Het Prov. Gein. Tninderscrediet. De VARA dagvaardt den Staat. Laffe berooving van een 72-jarigen man. Verheugende tijding voor Hdmond. Bekeken van den kant der tuinders. DE CENTRALE In het ijs vermiste visschers. Gemengd Nieuws. Een noodlottige vergissing. Een halve stad weggespoeld. De mijnramp te Alsdorf. De Oceaanvlucht der Italianen. Ernstige suikerrietbranden op Cuba. Wegens h.et onrechtmatig afbreken van een radio-uitzending. De V.A.R.A. heeft haar rechtskundigen raadsman, mr. M. van der Goes van Naters, opgedragen den Nederlandsohen Staat te dagvaarden terzake van het afbreken van de radio-uitzending op 8 October 1930, welke verbrekingis geschied op last van de Radio-Omroep-Controle-commissie, voor welker han delingen de Staat verantwoordelijk is. Bedoelde uit zending betrof de vergadering te Leiden, waar de secretaris van de V.A.R.A., de heer G. J. Zwertbrock, het woord voerde. Uit de stellingen der dagvaarding noteert de ,Voorw., dat het Radio-Controlereglement afbreking .verbiedt, behalve ingeval er afwijking plaats vindt jvan het toegelaten programma of van hetgeen na overleg tot geen bezwaar aanleiding heeft gegeven, welk geval in casu niet aanwezig was. Eischeres overweegt verder, dat de controle der .commissie en de daaruit voortvloeiende bevoegdhe den slechts strekken ter voorkoming van gevaar voor de vrijheid van den Staat, de openbare orde of de fgoede zeden en bij de afbreking van eenig gevaar hiervoor niet in het minst sprake was. Bovendien izou, wanneer dit gevaar wel aanwezig ware geweest, aldus ontwikkelt mr. v. d. Goes v. Naters zijn stcl- jlingen verder, de afbreking nog onrechtmatig zijn ge- jweest, aangezien de tekst der redevoering niet van te ivoren was opgevraagd, welke opvraging het Radio- Controlereglement stelt als voorwaarde voor een uit- zendverbod. Mr. v. d. Goes v. Naters vordert, dat de Haagsohe rechtbank verklare, dat de afbreking van de uitzen ding van eischeres door gedaagde, althans door zijn organen, geschied is onrechtmatig en in strijd met ,'de wet; vervolgens dat gedaagde worde veroordeeld, aan eischeres terzake tegen kwijting te betalen een ibedrag aan schadevergoeding, zoo mogelijk bij von tais te begrooten en anders op te maken bij staat en jte vereffenen volgens de wet, en tenslotte de g< te veroordeelen in de kosten van het geding. Door drie kerels in de wtintlg. Zware straffen geeischt. Op 27 October jJ. werd een 72-jarige oude man, die in de „Metropool" te 'e-Gravenhage verbleef en aldaar in (kennis was gekomen met een drietal mannen, die In 'hetzelfde logement verblijf hielden, in de St. Jacobs- etraat te 's-Gravenhage, door dezen onverhoeds aange vallen en van zijn spaarduitjes, welke hij in een zakje bij zich droeg, beroofd. Verdacht van deze laffe aanranding en berooving, hadden zich Donderdag voor de vijfde kamer der Haag- eche rechtbank te verantwoorden de 22-jarige zeeman J. D„ de 25-jarige los-werkman H. W. G. en de 28-jarige voerman C. C. G. Deze laatste was reeds zesmaal we gens misdrijven veroordeeld. Ais getuige kwam voor het hekje de 72-jarige gewezen koopman C. J. Berens, die mededeelde, dat hij op den bewusten datum in de Metropool koffie had gedronken, waarvoor hij 6 cent betaalde. Hij haalde daarbij het zakje, waarin zijn geheele bezit zich bevond, zijnde vol gens hem, f 585, te voorschijn. Even later is hij met de mannen naar buiten gegaan en heeft eenigen tijd met 'hen op een bankje gezeten. In de St. Jacobsstraat voel de get. dat hij plotseling van aohteren werd vastgegrepen en dat hem een hand in den mond werd gestoken, waar door hij veel pijn ondervond. Als één der verd. lacht, zegt de president mr. Kübn, verontwaardigd, dat het allesbehalve om te lachen is. Get. vertelt verder hoe hij van zijn geld werd beroofd De verdachten leggen een bekentenis af. Alleen be weert G. dat het bedrag, volgens de verdeeling, niet f 585, doch f 335 was, waarop mr. Kühn opmerkt, dat ^verdachten maar onder elkander moeten uitmaken of de verdeeling „eerlijk" gegaan was. Mr. Polman, het O.M. waarnemend, zegt dat het hier gepleegde feit, de gewelddadige berooving van een ou den man, zóó beneden alle critiek is en zoo treurig, dat 'hij er maar weinig van te zeggen weet Deze misdaden behoort ernstig de kop ingedrukt te worden. Hij requi- reert voor verdachte D., die nog niet gevonnisd is, 2 jaar en 6 maanden en voor de beide anderen 3 jaar en 6 maanden gevangenisstraf. Uitspraak 22 Januari. INBRAAK TE APELDOORN. Woensdagnacht is ingebroken bij de N.V. j^pcl- doornsche Textiel Industrie Maatschappij, gevestigd in de Fabriekstraat te Apeldoorn. Verscheiden laden en kasten zijn opengebroken en onderzocht, en ook :is een brandkast geopend, waaruit een geldtrommel is genomen, waarin f500 was. Later is gebleken, dat behalve de reeds genoemde f500 nog een bedrag van eveneens f500 aan cou pons is mede genomen. Voorts zijn drie postzegel- kassen opengebroken, waaruit het geld is gestolen. De postzegels liet men ongemoeid. De diefstal is door een der werkmeesters van de fabriek ontdekt. Deze zag dat een W.C.-raampje aan de achterzijde van de fabriek was stuk geslagen. Ge bleken is ook nog, dat de brandkast met een val- schen sleutel is geopend. LIEBERMANN BEGENADIGD. Een ofiicieele mededeeling. Het Algemeen Politieblad bevat thans de volgende mededeeling: De procureur-generaal bij het Gerechtshof te Am sterdam bericht, dat bij Kon. besluit van 24 December 1930, no. 43, aan Salomon Liebermonn kwijtschel ding is verleend van het nog onvervuld gedeelte der gevangenisstraf van 2 jaren (met aftrek van preven tieve hechtenis), waartoe hij hij arrest van het Ge rechtshof te Amsterdam, d.d. 28 Februari 1930 is ver oordeeld, onder de voorwaarden, dat deze kwijtschel ding zal ingaan, nadat zal zijn komen vast te staan, dat hij Nederland kan verlaten; dat zijn invrijheid stelling eerst zal plaats hebben uiterlijk 24 uur vóór dat hij Nederland zal verlaten en dat hij daarin niet zal t^rugkeeren. Liojermann is op 30 December 1930 onder toezicht naar België vertrokken. De katoenfabrieken weer in werking. Naar de directie der N.V. P. E. van Vlissingen en Cos Katoenfabrieken te Helmond meedeelde, zou gis ter (Vrijdag) het geheele bedrijf wederom in werking gestold worden. Minister Verschuur had aan het antwoord op het telegram van de directie toegevoegd dat hij het zeer op prijs zou stellen indien de Minister van Water staat zou ingrijpen ten einde de dreigende stopzet ting van de katoenfabrieken te voorkomen. De directie deelde nog mede, dat, nu een regeling inzake het spuien tijdelijk getroffen is, het bedrijf weer in werking wordt gesteld, doch dat ze ver wacht dat binnenkort een volledige zekerheid ver kregen zal worden ten einde het bedrijf in gang te kunnen houden. Voor Helmond is dit besluit, waardoor 800 men- schen weer geheel of gedeeltelijk aan het werk kun nen, een verheugende tijding. Bij de directie bestaat t voornemen om den tijdens de stopzetting verloren werktijd in te laten halen. Aan hen, die nog twijfelen aan den nood der tuinders. Hardheid tegenover hen, die van de credietverleening worden uitge sloten. Wie moeten borg staan voor de 30 garantie van de gemeente? Men schrijft ons uit den Langend ijk: De Langendijker tuinders, die al maanden in een fi- nanciëelen noodtoestand verkeeren als gevolg van de buitengewoon slechte uitkomsten van hun bedrijf, had den al enkele weken met verlangen uitgezien naar de mededeelingen, welke Ged. Staten van Noord-Holland aan de gemeentebesturen zouden doen ter* uitvoering van het door de Provinciale Staten genomen besluit in zake credietverleening aa.n de tuinders. Er wordt in sommige kringen, naar ons bekend is, nog wel getwij feld aan den nood onzer tuinders, doch wie onbevoor oordeeld en met zakenkennis wil oordeelen, zal moeten toegeven, dat het met het tuinbouwbedrijf bijzonder droe vig moet zijn gesteld. Een bijzonder duidelijk bewijs le veren daarvan wel de omzetcijfers, die voor en na ge publiceerd worden, en welke betrekking hebben op de laatste jaren. Een bij uitstek sprekend voorbeeld is de omzet aan de veiling van den Noordermarktbond te Noordscharwoude, waarbij ongeveer 1600 tuinders zijn aangesloten. Op ons verzoek deelde men ons mee, dat de omzet over 1930 bad bedragen f 2.382.585.18 en in 1929 ongeveer f 4.437.000. Bedenkende, dat 1(129 nog maar een matige uitkomst gaf, en dat er na 1923, toen ook over heidssteun moest worden verleend om een groot aan tal tuinders staande te houden, slechts één goed jaar is geweest, is het niet moeilijk vast te stellen, hoe nijpend de toestand momenteel In talrijke gezinnen is. Uit correspondenties in deze courant zijn reeds enkele toelichtingen gegeven op de Regelen en Voorwaarden, welke door Ged.' Staten aan de gemeentebesturen zijn toegezonden. De heer D. Kooijman heeft deze besproken en toegelicht en uit den aard der zaait werden die rege len en voorwaarden bezien uit het oogpunt van de over heid, waartoe de heer K. behoort en minder uit dat van den tuindersstand. Het is allicht niet van belang ont bloot ook van dien kant het tuinderscrediet te beschou wen. Allereerst dan is er ongetwijfeld wat vóór te zeggen, dat de gemeente voor 30 pet. garant is voor de te ver strekken credieten, omdat zij er groot belang bij heeft en er alzoo een aansporing voor haar aenwezig is, om nauwlettend toe te zien op het gebruik der verstrekte bedragen en op den voorschotnemer zelf, die soms een geregelde controle niet kan missen. Maar aan den an deren kant is het niet tegen te spreken, dat met het verdwijnen der welvaart van de tuinders ook verreweg het grootste deel der overige inwoners der gemeente ge dupeerd zijn, zoodat het voor hen al zeer moeilijk wordt de noodlge belastingen op te brengen, terwijl z# nu toch bovendien nog voor 30 pet. borg moeten teekenen. Het is te hopen dat met de credieten de tuinders er weer bovenop komen, doch zoo dit niet, of eerst na een lange reeks van jaren, het geval mocht zijn, is deze garantie, in het bijzonder voor minder kapitaalkrachtigegemeen ten een groot bezwaar. Dat tuinders, die indertijd genoten van bet zooge naamde kweekers-orediet en zij, die in 1923 een voorschot onder garantie van de Provincie ontvingen en dit nog niet of niet geheel aflosten, nu geen gebruik van dit credlet zullen kunnen maken, is door velen met verba zing en leedwezen vernomen. Het mag toch als regel worden aangenomen, dat ieder, die ook maar eenlgszlns kon, het overschot heeft afgelost Trouwens de controle van de zijde van Ged. Staten was wel zoo scherp, dat men een verstokt wanbetaler zou moeten zijn, als men niet tot aflossing overging, zoo dit ook maar eenig3ains mogelijk was. Deze menschen nu en bloc uit te sluiten is een hardheid, welke door niets wordt gemotiveerd. Het is te verwachten, dat de gemeentebesturen, welke hun inwoners in hun aard en karakter, in hun handel en wandel, meer van nabij kennen, een ruim gebruik zul len maken van de mogelijkheid van het maken van uitzondering op den regel. Maar het groote bezwaar van de door Ged. Staten gestelde voorwaarde ligt ln de om standigheid, dat tuinders, die nog niet of niet geheel hun ln 1923 verstrekt crediet hebben afgelost, nu zich al vast niet aanmelden. Wat zeer jammer zou zijn. Een zeer belangrijk bezwaar, maar nu van den kant der credietverstrelckende Bank ligt in de volgende voor waarde: „Het voorschot is in afwijking ,van art. 4 da delijk geheel of gedeeltelijk opeischbaar, zoodra, hetzij door Ged. Staten, hetzij door B. en W. wordt bepaald, dat aflossing geheel of voor een gedeelte mogelijk is, of door den voorschotnemer de bepalingen dezer algemeenc voorwaarden niet in alle opzichten worden nageleefd. Bij de vervulling dezer voorwaarden zijn n.1. tegenstrij dige belangen betrokken. Komt de credietnemer er wat gunstiger voor te staan, dan zullen B. en W. en Ged. Staten ongetwijfeld van meening zijn, dat dat wel van het provinciaal-gemeen telijk crediet kan worden afgelost, doch de Bank zal als vanzelfsprekend er op staan, dat vroeger door haar verleende voorschotten de prioriteit bij de afbetaling behooren te genieten boven het later verleende tuin derscrediet. Ons lijkt dit bezwaar der Boerenleenban ken, dat we van die zijde reeds herhaaldelijk hoorden opperen, niet gezocht en alleszins gerechtvaardigd. De ervaring, opgedaan met de verleende credieten van 1923, heeft den Bestuurders dier Baniken trouwens voldoende geleerd. Dat de voorschotten slechts zullen mogen strekken om de noodlijdende bedrijven op gang te houden, alzoo voor bet aankoopen van meststoffen en andere bedrijfs- benoodigheden en voor het betalen van de in de be drijven onontbeerlijke werkkrachten, is te billijken en de meesten, die wij er over sprakèn waren er ten zeerste mee ingenomen, dat onder betaling van de werkrachten wel zal mogen gebracht een redelijke vergoeding als loon voor eigen arbeid en die van huis- genooten Hiermee is althans voor een gedeelte tege moet gekomen aan het bezwaar, dat de meesten door het tuinbouwcrediet wel hun bedrijf konden voortzet ten, doch dat ze dit moesten doen met een leege maag. Wij betwijfelen, of er veel te zeggen is voor de mo gelijkheid de betaling in dier Voege te doen geschieden, dat telkens slechts zooveel wordt uitgekeerd, als de voorschotnemer kan aantoonen, ook werkelijk voor be- drijfsbenoodigdheden en arbeidsloonen te besteden. Zoo ruim worden de credieten niet verstrekt, dat de noodzakelijkheid daarvan is aan te toonen. De ervaring van het in 1923 verleende crediet is daar, om dit aan te toonen. Bovendien stuit dit op administratieve be zwaren bij de Boerenleenbanken en is het niet in over eenstemming met aard en. beteekenis, ook in wettelij- ken zin, van een voorschot. Het is dan meer een loo- pende rekening, wat als vanzelfsprekend moet worden vermeden. We vertrouwen, dat -alle colleges het zich als een plicht zullen aanrekenen, deze credietverleening te be schouwen uit het oogpunt van den werkelijken nood, waarin vele tuinders verkeeren. Ongetwijfeld zal bij de aanwijzing van de vertegenwoordigers van Boerenleen banken en tuinbouw (veilings)vereenigingen rekening aworden gehouden met het ongewenschte, dat personen worden afgevaardigd, die èn als bestuurslid van een Bank èn als representant van een tuindersorganisatie zouden moeten optreden. Ten slotte kunnen we wel profeteeren, dat het aan tal der credietnemers en dus het te verstrekken bedrag veel grooter zal zijn dan in 1923; uit deze omstandig heid blijkt dan mede, dat de crisis ln den tuinbouw wel van bijzonder ernstigen aard is. Vanzelfsprekend Er kèn brand komen, van zelfsprekend zijt ge legen brandgevaar verzekerd. De dag van morgen kèn ook Uw laatste zijn, hebt Gij óók een levensverzekering vanzelfsprekend geacht? Zoo niet, dan sluit Ge ze nu toch? En als modern ge organiseerde vanzelfspre kend bij ■tlJNSTRAAT DEN HAAG Carbol inplaats van likeur gedronken. Tijdens een bruiloft te Gerhardfelde bestelde een postbode aan het feestmaal een gclukwenschtelegram. De bruid, die het telegram in ontvangst nam, reikte den postbode een glaasje likeur, dat door den man in één teug geledigd werd. Op hetzelfde oogenblik zakte de postbeambte echter, tot groote consternatie der bruiloftsgasten, in elkaar. Het bleek, dat de man in plaats van likeur carbol had gedronken. Het ongeluk is hieraan te wijten, dat een likeurflesch, waarin carbol bewaard werd, tengevolge van een vergissing tusschen de voor de bruiloft bestemde likeur- en wijnflesschen was ge komen. Pogingen om den man in het leven te hou den, mochten niet baten. De ongelukkige bruid trachtte uit een raam te springen, doch werd door de aanwezigen tegengehouden. Duizenden dakloos. Reuter seint uit Amman in Arcobië: Tengevolge van abnormaal zware regens hadden overslroomingen plaats, waardoor de weg van Maan naar Akaba geheel werd weggespoeld en de helft der stad Akaba en veel vee en boomen in de Golf van Akaba werden gesleurd. De bewoners, die door het geraas van het water werden gewaarschuwd, konden zich in veiligheid brengen, doch duizenden zijn dak loos en verkeeren in nooddruft. Vliegtuigen naar hen op zoek. V.D. verneemt d.d. Donderdag uit de Finsche hoofd stad: Tengevolge van een hevigen storm in het Oostelijk deel van de Finsche Golf, brak het ijs en dreef een groote hoeveelheid vischtuig, in totaal ter waarde van ongeveer 90.000 gulden, de zee in. Teneinde het kostbare gereedschap te redden, voe ren in den nacht van Dinsdag op Woensdag twee visschersschepen met respectievelijk 16 en 7 vis schers en 2 vrouwen weg om te trachten de netten te bergen. Woensdag tegen den middag heeft men op één der vuurtorens het laatst één van beide booten gezien, die snel in het pakijs verdween. Laat in den middag passeerde gisteren met koers naar Leningrad de bekende Russische ijsbrelcer „Kras- sin" en men heeft nog een geringe hoop, dat deze de opvarenden aan boord heeft genomen, ofschoon men betwijfeld, of de vischers, die noch mondvoor raad, noch warme kleeding hebben, den nacht zijn doorgekomen. Verschillende vliegtuigen zijn uit Helsingfors opge stegen en speuren, tot nog toe echter zonder resultaat, de Finsche Golf af. Een der booten terecht. Later wordt vernomen: Een der beide afgedreven Finsche visschersbooten is in de Finsche Golf drijvende gevonden-en de opva renden konden worden gered. Het is de boot met het grootste aantal inzitten den. De andere boot, met 7 visschers en twee vrouwen aan boord, is spoorloos verdwenen. Veroorzaakt door mijnexploisie? Conclu sie der enquête-ccmmiijsie. Wolff meldt uit Alsdorf: De ongevallencommissie voor het mijndistrict Bonn heeft gisteren een bezoek gebracht aan de mijn Anna II. De benzol-locomotief, welke, naar men zioh zal her inneren, de mijnramp veroorzaakt heette te hebben, is thans nauwkeurig onderzocht. Als resultaat hiervan is de commissie tot de conclusie gekomen, dat de locomo tief de catastrophe niet veroorzaakt kan hebben. De commissie is voorts de meening toegedaan, dat in ver band met de uitgestrektheid der mijn zich daarin geen groote hoeveelheden kolenstof kunnen ophoopen. Ook kan geen ontploffing van benzolgassen in het voorste gedeelte van de mijn hebben plaats gehad. Bij een ana lyse van het uit de mijn afgevoerde water werd daarin geen benzolgehalte aangetroffen. De meerderheid der commissie is van oordeel, dat de mijnramp veroorzaakt is dcor een mijngasontploffing in de mijn zelf, waarbij het kolenstof heeft meegewerkt. Deze ontploffing heeft daarop bovengronds ln het mijngebouw een hevige ko lenstofontploffing ten gevolge gehad. Naar den omvang der aangerichte verwoestingen te oordeelen, moet zich ondergronds een groote hoeveelheid mijngas hebben op gehoopt. De oorzaak en de haard der explosie konden echter nog niet definitief worden vastgesteld. Zorgt er voor, als het weêr niet pluis is, Dat er Aspirin in huis is! LET op ORANJE BAND Weiger namaak en lef er op dat op elke tablef het woord „BAYER" staat. Prijs 75 ets Vijf menschenlevens te betreuren. „Bij de Oceaanvlucht van het Italiaansche eskader hebben zich naar thans eerst bekend is geworden, twee ernstige ongelukken voorgedaan, waarbij 5 man van het eskader om het leven zijn gekomen. Bij het vertrek van de Afrikaansche kust moest een vliegtuig terstond na den start, toen het eerst een hoogte van 50 M. had bereikt, weer op het water da len. Het zwaar beladen vliegtuig kwam daarbij met zoo'n harden slag op het water terecht, dat een der vlotters ernstig werd beschadigd en een monteur gedood werd. De overige leden der bemanning bleven onge deerd. Een tweede vliegtuig moest eveneens spoedig na het vertrek dalen, waarna het in brand geraakte. Van dit vliegtuig kwamen de beide bestuurders, de monteur en de marconist om het leven. De oorzaak der beide ongelukken is waarschijnlijk gelegen in de zware belasting der beide vliegtuigen, welke belasting bij een vlucht over den Oceaan niet te vermijden was. Blijkens het officieele bericht zijn niet alleen de vliegtuigen van het eskader van de Afrikaansche kust gestart, doch ook de beide reservevliegtuigen, die oorspronkelijk het eskader slechts tot de Afrikaan sche kust zouden begeleiden." Hst rapport van Balbo. De avondbladen van Donderdag publiceeren hot eerste uitvoerige rapport van Balbo over de Oceaan vlucht. Balbo verklaart onder meer, dat hij eigenlijk reeds op drie Januari heeft willen starten, doch toen in ver band met de slechte weerberichten de start moest uit stellen. In den nacht van 6 Januari waren de meteorologi sche omstandigheden wel is waar iets verbeterd, doch ten einde van de voordeelen van de volle maan te kunnen profiteeren, heeft hij niet kunnen doen star ten, aangezien anders het risico nog grooter zou zijn geweest. Lastine start. Het eskader heeft zich vervolgens in groepen ge splitst, zoodat hij niet de start van alle toestellen heeft kunnen waarnemen. Hij heeft slechts bemerkt, dat generaal Valle na een startpoging aan den rand terugkeerde. Valle is toen anderhalf uur later weer gestart en heeft het eskader later ingehaald. Over het algemeen is de start wegens den mist bui tengewoon lastig geweest. De maan was bedekt en de waterspiegel was niét te zien geweest. Bij het aanbreken van den dag heeft hij de vlieg tuigen alle aangeroepen, doch toen hebben slechts tien geantwoord. Eerst later heeft hij van Bolama uit het bericht betreffende de beide ongelukken ontvangen. Balbo verklaarde in dit verband dat hij gerekend had op een verlies van drie der twaalf toestellen. Nadat negen uur gevlogen was, had hij een nood sein van kapitein Baistrochi ontvahgen en dit door gegeven aan den kruiser „Pessagno", die het vlieg tuig, dat een nooddaling had verricht, op sleeptouw heeft genomen. 600 K.M. voor Norunha heeft kapitein Donadelli gemeld, dat hij een noodlanding had ver richt. Aangezien hij de schade aan zijn toestel niet heeft kunnen repareeren, is de kruiser „Da Noli" der waarts gedirigeerd, ten einde het watervliegtuig op sleeptouw te nemen. De drie laatste vliegtuigen zouden bij het starten hinder hebben ondervonden van den Westenwind. Het eskader heeft bij de Oceaanvlucht moeilijk heden ondervonden, die slechts ten deele- waren te voorzien geweest. De vijf dooden, aldus eindigt Balbo zijn rapport, behooren tot de helden, die zich hebben opgeofferd om den vopruitgang der maatschappij te bevorde ren. Stefani meldt nog uit Port Natal: Kapitein Donadelli, die, zooals men weet, midden in den Atlantischen Oceaan moest dalen, is Donder dag van het eiland Fernando Noronha, waarheen hij gesleept was, opgestegen, om zich bij het eskader in Port Natal te voegen. COMMUNISTISCHE RELLETJES TE NEW YORK. Politieagenten en betoogers gewond. Reuter seint uit New York: Twee politievliegtuigen, voorzien van traanverwek- kende bommen, vlogen Donderdag boven communis tische betoogers, z.g. hongerdeoionstranten te Brook- lyn. Do politie joeg de betoogers uiteen na een bot sing, waarbij twee politieagenten ernstig werden toe getakeld en een tiental betoogers verwondingen oplie pen. EEN VLOEDGOLF AAN DE KUST VAN NIEUW-GUINEA. Zes dooden. Reuter seint uit Melbourne: Een ontzaglijke vloedgolf heeft de Noordelijke kust van Nieuw-Guinca over een breedte van 40 mijl ge teisterd. Het water sloej? driehonderd meter ver over land en de vloedgolf had een hoogte van ruim 8 M. De missie-huizen te Sapora en de handelskolonie te Madang zijn verwoest. Men telt zes dooden, een ver miste en drie gewonden. Meer dan dxie millioen K.G. rief vernield. Reuter seint uit Havanna: In weerwil van de krachtige voorzorgsmaatregelen, door de regeering getroffen met betrekking tot het complot tot het in brand steken van de Cubaansche suikerrietplantages, braken Donderdag ernstige bran den uit op suikerplantages van Finas del Rio en in bepaalde gedeelten van de provincie Matanzas. In totaal werden 207.000 arrobas suikkerriet vernield (een arroba is pl.m. 11.5 K.G.).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 10