In het land der Koerden. Misdaad in godsdienstwaanzin. Staatsloterij. Waarnaar men luistert Binnenlandsch Nieuws. Helden van de straat. Afschuwelijke praktijken van „gods dien simakers", die het verstand van de geestelijk arman benevelen en uit de ont zettende, door hen aangerichte geestesver- warring hun verdiensten halen. Nu weer een tweejarig kindje door zijn va der op vreeselijke wijze afgemaakt 7 als we dezer dagen meldden, is in de Duitsche d Soandau een ontzettende misdaad gepleegd: een vader heeft in godsdienstwaanzin zijn eigen kind ge- d°De dader, Schatzke, beambte bij het kadaster, heeft _irh daarop bij de politie aangegeven. Schatzke gold bij zijn chefs als een betrouwbaar en Arbeidzaam beambte op wiens gedrag in geen enkel oDzichte iets was aan te merken. Ook zijn gezinsleven was uitstekend. Ongeveer een jaar geleden, aldus de „Voss. 2.", be- de man de bijeenkomsten van den „profeet" Woiszenberg te bezoeken. Sindsdien veranderde Schatzke geheel en al. Hij las in zijn vrijen tijd voort durend in het Oude Testament, maar ook in ge schriften, uitgegeven door de Herba Kalaja. Dit in stituut met den mystieken naam wordt geleid door e6n zekeren Bruckmann en een juffrouw Meyer, een dochter van den in de kringen der „Naturheilkundi- »en" bekenden Krauter „Meyer" uit Hamburg. Het instituut behandelt patiënten op grond van oogen diagnose. Sinds hij geregeld bezoeker was geworden van de Weiszenbergsche bijeenkomsten, kyvam Schatzke steeds meer in den greep van zijn waanvoorstellin gen. Zijn vrouw, die echter zijn werkelijken toestand niet inzag, vertelde hij veel ervan, dat „het einde van de wereld nabij was" en „dat de tijd der christelijke wedergeboorte" naderde. Dinsdagavond zat de ongelukkige met vrouw en schoonmoeder genoeglijk te zamen, zonder dat iets bijzonders aan hem te merken was. Midden.in den nacht is de man rustig opgestaan: heeft een lang slagersmes, dat hij eenige dagen ge leden reeds in huis had gebracht, te voorschijn ge haald en'heeft alles in de grootste stilte, zijn kindje de hals doorgesneden. Pas toen hij het electrisch licht inschakelde en zich ging wasschen, werd zijn vrouw wakker. Op haar vraag wat er was, antwoordde Schatzke be daard: „Die Zeit hat sich erfült". De tijd is gekomen. Waarna hij het huis verliet en naar het dichtstbij zijnde politiebureau wandelde om zich aan te geven als moordenaar van zijn kind. Als bewijs legde hij het bebloede mes op tafel en vertelde wat hij gedaan had. Op de vraag waarom hij zijn kind gedood had, antwoordde Schatzke, dat er een zielsverhuizing bestaat en een wedergeboorte. „Ik ben Isaak en mijn vader Abraham heeft hij 7000 jaar geleden den Heer geofferd. In mijn zoon heb ik den wedergeboren Abraham herkend en nu heb ik hem uit wraak gedood, omdat hij mij inderdaad ge slacht heeft." Het onderzoek der politie is nog niet geëindigd, daar leden van de Weissenberg-sekte en de leiders van de „Herba Kalaja", nog verhoord moeten worden, alvorens beslist kan worden of hier plaats is voor een strafrechtelijke vervolging. Het gebeurde heeft diepen indruk gemaakt. De „Voss. Z." constateert, dat hier een moord is gedaan door een man, die* evenals vele anderen, 's avonds aan de voeten van een „profeet" placht te liggen, die den geloovigen de boodschap brengt, dat God vertrouwd is, en de wereld vernietigen wil en slechts door 'n offer kan worden verzoend. En wan neer de redenaar met de schildering van Gods toorn begint, dan werpen mannen en vrouwen zich in ex tase op den grond eH omklemmen de voeten en knieën van hun Profeet, die uit deze ontzettende door hem aangerichte geestesverwarring zijn verdiensten haalt. Maanden geleden heeft zich een man gekruisigd, wiens geest door een valschen profeet was verward. Op Kerstmis rukte een man in de Domkerk de Kerst- kroon van het altaar en riep, dat men van den Dom een moordkuil gemaakt had en dat hij geroepen was den waren godsdienst te verkonden. Ook hij kwam van een godsdienstige plechtigheid in een of ander verborgen zaaltje: en ook hij kwam terecht in een krankzinnigengesticht. Wij kunnen, zoo besluit de „Voss. Z.", onze mede- menschen beschermen tegen moordenaars, roovers, dieven en bedriegers. Wij zijn machteloos tegen de handige godsdienstmakers, die het verstand van de geestelijk armen benevelen. Zij vermoorden niet hun kinderen, zij kruisigen zich niet en zij* zijn niet ter verantwoording te roepen. BANDIETENLEIDER TE CHICAGO GEARRESTEERD. Moordenaar van Alfred LIngle? Uit Chicago: De bandietenleider Leo Brothers, die hier werd gevangen genomen, zou hebben bekend den moord op den journalist Alfred Lingle in Chicago te hebben gepleegd. Zooals men weet werd deze den negenden Juni 1930 op klaarlichten dag midden in de stad Chicago doodgeschoten. De moord zou naar Leo Brothers' verklaring zijn gepleegd, omdat de journalist te veel wist. Trekking van Donderdog 8 Januari 1931. 4e klasse 4e lijst No. 15719 f 1000. Nos. 3179 8667 en 17455 leder f 100. Prijzen van f 65. 11 451 947 1344 1496 1536 1851 2364 2512 3288 3430 3S73 4113 4156 4485 4535 4651 4812 5166 5451 5678 5768 6121 65S0 7162 8055 8341 8358 8746 8827 8872 8952 8990 9127 9933 10039 10131 10282 10405 10468 11344 11348 11616 11652 12228 12421 12445 12603 12811 12870 12958 13160 13291 13467 13589 14138 14157 14454 14592 14614 14808 14958 15214 15265 15372 15816 16108 16227 17007 17128 17273 17384 17821 17916 17978 18128 18289 18369 18405 18622 18731 18744 18753 19005 19199 19412 19478 19508 19533 19657 19762 19991 20036 20211 20479 20568 DE HUT IN HET GEBERGTE. VOORBEREIDSELEN VOOR EEN FEEST. ROOVERS MET OVER LEG. HET GEHUCHT IN DE WILDERNIS (Van onzen reizenden correspondent). Fevzipasja, 24 December. IN den nacht van mijn aankomst te Fevzipasja, er gens bij de Syrische grens in 't oude Koerdistan, had ik in de duisternis vaag enkele hulzen gezien als was er een dorp en dan was ik verder getrok ken, steeds achter het licht van de zaklantaarn, die mijn vriend de Tsjech droeg. Bergen staken tegen den nachthemel af, als geweldig ingeslapen gedrochten. En dan, na een korten marsch, waren we gekomen voor een wit gekalkt huisje van leem en planken. In een smal vertrek, waar twee veldbedden stonden, probeerde Rudolf, de Tsjech wat huiselijkheid te brengen. Op de tafel, naast een keukenlampje met rond spiegeltje had hq zijn browning nedergelegd en dan wilde hij me te eten geven, maar ik verlangde het meest naar een bed en toen lk me reeds had nedergelegd, zeide mijn kame raad nog: „Zeg, Vliegende Hollander, als je het koud hebt, kan ik nog een paar jassen en werkkielen over Je gooien," maar ik hoorde zijn stem nog slechts heel uit de verte. Ik sliep reeds bijna. Den volgenden morgen kon ik mijn nieuwe omgeving eeia rustig aankijken: een klein smal vertrek, twee veldbedden, een houten tafel, een houten bank, dat was de heele meubileering In een der hoeken een hoop houtskool voor de mangaar (een confoor, dat op kille avonden dienst doet als kachel). Verder over touwen, die door het vertrek waren gespannen, kleederen, onder de bedden een paar koffers. De vloer was van leem, het dak van het huisje van zinken platen. Zeer zeker was het geheel niet weelderig, maar het was er uit te houden Mijn Tsjechische vriend was in de wolken: „Kerel, je bent op het goede oogenblik gearriveerd, juist vóór Kerstmis. En er komen nog anderen. Hier in huis zijn nog twee kleine hokjes, daar zal voor eenigen tijd een Hongaarsch echtpaar zijn intrek nem%n. Hij werkt ook aan den nieuwen spoorweg, zij is een ontwikkelde vrouw, een vroegere onderwijzeres, en ze kan koken en ze heeft beloofd voor de feestdagen een goed maal te bereiden, ban komt er nog een andere Hongaar. We zijn dan met on3 vqven. Ik heb dertig flessohen wijn besteld, die zullen wel zijn aangekomen met denzelfden trein, waar- mede jij arriveerde. En we zullen ook een Kerstboom hebben. Ik heb er een Koerd op uit gestuurd, om er een In de bergen te halen. Kaarsen zijn er natuurlijk niet en die kunnen we hier ook nergens koopen. Maar ik heb nog oud zilverpapier en daarmede kunnen we den boom versieren." Een en al geestdrift was mijn kameraad, kinderlijk verheugd. Dit moge velen vreemd schijnen voor een vol wassen man, doch hij, die deze streken gezien heeft en weet hoe'de menschen hier leven, beseffen wat zulk een samenkomst, zulk een feest voop hen beduidt In deze eenzaamheid en wildernia Mijn makker moest naar het station en ik ging mede, eerst langs een moderig voetpad, dan over een breeden weg, niet veel meer dan een karrespoor. Om ons waren bergen, bijna geheel onbegroeid, steenig, troosteloos. Mannen te paard, Turken, Koerden, ontmoetten we, an deren met ezels, en allen waren gewapend met geweren want hier in de omstreken zwerven nog roovers rond, meest Koerden. Er was ook een trage statige karavaan van kameelen, grootsch en eigenwijs. Enkele mannen, die met tegenzin zioh onderwerpen aan het verbod van fez in turban, droegen niet een hoed of een pet, doch hadden zich 'n doek om it hoofd gewikkeld, fantastisch en zonderling. Enkele vrouwen zagen we in harembroek, om het hoofd een witte doek, waarvan ze de uiteinden voor het gezicht hielden, zoodat het gelaat, behalve voorhoofd en oogen, verborgen was. Fevzipasja is geen stad, geen dorp, hoogstens een ver waarloosd gehucht, naar onze begrippen. Van hier wordt een nieuwen spoorweg aangelegd, die naar het Noor- n voert en a's deze spoorweg gereed is, zal Fevzipasja een knooppunt van spoorwegen zijn, een belangrijke Plaats in deze menschenarme streek. Thans telt Fevzi pasja iets meer dan honderd inwoners, meest Turken, Koerden en Perzen, maar twee jaar geleden woonden er nauwelijks vijftig. Er is thans een gendarmerie-ka zerne en er wordt gebouwd. Een naar de plaatselijke be grippen enorm hotel wordt opgetrokken met minstens vijf kamera en bijna, twintig bedden. Het geheel doet denken aan de geboorte van een Amerikaansche stad in het wilde westen. Er is een „pazar" (markt), vier, vijf open winkeltjes en een klein Turksch restaurant naast eikander, en dicht bij het station staat een laag wit gekalkt huis van één verdieping met zes vensters. Dat is het „voorname" restaurant, gebouwd door de Turk9Che spoorwegdirectie. De waard is een Pers en steeds zitten er menschen: spoorweg-ambtenaren, gendarmerie-officieren, Euro- peesche arbeiders en ingenieurs van den spoorweg In aanbouw. Men heeft er een gramofoon met Turksche platen. Dit gehucht Fevzipasja is de grootste plaats op honderden kilometers in den omtrek. Men is er door de sterke gendarmerie-bezetting veilig voor de roovers, maar enkele kilometers binnen het gehucht kan men zich ongewapend niet meer wagen. Twee, soms zelfs driemaal per dag komt er een trein uit belde richtingen en van het station loopt er een ruine-achtlge autobus verder het land in, een autobus, die reeds enkele malen door roovers werd aangehouden en uitgeplunderd. Maar dat neemt men hier niet al te tragisch op. Men aan vaardt dat, zooals bij ons een min of meer onverwacht, doch steeds mogelijk onweder. Niemand maakt er zich zenuwachtig over. Bovendien vermoorden de roovers den laatsten tijd gewoonlijk niemand, zoolang er ten minste geen tegenstand wordt geboden. Dat is reeds zooiets als een aanvang van beschaving, een soort hoogere economie. Iemand, dien ze vermoord hebben, kunnen ze later niet meer uitplunderen. Door hun grooter zachtmoedigheid sparen de roovers zich klan ten voor de toekomst. De Turken, Koerden en Perzen, die hier wonen, leven meest ln kleine krotten, armzalig, primitief. De daken zijn meest van stroo en de huisjes hebben natuurlijk niet meer dan één verdieping. Enkele nieuwe hui9jes zijn evenwel bedekt met blik van benzinebussen. Er ls echter ook een werkelijk huis met twep verdiepingen, voor deze streek een soort „wolkenkrabber" in aan bouw, bestemd voor hoogere spoorwegambtenaren, een huls met een rood pannendak, de trots van Fevzipasja. Een bijzonderheid van dit centrum van beschaving is (ik aarzel er over te schrijven, maar het behoort ertoe) dat er gelegenheden ?,waar de keizer te voet gaat" ook in de hulzen ontbreken, of beter, ze zijn er wel, doch alleen bestemd voor de „keizerinnen", d.w.z. voor de vrouwen. Daar lk dit niet wist, heb ik dit verbod voor mannen ovetreden op een oogenblik, dat mijn Tsjechi sche kameraad me een oogenblik alleen had gelaten om met een der stationsambtenaren Iets te bespreken. Het gevolg was, dat lk door een aantal Turksche vrouwen werd uitgescholden, door eenige mannen bedreigd, zon der dat ik in mijn West-Europeesche onschuld de oorzaak er van kon begrijpen. Gelukkig dook spoedig mijn Tsjecische vriend op, die de menschen in hun moedertaal kalmeerde. Hij verklaarde me het geval en raadde me aan de fout niet te herhalen. Met een min of meer benauwd gezicht vroeg ik hem: „En de mannen dan?" Een breed gebaar wees me naar de omringende bergen: „Er is plaats genoeg; Je hebt nl*t veel meer dan tachtig of honderd meter te klimmen." Ik geef het allen geneesheeren ln overweging: Is dat niet een basis voor een nieuwe gezondheidskuur? Bestrating ontbreekt natuurlijk volkomen te Fevzi pasja, evenals straatverlichting. Eigenlijke straten zijn er trouwens ook niet. Schotsch en scheef staan de huisjes door elkander en daar tusschendoor slingert zich een soort weg, in den loop der tijden door het verkeer gevormd. Er is geen bioscope, maar toch ontbreekt niet alle beschaving. Er zijn twee schoenpoetsers, ja werkelijk, schoenpoetsers, en een postkantoor, ln een houten huisje. Vandaar gaan mijn artikelen weg en daar ko men ook mijn brieven aan, maar dezen moet lk zelf gaan halen, want een brievenbesteller ls er niet. Deze luxe kan Fevzipasja zich niet veroorloven. J. K BREDERODE. Zondag 11 Januari. Hilversum (1875 M.) VA.R.A. 8.50 Actueele mededeelingen van Nederlandsche Voet balbonden; 8.55 Tulnbouwhalfuurtje door S. S. Lantin- ga. Onderwerp: Tuinwerkzaamheden in den winter; 9.25 VARA-Varia; 9.30 Orgelspel door Johan Jong. V.P.R.O. 10.30 Kerkuitzending uit het gebouw van den N.P.B. te Hilversum. Spreker: Ds. H. E. Enklaar. A.V.R.O. 12.00 Tijdsein; 12.0112.30 Radio-Volks-Universiteit. L. J. Jordaan spreekt over „De Klankfilm"; 12.302.00 Middag-Concert door het AVRO-Octot; 2.002.30 Boe kenhalfuur; 2.304.00 Uitzending van het Concert door het Concertgebouw-Orkest o.l.v. Pierre Monteux. Soliste: Magda Tagliafero (piano); 4.004.30 Aansluiting van de Buiten Socitelt te Zwolle. Uitzending van het Con cert te geven door Dajos Bela en zijn Orkest; 4.30 5.00 Gramofoonmuziek. In de rustpoos: Sportberichten. V.A.R.A. 5.00 Kinderuurtje; 6.008.00 Concert door het VARA- Orkest o.l.v. Hugo de Groot A.VR.O. 8.00 Tijdsein. Sport- en Nieuwsberichten van Vaz Dias; 8.159.30 Populair Concert door het Omroep-Orkest o.l.v. Nico Treep, m.m.v. Hélène Cals (sopraan); 9.30 9.50 Piano-voordracht door Judith de Leeuw; 9.5010.10 Studio-opvoering van „Het Kleintje", Vlaamsohe schets in één bedrijf; 10.1011.00 Voortzetting concert door het Omroep-Orkest, m.m.v. Louis Noiret (humorist); 11.00—12.00 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting. Huizen (298 M.) K.R.O. 8.309.30 Morgenwijding. N.C.R.V. 9.30 Kerkdienst uit de Geref. Kerk te Maasland. Voor ganger: Ds. A. Thielen. K.R.O. 12.00—1.30 Lunchmuziek door het K.R.O.-Sextet; 1.30 2.00 Godsdienstonderricht voor ouderen; 2.002.30 Le zing; 2.304.15 Populair Middagconcert door de Henge- losche Orkest Vereenlging „De Eendracht"; 4.155.00 Ziekenlof uit 's-Hertogenbosch. N.C.R.V. 5.50 Kerkdienst uit de Ned. Herv. Kerk te Werken dam. Voorganger: Ds. D. J. Lazonder. K.R.O. '7.458.10 Lezing; 8.108.15 Voetbaluitslagen; 8.15 10.40 Concert door het K.R.O.-Orkest o.l.v. Johan Ger ritsen; pl.m. 9.30 Nieuwsberichten van Vaz Dlas; 10.40 11.00 Epiloog door het Klein Koor. Maandag 12 Januaii. Hilversum (1875 M.) V.A.R.A. 8.00 Gramofoonmuziek. V.P.R.O. 10.00 Morgenwijding. V.A.R.A. 10.15 Voordraoht door Ko Arnoldi; 10.30 Ziekenuurtje; 11.30 Gramofoonmuziek; 11.35 Concert door het VARA- Septet; 12.00 Politieberichten; 12.20 Middagconcert door 'het VARA-Septet; 1.45 Gramofoonmuziek; 2.00 Onder breking voor verzorging van den zender; 2.30 Karei Wasch leest uit eigen werk; 3.15 Vocaal en Instrumen taal concert. Anton Krelage (piano), Mevr. Zwager- Baart (zang); 4.00 Gramofoonmuziek; 4.45 Na school tijd; 5.30 Accordeon-muziek; 6.30 Doe het Veilig, door H. van Schie; 6.50 Concert door het Utrechtsch Stede lijk Orkest. Solist: Lion Contran (piano); 7.45 Politie berichten; 8.00 Vervolg concert; 9.00 Voqrdracht door Willem van Cappellen; 9.15 Concert door het VARA- Orkest o.l.v. Hugo de Groot; 9.30 Voordracht door Willem van Cappellen; 10.20 Persberichten van Vaz Dias; 10.30 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting. Huizen (298 M.) N.C.R.V. 8.008.15 Schriftlezing; 8.159.30 Morgenconcert; 10.30 11.CO Korte Ziekendienst; 11.00—11.30 Lezen van Chr. Lectuur; 11.3012.30 Gramofoonmuziek; 12.301.45 102e Orgelconcert uit de Herst Evang. Luth. Kerk te Amsterdam, door Jan Zwart; 1.452.00 Gramofoonmu ziek; 2.002.35 Schooluitzending: 2.353.15 Causerie over „De kamerplanten in deze maand" door A. J. Herwig; 3.153.45 Cursus Knippen en Stof versieren; 3.454.00 Verzorging van den zender; 4.005.00 Zieken uurtje; 5.005.45 Cursus handenarbeid voor de jeugd; 5.456.55 Concert; 6306.40 Vaz Dias: Koersen; 6.55 7.15 Lezing over: „Verbeter uw radio-ontvangst"; 7.10 8.00 Cursus verbetering van het gezang ln huis, door Jac. Ph. Caro; 8.0010.45 Concert door het Chr, Radjo- Orkeet. Spreker: Ds. J. C. Koningsberger. Onderwerp: „De Kerk en de Jeugd"; 10.00 Persberichten van Vaz Dias; 10.4511.30 Gramofoonplaten Dinsdag 13 Januari. Hilversum (1875 M.) A.V.R.O. 8.00 Tijdsein; 8.019.50 Gramofoonmuziek; 10.00 Tijd sein; 10.0110.15 Morgenwijding; 10.3012.00 Ochtend- Muzlek door het AVRO-Kwintet; 12.00 Tijdsein; 12.30 2.00 Concert door het Orkest van het Luxor Palast te Rotterdam; 2.002.30 Halfuur voer de Vrouw; 2.30 3.00 Rustpoos voor zenderverzorging; 3.004.00 Knip cursus door Mevr. Ida de Leeuw-van Rees; 4.004,30 Celle-voordracht door George Roth; 4.30—5.30 Kinder uurtje door Mevr. Ant. van Dijk, 5.30—7.00 Concert door het Rotterdamsch Philharmcnisch Orkest: 615— 6.45 Les vanwege het Onderwijsfonds voor de Binnen vaart; 6.45—7.00 Voortzetting Concert; 7.00—7.E0 En- gelsche les voor Beginners; 8.00 Tijdsein; 8.01—8.E0 Radio-Volks-Universiteit: Muziekcursus; 8309.30 Con cert door het Omroep-Orkest o.lv Nico Treep; 9.20 10.00 Kamermuziek door het Guarneri-Kwartet; 10.00 Nieuwsberichten van Vaz Dias; 10.10—10.45 Aansluiting van het Casino te Den Helder. Uitzending van het Con cert te geven door Dajos Bela en zijn Orkest; 10.45— 12.00 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting. Huizen (298 M.) K.R.O. 8.009.15 Gramofoonmuziek; 11.30—12.00 Godsdienstig halfuurtje; 12.00—1.30 Lunchmuziek door het K.R.O.- Trio; 1.302.00 Gramofoonmuziek; 2.003.00 Vrouwen uurtje; 3.00—3.30 Knipcursus; 3.30—4.00 Verzorging van den zender; 5.00—6.30 Gramofoonmuziek; 6.30—6.45 Ver- bondskwartiertje; 6.457.15 Cursus in Schriftverbete ring; 7.157.45 Lezing; 7.458.15 Pater Borromaeus de Greeve spreekt over: Kerk en Gezag; 8.15—10.45 Con cert door het K.R.O.-Orkest o.l.v. Johan Gerritsen. So list: Th. van Houten (cello); pl.m. 9.00 Nieuwsberich ten van Vaz Dias; 10.4512.00 Gramofoonmuziek. Naar aanleiding van de werkloozenrelletjes te Amsterdam Waar blijven de leiders? Waar zijn die hazen? De communisti sche leiders houden niet van sabel en gimnhistok en blijven liever dirigeeren van hun veilig hoofdkwartier uit. Naar aanleiding van de wekloozenrelletjes in de hoofdstad, geeft het communistisch blad „De Tribune" avond aan avond ophitsende artikelen, met de bedoe ling natuurlijk om de gemoederen tot het uiterste toe op te zweepen. Aan dit geschrijf wordt door de N. R. Ct. het volgende ontleend: „In de voorbereiding van het werkloozencongres op 17 Januari a.s. en in den strijd om de straat voor brood en arbeid" (Spatieering van de N.R.Ct.), „moet de organisatie en de leiding van de werklootzen-comité's en van den R.F. B." zoo schrijft De Tribune „worden opgebouwd en versterkt. Do Amsterdamsche werkloozen hebben hun honger op straat gebracht. Zij hebben het eonig juiste antwoord gegeven op het „redelijkheid"-manifest van de leiders der Vakcentrales het N.A.S. Inbe grepen zij hebben, massaal, gedemonstreerd voor brood en arbeid. Onder leiding van de R.V.O.W.A.C. hebben zij een eerste poging gedaan om het probleem, waarvoor de in verzet komende arbeidersklasse onmid dellijk .wordt gesteld, de verovering van de s t r a a t, op te lossen." En iets verder ln dit heldhaftig proza lezen wij nog: „De dag van Dinsdag heeft de autoriteit van de R.V.O.W.A.C. onder de arbeiders versterkt, heeft het ondubbelzinnig antwoord gegeven aan de pogrom-hetze, die door de leiders van het N.A.S. en van het N.V.V., tegen de R.V.O., en tegen de Communis tische Part ij, die daarin voor. aan marcheert" (Spatieering van de N.R.Ct.) voeren. „Maar ook de gebrefcen zijn scherp naar voren getre den. Er is een groot tekort aan georganiseerde kracht, er is een tekort aan stevige gecentraliseerde leiding, die binnen den kortst mogelijken tijd zullen moeten worden overwonnen. De organisatorische versterking van de Comlté's van Actie, het scheppen van een centrale leiding, die inderdaad de beweging, overal en onder alle omstandigheden kan aanvoeren, is de taak, die op het eerste plan blijft staan." Zoo wordt het volk, aldus geeft de N.R.Ct. het vol gende commentaar hierop, in den strijd „om de straat" door de Tribune opgehitst. Maar waar blijven daarbij de leiders? Waar zijn die hazen? Zij houden zich op hun „commando-hoogten" om een geliefden Sowjet-term te gebruiken schuil. Zij laten zich alleen maar in vergaderingen hooren of houden zich geheel achter de schermen, maar op straat zijn het allesbehalve die lieden wij maken hier een uitzondering voor het gearresteerde communistische Haarlemsche raadslid Oversteegen die „vooraan mar- cheeren". Voor hen, die er behoefte aan hebben, zou men anders wel een glaasje water bij de hand kunnen houden. Zou er geen reden zijn voor Moskou om opnieuw „zelfontledende kritiek" van die leiders te eischen? Wij hebben bij de russificeering van de C. P. H. zelf beschuldigingen van lafhartigheid gehoord uit den mond van voor de Russen kruipende boetvaardigen. Zou er nu niet veel meer aanleiding voor zijn? Ook de aandacht van Het Volk heeft het getrokken, dat de communistische leiders zich te teer gebouwd achten voor sabel en gummistok en telkens juist ergens andera noodig zijn dan waar de klappen vallen. Het blad schrijft: „Het heeft de aandacht getrokken, dat de leiding van deze tot geen resultaat leidende werkloczen-.actie" zoo er al van „leiding" kan worden gesproken berust bij enkele lieden, die in het Werkloozen Agitatie-comité een ondergeschikte rol vervullen en hun opdrachten blij ken te ontvangen, zoowel van de plaatselijke als van de landelijke besturen der Communistische Partij. Waar het echter aankomt op de uitvoering van die opdrachten, welke, zooals in de laatste dagen «vel geble ken is, voor de „demonstranten" niet zonder risico i3, houden die „arbeidersleiders" zich afzijdig. Wij hebben althans den heer David Wijnkoop, die weer tot de Communistische Partij toetrad, omdat hij daar „de massa" wist te bereiken, nog niet aan het hoofd van een groep tegen de politie optrekkende werkloozen gezien En evenmin zagen wij den secretaris van het communistische gemeenteraadslid S e e g e r s o£ den communistischen advocaat mr. S de Jong, als aanvoerder aan den kop van een werkloozentocht hun „massa" aanvoeren. Durven deze leden niet? Is hun body misschien te fijn gebouwd voor de sabels en gummistokken der politie en laten zij die heete kastanjes liever door een stel arme drommels uit het vuur halen? O, zeker, het is veel een voudiger en veel minder gevaarlijk om in een gesloten zaal als woordvoerder voor werkloozen op te treden, zoo als mr. de Jong Maandagavond, en dan nog niet ln Amsterdam, maar in Haarlem deed, of zooals die hes- ren Schal leer en Seegers Woensdagavond in het lokaal „Waterloo." Wij stellen hierbij vast, dat laatstgenoemden, toen de vergadering uitliep en een paar honderd man tegen het verbod der politie in naar den Dam wilden trekken om te demonstreeren, daarbij niet van de partij waren en reeds bij het eerste treffen met de politie nebtf de Oude Hoogstraat ln geen velden of wegen te bekennen waren. De heer Wijnkoop, die ln Kamer en gemeenteraad aan gaande de werkloozenactie allerlei onzin staat uit te brullen, heeft zioh de laatste dagen heelemaa] nergens laten zien. Het zijn wel je helden, die communistische leiders! En dat, terwijl deze lieden den euvelen moed hebben avond aan avond in De Tribune aan te zetten tot hel brengen van de grootst mogelijke onrust ln de stad en tol verzet tegen de politie. Maar zoo besluit Het Volk zij zelf blijven buiten schot" DOOR DE ZON VERBLIND. Ernstig motor-ongeluk te Laren. Donderdagmiddag is op het kruispunt I-Iilversum- scheweg—Nieuwe Rijksweg te Laren de 23-jarige mo torrijder J. B., uit Hilversum, die met groote snelheid op den Hilversumschenweg reed, tegen een vracht wagen, die aan den kant van den weg stond, gere den. In zorgwekkenden toestand werd E. naar het Sint Jans-ziekenhuis vervoerd. Volgens ooggetuigen zou de motorrijder, door het zonlicht verblind, den wagen niet opgemerkt hebben. De vrachtwagen, die toebe hoorde aan de NA*. Houtzaag en Bolvenhoek te Bloe- mendaai, is ernstig beschadigd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 11