Het Prov. Gein. Tninderscrediet.
De VARA dagvaardt den Staat.
Laffe berooving van een 72-jarigen man.
Verheugende tijding voor Hdmond.
Bekeken van den kant
der tuinders.
DE CENTRALE
In het ijs vermiste visschers.
Gemengd Nieuws.
Een noodlottige vergissing.
Een halve stad weggespoeld.
De mijnramp te Alsdorf.
De Oceaanvlucht der
Italianen.
Ernstige suikerrietbranden op Cuba.
Wegens h.et onrechtmatig afbreken van
een radio-uitzending.
De V.A.R.A. heeft haar rechtskundigen raadsman,
mr. M. van der Goes van Naters, opgedragen den
Nederlandsohen Staat te dagvaarden terzake van
het afbreken van de radio-uitzending op 8 October
1930, welke verbrekingis geschied op last van de
Radio-Omroep-Controle-commissie, voor welker han
delingen de Staat verantwoordelijk is. Bedoelde uit
zending betrof de vergadering te Leiden, waar de
secretaris van de V.A.R.A., de heer G. J. Zwertbrock,
het woord voerde.
Uit de stellingen der dagvaarding noteert de
,Voorw., dat het Radio-Controlereglement afbreking
.verbiedt, behalve ingeval er afwijking plaats vindt
jvan het toegelaten programma of van hetgeen na
overleg tot geen bezwaar aanleiding heeft gegeven,
welk geval in casu niet aanwezig was.
Eischeres overweegt verder, dat de controle der
.commissie en de daaruit voortvloeiende bevoegdhe
den slechts strekken ter voorkoming van gevaar voor
de vrijheid van den Staat, de openbare orde of de
fgoede zeden en bij de afbreking van eenig gevaar
hiervoor niet in het minst sprake was. Bovendien
izou, wanneer dit gevaar wel aanwezig ware geweest,
aldus ontwikkelt mr. v. d. Goes v. Naters zijn stcl-
jlingen verder, de afbreking nog onrechtmatig zijn ge-
jweest, aangezien de tekst der redevoering niet van te
ivoren was opgevraagd, welke opvraging het Radio-
Controlereglement stelt als voorwaarde voor een uit-
zendverbod.
Mr. v. d. Goes v. Naters vordert, dat de Haagsohe
rechtbank verklare, dat de afbreking van de uitzen
ding van eischeres door gedaagde, althans door zijn
organen, geschied is onrechtmatig en in strijd met
,'de wet; vervolgens dat gedaagde worde veroordeeld,
aan eischeres terzake tegen kwijting te betalen een
ibedrag aan schadevergoeding, zoo mogelijk bij von
tais te begrooten en anders op te maken bij staat en
jte vereffenen volgens de wet, en tenslotte de g<
te veroordeelen in de kosten van het geding.
Door drie kerels in de wtintlg. Zware
straffen geeischt.
Op 27 October jJ. werd een 72-jarige oude man, die in
de „Metropool" te 'e-Gravenhage verbleef en aldaar in
(kennis was gekomen met een drietal mannen, die In
'hetzelfde logement verblijf hielden, in de St. Jacobs-
etraat te 's-Gravenhage, door dezen onverhoeds aange
vallen en van zijn spaarduitjes, welke hij in een zakje
bij zich droeg, beroofd.
Verdacht van deze laffe aanranding en berooving,
hadden zich Donderdag voor de vijfde kamer der Haag-
eche rechtbank te verantwoorden de 22-jarige zeeman
J. D„ de 25-jarige los-werkman H. W. G. en de 28-jarige
voerman C. C. G. Deze laatste was reeds zesmaal we
gens misdrijven veroordeeld.
Ais getuige kwam voor het hekje de 72-jarige gewezen
koopman C. J. Berens, die mededeelde, dat hij op den
bewusten datum in de Metropool koffie had gedronken,
waarvoor hij 6 cent betaalde. Hij haalde daarbij het
zakje, waarin zijn geheele bezit zich bevond, zijnde vol
gens hem, f 585, te voorschijn. Even later is hij met de
mannen naar buiten gegaan en heeft eenigen tijd met
'hen op een bankje gezeten. In de St. Jacobsstraat voel
de get. dat hij plotseling van aohteren werd vastgegrepen
en dat hem een hand in den mond werd gestoken, waar
door hij veel pijn ondervond.
Als één der verd. lacht, zegt de president mr. Kübn,
verontwaardigd, dat het allesbehalve om te lachen is.
Get. vertelt verder hoe hij van zijn geld werd beroofd
De verdachten leggen een bekentenis af. Alleen be
weert G. dat het bedrag, volgens de verdeeling, niet
f 585, doch f 335 was, waarop mr. Kühn opmerkt, dat
^verdachten maar onder elkander moeten uitmaken of
de verdeeling „eerlijk" gegaan was.
Mr. Polman, het O.M. waarnemend, zegt dat het hier
gepleegde feit, de gewelddadige berooving van een ou
den man, zóó beneden alle critiek is en zoo treurig, dat
'hij er maar weinig van te zeggen weet Deze misdaden
behoort ernstig de kop ingedrukt te worden. Hij requi-
reert voor verdachte D., die nog niet gevonnisd is, 2
jaar en 6 maanden en voor de beide anderen
3 jaar en 6 maanden gevangenisstraf.
Uitspraak 22 Januari.
INBRAAK TE APELDOORN.
Woensdagnacht is ingebroken bij de N.V. j^pcl-
doornsche Textiel Industrie Maatschappij, gevestigd
in de Fabriekstraat te Apeldoorn. Verscheiden laden
en kasten zijn opengebroken en onderzocht, en ook
:is een brandkast geopend, waaruit een geldtrommel
is genomen, waarin f500 was.
Later is gebleken, dat behalve de reeds genoemde
f500 nog een bedrag van eveneens f500 aan cou
pons is mede genomen. Voorts zijn drie postzegel-
kassen opengebroken, waaruit het geld is gestolen.
De postzegels liet men ongemoeid.
De diefstal is door een der werkmeesters van de
fabriek ontdekt. Deze zag dat een W.C.-raampje aan
de achterzijde van de fabriek was stuk geslagen. Ge
bleken is ook nog, dat de brandkast met een val-
schen sleutel is geopend.
LIEBERMANN BEGENADIGD.
Een ofiicieele mededeeling.
Het Algemeen Politieblad bevat thans de volgende
mededeeling:
De procureur-generaal bij het Gerechtshof te Am
sterdam bericht, dat bij Kon. besluit van 24 December
1930, no. 43, aan Salomon Liebermonn kwijtschel
ding is verleend van het nog onvervuld gedeelte der
gevangenisstraf van 2 jaren (met aftrek van preven
tieve hechtenis), waartoe hij hij arrest van het Ge
rechtshof te Amsterdam, d.d. 28 Februari 1930 is ver
oordeeld, onder de voorwaarden, dat deze kwijtschel
ding zal ingaan, nadat zal zijn komen vast te staan,
dat hij Nederland kan verlaten; dat zijn invrijheid
stelling eerst zal plaats hebben uiterlijk 24 uur vóór
dat hij Nederland zal verlaten en dat hij daarin niet
zal t^rugkeeren.
Liojermann is op 30 December 1930 onder toezicht
naar België vertrokken.
De katoenfabrieken weer in werking.
Naar de directie der N.V. P. E. van Vlissingen en
Cos Katoenfabrieken te Helmond meedeelde, zou gis
ter (Vrijdag) het geheele bedrijf wederom in werking
gestold worden.
Minister Verschuur had aan het antwoord op het
telegram van de directie toegevoegd dat hij het zeer
op prijs zou stellen indien de Minister van Water
staat zou ingrijpen ten einde de dreigende stopzet
ting van de katoenfabrieken te voorkomen.
De directie deelde nog mede, dat, nu een regeling
inzake het spuien tijdelijk getroffen is, het bedrijf
weer in werking wordt gesteld, doch dat ze ver
wacht dat binnenkort een volledige zekerheid ver
kregen zal worden ten einde het bedrijf in gang te
kunnen houden.
Voor Helmond is dit besluit, waardoor 800 men-
schen weer geheel of gedeeltelijk aan het werk kun
nen, een verheugende tijding. Bij de directie bestaat
t voornemen om den tijdens de stopzetting verloren
werktijd in te laten halen.
Aan hen, die nog twijfelen aan den nood
der tuinders. Hardheid tegenover hen,
die van de credietverleening worden uitge
sloten. Wie moeten borg staan voor de
30 garantie van de gemeente?
Men schrijft ons uit den Langend ijk:
De Langendijker tuinders, die al maanden in een fi-
nanciëelen noodtoestand verkeeren als gevolg van de
buitengewoon slechte uitkomsten van hun bedrijf, had
den al enkele weken met verlangen uitgezien naar de
mededeelingen, welke Ged. Staten van Noord-Holland
aan de gemeentebesturen zouden doen ter* uitvoering
van het door de Provinciale Staten genomen besluit in
zake credietverleening aa.n de tuinders. Er wordt in
sommige kringen, naar ons bekend is, nog wel getwij
feld aan den nood onzer tuinders, doch wie onbevoor
oordeeld en met zakenkennis wil oordeelen, zal moeten
toegeven, dat het met het tuinbouwbedrijf bijzonder droe
vig moet zijn gesteld. Een bijzonder duidelijk bewijs le
veren daarvan wel de omzetcijfers, die voor en na ge
publiceerd worden, en welke betrekking hebben op de
laatste jaren. Een bij uitstek sprekend voorbeeld is de
omzet aan de veiling van den Noordermarktbond te
Noordscharwoude, waarbij ongeveer 1600 tuinders zijn
aangesloten. Op ons verzoek deelde men ons mee, dat
de omzet over 1930 bad bedragen f 2.382.585.18 en in 1929
ongeveer f 4.437.000. Bedenkende, dat 1(129 nog maar een
matige uitkomst gaf, en dat er na 1923, toen ook over
heidssteun moest worden verleend om een groot aan
tal tuinders staande te houden, slechts één goed jaar is
geweest, is het niet moeilijk vast te stellen, hoe nijpend
de toestand momenteel In talrijke gezinnen is.
Uit correspondenties in deze courant zijn reeds enkele
toelichtingen gegeven op de Regelen en Voorwaarden,
welke door Ged.' Staten aan de gemeentebesturen zijn
toegezonden. De heer D. Kooijman heeft deze besproken
en toegelicht en uit den aard der zaait werden die rege
len en voorwaarden bezien uit het oogpunt van de over
heid, waartoe de heer K. behoort en minder uit dat van
den tuindersstand. Het is allicht niet van belang ont
bloot ook van dien kant het tuinderscrediet te beschou
wen.
Allereerst dan is er ongetwijfeld wat vóór te zeggen,
dat de gemeente voor 30 pet. garant is voor de te ver
strekken credieten, omdat zij er groot belang bij heeft
en er alzoo een aansporing voor haar aenwezig is, om
nauwlettend toe te zien op het gebruik der verstrekte
bedragen en op den voorschotnemer zelf, die soms een
geregelde controle niet kan missen. Maar aan den an
deren kant is het niet tegen te spreken, dat met het
verdwijnen der welvaart van de tuinders ook verreweg
het grootste deel der overige inwoners der gemeente ge
dupeerd zijn, zoodat het voor hen al zeer moeilijk wordt
de noodlge belastingen op te brengen, terwijl z# nu toch
bovendien nog voor 30 pet. borg moeten teekenen. Het
is te hopen dat met de credieten de tuinders er weer
bovenop komen, doch zoo dit niet, of eerst na een lange
reeks van jaren, het geval mocht zijn, is deze garantie,
in het bijzonder voor minder kapitaalkrachtigegemeen
ten een groot bezwaar.
Dat tuinders, die indertijd genoten van bet zooge
naamde kweekers-orediet en zij, die in 1923 een voorschot
onder garantie van de Provincie ontvingen en dit nog
niet of niet geheel aflosten, nu geen gebruik van dit
credlet zullen kunnen maken, is door velen met verba
zing en leedwezen vernomen. Het mag toch als regel
worden aangenomen, dat ieder, die ook maar eenlgszlns
kon, het overschot heeft afgelost Trouwens de controle
van de zijde van Ged. Staten was wel zoo scherp, dat
men een verstokt wanbetaler zou moeten zijn, als men
niet tot aflossing overging, zoo dit ook maar eenig3ains
mogelijk was. Deze menschen nu en bloc uit te sluiten
is een hardheid, welke door niets wordt gemotiveerd.
Het is te verwachten, dat de gemeentebesturen, welke
hun inwoners in hun aard en karakter, in hun handel en
wandel, meer van nabij kennen, een ruim gebruik zul
len maken van de mogelijkheid van het maken van
uitzondering op den regel. Maar het groote bezwaar van
de door Ged. Staten gestelde voorwaarde ligt ln de om
standigheid, dat tuinders, die nog niet of niet geheel
hun ln 1923 verstrekt crediet hebben afgelost, nu zich
al vast niet aanmelden. Wat zeer jammer zou zijn.
Een zeer belangrijk bezwaar, maar nu van den kant
der credietverstrelckende Bank ligt in de volgende voor
waarde: „Het voorschot is in afwijking ,van art. 4 da
delijk geheel of gedeeltelijk opeischbaar, zoodra, hetzij
door Ged. Staten, hetzij door B. en W. wordt bepaald, dat
aflossing geheel of voor een gedeelte mogelijk is, of door
den voorschotnemer de bepalingen dezer algemeenc
voorwaarden niet in alle opzichten worden nageleefd.
Bij de vervulling dezer voorwaarden zijn n.1. tegenstrij
dige belangen betrokken.
Komt de credietnemer er wat gunstiger voor te staan,
dan zullen B. en W. en Ged. Staten ongetwijfeld van
meening zijn, dat dat wel van het provinciaal-gemeen
telijk crediet kan worden afgelost, doch de Bank zal
als vanzelfsprekend er op staan, dat vroeger door haar
verleende voorschotten de prioriteit bij de afbetaling
behooren te genieten boven het later verleende tuin
derscrediet. Ons lijkt dit bezwaar der Boerenleenban
ken, dat we van die zijde reeds herhaaldelijk hoorden
opperen, niet gezocht en alleszins gerechtvaardigd. De
ervaring, opgedaan met de verleende credieten van
1923, heeft den Bestuurders dier Baniken trouwens
voldoende geleerd.
Dat de voorschotten slechts zullen mogen strekken
om de noodlijdende bedrijven op gang te houden, alzoo
voor bet aankoopen van meststoffen en andere bedrijfs-
benoodigheden en voor het betalen van de in de be
drijven onontbeerlijke werkkrachten, is te billijken en
de meesten, die wij er over sprakèn waren er ten
zeerste mee ingenomen, dat onder betaling van de
werkrachten wel zal mogen gebracht een redelijke
vergoeding als loon voor eigen arbeid en die van huis-
genooten Hiermee is althans voor een gedeelte tege
moet gekomen aan het bezwaar, dat de meesten door
het tuinbouwcrediet wel hun bedrijf konden voortzet
ten, doch dat ze dit moesten doen met een leege maag.
Wij betwijfelen, of er veel te zeggen is voor de mo
gelijkheid de betaling in dier Voege te doen geschieden,
dat telkens slechts zooveel wordt uitgekeerd, als de
voorschotnemer kan aantoonen, ook werkelijk voor be-
drijfsbenoodigdheden en arbeidsloonen te besteden.
Zoo ruim worden de credieten niet verstrekt, dat de
noodzakelijkheid daarvan is aan te toonen. De ervaring
van het in 1923 verleende crediet is daar, om dit aan
te toonen. Bovendien stuit dit op administratieve be
zwaren bij de Boerenleenbanken en is het niet in over
eenstemming met aard en. beteekenis, ook in wettelij-
ken zin, van een voorschot. Het is dan meer een loo-
pende rekening, wat als vanzelfsprekend moet worden
vermeden.
We vertrouwen, dat -alle colleges het zich als een
plicht zullen aanrekenen, deze credietverleening te be
schouwen uit het oogpunt van den werkelijken nood,
waarin vele tuinders verkeeren. Ongetwijfeld zal bij de
aanwijzing van de vertegenwoordigers van Boerenleen
banken en tuinbouw (veilings)vereenigingen rekening
aworden gehouden met het ongewenschte, dat personen
worden afgevaardigd, die èn als bestuurslid van een
Bank èn als representant van een tuindersorganisatie
zouden moeten optreden.
Ten slotte kunnen we wel profeteeren, dat het aan
tal der credietnemers en dus het te verstrekken bedrag
veel grooter zal zijn dan in 1923; uit deze omstandig
heid blijkt dan mede, dat de crisis ln den tuinbouw
wel van bijzonder ernstigen aard is.
Vanzelfsprekend
Er kèn brand komen, van
zelfsprekend zijt ge legen
brandgevaar verzekerd. De
dag van morgen kèn ook
Uw laatste zijn, hebt Gij
óók een levensverzekering
vanzelfsprekend geacht?
Zoo niet, dan sluit Ge ze
nu toch? En als modern ge
organiseerde vanzelfspre
kend bij
■tlJNSTRAAT DEN HAAG
Carbol inplaats van likeur gedronken.
Tijdens een bruiloft te Gerhardfelde bestelde een
postbode aan het feestmaal een gclukwenschtelegram.
De bruid, die het telegram in ontvangst nam, reikte
den postbode een glaasje likeur, dat door den man
in één teug geledigd werd. Op hetzelfde oogenblik
zakte de postbeambte echter, tot groote consternatie
der bruiloftsgasten, in elkaar.
Het bleek, dat de man in plaats van likeur carbol
had gedronken. Het ongeluk is hieraan te wijten,
dat een likeurflesch, waarin carbol bewaard werd,
tengevolge van een vergissing tusschen de voor de
bruiloft bestemde likeur- en wijnflesschen was ge
komen. Pogingen om den man in het leven te hou
den, mochten niet baten. De ongelukkige bruid
trachtte uit een raam te springen, doch werd door de
aanwezigen tegengehouden.
Duizenden dakloos.
Reuter seint uit Amman in Arcobië:
Tengevolge van abnormaal zware regens hadden
overslroomingen plaats, waardoor de weg van Maan
naar Akaba geheel werd weggespoeld en de helft der
stad Akaba en veel vee en boomen in de Golf van
Akaba werden gesleurd. De bewoners, die door het
geraas van het water werden gewaarschuwd, konden
zich in veiligheid brengen, doch duizenden zijn dak
loos en verkeeren in nooddruft.
Vliegtuigen naar hen op zoek.
V.D. verneemt d.d. Donderdag uit de Finsche hoofd
stad:
Tengevolge van een hevigen storm in het Oostelijk
deel van de Finsche Golf, brak het ijs en dreef een
groote hoeveelheid vischtuig, in totaal ter waarde
van ongeveer 90.000 gulden, de zee in.
Teneinde het kostbare gereedschap te redden, voe
ren in den nacht van Dinsdag op Woensdag twee
visschersschepen met respectievelijk 16 en 7 vis
schers en 2 vrouwen weg om te trachten de netten te
bergen.
Woensdag tegen den middag heeft men op één der
vuurtorens het laatst één van beide booten gezien,
die snel in het pakijs verdween.
Laat in den middag passeerde gisteren met koers
naar Leningrad de bekende Russische ijsbrelcer „Kras-
sin" en men heeft nog een geringe hoop, dat deze
de opvarenden aan boord heeft genomen, ofschoon
men betwijfeld, of de vischers, die noch mondvoor
raad, noch warme kleeding hebben, den nacht zijn
doorgekomen.
Verschillende vliegtuigen zijn uit Helsingfors opge
stegen en speuren, tot nog toe echter zonder resultaat,
de Finsche Golf af.
Een der booten terecht.
Later wordt vernomen:
Een der beide afgedreven Finsche visschersbooten
is in de Finsche Golf drijvende gevonden-en de opva
renden konden worden gered.
Het is de boot met het grootste aantal inzitten
den.
De andere boot, met 7 visschers en twee vrouwen
aan boord, is spoorloos verdwenen.
Veroorzaakt door mijnexploisie? Conclu
sie der enquête-ccmmiijsie.
Wolff meldt uit Alsdorf:
De ongevallencommissie voor het mijndistrict Bonn
heeft gisteren een bezoek gebracht aan de mijn Anna
II. De benzol-locomotief, welke, naar men zioh zal her
inneren, de mijnramp veroorzaakt heette te hebben, is
thans nauwkeurig onderzocht. Als resultaat hiervan is
de commissie tot de conclusie gekomen, dat de locomo
tief de catastrophe niet veroorzaakt kan hebben. De
commissie is voorts de meening toegedaan, dat in ver
band met de uitgestrektheid der mijn zich daarin geen
groote hoeveelheden kolenstof kunnen ophoopen. Ook
kan geen ontploffing van benzolgassen in het voorste
gedeelte van de mijn hebben plaats gehad. Bij een ana
lyse van het uit de mijn afgevoerde water werd daarin
geen benzolgehalte aangetroffen. De meerderheid der
commissie is van oordeel, dat de mijnramp veroorzaakt
is dcor een mijngasontploffing in de mijn zelf, waarbij
het kolenstof heeft meegewerkt. Deze ontploffing heeft
daarop bovengronds ln het mijngebouw een hevige ko
lenstofontploffing ten gevolge gehad. Naar den omvang
der aangerichte verwoestingen te oordeelen, moet zich
ondergronds een groote hoeveelheid mijngas hebben op
gehoopt. De oorzaak en de haard der explosie konden
echter nog niet definitief worden vastgesteld.
Zorgt er voor, als het weêr
niet pluis is,
Dat er Aspirin in huis is!
LET op ORANJE BAND
Weiger namaak en lef er op dat op elke
tablef het woord „BAYER" staat. Prijs 75 ets
Vijf menschenlevens te betreuren.
„Bij de Oceaanvlucht van het Italiaansche eskader
hebben zich naar thans eerst bekend is geworden,
twee ernstige ongelukken voorgedaan, waarbij 5 man
van het eskader om het leven zijn gekomen.
Bij het vertrek van de Afrikaansche kust moest een
vliegtuig terstond na den start, toen het eerst een
hoogte van 50 M. had bereikt, weer op het water da
len. Het zwaar beladen vliegtuig kwam daarbij met
zoo'n harden slag op het water terecht, dat een der
vlotters ernstig werd beschadigd en een monteur
gedood werd.
De overige leden der bemanning bleven onge
deerd.
Een tweede vliegtuig moest eveneens spoedig na
het vertrek dalen, waarna het in brand geraakte.
Van dit vliegtuig kwamen de beide bestuurders, de
monteur en de marconist om het leven.
De oorzaak der beide ongelukken is waarschijnlijk
gelegen in de zware belasting der beide vliegtuigen,
welke belasting bij een vlucht over den Oceaan niet
te vermijden was.
Blijkens het officieele bericht zijn niet alleen de
vliegtuigen van het eskader van de Afrikaansche
kust gestart, doch ook de beide reservevliegtuigen, die
oorspronkelijk het eskader slechts tot de Afrikaan
sche kust zouden begeleiden."
Hst rapport van Balbo.
De avondbladen van Donderdag publiceeren hot
eerste uitvoerige rapport van Balbo over de Oceaan
vlucht.
Balbo verklaart onder meer, dat hij eigenlijk reeds
op drie Januari heeft willen starten, doch toen in ver
band met de slechte weerberichten de start moest uit
stellen.
In den nacht van 6 Januari waren de meteorologi
sche omstandigheden wel is waar iets verbeterd, doch
ten einde van de voordeelen van de volle maan te
kunnen profiteeren, heeft hij niet kunnen doen star
ten, aangezien anders het risico nog grooter zou zijn
geweest.
Lastine start.
Het eskader heeft zich vervolgens in groepen ge
splitst, zoodat hij niet de start van alle toestellen
heeft kunnen waarnemen. Hij heeft slechts bemerkt,
dat generaal Valle na een startpoging aan den rand
terugkeerde. Valle is toen anderhalf uur later weer
gestart en heeft het eskader later ingehaald.
Over het algemeen is de start wegens den mist bui
tengewoon lastig geweest. De maan was bedekt en de
waterspiegel was niét te zien geweest.
Bij het aanbreken van den dag heeft hij de vlieg
tuigen alle aangeroepen, doch toen hebben slechts
tien geantwoord.
Eerst later heeft hij van Bolama uit het bericht
betreffende de beide ongelukken ontvangen. Balbo
verklaarde in dit verband dat hij gerekend had op
een verlies van drie der twaalf toestellen.
Nadat negen uur gevlogen was, had hij een nood
sein van kapitein Baistrochi ontvahgen en dit door
gegeven aan den kruiser „Pessagno", die het vlieg
tuig, dat een nooddaling had verricht, op sleeptouw
heeft genomen. 600 K.M. voor Norunha heeft kapitein
Donadelli gemeld, dat hij een noodlanding had ver
richt. Aangezien hij de schade aan zijn toestel niet
heeft kunnen repareeren, is de kruiser „Da Noli" der
waarts gedirigeerd, ten einde het watervliegtuig op
sleeptouw te nemen.
De drie laatste vliegtuigen zouden bij het starten
hinder hebben ondervonden van den Westenwind.
Het eskader heeft bij de Oceaanvlucht moeilijk
heden ondervonden, die slechts ten deele- waren te
voorzien geweest.
De vijf dooden, aldus eindigt Balbo zijn rapport,
behooren tot de helden, die zich hebben opgeofferd
om den vopruitgang der maatschappij te bevorde
ren.
Stefani meldt nog uit Port Natal:
Kapitein Donadelli, die, zooals men weet, midden
in den Atlantischen Oceaan moest dalen, is Donder
dag van het eiland Fernando Noronha, waarheen hij
gesleept was, opgestegen, om zich bij het eskader in
Port Natal te voegen.
COMMUNISTISCHE RELLETJES TE NEW YORK.
Politieagenten en betoogers gewond.
Reuter seint uit New York:
Twee politievliegtuigen, voorzien van traanverwek-
kende bommen, vlogen Donderdag boven communis
tische betoogers, z.g. hongerdeoionstranten te Brook-
lyn. Do politie joeg de betoogers uiteen na een bot
sing, waarbij twee politieagenten ernstig werden toe
getakeld en een tiental betoogers verwondingen oplie
pen.
EEN VLOEDGOLF AAN DE KUST VAN
NIEUW-GUINEA.
Zes dooden.
Reuter seint uit Melbourne:
Een ontzaglijke vloedgolf heeft de Noordelijke kust
van Nieuw-Guinca over een breedte van 40 mijl ge
teisterd. Het water sloej? driehonderd meter ver over
land en de vloedgolf had een hoogte van ruim 8 M.
De missie-huizen te Sapora en de handelskolonie te
Madang zijn verwoest. Men telt zes dooden, een ver
miste en drie gewonden.
Meer dan dxie millioen K.G. rief vernield.
Reuter seint uit Havanna:
In weerwil van de krachtige voorzorgsmaatregelen,
door de regeering getroffen met betrekking tot het
complot tot het in brand steken van de Cubaansche
suikerrietplantages, braken Donderdag ernstige bran
den uit op suikerplantages van Finas del Rio en in
bepaalde gedeelten van de provincie Matanzas. In
totaal werden 207.000 arrobas suikkerriet vernield
(een arroba is pl.m. 11.5 K.G.).