m W w WIE Uit de wereld van het kleine. VOOR ONZE DAMMERS VOOR ONZE SCHAKERS I 3 HUMOR. EVENTJES DENKEN Vraagstuk No. 869. 6 e fi 4» H 0' 55- Hl 1 a 0 1 0 iJ Vraagstuk No. 870. Vraagstuk No. 871. Vraagstuk No. 872. Duïtschland in nood. Planten in Kamer en Tuin. GRATIS. 1 L\\ JiÉü OPLOSSING VRAAGSTUK No. 861, van S. E. v. d. Meer, Arnhem. De diagramstand ln cijfers was. Zwart 11 schijven op 2. 5. 7, 8. 10, 13, 14, 19 20 36 en 37. Wit 10 schijven op 17. 23. 28. 29. 32. 34. 38. 41 43 en 47. Wit speelt achter- eenvolgens 4742, zwart 37x30, 32—27, 29—24. zwart slaat de stukken 38. 28, 17 en 27 met 47x32, waarna wit wint door 24x4 en 4x1. Wij hebben hier niet met een Turksche slag te doen. doch slechts met een schijn beeld daarvan, daar het losse witte stuk op 28 geen slag uitvoert, maar integendeel geslagen wordt in een hoogst merkwaardige naslag. De eigenaardige moeilijk heid van dit probleem schuilt in het brengen var. de dam op 32. De eerste zet ligt voor de hand; op een anderen zet dan 4742 van wit komt er een dam op 46 en kan wit heel moeilijk iets uitvoeren met de stuk ken 36 en 46. De laatste zet van zwart ls geweest 31 37, welke niet de beste was, daar zwart in plaats hier van de partij had kunnen uitmaken door 2024, 712, 10x19, 2x42, 36x47, terwijl de stelling voor een probleem niet bijzonder leelijk is. van C. Janneman, Hiilegersberg. Zwart: 18. Wé. m m' Wit: 18. De diagramstand in cijfers behoort te zijn: Zwart 18 schijven op 3, 516, 18—20, 24 en 26. Wit 18 schijven op 25, 2733, 35, 3743, 45 en 48. Wit is aan den zet! De vraag luidt: ,Kan een van beide partijen in deze stelling voordeel behalen?" OPLOSSING VRAAGSTUK No. 865. van G. L. öortmans, Amsterdam. De diagramstand in cijfers was: Zwart 10 schijven op 11, 12. 15. 17, 20. 22, 24 en 26 Wit 10 schijven op 21. 28, 29, 33—36, 38, 45 en 48. De vraag was: ..Mag zwart die aan den zet ls, hier 2631 spelen?" En het ant woord luidt: Zwart mag niet met 2631 trachten Coor te breken, daar wit dan zou laten volgen: 36x?7 (22x31 gedw.), 28—22!. 21—17!, 35x22!! en 48x6; zeer geestig nietwaar! OPLOSSING VRAAGSTUK No. 866, van H. Bolton. De diagramstand was: Wit Kf4, Tc8, Pd8 en pion cz. Zwart Kd4. De oplossing van dit vraagstuk geaft een fijn tempo-manoeuvre van den witten toren te zien: 1. Tc7 (zwart Kd5); 2. Tc6 (Kd4); 3. Pf7 (Kd5); 4. Peö (Kd4)5. Pd3 (Kd5); 6. Pb4t (Kd4); 7. c3 mat!! van Dr. L. N. de Jon g. (Ie Prijs in een Amer. Tournooi 1896). Zwart. 5. over en dit was niet gevraagd, zoodat wij deze oplossingen als foutief moesten aanmerken. Men mocht slechts 3 vierkanten overhouden! Anderhalfderde van anderhalfderde van 10 is want l%/3 3/6 H en bi van de H is bi en H 10=2%. 2%. van OPLOSSING VRAAGSTUK No. 867. „De gevonden schat". De moeilijkheid zit h'm hier ln 't feit, dat de manier, door den Schot voorgespeld, de som eenvoudig terug brengt tot die waarvan men uitging, dat is het aantal muntstukken, dat gevonden wordt. Uit de volgende beschouwing blijkt dit. Zij x het onbekende getal, dan is x plus 666 het resultaat der eerste opgave. 999(xX666) of 333x is het resultaat der derde op gave. De werkelijke waarde van x is den Schot steeds onbekend, maar de Ier, die gemerkt heeft, dat door deze opgave het juiste getal voor den dag is gekomen, neemt dadelijk aan, dat zijn mededinger hiervan af geweten heeft OPLOSSING VRAAGSTUK No. 868. „Het e-i en de Voetbal". Wanneer men het ei precies in den hoek op den vloer plaatst, zal de voetbal haar nooit kunnen aanraken, daar deze door de beide wanden wordt opgevangen en het ei dus juist nog binnen de raaklijn ligt! „EEN VERSCHUIF-PROBLEEM". Men teekent op een vel papier, een rechthoek, groot 3 bij 18 c.M. en verdeelt deze ln negen vierkantjes van 2X2 c.M.. waarna men ze ln de overgebleven strook met 1 tot en met 9 nummert In de vier linksche vak jes plaatst men nu halve centen en in de vier rechtsche vakjes dubbeljes. In ieder vakje één geldstukje. Alleen het m'.ddelste vak (No. 5 dus) blijft open. Het is nu de kunst om door verschuiven en/of overspringen de halve centen op de plaats der dubbeltjes te krijgen en de dubbeltjes op de plaats der halve centen. Het is echter niet geoorloofd, over meer dan één open hokje te verschuiven of over meer dan één munt te springen, terwijl ook niet teruggeschoven of gesprongen mag worden, d.w.z. de halve centen mogen uitsluitend ln rechtsche, de dubbeltjes in linksche richting verplaatst worden. De oplossing kan als volgt genoteerd worden: Bijv. 4—5, 6x4. waarbij het tceken schuiven en x sprin gen beteekent, evenals bij het dammen. „EEN LETTERVERWISSELINGSKWESTIE". Gegeven: „hond" en „muls". Gevraagd: door middel van zeven (niet meer en niet minder) verwisselingen, telkens van écn letter het woord „hond" in „wolf" en het woord „muis" ln ,rund" te veranderen! Na Iedere verwisseling moet een goed Hollandsch woord ontstaan, bijvoorbeeld: hond, wond, woud, koud, enz. Dit model is natuurlijk foutief, omdat we het nu nimmer ln zeven zetten zullen kunnen klaarspelen om van gegeven tot gevraagde te komen maar het toont duidelijk aan wat onze bedoeling is! 't Volk aan onze Oostergrenzen Worstelt In den grootsten nood, In de branding der malaise, Economisch dreigt de dood. Hooger, hooger slaan de golven, 't Schip van Staat wordt neergesmakt, En de woeste zeeën deinen, Maar het roer is nog Intact! Stuurman Brüning peilt de diepten. Die zich voor hem opendoen, Rustig geeft hij z'n bevelen, Onverschrokken, sterk en koen. „Recht door zee" is nog de leuze Van zijn oude Duitsch kompas, En hij weet het te gebruiken Als het richtsnoer van zijn ras! Langs de klippen der inflatie Zoekt hij worstelend zijn weg, Langs de zandbank van de wanhoop, Met standvastig overleg. 't Diepste donker dezer tijden Geeft geen hoop haast meer op land. En de stormwind der werkloosheid Giert al fluitend door het want Krachtig klinken ^noodbevelen, Hoe de storm ook huilt en loeit, En de stuurman houdt zich staande, Maar 't verzet van 't scheepsvolk groeit! Steeds maar mind'ren de getrouwen, Die den roep des tijds weerstaan, Om den strijd maar op te geven, En de diepte ln te gaan! Heel Europa wacht gespannen, Of dit schip de haven haalt Of geen draaikolk het zal grijpen, Die het naar de diepte maalt. Heel Europa weet, dat schipbreuk Overal den dood beduidt Van ontelb're vrouwen.... klnd'ren,... Maar geen reddingboot vaart uit! December 1931. (Nadruk verboden). (Vragen en mededeelingen, deze rubriek betreffende, in te zenden aan den heer K. van Keulen, Lootsstraat 2, IIc etage, Amsterdam (West). ONZE TUIN IN DEN WINTER. Geheel onverwacht zien we op een morgen de aard korst bedekt met het smetteloos wit der sneeuw. Niet alleen de landbouwer ziet de sneeuw gaarne voor zijn winterkoren, dat hieronder beter door den winter komt. Ook de tuinman weet wel, dat de sneeuw een uitsteken de bedekking ia voor niet-wlnterhardo planten. We hebben dikwijls waargenomen, dat onze struik rozen bij strenge winters juist boven de sneeuw dood- vroren, daar was dan het hout bruin tot zwart terwijl het benedengedeelte, 't welk met sneeuw bedekt was, er nog mooi groen en levend uitzag. Een Gazon bedekt met sneeuw en daarop strenge vorst, zal naderhand bij het dooien der sneeuw mooi groen weer te voorschijn komen We kennen dus de sneeuw als een uitstekend dekmateri aal en waar we haar verwijderen uit paden enz., kunnen we haar soms benutten voor het dekken van planten, die we moeten beschutten tegen de vorst. Hoe mooi de sneeuw ook uitkomt op de groene tak ken van onze Coniferen, toch kan zij voor deze laatste noodlottig zijn. Door de zwaarte der sneeuw vallen de takken uiteen, zoodat de vorm verloren gaat en vooral als er na sneeuwdooi weer vorst komt, zoodat de sneeuw SCHAGER COURANT, ZICH MET INGANG yw 1 JANUARI 1332 OPGEEFT ALS LEZER VAN ONTVANGT DE NOG VERSO» NENDE NUMMERS VAN tK weer ijs wordt, hebben de takken daarvan to Daarom is het goed de overtollige sneeuw van de] feren te verwijderen, door deze met een stok af te den, hetgeen het best tegen den middag gaat, de sneeuw loslaat Een gToote ramp is de sneeuw voor onze gei zangers. Vele tuinvogcls, die op den grond schi voedsel, zooals lijster, roodborstje, vink, enz., die wormpjes, insecten, gras of onlyuidzaden moeten zien dit alles onder een dikke sneeuwlaag en wanneer we zulke vogels niet bijtijds helpen, ze van koude en honger omkomen, Waar nog een blad onder de heesters aanwezig is, gaan we de laag daarvan verwijderen en de vogels zullen in het blad rondscharrelen en er voedsel zoeken en den. Maar we kunnen neg veel meer doen. Van tafel blijven wel een paar kruimpjes over om hun gerige magen te vullen. Bij een boer kunnen we wtfi afval van granen, onkruidzaden enz. bekomen, strooien het voedsel op geregeldo tijden op een hoekje van onzen tuin, het zal de vogels lokken geregeldo tijden doen terugkeeren. Behalve zullen we er weldra een paar vinken, sijsjes, kni enz. onder vinden. Of neem een stukje spek: conosnoot en hang dit aan een touwtje aan de De meezen zijn daar verzot op en het is aardig acrobatische toeren te zien. Nooit worden we mo« naar te kijken. Of koop U een voederhuisje met <y fontein, in den handel verkrijgbaar in vele matej| prijzen. En wanneer we deze vogels in onze omgeving zJes.j ze te behouden, hang nestkastjes neer op een li rijke plaats en allicht wordt uw moeite beloond, nen beter onzen tuin zuiveren van ongedierte dan vooral meezen zijn zeer nuttig. Deze nestkastjes zijn in vele vormen en prijzen h handel verkrijgbaar. Men kan ze ook zelf maken. H* zaak ls om deze nestgelegenheden een goed. liefst merrtjk en half verscholen plaatsje te geven wil jl tenminste succes hebben om er bewoners ln te kqj Maak vooral de vlieggaten niet te groot, opdat er geen musschen inplaats van meezen in vestigen. wei WStCJ enlce! rrgat hij 1 maar had m Of koi en mi de t wal en mi I ouw als 1 en ze L Ma: een er Onlangs ben ik door straatroovers aan ge raat 'fn",ar hebben mijn portefeuille en mijn horloge en alles ik bij me had gestolen! Maar had je dan geen revolver bij je? Natuurlijk, maar die hebben ze gelukkig niei vonden o Professor's vrouw: Weet je wel, man, dat kr. daag precies 10 jaar geleden ls, dat we ons verlods j"L. Professor: Lieve Hemel, waarom heb je d-:-j eerder gezegd? Dan wordt het hoog tijd, dat wig Wi trouwen! "et o yfr Barbier: Hoe komt het, dat je handen zoo irus-SP hoe Leerjongen: E ris vandaag nog niemand ge«A)ek h die zijn haar heeft laten wasschen! f bove o Heb je gehoord, dat mevrouw Jansen een g tientje in haar haring vond? Het arme dier! Hij spaarde zeker op om een visch te worden! 0 Ik horken je vader ternauwernood. Hij heeft zijn lei DV'C0K weer laten afscheren, dat is al de derde keer vul jaar! Dat heeft vader niet gedaan!, antwoordde het: ne meisje, want vader heeft juist graag een baard, moeder is bezig de sofa bij te vullen! o Zoontje: Moeder, wat doen ze met al die auto's? Moeder: Die verkoopen ze aan je vader, al! goed als nieuw! 60.000 BIJEN EN 30.QC0 PLANTJES. EEN PROEFSTATION VOOR BIJENTEELT. ede Wit: 8. Dc diagramstand in cijfers behoort te luiden: Wit Ka8. Dd3, Tg4. Pd5, Pf3. La4 en twee pionnen op f2 to g5. Zwart Ivh3, Tgl. Thl, Lh5 en een pion op g6. Wit speelt en geeft mat in twee zetten! OPLOSSING VRAAGSTUK No- 863. „Het geheimzinnige vierkant". Onderstaande teekening geef duidelijk weer, hoe aan de voorvaarden van deze puzzle kan worden voldaan. Verschillende Inzenders(sters) wisten wel door ver plaatsing van 3 lucifers 3 vierkanten te leggen, doch hielden dan nog een of meer los er bij liggende lucifers (Bijzondere correspondentie.) In o.-n tijd als deze is het dubbel noodig om de koet- prijs van alle gebruiksartikelen voortdurend te drukken. Gewoonlijk brengen nieuwe productiemethoden nog een winstmogelijkheid en bovendien een belangrijke verbete ring van de kwaliteit der artikelen met zich mee. Dit streven vindt men thans niet alleen in de industrie,, dooh zelfs bij de kleine producten van fijne groenten en vruchten. Deze zijn natuurlijk financieel niet in staat, dc noodige experimenten zelf uit te werken. Daarvoor heeft men laboratoria en geschoolde helpers noodig, ter wijl de proeven zelf ook in den eersten tijd geen winst leveren en slechts onkosten met zich meebrengen. En kele groote concerns kunnen dit doen: de kleine pro ducenten zijn echter afhankelijk van de hulp der over heid. waardoor zij de verkregen resultaten op het ge bied van land- en tuinbouw, veeteelt en kleine industrie dadelijk kunnen toepassen met de zekerheid, dat zy geen tijd en geld verloren laten gaan. Een merkwaardig instituut Onder deze laboratoria, die door de overheid in bijna alle landen worden onderhouden, bevindt zich ook een merkwaardig instituut dat zloh speciaal met de bijen teelt bezighoudt. Het is weinig bekend en ligt in een idyllische omgeving van het Templlner Meer bij Pots dam. Professor Armbrustcr. de „bijenvader", heeft hier een proefstation gesticht, dat nergens in Europa wordt gecvenaarxl en de wetenschap praktisch toepast ten be hoeve van de bijenteelt, welke van veel grooter belang is, dan de meeste menschen wel weten. Op dit proefstation Gaisborg heeft men ongeveer 80.000 bijen. Met behulp van dit kapitaal tracht Profes sor Armbruster in de eerste plaats vast te stellen, on der welke omstandigheden de bijenteelt rendabel kan worden geacht als hoofdbedrijf en hoeveel kapitaal men dan noodig heeft en wanneer de bijenteelt ln aanmerking komt als nevenbedrijf voor den land- en tuinbouwer. De winst, die door de bijenteelt kan worden verkregen, is dus de ccnlgc basis, waarop gewerkt wordt. Het doel ls, een dikwijls zeer winstgevend bedrijf beter bekend te maken en een gezond en voedzaam artikel door voort durende prijsverlaging meer algemeen in gebruik to doen komen. De leek wordt op Gaisberg het eerst getroffen door het feit, dat de bijen niet in de bekende bijenkorven ondergebracht zijn, maar ln hokken, die van kunstmatige raten voorzien zijn. Een school voor ymkers. Jonge ymkers, die hier komen voor hun opleiding, als mede de vele assistenten van den „bijenvader", kunnen het leven der bijen in deze lage vierkante hokken zeer goed waarnemen. Men gaat na, wanneer de bijen voor namelijk uitvliegen, welke soorten van bloesems de bijen bij voorkeur bezoeken, welke temperatuur vereischt wordt, om hen goed door den winter heen te brengen in de door henzelf ingerichte keldertjes, enz. Verder gaat men na. op welke tijden de verschillende plantensoorten de moeste honing leveren. Zoo wordt door de linde voornamelijk honing afgescheiden tus- schen 2 en 4 uur 's nachts, door de boekweit tusschen 6 en 10 uur 's morgens, enz. Het is natuurlijk van groot belang voor den ymker, als hij deze dingen weet, want een eerste eisch voor de rentabiliteit van een groot bedrijf is dat men de bijenzwermen verplaatst en op het juiste tijdstip brengt op plaatsen, waar de bloe sems bijzonder veel honing bevattfcn. Het heeft bijv. geen zin, den gehcelen dag met de bijen te blijvm in Bijen norden vervoerd tijdens het bloeien der heide. Bijenhokken te Gaisberg. een streek, waar veel linden zijn; de dieren j slechts een klein gedeelte kunnen verzamelen 1 gene, wat zij tusschen 2 en 4 uur 's nachts binnenbrengen. Om proeven in deze richting gemakkelijk, kunnen voeren, en tevens de bijen te kunnesl gen op de heide of in streken, waar minder I] bloesems voorkomen, bezit Gaisberg een met een zijspanwagen, die niets anders is dan e hok voor de bijen. Zoo worden de dieren snel I makkelijk vervoerd. In Gaisberg wijdt men ook bijzondere aandi de kleur der bloesems. In zijn proeftuin heeft P Armbruster 30-000 verschillende soorten en kleal bloemen, waarmee hij zeer veel proeven genoml Herhaaldelijk en met nadruk spoort hij de toe aan, 3lechts gele of blauwe bloesems voor! te kiezen, omdat de dieren aan deze kleuren f keur geven, terwijl zij roode bloemen zooveel vermijden Ook nieuwe verkoopmethoden worden hitfl beproefd. Zoo wil men het glas als verpakki geheel afschaffen, omdat het te duur is en J daarvan peperhuisjes van stevig geglansd 1 men, die luchtdicht afgesloten worden en i van een hengseltjc. Ze zijn handig en vooral^ want zij kosten slechts 1% a 2 Pfennig cent) per stuk, terwijl een glazen potje 15 4 H kost (ongeveer een dubbeltje). Verder wordesfl instituut Gaisberg cok certificaten afgegeveaj kers, die dit wenschen; hierin wordt de kwi hun product aangegeven. Hoeveel kost dit instituut nu? Zeer welail zeer primitief in het kleine huisje, waar Armbruster met een paar assistenten woont 5 er geen electrlsch licht en ook geen modert of installaties, wanneer men de twee moto zijspanwagens voor het vervoer der bijen telt Aan de ymkers bewijst het Instituut langrijke diensten. (Nadruk verboden).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 18