Schip Courant
POLDER
WIERINGERWAARD.
DE LANGENDIJKER
GROENTENVEÏLINGEN.
Tweede Blad.
„Christus' kerk tegen
den oorlog."
Dinsdag 10 Februari 1931.
74ste Jaargang. No. Ö813
Vergadering van Dijkgraaf en Heemraden met Hoofd
ingelanden op Zaterdagmiddag 2 uur, onder leiding van
Dijkgraaf Haringhuizen. Waarnemend secretaris de
heer K. Zijp. Allen present
Na opening volgt voorlezing notulen, welke worden
goedgekeurd.
Naar aanleiding der notulen wordt medegedeeld, dat
overleg is gepleegd met den opzichter van het Hoog
heemraadschap, inzake de kluft aan den Westfrieschen
dijk Oostzijde en dat dit gewijzigd zal worden, en dat
de West Barsingerweg verbreed kan worden.
De losplaats aan de Nieuwesluis is in orde gemaakt
eoodat daar nu een flink en vlak terrein is.
Ingekomen stukken.
Ingekomen is ten le een circulaire van overlijden van
den oud-opzichter den heer Breed.
Voorzitter zegt dat in een vorige vergadering reeds
waardeering is uitgesproken voor het werk door wijlen
den heer Breed in het belang van den Polder verricht.
Ter 2e van Ged. Staten onder toevoeging van een
Provinciaal Blad de mededeeling dat aan onzen Polder
over 1929 uit het wegenfonds f 12900 is toegekend.
Ten 3e Goedgekeurd het besluit tot uitgifte van erf
pacht aan den heer P. Voorthuizen.
Ten 4e. Is goedgekeurd het besluit om in eigendom
over te nemen een gedeelte terrein van Mevr. wed. Met-
ee'.aar.
Ten 5e.Mededeeling van het Hoogheemraadschap dat
de bijdrage dit jaar is bepaald voor staat A 1000 gul
den, voor staat B f 1616.97, totaal f 2616.97. De bijdrage
aan het Hoogheemraadschap is van 6 4/10 tot 6 2/10 te
ruggebracht
Ten 6e. Van Gedeputeerde Staten de erkenning der
bijdrage voor dé kanalisatie van Westfriesland ad
t 200, verschuldigd tot 1969 en voor het eerst verschul
digd zoodra het land onteigend is en de eerste werken
ter hand zijn genomen.
Ten 7e. Van Ged. Staten een ontwerp verordening van
't toezicht op de waterschappen. Dit heeft een maand
ter visie gelegen.
Door de vereeniging van waterschappen wordt terzake
van de subsidieering door de Provincie voor het onder
houd van niet op de wegenlijst voorkomende wegen een
opgave gevraagd van die wegen welke naar het oordeel
van 't college op het aanvullend wegenplan behooren
voor te komen. Wegen voor lokaal verkeer komen niet
in aanmerking. In comité zal worden besproken welke
wegen opgegeven zullen worden.
De aanbeveling voor Dijkgraaf.
Wordt aan de orde gesteld. De opmaking van een
aanbeveling voor Dijkgraaf. De heer Haringhuizen is
tot 7 April 1931 benoemd. Na 3 stemmingen luidt de aan
beveling no. 1 de heer 'C. Haringhuizen; nr. 2 de heer
P. J. Blaauboer; no. 3 de heer K. Zijp.
De heer Haringhuizen betuigt zijn dank voor het op
nieuw in hem gestelde vertrouwen.
Idem voor Heemraad.
Voor een aanbeveling van Heemraad wegens perio
dieke aftreding van den heer P. J. Blaauboer luidt de
aanbeveling: no. 1 de heer P» J. Blaauboer, no. 2 de heer
R. Bakker, no. 3 de heer F. A. F. Groneman.
De nieuwe secretaris.
Volgend punt is de benoeming van een Secretaris,
waarvoor een voordracht is opgemaakt met als no. 1 de
heer P. Ree, notarisklerk alhier, no. 2 W. v. d. Wal te
Schagen en no. 3 de heer A. Schouten te Schoorl, vroe
ger alhier. Ter bespreking dezer candidaten gaat men
in comité.
Na heropening wordt de heer P. Ree met algemeene
stemmen gekozen. Salaris is f 400 per jaar.
Dijkgraaf spreekt den wensch uit dat zij aan den heer
Ree een uitstekend secretaris zullen hebben, en zegt dat
het de bedoeling is hem 15 Februari als waarn. secre
taris aan te stellen.
De heer Sleutel heeft nog tot 1 Juli ziekteverlof. In
verband dat de heer Ree des Zaterdagsmorgens niet op
't kantoor kan zijn, wat eerst als voorwaarde was ge
steld, zal de instructie eenigszins worden gewijzigd.
Door den heer H. K. Koster wordt opgemerkt dat het
Jammer is ge^/cest dat aanvankelijk die voorwaarde
werd gesteld, wat ook reeds door spreker in een vorige
bijeenkomst werd opgenoemd. Het had kunnen gebeuren
dat dit ook voor anderen een bezwaar was en daarom
niet hebben gesolliciteerd. Ook enkele andere leden zijn
het hier mee eens.
Dijkgraaf is nu ook van meening dat het wél achter
wege had kunnen blijven, doch men had er dan toch
evenals de heer Ree met hem over kunnen spreken.
Voor de verkiezingen werd nog door den Dijkgraaf
medegedeeld dat voor de opslagplaats aan 't Zand een
aanvang is g&weest om het een jaar te huren met recht
van koop.
't Dag bestuur vraagt machtiging om het voor een
Jaar te verhuren. Allen voor.
Inmiddels is er nog een tweede aanvraag binnenge
komen om 't te huren.
Een salaris regeling.
Punt 5 is een voorstel van D. en H. tot salarisregeling
voor de gecombineerde betrekkingen van tijdelijk op-'
richter en machinist.
De heer Kooister verwijdert zich. Dijkgraaf licht toe
dat het Dag. bestuur volgens ondervinding een goede
ervaring hebben, dat beide functiën door een persoon
worden waargenomen. Nimmer is gebleken dat bij een
van beiden stagnatie werd ondervonden.
Dit wordt nader uiteengezet door het voorlezen van
het totaal gebruik Dag- en nachtstroom in de maanden
November en December vanaf 1926. Het Dag. Bestuur
stelt voor een salaris van f 2000 of f 2080 met aftrek
van f 80 voor vrije woning voorloopig voor den tijd van
een jaar.
De heer Groneman informeert naar t verschil in sa
laris van voorheen en thans.
Voorzitter zegt dat de pensioengrondslag van den heer
H. Kok f 1635 is en het salaris van den heer Breed f 1000,
alzoo f 26S5. Het geeft dus op deze manier voordeel.
Het voorstel van 't Dag. bestuur wordt met algemeerto
stemmen aangenomen.
Een woning bij *t gemaal.
Dan wordt voorgesteld tot niet herbouw der opzichters
woning en tot stichting van een woning bij het gemaal.
Dijkgraaf zegt dat het afgebrande huis van den oud
opzichter geassureerd was voor f 7500. Hiervan is afge
trokken voor afbraak f iQl/ plus f 71 kosten, zoodat ont
vangen is f 7029. Waar er geen reden is om later belde
fuactien weer door twee personen te laten doen, vindt
't Dag bestuur wederopbouw niet gewenscht. De bedoe
ling is dan om alles tot aan 't magazijn zwart te maken
voor tuingrond.
Na eenige discussie aldus besloten.
Over het voorstel verbouw of nieuwbouw bij het ge
maal wordt langdurig gediscuseerd. Van beiden wordt
een teekening ter tafel gebracht. Uit de uitvoerige toe
lichting blijkt dat het verschil tusschen verbouw in het
Ketelhuis of een nieuw gebouw daar ter plaatse te klein
is om niet met een voorstel te komen tot nieuwbouw.
Het verschil zou volgens ruwe berekening ongeveer f 500
bedragen.
Besloten wordt om een nieuw gebouw te stichten.
Aangezien van het bedrag dat ontvangen is van de as
surantie Maatschappij nog een behoorlijk bedrag over
blijft, wordt nu tevens voorgesteld om ook het machine
gebouw bij diezelfde gelegenheid op te knappen.
Op het oogenblik kan men 't met een groote kachel
ook nog niet warm krijgen en omdat het thans elec-
trisch wordt gebruikt, is *t mogelijk er een lichte
zolder in te maken. Dit is wel van belang en 't Is ook
economisch. Men heeft veel minder brand noodig en
in den winter heeft men minder last met de bemaling.
De heer T. Wonder informeert of er dan niet meer
brandgevaar is.
Voorzitter en Opzichter lichten toe,, dat dit niet 't
geval is.
Na eenige discussie wordt ook hiertoe besloten.
Dan deelt Dijkgraaf mede, dat in 1896 met wijlen
den heer Breed een overeenkomst is aangegaan, om bij
vertrek of overlijden de brongas-installatie tegen
taxatie over te nemen. Wij zullen dus thans aan die
overeenkomst moeten voldoen. Het is door 3 deskun
digen getaxeerd, met uitslag dat het gemiddeld be
drag f 121.70 bedraagt
De heer Groneman informeert wat er mee gedaan
zal worden.
Voorzitter zegt, dat 't misschien nog kan worden be
nut en we naar bevind van zaken kunnen handelen.
Dan komt in bespreking een voorstel tot vervanging
van de brug in den Noord-Zijperweg aan den Slikken
dijk door een betonduiker, zoo mogelijk over de hoofd
vaart tusschen de Tweewegen en in bat verlengde van
den Oudesluizer weg. De vraag komt naar voren of dit
uitvoerbaar ls voor de schipperij en ook is nog niet
bekend, hoe de Provinciale weg zal komen. Het Dag.
Bestuur vraagt machtiging om naar bevind van zaken
te handelen.
De heer H. K. Koster wil eerst zwart op wit hebben
van den heer Reigersman, hoe de nieuwe weg zal
loopen.
De heer Groneman wil voor en aleer we daaromtrent
zekerheid hebben, eerst maar repareeren
Voorzitter licht toe, dat alles nu toch drooggemaakt
moet worden, waardoor 't veel goedkooper wordt.
Na breedvoerige discussie wordt tot stemming over
gegaan. Het voorstel wordt met 10 tegen 5 stemmen
aangenomen. De heeren H. K. Koster, T. Wonder,
J. A. Bakker, C. J. Blaauboer en R. Bakker stemden
tegen.
Voorzitter wil wel de verzekering geven, dat 't Dag.
Bestuur met alle voorzichtigheid zal handelen.
Verder komt een voorstel tot het leggen van een
wegdek van Bristar perfier, ter dikte van 4 cAf. op de
Tweewegen. Het Dag. Bestuur heeft een bezoek ge
bracht aan St Maarten, alwaar men een zeer goeden
indruk heeft gekregen. Op die manier schijnt het veel
beter te voldoen dan teeren, en ook de Prov. Water
staat geeft daaraan de voorkeur. Ook in 't Westland
worden de wegen grootendeels op die manier behan
deld. Na nog meer uitvoerige toelichting wordt mach
tiging gevraagd om naar bevind van zaken te hande
len. In ieder geval krijgen we dan eer. goed gesloten
wegdek en hebben nog d i t voor, dat we een gedeelte
uit het wegenfonds terug krijgen.
De heer C. J. Blaauboer vraagt naar het percentage
wat terug werd ontvangen. Op deze vraag wordt in
comité antwoord gegeven.
Verder zou de heer C. J. Blaauboer deze behande
ling liever in twee jaar doen.
Voorzitter, meent, dat het voordeeliger is om alles
in eens te doen.
Heemraad P. J. Blaauboer zegt dat hij er altijd tegen
ls geweest, doch is nu versterkt, dat de bijdragen zoo
meevallen en ls daarom nu ook mee gezeild.
Ten slotte wordt de gevraagde machtiging verleend.
Hierna volgt de begrooting.
Algemeene beschouwingen nihil.
Vooraf worden door den Dijkgraaf eenige toelichtin
gen gegeven, vooral wat betreft het groote saldo. Daar
in zit nog een bedrag dat aan de Ned Basalt Mij. be
taald moet worden en aan den heer C. Dekker voor de
brug. Daarom geeft de begrooting niet direct een juist
beeld. De omslag is niet verhoogd, ondanks er veel
werk is gedaan. Langzamerhand moeten we komen
tot lagere onderhoudskosten. Aan brongasrecht wordt
f 610 minder geheven, omdat D. en H. voorstellen het
bedrag van f 15 tot f 10 terug te brengen.
Allen gaan hiermee accoord.
De post onvoorzien is f 915 minder. Ook de pensi
oenbijdrage wordt minder. In verband hiermee wil 't
Dag. Bestuur aan de vergadering voorstellen, om P.
Bakker te ontheffen van de verplichting om de pensi
oenbijdrage, zijnde f 88.41, voortaan te voldoen. Bakker
kan er niet veel meer bij verdienen, zoodat dit voor
hem een aardige tegemoetkoming is.
Algemeen goedgevonden.
Dijkgraaf zegt. dat Bakker juist Dinsdag jarig is en
dan hij dit in de courant kan lezen en 't als een mooi
verjaringscadeau beschouwen.
Na de geheele begrooting artikelsgewijze te hebben
voorgelezen en toegelicht, wordt deze zonder eenige
op- of aanmerkingen vastgesteld op een bedrag in
ontvangst en uitgaaf on f 140837.50, met een post voor
onvoorzien ad f 12181 75.
De heer Koster verlaat de vergadering.
Dan volgt nog regeling van enkele geldleeningen.
Machtiging wordt verleend om de leeningen van
f 10.000 en f 5000 te plaatsen bij de Boerenleenbank in
rekening-courant en de leening van f 44500 bij een an
der aan te gaan tegen een rente van ten hoogste 4%
af te lossen in 10 jaar.
Nadat de heer W. J. Los eenige veranderingen heeft
voorgelezen betreffende de eigenaars van land, wordt
de omslag bepaald op f 14 per H.A. Dit wordt dan
f 23635.44. Betalingstermijnen evenals vorig jaar.
Het laatste punt is een voorstel om de woning, thans
nog bewoond door Mej. Wed. Rietvink, eri die naar
Wieringen gaat vertrekken, onderhands te verhuren.
Aan 't Dag. Bestuur wordt machtiging gegeven, deze
woning te verhuren.
Rondvraag.
De heer R. Bakker vraagt of de slooters van de
Oostputten, die hier en daar den boel stuk steken en
zoo laten liggen, dit weer in orde moeten maken.
De Opzichter licht toe, dat hij er reeds over ge
sproken heeft 't Zal dus wel in orde komen.
De heer K. K. Kaan zegt, dat er op den Sluizerweg
en Molenweg hier en daar kuilen komen en zou 't
gewenscht vinden, deze zoo spoedig mogelijk te dichten.
Dijkgraaf zegt dat reeds lang op mooi weer wordt
gewacht
De heer Groneman wil 't voorloopig evengoed dichten
om 't dan later beter te doen.
Ook hierover nog een tamelijk lange discussie met
uitslag, dat 't zoo spoedig mogelijk zal gebeuren.
De heer K. Kater noemt den Oudesluizerweg op, die
heel slecht ls.
Voorzitter zegt, dat deze aan de beurt is.
De heer Groneman wil de sohoeiingen om de gebou
wen wat hooger houden, wat door hem reeds 2 jaar
geleden is opgenoemd. Dit zal in Dag. Bestuur wor
den besproken.
De heer C. J. Blaauboer zegt, dat 't besluit nu is
genomen om den weg te vervolgen en wil 't Dag. Be
stuur in overweging geven, vroeg te beginnen.
Dijkgraaf zegt. in Juni te willen beginnen.
Verder noemt de heer Blaauboer den Barsingerweg,
alwaar op sommige plaatsen de teer uit de wielslagen
is. Was er nu eerder geteerd, dan was dit niet gebeurd.
Zal nagezien, worden.
De heer Wonder vraagt grint voor de kluften.
Voorzitter zegt, dat 't Dag. Bestuur besloten heeft
voor den heer J. Mooij puin en voor de andere basalt.
Ook vraagt de heer Wonder voor 't onderpad bij
den heer E. Kooij.
Het is nu bijna half acht geworden, wanneer sluiting
volgt, met den wensch dat de belangrijke genomen be
sluiten in het belang van den Polder zullen zijn.
Als propaganda voor de kortgeleden gestichte „Ge
reformeerde Vereeniging voor Daadwerkelijke Vre-
desactie" heeft de heer II. L. van Bruggen bij den uit
gever Schermer te Bolsward een kwartjesbrochure
uitgegeven onder bovenstaanden titel.
Van anti-revolutionnaire zijde wordt wel eens be
weerd, dat oorlog op grond van het Oude Testament
overeenkomstig Gods wil is. Dan moet het. zoo zegt
de heer van Bruggen, ook maar uit zijn met het ge
bazel over humane oorlogsvoering, want naar de
letter van O. T. is er van menschelijkheid in den oor
log van Israël's tijd geen sprake. Letterlijk vervolgt
hij:
„Nietwaar, dan is het dwaashp:d, wanneer mij
verboden wordt met dum-dum-kogels te schieten; dan
is het dweepziek te oischen, dat ik mijn naaste niet
mag dood-gassen; dan is het nonsens te verlangen,
dat ik mijn onbekenden vijand niet mag uiteen-
scheuren door bom of handgranaat. Dan is het kwe
zelen, wanneer ik spreek over hulp aan die arme
gewonde en stervende soldaten
Neen, dan heeft Von Bulovv gelijk, die zijn vijand
bijkans in twee stukken kliefde en toen met een lan
gen tevreden blik op het lijk van zijn verslagen vijand
neerzag. Misschien heeft hij we! gebeden: „Heere.
ik dank u, dat ik niet ben gelijk deze gekliefde
mensch."
Nietwaar, dat is consequent het Oude Testament
naar de letter. Dan kan de Volkenbond wel naar huis
toe gaan; dan zijn alle conventies malligheden. Dan
ga men ten oorlog en men moorde heel het vijandelijk
leger uit; niemand geve men pardon; den gewonde
stoote men drie tot vier maal de bajonet in het li
chaam, dat hij toch maar niet herstelle; dan moorde
men alle vrouwen uit; den grijsaards klieve men den
eerwaardigen schedel; de kinderen jage men zonder
pardon in den dood. En den zuigelingen sla men de
weeke hersenpan tegen den muur te pletter. Dat is
consequent naar de letter van het Oude Testament:
die lieve, kleine wurmen, die met tintelende oogen
en kraaiende stemmetjes naar 't leven grijpen en met
uw revolver zouden spelen, die sla men te pletter!
Dat is consequent: men doode al het vee, men ver
brande aller eigendom, zoodat het land één woeste
vlakte wordt.
Zoo is immers de letter van het Oude Testament?
Sla uw Bijbel er maar op na.
Met dat al is het nu wel duidelijk, dat het een
aanranding van de eere Gods is, wanneer ik poog
op grond van de letter van het Oude Testament een
De lang verwachte vorst gekomen, maar
helaas nog geen noemenswaardige prijs
verhouding weinig vraag uit het buiten
land nog groote voorraden in Duitsch-
land regelmatige aanvoer van roode
kooi vrij stationnaire prijzen, lager ech
ter dan eenige weken geleden weinig
verandering in de prijzan van gele en
witte kool uien iets beter op het eind
der week idem peen bieten goede
prijzen.
Het onderwerp van den dag aan Langendijk is
heusch niet een delibircercn over de revue: 't Zal wol
gaan, maar de bespreking van de vraag: Zal het wel
gaan? En dan bedoelt men er mee de vraag te stel
len, of, nu de winter zijn intrede heeft gedaan in
koolland, ook de verhoogde prijzen zullen komen,
die lang verwacht werden en op wetfkc gehoopt word
met een brandend verlangen, zoo hevig, dat het den
angst verried, die bij het stellen van deze vraag tot
uiting kwam. De algemeene opnie was, dat bij flink
winterweer de kool ontegenzeggelijk in prijs zou stij
gen. De ervaring heeft dit geleerd en het is dus geen
al te gewaagde veronderstelling, deze verwachting
ook nu als vrij zeker uit te spreken. Tot op het oogen
blik is er intusschen nog niet veel van verhoogde
prijzen te bemerken en voor de verschillende kool
soorten en uien maakt men nog niet, wat men eenige
weken geleden kon bedingen. Als men dan rekent het
gewichtsverlies en den arbeid, aan schoonhouden be
steed, dan is het dus met den tegenwoordigen prijs
nog verre van rooskleurig. Trouwens de verwachte
prijsstijging komt niet in één of twee dagen, ook dat
is wel bekend. Doch men houde er rekening mee,
dat het tegenwoordig niet zoo op rolletjes loopt, ook
niet met in normale omstandigheden werkende oor
zaken, als in gewone tijden. Alles schijnt zoo'n beetje
uit zijn voegen. Vandaar dat men wijs doet, voorzich
tigheid in acht te nemen bij het doen van voorspellin
gen. In gewone tijdsomstandigheden, toen Duitsch
land zijn protectionisme nog niet bot vierde op een
wijze als tegenwoordig en de Duitsche tuinbouw nog
nog niet die vlucht had genomen, tot welke hij nu
is gestegen, was men er zeker van dat, bij het in
treden van den winter, bij vriezend weer of sneeuw,
de vraag uit Duitschland naar onze verschillende
koolsoorten levendiger werd, doch op hot oogenblik
heerschen daar andere toestanden. We spraken perso
nen, die zich op de hoogte hadden laten stellen van
de voorraden, welke hij onze Oostelijke naburen nog
aan kool aanwezig zijn. Het was hun daarbij bekend
geworden, dat in het bijzonder in Holstein, nog be
langrijke hoeveelheden kool zitten, zoodat men voor
loopig niet moet venvachten, dat de export naar
Duitschland groote afmetingen zal aannemen, tenzij
de winter lang aanhoudt, en het koolverbruik groo-
ter wordt. In de Duitsche koolstreken staat de tech
niek bij het bewaren van kool nog wel niet op de
hoogte als aan Langendijk en omstreken, doch meer
en meer gaat men ook die richting uit en het be
waren van kool in boeten of schuren begint meer in
zwang te komen. Met dit alles willen wc maar zeg
gen, dat het geen verwondering wekt, dat Duitsch
land nog maar zwakjes aan onze veilingen verschijnt.
Ook in andere landen schijnt men niet veel gebrek
aan onze stapelproducten te hebben; de uitvoercijfers
gepubliceerd door het Centraal Bureau van de Sta
tistiek wijzen daar onmiskenbaar op. Ook Amerika
blijft weer van de veilingen weg. Dat is mis voor d
houders van witte en roode kool. Hooge invoerrech
ten doen afbreuk aan een gezonden, regelmatigen
handel en laten voor de Langendijker tuinders alleen
dan een redelijken prijs over, als er groot gebrek aan
onze kool is. Blijkbaar is de toestand van groot ge
brek nog niet ingetreden.
De onderhandelingen, welke door de economische
commissie uit Duitschland en Nederland zijn aange
vangen, hebben de hoop onzer tuinbouweTs verleven
digd, dat men nog de kans heeft, dat eenmaal het
fatale van den taricvcnoorlog zal worden ingezien.
Voor dit winterseizoen moet men er echter niet op
motief te vinden voor het misdadig nietsdoen tegen
den qorlogsgeest: Of durft men soms de stelling aan,
dat God den wereldoorlog heeft gewild, zooals Hij
ook bevel gaf aan het volk Israël, tegen het heiden
dom oorlog te voeren? En was de wereldoorlog soms
óók een strijd tegen het heidendom? Of is het niet zóó,
dat de Christelijke volken hun heidensche onderda
nen uit de Koloniën hebben gehaald om ze tegen
mede-Christenen in den oorlog te brengen?"
Aan het adres van een gereformeerd predikant,
die hem gezegd heeft, dat hij niet bidden mag om
„nooit meer oorlog", voert de heer Van Bruggen aan:
„Mag ik daar niet om bidden?! Vraag dat eens, do-
miné, aan ouders, die hun jongens in den oorlog zijn
kwijtgeraakt, of ze voor hun ieven verminkt hebben
thuis gekregeu! Gods Raad wederstaan, neen, dat
wil ik niet. Maar aangezien ik niet in Gods Raad
vooruit kan zien, mag ik elk oogenblik van den dag
verzuchten: „O God, nooit meer oorlog!'
Bovendien: In Gods Road staat ook vast, dat aller
lei vreesëlijkc ziekten.de menschheid zullen teisteren;
die zijn met de oorlogen door Christus voorspeld.
Dan mag ik ook niet bidden of de wereld bewaard
mag worden voor zulke teisterende ziekten. Ja, ster
ker nog: heel de medische wetenschap, die elke be
smettelijke ziekte toch onmogelijk wil maken, ten
minste het epidemisch karakter wil voorkomen,
is dan zondig, want die wil dan ten slotte ook Gods
Raad wederstaan!"
Ook komt de heer v. Br. in verzet tegen den leger-
predikant ds. Petersen, die m een vergadering van
den Ned. Militairenbond durfde zeggen:
„Over het algemeen zijn de anti-militairisten op
pervlakkig in hun denkbeelden en komen de mees
ten telkens aandragen met de oude argumenten over
naastenliefde, gij zult niet dooden, het zwaard van
Petrus, enz.
Hiertegen voert de heer v. Br. aan:
„Neen, ds. Petersen, die schrikkelijk-oppervlakkige,
dat zijt ge zélf! Dat zijn wij allemaal geweest, die
jaar in jaar uit elkaar maar hebben nagewauweld en
gelukkig, dat er kentering is gekomen. Het is het te
gendeel van oppervlakkigheid, wanneer de Christen
gaat inzien, dat oorlog en Christendom niet samen
ku n n e n gaan.
En wat liefdeloos klinkt heel dat oordeel van ds.
Petersen. Geen greintje liefde is e- in te vinden; min
achting en verachting voor degenen, die uit overtui
ging zich tegen den oorlog daadwerkelijk willen ver
zetten, spreekt alleen uit dat militair-„herderlijk"
woord
Goddank, dat diezelfde ds. Petersen moest verkla
ren, „dat onder onze jongemannen, bijzonderlijk on
der de Christelijke onderwijzers zijn, d,ie in het anti
militaristische zog meevaren."
God beware ons er voor, dat gedaan wordt wat
ds. Petersen wil, wanneer hij zegt: „Wil men het anti-
militairisme bestrijden, dan dient men reeds op de
catechisatie te beginnen."
Wat een schande! De kinderen zullen al toegeslo
ten moeten worden voor het woord, dat toch ook uit
echt-Christelijke kringen opklinkt en dat oorlog een
misdaad durft noemen. Zou ds. Petersen, maar niet
een stapje verder gaan en hetzelfde propageeren wat
één zijner Duitsche collega's voor enkele jaren toe-
paste, nl. zijn jongenscatechisanten met het pistool
lecren schieten?!
Ik versta zulk Gereformeerd Christendom niet
meer!"
rekenen, dat de onderhandelingen nog van invloed,
zullen zijn, daar deze gedachtenwisselingen ongetwij
feld den weg gaan van alle internationale onderhan
delingen, d.i den weg van bespreken, overwegen,
wijzigen, welk trio in verschillende stadia regelmatig
terugkeeren, met het gevolg, dat er een lang tijdperk
verloopt, tusschen begin en zijn beslag krijgen. Afge
scheiden van deze overweging, lijkt het nógde "feroote
vraag, of agrarische quaesties wel een onderwerp van
bespreking zullen uitmaken, zoodat de verwachtingen
al heel laag gespannen moeten zijn.
Met den aanvoer van roode kool gaat het heel nor
maal; in vergelijking met vorige jaren, gelet op do
geringe voorraden van thans, wordt er goed aange
voerd. Trouwens, dit moet ook wel, daar veel van wat
ter veiling komt, moet worden opgeruimd. Beste kool
komt er nog heel weinig. Was de algemeene verwach
ting, dat bij dit winterweer de prijzen flink zouden
stijgen, helaas is deze verwachting teleurgesteld. Zoo
werd Dinsdag aan de veiling van den Noordcrmarkt-
bond voor eerste soort kool f3.20f6.20 besteed, Vrij
dag, nadat het dus al enkele dagen vroor f 3.90f 5.90.
Te Broek op Langendijk werden Woensdag prijzen
besteed van f 2.40—f 6.20, Zaterdag f2.20f6.10. De
allermooiste kool bracht dus rond f 6.op; daaron
der behoorden ook die van flinke groote. De heel
groote deden ongeveer f4.Voor afwijkende quali-
teit werd f 1.80f2.10 betaald. Als men bedenkt, dat
in de eerste weken van Januari over de f7.voor
het mooiste goed werd besteed en men let dan op het
gewichtsverlies en den arbeid, aan het schoonhouden
besteed, dan is het duidelijk, dat de opbrengst heel
wat minder is dan enkele weken geleden. Dat iets
dergelijks valt te constateore'n hij het meest uitge
zochte weer voor Langendijk, wijst er op, dat er in de
economische verhoudingen in Europa heel wat ver
stoord is. Aan de Broeker veiling werden 31 spoorwa
gens, aan die van den Noordcrmarktbond 75 spoor
wagens aangevoerd. Was de noteering van gele kool
aan de veiling van de L.G.C. den eersten dag der
vorige week f2.10f3.40, deze week was die f 1.40
f3.In den loop der week kwam er eenige verbete
ring. Aan de veiling van den Noordermarkt werd
Dinsdag f 2.3013.betaald, Zaterdag f2.40f3.90.
Dit is de hoogste prijs welke deze week te Noord-
scharwoude werd besteed; te Bror'k werd slechts een
maal f3.80 betaald, eenmaal f3.60, zoodat de maxi
mumprijs over t geheel ïict ver boven de f3 lag.
Voor gele kool van afwijkende qualiteit werd van.
f 1.40f2 betaald, al naar de grootte en den graad
der afwijking. De prijzen van de gele kool vielen bij
zonder tegen. Het is in het hijzonder deze kool, die
veel gevraagd placht te worden bij koud weer. Ook
dit feit wijkt dus van den gewonen regel af. Wc ver
namen, dat er in het begin derzer week nog groote
hoeveelheden ïtaliaansche bloemkool in ons land
werden ingevoerd. Dit kan vrij geschieden, zonder be-
talin r van invoerrechten, terwijl bij uitvoer onzer
bloemkool hooge invoerrechten moeten worden be
taald. Ongetwijfeld zal hij deze vorst de invoer wel
ophouden en is er een factor aanwezig, die prijsver-
hoogin~ der geile kool tot gevolg heeft. De aanvoer
aan de Broeker veiling bedroeg ruim 39 spoorwagens,
aan de veiling van den Noordermarktbond ongeveer
30 spoorwagens.
Er was maar weinig afwijking in de prijzen der
Deensche witte kool, vergeleken met die der laatste
weken. Voor de mooiste van de kleine sorteering
werd godurende de heele week van f 3.30f 3.70 be
steed. Groote Denen brachten iets minder dan f3.—
op. Voor afwijkende qualiteit werd van f 1.60f2.20
betaald. Er werd van deze nog heel wat voor de zuur-
koolfabrieken gokocht. Aan beide veilingen werden
65 spoorwagens aangevoerd.
Werden in den winter van 1928 op 1929 uien ver
kocht voor f 20 en brachten bevroren uien toen nog
tot f 14.per 100 K.G., dezen winter, en nu ook weer
deze week, brachten de mooiste f2.op in maxi,
mum' Veel werd zelfs verhandeld voor f 1.40f 1.60.
Voor grove uien werd in het begin der weck f 1.60
f2.betaald, later kon van f2.10f2.90 worden ge
maakt. Drielingen noteerden van f0.90fl.60, ter
wijl nep f 1.70 opbracht. De aanvoer beliep 23 spoor
wagens.
Peen steeg iets in prijs; op het laatst der week
kon f2.30f2.50 worden gemaakt, in het begin
fl.80-f2.10.
Bieten brachten f4.40f4.60 op.
Voor spruit kool werd 117.per 100 K.G. betaald.