Voor elck
wat wils.
Hoe de schatten der aarde
worden verborgen.
Baardtooi
in vroeger dagen.
INGENIEUSE BEVEILIGING.
Begraven kunstschatten.
Er bestaat een bewapeningswedstrijd tusschen de
verschillende landen: soms is de eene partij een neus
lengte voor, dan weer de andere. Dezelfde wedstrijd
wordt er gevoerd tusschen de banken, die telkens hun
schatkamers beter beveiligen, en de misdadigers, die
graag een onaangekondigd bezoek willen brer:;en aan de
fantastische rijkdommen, die daar in den \zrra van ef
fecten, baargeld, staven goud, enz. liggen o; -estapeld
als een moderne versiering van een ap rooi.je uit Dui
zend-en-één-nacht Hier wordt in stilte hardnekkig ge
streden, eiken dag en vooral eiken nacht Zoowel de
aanvallers als de verdedigers beschikken over ingeni
eurs en andere wetenschappelijk gevormde personen,
die al hun talenten in hun dienst stellen. Het is nog
niet zoo lang geleden, dat twee met vet ingesmeerde
vrijbuiters te Berlijn zoo'n blok gewapend beton wisten
binnen te dringen. Zij zijn nog steeds niet gevonden.
INGENIEUSE BEVEILIGING.
Geen moderne vesting is zoo sterk als de schatkamers
der groote banken. In Wallstreet liggen zij ver onder
het peil van het New-Yorksche grondwater. Honderden
automaten verraden elk geluid, elke beweging. Het
nieuwste is de optische detective, een lichtstraal, die
door het lichaam van een indringer onvermijdelijk moet
worden onderbroken. De Banque de France, die na New-
York de grootste schatten in haar kluizen bewaart, heeft
zich niet alleen beveiligd tegen eiken aanval van buiten,
maar kan zelfs wekenlang een belegering doorstaan,
wanneer het in Parijs eens mis mocht loopen. Zij heeft
een eigen electrische centrale, een inrchting om te
zorgen voor luchtverversahing en een voorraad levens
middelen, die haar talrijke personeel wekenlang zou
ikunnen voeden. Onder de bank wellen bronnen op uit
het diepste der aarde. De hoofdkantoren van de groote
Duitsche banken hebben natuurlijk ook uitstekend be
veiligde kluizen, die groote sommen hebben gekost.
Sinds kort is er een unicum bijgekomen, waarvan slechts
zeer weinigen het bestaan kennen. Het is een bewaar
plaats, die althans in Europa eenig in haar soort is.
Men kan er kunstschatten in bewaring geven .Inplaats
van goud en waardevolle papieren kan men hier schil
derijen, beeldhouwwerken, sieraden en alle mogelijke
kunstvoorwerpen tegen diefstal beveiligen. Wonderen
van kunst stroomen hier uit geheel Europa bij elkaar,
dingen van een waarde, die niet kunnen worden ver
vangen en waarvan het verlies dus onherstelbaar zou
zijn, wat ook van de grootste som geld niet gezegd kan
worden.
TIJDELIJK VERBLIJF.
Deze gasten komen en gaan, zonder dat men er zich
veel om bekommert. Vele ervan blijven hier langen tijd
bewaard als oude menschen, die in de strengste af
zondering zich van de wereld terugtrekken en niets
meer van haar willen weten. Maar er zijn er ook bij,
die er maar kort blijven als in een hotel, waarin zij
tijdens een veelbewogen leven even afstappen om zich
te verpoozen. Die stukken verdwijnen weer op de we
reldmarkt om een onbekende toekomst tegemoet te
gaan in het paleis van een milliardair. Er zijn er bij,
die het laatste bezit zijn van hun eigenaars, die gaande
weg hun geheele vermogen hebben verloren, maar nu
dit liefste, die eenige overgebleven stuk in veiligheid
willen stellen. In kleine geluidsdichte cellen, die uitko
men op de vestibule van deze bewaarpaats, wordt er
beslist over hun toekomst; dikwijls gaan zij weer terug
naar hun vakje, maar dikwijls gaan zij ook over in
vreemde handen.
HET INTERIEUR.
In die vestibule komt men vanuit de hal voor het
gewone bankpubliek langs een trap van enkele treden.
Het is een licht, vroolijk kamertje, met marmer be
kleed. Het lijkt wel een kleine, eenigszins officieele
salon, als die indruk niet werd verstoord door een mon
sterachtige cirkelronde deur, dikker dan een mensch,
die ondanks haar gewicht van 35.000 K.G. door een
lichten druk opendraait op haar kogellagers. Het is
een kolos van onsmeltbare pantserplaten met uitsteek
sels, die in den stalen rand van de ronde deurpost
passen. En evenals in een sprookje kan men ook hier
•binnenkomen, wanneer men de tooverformule kent: een
getal van vele cijfers, dat slechts aan één persoon be
kend is, hoe uitgebreid het personeel ook mag zijn. En
die eene persoon kan nog alleen binnenkomen met
medeweten van een tweede, die den sleutel in bewa
ring heeft. Behalve die twee mag niemand er binnen
treden, zelfs niet de bezitters van de kostbaarheden.
Als zij het wenschen, worden hun eigendommen door de
employé's te voorschijn gehaald en kunnen zij erover
onderhandelen in een der reeds genoemde cellen.
EEN KIJKJE IN „HET HEILIGE DER
HEILIGEN".
De deur wordt voor ons geopend en dan wordt ons
de weg versperd door een massief stalen hekwerk. Wij
zien een langwerpige ruimte, waarvan de wanden
•bestaan uit lokettenkastjes, die tot aan de zoldering
reiken. Er zijn heel kleine bij en ook reusachtige, waarin
men meer dan Ievensgroote Boeddhabeelden, met goud
'bekleede Egyptische mummies, marmeren torso's van
Carrara of zilveren offerschalen uit den tijd van Monte-
zuma kan bewaren. Vele kasten zijn gevuld met kost
bare schilderijen van Rembrandt, Titiaan, Leonardo
da Vinei, Rubens en Tontoretto. Dat alles kan men hier
veilig bewaren voor weinig geld, want het kleinste
vakje kost maar 15 Mark of f 9 per jaar aan huur en
het grootste 90 Mark of f 54. Voor dat lage bedrag
worden de kunstschatten werkelijk voorbeeldig verzorgd.
Boor indirecte verwarming heerscht er altijd dezelfde
tempratuur en door indirecte toevoer van vochtige
lucht bereikt men in verband met die temperatuur een
De. ingang naar de schatkamer, wanneer
de deur in'het beschermende hek opengaat.
zoodanig atmosfeer, dat voorwerpen beter dan waar
ook geconserveerd worden. Zelfregistreerende .toestel
len noteeren bovendien de gesteldheid der lucht voor de
controleerende bankemployé's.
IN EEN STALEN DOOS.
Wij kunnen door het hek heen niet niet zien, dat deze
geheele schatkamer in een stalen doos is verborgen. Van
onder en boven en aan alle kanten is zij omgeven door
een onsmeltbare stalen wand ter dikte van 1.6 M. In
geheel Europa bestaat er geen stalen kamer, die ook
maar bij benadering zoo sterk is als deze. De meest
De geweldige deur, die naar de eigenlijke
schatkamer voert.
doeltreffende methode om de milliarden, die hier lig
gen opgestapeld, te beveiligen, is de volgende De schat
kamer staat niet rechtstreeks in verbinding met de
buitenlucht. De lucht kan alleen binnenkomen uit de
vestibule via de ronde deur. Wanneer er dus ooit
iemand wist binnen te dringen, zou hij de deur moeten
laten openstaan om niet een langzamen ellendigen ver
stikkingsdood te sterven.
De drukke tijd komt in de lente. Dan worden uit alle
landen der aarde de kunstschatten hierheen gebracht.
Zelfs Amerikaansche dollarkoningen, die een landgoed
willen inrichten en daarvoor antiquiteiten bij groote
hoeveelheden opfcoopen, laten ze hier zoolang bewaren.
Rijke bankiers, die een lange vacantierels willen gaan
doen, geven hier hun schilderijen af. En dan zijn er nog
vele voorwerpen, die jaar in, jaar uit in hun kastjes
blijven liggen. Familleschatten waaronder die van
menig regeerer.d vorstenhuis zijn hier veiliger dan
in de paleizen en kasteelen. Slechts enkele meters onder
de drukke Berlijnsche straten vindt men dezen tempel
der schoonheid. Helaas kan die schoonheid tot niemand
spreken. Deze wonderen van kunst geven niemand ge
not, zelfs niet hun bezitters. Het is wel treurig, dat de
wereld nog altijd geregeerd wordt door de angst en dat
de schoonheid alleen kan worden beschermd door haar
te verbergen.
WETENSCHAP EN TECHNIEK.
Het mysterie van het Noorderlicht.
Te Tromsö is onlangs een groot observatorium opge
richt om een speciale studie te maken van het Noor
derlicht, de z.g. aurora borealis.. Dit natuurverschijnsel
is nog altijd niet geheel verklaard en de belangstelling
ervoor is den laatsten tijd in wetenschappelijke kringen
sterk toegenomen. Om het objectief te kunnen waar
nemen, zal men gebruik maken van foto's. De camera's
worden vele kilometers van eikaar opgesteld en op een
zelfde vaste ster gericht zoo kan men niet alleen de
verschijnselen zelf fotografeeren, doch tevens hun
plaats in de ruimte bepalen. Bij elke camera staan twee
waarnemers, één om de foto's op te nemen en één om
met den tweeden waarnemer van de andere camera te
te telefoneeren en orders te geven, op welk oogenblik
precies moet worden afgedrukt Deze tweede waar
nemer maakt ook de noodige aanteekeningen.
De laatste twintig jaar zijn de opvattingen over het
Noorderlicht belangrijk veranderd, vooral door het
verdienstelijke werk van den Noorschen geleerde Pro
fessor Carl Störmer. Men veronderstelt, dat het veroor
zaakt wordt door electrisch geladen deeltjes, die door
de zon worden uitgestooten en dan in de hoogere en
ijlere lagen van onzen dampkring electrische ontladin
gen veroorzaken, ongeveer zooals de ontladingen in een
luchtledige buis. Door het lichteffect van de magneti
sche polen der aarde komen deze verschijnselen voor
in twee kringvormige zones in het Noorden en Zuiden
van de aarde.
Zulke ontladingen zullen uit den aard der zaak niet
voorkomen in de betrekkelijk zware lagere luchtlagen
en dit wordt ook bevestigd door de berekeningen, die
men aan de hand der foto's gemaakt heeft. Gewoonlijk
is de minste hoogte van het verschijnsel een goede 100
K.M. en de laagste gelegen aurora borealis, die men
heeft waargenomen, bevond zich nog op een hoogte van
43 K.M. Dit komt niet overeen met wat men met het
oog waarneemt, want men ziet het Noorderlicht dik
wijls op geringe hoogten, b.v. om een bergtop heen of
zelfs tegen een bergketen als achtergrond. Er zijn ook
menschen, die beweren, dat zij door zoo'n ontlading zijn
heengeloopen. Geheel verklaarbaar is dit nog niet
Sommigen achten de groote hoogten, waarop het ver
schijnsel zich zou moeten voordoen, ook onwaarschijn
lijk, omdat het dikwijls gepaard gaat met geluiden. In
1885 heeft Sophus Tiomholt, een bekende Noorsche
autoriteit op dit gebied, duizenden circulaires naar alle
plaatsen in Noorwegen gezonden met het verzoek aan
de bevolking, om hem van al haar waarnemingen en
ervaringen op dit gebied op de hoogte te stellen. Onder
de antwoorden waren er 36 van personen, die gelui
den hadden gehoord, terwijl 27 van hen zelf geen
geluiden hadden waargenomen, doch personen konden
noemen, die hen die geluiden hadden beschreven als
gesis, geknetter, geruisch, enz.
Men heeft weieens verondersteld, dat de ontladingen,
die voor de waarnemers hoorbaar zijn, tevens die zijn,
die op geringe hoogte voorkomen, Deze soort ontladin
gen zijn natuurlijk veel zeldzamer dan die op groote
hoogten, die wel zichtbaar, doch niet hoorbaar zijn. In
Alaska ziet men ook dikwijls Noorderlicht en de daar
waargenomen feiten komen geheel overeen met het in
Noorwegen verzamelde materiaal. Toch behoeft het
Noorderlicht niet op geringe hoogte voor te komen om
geluiden te veroorzaken. Bij het bijzonder mooie Noor
derlicht van 15 October 1927 hoorde de Noorsche astro
noom H. S. Jelstrup de karakteristieke geluiden, hoewel
de foto's, die in dezelfde streek van het verschijnsel
werden genomen, als gewoonlijk een groote hoogte aan
gaven. De reeds genoemde Professor Störmer verklaarde
dit als volgt. De geluiden worden niet rechtstreeks ver
oorzaakt door het Noorderlicht, doch zijn het gevolg van
ontladingen van statistisch electrlciteit lm boomen, tele
graafpalen, enz., die zich dicht bij de oppervlakte der
aarde bevinden. Deze ontladingen worden indirect ver
oorzaakt door de veranderingen, die tengevolge van het
Noorderlicht optreden in de electrische ladingen der
hoogere luchtlagen.
Door de aurora borealis te bestudeeren, hoopt men
dan ook meer te weten te komen van de hoogere lucht
lager. van onzen dampkring. Het is bekend, dat de
stralen van het Noorderlicht zich tot honderden kilo
meters boven de plaats der ontlading uitstrekken; mis
schien bereidt de invloed ervan zich aok naar beneden
uit
Toeken van Waardigheid.
In 1840 wettelijk verplicht In het Engelsche leger.
DE baard, die in de oude tijden als mannelijk
attribuut een religieuze en zinnebeeldige be-
teckenis had, is zelfs door de nieuwe mode
nog niet geheel en al verdrongen.
De oudste plastieken, die wij kennen en die eerst
kort geleden in Kish en Ur in Mesopotamië als cul
tuurvoorwerpen van 6000 jaar geleden zijn opgedol
ven, toonen reeds mannenhoofden met zorgvuldig on
derhouden baardtooi en dezelfde liefdevolle verzor
ging van den baard doet zich thans nog in Voor-Azië
geiden. De Mohammedanen zweren bij den baard van
hun profeet. Mohamed verfde zelfs zijn baard en
kreeg vele navolgers. Ook de voormalige Turksche
sultans hadden hun baardwetten, die nimmer door
een scheermes mochten worden overtreden.
De groei van den baard staat in zeer nauw verband
met het klimaat In droge, warme landen is de baard
dun, steil en zwart, zooals bijv. bij de Arabieren, Jo
den en Zuid-Europeeërs, in Noordelijker streken is hij
daarentegen voller en bleeker getint, zooale bij de
Kaukasische volkeren. Andere rassen, zooals de Mon
golen, Maleiers, Negers en Indianen hebben slechts
een spaarzamen baardgroei. Ook bij vrouwen doet
zich vaak een min of meer sterke baardgroei gelden,
doch in dit geval staat zij in verband met een af
wijking, die betrekking houdt met cle min of meer
sterke ontwikkeling van mannelijke karaktereigen
schappen. Dit verschijnsel doet zich vooral sterk gel-
uen in enkele streken van Abessinië en Zuid-Ame-
rika, waar de vrouwen, evenals de mannen een weel-
derigen baardgroei hebben. Historische voorbeelden
zijn Margaretha Maultasch, gravin van Tyrol en
Margaretha van Parma, de dochter van Keizer Karei V
Terwijl thans in Voor-Azië, zooals hierboven reeds
opgemerkt, de baard nog ten nauwste met de volks
cultuur is verbonden, ging men reeds in 3253 vóór
Christus, in navolging van Pharao Atoti in. Egypte
clean-shaven.
Ook Philips 11 van Spanje
was een aanhanger van de
baardmode.
Nlenwe vooraltziclien voor den microscoop.
De microscoop heeft ons reeds onnoemlijk veel ge-
leerd en het is niet te overzien, wat hij ons nog zal
openbaren wanneer er betere toestellen zullen worden
vervaardigd. De moderne microscoop is n.1. nog niet
oud: het is nog geen 50 jaar geleden, dat Dr. Ernst
Abbe van de Zeissfabrieken het principe ontdekte,
waarop hij is geconstrueerd. Hij bemerkte, dat met
hetzelfde lenzensysteem de détails beter zichtbaar wa
ren bij blauw licht dan bij rood licht, omdat dit laatste
een grootere golflengte heeft Het verschil in golflengte
bedraagt een fractie van een mikron of 0.001 m.M., maar
dat is vrij veel voor de uiterst kleine afmetingen, die
met een microscoop bestudeerd moeten worden. Om
nóg nauwkeuriger werk te leveren, zou men geen blauw
of violet licht moeten gebruiken, maar ultraviolette
stralen. Voor den oorlog is er door Kohier van de
Zeissfabriekep al een microscoop voor ultraviolette
stralen geconstrueerd, doch om onverklaarbare redenen
is er niet verder aan gewerkt. Nu zijn de moeilijkheden,
o.a. bij het scherp instellen, bij ultraviolette stralen
veel moeilijker, omdat zij niet zichbaar zijn. Gewoon
glas is ook niet bruikbaar, omdat het ultraviolette
stralen slecht doorlaat; daarom moet men kwarts ne
men.
De heer F. F. Lucas, van de Bell Telephone Company
heeft beter werken met ultraviolet licht mogelijk ge
maakt Om te beginnen „zeeft" hij het spectrum van een
electrische vonk, die tusschen twee electroden van
cadmium overspringt zoodat hij alleen ultraviolet licht
met een golflengte van 0.25 mikron op het object laat
vallen.
Om den microscoop te kunnen instellen, maakt hij
gebruik van een „zoeker": een oculair van uraang'.as,
dat licht geeft wanneer er ultraviolette stralen op vallen
Wanneer dus het door den microscoop gevormde beeld
in ultraviolette stralen op den zoeker valt. zendt dezo
een flauw licht uit van grootere golflengte, dat er groen
achtig uitziet. Door middel van dit groene beeldje kan
men dus den microscoop scherp Instellen.
Dit is een heel geduldwerkje, want In verband met de
sterke vergrooting moet men den brandpuntafstand tot
op 0.25 mikron nauwkeurig instellen, wat natuurlijk ook
zijn technische moeilijkheden heeft. De microscoop ver
groot G000 maal. Daardoor kan men o.a. de oppervlakte
van metalen onderzoeken om hun samenstelling en ge
breken te ontdekken. Nu weet men b.v. dat het verhar
den van staal en staallegeerlngen neerkomt op het neer
slaan van ferrocarbide en dat ook het fijnst gepolijste
oppervlak er uitziet als gummi met stukjes glas. Onder-
zeesche kabels werden vroeger beschermd door een le
geering van lood met 1 pet antimonium, doch dat laat
ste scheidde zich na eenigen tijd altijd uit en veroor
zaakte daardoor barsten. Nu heeft men dank zij den
microscoop een betere legeering gevonden, n.1. van lood
met 0.04 pet calcium. Hierdoor verkrijgt men een duur
zame bescherming, terwijl men tevens onafhankelijk
wordt van de antlmoniumlevering door Ohlna. Vele an
dere legeeringen heeft men zoo door den microscoop
sterker of duurzamer kunnen maken.
Bij het bestudeeren van plantaardige en dierlijke cel
len met ultraviolette stralen heeft men nog een ander
voordeel, n.1. dat men ze niet behoeft te kleuren, zooals
bij gewoon licht noodig is om hen zichtbaar te maken.
De kleurstof kan altijd onverwacht chemische verande
ringen teweeg brengen, waardoor de cellen bovendien
worden gedood. Bij de buitengewone sterke vergrooting
De Grieken droegen, tot Alexandor de Groote de
mode van de gladde wang invoerde, gaarne een lange
baard, doch de Philosophen stoorden zich niet aan
den gril van Alexander de Groote.
De Romeinen volgden het voorbeeld van Alexander
.ae Groote omstreeks 30 jaar voor Christus en van
den grooten Ccipio, den bestrijder van den baardigen
Hannibal, weten wij dat hij zich dagelijks liet sche
ren. Terwijl juist de Grieken als teeken van rouw
hun baard afscheerden, lieten de Romeinen hem in
dit geval groeien en het liefst in verwilderden staat.
De slaven mochten in de oudheid, evenals geen lang
haar, tevens geen baard dragen. Dit werd waarschijn
lijk hierom gedaan dat men een slaaf op zijn vlucht
gemakkelijker zou herkennen.
In 120 na Christus werd door Keizer Hadrianus in
Rome de baardmode weer ingevoerd. Ook het vroege
Christendom verklaarde zich pro-baard. Bisschop
Clemens van Alexandriö bijv. beschouwde het als on
waardig voor een Christen om zich te scheren. Daar
om heeft tot op heden de volle baard van den pries
ter in do Oostelijke kerk stand gehouden, terwijl de
Romeinsche kerk het tegenovergestelde principe
handhaafde, waarvan alleen enkele pausen en mon
niksorden zijn afgeweken.
De Germanen droegen ten tijde van Karei den
Groote volle baarden, terwijl de Franken de mode
van de bakkenbaarden bevorderden. Van 900 tot 1100
na Christus stond de volle baard weer in het brand
punt der belangstelling, eveneens in de periode na
15C0, zooals de portretten van Karei V, Philips II, en
Hendrik IV van Frankrijk bewijzen.
De periode van den 20-jarigen oorlog werd be-
heerscht door den martialen knevelbaard van Gustaaf
Adolf en dank zij Bodewijk XIV heerschte 100 jaar
later weer de baardlooze modeIn 1840 werd de
snorbaard als wettelijk verplicht in het Engelsche le
ger ingevoerd en ook de Duitsche marine werd ver
plicht zich een baard aan te meten. Het revolutie
jaar 1848 gaf de menschen de mode van den wilden
„barricadebaard". Historische baarden zijn voor
heen nog geweest de volle baard van Keizer Frede-
rik en de „Het-is-bereikt-baard' van Wilhelm II van
DuitschlandDe baardmode heeft zich de eeuwen
dóór herhaaldelijk gewijzigd, evenals de mode der
kleederdrachten en al bestaat er thans een sterke
mannelijke sympathie voor het „clean-shaven" ge
laat, toch mogen wij de wijze woorden van Breero
in gedachten houden: „Het kan verkeeren!"
(Nadruk verboden.)
en de betrekkelijk groote afmetingen van een cel heeft
men echter andere moeilijkheden te overwinnen: wan
neer men een bepaald stukje van de cel scherp ziet, is
de rest ervan onscherp. Men moet dus zoo'n cel syste
matisch onderzoeken en haar daarvoor verdoelen Jn
denkbeeldige laagjes ter dikte van 0.25 mikron omdat de
brandpuntafstand ook op 0.25 mikron nauwkeurig moet
worden afgesteld. De vooruitgang, die de biologie, door
dezen microscoop zal meemaken, kunnen wij ons zelfs
niet voorstellen. De tot dusver onzichtbare ohromosemen
kunnen er gemakkelijk mee worden waargenomen, even
als den invloed, die er door X-stralen op kan worden
uitgeoefend en vele bacillen zullen worden ontdekt.
De verbranding in een cylinder gefilmd.
Het kloppen van den motor is een gevolg van plotse
linge ontploffingen. Een goed scheikundige moet evenals
een goede kok gebruik weten te maken van kliekjes. Als
hij de bijproducten van een proces niet weet te benutten
gaan zij verloren. Hij zoekt dus uit den aard der zaak
ook naar een oplossing van het vervelende vraagstuk,
dat de automobilist het kloppen van den motor noemt,
want daarbij gaat het ook om een bijproduct, dat onaf
scheidelijk aan de benzine verbonden Is. Dit is het
eenige gebrek, dat de benzine volgens de autofabrikanten
nog aankleeft, anders zou zij Ideaal zijn. En de scheikun
dige weet niet, hoe hij van het kloppen een nuttig ge
bruik zou kunnen maken. Het kloppen Is nu langs an
deren weg bestudeerd. Men heeft n.1. een film gemaakt
vaii het verbrandingsproces in den motor. Het kloppen
wordt n.1. veroorzaakt door eén te snelle verbranding,
die gepaard gaat met een snelle stijging van den druk
in de cylinders. Die druk vertegenwoordigt een tamelijk
groote kracht en deze werkt ongeveer als een plotselln-
gen tik met een hamer. Het spreekt vanzelf, dat die
kracht van geen nut is en dat de prestatie van een mo
tor er door het kloppen dus ook niet beter op wordt.
Het ideaal is, dat de verbranding geleidelijk plaats
vindt zonder den minsten schok. Dan neemt de druk
in de cylinders ook gelijkmatig toe. Men kan dit gemak
kelijk bewijzen uit de gemaakte opnamen. Het maken
van die opnamen is echter zeer bezwaarlijk, want men
moet het binnenste van de machine fotografeeren. Daar
om werd een smal stuk kwarts ingelast in den wand
van de verbrandingsruimte, m.a.w. in het bovenste ge
deelte van den cylinder. Daaromheen kon men het ge
heele verbrandingsproces vanaf het overspringen van
do vonk uit de bougie volgen.
De camera nam dus een film op van de vonk, zooals
die van de bopgie naar het tegenovergestelde gedeelte
van de verbrandingsruimte oversprong. Wanneer de ver
branding goed verliep, bewoog de vonk zich met een
vaste snelheid, die echter niet eenparig was. Wanneer
de motor echter klopte, bewoog de vonk zioh eerst nor
maal, om dan op een bepaald punt met veel grootere
snelheid verder te gaan. Daarbij namen ook de lichtver
schijnselen plotseling toe, zoodat men door do geheele
verbrandingsruimte een flikkering waarneemt. Deze
plotselinge vlam gaat gepaard met een zeer snelle toe
name van den druk in den cylinder, waardoor het klop
pen wordt veroorzaakt
Hierdoor is de cylinder van een benzinemotor het ge
voeligste middel om snel en zeker uit te maken, of de
chemische samenstelling van een bepaalde soort ben
zine juist is. In dit opzicht werkt de cylinder zuiverder
dan de bekwaamste scheikundige, want als er Iets aan
de samenstelling der benzine ontbreekt, uit hij zijn on
tevredenheid dadelijk door te gaan kloppen.
(Nadruk verboden).
Karei V was een vurig aan- Socrates droeg een vollen
hanger van den baard. baard.
Lodenijk XIII drbeg nog Lodewijk XIX van Frankrijk
slechts een puntbaardje. huldigde de „clean-sha-
ven"-mode.