Rede yan den heer C. Wijdenes Spaans.
geldt. Ook niet andere producten beconcurreert
Duitöchlaiul ons met behulp vun uitvoerpremies of
op andere wijze,
(>P verschillende gebieden is onze landbouw en
niet alleen van Duii.-chc zijde onderhevig aan dum
ping.
Als op hot. gebied der t a r w e t e e 1 t de vrije con
current ie zou bestaan, dan zou zij in de eerste plaats
inkrimpen of verdwijnen in Duitschluwl, in Frank
rijk, cn in andere landen, doch daar wij goedkooper
kunnen produceeren zou onze tarweteelt zich staan
de kunnen houden.
I'.r wordt wel gezegd, dat door de geweldige voor
uitgang in de mechanisatie van de landbouwbedrij
ven in Amerika de tegenwoordige tnrweprijs nog loo-
nend is in dat land en die prijs ook in de toekomst
zul blijven gelden. Hierin vergist men zich. He prijs
van een artikel wordt niet bepaald door de produc
tiekosten van die producten, die het het goedkoop
ste weten voort te brengen.
De prijs wordt bepaald door de produel iekosten
van die producten wier product nog noodig is om
in de totale wereldbehoefte te voorzien.
In de Veldbode schreef een Canadeesche landbou
wer dat de landbouw daar een zeer ernstige crisis
doormaakt. Het is algemeen bekend, dat bij de te
genwoordige» prijzen die crisistoestand over de ge-
lieele wereld bestaat.
Dit is een doorslaand bewijs, dat de tegenwoordige
prijs onhoudbaar is. Die Canadeesche farmer be
weert, dat men thans in Canada een prijs krijgt van
f 4.20 per 100 K.G. Om boer te kunnen blijven zou hij
moeten ontvangen f8.50 per 100 K.G. De transport
kosten van Chicago naar Liverpool bedragen f 1.70
per 100 K.G. Vanuit Canada zal dit eerder hooger
dan lager zijn en zoo komen wij er toe aan te nemen
dat de minimumprijs van f8.50 in Canada gelijk zal
staan met een minimumprijs hier te lande van om
streeks f 10 tot f 10.50. Daar onze binnenlandsche
tarwe gemiddeld een wat hoogeren prijs maakt dan
de ingevoerde, zal de toekomst ons toch minstens
een prijs brengen van f 11 tot f 12.
Om tot dien toestand te komen is het noodig dat
de overproductie verdwijnt en die zou al spoedig
verdwijnen, zoowel in Canada, Amerika en in ver
schillende Kuropeeschc landen, indien men slechts
de vrije concurrentie in dc wereld den prijs liet be
palen.
Als de suikerbietencultuur niet overal be
schermd werd, dan zou zij radicaal verdwijnen in
Engeland, inkrimping in Duitschland, Frankrijk en
Tsjccho Slowakije en vele andere landen waar de
cultures en de verwerking niet zoo economisch ge
schieden als in ons land.
Over het. laatste bedrijfsjaar heeft de Engelsche
Regeering de Rritsche suikerbietencultuur gesteund
met ongeveer f25.per 1000 K.G. bieten. Als onze
Regeering niet ingrijpt, dan zal echter onze op hoog
pijl staande suikerbietenteelt ten doode zijn opge
schreven.
In plaats dat de wereldcrisis in den landbouw tot
gevolg zou hebben dat de productie van suikerbie
ten en andere gewassn daar verdwijnen, zal, waar
zij in natuurlijke omstandigheden het slechtst Jon
nend is, zullen zich de gevolgen der wereldcrisis vol
trekken in de zeekleigebieden in Nederland, waar
de akkerbouwbedrijven liggen die gemiddeld de we
reld tot voorbeeld kunnen dienen. Onze hoogstaande
economisch gedreven cultures zullen het slachtoffer
worden van al de hiervoor genoemde kunstmatige
bescherming in andere landen.
Beteekenis van onzen landbouw (land- èn tuinbouw).
Ook hierin ligt een reden en een zeer belangrijke
opgesloten, die de centrale landbouworganisatie naar
voren heeft gebracht toen zij bij onze Regeering op
spoedige maatregelen voor den akkerbouw ging
pleiten. Zij meende hiermee te dienen een landsbe
lang van de eerste orde. De beteekenis van den No-
(lerlnndschen landbouw voor onze samenleving wordt
in den regel zeer onderschat. De beroepstelling in
l'.l'JO in ons land gehouden, gaf aan dat G225H ïnen-
schen hun brood verdienen in den landbouw, tegen
1.028.185 in de industrie, doch ouder deze in de in
dustrie werkznmon zijn ook gerekend de hakker, de
timmerman, de smid. de geheele middenstand wier
bestaan op liet platteland geheel afhankelijk is van
de welvaart in de landbouwbedrijven. Ilot is on
denkbaar dut de middenstand welvarend kan zijn
zonder een welvarenden boeren- en tuindersstand.
Is deze laatste welvarend, dan beleven ge.no ook
goede tijden. De landbouwbedrijven scheppen pri
maire welvaart. Het inkomen van landarbeidende
boeren en tuinders vormt een grondslag voor het, be
slaan van de verdere plattelandssamenleving. Hier
uit volgt onomstootelijk dat met een ondermijning
van de welvaart van boeren- en tuindersstand, die
23 van de NederlanHsche bevolking uitmaakt, het
bestaan gemoeid is van volgens een taxatie van Dr.
Oortwijn Rotjes 50 der bevolking. Zij die werk
zaam zijn in aardappelmeelfabrieken, suikerfabrie
ken, zuivelfabrieken, enz. zijn bij de beroepstelling
niet onder den landbouw gerangschikt en toch wordt
ook het bestaan van deze menschen met het grootste
gevaar bedreigt.
ter beletten dan ik," sprak zij gejaagd, met een blik
op Harry.
„Wat heb je eraan of je hem op den goeden weg
probeert te houden? Als 't je gelukt is, legt zijn familie
beslag op hem en die moet van jou niets hebben
natuurlijk." zeide Trovnlan cynisch.
..Marcello, jij bent veel te goed voor hem. hij waar
deert je niet en de tijd zal spoedig komen, dat je hem
in den weg staat"
..Liefste," zei Harry geestdriftig, zoo gauw hij Mar
cello bespeurde, „alles is beslist cn morgen vertrekken
we naar Yokohama om ons nieuwe leven te beginnen."
„Harry, 't is immers beter, dat je alleen gaat, in ge
dachten zal ik je volgen, overal..."
„Dan blijf Ik ook maar hier, Marcello."
Hij haalde een fleschje jenever uit 2'n zak te voor
schijn. „Ik heb er al maanden naar gesmacht." ver
volgde hij. terwijl hij een poging dééd de flesch te ont
kurken. Maar Marcelle was hem voor en de flesch
vloog in duizend stukken tegen den grond
Tezamen vertrokken z!j den volgenden morgen naar
Yokohama.
tweede traject.
De eerste bekende dien Harry in de Japansche stad
ontmoette, was een Amerikaan ln consulalren dienst.
Hy knikte Harry koeltjes goeden dag. terwijl hij door
liep. Maar eensklaps scheen hem Iets in te vallen.
,.Ik wou je zeggen. Potter.'* zeide hij kortaf, „dat je
naam in de club geschrapt is. Ik waarschuw je maar
want het kan je onaangenaamheden besparen."
Harry doorstond zijn blik rustig.
„Ik ben Je zeer verplicht. Howard."
De ander scheen min of meer uit het veld geslagen.
Hij liet zijn oog gaan over het gladgeschoren, gezonde
gelaat met de heldere oogen.
„Ik wilde je niet onaangenaam zijn." vervolgde hij
iets meer vriendschappelijk.
„Je behoeft geen verontschuldigingen te maken en Ik
neem het je volstrekt niet kwalijk. Ik heb mij hier als
een idioot aangesteld. Niemand weet dat beter dan Sk
zelve. Ik ben hier op 't oogenblik voor zaken."
Howard nam haastig afscheid.
„Hij dacht dat Ik hem geld te leen wilde vragen",
sprak Harry kleurend voor zich heen. „En het komt mij
zoo voor, dat ik hem geld geleend heb. Ik moet mij wel
geweldig stom aangesteld hebben, dat hij het recht
meent tc hebben, mij den rug te moeten toekeeren. Wel,
het is een deel van den langen weg."
Harry'» eerste impuls, toen zij aankwamen te Yoko-
F<*n voortduren van den heMnanden toestand he-
i; ekertt £r6ole tv en arm op hei
platte latid, bete< kent nek naar de steden cn om
volking van het platte land.
UrgonUeprogram.
De landbouworganisaties meenen niet ten onrceliïc,
dat zij bij hun streven in hel belang van het ge
heele Ncderlandsehe volk handelen.
De Provinciale Maatschappijen hebben, toen de
crisis haar intrede deed, direct den toestand ernstig
besproken en urgentieprogramma s opgesteld. Dat is
nog slechts een jaar geleden. In Mei van dit jaar
kwamen de drie Centrale Landbouworganisaties tot
overeenstemming over een gemeenschappelijk ur
gentieprogramma en de Regeering stelde een crisis
commissie in die de eerste punten van dit urgentie
programma steun aan de suikerbietenteelt, tarwe
teelt en aardappelmeelindustrie, direct in studie
nam. Uw organisatie heeft sinds dien doorloopend
aandrang uitgeoefend tot spoedigen steun. In een jaar
tijds is dank zij het doorloopend streven der land
bouworganisaties een omwenteling gekomen in den
gedachtonsfeer van Regeering en volksvertegenwoor
diging. De overtuiging dat. er iets moet. gebeuren
heerscht thans algemeen. Die overtuiging is onont
beerlijk om met kans op succes Regeeringsmaatrege-
len te vragen.
Die omwenteling heeft echte tijd gevorderd en het
zou de vraag zijn of eerder voorgestelde F.egeerings-
mn at regelen dezelfde kans on succes bij onze volks
vertegenwoordiging zou hebben als momenteel be
staat.
Maal- en menggebod voor tarwe.
Ik bob op mij genomen oenige woorden aan het.
maal- en meitgiiibod voor tarwe, aan steun voor do
suikerbietenteelt en aan dc vraag door het Land-
bouwcomilé aan de Regeering gesteld, land- en tuin
bouwbedrijven te willen ontlasten van de betaling dei-
Sociale Lasten.
Het (loei van bet maal- en menggebod is de prijs
dei- binnenlandsche tarwe op zoodanig niveau te
brengen, dat de cultuur geen verliezen meer geeft.
Het spreekt vanzelf, dat zoodanige» maatregel ecnige
uitbreiding van de cultuur met zich zal brengen.
Van tvegc den hoogeren prijs, alsmede vanwege deze
uitbreiding is noodzakelijk te zorgen, dat het product
desalniettemin goeden afzet vindt.
Deze afzet wil de Regeering waarborgen door een
maal- cn menggebod, als in het ingediende ontwerp
tarwewet is omschreven.
I)e Nederlandsche meelfabrieken zullen worden
verplicht b.v. 10 de Regeering bepaalt clat pro
cent—binnenlandsche tarwe door do buitenlandscho
te mengen en samen te vermalen Dat is het maal-
gebod. De meelimporteurs, ons land voert een zeer
groot kwantum Amerikaansch meel in, zullen ver
plicht worden ook b.v. 10 bloem van inlandsche
tarwe afkomstig, te vermengen met de geïmporteerde
bloem. Dit is hot menggebod.
Als aan de importeurs van meel niet deze ver
plichting werd opgelegd, zouden zij onversneden
buitenlandsche bloem kunnen verkoopen in tegen
stelling met onze eigen meelfabrieken.
Naast een mantgebod moet er dus zijn een meng
gebod. Door die 10 verplichting ontstaat een ver
plichte vraag naar onze tarwe en waar de prijs van
een product afhankelijk is van vraag en aanbod, en
de Regeering door het vaststellen van het procent
de vraag in handen heeft, heeft zij ook het prijsni
veau in handen. Tegen deze voorstellen is een actie
ontketend, onder leiding van de meelimporteurs, als
in ons land zelden is aanschouwd.
Meelimporteurs, bakkers, middenstanders, kan
toorbedienden, scheepvaartmaatschappijen, Kamers
van Koophandel van Rotterdam en Amsterdam, ja
zelfs verbruiksyereenigingen hebben om het hardst
hun best gedaan het maal- en menggebod te bestrij
den. Waar de behandeling in de Tweede Kamer, nu
do Memorie van Antwoord verschenen is. iederen
dag kan plaats vinden, wil ik op de motieven der
tegenstanders niet. diep meer ingaan. Ik wil er al
leen o)i wijzen, dat in het begin der actie vooral op
geld deden de motieven dat het brood duur zou
worden en bovendien slecht van kwaliteit. Deze twee
motieven zijn thans praclisch gesproken van de
baan. Zij zijn beiden onjuist cn liet is mede te dan
ken aan liet werk der landbouworganisaties dat dit
inzicht heeft baangebroken.
Do vraag kan rijzon waarom juist de tarwecultuur
gesteund moet worden.
Deze vraag is gemakkelijk te beantwoorden. Van
de tarwe verbouwt ons land slechts een klein ge
deelte, ongeveer 20 van het jaarlljksche gebruik.
Van die 20 valt nog een fiink gedeelte af, dat
voor zaaizaad gebruikt moet worden, of slechts ge
schikt is voor kippenvoer. Door een steun van zoo'n
cultuur kunnen wij de handelspolitiek er huiten la
ten. Door een steunen van deze cultuur benadeelen
wij niet onze veehouders, zooals dit het geval zou
kunnen zijn. indien en andere graansoort zou wor
den gesteund.
Het steunen van producten, waarvan ons land
reeds een te veel heeft, zou moeilijk verstandig kun
nen worden genoemd.
hama, was geweest, een plekje op te zoeken waar men
lhem niet kende. Maar hij verwierp dezen inval als een
lafheid. Toen bestelde hij twee rickshaws. om hen naar
hetzelfde hotel te brengen, waar hij op zijn heenweg,
gewoond had.
Hij zette de tanden op elkander en noemde z*n naam.
Terwijl hij zich inschreef, keek de portier hem koel
aan. De man scheen zijn verbazing ternauwernood mees
ter te zijn.
„Ik zou gaarne een kamer voor twee personen tegen
maand-tarieF', sprak Harry.
„Het spy't mij. Mr. Potter, maar misschien herinnert
u zich. dat u een kleine rekening onvereffend hebt ach
tergelaten? Wij hebben verschillende keeren getracht
over het bedrag te beschikken, maar tc vergeefs. En van
uw adres te New-York ontvingen wij het bericht, dat
u niet langer gemachtigd was u op uw vader te beroe
pen. De rekening werd onbetaald teruggezonden, mijn
heer."
„Ik herinner mfj er niet veel van", "zeide Harry rus
tig. „Ik herinner me wel, dat ik een brief van u gehad
heb. ln Shanghai, maar waarover het ging, weet ik niet
Hoeveel ben ik u schuldig?"
Toen verscheen de eigenaar, wiens aanvankelijke grof
heid aanmerkelijk verzacht werd door Harry's prompte
betaling en z'n excuses. Maar hij was wel zoo voorzich
tig op vooruitbetaling aan te dringen.
Met grootc moeite bewaarde Harry zijn kalmte. Het
was een nieuwe gewaarwording voor hem. zich derge
lijke beleedlglngen te moeten laten welgevallen. De
laatste maanden bij Simpson had hij de harde lessen
van Metter Alley gedeeltelijk vergeten.
Maar ln leder geval behoorde dit bij het programma
om zich overal, waar hij als roekeloos en losbandig be
kend stond, te rehabiliteeren. Zoo slikte hij dus dc slecht
verborgen verachting van den portier.
Binnen een week had hij zich gevestigd als handels
agent en trachtte vervoermiddelen en allerlei andere
artikelen te verkoopen. welke in dc tallooze fubrieken
van z'n vader vervaardigd werden. Hierbij werd hij ge
holpen door hetgeen hij zich nog van de bizonderheden
herinnerde uit den tijd, dat hij op do kantoren werkte
en een massa lasten, catalogi enzoovoort, welke hij
vond tusschen z'n achtergelaten bagage. Door zorgvul
dige Informatie stelde hij zich op do hoogte van den
algemoenen stand van zaken in Yokohama cn veran
derde zijn lijsten dienovereenkomstig. Onderwijl telegra
feerde hij naar San Francisco. in de hoop, dut de di
recteur aldaar eerst de gevraagde prijsnotecringen cn
kantoorbenoodigdheden zou verzenden, en daarna paa
inlichtingen vragen.
Hij bemerkte al gauw, dat hij tegenover mededingers
t"it voorgaande is reeds genoegzaam gebleken, ba»
Kuiten sa-woon gevaarlijk het voor ons I i.
wij een landbouw bezitten die vöör wellicht de het
zijn bestaangrond vindt in den export. Wij vertrou
wen, dat ondanks de heftige actie der volksverte
genwoordiging haar taak zal begrijpen en hel tarwe
wet je echter een blijvend bewijs zijn, dat andere be
volkingsgroepen streng georganiseerd zijn, voor hun
eigen belang opkomen en de belangen der landbou
wers alleen en uitsluitend behartigd worden dom1
eigen organisatie. ij«-i is vanseli sprekend, dat dit
::o.o is, doch voor veel boeren is het wellicht nog noo
dig op dit feit te wijzen.
De beteekenis van den steun aan de tarwecultuur
houdt niet op hij de bedrijven, die deze tarwe ver
bouwen. Als dc tarwe en aanstonds de bicten een
hoogeren prijs doen, dan zullen automatisch de prij
zen voor zaden, die op contract verbouwd worden, ook
hooger worden gesteld. Door de moeilijkheid tarwe tc
verbouwen, zullen de boeren minder neiging vertoo-
nen hun teelt van grove tuinbouwgewassen uit te
breiden of op andere wijze concurrentie aan doen
aan tuinder, klein-hcdrijven en veehouders. Land- cn
Tuinbouw zijn organisch zoo nauw mot elkaar ver
bonden, dat het steunen van een cultuur in staat is
op den gcheclcn land- cn tuinbouw gunstigen invi-ed
uit te oefenon.
Steun aan de suikerbietencultuur.
De steun aan de suikerbietencultuur, welke aan
staande is, heeft een grootere maatschappelijke waar
de, dan dc steun aan de tarwecultuur, (iaar het hier
betreft een gewas waaraan per H.A. ongeveer f 100
meer aan arbeidsloon wordt besteed. Het levert bo
vendien veel werk aan de binnenschipperij en aan dc
suikerfabrieken. Ken steun, die het verdwijnen van
die cultuur voorkomt, voorkomt nog in cterkcr mate
dan de steun aan do tarwecultuur een snel toenemen
de werkeloosheid en ontvolking van het platteland.
Het suikerwetje, dat diende om de bietencultuur
te steunen, heeft gunstig gewerkt, doch waar de we
reldmarktprijs zeer sterk is terug geloopen, wordt
deze steun, welke naar ik meen neerkomt op f2.40
per 1000 K.G. bieten, niet gevoeld.
De thans te verwachten plannen zullen dan ook
iets beters moeten geven. De Centrale Landbouworga
nisaties en zooals van zelf spreekt de suikerindustrie,
hebben doorloopend op maatregelen te dezen aange
drongen en zooals u weten zult heeft de Minister be
kend gemaakt, dat binnenkort een voorstel is te ver
wachten.
Sociale lasten.
Do sociale lasten vormen een verzwaring van den
uitgaaf op het boerenbedrijf. Niet één boer misgunt
den arbeider de heilzame gevolgen van de ongevallen
verzekering, ziekteverzekering cn invaliditeitsverze
kering. Alleen gevoelt hij bel, vooral in benarde tij
den als een onbillijkheid, dat hij zelf en zijn gezin,
die in zeer veel gevallen het niet royaler hebben, dan
dc arbeiders, verstoken zijn van dezelfde sociale voor
ziening. Doch over dit gevoel is gemakkelijk heen te
komen, daar 't geen motief mag zijn de arbeiders iets
te misgunnen, wat ook de arbeiders in andere beroe
pen genieten. Ken ernstig bezwaar tegen den be-
staanden toestand is echter gelegen in het feit, dat
het landbouwbedrijf als onbeschut bedrijf niet alleen
de sociale lasten moet opbrengen voor dc eigen ar
beiders, doch tevens voor de arbeiders die werken in
andere bedrijven. Het duidelijkst springt dit in liet
oog als wij denken aan de smidsrekeningen, de reke
ning van den wagenmaker, timmerman en den schil
der.
Als deze rekeningen gespecificeerd zouden zijn, dan
zou blijken, clat niet alleen het loonbedrag, doch ook
bet bedrag aan sociale lasten er op is geboekt, dat
spreekt ook van zelf. Minder duidelijk is dit als wij
denken aan de diensten, die wij vragen van den
winkelier, den handelaar, enz. Doch ook hier betalen
wij a!s boeren en tuinders de sociale lasten, wélke
op deze bedrijven drukken. De boeren zelf zouden ook
graag die sociale lasten afwentelen op hun afnemers,
door de prijzen van hun producten te verhoogen.
Doch die prijzen hebben zij niet in dc hand, zoodat de
toestand inderdaad zoo is, dat boeren en tuinders, die
thans zelf een crisis doormaken, zooals althans in
den akkerbouw nog nimmer geheerscht heeft, de
sociale lasten opbrengen niet alleen voor eigen ar
beiders, doch ook voor de arbeiders bij anderen en
op dezen grond heeft het K.N.L.C. aan dc Regeering
verzocht den Landbouw tijdelijk te willen ontheffen
van de betaling der sociale lasten. Uit het antwoord
dat dc Minister bij de behandeling der staatsbegroo-
ting, op zoodanige vraag heeft gegeven, valt af te
leiden, dat er weinig hoop is op inwilliging van dit
verzoek.
Er zijn cellier wel eens meer zaken gevraagd, die
men herhaaldelijk moest vragen, voordat men ze ge
daan kreeg cn dc toestand, die ik u schilderde, dat de
boerenstand de sociale lasten opbrengt ook voor an
dere bevolkingsgroepen is er een, die eigenlijk met
de crisis zelf niets te maken heeft, doch blijvend is.
Bij de sociale voorzieningen heeft de Regeering tot
lieden geheel uit het oog verloren het enorme ver
schil in positie van het beschutte tegenover het onbe
schutte bedrijf. En waar dc landbouwers in andere
als slimme Duitschers en ernstige Engelschen slecht be
slagen ten ijs kwam. Hij legde zich met des te meer
ijver op de studie van de zaken toe. En toen hij zijn
kennis aanmerkelijk had uitgebreid, sloot hij op voor
deeliga voorwaarden een groote bestelling af. Hij gaf
de order telegrafisch op en zag een volgende bestelling
tegemoet Langzamerhand drong het tot hem door, dat
zijn gebrek aan succes voornamelijk te wijten was aan
een onzichtbaar, niet nader te omschrijven „iets", dat
maakte dat zyn voordeelige prijsnoteeringen geheel ge
negeerd werden. De oogen gingen hem open, toen een
Japannees. met wien hij een week over een bestelling
onderhandeld had, plotseling, al zijn voordeelige prijzen
ten spijt, de bestelling aan een andere firma opdroeg,
die veel hooger prijzen vroeg. Hij dacht vier en twin
tig uur over de zaak na en begaf zich toen naar den
importeur.
„Ik zou willen, dat u openhartig met me sprak," zeide
hij. „U zoudt vier duizend dollar hebben kunnen uit
sparen, als u de bestelling aan mijn firma hadt opge
dragen. U beschouwt mij waarschijnlijk als niet be
trouwbaar. Waarom?"
De Japannees was uiterst vriendelijk.
„Heelemaal niet, mijnheer. In mijn zaken houd ik ai-
leen rekening met de geldende zakelijke gebruiken. U
hebt geen positie in Yokohama. U hebt zelfs geen refe
renties."
Harry dacht een oogenblik over deze woorden na
toen glimlachte hij. Tegenover zijn volgenden cliënt
ging hij recht óp het doel af.
„Ik sta ln een slechten reuk, tengevolge van sommige
ernstige dwaasheden," vertelde h(j ronduit. „Ik tracht
mij nu weer in de zaken in tc werken. Ik kan u geld
uitsparen en u zult ondervinden, dat de goederen uit
stekend zijn. Ik heb vernomen, dat men in de stad be
weert, dat ik de contracten, die lk afsluit, niet kan na
komen. Hier heb ik een brief van iemand, voor wien
ik gewerkt heb. Maar dit is in geen enkel opzicht oe-
doekl als financieele garantie. Lees u maar!" Hij over
handigde den brief van Simpson.
„Ik ben blij, dat u ronduit met mij gesproken hebt,"
luidde het antwoord. „U hebt een slechts reputatie, Mr.
Potter. In de zakenwereld worden dingen, zooals u op
uw geweten hebt, niet licht vergeten. Maar, dat is al
weer een heelen tijd geleden. Men laat zich nu gunstiger
over u uit. Ik ken Mr. Simpson als een betrouwbaar
man en ik zal eens over de zaak nadenken. Mogelijk
riskeeren we iets, als we de order bij u plaatsen, maar..!"
Harry kreeg de bestelling en telegrafeerde. Hij bezat
nog maar honderd dollar en op zijn order naar New-
York had hij niets gehoord. H|j berekende, dat de vol
gende mail het bericht zou kunnen brengen, dat de goe-
wrrolddeelen veelal niet deze Ja?fen hebben fe dra
gen, rijst de vraag of dit punt ui tv.; punt van
actie voor de landbouworganisatie moet blijven, ook
als wij hi t geluk mogen beleven, de crisis achter den
rug te licbben.
Dc nood is hoog. maak de organisatie sterk.
liet program van actie van het. K.N.L.C. omvat ook
dit punt, daarnaast omvat het nog veel andere, die
ik u niet noemen wil. Kr i.s een jaar lang door uw
organisatie hard gewerkt. Dc nood is hoog gestegen
en velen roepan om hulp. Wij kunnen dit \ergclijken
hij den toestand die bestaat op een zinkend schip.
Ook daar zal het voorkomen, dat velen in hun angst
om hulp roepen en daarbij hen, die daadwerkelijk
aan de redding arbeiden, in den weg loopen.
Dc besturen uwer organisaties hebben op rustige cn
waardige, doch tevens energieke wijze gepoogd, met
ernstige voorstellen tot steun bij de Regeering te ko
men. Onze menschen zitten in de crisiscommissie en
werken niet groote energie aan voorstellen tot ver
betering. Als het zinkende schip boven water wordt
gehouden, zal dit niet veroorzaakt zijn door hen, die
niets doen dan roepen en tegenstrijdige adviezen tot
redding geven. De redding zal te danken zijn aan
hen, die met verstand en beleid de noodige maatrege
len voorbereiden en treffen. Zoo is het ook hier. Uw
voormannen hebben gearbeid op een wijze, die ge
lukkig in breede boeren kringen groote waardeering
ondervindt, doch die vooral erkend wordt door hen,
die onze plannen en ik denk hierbij inzonderheid aan
de tarwewet, hebben tegengewerkt. Zij erkennen, dat
dc landbouworganisaties op uitmuntende wijze hun
invloed hebben aangewend. De groote eensgezindheid
van onze tegenstanders, het blijkt uit het zich una
niem voor of tegen een standpunt verklaren, moge
niettemin ons tot voorbeeld strekken. Naast de land
bouworganisaties strijden in gelijke richting do land
arbeidereorganisaties. Te zamen zullen wij bereiken,
wat wij wenschen als wij, zooals verstandige schepe
lingen op een zinkend schip behooren t:- doen, ons
scharen achter de door ons zelfgekozen leiding.
Boeren in Noordholland, het voornaamste in den
tegenwoordigen tijd, wat u te doen staat is, zorg te
dragen dat uw eigen organisatie sterk is door zoo
groot mogelijk aantal leden en vooral door ee:ie
eensgezindheid in optreden, die respect naar buiten
afdwingt.
Met een hartelijk applaus stemt de vergadering
met het gesprokene door den heer Ir. Huisman in.
Vervolgens wordt het woord gegeven aan den heer
C. Wijdenes Spaans Jr„ dijkgraaf van het Hoogheem
raadschap Noordhollands Noorderkwarteir, die het
hierboven vermeld onderwerp inleidt en daarbij het vol
gende naar voren bracht:
Koeten van het onderhoud van wegen door
waterschapen voorheen en thans en de
middelen tot betere regeling daarvan.
Geachte vergadering!
Aan het verzoek van Uwen Voorzitter, mij enkele da
gen geleden gedaan, om voor U eene inleiding te houden,
zal ik thans trachten te voldoen.
U v/eet, dat ik zal spreken over de kosten van het
onderhoud van wegen door waterschappen, voorheen
en thans, en de middelen tot betere regeling daarvan.
Datzelfde onderwerp heb ik behandeld op 20 November
1929 in eene vergadering te Alkmaar van de Vereeniging
tot ontwikkeling van den Landbouw in Hollands Noor
derkwartier, en het daar gesprokene is volledig opge
nomen in de Schager Courant van Donderdag 21 Novem
ber d.v. Eenerzyds zal ik mij er van onthouden U een
voudig daarnaar te verwijzen om verder alleen mede
te deelen welke vorderingen sedert toen op dit terrein
zijn gemaakt; doch anderzijds meen ik uit het eerder
gesprokene niet veel meer dan den zakebjken inhoud
naar voren te moeten brengen, en daarop te laten vol
gen wat inmiddels is gedaan en bereikt en wat er ver
der valt te doen.
Uit den natuurlijken ontwikkelingsgang zijn de toe
standen geschapen, zooals vrij die cp het gebied van het
onderhoud der wegen tot voor 10 a 15 jaren geleden
kenden, en waarmede wij toen, in het algemeen gespro
ken, ons v/el konden vereenigen.
Do waterschappen belast met do wegen tusschen dc
landerijen, waartoe Ke,t vervoer der bodemproductec
aanleiding gaf; de dorpen belast met de wegen door de
bebouwde kommen, waaraan ten behoeve der bewoners
hoogere eischen werden gesteld; dc plaatsen met eer.
stedelijk karakter zorgende vcor de straten, pleinen,
grachten enz., welke der burgerij dienden, het Rijk de
groote verkeerswegen onderhoudende, als van algemeen
belang, zulks voor zoover de provincie niet hier of daar
dat onderhoud droeg. Zooals ik zegde, in het algemeen
v/as dat hier de toestand en ging men met die regeling
accoord.
deren ingescheept waren; of men erkende het recht, dat
hij genomen had, om voor zijn vaders zaak te werken
in 't geheel niet hetgeen beteekende opnieuw begin
nen in een andere richting.
Toen de brief eindelijk kwam, opende hij hem aarze
lend. Het was een officieele bevestiging van zijn tele
gram en den daarop betrekking hebbenden brief. De
bestelling was onmiddellijk uitgevoerd en ingescheept
op de door hem overeengekomen condities. Onderaan
den brief waren nog ecnige woorden geschreven, onder
teekend door zijn vaders hoofd-vertegenwoordiger:
„Geachte heer.
Ik heb de bestelling uitgevoerd op eigen verantwoor
ding".
Harry slaakte een zucht van verlichting. Nu was hij
gered. En nu hij deze opdracht kon uitvoeren, tot te
vredenheid van beide partijen wist hij dat de rest slechts
een kwestie was van volhouden en energie.
Deze gebeurtenis echter leerde hem een levensles: hij
ondervond, dat de bereidwilligheid van de menschheid
om iemand een nieuwe kans te geven, bijna universeel
was.
Simpson had dat getoond, de hoofdvertegenwoordiger
van zijn vader te New-York, een uiterst zakelijk en
norsch zakenman, had het bewezen, evenals de onbe
kende agent te San Francisco. Het werd hem duidelijk,
hoe bitter hij het geduld van iedereen op de proef ge
steld moest hebben, toen men hem eindelijk aan zijn lot
had overgelaten om van gebrek om te komen of in de
goot te belanden door eigen roekeloosheid.
Eenigen tijd later ontving Harry bezoek van een be
drijfsleider, een beproefd zakenman, die hem kwam
mededeelen, dat zijn Maatschappij besloten had naar
aanleiding van het succes van den jongen handelsagent
een Japansch kantoor te openen. De bezoeker scheen
zeer verbaasd, toen hij bemerkte, dat het heele bedrijf
liep door dat eene vertrek, waarin Harry zich bevond.
„Ik zal de betrekking bij de Maatschappij niet accep
teeren," deelde I-Iarry hem mede. toen de bezoeker had
laten uitkomen, dat Harry er verstandig aan zou doen
een plaats bij het nieuwe agentschap aan te nemen.
„Ik zal u alles wijzen en u overal introducceren. En
dan vertrek lk naar Honolulu."
De bezoeker zag hem verwonderd aan: „Bevalt u het
land hier niet, Mr. Potter?"
„Uitstekend, wat dat betreft, maar ik moet verderop."
„Naar Honolulu?"
„Naar Honolulu."
Wordt vervolgd.