Mager uourant 73s,v^rBli8?s> RAAD VAN SCHAGEN. L ïhandeling der Gemeentebegrooting. a J flj I Woensdag 29 October 1930 Vervolg Derde Blad. Schoolbouw in het Heerenbosch. N-aar aanleiding van de daaromtrent in een vorige vergadering van den Raad gestelde vragen, leggen B. en W. over een nadere berekening van de koston ten aanzien van den schoolbouw in het Heerenbosc'h. De vorige opgave, voor aanleg straat en rioleering, aankoop 4200 M2. grond, schoolgebouw, onderwijzers woning en erfafsclieidingen en speelplaatsbeharding, plus beplanting, gaf een totaalbedrag aan van f 1497S0, terwijl afgetrokken werd de verkoopwaarde van school en gymnastieklokaal ad f7500 en idem onder wijzerswoning f 5000, welk totaalbedrag van f 12500 weer werd verminderd met niet afgeloste schuld op de O. L. S. op 1 Januari 1931 ad f5600, waarna een totaalbedrag werd verkregen- van f 142.880. De nieuwe opgave vermeldt, met inbegrip van een woning voor den conciërge, een totaal bedrag van f 147.987.90, en daarbij is dan niet opgenomen den bouw van een onderwijzerswoning en de hierboven vermelde aftrek verkoopwaarde school en gym nastieklokaal. Hierbij wordt opgemerkt, dat B. en W. een onder houd hebben gehad met het Hoofd der Openbare La gere School, waarbij* deze verklaarde geen prijs te stellen o"> een woning bij de school, althans wanneer ihij zich daarvoor een geldelijk offer in den vorm van een hoogeren huurprijs zou moeten getroosten. In 't algemeen achtte genoemde titularis het niet noodzakelijk, dat het Hoofd der School in de onmid dellijke nabijheid daarvan woont. Meer van belang acht hij het, dat de conciërge al daar zijn woning heeft. In verband hiermede hebben B. en W. gemeend, de kosten voor den bouw van eene woning voor het Hoofd van de berekening af te voeren om daarvoor in de plaats te stellen den bouw van een eenvou dige concierge-woning in de Torenstraat, tegenover den ingang van de school. Het College wenscht er nog de aandacht op te ves tigen, dat bij het bouwen van de school in het Hee renbosch, de bestaande school beschikbaar blijft voor verschillende andere doeleinden. De heer Overtoom kan er zich niet mee vereenigen dat B. en W. bij hun berekening er rekening mee houden dat een nieuwe bewaarschool, waarvan de kosten op f 26000 worden geraamd, op de oude plaats zal worden gebouwd. Spr.'s bedoeling is altijd geweest, dat een berekening zou worden opgezet, waarbij de bewaarschool in de nieuw te bouwen openbare lagere school zou worden ondergebracht en waardoor de kosten belangrijk min der dan f 26.000 zouden zijn. Wat de berekening van den voor den schoolbouw be- noodigden grond betreft, het is blijkbaar de bedoeling van B. en W. daarvoor te berekenen de kosten van aan koop, plus een gedeelte van bestrating en rioleering. Spr. kan zich met die opvatting niet vereenigen. Het nog te bestraten en te rioleeren gedeelte, het laatste gedeelte, is z.i. niet het goedkoopste, en bij het bouwrijp maken van dien grond, zal de kostprijs van den grond dan ook belangrijk hooger worden. Bij een globale berekening, die spr. heeft moeten opzetten, en rekening houdende met een kostenberekening van f 5.50 per M2., voor be straten en rioleeren, komt spr. tot een grondprijs voor het overschietende gedeelte van f 6.92 of wel rond f 7. Wordt nu het bedrag van f 16238, het bedrag dat ten bate van het grondbedrijf, ten laste van den school bouw wordt gebracht, afgetrokken, dan zou de over blijvende grond niet f 7, maar f 9.65 per M2. moeten kosten. En spr. kan zich ook niet met de indeeling vereenigen. Naar zijne meening moet de toegangsweg tot den primairen weg 2 meter breeder worden, de op pervlakte bouwrijpe grond vermindert daardoor nog met 100 M2., de prijs stijgt daardoor met 30 cent, zoo dat de grondprijs düs ongeveer f 10 zou bedragen. Spr. acht dus de berekening niet juist, er is f 7772 voor den grond te weinig berekend. Werd in andere gevallen het grondbedrijf belast om den verkoop van grond te bevorderen, bij deze berekening wordt het grondbedrijf belast ten bate van den bouw der openbare lagere school. Daarom gaat spr. niet met de berekening ac toord, ze geeft geen juist beeld van de werkelijkheid. De heer Van Nuland wijst erop, dat uit de becijfering van den heer Overtoom wel blijkt, hoe B. en W. een ver keerden opzet hebben gemaakt ln de vergelijking van de kosten van het Heerenboschplan en 't plan achter de tegenwoordige school. Spr. uit er zijn verbazing over dat B. en W. zonder dat er ooit met één enkel woord door hen of uit den Raad over is gesproken, rondloopen met een plan om in 't Heerenbosoh ook een nieuwe bewaar school te stichten van rond f 26000. Dat noemt spr. een staaltje van buitengewone arrogantie. Alleen heeft spr. eens het idee aan de hand gedaan om bij stichting der nieuwe school de bewaarschool daarbij onder te brengen, dat was volgens deskundigen zeer goed mogelijk en veel goedkooper dan nieuwbouw. Wanneer de meerderheid toch mocht besluiten het Heerenbosch-plan... (Interrupties van de wethouders en den voorzitter: dat besluit is al genomen)... De heer Van Nuland: Onder welke omstandigheeden? Zonder éénige berekening, zonder één enkel vaststaand cijfer omtrent bouwkosten enz. enz. Mocht de raad daar op doorgaan dan laadt hij een zware verantwoordelijk heid op zich. De heer Gorter wijst er op, dat het onvermijdelijk ge volg zal zijn, het leggen van nieuwe straten met riolee ring, en het bouwrijp maken van nieuwe gronden, waar absoluut geen behoefte aan is. We weten nu wat nieuwe straten kosten, dat moet funeste gevolgen hebben. Het allerbeste zou zijn, het geheele plan af te wijzen, het is een roekeloosheid het te accepteeren. Het bouwen der school met bijbehooren kunnen we gerust aannemen op f 148.000. Echter is daarbü niet berekend de erbij komen de straten. Nu zegt men wel, dat dat niet op de school gelegd mag worden, maar het komt toch ten laste van £et grondbedrijf, en dat is voor spr. praktisch hetzelfde, net grondbedrijf wordt er zwaarder door belast. Het be staat niet, meent spr., dat de burgerij, zoo voortgaande, die lasten kan dragen. De heer Van Erp stelt Voorzitter de vraag, of, als de meerderheid op zijn standpunt blijft staan, B. en W. voornemens zijn met het plan door te gaan. Voorzitter: Natuurlijk, de raad heeft ertoe besloten. De heer Van Erp zegt dat de cijfers niet overeenstem men wat de beide plannen tegenover elkaar kosten. Er is verdeeldheid over de plaats, waar de nieuwe school moet komen. Ik heb mij daarover nog niet uitgespro ken, eerst moet duidelijk blijken waarom het Heeren bosch de voorkeur heeft boven de oude plaats. De vraag s of de schooljeugd daarop kan wachten. Spr. vraagt zsch ook af, of de burgerij dat alles betalen kan, en of niet onverantwoordelijk is, dat deze heeren, van wie er misschien sommigen in den nieuwen raad volgend jaar niet terug keeren, tot deze groote uitgaven be sluiten. Het gaat over f 150.000.—, daar komt bij de meubileering, de centrale verwarming. Zou het bij 4 a 5 jaar wachten niet aanmerkelijk minder kosten? Al deze overwegingen doet spr. ten slotte zeggen: Wanneer ik bemerk, dat B. en W. toch doorgaan, dan zal ik zor gen, dat de burgerij zich laat hooren! De heer De Vries heeft nog niets gehoord over het belang van het onderwijs, dat toch zeer zeker in hooge mate gebaat is bij de gunstige plaats in 't Heeren bosch, ontegenzeggelijk zooveel gunstiger dan op de Loet. De schoolautoriteiten geven verre de voorkeur aan 't Heerenbosch, dat mag gerust ook gewicht in de schaal leggen. De berekeningen over den grondprijs van den heer Overtoom kan spr. niet zoo gauw nagaan, het mag zijn, dat daar een grond van waarheid in is, maar voor spr. weegt het belang van de kinderen en van het onderwijs wel zoo zwaar, wat aangaat de rus tige, gunstige plaats, dat voor hem de keuze is beslist. Reeds bijna een kwarteeuw praten we over een nieuwe school. Nu weer eenige jaren uitstellen, en dat, waar de toestand onzer school spot met de allerge ringste eischen, aan een school te stellen, dat moet spr ten stelligste afraden. Uit volle overtuiging zal spr. dan ook medewerken tot onmiddellijk bouwen der nieuwe school, en op 't Heerenbosch. De Voorzitter merkt op, dat dit besluit al genomen is. Met verbazing heeft hij dan ook de woorden van den heer Van Erp gehoord. Spr. onderschrijft geheel de meening van den heer De Vries. De toestand der oude school wordt zoo langzamerhand een schandaal, een plaats als Schagen onwaardig. Met plankjes wordt het ergste opgelapt. Grondig repareeren zou heel veel geld kosten, geld dat in 't water gegooid is. De heer Van Erp zegt dat al meermalen besloten is een nieuwe school te bouwen, toen is dat ook uitgesteld. Als wij wachten, gaat dat om 2 ton. De school staat nog .en valt nog niet om. De heer Lookman sluit zich aan bij den heer De Vries. De toestand is onhoudbaar. De nieuwe school moet en zal er komen en in 't Heerenbosch, ondanks de tegen werking der andere heeren. De heer Van Rijswijk onderschrijft de moeilijkheid in deze, hij verliest de groote kosten niet uit het oog. Maar als je een blik slaat in de openbare school, dan kom je tot de ontstellende zekerheid van een vervelooze, ver waarloosde boel echt uitgewoonds Dat kan niet zoo voortduren en spr. herinnert aan 't gezegde, dat alle vasten geen broodsparen is. Hij onderschrijft slechts ten deele de woorden van den heer Van Erp, die van wachten lager prijs verwacht, maar 't is de vraag of 't nog niet duurder wordt. Spr. betreurt 't dat Schagen zoo'n slech te school heeft en wijst op de nette vriendelijke scho len in plaatsjes als Schagerbrug, Oudesluis, Petten. We kunnen aan een nieuwe school niet ontkomen, reparee ren helpt niet en kost veel en spr. hoopt van harte dat er nu niet langer gewacht wordt. Over de plaats in 't Heerenbosch is spr. echter niet zoo overtuigd. Wel is 't besluit genomen, maar op mijn voorstel zouden nog de kostenberekeningen tegenover elkaar worden gesteld Spr. helt over naar de Loet, maar als 't in kosten niet veel verschil maakt, is hij voor 't Heerenbosch. De be rekeningen van den heer Overtoom bewijzen wel dat 't verschillend opgezet wordt. Over de plaats kan spr. dus nog niet kiezen, maar van groot beteekenis is, dat er niet langer geaarzeld wordt. De heer Bakker is 't eens met den vorigen spreker, dat lang vasten geen broodsparen is. Vele jaren is er al sprake van een nieuwe school, telkens werd het uitge steld, en maar weer opgelapt, 30 mille zegt spr. is er zoo verknoeid. Als we nu weer uitstellen en besluiten tot repareeren, kan 't wel weer 25 mille kosten. Ten opzichte van de tegenwoordige jeugd en het na geslacht zijn we verplicht nu spoedig een nieuwe school te bouwen. Met vreugde zal hij zijn stem er aan geven, en als plaats het Heerenbosch. Voorzitter merkt op, dat bij uitstel toch een nieuw gymnastiekgebouw gesticht moet worden. De heer Gorter valt nog eens den grondprijs aan, door B. en W. aangenomen op f 1.65, en becijfert dat dat f 17000 hooger moet zijn. Hij komt alles met alles op f 190.000 vo orde school. Als we drie jaar uitstellen besparen we 30 mille aan ren te. Spr. schroomt er voor om in dezen crisitijd zoo groote uitgaven te doen, en wil b.v. in 3 jaar uitstellen. De heer Bakker meent dat de berekeningen van den gemeente-opzichter niet zoo ver mis zullen zijn. 't Kan ook zyn dat de heer Overtoom abuis is. Het voor of te gen Is in dit geval weer niet anders dan de kwestie. Wie zal de nieuwe school bouwen? De heer Gorter: het gaat alleen om den grondprijs. Ook de heer Overtoom wijst er op dat er zich zoo langzamerhand weer een verhaaltje gaat vormen, maar niet van zijn kant. Met geen woord heeft spr. zich geuit over den bouwprijs, alleen gaat 't over den aangenomen grondprijs, 't Is spr.'s bedoeling te weten: wat kost de school aan 't Heerenbosch, en wat op de Loet. Tot heden heeft spr. nog geen uitslag daarover en daar gaat het om. De heer Schoorl heeft met werkelijk genoegen de be sprekingen aangehoord en 't doet prettig aan te zien hoe de heeren zich hebben ingewerkt in de zaak. Er is ech ter iets vergeten. Er is van B. en W. hier niet een voor stel, het gaat hier over de becijferingen die de heer Van Rijswijk indertijd heeft gevraagd. Daar hebben B. en W. aan voldaan, zij hebben in 't globale eene vergelijking overgelegd. Nadrukkelijk zegt spr. dat de cijfers globaal zijn, 't kan best zijn dat alles niet even precies is. Maar B. en W. hebben het raadsbesluit uit te voeren om een nieuwe school te ontwerpen in 't Heerenbosoh, ze zijn bezig een definitief plan uit te werken en dat komt met de juiste kostencijfers ter tafel. Met de gemaakte opmer kingen zullen B. en W. rekening houden. Intusschen is het dan den tijd de bezwaren te berde te brengen. De heer Gorter wijst erop dat de Raad niets heeft aan een dergelijke opgave van kosten van B. en W. Zij negeeren 's Raads bedoeling. De heer De Vries is 't mgt de redeneering van den heer Schoorl niet eens. Door den heer Van Rijswijk is gevraagd om 2 kostenberekeningen. Met de motiveering als de heer Schoorl geeft, zijn B. en W. er niet af. Zoo gaan de besprekingen nog wat over en weer. De heer Schoorl houdt aan zijn standpunt vast. Wat den heer Van Erp doet opmerken, dat er met de cijfers ge goocheld wordt. De heer Van Rijswijk zegt, dat hem is toegezegd 2 berekeningen. Nu blijkt wel dat op die berekeningen niet te vertrouwen valt, en weet hij niet hoe te stemmen. Ook is hij er geen voorstander van dat de woning van het hoofd der school niet bij de nieuwe school komt Voorzitter wijst cr nog eens op dat de Raad besloten heeft de nieuwe school in 't Heerenbosch te bouwen. De heer Van Rijswijk is 't daar niet mee eens. Voorzitter: U zoudt dan kunnen voorstellen dat be sluit in te trekken. Voorzitter brengt vervolgens ln stemming zijn voorstel om de door B. en W. gegeven berekeningen voor ken nisgeving aan te nemen. Hier voor stemmen de heeren De Vries, Kooij, Bak ker. Lookman, Schoorl en Leguit; tegen de heeren v. Nuland. Overtoom, Van Erp en Gorter. De heer Van Rijswijk stemt blanco. Cursus opleiding van winkelpersoneel. De Schager Handeldrijvende en Industrieele Mid- denstandsvereeniging vraagt voor den cursus tot op leiding van winkelpersoneel een bijdrage van f 100. 13. cn W. stellen voor de gevraagde subsidie ad f 100 toe te staan, gelet op het belang voor den mid denstand aan den cursus verbonden. Den heer Bakker doet het genosgen dat de arbeiders in het winkelbedrijf zich kunnen bekwamen. Hij zal vóór de subsidie stemmen en krijgt op zijn desbetreffende vraag ten antwoordt, dat er 26 leerlingen zijn. De stichtingskosten van do centrale nood- slachtplaats en verwerkingsinrichting. Van de Commissie van Uitvoering van den Vlcesch- keuringsdienst in den Kring Barsingerhorn is thans de specificatie van de stichtingskosten ingekomen. De totale uitgaven bedroegen f 132010.05, rentever goeding geplaatste gelden f 1572.71, zoodat uitgegeven werd f 130437.34. Nog te betalen is f6908.35) wordt to taal f 137345.69. Van de laatst uitgevoerde werken en eenige her stellingen zijn nog geen rekeningen ingekomen, ter wijl door de aansluiting van Alkmaar het aanschaf fen van een groote auto noodig is. Voor deze beta lingen is nog een bedrag gereserveerd van f7654.31. Bij schrijven van 25 Sept. 1.1. berichtten B. en \Y. van Barsingerhorn, dat de meerderheid van de tot den Kring behoorende gemeenten goedkeuring heeft verleend aan de uitbreiding van het stichtingskapi taal met f20.000, zoodat hun college krachtens het bepaalde in artikel 10 dei' Gemeenschappelijke rege ling het geldleeningsbesluit ter goedkeuring kon op zenden. Naar aanleiding van de ingekomen nadere uitvoe rige gegevens ten aanzien van de onderwerpelijke aangelegenheid, stellen B. en W. voor de gevraagde goedkeuring op de verhooging der stichtingskosten te verleenen. De heer Gorter zal er voor stemmen, doch wijst er op. dat er bij de vorige verhooging van de leening tot f 125.000, reeds een bedrag van f 7000 ongedekt was aan oprichtingskosten. Dat was juist de kwestie, waar spr. vorig keer naar vroeg. De heer De Vries zegt, voor dit voorstel te zullen stem men, 't is trouwens toch feitelijk reeds overbodig, want de goedkeuring is er al. Maar toch moet hem van 't hart dat de cijfers op hem den indruk hebben gemaakt, dat óf de ramingen niet al te juist zijn geweest, óf dat er wat ruim met het geld i3 omgesprongen. Spr. noemt dan verschillende belangrijke overschrijdingen op. Voor de cultureel vorming en geestelijke ontwikkeling der arbeidersklasse. Van de afdeeling Schagen van het Instituut voor Arbeidersontwikkeling, welk instituut zich blijkens het adres bezig houdt met de cultureele vorming en geestelijke ontwikkeling der arbeidersklasse, is een verzoek om subsidie ingekomen. Naar aanleiding van dit adres merken B. en W. op, dat de bedoelingen van het Bestuur ten aanzien van de onderwerpelijke aangelegenheid, zoowel in het adres als in de toelichting, in zeer vage termen zijn gesteld. Het College stelt den Raad voor, gelet op de be langrijke subsidiën uit de gemeentekas reeds ten be hoeve van instellingen van onderwijs enz. beschik baar gesteld, op het verzoek afwijzend te beschikken. In dit verband wordt gewezen op de subsidiën aan de handelswinteravondsehool. de vakteekcnschool en de Landbouwhuishoudschool, zoomede op de uitga ven. verbonden aan den cursus voor de schoolvrije jeugd en de subsidie aan de Schager Leesbibliotheek. De heer Van Nuland zal voor 't advies van B. en W. stwimen, dóch meent dat de Raad zich op den duur niet- kan onttrekken van het subsidieeren voor jeugdontwik- keling. Hij geeft in overweging in de toekomst een post op de begrooting voor dit doel te plaatsen en dan het uit te tx-ekken bedrag te verdeelen naar billijkheid. Den heer Van Erp spijt 't dat B. en W. dit standpunt innemen, vooral waar pas f 100 is toegestaan voor den cursus der Middenstandsvereeniging. Hij wil het Insti tuut steunen, en geeft in overweging nadere inlichtingen te vragen omtrent doel en strekking. De heer Gorter is voor steun en noemt f 25. De heer Bakker uit zijn bevreemding over het advies van B. en W. 't Is niet een cursus voor de jeugd, doch voor allen en spr. houdt dan een pleidooi voor 't noodige en nuttige van arbeidersontwikkeling. De arbeiders on dervinden dagelijks dat zij in ontwikkeling tekort schie ten, bij de zich voor de arbeidersklasse uitbreidende taak. Ér zijn 35 leerlingen op d encursus, die 15 cent per maand contribueeren. Doch er komt geld te kort. Uit bescheidenheid is geen bedrag genoemd, maar met f 25 zou spr. wel accoord kunnen gaan.. De heer Lookman noemt f 50. De heer De Vries is voor het steunen van dezen cur sus. 't Gaat parallel met den cursus der middenstands vereeniging. Is f 25 voldoende, dan behoeven we geen f 50 te geven, 't Idee-Van Erp verdient daarom aanbe veling, n.1. om inlichtingen in te winnen. Nadat de heer Van Rijswijk zich als voorstander van steun heeft geuit, omdat nooit genoeg gedaan kan wor den voor beschaving en ontwikkeling, wordt met allen voor besloten, zich voor nadere gegevens met het ge noemde Instituut in verbinding te stellen. Benoeming onderwijzers cursns school vrije jeugd. B. en W. stellen voor overeenkomstig het advies van het Hoofd der O. L. School over te gaan tot be noeming van het navolgend onderwijzend personeel voor den cursus bovengenoemd: Hoofd: de heer Brouwer. Onderwijzers: de heeren J. Schlahmilch en J. B. 't Hoofd. Onderwijzeres voor de handwerken: mej. A. D. Harder. De voorgedragenen werden benoemd. Alvorens te j*aan pauzeeren worden door de heeren Van Nuland en De Vries opmerkingen gemaakt over de eenzijdige voordrachten voor de stembureaux. Voorheen was het altijd een goede gewoonte om de stembureaux fractiesgewijs samen te stellen. Voorzitter zegt dat er niet aan gedacht is de Raad is echter vrij in zijn stemming. Pauze. Na de pauze wordt de vergadering heropend ei blijkt de heer Van Nuland afwezig te zijn. Voorstel tot gedeeltelijke demping en rioleering van de sloot achter het per ceel van da erven L. Zwaag. Naar aanleiding van een klacht van M. Rijswijk aan de Gezondheidscommissie over de sloot achter het perceel van de erven L. Zwaag heeft de Inspec teur van de Volksgezondheid een onderzoek inge steld en wordt medegedeeld, dat bedoelde sloot al leszins terecht tot een bezwaarschrift aanleiding heeft gegeven en dat één middel kan helpen, ril. dempen en rioleeren. De kosten van demping en rioleering worden door den opzichter begroot op f 1450. Onder overlegging van den brief van den Inspec teur van de Volksgezondheid aan de Gezondheids commissie alhier, betreffende de onderwerpelijke aangelegenheid en gelet op de bespreking van den Voorzitter van het College met genoemden Inspec teur, stellen B. en W. voor, te besluiten tot gedeelte lijke demping en rioleering van bedoelde sloot, uit overweging, dat de volksgezondheid daarmede zeer zal zijn gediend. Het ligt in de bedoeling van het College het werk zooveel mogelijlc 'door werkloozen Ie 'doen uitvoeren. De heer Van Rijswijk vraagt, of met de te dempen lengte van 20 meter het euvel voldoende verholpen wordt. De Voorzitter ekent. dat als de verbetering afdoen de zou willen zijn, een grooter gedeelte gedempt zou moeten worden. Spr. heeft met den Inspecteur den toestand opgenomen en deze achtte het voorgestelde voorloopig afdoend. De heer Van Rijswijk is blij dat B. en W. met dit voorstel komen. De heer Overtoom vraagt, of het nu noodzakelijk was dat de Inspecteur bij deze kwestie betrokken moest worden voor B. cn \Y. met een dergelijk voor stel komen, terwijl toch al jaren de tegenwoordige toestand hekend was. Spr. vindt het geen prettig iiice, dat het gemeentebestuur zoo laksch is, dat de Inspecteur er in gemoeid moet worden. De Voorzitter zegt, dat er geen kwestie is van laksch zijn. Kr is veel eerder een plan aanhangig geweest, dat kostte f3600 en omdat een der omwo nenden r.iet bereid was een bijdrage te verleenen is de kwestie toen stopgezet. De heer Overtoom zegt, dat als de Inspecteur geen genoegen had genomen met een klein gedeelte, dan B. en W. dus met een voorstel zouden zijn gekomen de sloot heelemaal te dempen. De Voorzitter zegt, waar dan de Inspecteurs en de Gezondheidscommissies voor zijn. Wij kunnen -nu wel dadelijk ingrijpen en wel erg ijverig zijn, maar dan zou de heer Overtoom er wel een slokje voor steken. Op het oogenblik is nog een dergelijke kwestie aanhangig en toen is er iemand uit zijn slof gescho len en spr. verweten te ijverig te zijn. De heer Over toom kan nu wel zeggen, dut we niet. actief zijn ge weest, maar enfin, dat zal spr. maar voor kennis geving aannemen. Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten. Benoeming leden stembureaux. Kik bureau bestaat uit 3 leden, waarvan 1 voor zitter is. De Burgemeester is voorzitter in bet eerste stem- district. Voor elk bureau worden twee plaatsvervangende leden benoemd. Voor stembureau 2 moet een voorzitter worden aangewezen, terwijl voor stembureaux 1 en 2 de plaatsvervangende voorzitters moeten worden aange wezen, dit laatste zooveel mogelijk uit de leden van den Raad. De Voorzitter zegt. dat de opmerking is gemaakt dat geen rekening is gehouden met de politieke partijen, maar dat de heeren Van Nuland en Look man niet op de aanbeveling voorkomen, komt door hunne drukke werkzaamheden, terwijl de heer Van Iirp geen benoeming accepteert. Ook de heeren Kooij en Van Rijswijk verzoeken voor een benoeming niet in aanmerking te komen. Gekozen worden voor stembureau I, als plaats vervangend voorzitter de heer Gorter, tot leden de heeren Bakker en De Vries, tot plaatsvervangende leden de heeren Lookman en Bregman (de laatste bij loting met den heer Van Krp). Tot voorzitter van stembureau II wordt benoemd de heer D. Leguit, plaatsvervangend voorzitter de heer J. Schoorl Pz., tot leden de heeren Overtoom en Schoorl. tot plaatsvervangende leden de heeren Bolte en Van Rijswijk. Aan de orde wordt gesteld: Benoeming Hoofd U.L.O. school. B. en W. bieden de volgende voordracht aan: 1. E. A. van Trigt te Rijswijk. 2. J. Visser te Rijswijk. 3. R. Dietcrs te Utrecht. De raad gaat in comité. Na heropening wordt de heer Visser benoemd met 8 stemmen, 2 stemmen werden uitgebracht op den heer Van Trigt. De heer De Vries vraagt, of de benoemde nog voor 1 November bericht van benoeming ontvangt. De Voorzitter doet daartoe de toezegging. Opcenten op de hoofdsom der gemeente fondsbelasting. Aangezien de Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw er bezwaar tegen maakt om goed te keuren een besluit, waarbij slechts een maximum voor de opcenten dezer belasting wordt vastgesteld, stel len B. en W. den Raad voor, de verordening vastge steld 4 Juli j.1., in te trekken en bieden zij ter vast stelling aan een nieuwe verordening op de heffing van opcenten op de hoofdsom der gemeentefondsbelasting. Blijkens deze verordening zullen over het belasting jaar 1 Mei 1931 tot cn met 30 April 1932 40 opcenten worden geheven. Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten. De begrootingen voor 1931. De begrotingscommissie rapporteerde: Jaarwedden van de Wethouders. De commissie kan zich volkomen vereenigen met de voorgestelde verhooging der jaarwedden (van f 400 op f500 voor ieder), gelet op de omvangrijke werk zaamheden aan de betrekking verbonden. De dlscosslën. Omtrent de jaarweddeverhooging van de wethou ders zegt de heer Van Krp dat het hem genoegen doet dat B. en W. van oordeel zijn dat het ambt van wet houder behoorlijk moet worden gesalarieerd. Waar door den Voorzitter meermalen is gezegd met ver schillende zaken niet op de hoogte te zijn, rust er een groote verantwoordelijkheid op de schouders der wethouders. Of het tegenwoordige college aan de te stellen eischen voldoet, betwijfelt spr.. maar gezien het feit, dat de beide wethouders wel korten tijd nog deel van het college zullen uitmaken, zal spr. zijn stem aan het voorstel geven, temeer omdat anders wellicht geoordeeld wordt dat spr. uit persoonlijke overweging tegen zou stemmen. De post wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Verlichting en verwarming. De commissie is van oordeel dat niet langer mag worden gewacht met het aanbrengen van electrische geleidingen in het Raadhuis en stelt mitsdien voor hiervoor een bedrag op de begrooting te brengen. Het antwoord van B. en W. B. en W. brengen de commissie dank voor het ge houden onderzoek en deelen naar aanleiding van de gemaakte opmerkingen het volgende mede: Verlichting en verwarming. Ook B. cn W. zou het aangenaam zijn. als het raad huis werd voorzien van electrische verlichting, doch het college schrikt terug voor de hooge kosten. Vol gens een eenige jaren geleden opgemaa-kte begroo ting zouden de kosten bedragen f600. Mitsdien ge ven zij den Raad in overweging, daartoe vooralsnog niet over te gaan. De heer De Vries deelt mede, dat de commissie tot het voorstel is gekomen doordat zij het onder zoek der begrooting bij een dievënlichtje, in 't sche merdonker hebben moeten verrichten. Het bedrag is niet onbeduidend, maar een goede verlichting van het huis der gemeente is toch gewenscht. En wel licht is dit de laatste begrooting waarop geen groote tekorten zullen staan. Spr. noemt in dit verband de kanalisatie en den schoolbouw. De Voorzitter zegt dat die slechte verlichting een toevaligheid was. De verlichting is altijd goed.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 5