HET FLUWEEL IS ZEER IN DE MODE. HOE MOET MEN EEN PATROON ZELF KNIPPEN? Voorwaarts is de wet van 't Leven, Die ons leert, niet stil te staan Ook niet achterwaarts te kijken Sterk en moedig vóórt te gaan. Voorwaarts, voorwaarts gaan de schreden Eerst bergop en dan berg-af, En dan, bij het laatste eindspurt, Geven wij ons kaartje af 1931 Ieder jaar is weer een mijlpaal, Opent zich een nieuw verschiet Maar wij tasten nog geblinddoekt, Wachten maar en weten niet1 ehine, geregen met een zwart lintje De rok heeft aan de zijkanten meerdere rijen fronsjes. Benoodigd: 2.25 M. fluweel van 1 M. breedte. 2 M. crêpe van 1 M. breedte f 16 jaren). 5. Jongemeisjesjurk van bruin Engelsch fluweel. De rok is in vorm gesneden Het bovenlijf is gekruist en gegarneerd met een knoopenvierkant. Kraag en mouwen RECEPTEN. OLIEBOLLEN. Benoodigd: y2 G. bloem; 4 5 d.L. melk; 2 a 3 eieren; 30 G. gist; 200 G. ro zijnen; 50 G. sucade; pl.m. 7 G. zout; 1 y3 a 2 flesschen boterolie. Bereiding: De bloem in een kom of be slagpot doen, een kuiltje middenin maken, hierir de eieren breken, deze even op kloppen, het grootste deel der lauwe melk er in gieten en de met deze of met bruine suiker vloeibaa* gemaakte gist. De massa van binnenuit glad roeren, dan een poosje flink beslaan, terwijl mer de overige melk langzamerhand toevoegt Het deeg dan minstens y2 uur toegedekt laten rij en op een tamelijk warm plekje, L.v. dicht bij de kachel. Intusschen de ro zijnen uitzoeken, een paar maal in lauw water goed wasschen, ze op een stuk pa pier op eon ïoekje van de kachel laten drogen en ze tegelijk met de fijn gesne den sucade en het zout door het beslag roeren, dat daardoor eenigszins neerslaat en nu opnieuw nog 20 a 30 min. moet rij zen. Voegt men echter dadelijk de zware rozijnen toe. dan rijst het deeg veel min der mooi en gelijkmatig. In een ijzeren potje de olie goe" heet laten worden. Is de olie zoo heet, dat er, naar het licht gezien, een blauwige walm uit opstijgt, dan doopt men hierin 2 eetlepels (die niet mogen afsmelten, dus geen compositie lepels!) neemt met een ervan een kleine hoeveelheid beslag, die men met beide lepels tot een eenigszins ronden bal vormt en dan in de olie laat glijden. Dit herhaalt men eenige malen, tot de pan bijna vol is en bakt dan de oliebollen niet te snel om ze niet alleen bruin, maar ook gaar te doen worden Ze dan met een schuim spaan of frituurlepel ui* de olie nemen, op grauw papier laten uitlekken en ze vóór het opdoen dik bestrooien met strooi- of noedersriker TONGFILETS MEI BéARNAISESAUS. Benoodigd: 3 tongen, 2 eiwitten, pa neermeel, boter. 3 a 4 groote aardappelen, 1 ei Béarnaise saus Bereiding Voor frissche tongen zorgen, deze zorgvuldig schoonmaken, dan fileeren Daarvoor de tong plat neerleggen, een in snijding maken langs .den ruggegraat. nu de filet Iets lichteD en op de graten snij dende hem in zijn geheel er af nemen Dit aan de vier kanten herhalen. De fi- van ivoorkleurige crêpe, zijn gezoomd met een plisé. Benoodigd 2.25 M. van 1 M. breedte (12 jaren). 6. Het broertje heeft een passend pakje aan van hetzelfde bruine fluweel. Het broekje is 'geknoopt met 2 paarlmo^r l-noopQn. Kraag, revers en mouwen even eens uit crêpe gezoomd met een plissé. Benoodigf 1.25 M. van 1 M. bfeedte (5 jar Iets vlug wasschen en stevig in een schoo- nen doek afdrogen, dan met een beetje peper en zout inwrijven, door het losge klopte eiwit halen, daarna in het zeer fijne en licht gekleurde paneermeel wen telen en de filets op het oogenblik dat de lus gereed is en de aardappelen bijna gaar, mooi bruin bakken in ruim boter. Dit kost zelfs voor de dikke filets een paar minuten. De aardappelen dik, mooi rond schillen, met het daarvoor geschikte boor tje balletjes ter groote van een hazelnoot er uit snijden, deze dadelijk in het water leggen, ze daarna droogwrijven en in fri tuurvet gooien. Zorgen dat ze gelijkmatig bruin worden. Beginnen ze te tinten, dan het pannetje op zij schuiven of dit in den oven zetten, om te voorkomen, dat ze wèl bruin, maar niet gaar worden. Ze even cp een grof papier laten uitlekken, voordat men ze op den' schotel met tong als bergje aan de smalle einden opstapelt. Voor de Béarnaisesaus heeft men .oodig: 1 d.L. half azijn, half Graves, 2 sjalotten, 2 takjes dragon, 2 takjes kervel, 2 dooiers, 125 G. boter 2 theelepels gehakte kervel en dragon, zout. Bereiding: Sjalotten, takjes dragon en kervel schoonmaken en een beetje fijn hakken; ook iets zout en peper toevoegen. De kruiden in een goed geëmailleerd pan- tje doen. daarop azijn en wijn gieten, hard laten koken, tot men na eenige mi nuten slechts 1/3 van de hoeveelheid vocht overhoudt. De dooiers flink uit el kaar kloppen, daarbij het ingekookte vocht doen, nu steeds blijven roeren, op de kachel de botei, vooruit in stukjes verdeeld, aan de saus toe te voegen, tot alle boter op is, als mayonnaise. Is de saus geleed, dan de uiterst fijn gehakte kervel en peterselie toevoegen en proeven, of de smaak door zout, azijn, wijn of peper nog verbeterd kan worden. De saus om de filets gieten. DE NIEUWJAARSDAG IN JAPAN. Zoover ons bekend is, wordt bij geen volk ter wereld de nieuwsj aarsdag zoo luisterrijk gevierd als in Japan. Reeds den 13en van de laatste maand "es jaars beginnen de Japanners zich ge- eed tt maken om het nieuwe jaar >e ont vangen Die dag 's de dag van het begin der voorbereidselen Men begint dan r.et een algemeenen schoonmaak Niets olijf* op zijn plaats Men schrobt vesg' schuurt, boent zoowel binnenshuis, als op de bin nenplaats. Is het huis eindelijk geheel schoon, dan gaat men de woning versie ren, waarbij zooveel mogelijk, zinnebeel dige figuren worden aangebracht. Aller eerst plant men aan beide 2ijden der deur pijnboomen, of men versiert den gevel mei pijnboom takken. Boven de deur hangt men een guirlande van gevlochten stroo, die in het midden, een soort van breeden knoop vormt. Hieraan bevestigt men de volgende vreemdsoortige artikelen een zeekreeft, een citroen, eenige takjes van een boom „izoerika" genaamd, een bos zeewier en wat varenkruid. De pijnboom, die altijd groene bladeren heeft, staat daar als het zinnebeeld van gezondheid en sterkte. De guirlande van stroo is het aandenken aan dein eenvoud humnetr voorouders. De knoop in het midden dient als een bewijs van de netheid der woning, die hij versiert. De zeekreeft wordt in het Japansch aangeduid door een woord, dat een lettergreep bevat, die oud beteekent. Dit dier hoort bij de versiering, omdat de leden der familie een lang leven hopen te hbben. De citroen draagt een naam, die synoniem is met „van geslacht tot ge slacht". De Japanees maakt hierdoor zijn wensch tot het voortbestaan van z:jn ge slacht kenbaar. jy „izoerika" is een boom, wiens oude bladeren niet afvallen, voor er nieuwe aan zijn. Deze boom zegt, dat de echtgenooten niet hopen te sterven, voor er nog een kind geboren is. (De Japanees laat het liefst veel kinderen na). Het zeewier is een gewas, dat zich snel voortplant; het wordt eveneens aangebracht als kenteeken van het verlangen naar vermeerdering van het gezin. Het varenkruid, een stevige plant, die tegen wind en weer bestand is, is laar, om den voorgaanden mensch te verster ken. Op den nieuwjaarsdag worcfiT hoofd zakelijk door de kinderen feest ge vierd Allen zijn keurig uitgedost en dra gen zoo veel mogelijk nieuwe kleeren, wat bij ons op Sinterklaas gebeurt, heeft daar plaats met Nieuwjaar. De kinderen krij gen verrassingen, speelgoed en letters. Al lerlei kinderfeesten, waarvan het oplaten' van vliegers een groot deel uitmaakt, wor den ook bijgewoond door de ouders, die eveneens aan de wedstrijden meedoen. Al lerlei vliegers worden opgelaten, men ziet ze van allerlei vorm en gedaante vogels, vliegende visschen; soms stijgen geheele huizen, ja, zelfs paleizen de lucht in. Zijn deze vermakelijkheden afgeloopen, dan laat men den kinderen verschillende vertooningen zien. Men bezoekt marionet-, enspelen, dierentuinen, kunstemakers en overal is alles er op ingericht ook kin deren toegang te geven 's Avonds is er maskerade. Zoo gaat het de eerste 5 of 6 dagen van het jaar en eerst den 14en of 16en worden de scholen weer geopend en gaat alles weer zijn ouden gang. (Naar het Fransch). DE VINGERHOED. Onze gewone vingerhoed heeft zijn ont staan te danken aan het vindingrijk ver nuft van een jong Amefikaansch goud smid, die een middel zocht om de blanke vingertoppen zijner verloofde te sparen, wanneer zij mei naald en draad bezig was. 't Schijnt, dat dit nuttig werktuigje in den beginne niet werd aangewend op c manier als nu de vrouwen gewoon zijn dat te doen; maar dat het vrij algemeen aan den duim werd aangesloten; vandaar ook de oorspronkelijke naam „duimhoed".' Een spooi van zijn oorspronkelijke be-j stemming vinden wij nog in de Engelsche» benaming terug„thimble", afgeleid van „thumfc bell", dat wij door,, duimhoed"j zouden kunnen vertalen. In den loop der tijden is het vingerhoed geworden, maar afgescheiden van die kleine wijziging in den vorm, is 't gouden, zilveren, stalen of koperen hoedje, dat wij kennen, gebleven wat het was, toen de hoffelijke Ameri kaan er voor 't eerst zijn liefste mee ver raste. ONZE PATRONEN. Patronen van de modellen van mantels en kinderjurken zijn verkrijgbaar bij onze mode-redactrice Mejuffr L Berendes, Joan Maetsuyckerstraat 96. Den Haag. De patronen voor dames kosten I L— die voor kinderen f U.80 Het duurt onge veer 10 dagen alvorens ze in het bezit komen van degenen die patronen aanvragen Aan de lezeressen die een patroon bestel len. wordt beleefd verzocht bij de aanvrage het verschuldigde bedrag in te sluiten, tti voorkoming van administratiekosten. 1. Namiddagjapon van donkerbruin fluweel. De rok is aan de onderzijde ver wijd door een in vorm gesneden volant, daarboven is een lange rij knoopen. Kraag en polsgarneering van ivoorkleurige crêpe de chine, een ceintuur van peau de suède Benoodigd 4.25 M van 1 M. breedte. 2. Meisjesjurk van blauw Engelsch flu weel. Onder het platte bovenlijf komt een blouse van tussor te voorschijn. Benoo digd 1 M. van 1 M. breedte (4 jaren). Een mantel van embraldkleurig flu- eel, in vorm gesneden met een „basque" op de heupen. De groote kraag is van grijs astrakanbont, de ceintuur wordt ge sloten met een gesp van galalith Benoo digd 5 M. van 1 M. breedte. Jongemeisjesjapon van zwart En gelsch fluweel. Van voren opent deze zich op een ivoorkleurige blouse van crêpe de In de twee komende rubrieken teekenen we voor U de japon met opzij klokstuk- ken. Stippel het grondpatroon na. Geef van af het halskuiltje diepte hals, hoogte waar de punt begint, hoogte waar de punt eindigt en de geheele lengte der jurk aan Meet op d* waterpasiijn waar de punt eindigt 1/4 hw af en trek de zijlijn Laat eerst vanaf middenvoor een gedeelte glad .(ongeveer 17 cM. en teeken de punt vol gens teekening. Om de japon af te teeke nen trekt u de lijn vanaf 1/4 hw recht naar beneden door tot u stuit op de lijn van de geheele lengte Teeken nu de ge heele voorkant volgens teekening. De achterkant levert geen moeilijkheden meor op. Zet ook de waterpaslijnen net als voor en meet op de waterpasiijn waar de punt eindigt ook 1/4 hw af. Denk er aan, zij lijnen altijd even lang. De achterkant mag nu afgeteekend worden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 16