DE LANGENDIJKER GROENTENVEIUNGEN. f Aaa V V f l 0 O De geheimen van het „Bedelaarsgild e." j vvv 7 Een Varkensmesterij voor Selectie- proeven. Het gestolen luchtballonnetje Of De geschiedenis van twee deugnieter De Voorzitter zegt, dat in afwijking van de vorige voordracht, toen B. en W. voorstelden om de gemeen te te rangschikken in de derde klasse en 80 opcenten op de gemeentefondsbelasting te heffen nu door B. en \V. wordt voorgesteld om de gemeente te rang schikken in de tweede klasse, 80 opcenten op de ge meentefondsbelasting en 50 opcenten op de vermo gensbelasting te heffen. De heer Van Zoonen heeft in de schriftelijke voor dracht niet kunnen waarnemen dat B. en W. voor stellen 50 opcenten op de vermogensbelasting te hef fen. De Voorzitter zegt, dat deze voordracht moet wor den beschouwd als een aanvulling van de eerder toe gezonden voordracht, en wel t.a.v. de gemeentefonds belasting. liet heffen van opcenten op de vermogens belasting is noodig in verband met onvoorziene uit gaven. Spr. wijst op de slechte tijden en opnieuw te verwachten uitgaven, als voor den bouw'van de R.K. meisjesschool. De heer Van Zoonen zegt dat het hem genoegen doet dat B. en W. spr. in zijn bezwaren zijn tegemoet ge komen en spr. zal dan ook met het voorstel van B. en W. meegaan, overtuigd zijnde dat de gemeente het geld noodig heeft. Maar dat beteekent niet dat spr. principieel met het voorstel instemt en hij behoudt zich dan ook het. recht voor als de omstandigheden zich wijzigen, voor te stellen de gemeente in de eer ste klasse te rangschikken. De Voorzitter wijst er op dat deze voorstellen van B. en W. slechts gelden voor één belastingjaar en B. en W. dus volgend jaar met een nieuw voorstel moe ten komen. Met algemeene stemmen wordt besloten de ge meente t.a.v. de gemeentefondsbelasting te rang schikken in de tweede klasse en 80 opcenten op de gemeentefondsbelasting. Wat het voorstel van .B en W. betreft, om 50 op centen op de vermogensbelasting te heffen, de heer Van Zoonen verklaart zich moeilijk met dit voorstel te kunnen vereenigen. Aan opcenten op de gemeente fondsbelasting moét het volle pond worden betaald en als nu nog 50 opcenten op de vermogensbelasting worden geheven, worden de menschen die uitslui tend uit de inkomsten verkregen*uit een kapitaaltje moet leven, te zwaar belast. De Voorzitter zegt, dat ook B. en W. gaarne gezien zouden hebben dat zij niet met dit voorstel hadden behoeven te komen, waar de zwaarste druk reeds op de gemeentefondsbelasting wordt uitgeoefend. Maai de moeilijkheid om de begrooting sluitend te krij gen heeft B. en W. op dien weg gedrongen en spr. vraagt den heer Van Zoonen om dan een middel aan de hand te doen om, zonder de heffing van opcenten op de vermogensbelasting, de begrooting sluitend te krijgen. De heer Van Zoonen wijst er op, dat blijkens de toe lichting op het voorstel omtrent de classificatie er een belangrijk verschil bestaat tusschen de raming van den Minister en de door B. en W. geraamde uit- keering uit de gemeentefondsbelasting. En van dat verschil wil spr. nu f400 bestemmen voor den post onvoorziene uitgaven. De Voorzitter merkt op, dat B. en W. reeds een groote toenadering hebben getoond en dat de Mi nister heeft medegedeeld, dat zijn raming zeer voor- loopig is, zoodat bet zeer goed mogelijk is, dat de uitkecring aanmerkelijk lager is. En spr, wijst in dit verband op het beroepschrift van den Commis saris der Koningin tegen de door Ged. Staten vast gestelde bedragen, volgens letter U. Wel is er een speling van f3150 tusschen de raming van B. en W. en het bedrag dat de minister raamt, maar van dat bedrag gaat eerst af het bedrag dat de gemeente derft door plaatsing in de tweede klas en om nu nog f400 ten behoeve van den post „onvoorzien" er taf te hemen, dan zou de risico naar liet oordeel van B. en W. te groot wezen. Van de uitkeering weten we niets definitiefs, de opbrengst van de gemeente fondsbelasting is geraamd op een zeker bedrag en door de slechte uitkomsten van land- en tuinbouw kan de opbrengst tegenvallen. In dat geval hebben we twee tegenvallers en spr. is bang dat er aan het einde van het jaar een tekort.zal wezen en B. en W. volgend jaar dan weer zullen moeten voorstellen om de gemeente te rangschikken in de tweede klasse en 80 opcenten te heffen. B. en W. willen dan maar liever dit jaar overgaan tot de heffing van 50 opcen ten op de vermogensbelasting en hopen volgend jaar verlaging te kunnen voorstellen. Spr. moet dus het voorstelVan Zoonen ernstig ontraden. De heer Van Zoonen zegt dat als over het verschil in de beide ramingen f 400 wordt afgenomen, er een speling blijft van f2080.99. Wel heeft de Minister er op gewezen dat. dc beslissing omtrent het beroep schrift van den Commissaris der Koningin van be langrijker invloed zal zijn óp de uitkecring, maar naar spr.'s mecning staat er niet dat de beslissing als een nadeel voor de gemeente zal uitvallen. De invloed zal evengoed ten goede als ten kwade zijn. Dc Voorzitter hoopt, dat de heer Van Zoonen uit spr.'s redeneering begrepen heeft, dat de Commis saris in beroep is gegaan tegen het door Ged. Staten te hoog bepaalde bedrag. I)c Commissaris zal, al is het mogelijk, wel niet een beroepschrift indienen te gen te lage vaststelling; in dit geval betreft het ten minste een te hoog vastgesteld bedrag. Al is de spe ling thans f2000.in werkelijkheid kan de speling wel f 1000.— ziui en als dan de opbrengst uit de ge meentefondsbelasting tegenvalt, want B. en .W. heb ben rekening gehouden met het goede belastingjaar 1929—1930 en op dit oogenblik is spr. al opgevallen hoeveel verschil er in de inkomens is, dan loopt het mis. De heer Wit kan zich evenmin met het voorstel om 50 opcenten op de vermogensbelasting te heffen, ver eenigen. Voor menschen die uitsluitend van een klein kapitaaltje leven is dat heel bezwaarlijk. De heer Van Zoonen zegt dat men evengoed al 50 opcenten moet betalen en met de heffing door de ge- moente zouden het dus 100 opcenten worden. De Voorzitter wijst er op, dat in deze begx-ooting maar 3/4 wordt veruntwoord, zoodat de invloed op de speling dus grooter zou worden, als f400 werd afge nomen. Spr. wil het voorstel van B. en W. in stem ming brengen. De heer Van Zoonen vraagt of niet tot een com promis kan worden gekomen, wanneer B. en W. iets laten vallen. De Voorzitter zegt, dat B. en W. ali-eeds toenadering hebben getoond en zij nu deze risico niet opnieuw er bij kunnen nemen. B. en W. zijn verantwoordelijk en als liet niet rolt, kan er t.a.v. hun beleid een woordje gesproken worden. Het voorstel van B. en W. om op devermogens belasting 50 opcenten te heffen, wordt vei-worpen met 4 tegen 3 stommen, tegen stemden de Irecren Van Zoonen, Kriller, Ligthart en Wit. De heer Van Zoonen stelt, nu voor om 20 opcen ten op dc vcnnogcnsbelasting te heffen. Dit voor stel wordt aangenomen met 6 tegen 1 stem, die van den heer Wit. Behoudens de door aanneming van dit voorstel ver- oorzaakte wijziging in dc cijfers, wordt de gemeente- begrooting vastgesteld zooals ze door B. en W. werd aangeboden en zal worden unngetcekend, dat de hee- ren Kriller en Van Zoonen tegen den post bijdrage Bijzondere Vrijwillige Landstorm hebben gestemd. De begrooting van het Burgerlijk Armbestuur wordt vastgesteld tot. een bedrag van f3000.de gemeen telijke subsidie is geraamd op f2700.—. 5. Voorstel tot jntrekking der op 11 Augustus j.1. vastgestelde verordening op de invordering der be dragen, verschuldigd krachtens de verordening op de heffing eener Personcclc Belasting. Conform het voorstel wordt besloten. Het terrein voor den bouw van eene R.K. Meisjesschool. 7. Voorstel tot aankoop van grond voor den bouw eener R.K. Meisjesschool te 'tVeld. De Raad gaat in comité. Na heropening stellen B. en W. voor tot aankoop van een perceel grond te 'tVeld, van den heer Mich. Smit, groot 56.50 c.A., tegen een som van f69.30 per Are. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig dit voorstel besloten. De uitbreiding van de straatverlichting. 8. Prae-advies nopens het voorstel-Wit tot uitbrei ding der straatverlichting VerlaatDe Weel en een verzoek van Jb. Bood e.a. tot uitbreiding der straat verlichting van de Zuiderbuurt te Oude Niedorp.. Blijkens de schriftelijke voordracht worden dc kosten van uitbreiding der sti-aatvei-lichting Verlaat- De Weel begroot op f755.—. Het komt B. en W. ge- vvenscht voor om in verband met den minder gunsti- gen toestand, vooral in het akkerbouwbedrijf, dit jaar althans niet. over te gaan tot het aanbrengen eener straatverlichting tusschen Verlaat en De Weel. De consequentie zou bovendien meebrengen, dat ook aan de Zuiderbuui't te Oude Niedorp alsnog een straatverlichting werd aangebracht, wat door Jb. Bood e.a. wordt verzocht. B. en W. adviseeren dus om dit jaar niet over te gaan tot het aanbrengen eener sti'aatverlichting Vci'laatDe Weel; 2e. dit jaar niet te besluiten tot uitbx*eiding dei- straatverlichting aan de Zuiderbuui-t te Oude Nie dorp. De heer Van Zoonen zou het toch wel toejuichen als de menschen van de straatverlichting konden pi-ofiteei-en. Zij zijn verstoken van alle gemakken en dragen desalniettemin in alle lasten bij. De kosten voor uitbreiding naar de Zuidei'buurt worden ge raamd op f250.zoodat de kosten totaal ii 1000. zouden bedragen en als dat bedi-ag over enkele jaren wordt verdeeld, is het niet zoo'n bezwaar. De ongun stige toestand is geen reden om de menschen in het donker te laten. Als de menschen er 's avonds op uit moeten is het altijd een penibele kwestie. Spr. stelt dus voor wel tot uitbreiding van de sti'aatver lichting te besluiten. De heer Wit heeft dezelfde gedachte over deze kwestie als de heer Van Zoonen. Overal moeten die menschen aan meebetalen en spr. zou het daarom prettig vinden als ze wel straatverlichting kregen. De Voorzitter zegt dat uit do toelichting van B. en W. blijkt dat ook zij het zouden toejuichen als tot de uibreiding kon worden overgegaan. Maar we heb ben thans zeer slechte tijden en weten niet hoe het zal worden. De gemeente zal zooveel mogelijk haar uitgaven dienen te beperken. Er komen alle mogelijke dingen en voor de gemeente is het wel eens moeiiijk alles op te brengen. De gemeente moet voorgaan de uitgaven te beperken tot dat wal strikt noodzakelijk is. B. en W. willen daarom dit jaar niet tot uitbrei ding der sraatverlichting overgaan. Als volgend jaar de toestand beter is, zullen B. en W. wèl met een voorstel komen. De heer Van Zoonen merkt op, dat in de laatste vergaderingen zeer groote bedragen zijn gevoteerd en nu het f 1000 betreft, nu komen B. en W. met het mo tief dat de tijden zoo slecht zijn. i De Voorzitter zegt, dat de heer Van Zoonen met die groote uitgaven misschien doelt op de schoolplannen, maar als de aanvragen daarvoor voldoen aan de wet telijke voorschriften, moet de gemeente eraan vol doen er kan ze er niet aan ontkomen. Maar het on derhavige verzoek is iets waar de gemeente wel aan kan ontkomen. Ook in de Moerbeek is geen verlich ting en dat de menschen ook van die gemakken die nen te profiteeren omdat ze ook in de kosten bijdra gen is wel een mooie theorie, maar de gemeente zou voor geweldig hooge kosten komen te staan, als er aan werd voldaan. Er zijn ook gedeelten in de ge meente die niet van de electriciteit profiteeren. De heer Wit kan zich dan wel met het voorstel van B. en W. vereenigen, als ze de uitbreiding maar in gedachten houden. De Voorzitter zegt dat dit de bedoeling is. Het voorstel van B. en' W. wordt vervolgens aan genomen met 6 tegen 1 stem, die van den heer Van Zoonen. Een landarbeidersplaatsje. 9. Voorstel tot aanvraag van een rijksvoorschot ad f4000 tot verkrijging van een landarbeidersplaatsje voor P. van Breugel, Langereis, gemeente Oude Nie dorp. De Voorzitter licht toe, dat hiertoe wordt voorge steld, doch dat het voorstel inhoudt de voorwaarde dat onderzocht zal worden of het plaatsje geschikt is en of de koopprijs niet te hoog is. Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten. Daar niemand meer het woord verlangt wordt de vergadering gesloten. De uitvoercüfers over October wijzen op een verminderden export. In het bijzonder in die naar Duitschland voor witte en roode kool sterk achteruit geloopeneen veeg toeken voor Langendijk Dage prijzen en geringe aan voer van aardappelen. Bevredigende prijzen voor bloemkool. Eenigszins verminderde prijs voor roode kool. Slechte prijzen voor gele en witte kooL Uien Iets lager. Bieten beteren prijs. Peen laag. Zeer slechte prijs voor wit- krop. De uitvoerstatistiek van groenten is, als velerlei ande re statistieken, zeer leerzaam. Als deze zich bezighoudt met het aanteekenen van de uitgevoerde hoeveelheden groenten of dezen uitvoer weergeeft in een grafische voorstelling, dan kunnen daaruit conclusies worden ge trokken, die van beteekenis kunnen zijn voor belangheb benden. Het Centraal Bureau voor do Statistiek houdt zich bezig met het verzamelen van talrijk vele gegevens op allerlei gebied en publiceert elke maand de cijfers met een vergelijking tegenover een vorig overeenkom stig tijdperk. Zoo zijn thans de uitvoercijfers van groen ten over de maand October bekend gemaakt. En uit de zeer lage prijzen, welke voor herfst- en wintergroenten zijn gemaakt, Is wel te voorspellen, dat de uitvoer niet groot zal zijn, daar weinig aan de veilingen wordt aan gevoerd. Aan roode kool werd geëxporteerd 1136 ton tegenover 3827 ton in Oct. 1929. Daarvan werd 489 ton naar België, 329 ton naar Groot-Brittannië en 90 ton naar Checho-Slowakije gezonden. De export van witte en savoyekool beliep 1682 ton tegenover 7575 ton ten vorige jare. Hiervan ging 882 ton naar Frankrijk, 361 ton naar België en 291 ton naar Zwitserland. Als we Duitscbland niet noemen is dat, omdat dit land bijna niet aan de markt verscheen: slechts 55 ton betrok dit land aan roo de en witte kool! Waar Duitschland onze boste afnemer wa3 in normale en goede jaren, zegt dit feit ons voldoen de voor de situatie onzer gi-oentenveilingen. Bloemkool had een export van 4956 ton tegen 6301 ton in Oct. 1929. Hiervan importeerde Duitschland 3760 ton, België 300 ton, Gr.-Brittanië 400 ton, Zwitserland 424 ton. Aan to maten werd 3740 ton (vorig jaar 6443 ton) uitgevoerd, waarvan 1515 naar Duitschland; Groot-Brittannië 1969 ton betrok. Verbazend veel uien werden uitgevoerd. De prijzen ervan waren wel niet best, doch redelijk. Aange zien het vorige jaar groote massa's van dit artikel to taal niets hebben opgebracht, doch op het land als mest zijn achtergebleven, zullen vele verbouwers het risico niet hebben willen loopen en zijn spoedig tot verkoop overgegaan. Verreweg het grootste deel ging naar Gr.- Brittannië, n.1. 11619 ton; naar België ging 1048 ton. De uitvoer van peen bedroeg 2630 ton tegen 3445 het vorige jaar. Het meeste importeerde Engeland. Betrekkelijk weinig aardappelen werden uitgevoerd, n.1. 35869 ton Hiervan ging het meeste naar België. Afnemers van be teekenis waren ook Gr. Brittannië en Frankrijk. Duitsch land betrok ruim 1000 ton. Bijzondere vermelding ver dient, dat Brazilië 674 ton. Marokko 483 ton en Venezu ela 563 ton betrok, daar dit het eerste jaar is, dat een export van beteekenis daarheen ging. Van bijzondet groote beteekenis was de export van pootaardappelen, n.1. 24.407 ton tegen 15284 het vorig jaar. Van dit artikel waren het vooral Frankrijk (11.739 ton) en België (9608 ton), die het meest betrokken. Naar Duitschland ging slechts ruim 2000 ton. Opmerkelijk was het hierbij, dat de export naar Italië, dat het vorig jaar zulke groote hoeveelheden pootaardappelen Importeerde, nu slechts 316 ton betrok. Bovenstaande cijfers zullen den Langendijker tuinbou wers leeren, dat veel voor hun welvaart afhangt van den uitvoer hunner producten, en dat, waar Duitschland vroeger een groote rol heeft gespeeld in dien uitvoer, dit land nu voor verschillende artikelen van geringe betee kenis is' geworden. Vandaar dat de verwachtingen voor den aanstaanden winter niet hoog worden aangeslagen, omdat men van oordeel Is, dat de omstandigheden bij onze Oostelijke naburen van dien aard zijn, dat niet met goede reden kan worden verwacht, dat Duitschland veel van onze stapelgroenten zal betrokken. Dit zal, meent men, alleen dan het geval zijn, als een stevige winter, liefst wat vroeg invallend, veel van de daar voorradige groenten vernietigt. Dat het alzoo ook de afgeloopen week aan onze vei lingen slap bleef, is duidelijk. De vraag blijft maar ge ring. Het moet daarmee wel bijzonder treurig gesteld zijn. Zoo vernamen we van een handelaar, die al ruim 30 jaar aan de veiling kwam, dat het hem voor de eerste maal was overkomen, dat hij geen kooltje gedu rende de heele week had gekocht. In Duitschland schijnt heel wat kool aanwezig te zijn en de prijzen moeten er lager zijn dan hier. Men zou dus met voordeel kool uit Duitschland naar hier kunnen exporteeren. Aan de Broeker veiling werden alleen blauwe aardap pelen en drielingen aangevoerd. Dc eerste brachten f 2.30 de laatste f 4.10 op, Schotsche muizen, die aan de veiling van den Noordermarktbond werden verhandeld, brachten van f 2.803.20 op. Groote golden f 2.60. Hier werden blauwe verkocht voor f 1.501.60, drielingen voor f 4.80. Voor bloemkool werden goede prijzen besteed, althans voor reuzen. Deze brachten Maandag aan de veiling der L.G.C. f 12.9016.30 op, Dinsdag werden ze zelfs verkocht voor f 10.5023.70. In het verder verloop der week wer den voor de mooiste en grootste geen hooger prijzen dan ongeveer f 18 betaald, de kleinere brachten toen van f 1012 op. Lecerf was veel lager In prijs. In den aan vang was de noteering 8.30—9.50, Woensdag f 4.90—6.30, Vrijdag f 6.308.40. Voor tweede soort kon aanvankelijk f 3 a f 4 worden bedongen, op het eind der week werden mooiste nog vo>pr ruim f 6 verkocht. Demeest afwijkende qualiteit kon toen f 2.703.20 opbrengen. De aanvoeren vallen niet mee, daar de teelt bijzondeT slecht is gelukt de vele regens zijn bovendien oorzaak dat de bloem maar klein blijft. Aan beide veilingen werden ongeveer 36000 stuks aangevoerd. Voor roode kool werden eenigszins lagere prijzen besteed dan verleden week. De hoogste noteering voor het mooiste kleine goed was aan de Broe ker veiling f 5.60, welke prijs maar eenmaal werd besteed Groote roode van goede kwaliteit kon f 2.60 tot ruim f3 opbrengen. De afwijkende groote kool werd met f 1.40 1.80 in het begin der week betaald, met f 1.201.30 op het laatst. Veel puike kool komt er intusschen nog niet. Aan de Broeker veiling beliep de aanvoer rond 16 spoorwa gens, te Noordscharwoude 17 spoorwagens. Geringer nog is de aanvoer van gele kool, ongetwijfeld als gevolg van het feit, dat de hoedanigheid van deze beter is en men dus niet genoodzaakt is, te verkoopen. De prijzen laten intusschen veel te wenschen over. Voor gele kool van de gewenschte kleine sorteering werd van f 2.202.70 betaald, groote bracht gemiddeld f 1.50 op. Voor gele van afwijkende kwaliteit werd f 0.901.20 be dongen. In totaal werden aan beide vellingen ongeveer 18 spoorwagens verhandeld. Met den aanvoer van gewone witte kool is het zoo goed als afgeloopen. Wat verkocht werd bracht van f 0.601.20 op. Van Deensche witte was de aanvoer grooter. De prijzen waren zeer onbevredigend.. Ze lagen n.1. tusschen f 1.202.30, waarbij de hoogste prijs weer werd betaald voor de kleinste kool. D8 prijzen der uien waren deze week iets lager dan de vorige week. Ze brachten nu vaak minder dan f 3 op; Maandag b.v. f 2.302.80, Zaterdag f 1.702.70, aan de Broeker, f 1.803 aan de Noordscharwoudsche veiling. Grove uien waren vaak nog een paar dubbeltjes lager. Drielingen noteerden te Broek f 11.60, te Noordschar woude idem. Voor gele nep werd van f 3.604.40 betaald met een geringe afwijking beneden den laagsten prijs. In totaal werden ruim 14 spoorwagens geveild. De bietenprijs is wel slechter geweest. In het begin der week werd te Broek f 22.50, te Noordscharwoude f 3.30 betaald. Op het laatst besteedde men te Broek f 3.20 4. De aanvoer was gering. Voor peen worden lage prijzen betaald. Voor de beste van de groote soort ongeveer f 2, minder goede f 1.30 1.80, Kleine werden verkocht voor f 0.801.20, Ram menas bracht f 1.401.50 op. Witkrop was bijna onverkoopbaar. Bracht ze aanvan kelijk nog f 11.20 op, Donderdag werd ze te Noord scharwoude voor f 0.10—0.30 per 100 stuks verkocht Als men een geschiedenisboek wilde schrijven over de historie van het „Gilde der Bedelaars", dan zou men ver in het verleden terug moeten gaan. Een „gilde" zal men zeggen bestaat dat voor bedelaars? Ja, ook de bede laars hebben een beroepsgilde. In Amerika, in de groote steden vormen zij zelfs een aparte organisatie, die vele rechten en vrijheden heeft voor de bij hen aangesloten georganiseerde bedelaars. Dit is hier echter nog wel niet het geval. Tóch hebben de bedelaars een soort overeen komst, een soort aparte taal of geheimschrift, waardoor zij elkaar ergens voor kunnen waarschuwen, of elkaar ergens op opmerkzaam kunnen maken. Reeds 't N. Tes tament sprak van bedelaars, die ten tijde van Jezus Je ruzalem bevolkten en zich met voorliefde in de nabijheid van den tempel ophielden. In de middeleeuwen ontston den verschillende bedelaarsgilden, die zich weer specia liseerden op de een of andere wijze van geld-ophalen. De eene af deeling trof men steeds in de voorportalen van kerken, de andere afdeeling haalde geld op met het produceeren van oorverscheurende en zenuwsloopende muziek enz. Zij hielden er allen een speciale taal op na. Zoo bestaat er heden ten dage nog steeds zulk een be- deltaal, die door den vader weer aan den zoon wordt geleerd en door oude bedelaars aan jongere landloópers. Vooral onder de Zigeuners is deze taal zeer verbreid. Zulk een overblijfsel uit de middeleeuwsche bedelaars gilden is ook het bedelaarsgeheimschrift, waarvan wij hier een aantal teekens hebben verzameld. Deze teekens spelen een grooten rol in het leven van menigen landloo- per, bedelaar en zelfs inbreker. Vele huisvrouwen ver wonderen zich erover, dat juist bij haar alle bedelaars uit het heele land schijnen aan te bellen, terwijl misschien haar huurlieden daarvan niet den minsten last hebben. Zij vermoedt niet, dat juist dit „geheimschrift" de oor zaak van de toeloop is. Op plaatsen, die niet direct in het oog vallen, worden zij aangebracht; zij worden op naambordjes gekrast of op de muren geteekend, men vindt ze op trappen, in gangen en op schuttingen. Zij vertellen den aalmoes-vrager of de bewoners van het be treffende huis, aan bedelaars iets geven, of zij werk er voor terugverlangen, of er een hond in huis is, of een kleine diefstal er de moeite waard is, en meer van der gelijke „gewichtige bijzonderheden". Werken voor het geld wordt door geen enkele „beroepsbedelaar" aange nomen. Dat is nu zoo eenmaal hun „principe". „De gelegenheid maakt den dief" zegt het bekende spreekwoord. Reeds dikwijls hebben bedelaars, die een woningdeur open vonden, het een of andere voorwerp van waarde medegenomen en dan geeft onvermijdelijk een krijtteeken op den muur aan, dat daar goedmoedige lieden wonen, die men gemakkelijk kan beetnemen. Deze „bedelaarsgilden" zijn niet zoo onschuldig als wij wel denken. Men doet goed dergelijke teekens op de muren of schuttingen direct te verwijderen, daar zij allerlei licht schuwe elementen opmerkzaam maken op de gelegen heid hun slag te kunnen slaap. De hier afgebeelde tee kens hebben wij gepubliceerd met toestemming van het Berlijnsche Politiemuseum; zij geven een duidelijk beeld van de uitgebreide inlichtingen, die een bedelaar met be hulp hiervan aan zijn „collega's" kan geven. De beteekenis van de teekens geven wij hieronder weer: 1. Hier is gevaar voor gevangenisstraf. 2. Kwade huisdieren en sterke bewoners. 3. Groote waakhonden. 4. Hier woont een politieman. 5. Bewoners snauwen je af. 8. Voorzichtig, gevaar! 7. Bewoner dreigt met zijn hond. 8. Alarmschellen in huis! 9. Zeer bescheiden optreden. 10. Vrouwen in huis, die erg medelijdend zijn. -11. Een zieke krijgt iets. 12. Hier krijgt men geld. 13 Onderkomen voor den nacht. 14. Hier moet men in het huishouden werken,om wat te 'krijgen. 15. Bewoner geeft aalmoezen. 16. Hier belt men de politie op. 17. Brutaal en indringe rig zijn. 18. Vrouw is alleen met dienstbode. 19. Angstige bewoners. 20. Hier kan geweld gebruikt worden. 21. Hier is een diefstal de moeite waard. 22. Hier krijgt men te eten. 23. Vrouwen in huls, die men alles kan voorliegen. 24. Hier is niets te halen. (Nadruk verboden) m n GD 1 10 Yaaa fi o o o 20 s CZ3 11 0 tï n 0 H Men schrijft ons: In een dezer dagen te Amsterdam gehouden verga- dei-ing van afgevaardigden van de Holl. Mij. van Land bouw, L.TJ3., U.L.G., de slagersvereenigingen „Am sterdam", „D.E.L." en „St. Petrus", de Commissie van Advies voor Selectiemesterijen in Nederland, de Var kensstamboeken in Noord-Holland, Utrecht en Zuid- Holland, Hollands Noorderkwartier, het Rijkslandbouw proefstation en de Proefzuivelboerderij te Hoorn, den Nieuwen Bond van Zuivelfabrieken in Noord-Holland, en de Rijksveeteeltconsulenten in Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland is besloten te trachten voor de provinciën Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland een Varkensmesterij voor Selectieproeven op te richten. Het doel is varkensstammen op te sporen, die bij het kleinste voedergebruik het beste groeien en bij slachting het beste product zooveel mogelijk vleesch leve ren. Voor het fokken kan dan vooral uit de beste stam men fokmateriaal worden gezocht, waardoor een alge meene verbetering kan worden verkregen. Dit is voor de varkensfokkers en mesters van het grootste belang, omdat daardoor een gunstiger verhouding tusschen voedergebruik en groei zal worden bereikt. Bij het groote verschil tusschen vet- en vleeschprijzen zal een iets vleeziger varken in het algemeen beter betaald worden. Ook voor de slagers en grossiers is het van veel belang, dat zooveel mogelijk die varkens warden gemest, welke het meest aan de eisohen van de con sumenten voldoen. Wij twijfelen niet of de belanghebbenden zullen gaarne de noodige geldmiddelen bij elkander brengen, opdat dezen belangrijken stap ter verbetering van onze Varkenshouderij zal kunnen worden gezet. 58. Bong! Daar lag de dunne op den dikke, Precies op veldwachters's pet. Het is maar gelukkig, zei de dikke, Dat ik hem niet heb afgezet. De veldwachter had zich vastgegrepen Aan den rand van de kleine vliet. Jij bent niet erg zwaar, hijgde de dikke Maar houden kan Ik jou toch niet.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 6