PAR EE'JV/ENOUDE BURCHTEN OPRIJZEN. WAL00G OP HET DAK. HUMOR. Moderne schatgravers. Bji het tienjarig onafhankalijksfeest van Bnrgenland. Na den oorlog zijn heel wat landen verdeeld en op nieuw ingedeeld, zonder dat de zoo hoog geroemde volksbeschikking er meestal iets in had mee te ver tellen Het zelfbeschikkingsrecht der volkeren is voor al in de Middenstatcn veelal een paskwil geworden. Maar er zijn uitzonderingen en tot die uitzondering behoort het Burgerland, dat nu sinds tien jaar be- boort bij het land, waar het werkelijk bij behooren wilde. Dit is de landstreek, die reeds door de Gothen en de Longobarden bewoond werd. Ten tijde van Ka rei den Groote was dit land reeds Duitsch grondge bied Deze vestigde hier als uiterste grensmuur van het Oostenrijksche rijk Frankische en Beiersche ne derzettingen. Ken wisselvallig lot was hier den Duit- schen kolonisten beschoren. De stormloop der Ma- gyaren vernietigde in de tiende eeuw de vooruitge schoven posten totaal. Gedurende de twaalfde en der tiende eeuw kwamen nieuwe kolonisten in het land. Duitsche graven-geslachten bouwden machtige burch ten. welke tegenwoordig nog voor het grootste gedeel te in hun majestueuze pracht zijn blijven bestaan. De Heinz von Gussings streden en intrigeerden zoo lang. tot zij zich tot de dynastie van dit gebied wis ten op te werken en bereikten hierdoor, dat zij de aangewezen heerschers voor Kroatië werden. In den tijd. toen men in Hongarije nog de koningen koos, werden enkelen van dit geslacht zelfs paladijnen Tan het Hongaarsche koninkrijk, tot eindelijk je Habsburgers de macht over dit land kregen, dat ge- I feitelijk bij Stiermarken en gedeeltelijk bij Neder- Ooötenrijk werd ingelijfd. In 1018 verslingert Ferdi- nand II om de erfelijke koningswaardigheid over Hongarije voor de Habsburgers te verzekeren, de ffensgraafschappen aan de Stefanskroon. Magyaar- i Kfct geslachten doen hun intocht op de Duitsche burchten. In 1835 verlangt de Neder-Oostenrijksche ujpdering der standen de teruggave van Neder- (Vijrfflrijk. Tevergeefs. De bevolking blijft echter Itech. ondanks Turksche en Magyaarsche over- jfcehing. Dt machtige Schneeberg, die winter en zomer zijn tfrerglanzenden top in de azurenlucht laat schitie- rce, het grootsche Rax-plateau, dat ook bijna het ge- beele jaar wit van de sneeuw is, steken hun trotsche toppen uit boven dit land van duizend heuvels en borgen, de bultige wereld, die langzaam naar de Do- nauvlakte afdaalt. Het is een liefelijk land, waarin honderdduizenden vruchtboomen in de vroege lente al een weelde van bloesems tentoon spreiden. Mid den in dit land klotsen de golfjes van het Neusiedler Meer. aan welks Westelijken oever de vurige wijn, het„Huster Gold" gedijt. Aan de andere zijde van het meer strekt zich de vlakte uit, waar tallooze kleine meertjes zich aaneen rijen tot ver in de schijnbare on eindigheid der steppen. Toen in 1918 de volkeren van het oude Hongarije lun eigen lot in handen namen, verlangden de boe ren van dit land de vereeniging met het moederland. Hun verlangen werd ingewilligd. Weliswaar niet ter- wille van het zelfbeschikkingsrecht, maar alleen om dat men do Hongaren wilde benadeelen en de Tsje- «nen en Zuid-Slaven, die hier zoo graag een corridor hadden willen hebben, deze verbinding misgunde. Het moest een twistappel worden, maar deze opzet is mislukt. De Tsjechen en Zuid-Slaven hebben zich er bij neergelegd, maar de Magyaren niet. liet gelukte hur. op het laatste oogenblik door een handig opge zeten volksopstand een volksstemming tefverkrijgen. Hierdoor werd dit gebied in twee deelen gesneden. l)e hoofdstad Oedenburg tezamen met acht andere Poortje in Rast. Kort verhaal Door CHARLEY AMER. n onderlijk mooi uitzicht. inderdaad, mr. Luider. Dat men er niet meer gebruik van maakt! U bedoelt? door hier een daktuin aan te leggen. Het 1011 er een ideale plaats voor zijn. d»Ti m'nste a's ^et wecr altijd zoo Is als nu. Maar laat nog al eens te wenschen over. Dat zag ik even over het hoofd, zei Harry Luider, *n hij vervolgde: pa' zou inderdaad een groot bezwaar wezen, «en heeft hier aan de westzijde geen beschermende txjjmen, zooals in het oosten. ve heide mannen wandelden over het dak naar de oorzijde van het huis, dat op het Oosten lag. Ze *aren beiden in rok. kende acteur Harrv Luider had tegen inspec- Melvill de opmerking gemaakt, dat hij iets voel- If'ssche lucht en zij hadden de zalen waar het mriijksche Allington-feest in vollen gang was, ver- d~ïn °n waren op voorstel van Luider even naar het g< -'aan. Beiden waren getrouwe bezoekers van de gnttgton-parlij. Het was een der aantrekkelijkste l*n u die hfrt seizocn bood, het duurde een gehee- d n 8 uPlus Kroot deel van tlcn daar°P volgen en nacht. Des morgens waren er natuurlijk nog ar Wc'nig gasten, maar reeds in de vroege middag- de v ,'uin aantal vrij talrijk, voornamelijk om vp>aaaA or'8ineele wedstrijden, die dan op het gras- v°Jr liot buitengoed plaats hadden. Dezen keer nm«Ji Vooral de heerenkampen geweest, die voor usante oogenblikkcn hadden gezorgd. De clou was De grensbarcht Gassing. groote gemeenten werden hierdoor aan het Burgen- land onttrokken. Wat aan Oostenrijk kwam, kreeg den naam Bur genland. Het werd een zelfstandige bondsstaat met een eigen landdag en een eigen regeering, welke in Eiscnstadt haar zetel heeft. Dit stadje, dat slechts enkele duizenden inwoners telt, is door Joseph Ilaydn, die hier 30 jaar lang als kapelmeester heeft gewerkt, bekend geworden. Hier schiep de groote kunstenaar zijn schoonste composities en een melodie, die hij van de boeren uit deze streek had afgeluisterd, werd het grondmotief van het door hem gecomponeerde Oos tenrijksche volkslied. Rust is een patriciërsstad, die iets meer dan dui zend inwoners telt. maar in het oude Hongarije het groote voorrecht genoot, een koninklijke vrij-stad te zijn. Met vele honderden vaten wijn en tienduizen den ducaten was deze vrijheid gekocht. Uitgestrekte kelders bergen de schatten, die de zuidelijke zon laat rijpen, er strekt zich het meer uit, als een fijn zijden dek glinstert zijn waterspiegel. Reigers klapperen Boeren echtpaar uit Burgenland in hun traditioneele dracht. door de lucht, wilde eenden schieten schichtig door het wuivende riet, meeuwen scheren langs de water vlakte en de zeilen van de bootjes der Weensche jeugd, die hier haar week-end doorbrengt, bollen in den wind. Oostelijk van het meer strekt zich de hei de uit, eens een moerassige steppenvlakte, doch te genwoordig veranderd in akkers, waarop de graaov, aren in gouden schittering golven an velden, waarop kudden vee weiden. De „bultige wereld" verbergt nog meer schoonheid. Even voorbij Bad-Sauerbrun verheft zich op een twee honderd meter hooge Dolemietentop het slot Forch- tenstem Het is een van die imposante marktgrens- burchten, die. het land tegen het Oosten hadden te verdedigen Op een nieuw aangelegden weg, die over Sieggrauen leidt, suist onze wagen Zuidwaarts voor bij het slot Kobersdorf naar Raiding, waar Franz Liszt, de groote toovcnaar op de piano, werd gebo ren. Even verder treffen we de geweldige verdedi gingswerken aan van de ruine Lan^lsee, bijna geheel onder het groen verscholen. Het slot Lockenhaus staat ernstig en forsch temidden van het landschap. Wij snellen voorbij Bernstein. ook voorbij de Gothi- sche kerk van Mariasdorf en komen zoo in Bad Taz- mannsdorf. Daar zijn we ook niet ver meer van het Doornroosjesslot van het Burgenland, slot Schlai- ning. Het is een voorbeeld van middeleeuwsche ves tingbouw. Geweldig en koen rijzen de hooge Cyclo- penmuren over den steilen afgrond, waardoor de oude handelsweg van Weenen naar den Balkan loopt. De sluitsteen in het Zuiden wordt gevormd door de hoogopgaande vestingmuren van Gussing, van waaruit de Heinzen ver in het rond het land be- heerschten. Het Burgenland kan na vele jaren weer zichzelf zijn, het Hongaarsche vernisje is er afgebladderd, geen vreemde heerschers komen de rust en het ka rakter van de eenvoudige, doch stoere bevolking verstoren. (Nadruk verboden.) de wedstrijd zakloopen geweest, rondom het huis, ge wonnen door Tonny Berkeley, een jongmensch. vol gens veler oordeel de menschelijke copie van een be jaarde slak. Terwijl hij alle anderen in hun haast zag struikelen, bereikte hij door heel langzaam voor waarts te schuifelen het eerste den finish. Verder was er nog een wedstrijd in het eierloopen, in het klimmen in de hoornen voor het huis en in het slootspringen. Een en ander was niet zonder risico's( zoo bekwam Melvill een natten voet, Luider kreeg een leelijke winkelhaak in zijn pantalon en de jonge graaf Wethenholme had het ongeluk dat het blanke ei, dat met hem de zege had veroverd, even voorbij de finish brak zeer ten ongerieve zijner schoenen. Maar toen men zich verkleed had. waren al. deze ongelukjes vergeven en vergeten. Een eminent jazz- orkest wischte de laatste bekommernissen weg. Zullen we maar weer naar beneden gaan? stelde Luider voor. Melvill ging voor. Hij had juist zijn voel op de bo venste trede van de ijzeren trap gezet toen een schot klonk. Het kwam van de voorzijde van het huis. Beide mannen bleven staan en luisterden. Beneden in het huis hoorden ze geraas, gebiedende mannenstemmen, vrouwen gilden Toen holden ze naar beneden. Melville drong tich door de gasten heen die zwijgend opzij gingen. In een fauteuil voor een der openstaande serre-ramen zat miss Joyce Griffith. Het hoofd was haar op de borst gezonken. Een blik was voldoende om te con- stateeren, dat de actrice dood was. De kogel had haar in de hartstreek getroffen. Melvill, die zich even over de doode had gebogen, richtte zich op. Zat mis Griffith hier al lang? Zeker reeds een kwartier, deelde kolonel Russell mede. Daar ik zag, dat ze zoo alleen zat, ging ik naar haar toe. De laatste 10 minuten hebben we samen ge praat. Ze werd van buitenaf neergeschoten, stelde Mel vill vast en vervolgde tot Russell: Hebt u niets ge merkt, eenig geluid voor het raam, voetstappen b.v.? Kolonel Russell schudde het hoofd. Niets. Overigens bevinden we on9 hier op de 1ste EEN TOCHT DOOR HET LAND VAN DEN DOOD. De onuitroeibare dorst naar schatten. (Door onzen reizenden correspondent.) De schatgravers zijn niet uitgestorven. Wèl liggen steden verlaten en dood, dio voor eenige tientallen jaren van woelig leven getuige waren, ook zijn de wegen, waarlangs eens de goudzoekers van Alaska trokken, eenzaam geworden en is het diamantzoeken een door den staat georganiseerd bedrijf maar er zijn andere schatten. In Het Niemandsland van Australië, honderd mij len van alle teekenen der levende wereld verwijderd, leven vijftig stoere kerels, die naar opaal graven. Zij wonen onder do aarde in loopgraven en eten slechts 's Zondags vleesch. Eenmaal per week komt een auto door de van wegen gespeende woestenij naar Ocobcr Pedv, zooals het schatgraversoord heet, en brengt de levensmiddelen en post. In Zuid-Amerika trekken vier verschillende expedi ties door de oerwouden, uitgerust met alle moderne hulpmiddelen, gefinancierd door kapitaalkrachtige vennootschappen, op zoek naar de schatten, die de Inca's verstopten toen de blanken hun land verover den. Honderdmaal meldde men reeds dat men den grooten schat had gevonden, maar even zoovele ma len bleek, dat men slechts een klein depot had ont dekt. Nog steeds is het geheim van den geweldigen Inca-schat niet opgehelderd. In het „dal van den dood" zoekt men echter naar wolfram Van Los Angelos gaan wij per auto twee dagen lang door de Mojave-woestijn langs de uitloopers der Siërra Nevada naar Lenepine om vandaar 100 meter onder den zeespiegel te duiken in een van de ver schrikkelijkste streken der wereld, een van de heet ste dalen der aarde. Aan den rand van dezen woestijn worden do films gedraaid, die in Afrika spelen. Die in Hollywood opgenomen films vertoonen bijv. scè nes uit het vreemdelingen-legioen. Wegen zijn hior niet meer; voorbij eenige zoutmeren komen wij over rotspaden, die tientallen jaren geleden door goud gravers werden uitgehakt, moeizaam in het „dal van den dood". Hier is geen spoor van vegetatie. Slechts hitte en stof. De aarde is met zoutkristallen en kali be dekt. Rondom rijzen kale rotsen op tegen den helde ren hemel. Men moet er overheen klimmen om in het eigenlijke hoofddal te komen. Een star maan landschap omgeeft den bezoeker twee dagen lang. Een plateau wordt bereikt. In het midden van deze koude eenzaamheid ligt een uitgestorven stad. Een stad met hotels en bars en vele halfvervallen huizen, een stad voor ongeveer 80.000 menschen. Skidor heet ze. Goudgravers bouwden ze topn de roes in Cali- fornië zijn hoogtepunt had boreikt. Nu leeft er slechts één enkel mensch. Tezamen met duizenden ratten. Op klaarlichten dag loopen zij re- gimentsgewijze door de straten, hokken in de venster banken der danszalen en in de loketten van de tal looze bankgebouwen. Twintig jaar geleden knalden hier nog de revolvers, kolkte er een rusteloos leven, vlogen de leeren zakjes met goudpoeder over de bars en in den schoot der schoone dansmeisjes. Roofbouw en watergebrek deden slechts één enkel mensch hier achterblijven. Hij is in lompen gehuld, half waanzinnig, zijn witte haren fladderen langs zijn gelaat. Nog steeds gelooft hij de groote ader te zullen vinden, nog eenmaal goud in klompen te bezitten Steil afwaarts van deze stad voert de weg in het dal van den dood. In duizend kleuren lichten de bergen in den om trek, als een lijkkleed schemert de aarde wit van de zoutkristallen. Dan komt een streek, die koolzwart is van vulkani sche asch. En dan komen de zandduinen, een einde looss woestijn* die in niets verschilt van de zand heuvels der Sahara, hier en daar slechts onderbro ken door dorre cactëen. Overal stoot men op gra ven. Lage heuveltjes, met een spade erin gestoken inplaats van een kruis. In den steel zijn naam en ouderdom uitgesneden. Grijsaards liggen hier, maar ook heel jonge menschen, allen door den dorst naar goud hierheen gedreven en door de hitte en ver- Het troostelooze landschap wordt slechts door dorre cateëen onderbroken. étage, de dader kan zich dus niet vlak voor het huis hebben opgehouden, daar hij dan geen trefkans gehad zou hebben. Hij moet vanuit het geboomte aan den overkant geschoten hebben. Precies mijn opinie, verklaarde Melvill. Ik zou alleen wel eens willen weten Hij hield plotseling in. Harry Luider lag op zijn knieën bij don fauteuil waarin de doode vrouw zat. Zijn gelaat was wasbleek. Alle gasten keken zwijgend toe. Bijna allen kenden de groote liefde van Luider voor zijn tegenspeelster Joyce Griffith. Het was Melville, die de beklemmende stilte ver brak door een daad. Hij richtte Luider op en bracht hem naar een nevenvertrek. waar hij hem met eenige vrienden en de gastvrouw achterliet. Teruggekeerd boog hij zich opnieuw over het slacht offer, ditmaal langer den de eerste keer. En plotseling floot hij zachtjes tusschen zijn tanden en keek naar buiten Hebt U eenig idee? vroeg kolonel Russell. Misschien, zei Melvill ontwijkend. Hij dacht aan Luider, met wien hij op het dak had gestaan toen het schot viel en schudde het hoofd. Daarop liep hij naar het zijvertrek waar hij een klein zwijgend gezelschap had achtergelaten. Hij vond er alleen de gastvrouw met haar zoon. Waar is Luider? Hij is wat gaan omloopen, hier kon hij het niet meer uithouden, vertelde Kathlecn Allington. Zonder een woord rende Melvill weg, vloog de trap pen op en bereikte hijgend, buiten adem het platte dak. Flauw zag hij een gestalte zich afteekencn, een hand werd opgeheven. Wacht nog even, zei inspecteur Melvill zacht maar duidelijk. Luider's hand zakte. Toen begon in den nacht dit gesprek: U hebt miss Griffith gedood, mr. Luider? Een droge lach. Hoe kan dat nu. mr. Melvill, we stonden im mers samen op het dak. En toch deed U het Ik luister. U trof vanmiddag de voorbereidingen. U was de man die dien boomklimwedstrijd voorstelde. U had Een halfverdwaasde grijsaard gelooft nog steeds een goudader te zullen ontdekken. moeidheid, door dorst en vertwijfeling gedood. „Ge storven van dorst", staat op de meeste graven Dan wordt de aarde weer effen en glad als een renbaan. En na een dag van klamme hitte overvalt ons een ijzige koude in de oase ..Furnaco Ranch", een boraxmijn, die aan een Engelsche mijnbouw- maatschappij behoort. Hier wordt door Indianen ge werkt. Geen ander ras kan deze temperatuur verdra gen. Den volgenden dag gaan wij voorbij het „golf- veld van den duivel". Zout, dat in don vorm van hef tig bewogen zeegolven gokristalleerd is. Overal zijn stukken steen losgebroken, steeds moeilijker wordt het voor dc auto om verder te ko men. Het kost steeds meer moeite om door de duinen te komen, door de dorre eenzaamheid zonder wegen. Tien uur rijden wij door het dal, wij ontmoeten geen enkel levend wezen. Geen dier, geen mensch, geen grashalm De koeler stoomt, stoot rookwolkjes in de lucht, onze waterzakken zijn leeg. Eerst tegen den avond vinden wij een bron. Dicht in de huurt daarvan lig gen de verbleekte skeletten van twee menschen en een paard Treurige waarschuwing om het wa ter niet aan te raken. De koeler kunnen wij vullen, maar meer niets. De bron is vergiftigd. Door de na tuur vergiftigd, sterk arsenicumhoudend. Velo goudzoekers stierven hier, toen zij dachten dat ze gered waren. Weer een nacht, die koud en helder en onverge telijk schoon is, ofschoon do tong aan het verhemelte blijft kleven en de dorst steeds kwellender wordt. Een moeilijke klimpartij over do passen van de Siërra Nevada, terugkeer naar Los Angelos. Weken lang worden de meegebrachte monsters onderzocht, die veel van het kostbare metaal Wolfram inhouden. Te weinig echter om het uit deze dalen te halen, te weinig om de kosten van aan te leggen waterleidin gen en de fantastische hooge loonen te dekken, de me nigvuldige voorzorgen, die noodzakelijk zijn. Mislukte tocht? De schatgravers trekken er op nieuw op uit, zullen betere monsters meebrengen, zul len nog dieper in de woestijn binnendringen. Wolfram, goud, diamanten, opaal dat alles is slechts een voorwendsel. De menschen, die deze gaan zoeken, tegenwoordig evengoed als voor honderd jaren, worden door een hartstocht gedreven, die onuitroeibaar is. Fanatiek gelooven zij aan hun geluk. En dikwijls vinden zij het. Ook thans nog Je beschouwt hem als een beproefd vriend? Ja, lk beproefde een Uentje van hem te leenen. Arrestant: ..Ach, agent, daar waait mijn hoed af! Zal ik hem even achterna rennen?" Agent: „Wat? Zeker om weg te loopen en dan niet meer terug te komen! Niks hoor, Jij blijft hier staan en ik zal er wel achteraan gaan!" Charly: „Maar ik heb je verzocht, liefste, om ons engagement nog geheim te houden!" Ella: „Ja. maar die akelige Carolien zei, dat ik nog niet getrouwd was. omdat er nog noooit een man zoo klioot was geweest een aanzoek bij mij te doen en toen zei lk, dat jij bet hadt gedaan!" Toen U hem mijn hand weigerde, vader, viel hij toen op zijn knieën? Dat weet lk niet Ik heb niet gekeken hoe hij la neergekomen!" Moeder: „We moeten een meisje voor de baby heb ben!" Vader: „Een meisje? We moeten een nachtwaker hebben!" A: „Wat ls die Jansen voor een snuiter?" B: „Wel, hij ls een van die menschen. die als er een plano versjouwd moet worden, dadelijk het piano- krukje pakt!" met gemak kunnen winnen. Maar gebruikte uw tijd om de revolver te bevestigen. Daarna wierp u den draad op het dak, waaraan een klein zwaar voorwerp zat. Was het een stukje lood, mr. Luider? Gaat U voort Vanavond toen het feest in vollen gang was, noo- digde U mij uit op het dak een luchtje te scheppen. Tevoren had U miss Grifftih naar den fauteuil ge bracht, waarop de revolver was gericht Op het mo ment, dat wij naar heneden gingen en ik met den rug naar U toe stond, hebt U aan den in het don- kpr onzichtbaren draad getrokken. De draad, die de haan overhaalde voor het doodelijke schot. Stel, dat het waar is, mr. Melvill, wat voor reden zou ik gehad hebben op Joy om miss Griffith te dooden? Uw groote liefde voor haar, mr. Luider, Uw groote en hopelooze liefde. Hoe weet U Vermoedelijk heeft haar mededeeling dat ze de volgende maand met Richard Vene, den tooneel- schrijver zou trouwen, den doorslag gegeven. Stilte. Dan een donkere, hartstochtelijke stem. liet g ebeurde, zooals U het vertelde, mr. Mel vill, ik heb er niets meer «an toe te voegen. Ik deed het op deze manier, omdat ik wist de daad niet te kunnen volbrengen als ik die vrouw die ik liefhad zag. F.n nu mr. Melvill, wilt U me zeker arresteeren? - Neen, zei Melvill, gaat Uw gang, ik zal U niet storen. Hij ging naar beneden. Een schot viel. Men vond Luider korten tijd later dood op het platte dak liggen. Nieuwe opwinding, rennende menschen, bleeke gezichten. Kolonel Russell trok zenuwachtig aan zijn grijze snor. Geef ons de oplossing, smeekte hij. Inspecteur Melvill, die naast hem stond haalde zijn schouders op. Het is mij één groot raadsel, zei hij. Inspecteur Mehrill kon soms afschuwelijk liegen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 19