GRATIS.
Uit Napoleon's geboortestad.
SCHAGER COURANT
Wederom Rugpijn!
Rw"*
Wie zich thans abonneert op de
ontvangt de nummers tot 1 Januari
De geschiedenis van het Corsicaansche
bandietisme.
den. Spr. vraagt of daarover al Iets bekend is. Spr.
hoopt dat het Rijk in deze een voorbeeld aan de ge
meente zal nomen.
Voorzitter zegt dat er nog niets definitiefs over
bekend is. Er is wel ccnige kans op reductie.
Vaststelling van het le suppletoire kohier der hon
den belasting, dienst 1031.
Allen voor.
Gratificatie voor extra werk.
Verzoek van J. Iloman, Gemeenteveldwachter-bode
om een gratificatie voor extra werkzaamheden ge
durende de vacature van veldwachter en bode in
Noord-Zijpe wegens bet aan A. Noorman verleend
ontslag.
B. en W. stellen voor een gratificatie van f 100 toe
te kennen, wegens het verrichten van extra werk
zaamheden gedurende de vacature van veldwachter-
bode wegens het aan A. Noorman verleend ont
slag welke vacature 3 maanden heeft geduurd en
waardoor ruim f 400 minder is uitgegeven.
Voorzitter zegt. dat Homan dit bedrag toekomt
voor het vele extra werk dat hij als veldwachter en
bode heeft gedaan, 14 maanden heeft hij alle werk
alleen gedaan. Ook de Secretaris stond sympathiek
tegenover dit verzoek, omdat hij ook als bodo veel
extra werk had gehad. Vanaf de Zuid-Zijpe had hij
alleen als veldwachter alle dienst, gedaan. Bovendien
had de gemeente in dien tijd f425 ongeveer in kas
gehouden, dus was het ook geen bezwaar met het oog
op de finantièn.
De heer Smit had liever gehad dat een ander over
dit punt iets had gezegd. Spr. wijst op de afwijzende
beschikking door den Raad genomen op het adres
van Homan voor vergoeding gordijntjes. En nu dat
zoo is geloopen, wordt het op deze manier gepro
beerd.
Wat het vele werk betreft, heeft Homan toch niet
meer dan zijn gewonen dienst kunnen doen. meer
niet. En als bode heeft hij misschien wel eens een
extra wandeling moeten doen, maar dat is toch zoo
erg niet en goed voor zijn gezondheid.
Spr. zegt, dat al is het maar f 100, er thans de tijd
niet voor is om meer uit te geven dan noodig is,
elke redelijke besparing moet in het belang der ge
meente worden betracht. Nu mag de bcgrooting nog
sluiten, maar,spr. ziet het voor 1932 heel wat don
kerder in.
Voorzitter zegt, het al reeds tot Homan te hebben
gezegd: 't spijt mij dat je niet eerder met dit adres
bent gekomen, want je zult hooren dat men nu zegt
dat je het nu op deze wijze probeert. Maar dat is
toch niet 't geval. Homan heeft dit bedrag dubbel en
dwars verdiend. En dat er veel meer werk is ge
weest. kunnen mijnheer De Boer en ik het best be-
oordeelen. Bezuinigen is goed en zooals u zegt, elke
redelijke bezuiniging moet worden aangegrepen, maar
dit is geen redelijke bezuiniging om een beambte het
loon dat hem toekomt, te onthouden. Als men zoo
over den man zijn werk spreekt, kunnen wij wel
steeds met 1 veldwachter toe.
De heer Smit: Heel best
Voorzitter: Het is algemeen gebleken dat u weinig
met de politie op heeft. Wellicht komt het nog wel
eens zoover dat u ook zelf politie noodig hebt. Den
man komt de f 100 toe.
I)e heer Doorn heeft het een verkeerd besluit ge
vonden om Homan de f75 voor verhuiskosten enz.
niet te geven.
Deze aanvraag acht spr. minder op haar plaats,
Als men wat meer werk heeft, moet men niet direct
om vergoeding aankloppen. Maar waar de raad ten
onrechte de f75 heeft geweigerd, zal spr. nu voor het
toekennen van f 100 stemmen.
De heer Bruin beroept zich op de voorlichting in
deze van Burgemeester en Secretaris en zal voor
f 100 stemmen.
Het voorstel van B. en W. om f 100 te geven, wordt
aangenomen met 8 tegen 3 stemmen. Tegen de hce-
ren v. d. Oord, Smit en De Boer.
Productieve arbeid an steunregeling.
Adres van de afd. „Oudesluis" en „St. Maartens
brug" van den Ned. Landarbeidersbond en van de afd.
,,'t Zand" van den R.K. Landarbeidersbond, houdende
verzoek:
le. productieve arbeid voor werkloozen;
2e. invoering van de volgende steunregeling: aan
gehuwden en kostwinners een toeslag van f0.(i0 per
dag op de uitkeering uit de werkloozenkas, benevens
een toeslag van f0.75 per week en per kind beneden
15 jaar;
aan uitgetrokken gehuwden en kostwinners uit
keering van een bedrag, gelijkstaande met dat, wat
zij uit hun werkloozenkas en toeslag te zamen zou
den hebben ontvangen;
aan uitgetrokken ongehuwden een uitkeering gelijk
aan het bedrag der uitkeering uit de werkloozenkas.
De meerderheid van B. en W. stelt voor, voorloopig
niet over te gaan tot vaststelling van een steunrege
ling, doch alle pogingen in het werk te stellen met
geldelijken steun der gemeente het verschaffen van
werk te bevorderen.
De heer Nannis zegt, dat het voor de zooveelste
maal is dat hij dit adres verdedigt. De toeslagrege
ling wordt door het Rijk niet toegestaan, alleen als
het een crisistoeslag wordt. Maar heerscht hier dan
geen crisis? vraagt spr. Als er dan geen crisis is, zijn
wij er zcor slecht aan toe. Er werken een 30 men-
schon aan Stnatsboschbeheer en verdienen een loon
van f 15. De gemeente gaf eerst 33 van dat loon,
nu moet het worden 65 en geeft het Rijk de rest.
Het heeft spr. in hooge mate getroffen dat het Rijk
zoo durft op te treden, f 15 loon voor onze arbeiders
veel te kort.
Spr. heeft het voorstel om reductie op de pachtprij
zen te geven toegejuicht, ook do 100 voor een R.K.
Armbestuur. Dit alles is toch evengoed steun. En nu
onzo georganiseerde arbeiders om toeslag komen, nu
moeten wij zeker de boodschap geven, het Rijk wil het
niet. Volgens de meerderheid van B. en W. moet er
maar werk gezocht worden. Best! Maar hoe moet dat
steeds gaan? Spr. is teleurgesteld door het Polder
bestuur. Wel is er een lichtpunt, want er is samen
werking tusschen polderbestuur en gemeente. De ge
meente geeft 50 in wat er verwerkt wordt. Maar
het polderbestuur heeft voor een groote polder van
ÖOOO bunder maar f700 uitgetrokken voor wcrkeloo-
7en7.org. De Dijkgraaf zeidê, we hebben niet meer.
Spr. had zoo gaarne een hooger bedrag uitgetrokken
gezien, gehoopt dat men een ruimer standpunt zou
innemen. Er is in onzen polder toch zooveel produc
tieve arbeid en het is ons aller plicht om voor werk
te zorgen. Spr. vreest groote werkeloosheid en wil dan
gewapend zijn daartegen en daarom moet de raad
besluiten de gevraagde toeslag te geven en aan Ged.
Staten en Rijk verzoeken dit goed te keuren.
De heer Dignum wijst er op. dat de 100 die aan
het R.K. Armbestuur is toegezegd, ook voor werke
loosheid is. De toeslagregeling heeft spr.'s sympa
thie. maar de gemeente is in deze onmachtig. Wij we
ten het nu eenmaal dat het Rijk het niet toestaat.
Waarom dat nu nog weer te probeeren? Spr. meent
dat hot met de zorg voor de werloozen nu de goede
richting uitgaat. Hebben de werkcloozen straks geen
werk meer, dan zal de gemeente hen wel aan brood
helpen.
De heer Blom acht hier voor de werkeloozen de
crisis aanwezig. De boeren lijden onder de crisis, dus
de arbeiders eveneens. Bij het Staatsboschbeheer
moet nu 65 toeslag worden gegeven. En nis het
nu begint te vriezen, wat moet er dan gebeuren? Zou
den wij dan geen steun mogen verleenen, omdat er
zoogenaamd geen crisis is?
De heer Nannis wil in deze een uitspraak van den
Raad en Ged. Staten en Rijk om toestemming vragen.
De heer v. d. Sluijs zegt. dat het bij B. en W., noch
bij den Rand onwil is. De georganiseerde nrbeiders
weten nu wel dat de gemeente ten opzichte van do
werkeloozenzorg een flink standpunt inneemt. Als
men nagaat dat f 10 wordt bijgepast voor het Staats
boschbeheer, dat is f200 per week. Dan de vergoeding
Voortdurend pijn in de lendenen, of scherpe ste
ken als gij u bukt of opricht, wijzen op verzwakking
der organen in den rug. Des te meer als gij tevens
blazen onder de oogen, duizeligheid, hoofdpijn of
urinestoornissen kunt opmerken.
Verwaarloozing dezer verschijnselen kan aanlei
ding geven tot ernstige kwalen. Er bestaat gevaar
voor maandenlange pijn of werkeloosheid door rheu-
matiek. ischias, spit, blaaszwaktc, waterzucht, enz.
Laat Fostcr's Rugpijn Pillen de organen weder tol
gezonde werking brengen, zoodat het urinezuur en
de andere schadelijke stoffen weder uit het bloed
gefiltreerd worden. Reeds jaren verwierf dit spe
ciale middel naam door tallooze mannen en vrou
wen van eiken leeftijd hun gezondheid en kracht te
hergeven.
Bij alle drogisten enz. a fl.75 per flacon.
aan de autobussen, enz., vordert dat toch een groot
bedrag. Er is op de gemeentebegrooting wel een flink
bedrag uitgetrokken, maar er moet toch op de finan-
tiën worden gelet. Als wij aanstonds eens voor een
groote werkeloosheid worden gosteld, dan zullen de
werkeloozen wel ondervinden dat het gemeentebe
stuur hen voor gcheele inzinking zal behoeden. Men
heeft nu toch wel den indruk gekregen van B. en W.
en ook van den raad dat men in deze het goede wil.
Om nu bij voorbaat dit aan de georganiseerde arbei
ders toe te zeggen, terwijl straks voor allen wellicht
een regeling moet worden gemaakt een basis moet
worden vastgesteld, acht spr. verkeerd. Wij moeten
een open oog hebben voor de beloopen der arbeiders
klasse. maar mogen toch ook niet vergeten het oog
te houden op de draagkracht der gemeente. Spr.
meente dat de arbeidersklasse safe den winter kan
tegemoet gaan.
De heer Nannis wijst op wat in 1928 is gebeurd en
het standpunt toen door den heer v. d. Sluijs inge
nomen. Toen werd de steunregeling goedgekeurd en
als een recht van den arbeider erkent, ook door den
heer v. d. Sluijs. En als het Rijk niet was tusschen-
beide getreden, was de steunregeling gebleven. En
nu heet het afwachten. Spr. acht dat verkeerd en
beveelt den raad warm aan de steunregeling goed te
keuren.
De heer v. d. Sluijs zegt in 1928 de zaak te hebben
bekeken in verband met de omstandigheden van
1928. Nu beziet spr. de zaak in de omstandigheden
van thans en dat maakt een heel groot verschil. Spr.
wil de arbeiders bewaren voor algeheele inzinking
maar moet eveneens letten op den algemeenen toe
stand.
Het is spr. verweten dat de belangen van de wer
keloozen bij hem niet veilig zijn. maar spr. wijst dit
verwijt met kracht van zich af en zegt dat op hem
ten volle mag worden gesteund, om de arbeiders
klasse te helpen, maar spr. moet ook op de finan-
tiën letten.
De heer Doorn wijst er op, dat 100 steun aan de
R.K. Armbesturen is toegezegd voor de werkeloozen.
Waarom nu daar wel steun en hier niet, alleen uit
hoop dat het niet noodig is. Dat acht spr. verkeerd.
De regeering doet zelf niet anders dan steunen:
bietenverbouwers, tarwebouwers, land- en tuinbouw-
enz. enz., waarom zal het ons als gemeentebestuur
dan verboden zijn? Spr. wil werkeloozen den gang
naar het Armbestuur besparen. Spr. acht echter de
gevraagde toeslag wat hoog, 60 cent had 30 cent moe
ten zijn en 50 cent per kind. De prikkel om te wer
ken moet blijven bestaan. Met een uitkeering van
f9.60 plus f3 toeslag kunnen de mcnschen tevreden
zijn. Als er werk is. dan werken, dat is altijd beter,
maar als er geen werk is, moet er gesteund worden.
De heer Bruin duldt geen aanval op het polderbe
stuur. Spr. is er trotsch op dat cr nu een regeling is.
lusschen gemeente en polder om de werkeloozen te
helpen. 17 menschen zijn er nu reeds op den weg
en aanstonds nog meer. Het polderbestuur moet let
ten op de begrooting. Van de landeigenaren wordt te
genwoordig al meer dan genoeg gevraagd, dat er ook
op de finantiën moet worden gelet.
De heer Nannis zegt, geen aanval op het polderbe
stuur te hebben gedaan. Het doet spr. genoegen dat
het poldeTbesluur meehelpt. Maar het heeft spr. te
leurgesteld dat van zoo'n grooten polder maar f700
beschikbaar is gesteld. Zoo wordt de werkeloosheid
zelfs niet ten deele opgelost. Het polderbestuur had
met de gemeente in overleg moeten treden om een al
gemeen plan vast te stéllen. Wij hadden graag ge
holpen.
De heer Bruin: En waar haal je het geld vandaan?
Do heer Nannis: llad hot Polderbestuur dan 100
aan de gemeente gevraagd. Wij hadden het gegeven.
Want het is niet alleen voor de arbeiders. Het is ook
een groot belang voor den Middenstand. Het is een
openbaar belang. En als het Polderbestuur, zooals spr.
hoopt, verder wil gaan, kan het op de gemeente reke
nen.
De heer Blom vindt het mooi al wat er gedaan
wordt om werk te krijgen. Maar als het straks vriest,
wat dan? Geef steun, dan behoeven do menschen niet
naar het armbestuur.
Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen met
7 tegen 4 stemmen. Tegen de heeren: Blom, Rens,
Doorn en Nannis.
Benoeming van een hoofd der
St. Maarïeusbrug (vacature C. v.1b54,
De voordracht luidt:
1. Job. Leeuwen, hoofd der school te Sloten (Fr
acte landbouw;
2. R. Keldcrhuis, hoofd der school te ZuidT.
land (Texel);
3. A. van Meertcn, onderwijzer te Den Helder.
Voorzitter zegt dat no. 1 alleen acte land- er.L
bouw heeft.
Met algemeene stemmen wordt benoemd d».,
Joh. Leeuwen.
De heer Wit informeert naar de bruggen teH|
en Stolpen.
Voorzitter zegt dat men hieromtrent reeds
richt heeft kunnen lezen in de Schager Coura
deelt mee, dat hij een onderhoud heeft gehad q
heer Ringers, Dir.-Gcn. van Waterstaat. Dcz«
mcc dat er nieuwe brug kwam bij de Stolpen
was het plan 1000 M. ten noorden van de. Stolp
wordt liet 250 M. ten noorden.. De vlotbrug i
Stolpen zou naar 't Zand. Op spr.'s vraag of i
3tand aan 't Zand dan zoolang rpoest blijven,
nu is, werd gezegd dat cr nu de oude vlotbrug
gerepareerd. Spr. hoorde niets meer, allerlei g
ten liepen. Hij wendde zich tot den Technisch
zichter te Den Helder, den heer Bottcma, ei
bracht het antwoord dat hij de zaak eens zou
men en met voorstellen zou komen. Spr. heet
aan den heer Ringers geschreven dat dit toch in
was met wat hem beloofd was.
Do heer Doorn vraagt naar de begraafplaats!
groote gat dat er is. a
Voorzitter zegt dat de oude boomen zijn
er komen* nieuwe, de gaten worden gestopt. S;:
er in comité inlichtingen over geven.
Hierna sluiting.
duh
ges-,
eige
rijn
aebi
Juis
gd
ondi
roe
retel
pens
Bijzondere correspondentie.
AJACCIO, December 1931.
„Vermoorden de Corsicanen elkaar nog steeds?" vroeg
Napoleon Bonaparte in zijn schrijven aan een landge
noot. toen hij vanaf Corsica, via republiek en keizerrijk
Frankrijk, via Elba en Waterloo veilig en wel in Sint-
Hclena opgeborgen was. En zelfs tegenwoordig moet
men deze vraag nog met een volmondig „ja!" beant
woorden. Dat is wel getoond gedurende de laatste maan
den. toen de Fransche regeering eindelijk de noodzake
lijkheid inzag van een strafexpeditie. En dat deze straf
expeditie, bestaande uit zeshonderd veldwachters, onder
leiding van generaal Huot, met kanonneerbooten en ma
chinegeweren. met twee oorlogstanks en tal van bloed
honden op vrijwel niets is uitgeloopen, spreekt reeds voor
zichzelf! Men wist slechts een twaalftal mannen en
vrouwen gevangen te nemen, waarvan men vermoedde,
dat zil met do bandietenlelders in nauwe relatie ston
den. Daaronder bevond zich o.a. ook een zekere Seve-
rlno Santoni, wethouder van Ziehavo, een man van aan
zien. maar gevangen genomen wegens heling en hulp bij
heling, alsmede herberging van bandieten. In een kachel
werden verbrande papieren gevonden. Uit de resten daar
van kon men opmaken, dat men hier te doen had met
de lijst der aangesloten roovers bij de bende van Bartoli,
terwijl andere papierresten overblijfselen bleken te zijn
van nauwkeurige afrekeningen over gestolen en afge
perste gelden.
De wanhopige houthandelaar.
Bartoli, die de typische bijnaam „Parcittore" (belas
tingontvanger) droeg, is niet in gevecht met de gendar
merie, maar als slachtoffer van zijn onverzadiglijken
dorst naar geld gevallen. Hü had in de laatste jaren
400.000 tot 500.000 francs „verdiend" en van dit geld liet
hij een soort kasteel bouwen in de plaats Falueca. Nu
zou men denken, dat hij zoo langzamerhand het hoogte
punt zijner idealen had bereikt Maar neen, hij wilde
steeds meer geld verzamelen, zijn afpersingen namen
steeds grootcr omvang aan. Tot slachtoffer had hij zich
in dien tijd een zekere Simonetti, een houthandelaar,
gekozen, die hij uitkneep als een citroen. Simonetti, be
vreesd voor de macht van dezen bandiet betaalde alles,
wat Bartoli, de „belasting-ontvanger" van hem ver
langde. Toen hij tenslotte geen geld meer had. wilde
Bartoli hem dwingen tot het omhakken van boomen en
het verkoopen daarvan, uit de uitgestrekte bosschen, die
Simonetti bezat Doch daartegen kwam Simonetti toch
in opstand. Het gevolg was, dat Bartoli door middel van
dreigbrieven de arbeiders van Simonetti zoo wist te be
angstigen, dat zij het werk neerlegden. In zijn wanhoop
nam Simonetti toen het besluit de leeuw in zijn hol
zij het dan ook een luxueus hol te Palueca te gaan
opzoeken. Hij kwam inderdaad ongestoord te Pulueea.
bracht een bezoek aan het kasteel en zeide tot Bartoli:
„Kom mee dan zal ik je betalen!"
Bartoli, in wien het zelfs niet opkwam, dat zoo'n nie
tige burger en handelaar hem. de groote „belastingont
vanger". in het nauw zou durven drijven, legde zijn buks
over den schouder en trok met Simonetti mee in het
woud. waar zij op een veilige plaats van buidel zouden
verwisselen. Maar zU Hepen zoo lang voort, dat Bartoli
ten langen laatste ongeduldig werd en uitriep: „Nu zijn
we veilig genoeg kom nu met je geld te voorschijn!"
Toen bekende Simonetti hem. dal hij geen halve sou
bij zich had. In blinde woede bracht Bartoli zijn buka in
den aanslag, maar Simonetti had zijn revolver reeds in
de hand en joeg hem twee doodelijke schoten door het
lichaam.
Correspondentie met de hoteldirectie.
..Zeer geachte heeren: Ik verzoek U beleefd, mij per
omgaande de som van 20.000 francs te willen overmaken,
daar ik anders tot mijn groots spijt genoodzaakt zou
zijn, Uw geacht hotel in de asch te leggen! Ingesloten
treft U een postwissel aan, voorzien van adres, welke U
slechts hebt in te vullen!" Dergelijke brieven ontvangen
de groote hotels te Ajaccio vrij geregeld. Het betreft een
soort van jaarlijksche tol aan 't bandietisme. Het schrij
ven is eigenhandig onderteekend en draagt een stem
pel: bandiet
De hoteldirectie antwoordt naar waarheid, dat de
eigenaar van de onderneming rich in Nice bevindt en
men zonder zijn voorkennis niet over zulke groote be
dragen mag beschikken. Onmiddellijk daarop komt een
tweede brief: „Ik dank U zeer voor Uw zakelijk ant
woord, maar ben helaas gedwongen U erop te wijzen,
dat de 20.000 francs mij zonder eenig uitstel moeten
worden toegezonden. Op welke wijze U zich dit geld ver
schaft is niet mijn zaak. doch ik maak U met beleef
den nadruk erop attent dat ik, wanneer ik niet binnen
8 dagen in het bezit van bovengenoemd bedrag ben ge
komen, tot mijn spijt Uw hotel in vlammen zal moeten
laten opgaan!"
Dergelijke afpersingen komen gelukkig niet al te dik
wijls voor, daar de bandieten hun slachtoffers altijd weer
eenigen tijd met rust laten, teneinde hen niet geheel en
al te plukken en zoodoende een goede „klant" te moe
ten verliezen. Het is nauwelijks vijf weken geleden, dat
de roover Cavigliolo een ander hotel „belegerde", een rei
ziger, die aan het venster verscheen, neerschoot en met
de gendarmes een soort veldslag leverde, waarbij hij zelf
werd neergeschoten. Maar ook de luitenant der gendar
merie Tomi en een onderofficier vielen in dit gevecht
en vele anderen liggen nu nog met zware verwondingen
door schoten en houwen in het hospitaal van Ajaccio.
Verkiezingspropagandist en advocaat
De bandieten hadden vanzelfsprekend ook grooten,
politieken invloed. „Koning Romanetti", bijvoorbeeld, die
zelfs ais held van een Fransche film beroemd geworden
en gevierd is, was in zijn district candidaat voor de
Kamer en voor den Senaat, terwijl hij tevens propaganda
voor zichzelf maakte, door verschlllendo redevoeringen
In het openbaar. Deze Romanetti wordt door allen, die
hem gekend hebben, afgeschilderd ais een vroolijke, ach
tenswaardige en gemoedelijke man. Hij heeft honderden
Fransche reizigers geplunderd, maar ook honderden zijn
gastvrijheid aangeboden, al naar gelang zijn luim en
naar de belangstelling, die hij voor iemand koesterde;
velen hebben hem gefotografeerd en zelfs uitgetee-
kend.
Ook de vermoorde Bartoli was een groote figuur in
de Corsicaansche politieke wereid. Hij en de burgemees
ter van zijn dorp Palueca, de vroegere ambtenaar Ma-
r.etta, brachten hun candidaten naar voren en hun pro
tectie was veel gewichtiger, dan die van den machtig-
sten regeeringsprefect En op dezelfde wijze is iedere
roover weer heer en meester in zijn woonstreek. Hij
verlangt van den zakenman, als ©en soort pacht, een
deel van zijn winst en uitkeering van geldsommen, hij
helpt ongeduldige erfgenamen een handje door den per
soon, die maar niet sterven wil, een voetje te lichten;
als er kwesties over een testament gerezen zijn, en de
rechtmatige erfgenamen kunnen tengevolge van juridi
sche moeilijkheden niet dadelijk over het testament be
schikken, zet de rooverhoofdman een beetje haast bij de
zaak, door de tegenpartij te dreigen of zelfs naar de an
dere wereld te helpen. Zoo wordt de bandiet tevens de
trouwe beschermer van zijn „gunners", hun advocaat
en incassobureau en tevens in zekeren zin hun
executeur.
Dit gcheele „bedrijf" is een gevolg van de sinds on
heuglijke tijden op Corsica hcerschcnde „bloedwraak" of
„vendetta". In Albanië, bij de Arabieren en sommige
andere Oostersche volken, treft men deze thans ook
nog aan. Thans in deze verlichte tijden neemt men
het gebod der bloedwraak op Corsica ook niet meer zoo
nauw, als in vroegere tijden, maar ieder jaar vallen er
honderd tot tweehonderd personen aan de vendetta ten
offer.
De bloedwraak of vendetta.
Welk een rol de vendetta speelt en hoe uit betrekkelijk
klein© conflicten d® grootst© onaangenaamheden en rom
kom
gen
Khn
gen-v
waai
Zes
door
ling
waai
wou<
arch
bèta
ragd
smai
dat
Hc
tijd,
bevo
paris
druk
nen
reu»
ziet
stera
steer
pen kunnen ontstaan, toont de volgende statistisch
stelling duidelijk aan: Een lid der familie Rochlnk
de een hond, die het eigendom was van de famli
fanie. Beide familiën zijn bijzonder groot en er bal
te tusschen hen wel geen bloedvete, maar tocc m
kero jaloersche en eerzuchtige rivaliteit Het a
van den hond was de vonk in het vat buskruit! S
jaar telde men In de beide familiën zevenUetsi
en twee gewonden, twee maanden later voigdcerj
drie zware verwondingen. In totaal was er dxJ
100 menschen „slag geleverd". Dat „slag levear*,
altijd plaats in het zoogenaamde „maquis", d.i.k
te kreupelhout dat het typische Corsicaansai
overal bedekt en zoo'n prachtgelegenheid aaa
dieten biedt zich verdekt op te stellen. Als ed
caan, tijdens de nakoming van zijn oude, ongat
Corsicaansche wetten met de gohate, Fransche»
ving in conflict komt... zoekt hij zijn heil in h?.
quls, en... wordt bandiet Tenminste als hij tód
zijn familieleden wordt ondersteund. Dan behcd
niet door roof en plundering in zijn „ondeitnf
voorzien. Hij sluit zich bij een bestaande bendes
gaat eerst alleen op pad, vormt naderhand een
om zich heen en... wat eerst een soort noodwwr
een -vreemde, door hem onbegrepen, staatsraad!
blijkt een rijke winst en een gemakkelijk leve:#
gelijk te maken. Bandiet te zijn, is hier niet on's
maar de bloedwraak, die steeds verder loopt, a
wel voor, dat deze menschen, die zich zelf zoo 1
weten te helpen, niet te lang meer blijven levs
D© gehoorzame postbode.
Het klinkt soms haast ongelooflijk, als men
bij wien de bandieten al niet sympathie en hl
den. Eens gaf do onderprefect van het arrondli
Sartene den commandant der gendarmerie be
een bloedwreker, die juist gearresteerd was,
voeten te stellen, omdat deze „zijn vriend en gv
Of toen de gemeenteraad van Ciamanacce een
een jaargeld toestond van 1000 frans omdat d(ü
aanleiding van een vendetta zijn leven eenigen
de bergen in veiligheid had moeten stellen en (M
gehinderd was in de uitoefening van zijn burger!
Iedere ras-Corsicaan gehoorzaamt in de eers^
aan de bandieten en daarna pas aan de regeert*
b.v. „koning Romanetti" eens uit ontevredeaW
een daad der posterijen het geheele postverkeer
district Prunelll had verboden, legden op den I
de afkondiging van dit verbod alle postbeamV
drachtig hun werk neer; ieder van hen wist,
te wachten stond, als hij niet gehoorzaamde.
sen
en b
opsu
het -
staal
in st
vers:
het
Opschriften van stilets.
De vooruitgang der wapentechniek heeft ztöl
lijk ook op Corsica doen gelden... vooral bij
dieten. De vroeger gebruikelijke geweren en
worden tegenwoordig stilzwijgend vervangen
handige automatische revolvers en pistolen.
zal geen enkele Corsicaan verzuimen een
zich mede te dragen. Deze echt. Corsicaat
wapens zijn op de klingen gegraveerd «j
spreuken, als: ..Vendetta Corsa" of „Morte
(„Corsicaansche bloedwraak" of „Dood aan
and!") Toen eens een Fransche reiziger in
van een Corsicaanschen wapenhandelaar,
dergelijke dolken voor de étalage uitgestald
opmerking maakte, dat dergelijke opschriftenj
iemand tot moord prikkelen kreeg hij het
woord: Mo eosa vuolo 1'amieo non si uccide!" I
zou U dan willon; men doodt zijn vriend
niet!") Dit is een waarlijk typisch-Coi
woord.
Wanneer zal men de benden
kunnen uitroeien?
In de laatste honderdtwintig jaar heeft d'J
regeering op geregelde tijden groote strafei
Corsica ondernomen teneinde bandieten!
uit te roeien, maar de resultaten waren I
droovend. Ook de bevolking verzet zich uit^
tegen een aanslag op „hun" bandieten. Nog
gendarmen van de expeditie uit Corsica t"
cn zoekt men naar de hoofdleiders der f"
men volkomen zal slagen? Maar
laten het hoofd hangen en hebben het
aloude, romantische bandietenheerlijkheid I
dwenen zal zijn. Wie zal het zeggen?
(Nadruk verboden).
Uren
|k«n. E
Bt&r v
|4ur.
B
W
i - sa
l- D
y
pid0
!v Jl
Aaa cy.