RADIO SchagerCourant RUDY WAYNRQRN'S AVONTUUR. Radioprogramma Tweede Blad. De grootste concurrent va n Zeppelin. Practische wenken voor Radio-amateurs. Donderdag 19 Februari 1931. 74ste Jaargang. No. 8819 BIJ DEN 70EN GEBOORTEDAG VAN AUGUST VON PARSEVAL. „De gekke graaf die wil vliegen." Door Kapitein C. L. DOORMAN. In 1887 deed een Wurttembergsche gepensionneerd generaal, Graaf Zeppelin, iedereen versteld staan door zijn koning een memorie aan te bieden, waarin hij een groot luchtschip als het beste transportmiddel voor soldaten, oorlogsmateriaal en springstoffen voor groote afstanden aanvaardde; men kon dan zonder (bezwaar gebergten en wateren oversteken en het luchtschip zou bovendien nog in vredestijd gebruikt kunnen worden voor ontdekkingsreizen, b.v. naar den Noordpool of naar het binnenland van Afrika. Daar mee legde hij zelf den eersten steen voor den toren van anecdotes, die zichzelf optrok om den persoon van den gekken graaf die wil vliegen. Hoe het plan ontvangen weTd. Hij deed dan ook wel anders dan een ander. Er werd wel eens over luchtschepen gepraat en in Frankrijk had men er zelf eens een gebouwd, maar daarmee kon men niet vliegen. En in alle landen (betoogden geleerde professoren, dat een bestuurbare luchtballon de grootste onzin was. Waarom leefde die man toch niet rustig van zijn pensioen! En de oude graaf was nog niet eens de eenige dwaas. Er waren nog meer van die warhoofden. Technische fantasten. Voor die kwam het er minder op aan, dat zij zich met iets geks ophielden. Dat waren geen graven en ook geen generaals. Bovendien waren zij ook niet zoo ab soluut gek. Men zou hen gematigde krankzinnigen kunnen noemen, die niet dadelijk dachten aan den Noordpool en aan reuzenluchtschepen, maar die niet meer in het algemeen de mogelijkheid overwogen, om op eenige wijze nog eens te vliegen. Een van die gematigd krankzinnigen was August von Parseval, een jong Beiersch officier, die zich al voortdurend had bezig gehouden met fantastische ont werpen van vliegmachines en luchtschepen. Deze wist gedaan te krijgen, dat hij bij de nieuwe luchtvaart- afdeeling geplaatst werd. Die luchtvaartafdeeling was ook al een product van onverantwoordelijk optimisme en haar hoogdravende naam was onjuist ook, want men nam alleen maar af en toe proeven met lucht ballons, die aan zware kabels lagen; veel resultaat hadden de proeven niet en de luchtballons vlogen ook al niet zooals men het graag had gezien. August von Parseval. Uit militair oogpunt bezien was de instelling van die afdeeling toch goed, want de gematigde krank zinnigheid der jonge officieren, die daarbij werk zaam waren, werd er nog wat meer gematigd en zij werden gedwongen tot geregeld werk. August von Parseval moest zijn hoogdravende ontwerpen thuis laten en was blij, wanneer hij opdrachten kreeg, die practisch uit te voeren waren. Hij maakte door zijn (grondige kennis van de natuurkunde een goeden in druk bij den instructeur Bartsch von Sigsfeld, de be roemde ballonvaarder van dien tijd met het meeste wetenschappelijke inzicht in zijn werk. De uitvinding in 1893. Parseval werd zijn meest geliefde leerling, en toen hij hem niets meer leeren kon, zijn medewerker. Zoo (hebben zij in 1893 samen den eenigen bruikbaren vastliggenden ballon uitgevonden, die vooral als mid del ter verkenning alle legers der wereld onschat bare diensten heeft bewezen. Een beter begin kon Parseval zich niet wenschen, want hij werd nu niet meer gerekend oiv'er de fantasten, doch onder de mensohen, die in de praktijk wat gepresteerd hadden, zoodat men naar hem luisterde en hem wat durfde toe te vertrouwen. Met von Sigsfeld was hij de eenige vakman in het groote gezelschap van leeken, die zich in dien tijd met het uitvinden van luchtschepen bezig hielden. Bovendien had de ballon hem een klein ka pitaaltje aangebracht In 1902 ontviel hem zijn vriend en leermeester door ©en doodelijk ongeluk. Hij ging echter steeds voort met het verbeteren van zijn ontwerpen en zoolang de tijd er niet rijp voor was, wachtte hij zich voor over ijlde proefnemingen. Hij wist, dat ei nog geen motor Kort verhaal Mijnheer Sulvich verheugde zich ten zeerste in den aangenamen omgang met een chique-gekleedcn jon gen man, tijdens zijn reis aan boord van een oceaan- stoomer. Spoedig na de afvaart uit Southampton hadden ze kennis gemaakt en nadat zij intiemer met. elkaar waren geworden, had hij aldra vernomen, dat zijn jeugdige metgezel, de heer Rudyard Wayborn, afkomstig was uit Wales, waar zijn vader een groo' landgoed bezat. Doordat hij niet te opzichtig en luxu eus wou reizen, had hij zich gewoon als tusschpndeks- passagier laten inschepen. Hij was werkzaam aan een archaeologisch museum en schilderde. De dagen gingen in wederkeerige belangstelling en interessante conversatie voorhij en voor ze het ver moedden, was Tanger reeds bereikt en wiegden ze weldra over de schuin-rollers van de Oude Wereld zee, die zonne-bliksemend haar wijde verten voor hen openspreidde. Er koersten eenige blank-getuigde sche pen over het water en soms zag men de rookpluimen van een groot stoomschip opwolken. Toen ze zoo eens in vage mijmering over de golven zaten uit te staren, kwam vrijmoedig een gracieuze dame in luchtige zomerkleedij op Sulvich toetrippelen. Deze groette haar 'en stelde zijn beide kennissen aan elkaar voor. Daarna nam hij een ge reserveerde en hooghartige houding aan, die een on miskenbare ontstemming opwekte bij Wayborn, want deze was juist een personificatie van vormelijk heid en distictie. Maar zij stoorde zich geenszins aan Sulvich, wierp zoo nu en dan eens een terloopsche blik naar hen, doch praatte voortdurend en geani meerd met den ander, die zich daardoor buitenge bestond om zijn luchtschip voort te bewegen en hij wachtte rustig op dien motor. Dat wachten duurde tot 1905. De gekke graaf Intusschen was de gekke graaf te Friedric/hshafen allang aan het werk gegaan, alle hindernissen ten sr)ijt. Hij zag als leek ook minder hindernissen dan Parsevai als vakman. Hij zag alleen de hindernissen, die zijn aangeboren begrip van de zaak niet te boven gingen en die hij dus kon overwinnen. Hij maakte een drijvende hangar en bouwde daarin zijn lucht schip met geraamte, zonder dat hij nog precies wist, hoe hij het moest besturen. Hij probeerde maar. In den herfst van 1905 was het luchtschip klaar en het vloog ook, maar met den wind mee en niet in de richting, waarin de graaf het wenschte te sturen. De motoren waren te zwak en het stuur absoluut onvol doende. Al het enthousiasme van den leek had niet geholpen; hij moest ophouden, waar de vakman zou beginnen. Parceval's prachtische luchtschip. Nu kwam die vakman, n.1. Parseval, te voorschijn met een heel klein luchtschip, dat er lang niet zoo indrukwekkend uitzag als de Zeppelin. Maar hij bouwde het als man der praktijk en met het oog op de praktische waarde ervan. Zijn luchtschip was de reeds bekende luchtballon, alleen lag het niet meer aan een touwtje. Het was bij uistek geschikt voor het leger, men kon het opvouwen en op een treinwagen vervoeren, doch het miste den grootschen opzet van Zeppelin, die toen reeds droomde van een wereldver keer door de lucht. Er wat het voornaamste was: de Parseval vloog! De eerste vlucht op 26 Mei 1906 was een succes en nu volgden de successen elkaar op. Parseval had het eerste werkelijke bruikbare lucht schip gemaakt. De Parseval is een luchtschip zonder geraamte. Het behoudt zijn vorm door den inwendigen druk van het draaggas en deze druk wordt geregeld door twee ballonnets of luchtzakken, die al naar de behoefte op geblazen kunnen worden. Parseval heeft reeds zijn eerste luchtschip voorzien van een groot aantal kleine gascelletjes, waardoor het inderdaad luchtvaardig werd. Hij hing cie gondels op aan katrollen. Als de motor aansloeg, wipte het schip niet met zijn neus omhoog, zooals de andere luchtschepen deden. In- plaats daarvan bewoog de gondel zich naar voren, waardoor het luchtschip bij den neus zwaarder werd; de schok bij het aanslaan van den motor werd voor komen. De luchtschroef van Parseval bestond slechts uit geweven stoffen. De bladen waren alleen aan de uiteinden door metaal bezwaard. Zij spreidden zich door de middelpunt vliedende kracht vanzelf uit en werkten beter dan de metalen schroeven uit dien tijd, die zeer zwaar waren en gemakkelijk braken. De tweede en derde Zeppelin. Intusschen bouwde Zeppelin zijn tweede en derde luchtschip en eindelijk had hij ook succes, al was zijn succes niet evenredig aan het geld, dat hij voor zijn luchtschepen uitgegeven had. De kleine en goed- koope Parsevals waren nog altijd sneller en practi- scher dan de groote en dure Zeppelins, maar de Zep pelin was meer decoratief en werd door het groote publiek meer bewonderd, hoewel de mannen van het vak meer voelden voor de Parseval. Later heeft de ontwikkelingsgang der Zeppelins ook aangewezen, waarin hun kracht lag. Het systeem van Zeppelin is het eenig mogelijke voor luchtschepen met een in houd van 100.000 M3. en meer, doch het is dan'ook alleen bij luchtschepen van die grootte rendabel te maken. Het is bekend dat de „Graf Zeppelin" ook nog te klein is om te rendeeren. Dit komt, doorda* bij luchtschepen met een inhoud van minder dan 100.000 M3. het geraamte naar verhouding veel te zwaar wordt. Voor luchtschepen van kleine en middelma tige afmetingen is het systeem van Parseval meer ge schikt en dat is bovendien eenvoudiger en goedkoo- per. Een vergelijking. Uit deze feiten kan men nu de werkwijze van de beide mannen vergelijken, die in de geschiedenis der luchtvaart tegenover elkaar stonden als concurren ten. De vakman Parseval bouwde voor het heden, de leek Zeppelin voor de toekomst. In den loop der tij den hebben de luchtschepen van Parseval zich ont wikkeld en voortdurend hebben zij gepresteerd, wat ervan hen werd verlangd. Zij ontwikkelden zich tc de P.L.27, een luchtschip met een inhoud van 30.000 M3., dat in 1917 werd gebouwd. Toen was het uit. Want de Duitsche legerautoriteiten hadden zich in gesteld op de luchtschepen met een geraamte en er waren niet genoeg manschappen, die met ballon-lucht schepen wisten om te gaan. De Parsevals verdwenen als slachtoffer van de rationalisatie, van de norma lisatie. Parseval is op het oogenblik dus degene, die het afgeleerd heeft, doch hij heeft het in geen geval afge legd, omdat zijn luchtschepen minder goed waren. Misschien is zijn nederlaag veroorzaakt door het feit, dat wij op het oogenblik wel aan groote, doch niet aan kleine en middelmatige luchtschepen behoefte hebben. De Parseval-luchtschepen bewegen zich op het terrein van de vliegtuigen en het is zeer de vraag, of zij zich daar hadden kunnen handhaven. Op het oogenblik vliegt er één Parseval rond voor reclamedoeleinden. Doch al waren er meer luchtsche pen van dat type in gebruik, de verdienste van Par seval zou er niet grootcr om zijn. Want die verdien ste is alleen, dat hij de eerste man ter wereld was, die een bruikbaar bestuurbaar luchtschip maakte. En daarom zal zijn naam in de geschiedenis der lucht vaart altijd met dankbaarheid worden herdacht (Nadruk verboden.) woon gevleid gevoelde. Ze had mooie, donkere oogen, die hem soms droomcrig aanzagen en waarboven een paar zwarte, fijne wenkbrauwen waren gepenseeld. Haar gelaat was fraai gevormd, een bieeke tint, zacht- doorgloeid met een vleugend rose, lag over haar wan gen-en in haar gestalte lag een ongedwongen ele- gance. Als zij lachte en haar prachtige, hagelwitte tanden te voorschijn kwamen of wanneer zij peinzend voor zich tuurde en er door blijmoedige herinnerin gen een innemende glimlach om haar mond gleed, ging er een onweerstaanbare bekoring van haar uit. Door haar aanhoudend causceren had zij Rudy spoe dig ingepalmd en hij werd zich pas goed bewust hoe veel hij zich met haar bezighield, toen zij al vertrok- ken was. Hij zat een wijle nadenkend voor zich te staren, soms glimlachend en dan weer het gezicht ovejrtogen met een vage bedruktheid, tot zijn metgezel hem broederlijk op den schouder klopte en hem over zijn opmerkelijk zwijgen ondervroeg. Ja, zij is mooi sprak Sulvich driest, radend de gedachten van zijn vriend. Verrast zal Wayborn naar hem op en zei: O, u bedoelt eh Die dame van daarnet, antwoordde Sulvich strak. Zou u mij misschien iets meer van haar willen vertellen, over haar afkomst of zoo U schijnt haar reeds vaker ontmoet te hebben, naar het mij voorkomt. Hm kuchte Sulvich raadselachtig. Dan bleef hij in eigen gedachten verzonken een poosje het dek beschouwen. Onverwacht evenwel begon hij: Nou, dat kan gebeuren hoor. 't Is beter, dat zooicts ge schiedt voor u er de dupe van bent geworden. U zou heusch de eerste niet zijn. Toen zweeg hij echter weer, tot groote ergernis van Rudy, die ondanks al zijn voorkomendheid, hevigen aandrang gevoelde rijn geduldtergende kennis een ernstige berisping te ge ven. Maar daardoor besefte hij ook des te dieper, dat hij reeds blind-verliefd was op dit verrukkelijke kind met haar fluweelen oogen en zijige wimpers cn bran dend-nieuwsgierig hunkerde hij naar meerdere inlich tingen omtrent haar, al beloofden die, althans te oor- deelen naar het stroeve gelaat van zijn vriend, wei De koptelefoon staakt! Niet steeds is het de schuld van den ontvanger, als de koptelefoon staakt of alleen de sterkste tonen weergeeft Dikwijls moet de oorzaak bij de koptele foon zelf gezocht worden. Het kan b.v. mogelijk zijn, dat een der verbindingsleidingen gebroken is Men zette om dit te onderzoeken de koptelefoon op het hoofd en rake nu met de beide stekkers van de koptelefoon de polen van de voedingsbatterij aan (zie figuur 1). Ieder keer, dat men de polen aanraakt, moet er een licht geknetter te hooren zijn. Hoort men dit knetteren nieL dan is in 90 van de 100 gevallen 'n reparatie van de leiding noodzakelijk. Ook is het mogelijk, dat het membraan kleeft, d.w.z. te vast op de ïjzerkern zit, wat vast te stellen is, indien men met een lucifer licht op de membraan drukt. Maar geen potlood daarvoor gebruiken! Kleeft de membraan, dan moeten wij de oorschel pen openschroeven. De afstand van membraan en ijzerkern wordt nu door het. inleggen van een spe ciaal daarvoor gesneden papieren ring vergroot. Se- lectiviteitsproeven nu niet meer op de voedingsbat terij nemen, maar zoo, dat men de koptelefoon opzet en met beide einden over een metalen voorwerp ijrstlct. Dan moeten er lichte kras-geluidjes in de te lefoon te hooren zijn. Het afnemen van de geluids sterkte kan ook veroorzaakt worden door het ver zwakken van het magnetisme van de koptelefoon magneet: koptelefoon aan radiohandelaar geven om opnieuw te laten magnetiseeren. Een eenvoudige licht-antenne str.net- antenne kan gebruiken. Daarbij gaat men zoo te werk, dat men tusschen stroomnetcontact en anten ne-invoering een blokcondensator inschakelt („licht- netblok" of .lichtantenne". Heel eenvoudig is de zaak als men om de toevoerleiding van een aangesloten staande lamp een draad windt en deze met de an- tcnneklem van den ontvanger verbindt. Hoe langer de draad, hoe beter de antennewerking. Of de lamp brandt of niet, doet over het algemeen niets ter zake. Wat is „fading"? Onder „fading" verstaat men de periodiek optre den verzwakkingen, die vooral bij het ontvangen van verafgelegen zenders van gemiddelde golflengte hin derlijk worden. De weergave bezit eerst een voldoen de geluidssterkte, neemt dan regelmatig in geluids sterkte af, is zelfs eenigen tijd in het geheel niet meer te hooren, om na enkele oogenblikken weer langzaam aanzwellend op te komen. De wetenschap heeft verschillende theoriën opgesteld, waarmede dit verschijnsel te verklaren zou zijn; de gewichtigste daarvan is de theorie die steunt op de „interference"- verschijnselen. nig goeds en hoopvols. Doch die zag de dingen mis schien ook veel te somber in en wie weet, om welke futiliteiten hij zat te mokken. Maar zegt u toch eens wat! sprak Rudy ten leste wanhopend-ongeduldig. J a lijsde Sulvich dat zit zoo. Haar afkomst wou u weten? Wel zij is van Engelsche origine, doch haar ouders zijn woonachtig te Siga- pore. Haar vader is ambtenaar en heeft eerst een harden dobber gehad bij den aanvang van zijn be trekking, maar nu is hij vrij gefortuneerd. Hij was er trotsch op, zijn dochter te kunnen laten studeerem en zoodoende heeft zij haar opleiding en univer- sitairo vorming in Engeland kunnen genieten. Geen wonder, dat zij veel van haar ouders houdt, waar heen zij nu de thuisreis weer onderneemt. Maar, sprak Rudy Wayborn verbaasd, ik zie in het meegeleefde absoluut geen aanleiding voor het uiten van de kwade aanduidingen, die u daarstraks bcizigde, want zulk een levenswijze is toch in elk op zicht fatsoenlijk te noemen. Het verhand tusschen uw vorige teekening en de laatste is dan ook vergeefs te zoeken, zei hij een beetje kribbig. J a kwam Sulvich weer u laat mij niet uitspreken. Of beter gezegd, ik moet nog beginnen. Wat ik u daareven vertelde, zou zij u stellig bij in tiemer omgang eveneens voorkweelen. Dit was dus geen persoonlijke kenschetsing van mij, maar de waardeerende schildering, die zij van zichzelf geeft. De rearteit heeft echter een ecnigszins andere be lijning. Naar mijn inzicht is dit een geraffineerde misdadigster, die zich zonder blozen tot de gemeen ste practijken leent. Rudy zag rood als een pioen-roos van opwinding en toorn. Mijnheer, zei hij verontwaardigd, neem mij niet kwalijk, maar dergelijke uitlatingen tijdens haar af wezigheid kan ik niet verdragen, hoewel ik tevens blij hen, dat zij hier niet bij tegenwoordig is. Het lijkt bedenkelijk veel op laster, wat u daar zegt. O, meent u het zoo! sprak Sulvich merkbaar ge ïrriteerd. U schijnt cr een bijzonder -genoegen in te vinden, mij telkens te interrumpecren. Maar ik zal verder wel zwijgen, als u dat wenscheüjker acht. Bestaat er een middel tegen „fadings"? Een bepaald middel tegen de fadings zélf bestaat er natuurlijk niet. Wèl kon men in zeer goede toe stellen zoogenaamde „automatische fadingregelaars" inbouwen. Deze werken in principe zóó, dat zij liet aanzwellen en afnemen van de geluidssterkte auto matisch onderdrukken. Daaruit volgt, dat alleen eer steklas-ontvangers in aanmerking komen voor zulk een aanvulling. Bij fadings moet men immers met een uiterst geringe „ontvangstintensiteit' kunnen werken! VRIJDAG 20 FEBRUARI. Hilversum (1875 M.) V.A.R.A. 8.00—9.00 Gramofoonmuziek. V.F.R.O. 10.0010.15 Morgenwijding. V.A.R.A. 10.15 Voordracht van Louis Saaiborn; 10.30 Ziekenuur- tje; 11.30 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting. A.V.R.O. 12.302.30 Concert door het Omroeporkest o. 1. v. Ni co Treep; 2.303.00 Uitzending voor scholen; 3.004.00 Middagmuziek; 4.00 Sluiting. V.A.R.A. 4.00 Orgelspel door Johan Jong op het Varaorgel; 4.30 Knutselwerkjes voor kinderen; 5.15 Vooravondconcert door het Varaorkest; 6.50 Actueel Allerlei uit de Ar beidersbeweging; 7.05 Oorsprong, geschiedenis en heden-' daagsche stand der Socialistische Beweging; 7.30 Politie berichten; 7.45 Gramofoonmuziek; 8.00 Sluiting. V.P.R.O. 8.00 Tijdsein; 8.01 Catechisatie; 8.30 Concert; 9.00 Cur sus; 9.30 Concert; 10.15 Serie fragmenten en verhalen; 10.45 Gramofoonplatenconcert. V.A.R.A. 11.00 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting. Huizen (298 M.) N.C.R.V. 8.00 Tijdsein; 8.00—8.15 Schriftlezing; 8.15—9.30 Mor genconcert; 10.3011.00 Korte Ziekendienst; 11.0012.30 Gramofoonplaten; 12.302.00 Middagconcert; 2.003.15 Garmofoonplaten; 3.154.45 Concert; 4.455.00 Verzor ging v. d. zender; 5.00-5.30 Cursus handenarbeid: 5.30-6.30 Orgelconcert uit de Oranjekerk, Amsterdam; 7.007.30 Cursus Engelsch voor beginnners; 7.308.00 Causerie over: „Mooie zomerheesters in den tuin"; 8.0010.45 Conert door het Christ. Radio-Orkest; 10.00 Persberich ten Vaz Dias; 10.4511.30 Gramofoonplaten. ZATERDAG 21 FEBRUARI. Hilversum (1875 M.) V.A.R.A. 8.00 Gramofoonmuziek. V.PJR.O. 10.0010.15 Morgenwijding. V.A.R.A. 10.15 Uitzending voor arbeiders in de Continu-bedrij- ven; 12.00 Politieberichten; 12.15 Middagconcert door 't Vara-Septet; 1.45 Onderbreking voor verzorging van den zender; 2.15 Gramofoonmuziek; 2.25 Instituut v. Arbei dersontwikkeling-kwartiertje; 2.40 Gramofoonmuziek; 2.45 Paedegogisch concert; 4.15 Cursus Duitscht; 4.45 Zang en Piano; 5.00 Radio Volksuniversiteit; 5.30 Zang en Plano; 6.15 S.D.A.P.-kwartiertje; 6.30 Gramofoonmu ziek; 7.30 Politieberichten; 7.45 Concert; 9.30 Voetbal- mededeelingen; 10.00 Populair programma; 11.15 Gra- mofoon muziek; 12.00 Sluiting. Huizen (298 M.) K.R.O. 8.009.15 Gramofoonmuziek; 10.0010.30 Cinema-orgel (Gramofoonmuziek)10.30—11.30 Het Ensemble Paul God win (Gramofoonmuziek); 11.30—12.00 Godsdienstig half uurtje; 12.011.30 Lunchconcert door het K.R.O.-Sextet 1.302.30 Gramofoonmuziek; 2.303.00 Spreker: Dr. C. Wilde S. J.; 3.00—4.30 Kinderuurtje; 3.00—4.00 „Duivel tje in een doosje", Poppen-operette; 4.004.30 Gelukwen- schen en gramofoonplaten voor de jarigen; 4.304.45 Verzorging van den zender; 4.45—5.30 Concert door het KR.O.-Salon-orkest; 5.305.45 Sportpraatje door S. P. J. Borsten; 5.45—6.05 K.R.O. Salonorkest; 6.05—6.25 Jour nalistiek Weekoverzicht; 6.25—6.45 K.R.O. Salon-orkest; 6.457.15 Esperanto-Cursus; 7.157.30 K.R.O. Salonor kest; 7.308.00 Spreker over de geestelijke volksgezond heid en haar ontwikkeling; 8.009.15 Populair uurtje door Eddy Romijn; 9.15—9.30 Nieuwsberichten van Vaz Dias; 9.3011.00 Populair Avondconcert; 11.0012.00 Vroolijke Gramofoonmuziek. Doch Rudy hield innerlijk reeds een strafgericht, over zijn voorbarig oordeel en hoffelijk antwoordde hij dan ook: Neen, mijnheer Sulvich, u zou mij integendeel een groot genoegen doen verder te vertellen. U kent haar tenslotte langer dan ik. Voor mijn onkieschheid bied ik u mijn excuses aan en ik hoop, dat u het mij niet te zeer ten kwade duidt, dat ik wat overhaast met kwetsende gezegden te voorschijn ben getreden. Sulvich gebaarde goedmoedig met zijn hand en sprak: Wie verliefd is, schroeit het vuur, nietwaar? Hierbij glimlachte hij naar zijn jongen mede-passa gier. Dan ging hij rustig voort: Ik heb een vriend, een oude wroeter, administrateur op een theeplantage in China, die ook het ongeluk had bij haar in de gunst te komen. De kerel droeg een prachtig gouden medaillon, waarin het beeld zijner moeder was ge graveerd, altijd bij zich aan een herlogekctting en daar hij erg tuk op verdienste was en niets verbraste, had hij nog aardig wat duiten overgespaard. Daarom was hij voornemens in zijn verloftijd eens een reis naar huis te maken. Toevallig kwam ik te Colombo ook op die boot ik ben als reiziger voor een groote tapijtfabriek zoowat altijd tusschen de wielen of op het water en tot mijn niet geringe verwondering trof ik daar zoowaar mijn vriend met een dame. Zelfs Peter, die ik altijd beschouwde als iemand met een gepantserd hart, omdat hij tegenover iedere vrouw onverschillig was, scheen dus voor de bekoring van deze vrouw te zwichten. Destijds was zij mij geheel onbekend, het was de eerste keer, dat ik haar ont moette en ik moet bekennen, dat die bruine oogen ook hun invloed op mij niet misten en alle wantrou wen uit mij weglichtten. In Genua vergezelde Pe ter haar de stad in en zij wist hem mee te loodsen naar een restaurant, waar ze volgens haar bewering gezellig en uitstekend konden dineeren. Enfin hij werd daar dronken gevoerd en begroet den volgenden dag in een afgelegen stadsgedeelte de ontnuchtering, uit geplukt als een Paasch-hoen, beroofd van alles, wat. hij aan waardevols bij zich had, zoodat hij zijn reis niet in een buitengewoon vroolijke stemming heeft voortgezet.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 5