RADIO
SchagerCourant
RUDY WAYNRQRN'S
AVONTUUR.
Radioprogramma
Tweede Blad.
De grootste concurrent
va n Zeppelin.
Practische wenken voor
Radio-amateurs.
Donderdag 19 Februari 1931.
74ste Jaargang. No. 8819
BIJ DEN 70EN GEBOORTEDAG VAN
AUGUST VON PARSEVAL.
„De gekke graaf die wil vliegen."
Door
Kapitein C. L. DOORMAN.
In 1887 deed een Wurttembergsche gepensionneerd
generaal, Graaf Zeppelin, iedereen versteld staan door
zijn koning een memorie aan te bieden, waarin hij
een groot luchtschip als het beste transportmiddel
voor soldaten, oorlogsmateriaal en springstoffen voor
groote afstanden aanvaardde; men kon dan zonder
(bezwaar gebergten en wateren oversteken en het
luchtschip zou bovendien nog in vredestijd gebruikt
kunnen worden voor ontdekkingsreizen, b.v. naar den
Noordpool of naar het binnenland van Afrika. Daar
mee legde hij zelf den eersten steen voor den toren
van anecdotes, die zichzelf optrok om den persoon
van den gekken graaf die wil vliegen.
Hoe het plan ontvangen weTd.
Hij deed dan ook wel anders dan een ander. Er
werd wel eens over luchtschepen gepraat en in
Frankrijk had men er zelf eens een gebouwd, maar
daarmee kon men niet vliegen. En in alle landen
(betoogden geleerde professoren, dat een bestuurbare
luchtballon de grootste onzin was. Waarom leefde die
man toch niet rustig van zijn pensioen! En de oude
graaf was nog niet eens de eenige dwaas. Er waren
nog meer van die warhoofden. Technische fantasten.
Voor die kwam het er minder op aan, dat zij zich met
iets geks ophielden. Dat waren geen graven en ook
geen generaals. Bovendien waren zij ook niet zoo ab
soluut gek. Men zou hen gematigde krankzinnigen
kunnen noemen, die niet dadelijk dachten aan den
Noordpool en aan reuzenluchtschepen, maar die niet
meer in het algemeen de mogelijkheid overwogen, om
op eenige wijze nog eens te vliegen.
Een van die gematigd krankzinnigen was August
von Parseval, een jong Beiersch officier, die zich al
voortdurend had bezig gehouden met fantastische ont
werpen van vliegmachines en luchtschepen. Deze wist
gedaan te krijgen, dat hij bij de nieuwe luchtvaart-
afdeeling geplaatst werd. Die luchtvaartafdeeling was
ook al een product van onverantwoordelijk optimisme
en haar hoogdravende naam was onjuist ook, want
men nam alleen maar af en toe proeven met lucht
ballons, die aan zware kabels lagen; veel resultaat
hadden de proeven niet en de luchtballons vlogen ook
al niet zooals men het graag had gezien.
August von Parseval.
Uit militair oogpunt bezien was de instelling van
die afdeeling toch goed, want de gematigde krank
zinnigheid der jonge officieren, die daarbij werk
zaam waren, werd er nog wat meer gematigd en zij
werden gedwongen tot geregeld werk. August von
Parseval moest zijn hoogdravende ontwerpen thuis
laten en was blij, wanneer hij opdrachten kreeg, die
practisch uit te voeren waren. Hij maakte door zijn
(grondige kennis van de natuurkunde een goeden in
druk bij den instructeur Bartsch von Sigsfeld, de be
roemde ballonvaarder van dien tijd met het meeste
wetenschappelijke inzicht in zijn werk.
De uitvinding in 1893.
Parseval werd zijn meest geliefde leerling, en toen
hij hem niets meer leeren kon, zijn medewerker. Zoo
(hebben zij in 1893 samen den eenigen bruikbaren
vastliggenden ballon uitgevonden, die vooral als mid
del ter verkenning alle legers der wereld onschat
bare diensten heeft bewezen. Een beter begin kon
Parseval zich niet wenschen, want hij werd nu niet
meer gerekend oiv'er de fantasten, doch onder de
mensohen, die in de praktijk wat gepresteerd hadden,
zoodat men naar hem luisterde en hem wat durfde
toe te vertrouwen. Met von Sigsfeld was hij de eenige
vakman in het groote gezelschap van leeken, die zich
in dien tijd met het uitvinden van luchtschepen bezig
hielden. Bovendien had de ballon hem een klein ka
pitaaltje aangebracht
In 1902 ontviel hem zijn vriend en leermeester door
©en doodelijk ongeluk. Hij ging echter steeds voort
met het verbeteren van zijn ontwerpen en zoolang de
tijd er niet rijp voor was, wachtte hij zich voor over
ijlde proefnemingen. Hij wist, dat ei nog geen motor
Kort verhaal
Mijnheer Sulvich verheugde zich ten zeerste in den
aangenamen omgang met een chique-gekleedcn jon
gen man, tijdens zijn reis aan boord van een oceaan-
stoomer. Spoedig na de afvaart uit Southampton
hadden ze kennis gemaakt en nadat zij intiemer met.
elkaar waren geworden, had hij aldra vernomen, dat
zijn jeugdige metgezel, de heer Rudyard Wayborn,
afkomstig was uit Wales, waar zijn vader een groo'
landgoed bezat. Doordat hij niet te opzichtig en luxu
eus wou reizen, had hij zich gewoon als tusschpndeks-
passagier laten inschepen. Hij was werkzaam aan een
archaeologisch museum en schilderde.
De dagen gingen in wederkeerige belangstelling en
interessante conversatie voorhij en voor ze het ver
moedden, was Tanger reeds bereikt en wiegden ze
weldra over de schuin-rollers van de Oude Wereld
zee, die zonne-bliksemend haar wijde verten voor hen
openspreidde. Er koersten eenige blank-getuigde sche
pen over het water en soms zag men de rookpluimen
van een groot stoomschip opwolken. Toen
ze zoo eens in vage mijmering over de
golven zaten uit te staren, kwam vrijmoedig een
gracieuze dame in luchtige zomerkleedij op Sulvich
toetrippelen. Deze groette haar 'en stelde zijn beide
kennissen aan elkaar voor. Daarna nam hij een ge
reserveerde en hooghartige houding aan, die een on
miskenbare ontstemming opwekte bij Wayborn,
want deze was juist een personificatie van vormelijk
heid en distictie. Maar zij stoorde zich geenszins aan
Sulvich, wierp zoo nu en dan eens een terloopsche
blik naar hen, doch praatte voortdurend en geani
meerd met den ander, die zich daardoor buitenge
bestond om zijn luchtschip voort te bewegen en hij
wachtte rustig op dien motor. Dat wachten duurde
tot 1905.
De gekke graaf
Intusschen was de gekke graaf te Friedric/hshafen
allang aan het werk gegaan, alle hindernissen ten
sr)ijt. Hij zag als leek ook minder hindernissen dan
Parsevai als vakman. Hij zag alleen de hindernissen,
die zijn aangeboren begrip van de zaak niet te boven
gingen en die hij dus kon overwinnen. Hij maakte
een drijvende hangar en bouwde daarin zijn lucht
schip met geraamte, zonder dat hij nog precies
wist, hoe hij het moest besturen. Hij probeerde maar.
In den herfst van 1905 was het luchtschip klaar en
het vloog ook, maar met den wind mee en niet in de
richting, waarin de graaf het wenschte te sturen. De
motoren waren te zwak en het stuur absoluut onvol
doende. Al het enthousiasme van den leek had niet
geholpen; hij moest ophouden, waar de vakman zou
beginnen.
Parceval's prachtische luchtschip.
Nu kwam die vakman, n.1. Parseval, te voorschijn
met een heel klein luchtschip, dat er lang niet zoo
indrukwekkend uitzag als de Zeppelin. Maar hij
bouwde het als man der praktijk en met het oog op
de praktische waarde ervan. Zijn luchtschip was de
reeds bekende luchtballon, alleen lag het niet meer
aan een touwtje. Het was bij uistek geschikt voor het
leger, men kon het opvouwen en op een treinwagen
vervoeren, doch het miste den grootschen opzet van
Zeppelin, die toen reeds droomde van een wereldver
keer door de lucht. Er wat het voornaamste was: de
Parseval vloog! De eerste vlucht op 26 Mei 1906 was
een succes en nu volgden de successen elkaar op.
Parseval had het eerste werkelijke bruikbare lucht
schip gemaakt.
De Parseval is een luchtschip zonder geraamte. Het
behoudt zijn vorm door den inwendigen druk van
het draaggas en deze druk wordt geregeld door twee
ballonnets of luchtzakken, die al naar de behoefte op
geblazen kunnen worden. Parseval heeft reeds zijn
eerste luchtschip voorzien van een groot aantal kleine
gascelletjes, waardoor het inderdaad luchtvaardig
werd. Hij hing cie gondels op aan katrollen. Als de
motor aansloeg, wipte het schip niet met zijn neus
omhoog, zooals de andere luchtschepen deden. In-
plaats daarvan bewoog de gondel zich naar voren,
waardoor het luchtschip bij den neus zwaarder werd;
de schok bij het aanslaan van den motor werd voor
komen. De luchtschroef van Parseval bestond slechts
uit geweven stoffen. De bladen waren alleen aan
de uiteinden door metaal bezwaard. Zij spreidden zich
door de middelpunt vliedende kracht vanzelf uit en
werkten beter dan de metalen schroeven uit dien tijd,
die zeer zwaar waren en gemakkelijk braken.
De tweede en derde Zeppelin.
Intusschen bouwde Zeppelin zijn tweede en derde
luchtschip en eindelijk had hij ook succes, al was
zijn succes niet evenredig aan het geld, dat hij voor
zijn luchtschepen uitgegeven had. De kleine en goed-
koope Parsevals waren nog altijd sneller en practi-
scher dan de groote en dure Zeppelins, maar de Zep
pelin was meer decoratief en werd door het groote
publiek meer bewonderd, hoewel de mannen van het
vak meer voelden voor de Parseval. Later heeft de
ontwikkelingsgang der Zeppelins ook aangewezen,
waarin hun kracht lag. Het systeem van Zeppelin is
het eenig mogelijke voor luchtschepen met een in
houd van 100.000 M3. en meer, doch het is dan'ook
alleen bij luchtschepen van die grootte rendabel te
maken. Het is bekend dat de „Graf Zeppelin" ook nog
te klein is om te rendeeren. Dit komt, doorda* bij
luchtschepen met een inhoud van minder dan 100.000
M3. het geraamte naar verhouding veel te zwaar
wordt. Voor luchtschepen van kleine en middelma
tige afmetingen is het systeem van Parseval meer ge
schikt en dat is bovendien eenvoudiger en goedkoo-
per.
Een vergelijking.
Uit deze feiten kan men nu de werkwijze van de
beide mannen vergelijken, die in de geschiedenis der
luchtvaart tegenover elkaar stonden als concurren
ten. De vakman Parseval bouwde voor het heden, de
leek Zeppelin voor de toekomst. In den loop der tij
den hebben de luchtschepen van Parseval zich ont
wikkeld en voortdurend hebben zij gepresteerd, wat
ervan hen werd verlangd. Zij ontwikkelden zich tc
de P.L.27, een luchtschip met een inhoud van 30.000
M3., dat in 1917 werd gebouwd. Toen was het uit.
Want de Duitsche legerautoriteiten hadden zich in
gesteld op de luchtschepen met een geraamte en er
waren niet genoeg manschappen, die met ballon-lucht
schepen wisten om te gaan. De Parsevals verdwenen
als slachtoffer van de rationalisatie, van de norma
lisatie.
Parseval is op het oogenblik dus degene, die het
afgeleerd heeft, doch hij heeft het in geen geval afge
legd, omdat zijn luchtschepen minder goed waren.
Misschien is zijn nederlaag veroorzaakt door het feit,
dat wij op het oogenblik wel aan groote, doch niet
aan kleine en middelmatige luchtschepen behoefte
hebben. De Parseval-luchtschepen bewegen zich op
het terrein van de vliegtuigen en het is zeer de vraag,
of zij zich daar hadden kunnen handhaven.
Op het oogenblik vliegt er één Parseval rond voor
reclamedoeleinden. Doch al waren er meer luchtsche
pen van dat type in gebruik, de verdienste van Par
seval zou er niet grootcr om zijn. Want die verdien
ste is alleen, dat hij de eerste man ter wereld was,
die een bruikbaar bestuurbaar luchtschip maakte. En
daarom zal zijn naam in de geschiedenis der lucht
vaart altijd met dankbaarheid worden herdacht
(Nadruk verboden.)
woon gevleid gevoelde. Ze had mooie, donkere oogen,
die hem soms droomcrig aanzagen en waarboven een
paar zwarte, fijne wenkbrauwen waren gepenseeld.
Haar gelaat was fraai gevormd, een bieeke tint, zacht-
doorgloeid met een vleugend rose, lag over haar wan
gen-en in haar gestalte lag een ongedwongen ele-
gance. Als zij lachte en haar prachtige, hagelwitte
tanden te voorschijn kwamen of wanneer zij peinzend
voor zich tuurde en er door blijmoedige herinnerin
gen een innemende glimlach om haar mond gleed,
ging er een onweerstaanbare bekoring van haar uit.
Door haar aanhoudend causceren had zij Rudy spoe
dig ingepalmd en hij werd zich pas goed bewust hoe
veel hij zich met haar bezighield, toen zij al vertrok-
ken was. Hij zat een wijle nadenkend voor zich te
staren, soms glimlachend en dan weer het gezicht
ovejrtogen met een vage bedruktheid, tot zijn metgezel
hem broederlijk op den schouder klopte en hem over
zijn opmerkelijk zwijgen ondervroeg.
Ja, zij is mooi sprak Sulvich driest, radend
de gedachten van zijn vriend. Verrast zal Wayborn
naar hem op en zei:
O, u bedoelt eh
Die dame van daarnet, antwoordde Sulvich
strak.
Zou u mij misschien iets meer van haar willen
vertellen, over haar afkomst of zoo U schijnt
haar reeds vaker ontmoet te hebben, naar het mij
voorkomt.
Hm kuchte Sulvich raadselachtig. Dan
bleef hij in eigen gedachten verzonken een poosje het
dek beschouwen. Onverwacht evenwel begon hij: Nou,
dat kan gebeuren hoor. 't Is beter, dat zooicts ge
schiedt voor u er de dupe van bent geworden. U zou
heusch de eerste niet zijn. Toen zweeg hij echter
weer, tot groote ergernis van Rudy, die ondanks al
zijn voorkomendheid, hevigen aandrang gevoelde rijn
geduldtergende kennis een ernstige berisping te ge
ven. Maar daardoor besefte hij ook des te dieper, dat
hij reeds blind-verliefd was op dit verrukkelijke kind
met haar fluweelen oogen en zijige wimpers cn bran
dend-nieuwsgierig hunkerde hij naar meerdere inlich
tingen omtrent haar, al beloofden die, althans te oor-
deelen naar het stroeve gelaat van zijn vriend, wei
De koptelefoon staakt!
Niet steeds is het de schuld van den ontvanger,
als de koptelefoon staakt of alleen de sterkste tonen
weergeeft Dikwijls moet de oorzaak bij de koptele
foon zelf gezocht worden. Het kan b.v. mogelijk zijn,
dat een der verbindingsleidingen gebroken is Men
zette om dit te onderzoeken de koptelefoon op
het hoofd en rake nu met de beide stekkers van de
koptelefoon de polen van de voedingsbatterij aan
(zie figuur 1). Ieder keer, dat men de polen aanraakt,
moet er een licht geknetter te hooren zijn. Hoort men
dit knetteren nieL dan is in 90 van de 100 gevallen 'n
reparatie van de leiding noodzakelijk. Ook is het
mogelijk, dat het membraan kleeft, d.w.z. te vast op
de ïjzerkern zit, wat vast te stellen is, indien men met
een lucifer licht op de membraan drukt. Maar geen
potlood daarvoor gebruiken!
Kleeft de membraan, dan moeten wij de oorschel
pen openschroeven. De afstand van membraan en
ijzerkern wordt nu door het. inleggen van een spe
ciaal daarvoor gesneden papieren ring vergroot. Se-
lectiviteitsproeven nu niet meer op de voedingsbat
terij nemen, maar zoo, dat men de koptelefoon opzet
en met beide einden over een metalen voorwerp
ijrstlct. Dan moeten er lichte kras-geluidjes in de te
lefoon te hooren zijn. Het afnemen van de geluids
sterkte kan ook veroorzaakt worden door het ver
zwakken van het magnetisme van de koptelefoon
magneet: koptelefoon aan radiohandelaar geven om
opnieuw te laten magnetiseeren.
Een eenvoudige licht-antenne
str.net-
antenne kan gebruiken. Daarbij gaat men zoo te
werk, dat men tusschen stroomnetcontact en anten
ne-invoering een blokcondensator inschakelt („licht-
netblok" of .lichtantenne". Heel eenvoudig is de zaak
als men om de toevoerleiding van een aangesloten
staande lamp een draad windt en deze met de an-
tcnneklem van den ontvanger verbindt. Hoe langer
de draad, hoe beter de antennewerking. Of de lamp
brandt of niet, doet over het algemeen niets ter zake.
Wat is „fading"?
Onder „fading" verstaat men de periodiek optre
den verzwakkingen, die vooral bij het ontvangen van
verafgelegen zenders van gemiddelde golflengte hin
derlijk worden. De weergave bezit eerst een voldoen
de geluidssterkte, neemt dan regelmatig in geluids
sterkte af, is zelfs eenigen tijd in het geheel niet
meer te hooren, om na enkele oogenblikken weer
langzaam aanzwellend op te komen. De wetenschap
heeft verschillende theoriën opgesteld, waarmede dit
verschijnsel te verklaren zou zijn; de gewichtigste
daarvan is de theorie die steunt op de „interference"-
verschijnselen.
nig goeds en hoopvols. Doch die zag de dingen mis
schien ook veel te somber in en wie weet, om welke
futiliteiten hij zat te mokken.
Maar zegt u toch eens wat! sprak Rudy ten
leste wanhopend-ongeduldig.
J a lijsde Sulvich dat zit zoo. Haar
afkomst wou u weten? Wel zij is van Engelsche
origine, doch haar ouders zijn woonachtig te Siga-
pore. Haar vader is ambtenaar en heeft eerst een
harden dobber gehad bij den aanvang van zijn be
trekking, maar nu is hij vrij gefortuneerd. Hij was
er trotsch op, zijn dochter te kunnen laten studeerem
en zoodoende heeft zij haar opleiding en univer-
sitairo vorming in Engeland kunnen genieten. Geen
wonder, dat zij veel van haar ouders houdt, waar
heen zij nu de thuisreis weer onderneemt.
Maar, sprak Rudy Wayborn verbaasd, ik zie in
het meegeleefde absoluut geen aanleiding voor het
uiten van de kwade aanduidingen, die u daarstraks
bcizigde, want zulk een levenswijze is toch in elk op
zicht fatsoenlijk te noemen. Het verhand tusschen uw
vorige teekening en de laatste is dan ook vergeefs te
zoeken, zei hij een beetje kribbig.
J a kwam Sulvich weer u laat mij niet
uitspreken. Of beter gezegd, ik moet nog beginnen.
Wat ik u daareven vertelde, zou zij u stellig bij in
tiemer omgang eveneens voorkweelen. Dit was dus
geen persoonlijke kenschetsing van mij, maar de
waardeerende schildering, die zij van zichzelf geeft.
De rearteit heeft echter een ecnigszins andere be
lijning. Naar mijn inzicht is dit een geraffineerde
misdadigster, die zich zonder blozen tot de gemeen
ste practijken leent.
Rudy zag rood als een pioen-roos van opwinding
en toorn.
Mijnheer, zei hij verontwaardigd, neem mij niet
kwalijk, maar dergelijke uitlatingen tijdens haar af
wezigheid kan ik niet verdragen, hoewel ik tevens
blij hen, dat zij hier niet bij tegenwoordig is. Het
lijkt bedenkelijk veel op laster, wat u daar zegt.
O, meent u het zoo! sprak Sulvich merkbaar ge
ïrriteerd. U schijnt cr een bijzonder -genoegen in te
vinden, mij telkens te interrumpecren. Maar ik zal
verder wel zwijgen, als u dat wenscheüjker acht.
Bestaat er een middel tegen „fadings"?
Een bepaald middel tegen de fadings zélf bestaat
er natuurlijk niet. Wèl kon men in zeer goede toe
stellen zoogenaamde „automatische fadingregelaars"
inbouwen. Deze werken in principe zóó, dat zij liet
aanzwellen en afnemen van de geluidssterkte auto
matisch onderdrukken. Daaruit volgt, dat alleen eer
steklas-ontvangers in aanmerking komen voor zulk
een aanvulling. Bij fadings moet men immers met
een uiterst geringe „ontvangstintensiteit' kunnen
werken!
VRIJDAG 20 FEBRUARI.
Hilversum (1875 M.)
V.A.R.A.
8.00—9.00 Gramofoonmuziek.
V.F.R.O.
10.0010.15 Morgenwijding.
V.A.R.A.
10.15 Voordracht van Louis Saaiborn; 10.30 Ziekenuur-
tje; 11.30 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting.
A.V.R.O.
12.302.30 Concert door het Omroeporkest o. 1. v. Ni
co Treep; 2.303.00 Uitzending voor scholen; 3.004.00
Middagmuziek; 4.00 Sluiting.
V.A.R.A.
4.00 Orgelspel door Johan Jong op het Varaorgel; 4.30
Knutselwerkjes voor kinderen; 5.15 Vooravondconcert
door het Varaorkest; 6.50 Actueel Allerlei uit de Ar
beidersbeweging; 7.05 Oorsprong, geschiedenis en heden-'
daagsche stand der Socialistische Beweging; 7.30 Politie
berichten; 7.45 Gramofoonmuziek; 8.00 Sluiting.
V.P.R.O.
8.00 Tijdsein; 8.01 Catechisatie; 8.30 Concert; 9.00 Cur
sus; 9.30 Concert; 10.15 Serie fragmenten en verhalen;
10.45 Gramofoonplatenconcert.
V.A.R.A.
11.00 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting.
Huizen (298 M.)
N.C.R.V.
8.00 Tijdsein; 8.00—8.15 Schriftlezing; 8.15—9.30 Mor
genconcert; 10.3011.00 Korte Ziekendienst; 11.0012.30
Gramofoonplaten; 12.302.00 Middagconcert; 2.003.15
Garmofoonplaten; 3.154.45 Concert; 4.455.00 Verzor
ging v. d. zender; 5.00-5.30 Cursus handenarbeid: 5.30-6.30
Orgelconcert uit de Oranjekerk, Amsterdam; 7.007.30
Cursus Engelsch voor beginnners; 7.308.00 Causerie
over: „Mooie zomerheesters in den tuin"; 8.0010.45
Conert door het Christ. Radio-Orkest; 10.00 Persberich
ten Vaz Dias; 10.4511.30 Gramofoonplaten.
ZATERDAG 21 FEBRUARI.
Hilversum (1875 M.)
V.A.R.A.
8.00 Gramofoonmuziek.
V.PJR.O.
10.0010.15 Morgenwijding.
V.A.R.A.
10.15 Uitzending voor arbeiders in de Continu-bedrij-
ven; 12.00 Politieberichten; 12.15 Middagconcert door 't
Vara-Septet; 1.45 Onderbreking voor verzorging van den
zender; 2.15 Gramofoonmuziek; 2.25 Instituut v. Arbei
dersontwikkeling-kwartiertje; 2.40 Gramofoonmuziek;
2.45 Paedegogisch concert; 4.15 Cursus Duitscht; 4.45
Zang en Piano; 5.00 Radio Volksuniversiteit; 5.30 Zang
en Plano; 6.15 S.D.A.P.-kwartiertje; 6.30 Gramofoonmu
ziek; 7.30 Politieberichten; 7.45 Concert; 9.30 Voetbal-
mededeelingen; 10.00 Populair programma; 11.15 Gra-
mofoon muziek; 12.00 Sluiting.
Huizen (298 M.)
K.R.O.
8.009.15 Gramofoonmuziek; 10.0010.30 Cinema-orgel
(Gramofoonmuziek)10.30—11.30 Het Ensemble Paul God
win (Gramofoonmuziek); 11.30—12.00 Godsdienstig half
uurtje; 12.011.30 Lunchconcert door het K.R.O.-Sextet
1.302.30 Gramofoonmuziek; 2.303.00 Spreker: Dr. C.
Wilde S. J.; 3.00—4.30 Kinderuurtje; 3.00—4.00 „Duivel
tje in een doosje", Poppen-operette; 4.004.30 Gelukwen-
schen en gramofoonplaten voor de jarigen; 4.304.45
Verzorging van den zender; 4.45—5.30 Concert door het
KR.O.-Salon-orkest; 5.305.45 Sportpraatje door S. P.
J. Borsten; 5.45—6.05 K.R.O. Salonorkest; 6.05—6.25 Jour
nalistiek Weekoverzicht; 6.25—6.45 K.R.O. Salon-orkest;
6.457.15 Esperanto-Cursus; 7.157.30 K.R.O. Salonor
kest; 7.308.00 Spreker over de geestelijke volksgezond
heid en haar ontwikkeling; 8.009.15 Populair uurtje
door Eddy Romijn; 9.15—9.30 Nieuwsberichten van Vaz
Dias; 9.3011.00 Populair Avondconcert; 11.0012.00
Vroolijke Gramofoonmuziek.
Doch Rudy hield innerlijk reeds een strafgericht,
over zijn voorbarig oordeel en hoffelijk antwoordde
hij dan ook:
Neen, mijnheer Sulvich, u zou mij integendeel
een groot genoegen doen verder te vertellen. U kent
haar tenslotte langer dan ik. Voor mijn onkieschheid
bied ik u mijn excuses aan en ik hoop, dat u het mij
niet te zeer ten kwade duidt, dat ik wat overhaast
met kwetsende gezegden te voorschijn ben getreden.
Sulvich gebaarde goedmoedig met zijn hand en
sprak:
Wie verliefd is, schroeit het vuur, nietwaar?
Hierbij glimlachte hij naar zijn jongen mede-passa
gier. Dan ging hij rustig voort: Ik heb een vriend,
een oude wroeter, administrateur op een theeplantage
in China, die ook het ongeluk had bij haar in de
gunst te komen. De kerel droeg een prachtig gouden
medaillon, waarin het beeld zijner moeder was ge
graveerd, altijd bij zich aan een herlogekctting en
daar hij erg tuk op verdienste was en niets verbraste,
had hij nog aardig wat duiten overgespaard. Daarom
was hij voornemens in zijn verloftijd eens een reis
naar huis te maken. Toevallig kwam ik te Colombo
ook op die boot ik ben als reiziger voor een groote
tapijtfabriek zoowat altijd tusschen de wielen of op
het water en tot mijn niet geringe verwondering trof
ik daar zoowaar mijn vriend met een dame. Zelfs
Peter, die ik altijd beschouwde als iemand met een
gepantserd hart, omdat hij tegenover iedere vrouw
onverschillig was, scheen dus voor de bekoring van
deze vrouw te zwichten. Destijds was zij mij geheel
onbekend, het was de eerste keer, dat ik haar ont
moette en ik moet bekennen, dat die bruine oogen
ook hun invloed op mij niet misten en alle wantrou
wen uit mij weglichtten. In Genua vergezelde Pe
ter haar de stad in en zij wist hem mee te loodsen
naar een restaurant, waar ze volgens haar bewering
gezellig en uitstekend konden dineeren. Enfin hij werd
daar dronken gevoerd en begroet den volgenden dag
in een afgelegen stadsgedeelte de ontnuchtering, uit
geplukt als een Paasch-hoen, beroofd van alles, wat.
hij aan waardevols bij zich had, zoodat hij zijn reis
niet in een buitengewoon vroolijke stemming heeft
voortgezet.