Bird Key, een enorm vogelrij De Sternen. I Si Een studie over de psychologie der dieren. HET vermogen van sommige vogelsoorten en andere dieren om hun nest terug te vinden, ook al moeten zij daartoe groote afstanden afleggen over onbekend terrein, heeft reeds dikwijls de belangstelling der geleerden getrokken. Dit instinct wordt op het oogenblik o.a. bestudeerd bij de sternen, een vogelsoort, die ook in ons land voorkomt en niet verward moet worden met de sterntjes. Eiken zomer komt een groot aantal ster nen van twee variëteiten (sterna stolida en sterna fuliginosa) broeden op een der eilanden van de Tortugas-groep, die ten Westen van Florida, het schiereiland aan de Zuid-Oost kust van Noord-Ame rika. gelegen is. Het betrokken eiland, dat bekend staat onder den nt.am van Bird Key, wordt dooi de dieren eerst weer verlaten, wanneer de jongen krachtig genoeg zijn om terug te vliegen naar liet Zuiden. In dit gebied worden vele eilanden aange duid met het woord „key". dat afkomstig is van „cayo", het Spaansche woord voor eiland. De Tortu gas-groep bestaat ui' acht eilanden, welke ontdekt zijn door Ponce de Leon, die er bij die gelegenheid 170 groote zeeschildpadden ving. Daarom noemde hij de groep de „Schildpad-eilanden" of vollediger de „Droge Schildpad eilanden", omdat men op deze ei landen in het geheel geen water aantreft, behalve bet regenwater, dat dan nog dadelijk bij het vallen moet worden opgevangen, omdat liet anders onmid dellijk door den bodem wordt opgezogen. De eilan den zijn alle zeer laag en bestaan uit overblijfselen van koraalriffen en schelpen, die bij vloed ternau wernood boven de omringende zee uitsteken. Deze is echter niet diep: hoewel de eilanden bij elkaar slechts e_n oppervlakte van r2 K.M.2 hebben, zouden er 50 K.M.2 boven het zeewa ter uitsteken, wanneer het peil daarvan slechts 6 Meter daalde. Het aantal eilanden zou dan ook veel grooter wor den; nog geen eeuw geleden was dit inderdaad het geval, doch sindsdien is de zeebodem in dit gebied belangrijk ge daald. De eilanden zouden dan eigenlijk één groot atol vormen van S bij 16 K.M., doorsneden door drie breede en diepe en tal van kleinere zeestraten, die de lagune, welke in het midden van elk atol voorkomt, met de open zee zou verbinden. Ook voor den geoloog is deze eilanden groep dus zeer interessant. Slechts één fier eilanden is bewoond. n.1. Loggerhead Key; daar wonen behalve de vuurtorenwachter, nog eenige geleerden van hot Carnegie- ïnstituut, die u* zich met vel schillende onderzoekingen be zighouden. Ditmaal zullen wij een en ander mededeelen van bet werk der zoölogen onder hen, die de sternen op Bird Key bcstudeeren. Scholen vischjes achtervolgd door de sternen. Zeer opmerkelijk is het feit, dat de vogels juist aan Bird Key de voorkeur geven, hoewel dit eiland niet zeer groot is en bovendien geheel bestaat uit een dorre, onvruchtbare zandvlakte. Vele andere eilanden der Tortugas-groep zijn begroeid en zouden een veel aantrekkelijker broedplaats voor de vogels schijnen, doch hun instinct zal hen ook hierin wel den iuisten weg wijgen. Misschien vinden zij het prettig, dat zij op dit eiland hun eieren eenvoudig op het kale zand kunnen leggen. '\cn voordeel, dat voor de geheel e Tortugasgroep geldt is, dat stormen er slechts ui terst zelden voorkomen in deil broedtijd der sternen, zoodat hun eieren niet licht verloren gaan, terwijl zij er altijd volop voedsel vinden; de zee is hier n.1. zeer rijk aan visschen van verschillende soorten en dat is het hoofd voedsel van «leze aan de meeuwen verwante vogels. Zij eten bij voorkeur de jonge, on volwassen visschen en reeds bij zonsopgang beginnen zij uit te zwermen over de naburige ondiepten, op zoek naar een prooi. Wanneer zij een school jonge vischjes zien, gaan zij dicht bij elkaar vliegen en vol gen zij de school. De vischjes, die ook door grootere visschen achtervolgd worden, zullen vroeg of laat ge heel aan de oppervlakte van liet water gaan zwem men om die grootere visschen te ontwijken, doch wanneer zij dit ook maar voor een oogenblik doen, vallen de sternen op ben neer en pikken hen op. De snelheid en zekerheid, waarmee de sternen dit kun nen doen, is bijna onnatuurlijk. Zij zijn echter ook geheel verdiept in deze bezigheid; tijdens zoo'n vangst kan men de dieren in een motorbootje zoo dicht na deren, dat men hen in de vlucht bijna met de hand zou kunnen aanraken! Men kan dus alle bewegingen van de sternen goed volgen en daarbij is het op merkelijk, dat zij voor het vangen der visschen nooit duiken of zelfs maar het water aanraken. Zij zullen Waarnemingen op een der Tortugas- Eilanden door Prof. Dr. John C. MERRIAM, President Carnegie Institunt te Washington. ook nooit zwemmen of op het water blijven drijven om uit te rusten, doch zweven er voortdurend dicht boven met wijd geopende snavels. Wanneer de jonge vischjes niet langer dicht bij de oppervlakte van lie' water zwemmen, doch zich naar grootere diepten begeven, gaan de sternen in alle richtingen uit elkaar op zoek naar andere scholen achtervolgde vischjes. om zich weer snel bij elkaar te voegen, wanneer zij zoo'n school hebben ontdekt. Den gehcelen dag kan men in deze wateren binnen het gezichtsveld twintig of meer van die jagende groepen tellen, die elk bestaan uit 50 tot 100 vogels, welke alle druk bezig zijn om hun krop te vullen met de visschen, die hier in groote menigte voorkomen. Vraatzucht der jonge dieren. De hoeveelheid visch, die door al deze vogels wordt verslonden, is zelfs niet bij benadering te schatten. Den geheelen dag door jagen do vogels op een water oppervlakte van misschien 250 K.M.2 en dat gaat ge durende den geheelen broedt ijzoo door, van eind April, wanneer de vogels op Bird Key aankomen, tot begin September, wanneer zij naar het Zuiden tcrug- keeren. Ér zijn duizenden vogels op het eiland en zij moeten niet slecht voor zichzelf voedsel zoeken, doch Bird Keu tijdens het hroedseizoen. Men ziet, hoe hel eiland letterlijk met vogels overdekt is, hoe de plantengroei er bijna volkomen verdwenen is en hoe de eieren gewoon op het zand liggen. (Bird Key beteekent „vogel-eiland") na het uitkomen der eieren ook voor hun jongen. Deze eten al spoedig 20 tot 40 jonge vischjes van flinke afmetingen per dag en men verwondert er zich over, dat desondanks de vischrijkdom in de on diepten tusschen de ei lande t niet vermindert, zoo dat er een overvloed van voedsel voor de sternen aanwezig is en blijft. De vraatzucht der jonge dieren beteekent een zware last voor de ouders; de broed- periode is voor hen dan ook uiterst druk en ver moeiend en aan het einde daarvan zijn zij dikwijls geheel uitgeput. Toch hebben zij gewoonlijk maar één jong op elk ouderpaar; zoolang het ei nog niet uit gekomen is, gaan de ouderdicren om beurten broeden en visch vangen. Hoewel er vele duizenden eieren op het zand liggen, elk in een kleine, schotelvor- mige inzinking, vinden de dieren altijd hun eigen ei terug en later ook hun eigen jong, zelfs ul bevindt dit zich te midden van een groote groep jonge vo gels, die schijnbaar alle aan elkaar gelijk zijn. Als zij van de vangst terugkomen, de krop gevuld met visch, jagen zij alle jonge vogeltjes met nijdige sna- velpikken van zich weg, met uitzondering van hun eigen jong, dat zij voeden met duidelijk hoorbare uitingen van tevredenheid. De nauwkeurigheid waarmede ze hun nest terugvinden. Op allerlei manieren heeft men getracht, de iden tificatie van hun eigen eieren of jongen moeilijker te maken voor ie vogels, bijv. door de eieren te ver leggen, te verven,, om te ruilen met andere, te ver vangen door'kippeneieren, enz. Men heeft het zand op de plaats, waar een ei lag, geheel glad geharkt, zoo Teekening van een sterna stolida. door den be kenden nafuur-hisforicus James Audubon ge maakt bij diens bezoek aan de Tortugas-eilanclen in Mei 1832. Een kaart je.waarop men de ligging der Tortu- gas-eüatiden kan zien en de afstandendie de vogels daarheen hebben afgelegd, o.a. vanuit Keu-West, Kaap Halleras en Galveston. dat het nest niet aan bepaalde zandvormingen kon worden herkend; men heeft op het zand onder het ei een zwarte doek gelegd en verschillende andere proeven eenomen om dit vermogen der sternen op de proef tc stellen. De voornaamste factor bij het her kennen van het ei schijnt de nauwkeurige posities van het nest te zijn en niet het uiterlijk van het nest of het ei. Vermoedelijk houdt een bepaald paar ster nen zijn leven lang een en dezelfde plaats om te nestelen. Het jong wordt vermoedelijk herkend op het gevoel en misschien ook wel aan zijn stemgeluid of manier van doen. Uit het bovenstaande blijkt, dat het vermogen der vogels, om één en dezelfde plaats terug te vinden, zeer sterk ontwikkeld is en dat zij wat dat betreft, ook onderworpen zijn aan een zekere sleur. Dit is inischien wel de reden, dat zij zoo hard nekkig aan één eiland blijven hangen, hoewel juist op dit eiland de omstandigheden ten zeerste veranderd en verslechterd zijn. Zeestroomen hebben het eiland aangetast, de kustlijn ervan veranderd en de opper vlakte teruggebracht tot H.A. De dichte planten groei \an klimop en een bepaalde ccdcrsoort is door orkanen verwoest. Tijdens de gele koorts-epidemie van 1867, welke tal van slachtoffers maakte op Ford Jefferson. dat gelegen is op een naburig eiland, wer den de levensgewoonten der vogels ten zeerste ver stoon! door het houwen van eenige barakken op het eiland. Bovendien zijn jarenlang vrijwel alle eieren van het eiland weggenomen door eierhandelaars, die ze te Havana en Kev West als lekkernij verkochten; het schijnt dat er in sommige jaren zelfs niet één jong vogeltje kon worden uitgebroed. Thans is aan dit verzamelen van eieren echter 'n einde gemaakt. Wat uit het voedsel der sternen is af te leiden. De sternen zijn nog in ander opzicht voor dc zoölogen van belang. Dikwijls worden n.1. voedsel- resten verzameld, die de dieren hebben laten val len hij het voederen van hun jongen; zij bestaan voornamelijk uit reeds gedeeltelijk verteerde vischjes onrust zijn te begrijpen, want de eieren Ijw. dicht bij elkaar, dat men zeer voorzichtig 0^ pen om er geen te vertrappen en bovendien u!1 zeer licht jonge vogels doodtrappen. Deze zijn nig gekleurd, «lat men ze haast niet zien kan het zand, wanneer zij zich dood honden, zooal gewoonte is, als er onraad dreigt. Eerst men hen aanraakt, komen zij overeind op hunn? en nemen de vlucht. Tegen de onrust der vogels is niets te doen t'1 wanneer men eenigen tijd stil blij ft. staan, vv. dert het lawaai langzamerhand en horvatten de3 ren hun gewone bezigheden. Het waarnemen vaf gewoonten der vogels is zeer onderhoudend. De stel r stolida heeft bijv. een vermakelijke wijze van ten. Twee vogels zitten tegenover elkaar, huigen koppen, totdat ze bijna den grond raken en hef'f- dan weer op, tot de halzen bijna verticaal ont zeer vraatzuchtig. Deze diertjes eten al ernat 20 tol 40 jonge vischjes per dag, zoodat de |U? v dieren zich tol het uiterste moeten inspanuorr'jL genoeg voedsel aan te brengen. om aarin trong staan. Deze bewegingen worden vele malen h ;hine met groote snelheid en ernst, terwijl de di?miiterii soluut geen geluid geven. Als een vreemde viau-w een groep van dezelfde variëteit gaat zitten. ?-Vebee op deze wijze de vogels, die het «lichtst in ziji: A ho zijn, terwijl hij door hen op dezelfde wijze w „üur. ruggegroet. Van de sternen der andere variïtéi men zij geen notitie en kruisingen tusschen dei soorten schijnen in het geheel niet voor te koriv De sterna fuliginosa heeft een witte borst en jes m een diep blauwzwart lijf, terwijl de sterna j^rer geheel bruin is met een groote grijswitte vlei Het op den kop. De sternen rusten dikwijls uit pen, wanneer zij door de duisternis worden Julzer rlcad« Jen op zee. 7.ij slapen z«»ó vast, dat de zcelnfe, dikwijls met de hand kunnen vasthouden, Jap Geweldig mogen. uithoudai- ting *ing neer de p lijk V.l De hebb ding midd wind Van De |or 1 gezoi Hoe een bezoeker op Bird Keu ontvangen wordt. n worden nauwkeurig door de geleerden onderzocht Het is reeds herhaaldelijk voorgekomen, dat men op deze wijze vischsoorten heeft, ontdekt, die tevoren in dit zeegebied.onbekend waren, w.o. enkele, die ook elders weinig hekend waren. De sternen vangen ook wel eens visschen, waarvan algemeen wordt aange nomen, «lat zij nachtdieren zijn of dat zij alleen in «liep water voorkomen. Deze schijnbare tegenspraak is nog niet opgehelderd. Uit het voedsel der ster nen heeft men nog meer wetenswaardigs afgeleid. Zoo zijn dolfijnen de grootste vijanden van de vlie gende visschen; dc sterken jagen echter evengoed op jonge dolfijnen, zoolang deze niet meer clan 15 c.M. lang zijn en daarom is de aanwezigheid der sternen voor de vliegende visschen niet eens een nadeel, hoe wel er ook heel wat jonge vliegende visschen dooi de sternen worden verslonden. Er heerscht dus ook in de levende natuur een bewonderenswaardig even wicht, al is het voor den mensch niet zoo gemak kelijk waarneembaar als bijv. het evenwicht in ons zonnestelsel. Men kan echter nog veel meer uit het voedsel der sternen opmaken. Soms ligt het in groote hoeveelheden op de plaatsen waar de jongen zijn ge voederd en dan bestaat zoo'n klompje voedsel ge woonlijk uit meerdere vischjes, die nog aan elkaar kleven op dezelfde wijze als in de krop van de ster non, n.1. met de koppen naar denzelfden kant gericht. Ongeacht de positie van het vischje op het oogenblik dat het gevangen wordt, slikt de stern het toch altijd in met den kop te beginnen, omdat het gemakkelijker naar binnen gaat. Bovendien kan men in de inge- wanden dezer vischjes weer zien, waarvan zij op hun beurt leven. Een bezoek aan het vogelrijk. Een bezoek aan Bird Key is iets, wat men niet licht zal vergeten. Men krijgt het gevoel, alsof men een brutale en onbeholpen indringer is, die niet waard is om in dit vogelrijk te komen. Dadelijk wordt men omringd door een dichten zwerm vogels, die nijdig schreeuwen en met hun scherpe snavels gevoelige pikken kunnen uitdeelen. Hun woede en, ©jrwir door Afstanden zijn voor de stern' bezwaar; men heeft dieren gt gemerkt en naar plaatsen op ^re®3< afstand gebracht, om ze daan te laten. Was de afstand niet i *r°kk bijv. niet meer dan 1000 KJ. keerden alle dieren behouden De mannetjes of wijfjes van 4 ren bleven intusschen alleen c zitten en stelden het zoolang 1)11 zonder eten en drinken Stort *an gen hielden de «lieren weleensvj ze kwamen altijd nog terug. Wc grootere afstanden afgelegd!! Kaap Hatteras-Tortugas eilanjt K.M. in rechte lijn en 1850 K.M.il de kust volgt), of Galveston-la eilanden (2170 K.M., dan kwta steeds eenige vogels om, ter* meeste behouden terugkeerde sterna fuliginosa had een iels; kans. om in leven te blijven, t gevallen was het weer oni slecht, zoodat de bovengenoem standen een minimum voois Minstens één maal is het vm men. dat een sterna stolida w nest bereikte, doch daarvan di ontrouwe wederhelft werd w: omdat deze intusschen met eeoi vogel een nieuw paar had gt' Het omkomen der vogels werdwl indijk toegeschreven aan de ba dje inen vooral op de kust van' in grooten getale aantreft. De r ten waren namelijk uiterst on?s: Na loen men de vogels liet vertrekkc Vo: Galveston: van de tien keetdetB*1 slechts drie terug. Een omg éoor verhouding zou hij elk der ander-:»» i<- trajecten nog als zeer od: «bgo moeten worden beschouwd; de vogels, die oU- De naar Galveston w erden losgelaten, schijnen b van de resultaten ook geen bijzondere gevaren JaPa weg te hebben ontmoet, zoodat het gevaar tl'*® van de zijde der haviken in het kustgebied van'Vere schijnt te komen, terwijl deze haviken zicli i op zee schijnen te wagen. In verband hiermee .Uona verboden, bij de verdere proeven sternen los ie den op een afstand van minder dan 80 K.M. van de Ken De sternen zijn bij het loslaten toch al uit den Sjan der zaak in ongunstige conditie, omdat zij aan* Te op de heenreis gekooid zijn geweest; ze zijn dmpte» gemakkelijke prooi voor de snelle haviken. Wi: yolg men deze ongunstige omstandigheden ook in imr «n king neemt hij het schatten van den maximuybin stand, die «ie dieren kunnen afleggen, dan moe; bepaald worden op minstens 1500 K.M. Men behoeft ook bij een dergelijken afstand prenc oogenblik te vreezen. dat de «lieren zich nie- ®che nen oriënteeren, ook al zijn er in het geheel -«eldc voorwerpen op den weg, die zij zouden kunne: Men kennen. Mist. storm, de duisternis van den n rege de onbekendheid van het terrein zijn voor d« de geoefende vogels geen bezwaar en men kan schei zeggen., dat zij een grooteren afstand kunnen «aan gen dan zelfs voor de beste geoefende postdun' gelijk is. Wij hebben hier dus te doen met een bijzonder en krachtig ontwikkeld instinct. Bear klaring voor dit merkwaardige vermogen dei nen heeft men nog niet gevonden: de bestaand* Aa onderstellingen gaan althans in hun geval ïWpen Wij blijven echter zoeken naar een verklarilfwesci wij ook eenmaal, zij het ook door een toeval* He vinden. heel ©non ikorti He woec ©ene Al! eche 'neer Te keer der in h Bpoe ache

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 8