IchagerCourant Raad Nieuwe Niedorp. LEVEND BEGRAVEN. Derde Blad. Dinsdag 28 Juli 1931. 74ste Jaargang. No. 8906 Vergadering van den Raad op Zaterdag 25 Juli Jol. des morgens half 10. lAlle leden zijn aanwezig. IVoorzitter de heer A. Visser, burgemeester, secre- iris cle heer P. Haringbuizen. [Bij ons binnentreden in de raadzaal, volgens ons lurwerk om 5 minuten over half 10, doch N. Niedor- Lr- oftewel radiotijd scheen 7 minuten later aan te (rijzen. werden we ontvangen met de mededeeling Jat bel wachten reeds op de pers was. Of er dus Botnpl op tijd werd begonnen! Dat men zoo voort- V.'.!! De Voorzitter heet de leden welkom, waarna de Ijotulen worden gelezen; ze worden onder dankzeg- f; ging aan den Secretaris onveranderd goedgekeurd. Naar aanleiding van de notulen, vraagt de heer tvn hoe nu de houding van de gemeente Winkel is ,'<en aanzien van de verlichting der gemeentege- foKiwen. De Voorzitter zegt, dat de quaestie door de gas- J. [commissie ie besproken en wat de leden dezer com- Kjjssie betreft, zij allen willen samenwerken om het *p5vërbruik zoo hoog mogelijk te houden, f De lieer Borst vraagt, of de xneterhuur niet zou Kunnen vervallen of minder vastrecht heffen, om op jdi" manier het gasverbruik te vermeerderen, f De Voorzitter zegt, dat dit moeilijke dingen zijn; ■lis in een of anderen vorm de prijs verlaagd wordt (bestaat er zeer groote kans, dat het bedrag dat ont vangen wordt niet loonend is. j' De beer Borst: Zou het gasverbruik dan niet ver- I meerderen j De Voorzitter: Misschien wel, maar iemand die I aan het electrisch net is aangesloten, zal in die ver- I mindering van kosten nog geen aanleiding vinden de aansluiting aan het electrisch net te niet te doen. V. maken we op het oogenblik een zeer goede kwa liteit gas, zoodat wel met petroleum kan worden ge concurreerd. Het zal beter zijn den toestand voor pn jaar aan to zien. Het spoorweghuisje. De heer Borst wijst nog eens op het spoorweghuisje. |De schotten raken er uit, terwijl de pannen nog op ihet dak zijn, zoodat voor de kinderen de toestand fcvensgevaarlijk wordt. Als de Ned. Spoorwegen niets Villen doen, zou spr. willen dat de gemeente een paar Ichoren deed plaatsen. Spr. vreest, dat er anders doo ien van komen. De Voorzitter zegt, dat het een gebouwtje is waar ['de gemeente niets over heeft te zeggen. Als de toe stand zoo erg is, zou het hoofd van de politie kun nen optreden. Spr. heeft nog iemand van de maat- khappifgesproken, maar er is geen opdracht tot op- Liiming. De heer Wit zegt, dat het niet de schuld van de fied. Spoorwegen is dat de toestand dan nu levens- |evaailijk is. Spr. veronderstelt dat er geen voldoend szicht is geweest en kan zich moeilijk indenken ,t een perceel zoo afgebroken mag worden. l)e Voorzitter zegt, dat het afbreken natuurlijk Ket mag, maar de heer Wit is zelf ook jong ge petst en zal zich toen aan zoo iets ook wel schuldig fcó'uen gemaakt. beheer Wit. is het roereend eens met den Voor zin er dat hij ook jong is geweest, maar aan een der gelijke daad heeft spr. nooit meegedaan. De heer PI uister: Niet wat een spoorhuisje betreft, k~ De heer Wit zegt, dat het toch zeker een afkeu- reus-waardige daad is. De Voorzitter zegt. dat niet alleen de jeugd de sriiuld treft, maar het is ook een grootere generatie "die het doei. jf De heer Wit is bang dat een particuliere woning ptraks ook een dergelijk lot zal ondergaan. De heer Gaijaard wijst op de huidenfabriek, waar 11e ruiten vermeld zijn. Ingekomen stukken. ^Mededeeling wordt gedaan Xan de volgende inge- j «omen stukken: FEUILLETON Door ARNOLD BENNETT riam Farll had de ongeschreven wet van de Engel- I*'' e conat.'tutic overschreden, dat een hoofdpersoon in •«n „cause célèbre' gedurende dien tijd niet aan zich- f. maar aan de natie toebehoort. Hij had geen recht ?ehe;m.-*innigheid. Door zich heimelijk te verbergen, beroofde hij 't publiek en de pers van hun onvervreemd- kar recht. 11011 nu de herhaalde bewering tegenspreken dat p'J bigamie had gepleegd? Er werd verteld, dat hij op Fpg was naar Zuid-Amerika. Toen las 't publiek met paagte de 'Artikelen door specia* rechtsgeleerden. over uitleveringstractaten met Bnölië, Argentinië, Ecua- K>r, Chili. Paraguay en UruguayxT D* domino's Matthew en Hen.i$' preekten voor volle •erken te Putney en Bermondseyi en hun preeken wer- len woordelijk herhaald in de „Christelijke Stem" en Inderc brengers van 't licht i En op zekeren morgen boog Engeland zijn neua a] die- Fr en diojRn over zijn ochten<ft>l£d. En de koffie werd [oud en 't spekvet stolde, van Heiland Wight tot Hex- [ani. toen 'ae laatste berichten verzwolgen werden. Het Kloofde een reuzenproces te worden, de zaak van Witt lontra Parfitts. I Het beloofde een van die gevallen te worden, die op li n' het 1CVCn waard waren om geleefd te worden, alleen al een vergoeding zijn voor de veraehrikkin- J n van t Engelsche klimaat En toen kwam de dag, *n t verhoor en de namiddagbladen, die 'a morgens om Kgen uur verschijnen. verkondigden dat Henry Leek ot Priam Farll. als ge wilt) en zijn vrouw, (of zijn ge- 1'r üJÜ alachtoffer) in Weater Road waren eruggekeerd. h,eld den adem In; zelfs SchoUand wachtta roomT en land b®woo« *ich onrustig in zijn twee moedervlekken, schouwburg, waarin het aangrijpende drama van Van Ged. Staten de bij hen ingezonden besluiten tot aanvaarding van het voorstel tot afbetaling der rentelooze voorschotten in den tramweg Schagen- Wognum, tot ruiling van grond met Mevr. Wed. S. Hartman, tot nadere vaststelling van de grens tus- schen den dorpsweg en de daaraan gelegen percee- len en tot wijziging van (le begrooting 193Ó, alles van de vereischte goedkeuring voorzien; het proces-verbaal van kasopname bij den ge meente-ontvanger over het 2e kwartaal; verslag van de vergadering van den Vleeschkeu- ringsdienst op 18 Juni jl.; idem van de Gascommissie op 9 Juni jl.; Besluit van het Centraal Stembureau d.d. 17 Juni jl., waarben tot leden van den Raad benoemd ver klaard zijn de heeren H. Borst, G. Gaijaard, H. Keesom, Jb. Kooij Cz., D. Olie Az., P. Pluister en H. Scheltus. Het verslag van de gascommissievergadering wordt gelezen. De heer Borst vraagt, of omtrent de gewijzigde dienstrooster overleg is gepleegd met. het personeel. De Voorzitter denkt van wel, in ieder geval met de Arbeidsinspectie. Onderzoek geloofsbrieven. Volgt het onderzoek van de geloofsbrieven van de nieuwbenoemde raadsleden. Met het onderzoek worden belast de heeren Gaijaard, Wit en Keesom. Bij monde van den heer Gaijaard wordt tot toe lating geadviseerd, met welk advies de vergadering zich vereenigt. Hooisteker. Medegedeeld wordt, dat de heer H. J. Kossen, hooi steker voor de kom en het zuidelijke deel der ge meente. voorloopig ook in de noordelijke wijken als zoodanig zal optreden, als opvolger van wijlen den heer C. Wit Dz. De heer Gaijaard vraagt, of Kossen meerdere ma len rond gaat, welke vraag bevestigend door den Voorzitter wordt beantwoord. Benoeming onderwijzeres. Aan de orde is de benoeming van een onderwijze res aan de school in de kom. In overleg met den heer Inspecteur en in overeen stemming met het. rapport van het Hoofd der School, den heer Wilbrink, is de voordracht als volgt sa mengesteld: 1. Mej. A. M. Bloemendaal. tijdelijk onderwijzeres alhier; 2. Mevr. G. Meuleveld-Langedijk, alhier. De indiensttreding te stellen op 27 Juli a.s. Na schorsing van de openbare vergadering en her opening wordt mej. Bloemendaal met algemeene stemmen benoemd. De Voorzitter feliciteert zoowel de benoemde als de gemeente met de gedane keus. Pensioensgrondslag. Vastgesteld wordt de pensioensgrondslag van den boekhouder der Alg. Armenadministratie, tevens secretarie-penningmeester van den Niedorper Pol der, den heer S. G. Wit, op een bedrag van f3C0, met ingang van 1 Juli 1930. De heer Gaijaard vraagt waarom de betrekking van secretaris-penningmeester van den Niedorper Polder hier genoemd wordt. De Voorzitter deelt mede, dat combinatie van deze betrekkingen het mogelijk maakt, dat de lieer Wit pensioengerechtigd wordt. Vaststelling salaris. Van de Algemeene Armenadministratie is het ver zoek ingekomen om de jaarwedde van haar boekhou der reeds over 1931 met f 100 te .verhoogen en alzoo. te brengen op f 400. B. en W. stellen voor in verband met de aan de be trekking verbonden werkzaamheden, daartoe over tc gaan en tevens den pensioensgrondslag met ingang van 1 Januari 1931 vast te stellen op f 400. De heer Gaijaard merkt op, dat er reeds over deze kwestie is gesproken. De Voorzitter beaamt dat het eenigszins is bespro ken. Het baantje van boekhouder der Algem. Armen administratie is er een dat men zeer gemakkelijk kan opvatten, maar men kan er ook veel werk van ma ken. En hoe meer werk er van gemaakt wordt, hoe meer salaris gegeven dient tc worden. Door den heer S. G. Wit wordt zijn best gedaan, een en ander wordt wordt door hem nagegaan, wat van groote waarde is en daarom vonden armvoogden het gewenscht, dat zijn salaris werd verhoogd. B. en W. hadden geen redenen om zich daar tegen te verzetten, integendeel, zij gingen ermee accoord. De heer Wit wil, gehoord de toelichting van den Voorzitter, wel gelooven dat de salarieering op achter is vergeleken met de salarissen van de andere gemeente-ambtenaren, maar gezien de tijdsomstandig heden, zou spr. het beter vinden dat de salarissen van de andere ambtenaren dan werden verlaagd. Ja, ver volgt spr. tot den Voorzitter, u lacht daar wel om, maar het mag aardig wezen voor degene die de ver- Witt contra Parfitts opgevoerd zou worden, miste* de gewone kenteekenen van een moderne openbare verma kelijkheid. Hij was veel te hoog voor zijn breedte en lengte; hij was slecht verlicht; hij was tochtig ln den winter en stoffig itv den zomer, daar er hoegenaamd geen behoorlijke ventilatie was. Als hij onder toezicht van den gemeenteraad gestaan had, zou hij dadelijk aige» keurd zijn, omdat hij gevaarlijk was in geval van brand, daar de gangen altijd verstopt waren, en de uitgangen van een middeleeuwsche ingewikkeldheid. Er was geen tooneel, geen voetlicht en al de zitplaatsen waren van onbekend hout, op één na. Deze ééne zete! werd ingenomen door den voornaam- sten speler, die een grappige pruik droeg en eën kost baar, schitterend rood gewaad. Hij was een vrij be kwaam rechter, maar hij was zijn roeping misgeloopen; zijn zeldzaam talent voor derde-rangsgrappen zou hem een fortuin opgebracht hebbén in een café-chantant Zijn salaris bedroeg honderd pond per week; er zijn betere acteurs, die minder verdienen. Op 't oogenblik bevond hij zich te midden van een dubbele rij nieuwerwetsche hoeden, en onder die hoeden keken de gezichten uit van veertien vrouwelijke verwanten en kennissen. Deze hoe den vervulden de rol van 't huis eenigszins ..aan te klee- den". De voornaamste acteur trachtte zich te gedra gen, alsof hij zich verbeeldde, dat hij de eenige hoofd persoon was; maar dat gelukte hem niet. Er waren nog vier andere leidende spelers; de heeren Pennington en Vodrey, raadslieden van den eischer en de heeren Cass en Crepitude. die de belangen van de beklaagde behartigden. Deze kunstenaars waren de ster ren van hun vak; in naam schitterden zij wel minder, maar inderdaad overtrof hun glans verre dien van den speler in 't rood. Hunne pruiken waren van mindere kwaliteit dan de zijne, en hunne kleeren afgedragen, maar dat deerde hen niet. want waar hij honderd pond per week verdiende, kregen zij honderd pond per dag. Drie jonge spelers ontvingen elk per dag tien pond: een van hen was de raadsman van den Deken en 't Kapittel vaji de Abbey, die lidmaten waren van een Christelijke broederschap en gegroefd en ontzet waren over de be schuldiging van den verdediger, dat zij een knecht be graven hadden. Ze zouden zich dan ook met hand en tand verzetten tegen de opgraving van den doode. De figruranten in 't drama, wier taak 't was met el kaar en de spelers te fluisteren bestonden uit advoca ten, klerken en kunstkenners; hunne gezamenlijke emo lumenten beliepen honderdvijftig pond per dag. Twaalf uitnemende mannen in de jury-loge ontvingen met elkaar ongeveer zooveel, als een der hiervoor genoemde „ster ren" noodig had om vijf minuten in zijn onderhoud te voorzien. Het geheele bedrag der onkosten bedroeg dus hooging ontvangt, maar het geld moet opgebracht worden. We zijn verplicht zooveel mogelijk versobe ring toe te passen. De heer Borst is dat wel met den heer Wit eens, maar een goede kracht moet toch betaald worden. Als iemand zijn best doet, moet hij betaald worden. De heer Keesom heeft den laatsten tijd ondervonden wat door den boekhouder wordt gedaan en is dan ook voor het toestaan van het verzoek. De heer W it wijst er met nadruk op dat hij geen af breuk wil doen op den persoon van den boekhouder, maar de tijdsomstandigheden zijn van dien aard, dat we versobering moeten voorstaan. De heer Pluister zegt, dat in het betoog van den heer Wit een kern van waarheid is, maar spr. wijst op den omvangrijken arbeid en het gaat niet op om de minder goede toestanden te doen drukken op den boekhouder. Armvoogden zien ook de minder goede omstandigheden wel, maar oordeelen dat het salaris op te laag peil staat. Waar de heer Borst zei, dat hij het met den heer Wit eens was, vraagt spr. in hoe ver. De heer Borst: Dat de tijdsomstandigheden niet gun stig zijn. De heer Gaijaard denkt, dat een salarisverlaging plaats vond over de geheele linie, de toestand t.a.v. werkloosheid nog slechter zou worden. De. heer Wit; Waardoor ontstaat de groote werk loosheid? De Voorzitter merkt op, dat de heeren dat nu straks maar met elkaar moeten bespreken en brengt het voorstel van B. en W. in stemming. Het wordt met 6 tegen 1 stem, die van den heer Wit, aangenomen. Het geld voor den schoolbouw. B. en W. stellen voor tot wijziging van den aflos- singstermijn van de geldleening voor den schoolbouw. Ged. Staten venangen dien gesteld te zien op 10 ja ren, aan welk verlangen B. en W. advisecren tc vol doen. Besloten was den aflossingstermijn op 50 jaren tc bepalen, doch in de vorige vergadering was reeds op gemerkt, dat Ged. Staten met dien termijn wel niet zouden instemmen. Het verschil per jaar is niet groot, f275.Wordt goedgevonden. Conversie geldleening. B. en W. stellen voor een geldleening, groot f 4000 a 5 te converteeren tegen een leening van ten hoog ste il/2 Wordt goedgevonden. Gewijzigd wordt de rekening over 1929. Aangeboden wordt de rekening over 1930. Door de leden van den Raad, met uitzondering van de wethouders, zal de rekening worden nagezien. De begrooting voor 1931 wordt gewijzigd. Op deze suppietoire begrooting is ook uitgetrokken een post van f 30.zijnde de kosten verbonden aan het volgen van een politiecursus door den gemeente veldwachter. Na toelichting door den Voorzitter, gaat de verga dering hiermee accoord. Aanbesteding nieuwe school. B. en W. deelen mede, dat de openbare aanbeste ding van het nieuwe schoolgebouw is bepaald op Za terdag 8 Augustus a.s. Volgende week zullen de ad vertentie van de aanbesteding geplaatst worden. De heer Gaijaard informeert naar het interieur der school. Bij verrassing heeft spr. uit de Schager Cou rant een p«ar dagen na de vorige omschrijving, onder den afdruk der teekening van de school een en ander over de indeeling gelezen. De Voorzitter zegt, dat dit na de openbare vergade ring zal worden besproken. Over het algemeen heeft aê Raad zeer weinig te zeggen; van alles en nog wat staat voorgeschreven. De heer Gaijaard zegt, dat het dan ook geen zin heeft gehad dat de Raad op reis is geweest om scho len te bezichtigen. De Voorzitter zegt, dat daardoor toch een idee is ge rijpt. De heer Gaijaard antwoordt, dat hij zich wel een idéé heeft gevormd, maar als de Raad over het inte rieur niets tc zeggen heeft, geeft dat niet veel. De heer Wit vraagt of dezelfde schoolbanken zullen worden gebruikt. De Voorzitter: Laten we dat nu straks maar bespre ken. De Langereizer school. De Voorzitter deelt mede, dat van de gemeente Hoogwoud een schrijven is ingekomen, vermeldende het besluit, dat door den Raad met 5 tegen 2 stemmen is genomen, om de Langereizer school op te heffen. Spr. njeent dat dit anders is dan in de gecombineer de vergadering was afgesproken, want dat toen oan Hoogwoud tc kennen was gegeven, wacht het nu maar rustig af. Nieuwe Niedorp zal nu wel met e n voorstel komen. De vraag komt nu naar voren: Wat rest ons nu nog? De zaak heeft geen haast, feitelijk ongeveer ze6 of zeven honderd pond per dag. De voor bereidende uitgaven waren al tot verscheidene duizenden ponden gestegen. De onderneming had loonend kunnen gemaakt worden, als 't Covent Garden theater er voor gehuurd was en er zitplaatsen verkocht waren, zooals bij een uitvoering van Caruso of Tettrazzini, maar met de bespottelijke toeschouwers, die men gekozen had. moest 't verlies wel ontzettend zijn, hoe opgepropt ze ook tegen de gevaarlijke deuren aan stonden. Gelukkig werd de zaak gesubsidieerd: niet alleen door den Staat, maar ook door de twee rijke kapitalisten. Whitney C. Witt en den heer Oxford en daardoor kon den de leiders kleinzielige geldelijke overwegingen ter zijde stellen en de kunst ter wille van de kunst beoefe nen. Dadelijk, bij 't begin van 't geding gaf meneer Penning- ton blijk van zgn verbazende bedrevenheid in 't tooneel- spel. Hij begon kalm gemoedelijk; hij behandelde de ju ryleden als vrienden uit zijn jongensjaren, en den rech tor als een begaafden oom. en verhaalde in eenvoudige bewoordingen, dat Whitney C. Witt twee en zeventig duizend pond eischte van de verdedigers, geld, dat be taald wa« voor waardeloo2e schilderijen, die den bijzien den en eerbiedwaardigen eischer aangesmeerd waren al| meesterstukken. Hg beschreef 't leven en sterven van den grooten schil der Priam Farll, zijn plechtige begrafenis en de smart, die de wereld ter neer gebogen had over zijn heengaan. Hg .bleef stilstaan bij het genie van Priam Farll. en daarna bg de goedvertrouwde natuur van den eischer. Daarop vroeg hij. wie den eischer zou kunnen laken om zijn vertrouwen in de oprechtheid van een firma met een naam als Parfitts. En toen legde hij uit. hoe een toevallig stempel van een datum op den achterkant van het doek, uitgewezen had, dat de schilderijen, die ge garandeerd waren, als door Priam Farll geschilderd te zijn., na diens dood gemaakt waren. Hij ging op denzeifden toon voort: „De verklaring van 't geen ik u verhaald heb is de eenvoud zelve. Priam Farll was niet werkelijk dood. Zijn knecht was dood. Het groote genie, Priam Farll. wilde nu. héél begrij pelijk en dood natuurlijk, zijn verder leven als een een voudige knecht slijten. Hij bedroog iedereen, den dok ter. zijn neef. den heer Duncan Farll. de autoriteiten, den Deken en 't Kapittel van de Abbey. de natie ja. de heele wereld! Als Henry Leek trouwde hij, en als Henry Leek begon hij weer te schilderen in Putney; hij oefende die kunst eenige jaren uit, zonder dat iemand argwaan kreeg; en dadelijk, nadat mijn cliënt met een proces dreigde tegen den beklaagde, vertoonde hij zich in zijn ware gedaante als Priam Farll. Dit ia da eenvoudige verklaring, zei meneer Penning- heeft de Raad jrich al uitgesproken, want met ons ze venen waren we voor het behoud der school. Do vraag zal alleen wezen of we een gecombineerde vergade ring moeten hebben. B. en W. zullen dat eens bekijken en in de volgende vergadering met pen voorstel ko men. Spr. herhaalt, Jiaast is er niet bij. Spreker heeft gelezen dat er een protestvergadering door dc bewo ners van de I^angerois zal worden gehouden, maar spr. begrijpt dat niet goed, want er is nog niets te protesteeren. De heer Gaijaard vraagt of dan ook inlichtingen aan den Inspecteur zullen worden gevraagd, hoe die denkt over verbouwing. We moeten goed beslagen teil ijs komen. De Voorzitter zegt dat dit in de bedoeling ligt. Het kohier hondenbelasting wordt vastgesteld tot een bedrag van f210.50. Dc heer Gaijaard vraagt of nog over dc verwarming van de nieuwe school moet worden gesproken, cen trale verwarming of gasverwarnting. Zoowel de Voorzitter als de heer Pluister doelen mede, dat liet de bedoeling is gasverwarming. Door de moderne radiatoren wordt de verwarming naar bo ven uitgestraald, zoodat het dicht bij de minatoren zitten niet meer hindert. En de heer Pluister wijst cr bovendien op dat gasverwarming goedkooper is. ter wijl het ook een steun voor de gasfabriek is. Als de gasfabriek niet rendeert, drukt dat op het belasting- cijfer. De rondvraag. De heer Gaijaard vraagt of de telefoondraden nog onder den grond komen. I)e Voorzitter deelt mede, dat de ondergrondsche kabel reeds is gelegd. Zoodra de huisaansluitingcn klaar zijn, verdwijnen het bovcngrondsche net en de palen. De heer Wit zegt dat de klok van den gemeenteto- ren langen tijd niet gebruikt kan worden, omdat ze. onbetrouwbaar is. Door de nienschen zal het op prijs worden gestold, als dc klok weer in orde wordt ge maakt en door de uitspraak van de vergadering der begrafenisvereeniging is spr. in die mecning nog ver sterkt. De Voorzitter deelt mede, dat B. en W. voornemens zijn een conferentie niet het bestuur van de Ned. Herv. Kerk tc houden, want herstel is niet alleen in het be lang der gemeente, doch ook in dat van het kerkbe stuur. De heer Wit vindt, dat het eigenaardig aan doet dat de gemeente een gemeente eigendom niet in orde maakt. Z.i. moet daartoe geen pressie op het kerkbestuur worden uitgeoefend. De Voorzitter zegt, dat het niet alleen de luistoel betreft, maar ook het. uurwerk enz. De heer Pluister licht toe. dat ook het electrisch hier een rol in heeft gespeeld. Het luiden is geen gemakkelijk werk en het is goed mogelijk dat het luiden met electriciteit kan gebeuren. Voor het werk van den koster der kerk is dat dus van heteekenis. Het is niet de bedoeling om pressie op het kerkbe stuur uit te oefenen, maar om overleg te plegen. Kr zijn hier gemeenschappelijke belangen. De heer Wit meent, dat die gemeenschappelijke belangen altijd hebben bestaan en er toch zeker wel een overeenkomst is gesloten. Spr. vraagt of voort gang met deze zaak wordt gemaakt. De heer Pluister zegt, dat er geen overeenkomst bestaat. Overigens merkt spr. op, dat wat de heer W it wil, enkele honderden guldens zal kosten, luibalk met getimmerten en waar de heer Wit straks op de tijdsomstandigheden wees, zal het toch goed zijn d it B. en W. voorzichtig zijn. De heer Wit zegt dat de kwestie al zoo lang hangt. De Voorzitter zegt. dat de Raad reeds vroeger het bedrag heeft gevoteerd. De heer Gaijaard: Acht jaar geleden al. De heer Keesom vraagt, of Ged. Staten nl een be slissing hebben genomen inzake het vervoer van schoolkinderen. De Voorzitter verstrekt in comité inlichtingen. De heer Borst herinnert aan een indertijd ingeko men adres van de bouwvakarbeiders en vraagt of bij den bouw van de nieuwe school de aannemer geen minderwaardig personeel kan aanstellen. De loonen der bouwvakarbeiders dienen op peil te blij ven. De Voorzitter zegt. dat dit bestek niets vermeldt over de loonen, maar wel dat in overleg met de di rectie kan worden voorgeschreven dat 80 van de werklieden uit Nieuwe Niedorp in dienst genomen moeten worden. Werken dus die werklieden onder contractloon, dan hebben ze het recht het contract loon te eischen. De heer Borst vraagt Voorzitter, of deze in open bare vergadering wil bevestigen wat hij in een par ticulier gesprek aan spr. heeft medegedeeld over de waterleiding voor den Oudewec. I)e Voorzitter deelt dan mede, dat door hem «le afstand naar den Oudeweg was geschat op 500 meter en spr. meende dat aansluiting wel movelijk was. De heer Bel had echter opgemerkt dat die afstand grooter was en inderdaad bleek hij vrijwel 10O0 M. te zijn. Hoewel de heer Bel reeds te kennen gaf dat aansluiting onrendabel zou zijn. hebben de heer Bel ton. en voegde er bij: ..zooals de gedaagde u nu uitleg gen zal. Zonder twijfel komt dit alles u. als mannen van ervaring, zeer geloofwaardig voor. Het is u natuurlij'-: opgevallen, dat dergelijke dingen telkens gebeuren, dat zij dagelijks plaats hebben. Ik nohaamde mij haast hier voor u te staan om een verhaal tegen te spieken, da: zoo overtuigend en geloofwaardig Is. Ik voel., dat mijn taak welhaast hopeloos ls. Ondanks alles echter, moet ik mijn uiterste best doen." En zoo voort. Het was een van zijn sterkste stukjes, een ironie, die de jury sterk beïnvloedde. En de toehoorders vonden, dat het geding feitelijk al beslecht was. Nadat Whitney C. Witt en zijn secretaris geroepen waren en dc rechtzaal hadden doen daveren van do scherpe New Yorksche neusklanken (de ingehouden woede van den bejaarden Witt maakte veel indruk.) nam mevrouw Henry Leek in de getuigenbank plaats. Zij werd daarbij vergezeld door haar twee domine's die echter niet verhinderen konden, dat zij schreide bij de strenge stem van den rechter. Zij vertelde alles omtrent haar .huwelijk. „Is dat uw echtgenoot?" vroeg Vodrey (die nu do hoofdrol vervulde, daar Pennington in een ander theater moest optreden) en hij wees met een van zgn wei-over dachte gebaren naar Priam Farll. .Ja snikte mevrouwsLeek. Het ongelukkige schepsel geloofde, wat ze zei «*n de dominé's maakten, ofschoon ze niets zeiden, een diepen indruk op de jury. Bij 't kruisverhoor, toen Crepitude haar dwong te bekennen, dat zg Priam in zgn huis in Wester Road niet dadelijk herkend had. antwoordde zij: ..Sinds dien dag herinner ik me alles weer. Zou een vrouw den vader van haar eigen kinderen niet herken nen?" „Dat behoort ze ten minste." viel de rechter ln. Men w-as 't er niet over eens, of zijn woorden schert send bedoeld waren of niet Mevrouw Henry Leek wekt 't medelijden op. maar amusant was ze niet. Het was Duncan Farll. die. zon der eenigen opzet, eenige vroolljkheid bracht in de zaaL Duncan verwierp met verachting de mogelijkheid, dat Priam Priam was. Hij vertelde ln onderdoelcn al de ge beurtenissen.. die op den dood ln Selwood Terrace volg den en toonde op wel vijftig manieren aan. dat Priam Priam niet zijn kon. De man, die zich nu voor Priam uitgaf, was zelfs geen heer, terwijl Priam Duncan's neef was! Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 9