Ictajer Courant
1
Radioprogramma
Speelbal van Wind en Golven
Tweede Blad.
S rieveti over
m 'ngeland. -
ti
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
FEUILLETON
van
EtHel M. Dell.
IH
Woensdag 9 September 1931.
74ste Jaargang. No. 8931
5 September 1931
Romanschrijver schijnt een aanlokkelijk beroep te
n In elk geval in Engeland. Ons landje is waar-
biinlijk te klein, het millioenen aantal van moge-
ke lezers te gering, om de schitterende perspectie-
te openen, die duizenden bij tienduizenden Brit-
naar de pen doen grijpen, om te trachten ook een
^Tlju van de fabelachtige sommen binnen te ha
ls waarmee uitgevers, en dus in werkelijkheid het
«nd publiek, de verschaffers van hun lectuur be-
^negen en negentig van de honderd gevallen
rordt de poging om schrijver te worden natuurlijk
iet geldelijk beloond en eindigt met een bittere te-
arstellmg. v&n die teleurstellingen hooren wij niet,
lulden- Wanneer wij er van hooren, is het. nog
Ljjal, doordat een thans gevierd en wereldberoemd
Sjver ons verhaalt van de moeilijkheden, wnar-
Wgok hij. zelfs hij, in het begin van zijn loopbaan
Mipteien had.
lezing van zoo'n biecht hervatten ettelijke
kastallen teleurgestelden met nieuwen moed hun
SS bijna opgegeven pogingen
grtiroote gevaar is de buitengewone hoogte van
fcptilKn. die in deze verloting met bijna niets dan
tio in het vooruitzicht gesteld worden. Enkele da-
«pleden hebben we in de bladen gelezen, dat Hall
Egtstorven is. De berichten over zijn dood zouden
«wlijks volledig geweest zijn. wanneer zij ons
0 hadden medegedeeld over het inkomen, dat do
liuiedcne tijdens zijn leven met zijn werken had
^lend. Als ik mij goed herinner was het zes mil-
Egulden per jaar.
fagelijk daar eens een oogenblik den hoofdprijs
kfuè Staatsloterij mee. Honderdduizend gulden
apnaamd, vijf en tachtig duizend in werkelijkheid,
«raiet het zestigste deel van zes millioon. En dan
[jiüféén keer. niet elk jaar opnieuw. Het is werke-
Iftigeen wonder, dat zoovele zich laten verlokken
Wik meen, zijn er op het oogenblik twee honderd
Idaizend schrijvers in Engeland.
H?t zou wel eens de moeite waard zijn, als van die
Lee honderd duizend schrijvers het gezamenlijk
jursalaris kon meegedeeld worden. Daarna een dee-
fcrdoor twee honderd duizend, en ongetwijfld zou
«;«i ogenblikkelijk de lust vergaan zich langer
u: het sehrijversberoep te wijden, laat staan het
u kiezen.
Ik sprak over het gevaar van de hoogte der prijzen.
Mar er is nog een ander en grooter gevaar. Wan
ner wij lezen van een kunstschilder, van een pia-
im el beeldhouwer, of van een chemicus, een dokter
ofwbitect. die groote sommen verdienen met hun
«beid, nemen wij heusch niet het besluit ook maar
«awgaan schilderen, piano te gaa-n spelen, mar-
x» ie beitelen, of een jaar of zes naar de universi-
(Mtóraan om hen dat kunstje na te doen. Wij we-
'.inda^Mf zoudeir-falen, of alleen na geweldige in-
cpasBióg het tot een misschien matig succes zouden
Imaen voor al dit soort, van arbeid is voorberei
der Djodig. Zeer groote voorbereiding zelfs, naast
e-n zoo groot roogelijken natuurlijken aanleg. En ook
tl lijo we tamelijk wel gerust over onzen aanleg
T/r, -aten we zeggen architect, want we bouwden
lis kind zulke verbazend aardige huizen met onze
F; bier steenbouwdoozen, dan zien we toch altijd op
teren die voorbereiding.
Welnu, het vak van schrijver eischt geen voorbe-
jreiiing Ook bijna geen instrumenten. Inkt en een
tulpen, of een schrijfmachine, met een groote hoe
veelheid papier. Een tafel om aan te zitten
1 Dat is het grootste gevaar: het dwaalbegrip, dat we
eigenlijk maar behoeven te gaan zitten om schrijver
te zijn. En. alweer in Engeland althans, wordt dat
dwaalbegrip geregeld opgewekt bij degenen, die het
nog niet hebben, en aangewakkerd bij degenen, die
het reeds bezaten.
Er zijn namelijk inrichtingen, instituten noemen zij
t'ch gewoonlijk, die wekelijks eenige duizendtallen
reclamebiljetjes de wereld insturen, om jong en oud
♦p te wekken schrijver te wórden.
ÜG.
Dit is volstrekt geen naastenliefde. Die instituten
wijzen den weg. die ingeslagen moet worden om tot
succes te geraken. Zij kennen dien weg heel goed,
maar verkiezen toch blijkbaar hem niet zelf te vol
gen, maar anderen er langs te geleiden. Dit geeft te
denken.
Zelf ontvang ik ook heel geregeld verzoeken van
zulke instituten om mij te scharen onder hun schijn
baar reusachtig aantal pupillen.
NIEUWE SCHRIJVERS GEVRAAGD,
luidde de aanvang van het biljetje, dat ik gisteren of
eergisteren ontving.
Het is werkelijk verlokkelijk. Hoeveel het zou kos
ten om mij te laten voorlichten door de vriendelijke
leiders van het instituut, kan ik helaas niet mee-
deelen. De zenders van het reclamebiljet hebben dit
onbelangrijke punt vergeten. Maar wel wijzen zij er
op. dat honderden, die hun leiding volgen, tijdens
hun instructie zooveel met datgene, wat zij reeds in
het begin van hun schrijversloopbaan voortbrengen,
dat de geringe kosten van den cursus er met glans
uit bestreden kunnen worden
„Kunt U een goeden brief schrijven?" vragen de in-
stituteurs. Dan is alles voor elkaar. Uitgevers zitten
letterlijk ie hongeren naar Uw werk. Er is veel-meer
vraag dan aanbod.
Dot is toch werkelijk heel mooi in tijden, zooals wij
nu beleven Het moest alleen meer bekend zijn. Dan
zou de sombere toon. waarin tegenwoordig de hoofd
artikelen in de meeste bladen gesteld zijn, wel eens
veranderen. Malaise, behalve in het schrijversvak.
De instituten wenschen volstrekt niet, dat U en ik
onzen tegenwoordigen werkkring, welke die ook zijn
mag, op zullen geven. Wel neen. Schrijven is een bij
baantje. Je doet het zoo tusschen neus en lippen
door. Maar de verdiensten zijn er niet minder door.
Weet U, wat mijnheer D. H„ een van de verstandi-
gen. die zich door ons heeft laten voorlichten, zoo
extra verdient bij zijn gewone inkomen? Twee en ze
ventig honderd gulden, zegge zeven duizend twee
honderd guldon.
Dat klinkt heel aardig, niet waar? Even later blijkt,
dat die extra twee en zeventig honderd gulden ver
diend zijn in vier jaar. wat de^prestatie eenigszins
vermindert. Vooral omdat boven op het biljet met
zulke dikke letters staat:
TWEE EN ZEVENTIG HONDERD GULDEN
VERDIEND IN VRIJEN TIJD.
Dan is haast het voorbeeld van mijnheer H. C. nog
veriokkelijker. Van dien mijnheer zijn 680 literaire
voortbrengselen aangenomen door de heeren uitge
vers in den tijd van vijf jaar. Dat is een respectabel
getal, en de heer H. C. is er terecht trotsch op. Maar
helaas vergeet hij ons te vertellen, hoeveel geld zij
hem voor die 680 geschriften hebben betaald.
Dan hebben we nog de heer J. C., die acht en veer
tig honderd gulden verdient en nu werkelijk in den
tijd van een jaar. Maar daar heeft hij dan ook zijn
andere betrekking heelemaal voor opgegeven.
Alles te zamen genomen is het uitzicht, zooals mij
dat door het instituut wordt voorgespiegeld, niet zoo
buitengewoon verlokkelijk. Ik wil wel graag twee en
zeventig honder/i gulden extra verdienen in vier jaar
tijd, maar aangezien dit het méést verlokkelijke voor
beeld is, dat het instituut kan leveren, vrees ik. dat
het normale geval wel zal zijn twee en zeventig hon
derd centen in veertig jaar.
Dt heb dan ook maar besloten ook dezen keer niet
te verzoeken om toezending van het „belangwekken
de boekje": HOE TE SLAGEN ALS SCHRIJVER,
noch om nadere bijzonderheden omtrent „onze be
scheiden tarieven en gemakkelijke betalingsvoor
waarden."
VOOR DEN POLITIERECHTER.
Strafzitting van Maandag 7 September.
Politierechter Mr. Ledeboer.
VAN HET PAD DER DEUGD AFGESTAPT.
De vacantie is niet goed, zij niet onverdeeld droog
verloop, beëindigd en de justitioneele motor wordt al
direct op de tweede versnelling gezet.
De behandeling der file wachtende politierechters-
strafzaken werd dan heden aangevangen met een
proces contra den 40-jarigon vrachtrijder L. J., wonen
de te Alkmaar, die zich had schuldig gemaakt, einde
Maart dezes jaar aan benadeeling van de gemeente
Alkmaar, betreffende trottoirtegels en puin, die hij,
verscholen onder zijn kwaliteit van vrachtrijder op ge
makkelijke wijze zich kon toeelgenen, waarop hij het
ontvreemde ter waarde van f 58 verkocht ton eigen
bate. Na ontdekking van het feit, door verraad van
concurrenten, had verdachte de tegels weer in het bezit
der gemeente gesteld. Het requisitoir was hem niet
onvoordeellg, daar werd voorgesteld den verdachte, die
overigens gunstig bekend stond, een voorwaardelijke
straf voor den tijd van 3 maanden en proeftijd van 2
jaar op te leggen.
Blijkens zijn overeenkomstig vonnis kon de politie
rechter zich volkomen met dit clemente requisitoir
vereenigen.
EEN ONBETROUWBARE EN WISPELTURIGE
KLANT.
De boerenknecht Hendrik de J., een jammerlijk mis
lukte reclassant, maakte zich aan allerlei misdrijven
schuldig in onderscheidene deelen des lands. Op zijn
zwerftochten had hij ook de gastvrijheid genoten van
den landbouwer Dirk de Graaf te Koegras. Bij een
broeder van den heer de Graaf was verdachte, die on
der toezicht stond der reclasseering. werkzaam geweest
en vandaar weggeloopen. Thans was hem ten laste ge
legd landlooperij, maar de persoon in kwestie was niet
verschenen, aangezien hij elders was gedetineerd als
verdacht van diefstal met braek en dergelijke onschul
dige liefhebberijtjes.
De heer Dirk de Graaf verklaarde dat verdachte,
toen hij bij hem werkzaam was, zeer goed voldeed.
In afwachting van hetgeen andere rechtbanken over
de J. zouden beslissen, werd deze zaak tot nader order
geschorst.
DE SNOEPLUSTIGE TUINDER.
De 20-jarige tuinder Andr. Petr. Sch. te Limmcn had
zich te verantwoorden wegens diefstal van eenige doo-
zen bonbons uit den winkel van den aldaar wonenden
heer N. de Groot Er was tusschen verdachte en eenige
kameraden een afspraak gemaakt om zich van koste-
looze snoeperijtjes te voorzien en werd verdachte uigte-
kozen deze vingervlugheid ten uitvoer te brengen. Het
feit was gepleegd in den avond van 28 April jJ. Bijzon
der goed waren de heeren over de houding van ver
dachte niet te spreken; ook de heer Wiggers niet. Be
sloten werd de verdere behandeling twee maanden aan
te houden, dit is tot 9 Nov.
PALINGVISSCHERS OP HET DROGE.
Een drietal 19-Jarige tuinders uit Heemskerk, de
heeren Theodorus K., Anth. de W. en Lourentius Gijs-
bertus F. stonden en corps terecht wegens diefstal van
gerookte paling ten nadeele van den koopman Job de
Vrij, die tijdens te kermis te Egmond aan Zee aldaar
met een kraampje stond. De heer Theodorus K. was
belast met de uitvoering van het heldenstuk en de
twee anderen zouden de aandacht van den argeloozcn
palinghandelaar, in het burgerleven een schoenmaker,
afleiden. De Officier schoor het plendere stelletje over
één kam en requircerde tegen leder f 25 boete of 25
dagen. Vonnis K. en F. leder f 10 boete of 10 dagen en
de W. werd tot diep leedwezen van den Polltieréchter
vrijgesproken. De heeren waren blikbaar zeer voldaan
over dit vonnis.
EEN ONVRIENDELIJKE BEGROETING.
In deze zaak, waarin mr. Krabbe het politierechters-
ambt waarnam, stond de 27-jarige Zuiderzeeewerker
Adolf K. terecht op grond van het feit, dat hij zekere
P. Rotgans met een stuk hout op het hoofd had ge
mept, welke mishandeling was gepleegd te Wieringcn
op 27 Juni. Volgens relaas van verdachte werd hij hevig
geplaagd en maakte hij zich toen driftig. De getroffene
heer Rotgans was nog steeds ongesteld en kon dus niet
als getuige worden gehoord. Duidelijk kwam echter
naar voren, dat verdachte geheel onnoodig werd „ge
pest". Daarom onthield de Officier zich gevangenisstraf
te vorderen en requireerde f 35 boete of 35 dagen. Uit
spraak: f 35 boete of 35 dagen.
EEN BESTELLER. DIE NIET UITBLONK DOOR
EERLIJKHEID.
De niet verschenen en thans ontslagen ambtenaar
der Posteryen Klaas K., voorheen te Beets, had zich
in November 1930 en Januari 1931 schuldig gemaakt
aan verduistering van eenige kleine bedragen, die hem
door inwoners van Beets ter verzending waren toever
trouwd.
Zoo had onder meer in Nov. 1930 mej. A. Westraten
hem een bedrag van f 2.50 ter verzending medegegeven
en de heer Cornelis de Ruiter, winkelier een som van
t 4, bestemd voor Den Haag, ter hand gesteld, welke
bedragen de geadresseerden niet hadden bereikt De
heer Flemming, kantoorhouder te Oosthuizen, werd, na
bovengenoemde belanghebbenden, eveneens als getuige
gehoord. Verdachte werd door dezen heer Flemming
geprezen als den besten besteller, die onder zijn kan
toor ressorteerde. De geldelijke schade ls vergoed.
De heer Officier bleek echter niet bijzonder gepor
teerd te zijn voor verdachte, omdat deze den geboden
kans tot kwijtschelding van straf niet had aangegrepen
en den Officier had bedrogen. Gevorderd werd alsnu 3
maanden gevangenisstraf.
Mr. Ledeboer gelastte alsnu aanhouding der ?aak en
voorgeleiding van verdachte op de zitting van Maan
dag 21 September.
DE GESJOCHTEN SCHELPENPACHTER IN
VOLLE ACTIE.
De 21-jarlge arbeider en straatventer Jacob D. t%
Enkhuizen, beschikte In den loop van het vorige jaar
niet aan overvloed van contanten en probeerde alsnu
door handige trucjes dit tekort aan te vullen. Hij maak
te verschillende liefdadige ingezetenen wijs, dat hij
een schelpcnpachter was en niet bij machte zijn pacht
te voldoen. Op deze wijze, In de dagvaarding listiglijk
en bcdriegelijk genoemd, wist hij mej. de wed. Le Coul-
tre f 15. den heer W. le Coultre ook f 15, den heer H.
Kouwenhoven f 10 en den heer M. A. van Leeuwen
f 15 uit den zak te kloppen. Tot eindelijk de politie een
einde maakte aan deze oneerlijke bron van Inkomsten.
Het bleek thans dat de vader van dit vindingrijke
jongemensch. die zich over het gedrag van zijn zoon
de oogen uit het hoofd schaamde, de benadeelden had
schadeloos gesteld.
Niet het minst vreeselijke was. dat verdachte na zijn
ontslag uit de voorloopige hechtenis, dienzelfden dag
nog dc kermis te Enkhuizen bezocht, vermoedelijk ten
einde de geur van de bruine boonen door meer frivole
aroma's te vervangen.
Op grond van zijn afkeuringswaardige gedragingen
op velerlei gebied toonde de heer Officier zich aller
minst ingenomen met verdachte en vorderde 2 maan
den gevangenisstraf.
Mr. Dwars van Hoorn, wien de eer was te beurt ge
vallen verdachte te verdedigen, kon zich niet vereeni
gen met de dagvaarding en was de meening toegedaan
dat hier geen strafbare oplichting was gepleegd, om
dat hier het samenweefsel van verdichting ontbrak*
Overigens verzette pleiter zich tegen de gevorderde
straf, die naar het oordeel van den verdediger te zwaar
was. Voorts zette pleiter uiteen, wat de reden was,
waarom verdachte zich aan de hem te laste gelegde
machlnaticn had schuldig gemaakt.
Ten slotte concludeerde pleiter tot het opleggen van
een voorw. geldboete, indien de politierechter r.let tot
ontslag van rechtsvervolging kon besluiten.
Do Officier repliceerde op een Inderdaad geestige
manier cn persisteerde bij zijn requisitoir.
Na dupliek van verdediger wees mr. Ledeboer vonnis
en veroordeelde den pseudo-schelpenpachter tot een
onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor den tijd van
twee maanden Sluiting.
DONDEBDAG 10 SEPTEMBER*
HILVERSUM (1875 BI)
AVRO.
8.00 Tijdsein: 8.0110.00 Gramofoonmuzick; 10.0010.15
Morgenwijding; 10.1510.30 Gramofoonmuziek; 10-30—
11.00 Voordracht door H. H. Felderhof; 11.00—12,00 Or
gelconcert door Frans Hasselaar; 12.00—2.00 Kovaca
Lajos en zijn Orkest; 2.002.30 Rustpoos voor den.
Zender; 2.304.00 AVRO-Kwartet o.l v. Dlck Groene-
veld; 4.005.00 Zickenuur door Antolnette van Dijk;
5.005-30 Gramofoonmuziek; 5.306.00 Het Omroep
orkest o.l.v. Nico Treep; 6.0O— 6.30 Sportpraatje door
H. Hollander; 6 30—7.00 Omroep-Orkest; 700—7 45 Le
zing door E. G. Kleerkooper: „De pianostudie in de op.
voeding"; 7.45—8.40 Het Omroep-Orkest o.l.v. Nico
Treep. Solist: Robert Kitain (viool); 8.409.00 Ameri-
kaansch kwartiertje door Antoinette van Dijk; 9-00—
10.00 4e en 5e acte van de opera „Faust" van Gounodf
10.0010.15 Nieuwsberichten van Vaz Dlas; 10.15—
11.15 Aansluiting van Hotel „Brittannia" te Vlissingen.
Dansmuziek door John van Bruck and his Boys; 11.15
—12.00 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting.
HUIZEN (298 M)
KRO.
800—9.15 Morgenconcert
NCRV.
10.0010.15 Gramofoonmuziek; 10.1510.45 Korte Zie-
kendienst; 10.451100 Gramofoonmuziek.
KRO.
11.00—11.30 Gramofoonmuziek; 11.30—12.00 Godsdienstig
halfuurtje; 12.00 Tijdsein; 12.0112.15 Politieberichten;
12.15—1.45 Het K RO. Trio o.l.v. Piet Lustenhouwer;
1-452.00 Gramofoonmuziek.
NCRV.
2.003.00 Cursus fraaie handwerken; 8.003.45 Vrou
wenhalfuurtje: 3-454.00 Verzorging zender; 4-005.00
Ziekenuurtje 5.00—545 Cursus handenarbeid voor do
jeugd; 5.45—6.45 Harmoniumconcert door Ton Brandes;
6.45—7.00 Gramofoonmuziek; 7.00—7.30 Vragenhalfuur-
tje; 7.30—7.45 Politieberichten; 7.45—9.00 Concert door
Trio; 9.009.15 Gramofoonmuziek; 9.159.45 Lezing
door Vincent Cleerdln: „Iets over de historie van
Noord-Brabant"; 9.4510.00 Gramofoonmuziek; 10,00—
10.15 Persberichten Vaz Dias. 10.15—11.30 Concert door
de Philips-Hnrmonle. Uitzending uit de Aula der N.V«
Philips' Gloeilampenfabrieken.
NAAR HET ENGELSCH VAN
-Breng dien zwager maar mee," vroeg Spot gastvrij
ben er van overtuigd dat hij geen mooier plek in
^ï«iand kan vinden dan Farne.'
-Misschien gebeurt dat later wel," beloofde Tiggie.
Jt aoet nu echter afscheid nemen, want hij waoht bui-
k: op me."
-Haal dien man toch binnen,' verzocht Spot „We kun-
dan wat gebruiken."
-Nee, oude jongen, dank je wel," zei Tiggie op beslls-
bn toon. „Daarvoor heb ik geen tijd, want ik word
w&ens verwacht Kan ik misschien even het adresboek
buien?"
.Natuurlijk. Er ligt er een In de hall. Moet je nu wer
kelijk al verdwijnen? Luister nog eens even," bij deze
*oordon dempte hij zijn stom, „je denkt toch zeker ook
Vh mevrouw Norman In orde was, nietwaar
Mijn moeder koesterde een zeker wantrouwen ten op-
cchte van haar, maar je weet hoe oude vrouwen nu
«tmual zijn."
ten vreemde gloed In Tlggie's oogen. toen hij
iterlijk volkomen kalm antwoordde: „Beste kerel, ik
urf niet te beweren een juiste beoordeel aar van vrou-
te wezen, onverschillig of ze oud of Jong zijn. Een
"gelijke vraag zul je aan een ander moeten stellen.
li ecn vreem<* type geweest," lachte Spot.
k®4* haar echtgenoot toch gekend, nietwaar?
Jk ^'^Ht een zeker oordeel over haar vormen."
Mnrw. - zooaJs reeds gezegd een slechte menschen-
v Tiggie. terwijl hij zich omwendde teneinde
V.. ,gaan- -Adieu, Spot. Ik kom er wel uit, hoor.
kenner."
^tordat w~" ,,Aaieu>
Wuir^Lül Wfg^a ™oet Ik nog even een adres opzoeken.
*°°n J« in Farne?"
jv «U ronie:
ia hetW0rilng he€t ..Cliff-Cottage" en valt onmiddellijk
het
vlMchen.'
°og- Kom zoo gauw mogelijk, dan kunnen we
Jn orde. Dc zal er mijn beat voor doen," beloofde Tig-
itl wbter duidelijk merkbaar, dat hij aan andere
dingen dacht en Spot die hem stond na te kijken, werd
opnieuw getroffen door Iets wat hem gedurende hot ge
sprek reeds was opgevallen.
„Wat is er met hem gebeurd?" vroeg hij zich peinzend
af. .Hij ie veranderd; dat valt niet te ontkennen. Ik zou
wel eens willen weten waarom hij me eigenlijk opzocht."
En toen kwam er ineens een uitdrukking van begrijpen
In zijn oogen. „Hij is natuurlijk op zoek naar mevrouw
Norman. Ik heb altijd wei gedacht dat er iets tusschen
die twee bestond. Niettemin kan Ik me moeilijk voor
stellen dat Tiggie Tiggie een getrouwde vrouw het
hof zou maken!" Peinzend schudde hij met het hoofd
„Nee, zooiets kan men van Tiggie niet verwachten."
HOOFDSTUK IV.
NEDERLAAG.
„En waar nu heen?" vroeg Harvy geduldig. Tiggie
borg een stukje papier in zijn portefeuille en hij glim
lachte tegen Harvey, een glimlach, die niet bepaald be
minnelijk genoemd kon worden.
„Je bent dc geduldigste man dien ik nog ooit In mijn
bestaan heb ontmoet." gaf hij te kennen. „We zullen nu
Iets gaan drinken en daarna moet ik naar Putney."
„Als ik jou was zou ik daarmee wachten tot na de
lunch," zei Harvey handig. „Laten we eerst eens Bur
lington House gaan bekijken. Er moeten een paar schil
derstukken bij zijn, die de moeite waard genoemd kun
nen worden."
„Ik wist niet dat Jouw werk dit jaar vertoond zou
worden."
Harvey grinnikte. „Ik heb er niet om gevraagd, maar
het volgend jaar zal het wel gebeuren, denk ik."
„In orde, dan zal ik tot dien tijd wachten," gaf Tiggie
t« kennen. „Ga jij echter maar naar binnen dan ont
moeten we elkaar later weer. Tusschen twee haakjes:
schilder je wel eens zeegezichten? Ik heb een invitatie
voor js gekregen om een plaatsje, Farne geheoten, te
bezoeken. Het ligt ergens achter in Cornwall en het moet
er wondermooi zijn."
„Ga jij er heen?"
„Misschien," zei Tiggie voorzichtig.
„Misschien doe ik het dan ook wel," gaf Harvey te
kennen. „Je laat me maar weten wanneer je genoeg van
me hebt dat is te zeggen, wanneer de wittebroodswe
ken beginnen". Hij keek Tiggie grijnzend aan. „En Ik
beloof je dan zooveel mogelijk afwezig te zullen zijn."
„Daar zul je nog geruimen tijd op moeten wachten,"
zei Tiggie.
„Dus ik mag ook niet met je mee naar Putney?"
vroeg hij. Tiggie stond stil om een cigarette op te ste
ken. „Natuurlijk kun Je meegaan als je er zin in hebt.
Wanneer je echter maar tevoren begrijpt dat het weer
een kwestie van buiten wachten ia en
„O, daaraan raak ik geleidelijk gewend." verzekerde
zijn zwager hem. „En het ls lang niet onaardig, want ik
kan intusschen een studie van de verschillende types
op straat maken."
„Vooruit dan maar."
„Ik zal een plekje op de Heath uitzoeken en op do
koffers letten." beloofde Harvey. „Daar kan ik in Ieder
geval frissche lucht happen, al krijg ik er misschien
niets te drinken."
„O, we zullen eerst wat drinken," stelde Tiggie voor.
Het was een bijzonder warme dag en de lucht ginq
naar onweer staan. Tiggie gaf den chauffeur van do taxi
order naar Victoria te rijden, waar ze in het restaurant
van het station jets nuttigden. En daarna vervolgden ze
hun tocht.
„Ik veronderstel dat wij vannacht op de Embankment
zullen slapen," merkte Harvey op, terwijl ze de brug
overgingen.
Tiggie antwoordde niet, want zijn gedachten waren
weer elders.
Toen ze eindelijk de Heath bereikt hadden, hield Har
vey zijn woerd en bleef op de koffertjes passen, terwijl
Tiggie zich naar het doel van zijn reis spoedde.
Op het papiertje In zijn portefeuille was een adres ge
schreven van een woning, welke zich niet ver van de
Heath bevond en na verloop van enkele minuten liep
Tiggie dan ook de oprijlaan op, welke naar een groote.
witte villa leidde.
Onwillekeurig voer er een rilling door zijn leden, toen
hij naar het groote, stijve huls koek, dat een killen in
druk maakte. Hij drukte op een glimmend, koper knopje
en na verloop van enkele seconden werd de deur ge
opend door een streng uitziende, magere dienstbode, die
hem vragend aankeek.
„Is mijnheer Grterson thuis?" vroeg Tiggie
„Nee, mijnheer. Hij is In de stad Na deze- woorden
maakte de gedienstige een gebaar alsof ze de deur wildo
sluiten, doch Tiggie dacht er niet over zich dit te laten
welgevallen en begon met een tweeden aanval. „Ik maan
gehoord te hebben dat zijn zuster hier logeert," ael fctj
„Wilt u haar mijn kaartje geven? Ik ben oude bekende
van haar."
„Ik denk dat u verkeerd lo ingelloht, mijnheer." *4 de
meid bedaard. „Mijnheer Grierson woont hier alleen en
heeft geen logés."
„O!" zei Tiggie en eensklaps drong het duidelijk tot
hem door dat men de gedienstige instructies hod gege
ven en zo zonder twijfel gewaarschuwd was voor een
eventueel bezoek van hom. „En heeft dc zuster van man
heer Grierson hem ook niet bezocht sinds ze in Enge
land terug is?"
„Voor zoover Ik weet ie dat niet gebeurd, mijnheer,"
luidde het antwoord. „,Ik wist zelfs niet eens dat hij een
zuster had."
Voor een kort oogenblik stond Tiggie haar onderzoo»
kond op te nemen en hierop nam hij 'n besluit. ,Jk zal
je in ieder geval mijn kaartje geven," zei hij, terwijl hij
dit uit zijn portefeuille te voorschijn baalde. „Misschien
vergis rk mc Mogelijk i« ze niet zijn zuster, doch zijn
stiefzuster." Daarna toonde hij de meid een biljet vnn een
pond en keek haar recht in de oogen. „Heb je soms wel
eens over haar hooren spreken?"
Dezelfde kalme, strenge uitdrukking bleef In de oogen
van de vrouw. „Ik heb nooit van een stiefzuster ge
hoord," zei ze op killen toon.
„Weet je het wel heel zeker?" Tiggie hield nu twee
biljetten van een pond in zijn hand, doch hij voelde zich
minder zeker worden. Hij was nooit bijzonder handig in
hot omkoopen geweest, wist hü. en diep in zijn hart
hoopte hij zelfs dat ze de verzoeking zou kunnen weer
staan.
„Ik ben er heel zeker van. mijnheer," zei ze op vasten
toon.
Tiggie sloot de biljetten weer In zijn portefeuille. ,Jn
dat geval is er niets meer te zeggen." merkte hij op en
keerde zich om teneinde heen te gaan.
„U vergeet uw kaartje, mijnheer." herinnerde de meld
hem.
Hij aarzelde even, zei toen: „O, dat is nu niet moer
noodig." Voordat die woorden goed en wel over zijn lip
pen waren gekomen, was de deur reeds gesloten.
„Wat een schitterende cipier zou die vrouw kunnen
wezen", dacht Tiggie by zichzelf. „De mogelijkheid be
staat dat ze dit reeds ls."
Hij was warm en moe en blij toen hij de schaduw der
boomen bereikt had. Harvey viel nergens te bekennen en
Tiggie besloot maar neer te vallen om wat uit te rusten.
HÜ zou dadelijk wel komen opdagen.
Wordt vervolgd.