Een aardig idée. Een vuurbol. Het familiedrama in Kent. Een incident in de Grieksche Kamer. Toemend busverkeer in Amerika. KAMPEEREN De laats e Duitsche soldaat in Fransche gevangenschap. -Ontvoering van een minderjarige. Nu, om op de gestelde vraag definitief te antwoorden: „Ja en neen"! We hadden net zoo goed kunnen zeggen: „Dat hangt er van af!", want aan de kampeerder ligt het hem, of de uitgaven te groot zijn of niet voor Uw beurs. Bij 't begin aanvangende, zullen we eerst even voorop moeten stellen, dat de eisch is dat men een kampeer- tent bezit! Dat is eigenlijk het voornaamste. Bezit men er geen, dan zullen de kosten voor de eerste kampeer- tocht aanzienlijk hooger zijn. De aanschaffingkosten van een kampeertent voor ten hoogste 2 personen zijn (met grondzeil) pl.m. 18 gulden. Maar van ongebleekte katoen, dat men daarna water dicht maakt met dun dekkleedensmeer is men voor een veel geringer bedrag klaar. Een tent voor 3 en 4 personen verkrijgt men met weinig moeite uit één voor een tweetal door de op staande kanten (verondersteld wordt een model zooals een gewone kap van een huls) op te lichten en er z.g. „muurtjes" onder te maken. De oppervlakte wordt dan onmiddellijk veel grooter. Op een dergelijke wijze bouwt men een „shelter", een z.g. Amerikaansche legertentje, om tot een ruime 4- persoonstent We zullen evenwel niet dieper Ingaan op 't maken van een tent Wel willen we er nog op wijzen, dat het volstrekt niet meevalt en we waarschuwen er tegen om maar op goed geluk af te gaan knippen. Het moet met overleg en nauwkeurigheid gebeuren. Als men gaat kampceren, moet men trachten zoo zuinig mogelijk te leven; geen geld verkwisten aan overbodige dingen. Dan is het kampeeren betrekkelijk goedkoop en als men zich een stel kampeerpannen en een gaskooktoestel, een z.g.n. „primus", die zeer zuinig brandt op petroleum- gas, heeft aangeschaft heeft men verdere huishoude lijke artikelen niet mee te nemen. Men fietst of wandelt overdag, eet er gerust drie maal daags flink van en men behoeft niet meer te besteden dan gemiddeld f 1.25 daags, mits men met drie of vier man is. Hiervan worden betaald behalve de „proviand", pont- geld, staangeld en fooien voor de kinderen van de menschen. op wien ge zijt aangewezen. Deze treft men gelukkig haast overal aan en ze zijn de onmisbare steun voor elke kampeeider. We zijn wel eens jongelui tegengekomen, die royaal van twee kwartjes per persoon per dag rondkwamen, maar ook wel die aan een rijksdaalder nog niet vol doende hadden. Onze eigen ervaring heeft ons geleerd, dat f 1.25 een aardig gedrag is, waarvan men sommige dagen eens teat kan overhouden, wat altijd welkom is als er pech komt in den vorm van een gebroken pedaal, lekke band of reparatie aan het kooktoestel. Een volgende keer iets over de dingen die men mee moet nemen, wat goede wenken, en een aantal mooie routes en tenslotte nog wat „avonturen" uit eigen ervaring! H. JONKER Hz. Verzamel de oude rij wiel plaatjes. Teza men een .waarde van f 3000. Het bestuur der Vereeniging tot bevordering der be langen der T.B.C.-patiënten in Nederland is op een ori gineel en voor haar liefdadig doel zeer practisch idee gekomen. Met 1 Augustus worden de nieuwe rijwielplaat jes op de fietsen bevestigd. d.w.z. dat drie milüoen oude rijwielplaatjes worden weggeworpen. Drie millioen ko peren rijwielplaatjes, tezamen vertegenwoordigende 12 duizend kilogram koper, een waarde van f 3000. Waar de vereeniging meent, dat aan nazorg tb.c.-behandeling in ons land nog te weinig gedaan wordt, redeneert zij terecht, dat het toch maar niet aangaat f 3000 in de vuilnisbak te gooien. Daarom staan er bij alle rijwielhan delaren kistjes. En wat is nu eenvoudiger, dan hierin, nadat gij een nieuw plaatje op uw fiets hebt laten zet ten, het oude, voor u waardelooze plaatje in te werpen? Behoeftige tb.c.-patiënten zijn ermee gebaat. Ge doet er dus een goed werk mee en het kost u niets, zelfs geen moeite. De gezochte vader over boord gesprongen en daarmee het geheim van dit drama mee in het graf genomen. De Londensche politie Is er in geslaagd, vast te stel len. det Charles Frederick Lewis. de kreupele man. die er van verdacht werd. ziln vrouw en dochter te hebben vergiftigd, en daarna de lijken In den tuin van zijn wo ning te Belvedcrs In het Engelsche graafschap Kent tc hebben begraven, verdronken is. Men heeft dit ontdekt, doordat de kapitein van de „Royal Scot" welk «chip tiiiischen loonden en Edinburgh vaart, bij zijn aan komst in de haven aldaar meedeelde, dat des avonds om 11 uur. toen het schip nauwelijks de open zee had iberclkt, eon man overboord was gesprongen. Pogingen om hem te redden en daarna om het lijk op te vlsschen, waren vruchteloos gebleven. De kapitein overhandigdo de politie eenige voorwerpen, welke In de hut van den drenkeling waren gevonden. Deze voorwerpen werden door familieleden en vrienden van Lewis als de zijne herkend. Bovendien klopte de beschrijving van Lewis volkomen met die van den man die overhoord was ge sprongen, zoodat er geen twijfel overbleef. Het Is nu duidelijk, dat Lewis. om tot dusver nog on bekende redenen, ztin vrouw en aangenomen dochter heeft vergiftigd en haar lijken daarna met het lük van den hond. In den tuin heeft begraven. Door zijn sprong overboord heeft hij het geheim van dit familiedrama met «loh in het graf genomen. Venizelos en Kaphandaris beschuldigen el kaar van leugenachtigheid. V.D. verneemt uit Athene: In de Grieksche Kamer kwam het tot een heftig en opzienbarend Incident tusachen minister-president Ve- nizelos en zijn voormaligen partijgenoot Kaphandaris die thans deel uitmaakt van de oppositie. Venizelos nocmdi Kaphandaris een leugenaar, dien hij een draai om ziln ooren zou geven als hij Iets dergelijks in zijn functie van minister-president zou kunnen doen. Kaphandaris daarentegen beechuldigdo Venizelos van leugsns, omdat deze hem uitlatingen toedlchte, die hij nooit had gedaan. Als gevolg van dit incident werd een eere-raad ingesteld, dis naar de wederzUdsche beschul diging een onderzoek zal doen en die bestaat uit de lei ders der verschillende partijen. Aangezien de Volkspartij eohter weigerde in dezen raad zitting te nemen zal ook de Voorzitter van het Staatsgerecht er deel van uitma- ken. Het incident heeft in alle politieke kringen groot opxien gebaard en de oppositie valt Venizelos scherp aan Een maatschappij met 2000 wagens, welke tezamen dagelijks bijna een half millioen Kilometrs afleggen. De ontwikkeling van het auto-verkeer In Amerika en. vooral na den oorlog, het gebruik van „bussen" als transportmiddel, heeft er toe geleld, dat meer en mesr de auto-omnibus de concurrent wordt van den spoor weg. L»o Amerikaansche spoorwegen hebben echter de beteekenls van deze evolutie tijdig ingezien en zijn ten zeerste betrokken b(j de verschillende busmaatschap pijen. Een der grootste deze maatschappijen, de „Greyhound Lines", onderhoudt thans een geregeld personenverkeer met meer dan 20C0 bussen, welke te zamen dagelijks 480.000 K.M. afleggen. Verder zegt de statistiek, dat in 1930 tegen de 10 millioen reizigers vervoerd werden, welk aantal voor dit jaar op 23 millioen geschat wordt. De bruto-ontvangst bedroeg verleden Jaar 32 millioen dollar en. aal ln 1931 wel de 40 millioen bereiken. Een personeel van 4500 man is aan dit bedrijf ver bonden. Een reis van New-York naar San Franclsco of Hollywood met de bus is thans een doodgewone zaak. Er wordt dag en nacht gereden en wel met een wagen, welke 's nachts slaapwagen, overdag echter in een luxe wagen kan herschapen worden. Natuurlijk ontbreken ook de keuken en alle overige Inrichtingen voor het moderne reizigersverkeer nlot De lijnen van dit busverkeer voeren door het heele land, van Noord naar Zuid, van Oost naar West en hebben thans een beteekenis gekregen, welke aan het Amerikaansche reizigersverkeer een heel bijzonder cachet geeft. zomerdag was overgegaan in de schemering van den zomeravond. Het denkbeeld om zelf onder de menschen te gaan en persoonlijk voedsel voor zich en hulp voor Leek te halen, scheen Prlam Farll een onmogelijk denkbeeld toe; zoo Iets had hij nooit gedaan. Voor hem was een winkel een ontoegankelijke vesting, bevolkt met mon sters. Bovendien zou hij iets hebben moeten „vragen" en „vragen" was voor hem het toppunt van alle kwel lingen. Hij had dus bezorgd, maar hulpeloos, de trap pen op en af geloopen, totdat Ugi laatste Leek, die niet langer een knecht was, maar ontaard in een gewoon menschelljk organisme, hem met zwakke stem, maar kortaf, verzocht had. hem met rust te laten, waarbij hij hem verzekerde, dat hij niets noodlg had. Waarop de meest benijde van alle schilders, het symbool van roem en grootheid, de bekende kamerjapon van den knecht had aangetrokken om een nacht vol ongerief en kwelling tegemoet te gaan. De bel ging opnieuw over en een harde, dringende bons op de deur klonk door het stille buis, schrik wekkend. onheilspellend. Het had het kloppen van den dood kunnen zijn. Dat bonzen deed het vreeselijke vermoeden rijzen, „als hij eens ernstig ziek was?" Prlam Farll sprong zenuw achtig op, gereed om schellende en kloppende bezoe kers te ontmoeten Genezing van verlegenheid. Aan den anderen kant van de deur stond een man in geklcede Jas en hoogen hoed; hij was lang. mager en doodelijk-vermoeid. want hij was Juist twintig uur op de been geweest om zijn dagelijksch werk te ven- richten, dat bestond in 't genezen van denkbeeldige kwalen, door middel van geneesmiddelen of suggestie en werkelijke ziekten over te laten aan de natuur en aan een of ander gekleurd watertje. Zijn houding tegenover het medisch beroep was eer.lgszlns cynisch, gedeeltelijk, omdat hij overtuigd was, dat alleen do gulzigheid van Zuld-Kensington hem een bestaan verschafte, maar nog meer, omdat zijn vrouw en zijn twee volwassen dochters te veel aan haar kleding besteedden. Sinds Jaren hadden ze vergeten, dat h(j een onsterfelijke ziel bezat en hadden ze hem behandeld als een gcld-automaat: zij duwden een ont bijt in de sleuf, trokken aan een knoop van zijn vest cn haalden er banknoten uit te voorschijn. Daarom had hij noch een assistent, noch een rijtuig, noch vacantle: zijn vrouw en dochters konden hem die weelde niet vee* oorlooven. Hij was knap, nauwgezet, chronisch vermoeid, kaai en vijftig Jaar. Hij was ook, hoe vreemd 's schijnen moge, verlegen van aard. ofschoon hU aan 't leven ge wend was geraakt, zooals een mensch gewend raakt aan Een lenke kampeertocht is een evenement dat Jarenlang bijblijft! I. DEZER dagen, toen de zon al zoo'n heerlijke kracht had gekregen, en zich dagenlang niet door voorjaarsbuien Het verjagen, toen de natuur haar verlokkingen met verdubbelde energie op schoot, hebben wij, en ongetwijfeld velen met ons voor 't eerst dit Jaar, de Impressie van de opdringende natuurpracht ondergaand, met ernst aan kampeeren gedacht Kampeeren! Geheel op eigen beenen te leven; gedwongen te zijn om op zichzelf te vertrouwen; zelf z'n potje te koken, z'n etenswaren ln te slaan; dan te zoeken naar ge schikte plekjes; te wandelen door een onbekend bosch. midden ln den nacht; te zwerven, kortom naar eigen wenech z'n vleugels te kunnen uitslaan! Je beseft dan eerst wat de natuur voor Je beteekent Mooi weer of regen en onweersbuien, stralende zonne schijn of een somber zwerk met jagende snerpende winden: ze doen je genoegen staan of vallen; je bent er van afhankelijk als de wieken van een molen 't zijn van den wind. Dat is 't avontuurlijke er van! Daarbij komt 't ongekende machtige schouwspel van 't vallen van den nacht; 't stil worden van het rumoer om je heen, het hooren van den wind die de tentzeilen doet klepperen. Avonturen beleeft men om van te smullen, er vallen dingen voor. die thuis nooit voorkomen. Men komt voor vraagstukken te Btaan, die ongekend nuttig zijn voor ieder om ze op te lossen. Denk bij voorbeeld maar eens aan wat een takt er noodlg is, om de tent zoo op te zetten, dat hij nopit -den strijd tegen den storm zal verliezen, de kunstmiddelen die men ter hand moet nemen om van een mlerenplaag af te komen, als men 's nachts om twee uur merkt dat het „tuig" Je heeft overmeesterd en Je lucifers op zijn om licht te maken! Dat zijn avonturen, waarin men zelf ten nauwste Is betrokken. Met trots kan men later z'n ervaringen vertellen aan jongeren, die nooit kampeerden en die toch evenals Uzelf voor schijnbaar onoverkomelijke bezwaren komen te staan, die ze zelf op weten te lossen. IS KAMPEEREN DUUR? In deze materialistische, deze verstoffelijkte wereld draalt alles op „duur" of „goedkoop" uit Is 't dan ook vreemd dat bij 't opwerpen van een of ander plan altijd over den prijs do meeste woorden worden versleten en de meeste zuchten worden geslaakt^ „Een ongepaste stap, welke de goede be trekkingen en den vrede stoort?" De Fransche bladen Matin, Llberté enz. hebben zich in lange artikelen bezig gehouden met een interpellatie, welke de Rijksdagafgevaardigden Bornemann, Rlppel c.s. op 25 Maart hebben ingediend en waarin zij vragen wat de rijksregeering gedaan heeft en denkt te doen om den op 14 Juni 1921 door den Franschen krijgsraad „wegens het dragen van wapenen tegen het vaderland" tot levenslange deportatie veroordeelen Elzasser Paul Emll Schwarz uit de Fransche gevangenschap te be vrijden. Rijksdagafgevaardigde Otto Rlpepl schrijft hierover in de D.A.Z. o.a., dat Schwarz in Februari 1919 bij de be zetting van Kehl in de woning van zijn moeder is gearresteerd. Tot voor twee jaar zat Schwarz op het Duivelseiland, in hetzelfde vertrek, waar vroeger kapi tein Dreyfus heeft gezeten. Daarna werd hij naar de strafkolonie Cayene getransporteerd, waar hij zich thans nog bevindt Alle pogingen van het Duitsche gezant schap, alle verzoeken om genade van zijn verdediger zijn tot nu toe tevergeefs geweest. Schwarz Is op Corsica geboren, doch heeft van kinds af aan in den Elzas gewoond. Door den vrede van Frankfort in 1871 zijn zijn ouders Duitsche staatsbur gers geworden. Bij het uitbreken van den oorlog is hij evenals alle Elzassers als Duitsch soldaat opgeroepen. De Matin houdt Schwarz voor een Franschman. die voor Dultschland splonnagewerk heeft verricht, doch de krijgsraad van Chalons heeft geen apionnage kunnen vaststellen. De krijgsraad heeft daarop besloten, dat Schwarz volgens de bepalingen van het Fransche recht als Fransch staatsburgers ls te beschouwen. Nopens de Interpellatie, die de Rijksdagafgevaardig- een holle kies, of een aal aan 't stroopen. Maar 't hart van Dr. Cashmore had niets gemeen met 't hart van een Jong mejsje! Hij kende de menschelijke natuur door en door en hij droomde nooit over leta heerlijkere dan een Zondags-uitstapje naar Brighton. Priam opende de deur. welke dio twee bedeeede men schen scheidde en zij zagen elkaar bij 't licht van de straatlantaarn (want de hal was duister). „Woont hier meneer Farll?" vroeg Dr. Caahmore met een norschhêid in zijn stem, die uit verlegenheid voort kwam. De ontdekking, dat Leek zijn naam genoemd had deed Priam 't angstzweet uitbreken. Het nummer van 't huls zou toch voldoende geweest zijn! „Ja," gaf hij aarzelend toe. „Is u de dokter?" .Ja" Dr. Cashmore liep de donkere hal te. „Hoe gaat 't met den zieke?" „Dat weet Ik niet," zei Prlam. „HU ligt te bed en is heel rustig." „Goed," zei de dokter. „Toen hij van morgen bU mU kwam. raadde ik hem aan naar bed te gaan." Daarop volgde een kort, verlegen zwijgen, waarin Pri am Farll kuchte en de dokter zloh ln de handen wreef en even begon te neuriën. „BU den Hemel!" flitste hot door Farll's brein, „ik geloof stellig, dat de vent verlegen is." En de dokter zei tot zloh zelf: „Daar heb Je weer zoo'n zenuwpees!" Toen raakten ze van louter welwillendheid Jegens el kaar op hun gemak. Hgt was. alsof er een veer losge sprongen was. Prlam sloot de deur en sloot daarmee te vens het lichtstraaltje van de straatlantaarn bulten. „Ik vreee, dat er hier geen licht ls," zei hU- „De zal een lucifer aanstrijken," zei de dokter. „Dank u zeer", zei Priam. Do schUn van een lucifer verlichte de pracht van da bruine kamerjapon. Maar Dr. Cashmore bleef onbewo gen. HU kon zich vielen met de gedachte, dat er op 't punt van kamerjaponnen voor hom niets meer te leeren viel „Zeg eene, wat scheelt hem eigenlUk?" vroeg Priam Farll op een Jongensachtlgen toon. „Weet ik 't? Kou gevat 't Kan van alles zUn. Daarom ze! Ik. dat Ik van avond nog eens zou komen zien. Ik kon niet eerder komen. Sinds van morgen zes uur ben ik op de been geweest" Hij lachte grimmig. „Het ls heel vriendelijk, dat u gekomen is." zei Priam Faril met warme, levendige sympathie. HU bezat een verwondcrlUke gave om zich ln de plaats van een ander stellen. „Volstrekt niet!" mompelde de dokter. HU was ont roerd. Om dat feit te verbergen, stak h|j een tweede lu- de aan de regeering hebben gericht schrijft de Fransche pers over „een ongepasten stap, welke de goede be trekkingen en den vrede stoort" De Interpellanten betoogen daarentegen, dat Schwarz de laatste Duitscne soldaat is, die wegens zUn deelne ming aan den oorlog zich thans nog in Fransche ge vangenschap bevindt DE INBRAAK IN EEN BONTWINKEL. De voortvluchtige verdachte gearresteerd Men zal zich herinneren dat ln verband met den In braak in den bontwlnkel van de firma C. aan de Jonker Fransstraat te Rotterdam de politie een inval deed ln een pand aan het Oosteinde aldaar, waar de gestolen partU bont werd teruggevonden en waar een man gear resteerd werd. De andere verdachte zag kans over de daken van naastgelegen panden te ontkomen. Het Is de politie thans gelukt dezen man te arrestee ren. Donderdagochtend in alle vroegte heeft een drietal rechercheurs een inval gedaan in een pand aan de Korf- makerstraat en daar den voortvluchtige van zijn bed gelicht Het ls de 34-jarige varnesgeeel P. F. S. HU is ln het politiebureau opgesloten. INBRAAK TE ROTTERDAM. Een bedrag van f 475 gestolen. TUdens afwezigheid van de bewoners heeft men zich gisteren, vermoedelijk met behulp van valsche sleutels toegang verschaft tot de woning van den kantoorbe diende L. G. aan den Mathenesserdijk te Rotterdam. Uit het buffet Is een blikken trommel waarin een bedrag van f 260 aan bankpapier geborgen was ont vreemd, terwijl uit een kast een geldkistje, inhoudende een bedrag van f 215 gestolen is. elf er aan. „Zullen we naar boven gaan?" Op de slaapkamer stond een brandende kaars op een stoffige, ledige toilettafel. Dr. Cashmore nam de blaker mee naar 't bed. dat zoo keurig gespreid was, dat 't een oase geleek in de woestenij van de ongeriefelijke kamer, toen bukte hU zich over den zieken knecht „HU rilt!" riep de dokter zacht uit Henry Leek's huid was blauwachtig, hoewel er, behalve de dekens, nog verscheidene relsplaids op het bed lagen en de nacht zoel was. Zijn oud-aohtig gezicht (want hU was de derde man van vijftig jaar ln de kamer) had een angstige uitdrukking. Maar hU bewoog zich niet, uitte geen woord, bU 't zien van den eirts: hU staarde alleen mat voor zich uit HU scheen in niets belang te stellen, dan ln zijn eigen moeilijke ademhaling. „Geen vrouwen bij de hand?" De dokter wendde zich plotseling met scherpe stem tot Priam Farll, die opschrikte „WU zUn maar met ons beiden in huls." antwoordde hU- Iemand, die minder bekend was met de wonderlijke toestanden, die zich in de beschaafde wereld ln Londen kunnen voordoen, zou verwonderd geweest zijn bU dat bericht Maar Dr. Cashmore was nu evenmin verbaasd als hU 't geweest was bU 't zien van de hulsjapon. „Gauw, haast je en haal wat warm water." zei hU op bevelenden toon. „Gauw maak voort! En brandewUn! En nog eenige dekens! Sta daar nu niet te kijken, maar schiet op! Wacht, ik zal meegaan naar dc keuken. Wijs me den wee HU greep den blaker en zijn gelaat zei: „Ik zie we!, dat j|j niets waard bent als 't op helpen aan komt!" ,,'t Is met me gedaan, dokter", klonk 't fluisterend van 't bed. „Dat is 't m'n Jongen!" zei de dokter zacht In zich zelf. toen hU met Priam Farll snel de trap af liep. „Ten* zU ik Je wat warms kan ingieten!" Meester en knecht „Moet er een lUksohouwlng plaats hebben?" vroeg Prlam Farll om zes uur ln den morgen. HU was op den harden stoel in de benedenkamer neergevallen. De on misbare Henry Leek was voor altUd voor hem verloren. HU kon zich niet voorstellen, hoe hU zich voortaan red den moest Hij kon zich niet indenken, wat hU beginnen moest zonder Leek. En. wat nog erger was, het schrik beeld van het bekend worden van zUn aanwezigheid In Londen martelde hem en Het hem niet los. „Neen!" zei do dokter opgeruimd. „O. neen! ik was er bU- Een acute dubbele longontsteking! Dat komt meer voor. ik zal het doodsbewijs schrijven. Maar natuurlUk moet u het sterfgeval aangeven." Gezien te den nacht van Zaterdag op Zon dag. Een lezer van de N.R.Ct schrijft dat hU in den nacht van Zaterdag op Zondag, circa vijf kwartier voor do aardbeving, n.1. om 1 minuut over half een, in het Zuid- Westen op een geringe hoogte van circa 30 graden, ver weg, een praöhtlgen vuurbol heeft gezien. Het was niet een zgn. vallende ster, noch een staatster. Het verschUn- sel bewoog zich ln een richting loodrecht op den ge zichtseinder, recht naar den waarnemer toe. De vuur bol werd grooter en grooter, kwam naderbij tot de groot te gelUk was aan die, welke de maan gemiddeld voor ons oog heeft en bestond plotseling niet meer. Het ein de ging niet gepaard met een uiteenspatting. De duur van het verschijnsel was circa 15 seconden. In dien tUd was ln de omgeving van den vuurbol veel damp zicht baar, terwijl de hemel voor en na het verschijnsel den Indruk gaf zeer helder te rijn- Aanklacht tegen een baron ingedlendi De Berlijnsche politie stelt alles in het werk om het spoor te vinden van de 16-jarige Hlltrud Breil, die in Parijs verdwenen ls. Hiltrud Breil ls ongeveer zes weken geleden met Ba ron von Holdenberg. met wien zU verloofd was, en zUn moeder naar Parijs gegaan. Sedert een maand hebben haar ouders niets van haar gehoord. Vastgesteld is, dat zU zich na een paar dagen in Parijs van haar verloofde heeft gescheiden en zloh ln een voorstad van Parijs heeft opgehouden. Tegen von Holdenberg is namens de ouders van het meisje een klacht Ingediend wegens ontvoering van een minderjarige. Men verwacht dat von Holdberg en zUn moeder in hechtenis zullen worden genomen. De Parijsohe politie ls verzocht om het meisje op te sporen, waarin zU nog niet geslaagd ls. Zelfs zonder lUkachouwing voelde hU. dat het gevalI uiterst onaangenaam voor hem was. HU voelde, dat hU| 't besterven zou en hij bedekte zijn gelaat met zijn han-1 den. „Waar zijn meneer Farll's bloedverwanten?" vroeg de dokter. „Meneer Farll's bloedverwanten?" herhaalde Priam Farll zonder te begrUpen. Toen ging hem eer licht op. Dr. Cashmore dacht, dat Henry Leek Farll heette! En de overgevoelige bedeesdheid ln Priam Farll's ka rakter greep met beide handen het nooit vermoede bui tenkansje aan om te ontsnappen aan de nieuwsgierige aandacht van 't publiek. Waarom zou hU de wereld niet in den waan laten, dat hU en niet Henry Leek plotseling in Selwood Terrace overleden was? Dan' zou hU vr4 zUn, volkomen vrij! „Ja," zei do dokter. „Ze moeten natuurlUk gewaar» schuwd worden." Priam ging In den geest snel de rij van zijn verwanten na HU kon niemand vinden, die hem nader stond dan een achterneef, Duncan Farll. „Ik geloof niet, dat hU familie had." zei hij met een stem. die trilde van opwinding over de onbezonnen streek, die hU uithaalde. „Misschien waren er een paar verre neven. Maar me neer Farll sprak daar nooit over." Dat was waar. HU kon nauwolUks de woorden „Meneer Farll" uit spreken. Maar toen ze over zUn lippen waren, voelde hU. dat hU iets onherroepelUks gedaan had. De dokter keek naar Priams handen, de ruwe. slecht onderhouden handen van een schilder, die altijd knoeit met olie en verf. „Neem me niet kwalUk." zei de dokter, „u bent zeker zUn knecht of „Ja," zei Priam Farll. Dat deed de deur dicht ,Hoe was de naam van uw meester, voluit?" vroeg de dokter. „Prlam Farll". zei hij zacht. „Toch niet de riep de dokter uit, die nu toch door de toevalligheid van 't Londensche leven getroffen werd Priam knikte. „We-1, wel!" De dokter gaf lucht aan zUn gevoelens. Het was een feit. dat deze toevalligheid van 't Londensche leven hem genoegen deed, hem vleide, hem een gevoel van gewichtigheid gaf en hem zUn vermoedheid en grie ven deed vergeten HU zag. dat de bruine kamerjapon een man bevatte, die volkomen uitgeput was. en met die vriendelijkheid van gemoed, die zelfs de moeilijkheden van zijn beroep getrotseerd had, bood hU aan, de eerste formaliteiten t» vervullen. Toen ging h|j heen. Wordt vervolgd-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 10