitgesproken. In de bovenvermelde vergadering van
de Proviciale Commissie uit de veilingen in Noord-Hol
land is namelijk besloten het daarheen te lelden, dat eene
nieuwe credietregeling worde tot stand gebracht in den
geest van 19221923 onder borgstelling van de Provincie
en met medewerking van de boerenleenbanken tegen
een zoo laag mogelijk rentetype.
„Gaat ons College dus in de hoofdzaak mede met de
gedachte, in het voorstel van de heeren Ed. Polak c.s.
belichaamd, op verschillende punten ontmoet dit voorstel
bij ons bedenking.
„In de eerste plaats kunnen wij ons niet vereenigen
met de overweging, dat de noodtoestand vordert, dat
zonder verwijl eene zekere hulp wordt verleend; voor
zoover hier gedoeld wordt op hulp vanwege de Provincie
achten wij deze overweging niet juist.
„De hulp, welke, naar wij niet willen ontkennen, vele
tuinders zonder verwyl behoeven, is bijkans alleen hulp
ten eind, nu hunne bedrijven hun in het jaar, dat ten
einde spoedt, niets of weinig, in vele gevallen wellicht
zelfs verlies, hebben opgeleverd^ in hunne persoonlijke
en huiselijke behoeften te kunnen voorzien. Het verlee
nen van deze hulp ligt echter naar ons oordeel, in geen
geval op den weg van de Provincie, doch uitsluitend op
den weg van de gemeenten of van de gemeentelijke
organen, voor dit hulpbetoon aangewezen.
„De voorschotten, voor welke de Provincie zich garant
zou stellen, kunnen slechts strekken om de noodlijdende
bedryven op gang te houden, derhalve voor het aan-
koopen van meststoffen en andere bedrijfsberioodigd-
heden en voor het betalen van de in de bedrijven onont
beerlijke werkkrachten. De voorschotten, in 1923 onder
provinciale garantie toegekend, zijn ook slechts voor
deze doeleinden verleend.
Motor tegen een boom gereden, Twee
miliciens op slag gedood.
In den nacht van Woensdag op Donderdag om
streeks 12 uur heeft aan het einde van de Binnen
haven in Den Helder een ernstig motorfietsongeluk
plaats gehad, waarbij twee personen het leven heb
ben verloren.
Een automobilist bemerkte, dat er aan den kant
van den weg iets brandde, en zag, toen hij stopte,
dat het een Arielmotorfiets was. Tot zijn schrik
vond hij daar vlak bij twee doode menschen liggen.
De lijken zijn naar het marine-hospitaal vervoerd.
De politie heeft de motorfiets in beslag genomen.
De motorfiets is tegen een boom gereden; door wel
ke oorzaak is onbekend. De slachtoffers behoorden
tot de bemanning van het vliegkamp de Kooi en
waren op weg daarheen toen het ongeluk plaats
greep. Het zijn de milicien P. Swarts, 20 jaar, uit
Arnhem, en de stoker-olieman M. Meyer, 24 jaar,
uit IJmuiden.
Met ontzettende snelheid gereden.
Nader wordt gemeld, dat de motorfiets blijkens de
aanwijzingen met ontstellende snelheid moet heb
ben gereden. eBide jongelieden werden met ver
brijzelden schedel gevonden op verscheiden metera
afstand van de motorfiets en dit lag op ongeveer 8
meter afstand van de plaats, waar de botsing had
plaats gehad. De bestuurder had bovendien een ge
broken arm en een gebroken been.
Vreemdsoortige revolver-bandiet.
De politie te Zeist werd Donderdag en den daarop
volgenden nacht tot tweemaal toe opgebeld voor een
ongunstig uitziend persoon, die nog al gevaarlijk
schijnt te zijn. 's Avonds had de man aangebeld bij
een villa aan de Verlengde Slotlaan, waar hij van
de mevrouw die opendeed, geld eischte onder be
dreiging met een revolver, 's Nachts is de man
door een openstaand raam bij een verpleegster bin
nengedrongen, die eveneens een revolver op zich
gericht zag, doch kans zag licht en alarm te makon,
waarop de man ijlings verdween.
Vermoedelijk heeft hij later de bewoners van 'n
armhuis onder Bosch en Duin willen wekken door
op de deur te bonzen. Deze bleef echter gesloten.
P® Politie heeft den man nog niet kunnen achter
halen.
„Niet thans in het najaar, doch eerst na eenigen tijd
zullen de uitgaven, waarvoor de voorschotten dienen
zullen, noodzakelijk zijn. Met het voeren van de noodige
onderhandelingen (bijv. met de boerenleenbanken, welke
de voorschotten zullen moeten verstrekken) en het tref
fen van voorbereidingen zal trouwens eenige tijd ge
moeid zijn. Intusschen ligt het wel in ons voornemen
om, indien Uwe vergadering tot het verleenen van ga
rantie besluit, met alle mogelijke voortvarendheid te
werk te gaan, opdat aangenomen dat de noodige me
dewerking van andere zijde verleend wordtmet de toe
kenning van voorschotten een aanvang kan worden ge
maakt, zoodra daaraan behoefte bestaat."
In de tweede plaats hebben Ged. Staten er bezwaar
tegen, dat geen hooger rente dan 3 pet zou worden ge
vraagd.
De boerenleenbanken vragen stellig een hooger rente,
zoodat het verschil uit de Prov. Kas zou moeten worden
bijgepast Ged. Staten zien niet in, dat in dit opzicht
verder moet worden gegaan dan in 1923. Die rentebeta
ling door de Provincie zou feitelijk neerkomen op het
verstrekken van bijdragen In de normale exploitatiekos
ten van de tulndersbedrljven ln dit gewest
Ged. Staten verklaren zich gaarne bereid om aan te
sturen op een zoo lang mogelijke rente.
Volgens de in 1923 getroffen regeling kan, indien do
rente over eenlg jaar door het bedrijf niet opgebraoht
kan worden, het voorschot daarmede worden verhoogd,
Ged. Staten vermoeden, dat ook thans een dergelijke re
geling gemaakt zal kunnen worden.
Ged. Staten ontraden ten sterkste, om zooals de voor
stellers willen, de medewerking van het Rijk als voor
waarde te stellen voor provinciale hulpverleening, wijl
op zoodanige medewerking, blijkens de in 1923 opgedane
ervaring, niet gerekend mag worden, zelfs elk beroep
op die medewerking van te voren als vruchteloos kan
worden beschouwd. 1)
„Daarentegen, zoo gaan Ged. Staten verder, zij wij
van oordeel, dat ditmaal de gemeenten wel ln de steun-
verleening betrokken 'moeten worden, omdat het ne
men van maatregelen tot het behoud van de middelen
van bestaan der ingezetenen voor alles tot de taak
der gemeenten behoort en het gemeentebelang bij dit
behoud in hooge mate is betrokken. De deelneming der
gemeenten zal ook het voordeel opleveren, dat de ge
meentebesturen, die uitd en aard der zaak met de per
soonlijke omstandigheden der tuinders het best bekend
zijn, er toe zullen medewerken de te treffen regeling
zooveel mogelijk tot haar recht te doen komen.
„Een juiste verdeeling van het risico wordt, naar
onze meening, verkregen, indien de voorschotten voor
70 door de Provincie en voor 30 door gemeenten
worden gegarandeerd."
Zoo komen Ged. Staten er toe om de Staten voor te
stellen te besluiten om:
„Gedeputeerde Staten te machtigen de Provincie borg
„te stellen voor de rlchtige naleving van de overeen-
„komsten van geldleenlng, welke door tuinders in deze
„provincie die naar het oordeel van Gedputeerde Sta-
,ten voor steun in aanmerking komen, zullen worden
„gesloten ten behoeve van den aankoop van meststof-
„fen en andere bedrijfsbenoodlgdheden en voor de beta-
„ling van ln het bedrijf onontbeerlijke arbeidskrachten,
„met dien verstande, dat de borgstelling zich beperkt
„tot telkens 70 der voorschotten, en onder voor
gaarde, dat de overige 30 door de gemeenten hun
ner woonplaats wordt gegarandeerd."
Het slot van de toelichting luidt:
„Ons College, zal daarbij voorgelicht door de ge
meentebesturen en door de Provinciale Commissie uit
de veilingen ln Noordholland, er naar streven, slechts
garantie te verleenen ten behoeve van die tuinders,
van wie verwacht mag worden, dat zij, indien de om
standigheden hun niet bepaaldelijk ongunstig zijn, ln
staat zullen zijn hun bedrijf met behulp van de voor
geschoten gelden rendabel te maken en dus te zijner
tijd het voorschot af te lossen. Het komt ons voor,
dat, gelet op dit uitgangspunt, de tulders, die in 1923
een voorschot onder provinciale garantie verkregen en
dit nog niet geheel aflosten, in het algemeen voor een
nieuw voorschot niet in aanmerking komen. Het ma
ken vari uitzonderingen ln bepaalde gevallen zouden wij
intusschen niet van te voren willen uitsluiten."
1). Hét is waar: een Minister van Landbouw hebben
we niet De Minister van BInnenlandsche Zaken en
Landbouw komt waarschijnlijk aan den Landbouw
niet toe. Toch werd van hem getuigd: De Edelman
die werkt voor het volk!
Of hooren tuinders, landbouwers enz. misschien niet
tot dat volk?
Voor hen is het jammer, dat oorlogstuig niet gezaaid
of gepoot kan worden: dan kwam er wel medewerking
uit den Haag!
OPZEGGING VAN HET COLLECTIEF CONTRACT
IN HET ZEEVISSCHERIJBEDRIJF.
Het hoofdbestuur der Reedersvereeniging voor do
Nederlandsche heringvisscherij heeft van de besturen
van den Nederlandschcn bond van christelijke fa-
brieks- en transportarbeiders, den Centralcn Bond van
transportarbeiders en den R.K. Bond van transportar
beiders St. Bonifacius een brief ontvangen, houdende
mededeeling, dat zij het voor 1930 gesloten collectief
contract opzeggen met de bedoeling, daarin eenige
veranderingen aan te brengen, die hen door de prac-
tijk van dit jaar wenschelijk zijn gebleken.
DOOR DEN STROOM GEDOOD.
Woensdagmiddag begaf te Medemblik de arbeider
A. Flietstn. zich met een electrischc looplamp naar
een der keld rs van het in aanbouw zijnde nieuwe
gedeelte van het Tehuis voor Ouden van Dagen en
werd hierbij door den stroom getroffen. De man, die
juist de vorige week in het huwelijk was getreden,
was op slag dood.
Een sommetje van f 800 gevondon.
Eergisternacht hebben twee agenten van politie
twee mannen aangehouden, die geruimen tijd in de
binnenstad van Rotterdam hadden rondgeloopen en
zich daarbij verdacht hadden gedragen. liet waren
een 18-jarige los werkman en een 21-jarige zeeman,
beiden beruchte inbrekers.
In het portaal van de woning van den eerste word
bij een huiszoeking een bedrag van f800 aan specie
en bankpapier gevonden.
Bij dit papier waren eenige aanwijzingen, dat dit
geld gestolen was uit een garage. Bij ^en in ver
schillende garages ingesteld onderzoek bleek, dat te
voren was ingebroken in een garage aan den Cool-
singel aldaar.
De dieven hebben zich over het dak toegang ver
schaft en hebben uit een geldkistje een bedrag van
f1600 weggenomen. De beide mannen zijn als ver
dacht van deze inbraak in bewaring gesteld.
ALS DE „ZEP" KOMT
De „Bossche Crt." meldt:
De kinderen van het Doofstommen-Instituut te St.
Michels-Gestel hebben een verlangen-briefje naar dr.
Eckener gestuurd: Of wanneer hij naar Nederland
kwam met de „Graf Zeppelin", hij a.u.b. ook 'ns even
boven het instituut wou komen.
Dr. Eckener is zoo vriendelijk geweest een briefje
terug te schrijven met de mededeeling dat hij aan
dit verzoek gevolg wil geven.
Gister, den 24sten October inge
gaan. Nederland met één slag
beroofd van zijn allerbelangrijkste
afzetgebied voor levend rundvee!
De directie van den landbouw deelt mede, dat blij
kens telefonisch bericht van Hr. Ms. Gezantschap te
Brussel, de Belgische minister van landbouw den in
voer van herkauwende dieren uit Nederland mot
ingang van 24 October (dus met ingang van gister)
heeft verboden.
Het Hsbl. verneemt nog, dat de oorzaak van deze
drastische maatregel is gelegen in het mond- en
klauwzeer.
Voorwaar voegt er genoemd blad dan nog aan
toe dit ontbrak in dezen tijd van landbouwcrisis
dumping, hooge tolmuren en Duitsche „boter-ma-
noeuvresnog juist aan ons geluk!
Wij laten de cijfers spreken:
België is onze beste afnemer van rundvee: in het
afgeloopen kalenderjaar exporteerde ons land aan
slachtvee 3300 stuks jongvee van één jaar en ouder,
waarvan 3280, dus practisch alles naar België ging.
De waarde bedroeg f 685.000.
Aan jongvee beneden een jaar exporteerden wij
9400 stuks, waarvan 9334 naar België, dus eveneens
alles. De waarde daArvan bedroeg f 150.000.
Aan melk- en kaifkoeien voerde ons vaderland in
1929 uit rond 6900 stuks, waarvan 4165 naar België
gingen; dus GO De waarde van den Belgischen
export bedroeg dan ook f 1.070.000.
Aan jongbokvee van één jaar en ouder, behalve
stieren, exporteerden we 6100 stuks, waarvan 2600
of wel pl.m. 43 naar België ging. De waarde be
droeg f88.000.
Aan jongvee beneden een jaar exporteerden we
9100 stuks, waarvan 1365 naar België of 18 De
waarde bedroeg f88.000.
Bovendien betrok België nog 134 stieren en stier
kalveren voor f21.000.
In 1929 heeft ons land aan rundvee uitgevoerd
voor een bedrag van f5.067.000, waarvan naar Bel
gië voor f 2.428.000, dus zoo goed als de helft!
Het aantal stuks rundvee, dat ons land exporteer
de, bedroeg 35.875, waarvan 20.868 naar België, dus
rond 60
In de eerste drie kwartalen van het loopende jaar
exporteerde Nederland naar België al zijn slacht
vee, nl. 7540 stuks voor f721.000.
Aan fokvee voerden wij in die negen maanden uit
7900 melk- en kaifkoeien, waarvan niet minder dan
6550 naar België gingen, dat is 83 De waarde
daarvan bedroeg f 1.741.000.
Van onze 6000 uitgevoerde stuks jong fokvee van
één jaar en ouder gingen er 4270 of wel 71 naar
België. De waarde bedroeg f766.000.
Van de 2650 stuks jong fokvee van beneden een
-jaar gingen er 1900 naar België of wel 67
Bovendien betrok België in die drie kwartalen
■nog 352 van'de 753 stieren en stierkalveren, dus bij
na de helft! De waarde dAArvan bedroeg nog f84.000.
In totaal zijn van Januari tot en met September
25.062 stuks rundvee door ons land uitgevoerd,
waarvan 20.600 of 82 naar België!
De waarde van onzen gezamenlijken rundvee-uit
voer bedroeg f4.585.000, waarvan f3.438.000 of 73
of drie vierde gedeelte naar België!
Commentaar op deze maatregel is vrijwel overbo
dig. Men kan zeggen, dat Nederland met één slag
beroofd is van zijn Allerbelangrijkste afzetgebied
voor levend rundvee!
Vierjarig jongetje carbid ingeslikt.
Het zoontje van den heer S. te Standdaarbuiten
had de aardigheid om bij het spelen een busje van
een potlood, hetwelk hij met carbid had gevuld, in te
slikken, aldus het Dgbl. v. N.-Brabant.
Het ventje klaagde over inwendige pijn. Onmid
dellijk werd geneeskundige hulp ontboden, die ech
ter niet meer mocht baten, daar het jongetje reeds
aan inwendige verbrandingen en aan verstikking
door gassen was overleden, voordat de dokter ter
plaatse was.
Waartoe neerslachtigheid kan leiden.
Een eenzame weduwe van 70 jaar, die alleen en
verlaten ergens buiten leeft, had hevige rheumatiek
in handen en knieën en geen middel mocht baten.
Is het te verwonderen, dat zij neerslachtig werd en
radeloos?
Gelukkig probeerde zij toen het eenige middel, dat
haar weer overeind kon helpen Kruschen Salts.
„Ik wilde U toch even met een paar woorden
schrijven, hoe Kruschen Salts mij geholpen heeft. Ik
ben weduwe en 70 jaar oud en toen ik met Kruschen
begon waren mijn gewrichten erg stijf en ik had erge
rheumatiek in handen en knieën. Ik gebruik Kru
schen nu ongeveer twee jaar en heb tegenwoordig
inaar heel weinig rheumatiek Eigenlijk meestal hee-
lemaal niet en mijn gewrichten zijn veel soepeler.
Maar het ergste van ailes was, ik had vroeger gere
geld vlagen van neerslachtigheid (ik woon alleen in
een eenzame streek), zoo erg, dat ik te bang was om
bij de rivier te wandelen dio dicht langs mijn huis
loopt, uit angst, dat ik er dan in zou springen om
een eind aan alles te maken.
Ik hen blij, dat ik dergelijke ideeën nu nooit meer
heb. Een feit is, dat iedereen mij nu beschouwt nis
een geheel opgewekte kameraad." Mevr. E. A. C.
De meest voorkomende oorzaak van neerslachtig
heid is constipatie een verraderlijke kracht, om
dat de lijder het zelden in verband weet te brengen
met de gevolgen. Hij weet niet, dat constipatie betee-
kent een gestadige ophooping van llchaamsgiften,
die den geest versuffen, de zenuwen ondermijnen en
de algeheele veerkracht vernietigen. Kruschen Salts
xnaakt constipatie onmogelijk. Kruschen helpt lever
en nieren om hun natuurlijke werking op natuur
lijke wijze uit te voeren, het verwijdert zacht maar
volkomen alle giftige afvalproducten en zorgt voor
een zuiveren bloedstroom. Daarom hoeft U, wan
neer U geregeld Kruschen neemt, nooit te weten, wat
melancholiek beteekent en U zult zich nooit „ze
nuwachtig" voelen of terneergeslagen.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle
apothekers en drogisten a f0.90 en f 1.60 per fla
con. (Adv.)
Een onjuist bericht.
Donderdagavond gaven verschillende bladen het
volgende bericht;
Naar wij vernemen overweegt het Hoofdbestuur
van, P.T.T. de golflengte van 1071 m., die op het
oogenblik alleen gebruikt wordt voor den Zakelijken
Omroep (station Schcveningen-Haven) iets te ver-
hoogen. Deze verhooging geschiedt in overleg met
Oslo, welk station tegelijkertijd haar golflengte iets
zal verlagen, waardoor het verschil tusschen beide
stations grooter wordt. In verband hiermede zal
Vrijdagmiddag te 16.15 uur een proefuitzending
plaats hebben van het station Scheveningen haven
op een golflengte van 1083 m.
Deze uitzending zal worden verzorgd door het
Persbureau Vaz Dias. De directie van het Persbu
reau verzoekt rapporten omtrent de ontvangst van
deze uitzending te willen zenden aan: Persbureau
Vaz Dias Amsterdam, afdeeling Draadlooze Pers
dienst.
Volgens het „Hsbl." betreft het hier echter een
bericht, dat niet juist is; Hilversum komt niet op de
lange golf: het blijft op de korte golf en voorloo-
pig zoo niet voor goed blijft deze korte golf
de 298 m.
Hilversum d.w.z. de N.S.F.-fabrieken heb
ben in den Haag geinformeerd of het niet mogelijk
zou zijn op een langen golf te kunnen zenden. Zulks
bleek niet mogelijk. Waarschijnlijk gedachtig aan
het gezegde: de aanhouder wint, heelt men vervol
gens gevraagd, of men dan niet op de 1250 m. kon
zenden. Op dit verzoek is Donderdag in den laten na
middag geantwoord, dat zulks ook niet mogelijk is.
De A.V.R.O. staat alzoo geheel buiten het geval en
Hilversum blijft op de korte golf.
De auto totaal vernield. Bestuurder
wonderlijk genoog slechts licht gewond.
Donderdagavond te omstreeks zes uur is te Oegst-
geest bij Rijnsburg een vrachtauto bestuurd door
den 18-jarigen S. door een electrische tram gegre
pen en vervolgens tusschen deze en een daarop vol
gende tram terecht gekomen, waardoor de auto ge
heel in elkaar werd gereden.
De bestuurder is er wonderlijk genoeg slechts met
een hoofdwonde afgekomen.
Het tramverkeer tusschen Leiden, Katwijk en
Noordwijk had ongeveer een half uur vertraging.
vn.
(Vragen en mededeelingen, deze rubriek betreffende,
in te zenden aan den heer K. van Keulen, Veenenlaan
88. Hoorn. Daar ik tot 2 November uit Hoorn ben,
hebben eenige brieven langer op antwoord moeten
wachten, dan Ik wel gewenscht had).
KAMERPLANTEN MET SIERLIJKEN
BLADERTOOL
Is er wel Iets, dat aan onze woningen vriendelijker
bekoring verleent, dan een aantal mooie, goed ge
kweekte, verzorgde, gezonde en leyenskrachtige plan
ten, die we hier en daar ln de vensterbank, op bloe
mentafels, op een zuil of standaard ln de kamer, ln de
vestibule, ln het portaal, op de trapbalustrade of in de
gang plaatsen? Eén mooie plant, goed geplaatst, ver
levendigt de geheele omgeving. Haar sierlijkheid in
houding, haar natuurlijke bevalligheid van bladersprei
ding of vroolijken bloei, brengt de schoonheid der plan
tenwereld in ons huis; en de levensweeldc en vreugde
dezer ongedwongen natuurkinderen stralen op ons af
en stemmen ons verheugd, overal waar zij ons betrek
ken ln de schoonheid en vreugden der levende natuur.
Aan een kamer, waarin geen enkele plant haar schoon
heid, hoe gezellig of weelderig deze ook is Ingericht,
ontbreekt ieta, wat door geen enkel kunstvoorwerp,
hoe schoon of kostbaar ook, aangevuld kan worden;
het is het ontbreken van de gratie, welke alleen Moeder
Natuur vermag aan te brengen.
Maar behalve schoonheid en schoonheidsverheuging
brengen de planten nog wat anders mee. Zij wekken,
onvermijdelijk, onze belangstelling van de levende we
reld! Men kan ze maar niet aan haar zelf overlaten.
Ze vragen onze zorg! Ze vertrouwen zich ons toe en ze
rekenen op ons; ze kunnen niet zonder ons! Maar
wederkeerlg zijn zij dankbaar; elke goede zorg wordt
beloond met een glimlach van gezonden wasdom of
vroolijken bloei. zy roepen u, houden uw belangstelling
vast, vragen en vleien, zonder ooit hinderlijk te zijn
en bieden u haar schoonste gaven. Wie met toewijding
met zijn planten omgaat, heeft in haar erkentelijke
vrienden met de schoonste deugden. Maar welke soor
ten? zult ge vragen. Wel ik zou u er al dadelijk een
paar honderd op kunnen noemen. Dat zoudt ge niet
denken, nietwaar, als ge aanschouwt wat er zoo ge
meenlijk ln kamers aan plantensoorten wordt aange
troffen. Dat houdt met een twintigtal soorten, die
ieder kent, al op. Een 40 jaren terug was dat getal
veel grooter en dat moet het nu weer worden. Want
waarom zou men zich de schoonheid van zoo vele plan
ten ontzeggen, als de plantenweelde ze zoo gul ter b»
schikking stalt? Echter de kweekers en bloemisten heb
ben van vele soorten de cultuur prijsgegeven, om zich
op enkele te specialiseeren, met het gevolg, dat het
publiek ze vergat. Maar als we er nu om gaan vra
gen, telkens weer, dan draaien de kweekers wel bij en
kunnen we een nieuw tijdperk van bloei voor de ka
merplanten tegemoet zien.
Laten we dus nu eens zien, welke sierplanten er ons
alzoo ter keuze staan en daarvan allereerst de soorten
naar voren brengen, die wegens haar bladertooi onzs
aandacht verdienen.
We beginnen met de vorstelijke palmen, die Llnna-
eus reeds de „vorsten van het plantenrijk" noemda.
Tegenwoordig ie de als kamerplant bekendste en mee«
voorkomende palm, de Kentia. Ge kent haar wel, die
donkergroene palm, met de sierlijke, breede bladveeren,
die samengesteld zijn uit een groot aantal, bevallig om
buigende bladlinten. De sterkste palmen voor de kamer
zijn: Kentia Balmoreana, de fijne Kentia, en Kentia
Forsteriana. De laatste Is wat grover, de eerste wat
fijner van bladvinnen en over het geheel, ook bevalll-
ger. Beide houden het in een kamer, die 's winters
matig verwarmd wordt, niet alleen uit, maar kunnen er
tot forsche exemplaren opgroeien. Geen wonder, dat
zij zoo veel gezocht worden, want belde soorten bezit
ten alle deugden, die men aan een kamerplant stellen
kan. Men moet ze 's zomers bulten de volle zon houden,
maar des winters is haar boste standplaats voor ccn
raam ln het zuiden, des zomers in het westen, oosten
of noorden. Zelfs ken ik voorbeelden van Kentla's die
altijd voor een raam op het noorden staan, in een ka
mer, die alleen gestookt wordt, als het vriest of lang
durig koud is. Een temperatuur van 55—80 gr. Fahren-
heit is voor beide Kentla's voldoende.
Hoorn. K VAN KEULEN.