DE LANGENDIJKER
GROENTENVEIUNGEN.
f
Aaa
V
V f l
0
O
De geheimen van het
„Bedelaarsgild e."
j vvv
7
Een Varkensmesterij voor Selectie-
proeven.
Het gestolen luchtballonnetje
Of
De geschiedenis van twee deugnieter
De Voorzitter zegt, dat in afwijking van de vorige
voordracht, toen B. en W. voorstelden om de gemeen
te te rangschikken in de derde klasse en 80 opcenten
op de gemeentefondsbelasting te heffen nu door
B. en \V. wordt voorgesteld om de gemeente te rang
schikken in de tweede klasse, 80 opcenten op de ge
meentefondsbelasting en 50 opcenten op de vermo
gensbelasting te heffen.
De heer Van Zoonen heeft in de schriftelijke voor
dracht niet kunnen waarnemen dat B. en W. voor
stellen 50 opcenten op de vermogensbelasting te hef
fen.
De Voorzitter zegt, dat deze voordracht moet wor
den beschouwd als een aanvulling van de eerder toe
gezonden voordracht, en wel t.a.v. de gemeentefonds
belasting. liet heffen van opcenten op de vermogens
belasting is noodig in verband met onvoorziene uit
gaven. Spr. wijst op de slechte tijden en opnieuw te
verwachten uitgaven, als voor den bouw'van de R.K.
meisjesschool.
De heer Van Zoonen zegt dat het hem genoegen doet
dat B. en W. spr. in zijn bezwaren zijn tegemoet ge
komen en spr. zal dan ook met het voorstel van B.
en W. meegaan, overtuigd zijnde dat de gemeente het
geld noodig heeft. Maar dat beteekent niet dat spr.
principieel met het voorstel instemt en hij behoudt
zich dan ook het. recht voor als de omstandigheden
zich wijzigen, voor te stellen de gemeente in de eer
ste klasse te rangschikken.
De Voorzitter wijst er op dat deze voorstellen van
B. en W. slechts gelden voor één belastingjaar en B.
en W. dus volgend jaar met een nieuw voorstel moe
ten komen.
Met algemeene stemmen wordt besloten de ge
meente t.a.v. de gemeentefondsbelasting te rang
schikken in de tweede klasse en 80 opcenten op de
gemeentefondsbelasting.
Wat het voorstel van .B en W. betreft, om 50 op
centen op de vermogensbelasting te heffen, de heer
Van Zoonen verklaart zich moeilijk met dit voorstel
te kunnen vereenigen. Aan opcenten op de gemeente
fondsbelasting moét het volle pond worden betaald
en als nu nog 50 opcenten op de vermogensbelasting
worden geheven, worden de menschen die uitslui
tend uit de inkomsten verkregen*uit een kapitaaltje
moet leven, te zwaar belast.
De Voorzitter zegt, dat ook B. en W. gaarne gezien
zouden hebben dat zij niet met dit voorstel hadden
behoeven te komen, waar de zwaarste druk reeds op
de gemeentefondsbelasting wordt uitgeoefend. Maai
de moeilijkheid om de begrooting sluitend te krij
gen heeft B. en W. op dien weg gedrongen en spr.
vraagt den heer Van Zoonen om dan een middel aan
de hand te doen om, zonder de heffing van opcenten
op de vermogensbelasting, de begrooting sluitend te
krijgen.
De heer Van Zoonen wijst er op, dat blijkens de toe
lichting op het voorstel omtrent de classificatie er
een belangrijk verschil bestaat tusschen de raming
van den Minister en de door B. en W. geraamde uit-
keering uit de gemeentefondsbelasting. En van dat
verschil wil spr. nu f400 bestemmen voor den post
onvoorziene uitgaven.
De Voorzitter merkt op, dat B. en W. reeds een
groote toenadering hebben getoond en dat de Mi
nister heeft medegedeeld, dat zijn raming zeer voor-
loopig is, zoodat bet zeer goed mogelijk is, dat de
uitkecring aanmerkelijk lager is. En spr, wijst in
dit verband op het beroepschrift van den Commis
saris der Koningin tegen de door Ged. Staten vast
gestelde bedragen, volgens letter U. Wel is er een
speling van f3150 tusschen de raming van B. en W.
en het bedrag dat de minister raamt, maar van dat
bedrag gaat eerst af het bedrag dat de gemeente
derft door plaatsing in de tweede klas en om nu
nog f400 ten behoeve van den post „onvoorzien" er
taf te hemen, dan zou de risico naar liet oordeel van
B. en W. te groot wezen. Van de uitkeering weten
we niets definitiefs, de opbrengst van de gemeente
fondsbelasting is geraamd op een zeker bedrag en
door de slechte uitkomsten van land- en tuinbouw
kan de opbrengst tegenvallen. In dat geval hebben
we twee tegenvallers en spr. is bang dat er aan het
einde van het jaar een tekort.zal wezen en B. en W.
volgend jaar dan weer zullen moeten voorstellen om
de gemeente te rangschikken in de tweede klasse
en 80 opcenten te heffen. B. en W. willen dan maar
liever dit jaar overgaan tot de heffing van 50 opcen
ten op de vermogensbelasting en hopen volgend jaar
verlaging te kunnen voorstellen. Spr. moet dus het
voorstelVan Zoonen ernstig ontraden.
De heer Van Zoonen zegt dat als over het verschil
in de beide ramingen f 400 wordt afgenomen, er een
speling blijft van f2080.99. Wel heeft de Minister
er op gewezen dat. dc beslissing omtrent het beroep
schrift van den Commissaris der Koningin van be
langrijker invloed zal zijn óp de uitkecring, maar
naar spr.'s mecning staat er niet dat de beslissing
als een nadeel voor de gemeente zal uitvallen. De
invloed zal evengoed ten goede als ten kwade zijn.
Dc Voorzitter hoopt, dat de heer Van Zoonen uit
spr.'s redeneering begrepen heeft, dat de Commis
saris in beroep is gegaan tegen het door Ged. Staten
te hoog bepaalde bedrag. I)c Commissaris zal, al is
het mogelijk, wel niet een beroepschrift indienen te
gen te lage vaststelling; in dit geval betreft het ten
minste een te hoog vastgesteld bedrag. Al is de spe
ling thans f2000.in werkelijkheid kan de speling
wel f 1000.— ziui en als dan de opbrengst uit de ge
meentefondsbelasting tegenvalt, want B. en .W. heb
ben rekening gehouden met het goede belastingjaar
1929—1930 en op dit oogenblik is spr. al opgevallen
hoeveel verschil er in de inkomens is, dan loopt het
mis.
De heer Wit kan zich evenmin met het voorstel om
50 opcenten op de vermogensbelasting te heffen, ver
eenigen. Voor menschen die uitsluitend van een
klein kapitaaltje leven is dat heel bezwaarlijk.
De heer Van Zoonen zegt dat men evengoed al 50
opcenten moet betalen en met de heffing door de ge-
moente zouden het dus 100 opcenten worden.
De Voorzitter wijst er op, dat in deze begx-ooting
maar 3/4 wordt veruntwoord, zoodat de invloed op de
speling dus grooter zou worden, als f400 werd afge
nomen. Spr. wil het voorstel van B. en W. in stem
ming brengen.
De heer Van Zoonen vraagt of niet tot een com
promis kan worden gekomen, wanneer B. en W. iets
laten vallen.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. ali-eeds toenadering
hebben getoond en zij nu deze risico niet opnieuw
er bij kunnen nemen. B. en W. zijn verantwoordelijk
en als liet niet rolt, kan er t.a.v. hun beleid een
woordje gesproken worden.
Het voorstel van B. en W. om op devermogens
belasting 50 opcenten te heffen, wordt vei-worpen met
4 tegen 3 stommen, tegen stemden de Irecren Van
Zoonen, Kriller, Ligthart en Wit.
De heer Van Zoonen stelt, nu voor om 20 opcen
ten op dc vcnnogcnsbelasting te heffen. Dit voor
stel wordt aangenomen met 6 tegen 1 stem, die
van den heer Wit.
Behoudens de door aanneming van dit voorstel ver-
oorzaakte wijziging in dc cijfers, wordt de gemeente-
begrooting vastgesteld zooals ze door B. en W. werd
aangeboden en zal worden unngetcekend, dat de hee-
ren Kriller en Van Zoonen tegen den post bijdrage
Bijzondere Vrijwillige Landstorm hebben gestemd.
De begrooting van het Burgerlijk Armbestuur wordt
vastgesteld tot. een bedrag van f3000.de gemeen
telijke subsidie is geraamd op f2700.—.
5. Voorstel tot jntrekking der op 11 Augustus j.1.
vastgestelde verordening op de invordering der be
dragen, verschuldigd krachtens de verordening op de
heffing eener Personcclc Belasting.
Conform het voorstel wordt besloten.
Het terrein voor den bouw van eene R.K.
Meisjesschool.
7. Voorstel tot aankoop van grond voor den bouw
eener R.K. Meisjesschool te 'tVeld.
De Raad gaat in comité.
Na heropening stellen B. en W. voor tot aankoop
van een perceel grond te 'tVeld, van den heer Mich.
Smit, groot 56.50 c.A., tegen een som van f69.30 per
Are.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming
wordt overeenkomstig dit voorstel besloten.
De uitbreiding van de straatverlichting.
8. Prae-advies nopens het voorstel-Wit tot uitbrei
ding der straatverlichting VerlaatDe Weel en een
verzoek van Jb. Bood e.a. tot uitbreiding der straat
verlichting van de Zuiderbuurt te Oude Niedorp..
Blijkens de schriftelijke voordracht worden dc
kosten van uitbreiding der sti-aatvei-lichting Verlaat-
De Weel begroot op f755.—. Het komt B. en W. ge-
vvenscht voor om in verband met den minder gunsti-
gen toestand, vooral in het akkerbouwbedrijf, dit
jaar althans niet. over te gaan tot het aanbrengen
eener straatverlichting tusschen Verlaat en De Weel.
De consequentie zou bovendien meebrengen, dat ook
aan de Zuiderbuui't te Oude Niedorp alsnog een
straatverlichting werd aangebracht, wat door Jb.
Bood e.a. wordt verzocht. B. en W. adviseeren dus om
dit jaar niet over te gaan tot het aanbrengen eener
sti'aatverlichting Vci'laatDe Weel;
2e. dit jaar niet te besluiten tot uitbx*eiding dei-
straatverlichting aan de Zuiderbuui-t te Oude Nie
dorp.
De heer Van Zoonen zou het toch wel toejuichen
als de menschen van de straatverlichting konden
pi-ofiteei-en. Zij zijn verstoken van alle gemakken en
dragen desalniettemin in alle lasten bij. De kosten
voor uitbreiding naar de Zuidei'buurt worden ge
raamd op f250.zoodat de kosten totaal ii 1000.
zouden bedragen en als dat bedi-ag over enkele jaren
wordt verdeeld, is het niet zoo'n bezwaar. De ongun
stige toestand is geen reden om de menschen in het
donker te laten. Als de menschen er 's avonds op
uit moeten is het altijd een penibele kwestie. Spr.
stelt dus voor wel tot uitbreiding van de sti'aatver
lichting te besluiten.
De heer Wit heeft dezelfde gedachte over deze
kwestie als de heer Van Zoonen. Overal moeten die
menschen aan meebetalen en spr. zou het daarom
prettig vinden als ze wel straatverlichting kregen.
De Voorzitter zegt dat uit do toelichting van B. en
W. blijkt dat ook zij het zouden toejuichen als tot
de uibreiding kon worden overgegaan. Maar we heb
ben thans zeer slechte tijden en weten niet hoe het
zal worden. De gemeente zal zooveel mogelijk haar
uitgaven dienen te beperken. Er komen alle mogelijke
dingen en voor de gemeente is het wel eens moeiiijk
alles op te brengen. De gemeente moet voorgaan de
uitgaven te beperken tot dat wal strikt noodzakelijk
is. B. en W. willen daarom dit jaar niet tot uitbrei
ding der sraatverlichting overgaan. Als volgend jaar
de toestand beter is, zullen B. en W. wèl met een
voorstel komen.
De heer Van Zoonen merkt op, dat in de laatste
vergaderingen zeer groote bedragen zijn gevoteerd en
nu het f 1000 betreft, nu komen B. en W. met het mo
tief dat de tijden zoo slecht zijn. i
De Voorzitter zegt, dat de heer Van Zoonen met die
groote uitgaven misschien doelt op de schoolplannen,
maar als de aanvragen daarvoor voldoen aan de wet
telijke voorschriften, moet de gemeente eraan vol
doen er kan ze er niet aan ontkomen. Maar het on
derhavige verzoek is iets waar de gemeente wel aan
kan ontkomen. Ook in de Moerbeek is geen verlich
ting en dat de menschen ook van die gemakken die
nen te profiteeren omdat ze ook in de kosten bijdra
gen is wel een mooie theorie, maar de gemeente
zou voor geweldig hooge kosten komen te staan, als
er aan werd voldaan. Er zijn ook gedeelten in de ge
meente die niet van de electriciteit profiteeren.
De heer Wit kan zich dan wel met het voorstel van
B. en W. vereenigen, als ze de uitbreiding maar in
gedachten houden.
De Voorzitter zegt dat dit de bedoeling is.
Het voorstel van B. en' W. wordt vervolgens aan
genomen met 6 tegen 1 stem, die van den heer Van
Zoonen.
Een landarbeidersplaatsje.
9. Voorstel tot aanvraag van een rijksvoorschot ad
f4000 tot verkrijging van een landarbeidersplaatsje
voor P. van Breugel, Langereis, gemeente Oude Nie
dorp.
De Voorzitter licht toe, dat hiertoe wordt voorge
steld, doch dat het voorstel inhoudt de voorwaarde
dat onderzocht zal worden of het plaatsje geschikt is
en of de koopprijs niet te hoog is.
Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten.
Daar niemand meer het woord verlangt wordt de
vergadering gesloten.
De uitvoercüfers over October wijzen op een
verminderden export. In het bijzonder in die
naar Duitschland voor witte en roode kool
sterk achteruit geloopeneen veeg toeken
voor Langendijk Dage prijzen en geringe aan
voer van aardappelen. Bevredigende prijzen
voor bloemkool. Eenigszins verminderde prijs
voor roode kool. Slechte prijzen voor gele en
witte kooL Uien Iets lager. Bieten beteren
prijs. Peen laag. Zeer slechte prijs voor wit-
krop.
De uitvoerstatistiek van groenten is, als velerlei ande
re statistieken, zeer leerzaam. Als deze zich bezighoudt
met het aanteekenen van de uitgevoerde hoeveelheden
groenten of dezen uitvoer weergeeft in een grafische
voorstelling, dan kunnen daaruit conclusies worden ge
trokken, die van beteekenis kunnen zijn voor belangheb
benden. Het Centraal Bureau voor do Statistiek houdt
zich bezig met het verzamelen van talrijk vele gegevens
op allerlei gebied en publiceert elke maand de cijfers
met een vergelijking tegenover een vorig overeenkom
stig tijdperk. Zoo zijn thans de uitvoercijfers van groen
ten over de maand October bekend gemaakt. En uit de
zeer lage prijzen, welke voor herfst- en wintergroenten
zijn gemaakt, Is wel te voorspellen, dat de uitvoer niet
groot zal zijn, daar weinig aan de veilingen wordt aan
gevoerd. Aan roode kool werd geëxporteerd 1136 ton
tegenover 3827 ton in Oct. 1929. Daarvan werd 489 ton
naar België, 329 ton naar Groot-Brittannië en 90 ton
naar Checho-Slowakije gezonden. De export van witte en
savoyekool beliep 1682 ton tegenover 7575 ton ten vorige
jare. Hiervan ging 882 ton naar Frankrijk, 361 ton naar
België en 291 ton naar Zwitserland. Als we Duitscbland
niet noemen is dat, omdat dit land bijna niet aan de
markt verscheen: slechts 55 ton betrok dit land aan roo
de en witte kool! Waar Duitschland onze boste afnemer
wa3 in normale en goede jaren, zegt dit feit ons voldoen
de voor de situatie onzer gi-oentenveilingen. Bloemkool
had een export van 4956 ton tegen 6301 ton in Oct. 1929.
Hiervan importeerde Duitschland 3760 ton, België 300
ton, Gr.-Brittanië 400 ton, Zwitserland 424 ton. Aan to
maten werd 3740 ton (vorig jaar 6443 ton) uitgevoerd,
waarvan 1515 naar Duitschland; Groot-Brittannië 1969
ton betrok. Verbazend veel uien werden uitgevoerd. De
prijzen ervan waren wel niet best, doch redelijk. Aange
zien het vorige jaar groote massa's van dit artikel to
taal niets hebben opgebracht, doch op het land als mest
zijn achtergebleven, zullen vele verbouwers het risico
niet hebben willen loopen en zijn spoedig tot verkoop
overgegaan. Verreweg het grootste deel ging naar Gr.-
Brittannië, n.1. 11619 ton; naar België ging 1048 ton. De
uitvoer van peen bedroeg 2630 ton tegen 3445 het vorige
jaar. Het meeste importeerde Engeland. Betrekkelijk
weinig aardappelen werden uitgevoerd, n.1. 35869 ton
Hiervan ging het meeste naar België. Afnemers van be
teekenis waren ook Gr. Brittannië en Frankrijk. Duitsch
land betrok ruim 1000 ton. Bijzondere vermelding ver
dient, dat Brazilië 674 ton. Marokko 483 ton en Venezu
ela 563 ton betrok, daar dit het eerste jaar is, dat een
export van beteekenis daarheen ging. Van bijzondet
groote beteekenis was de export van pootaardappelen,
n.1. 24.407 ton tegen 15284 het vorig jaar. Van dit artikel
waren het vooral Frankrijk (11.739 ton) en België (9608
ton), die het meest betrokken. Naar Duitschland ging
slechts ruim 2000 ton. Opmerkelijk was het hierbij, dat
de export naar Italië, dat het vorig jaar zulke groote
hoeveelheden pootaardappelen Importeerde, nu slechts
316 ton betrok.
Bovenstaande cijfers zullen den Langendijker tuinbou
wers leeren, dat veel voor hun welvaart afhangt van
den uitvoer hunner producten, en dat, waar Duitschland
vroeger een groote rol heeft gespeeld in dien uitvoer, dit
land nu voor verschillende artikelen van geringe betee
kenis is' geworden. Vandaar dat de verwachtingen voor
den aanstaanden winter niet hoog worden aangeslagen,
omdat men van oordeel Is, dat de omstandigheden bij
onze Oostelijke naburen van dien aard zijn, dat niet met
goede reden kan worden verwacht, dat Duitschland veel
van onze stapelgroenten zal betrokken. Dit zal, meent
men, alleen dan het geval zijn, als een stevige winter,
liefst wat vroeg invallend, veel van de daar voorradige
groenten vernietigt.
Dat het alzoo ook de afgeloopen week aan onze vei
lingen slap bleef, is duidelijk. De vraag blijft maar ge
ring. Het moet daarmee wel bijzonder treurig gesteld
zijn. Zoo vernamen we van een handelaar, die al ruim
30 jaar aan de veiling kwam, dat het hem voor de
eerste maal was overkomen, dat hij geen kooltje gedu
rende de heele week had gekocht. In Duitschland schijnt
heel wat kool aanwezig te zijn en de prijzen moeten er
lager zijn dan hier. Men zou dus met voordeel kool uit
Duitschland naar hier kunnen exporteeren.
Aan de Broeker veiling werden alleen blauwe aardap
pelen en drielingen aangevoerd. Dc eerste brachten f 2.30
de laatste f 4.10 op, Schotsche muizen, die aan de veiling
van den Noordermarktbond werden verhandeld, brachten
van f 2.803.20 op. Groote golden f 2.60. Hier werden
blauwe verkocht voor f 1.501.60, drielingen voor f 4.80.
Voor bloemkool werden goede prijzen besteed, althans
voor reuzen. Deze brachten Maandag aan de veiling der
L.G.C. f 12.9016.30 op, Dinsdag werden ze zelfs verkocht
voor f 10.5023.70. In het verder verloop der week wer
den voor de mooiste en grootste geen hooger prijzen dan
ongeveer f 18 betaald, de kleinere brachten toen van
f 1012 op. Lecerf was veel lager In prijs. In den aan
vang was de noteering 8.30—9.50, Woensdag f 4.90—6.30,
Vrijdag f 6.308.40. Voor tweede soort kon aanvankelijk
f 3 a f 4 worden bedongen, op het eind der week werden
mooiste nog vo>pr ruim f 6 verkocht. Demeest afwijkende
qualiteit kon toen f 2.703.20 opbrengen. De aanvoeren
vallen niet mee, daar de teelt bijzondeT slecht is gelukt
de vele regens zijn bovendien oorzaak dat de bloem maar
klein blijft. Aan beide veilingen werden ongeveer 36000
stuks aangevoerd. Voor roode kool werden eenigszins
lagere prijzen besteed dan verleden week. De hoogste
noteering voor het mooiste kleine goed was aan de Broe
ker veiling f 5.60, welke prijs maar eenmaal werd besteed
Groote roode van goede kwaliteit kon f 2.60 tot ruim f3
opbrengen. De afwijkende groote kool werd met f 1.40
1.80 in het begin der week betaald, met f 1.201.30 op het
laatst. Veel puike kool komt er intusschen nog niet. Aan
de Broeker veiling beliep de aanvoer rond 16 spoorwa
gens, te Noordscharwoude 17 spoorwagens.
Geringer nog is de aanvoer van gele kool, ongetwijfeld
als gevolg van het feit, dat de hoedanigheid van deze
beter is en men dus niet genoodzaakt is, te verkoopen.
De prijzen laten intusschen veel te wenschen over. Voor
gele kool van de gewenschte kleine sorteering werd van
f 2.202.70 betaald, groote bracht gemiddeld f 1.50 op.
Voor gele van afwijkende kwaliteit werd f 0.901.20 be
dongen. In totaal werden aan beide vellingen ongeveer
18 spoorwagens verhandeld.
Met den aanvoer van gewone witte kool is het zoo goed
als afgeloopen. Wat verkocht werd bracht van f 0.601.20
op. Van Deensche witte was de aanvoer grooter. De
prijzen waren zeer onbevredigend.. Ze lagen n.1. tusschen
f 1.202.30, waarbij de hoogste prijs weer werd betaald
voor de kleinste kool.
D8 prijzen der uien waren deze week iets lager dan
de vorige week. Ze brachten nu vaak minder dan f 3 op;
Maandag b.v. f 2.302.80, Zaterdag f 1.702.70, aan de
Broeker, f 1.803 aan de Noordscharwoudsche veiling.
Grove uien waren vaak nog een paar dubbeltjes lager.
Drielingen noteerden te Broek f 11.60, te Noordschar
woude idem. Voor gele nep werd van f 3.604.40 betaald
met een geringe afwijking beneden den laagsten prijs.
In totaal werden ruim 14 spoorwagens geveild.
De bietenprijs is wel slechter geweest. In het begin der
week werd te Broek f 22.50, te Noordscharwoude f 3.30
betaald. Op het laatst besteedde men te Broek f 3.20
4. De aanvoer was gering.
Voor peen worden lage prijzen betaald. Voor de beste
van de groote soort ongeveer f 2, minder goede f 1.30
1.80, Kleine werden verkocht voor f 0.801.20, Ram
menas bracht f 1.401.50 op.
Witkrop was bijna onverkoopbaar. Bracht ze aanvan
kelijk nog f 11.20 op, Donderdag werd ze te Noord
scharwoude voor f 0.10—0.30 per 100 stuks verkocht
Als men een geschiedenisboek wilde schrijven over de
historie van het „Gilde der Bedelaars", dan zou men ver
in het verleden terug moeten gaan. Een „gilde" zal men
zeggen bestaat dat voor bedelaars? Ja, ook de bede
laars hebben een beroepsgilde. In Amerika, in de groote
steden vormen zij zelfs een aparte organisatie, die vele
rechten en vrijheden heeft voor de bij hen aangesloten
georganiseerde bedelaars. Dit is hier echter nog wel niet
het geval. Tóch hebben de bedelaars een soort overeen
komst, een soort aparte taal of geheimschrift, waardoor
zij elkaar ergens voor kunnen waarschuwen, of elkaar
ergens op opmerkzaam kunnen maken. Reeds 't N. Tes
tament sprak van bedelaars, die ten tijde van Jezus Je
ruzalem bevolkten en zich met voorliefde in de nabijheid
van den tempel ophielden. In de middeleeuwen ontston
den verschillende bedelaarsgilden, die zich weer specia
liseerden op de een of andere wijze van geld-ophalen.
De eene af deeling trof men steeds in de voorportalen
van kerken, de andere afdeeling haalde geld op met het
produceeren van oorverscheurende en zenuwsloopende
muziek enz. Zij hielden er allen een speciale taal op na.
Zoo bestaat er heden ten dage nog steeds zulk een be-
deltaal, die door den vader weer aan den zoon wordt
geleerd en door oude bedelaars aan jongere landloópers.
Vooral onder de Zigeuners is deze taal zeer verbreid.
Zulk een overblijfsel uit de middeleeuwsche bedelaars
gilden is ook het bedelaarsgeheimschrift, waarvan wij
hier een aantal teekens hebben verzameld. Deze teekens
spelen een grooten rol in het leven van menigen landloo-
per, bedelaar en zelfs inbreker. Vele huisvrouwen ver
wonderen zich erover, dat juist bij haar alle bedelaars
uit het heele land schijnen aan te bellen, terwijl misschien
haar huurlieden daarvan niet den minsten last hebben.
Zij vermoedt niet, dat juist dit „geheimschrift" de oor
zaak van de toeloop is. Op plaatsen, die niet direct in
het oog vallen, worden zij aangebracht; zij worden op
naambordjes gekrast of op de muren geteekend, men
vindt ze op trappen, in gangen en op schuttingen. Zij
vertellen den aalmoes-vrager of de bewoners van het be
treffende huis, aan bedelaars iets geven, of zij werk er
voor terugverlangen, of er een hond in huis is, of een
kleine diefstal er de moeite waard is, en meer van der
gelijke „gewichtige bijzonderheden". Werken voor het
geld wordt door geen enkele „beroepsbedelaar" aange
nomen. Dat is nu zoo eenmaal hun „principe".
„De gelegenheid maakt den dief" zegt het bekende
spreekwoord. Reeds dikwijls hebben bedelaars, die een
woningdeur open vonden, het een of andere voorwerp
van waarde medegenomen en dan geeft onvermijdelijk
een krijtteeken op den muur aan, dat daar goedmoedige
lieden wonen, die men gemakkelijk kan beetnemen. Deze
„bedelaarsgilden" zijn niet zoo onschuldig als wij wel
denken. Men doet goed dergelijke teekens op de muren of
schuttingen direct te verwijderen, daar zij allerlei licht
schuwe elementen opmerkzaam maken op de gelegen
heid hun slag te kunnen slaap. De hier afgebeelde tee
kens hebben wij gepubliceerd met toestemming van het
Berlijnsche Politiemuseum; zij geven een duidelijk beeld
van de uitgebreide inlichtingen, die een bedelaar met be
hulp hiervan aan zijn „collega's" kan geven.
De beteekenis van de teekens geven wij hieronder weer:
1. Hier is gevaar voor gevangenisstraf. 2. Kwade
huisdieren en sterke bewoners. 3. Groote waakhonden. 4.
Hier woont een politieman. 5. Bewoners snauwen je af.
8. Voorzichtig, gevaar! 7. Bewoner dreigt met zijn hond.
8. Alarmschellen in huis! 9. Zeer bescheiden optreden.
10. Vrouwen in huis, die erg medelijdend zijn. -11. Een
zieke krijgt iets. 12. Hier krijgt men geld. 13 Onderkomen
voor den nacht. 14. Hier moet men in het huishouden
werken,om wat te 'krijgen. 15. Bewoner geeft aalmoezen.
16. Hier belt men de politie op. 17. Brutaal en indringe
rig zijn. 18. Vrouw is alleen met dienstbode. 19. Angstige
bewoners. 20. Hier kan geweld gebruikt worden. 21. Hier
is een diefstal de moeite waard. 22. Hier krijgt men te
eten. 23. Vrouwen in huls, die men alles kan voorliegen.
24. Hier is niets te halen. (Nadruk verboden)
m
n GD
1
10 Yaaa
fi o o o
20
s CZ3
11 0
tï
n 0
H
Men schrijft ons:
In een dezer dagen te Amsterdam gehouden verga-
dei-ing van afgevaardigden van de Holl. Mij. van Land
bouw, L.TJ3., U.L.G., de slagersvereenigingen „Am
sterdam", „D.E.L." en „St. Petrus", de Commissie van
Advies voor Selectiemesterijen in Nederland, de Var
kensstamboeken in Noord-Holland, Utrecht en Zuid-
Holland, Hollands Noorderkwartier, het Rijkslandbouw
proefstation en de Proefzuivelboerderij te Hoorn, den
Nieuwen Bond van Zuivelfabrieken in Noord-Holland,
en de Rijksveeteeltconsulenten in Noord-Holland,
Utrecht en Zuid-Holland is besloten te trachten voor de
provinciën Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland een
Varkensmesterij voor Selectieproeven op te richten.
Het doel is varkensstammen op te sporen, die bij het
kleinste voedergebruik het beste groeien en bij slachting
het beste product zooveel mogelijk vleesch leve
ren.
Voor het fokken kan dan vooral uit de beste stam
men fokmateriaal worden gezocht, waardoor een alge
meene verbetering kan worden verkregen. Dit is voor
de varkensfokkers en mesters van het grootste belang,
omdat daardoor een gunstiger verhouding tusschen
voedergebruik en groei zal worden bereikt. Bij het
groote verschil tusschen vet- en vleeschprijzen zal
een iets vleeziger varken in het algemeen beter betaald
worden. Ook voor de slagers en grossiers is het van
veel belang, dat zooveel mogelijk die varkens warden
gemest, welke het meest aan de eisohen van de con
sumenten voldoen.
Wij twijfelen niet of de belanghebbenden zullen
gaarne de noodige geldmiddelen bij elkander brengen,
opdat dezen belangrijken stap ter verbetering van onze
Varkenshouderij zal kunnen worden gezet.
58.
Bong! Daar lag de dunne op den dikke,
Precies op veldwachters's pet.
Het is maar gelukkig, zei de dikke,
Dat ik hem niet heb afgezet.
De veldwachter had zich vastgegrepen
Aan den rand van de kleine vliet.
Jij bent niet erg zwaar, hijgde de dikke
Maar houden kan Ik jou toch niet.