Ru
Bont Allerlei.
Radioprogramma
de Dichting van het
wrak der „lusitania"
bete
|de vos
verstrekken. Een beginsel-uitspraak is dus goed, als
straks de onmogelijkheid blijkt om geld te krijgen,
moeten we immers weer vanaf het begin beginnen.
Maar als de gemeente deze zaak van de baan
schuift, dan zijn daarmede de moeilijkheden niet ver
dwenen.
De heer Bomt erkent, dat een beginselbesluit altijd
secuur is, maar we kunnen er toch niet buiten. De
menschen zitten blijkens de aanvragen heel zwaar.
De Voorzitter is het er mee eens. dat we de rege
ling wel noodgedwongen moeten aannemen, maar
de vraag is of de gemeente de beschikking over
f 66.000 zal kunnen krijgen. Od de vrije markt zal er
geen sprake van zijn, voor dit object met geen enkele
zekerheid van terugbetaling.
De heer L. Doekes zegt dat als de gemeente niet
klaar komt, het rijk toch zal moeten helpen en als
alle pogingen van de gemeente mislukken, verwacht
spr. dat het rijk het ook wel zal doen. De gemeente
mag geen gereserveerde houding aannemen, de nood
is er en het is onze plicht om dien nood zooveel mo
gelijk te lenigen.
De heer Borst vraagt zich af of we met een begin
selbesluit de zaak niet traineeren. Spr. heeft gister
iemand gesproken, die vertelde dat het plan bestond
oin volgende week te beginnen met de credietver-
leeninsr.
De Voorzitter zegt. dat het geld niet uitgegeven kan
worden voor we het hebben. B. en W. zullen hun
uiterste best doen om het te krijgen.
De heer A. Dekker wil maar royaal een besluit ne
men. Blijkt in de toekomst dat het niet gaat. dan
zullen we weer zien. Al maanden is over de crediet
verleening gesproken, en de consequentie die er aan
vast zit. weten we ook al weken. De 30 voor de
gemeente zal niet mogelijk zijn en morgen den dag
dienen we aan 't werk te gaan om dit gewijzigd te
krijgen. Als het inzicht van de regeering zou zijn,
dat deze zaak van de baan is als de gemeente niet
voor 30 borg is. zou het allerverschrikkelijkst zijn:
de gemeente, die het ergst getroffen is door de crisis
heeft dan de meeste slachtoffers.
De Voorzitter zegt dat het zijn bedoeling is om te
doen uitkomen oat de gemeente op eigen kracht het
crediet niet kan verschaffen, en dus in dat opzicht
geen verwachtingen dienen te worden opgewekt. Als
dus het rijk niet helpt, zal de gemeente onmachtig
zijn.
De heer De Groot wil de zaa'- bij den minister per
soonlijk zien toegelicht, maar geoordeeld wordt, dat
de heer Hazeloop den toestand voldoende zal hebben
kenbaar gemaakt.
Wel zou, zegt de Voorzitter, speciaal de finantieele
toestand der gemeente toegelicht kunnen worden.
De heer Duijvis zegt, dat de toestand al blijkt uit
de aanvragen.
De heer K. Doekes wijst op de noodzakelijkheid,
om te helpen. Als er niet gauw hulp komt, zullen er
rare dingen gebeuren.
De Voorzitter zegt, dat dan ook alles zal worden
gedaan om de zaak tot een goed einde te brengen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt in beginsel be
sloten.
Tot het verleenen van een gemeentelijke bijdrage
ad f 65946 in de aangevraagde rentelooze tuinders
voorschotten, zal het hierboven vermelde verzoek aan
den Minister worden gericht, in een brief de finan
tieele toestand der gemeente worden toegelicht en
verzocht worden het percentage van 30 verlaagd te
krijgen.
Op de vraag van den heer K. Doekes of al bekend
is wanneer met de credietverleening zal worden be
gonnen, wordt ontkennend geantwoord.
Besloten wordt tot wijziging van de rekening-cou
rant-overeenkomst met de Bank van Ned. Gemeen
ten en wel in dier voege dat de bepaling dat de rente
zal bedragen 1 baoven het promesse disconto der
Ned. Bank wordt gewijzigd in IV2
Bij de rondvraag informeert de heer L. Doekes, of
reeds een oproeping voor sollicitanten naar de be
trekking van gemeenteveldwachter is gedaan.
De Voorzitter deelt mede, dat het aantal sollici
tanten ongeveer 150 bedraagt, waarvan 3 uit de ge
meente.
De heer De Groot vraagt hoe de wijze van uitbeta
ling zal zijn als de credietverleening af komt.
De Voorzitter verwacht dat wel een krasse rege
ling zal worden ontworpen.
De heer De Groot vraagt verder of de uitbetaling
via de Boerenleenbank of via B. en W. zal geschic-
den.
De Voorzitter denkt van over B. en W., want de
Boerenleenbank staat er geheel buiten.
Hierna sluiting.
VRIJDAG 19 FEBRUARI.
HILVERSUM (1875 M.)
V.A.R.A: 6.45 Lichaamsoefeningen o.l.v. G. Kleereko-
per; 8.00 Tijdsein en Gramofoonmuziek; 9.00 Septet o.
I.v. Is. Eyl. V.P.R.O.: 10.00 Morgenwijding. V.A.R.A.:
10.15 Voordacht: 10.30 Vervolg concert; 11.00 Kwartier
tje voor den Bond van Sociaal-Democratische Vrouwen-
clubs; 11.15 oncert A.V.R.O.: 12.00 Tijdsein en gramo
foonmuziek; 1.00 Omroeporkest o.l.v. Nico Treep; 2.00
Uitzending voor scholen; 2.30 Omroeporkest, intermezzo
gramofoonmuziek. V.A.R.A.: 4.00 Pianorecital door Joh.
Jong; 4.30 Na Schooltijd; 6.45 Het Kapitalisme en wat
er aan voorafging; 7.15 Concert. V.P.R.O.: 8.00 Tijdsein
en cathechisatie; 8.30 Pianorecital; 9.00 Cursus Geloofs
leven; 9.30 Pianorecital; 10.00 Persberichten van het
Vrijz. Godsd. Persbureau; 10.05 Vaz Dias; 10.15 Lezing
door Ds. H. Cramer; 10.45 Gramofoonmuziek. V.A.K.A.:
II.00 Roemeqnsch Orkest.
HUIZEN (298 M.)
N.C.R.V.: 8.00 Schriftlezing; 8.15 Gramofoonmuziek;
10.30 Korte Ziekendienst; 11.00 Gramofoonmuziek; 12.00
Politieberichten: 12.15 Middagconcert 2.00 Causerie; 2.30
Rustpoos zender: 3.00 Concert; 5.00 Lezing door C. A.
Deul. De klein-beeld-camera; 5.30 Gramofoonmuziek:
6.00 Causerie; 6.30 Bezoek van den radiodokter; 7.00
Lezing door A. J. Herwig: Het gebruik van vaste plan
ten in den siertuin; 7.30 Politieberichten; 7.45 Causerie;
8.00 Tijdsein, daarna concert door de Haarlemsche Or
kestvereniging o.l.v. Frits Schuurman; 9.00- Spreker
J. C. Roose: Wat moeten wij van ons lichaam denken?
9.30 Vervolg concert; 10.00 Persberichten Vaz Dias;
10.30 Gramofoonplaten: gewijde klassieke muziek.
HAMBURG (372 M.)
6.10 Concert door het Noragorkest van Hannover; 10.50
Gramofoonmuziek; 11.50 Middagconcert; 7.35 Concert;
10.05 Concert.
LANGENBERG (472 M.)
6.25 Programma van Hamburg 11.10 Populair concert;
8.05 Omroeporkest; 9.45 Concert.
KALUNDBORG (1158 M.)
12.05 Strijkorkest; 2.20 Harmonie-orkest; 10.30 Dans
muziek.
DAVENTRY (1554 M.)
12.20 Gramofoonmuziek; 1.05 Orgelconcert; 4.05 Concert;
8.20 B.B.C.-Orkest.
BRUSSEL (509 M.)
12.35 Gramofoonmuziek; 8.20 Omroep-symphonie-orkest.
PARIJS-RADIO (1725 M.)
12.50 Gramofoonmuziek.
WARSCHAU (1411 M.)
4.00 Gramofoonmuziek; 6.55 Idem; 7.35 Philharmonlsch
orkest; 10.10 Dansmuziek.
MILAAN (1411 M.)
4.15 Populaire muziek: 6.30 Gramofoonmuziek.
WEENEN (517 M.)
4.20 Populair concert
ROME (441 M.)
5.05 Orkest-concert; 7.10 Gramofoonmuziek.
BERLIJN (418 M.)
6.50 Populair concert.
6.50 Symphonieconcert.
PARIJS EIFFEL (1446 M.)
ZATERDAG 20 FEBRUARI.
HILVERSUM (1875 M.)
V.A.R.A.: 6.45 Lichaamsoefeningen oJ.v. G. Kleereko-
per; 7.30 Idem; 8.00 Tijdsein en Gramofoonmuziek; 9.00
Trio Willem Drukker; V.P.R.O.: 10.00 Morgenwijding.
V.A.R.A.: 10.15 Uitzending voor arbeiders in de Continu
bedrijven; 12.00 Septet o.l.v. Is. Eyl; 1.45 Rustpoos zen
der; 2.15 „De noodtoestand voor de binnenschippers";
2.30 Gramofoonmuziek; 3.00 Harmonie-orkest; 3.40 Le
zing: „Indonesië klaagt aan"; 4.05 Concert; 4.45 E. Ku-
pers: De reis van de N.V.V.-delegatie naar Indonesië;
5.00 Beoefening der huismuziek; 5.45 S.D.A.P.-kwartier-
tje; 6.00 Zang en piano; 6.30 Friesch kinderuurtje; 7.30
Bestuursmededeelingen door A. de Vries; 7.45 Zaterdag
avondprogramma. Septet o.l.v. Is. Eyl; 11.00 Persberich
ten Vaz Dias; Voetbalmededeelingen en VARA-Varia.
HUIZEN (298 M.)
K.R.O.: 8.00 Gramofoonmuziek; 10.00 K.R.O.-trio; 11.30
Godsdienstig halfuurtje; 12.00 Politieberichten; 12.15
Sextet o.l.v. Piet Lustenhouwer; 1.45 Rustpoos zender;
2.00 Gramofoonmuziek; 2.30 Kinderuurtje; 4.00 Kunst
ensemble; 5.15 Sportpraatje door S. P. J. Borsten; 5.30
Kunstensemble; 6.20 Journalistiek Weekoverzicht door
Paul de Waart; 6.40 Cursus Esperanto door P. Heilker;
7.10 Lezing: Zorg voor zuigelingen; 7.30 Politieberichten;
7.45 Gramofoonmuziek; 8.00 Salon-orkest o.l.v. Marinus
van 't Woud; 9.00 Vaz Dias; 11.00 Gramofoonmuziek.
HAMBURG (372 M.)
6.10 Concert door het Noragorkest van Hannover; 3.20
Concert ter gelegenheid van het 75-jarig jubileum van
den Norddeutschen Lloyd.
LANGENBERG (472 M.)
6.25 Programma van Hamburg; 12.25 Concert; 1.55
Concert.
KALUNDBORG (1153 M.)
11.20 Strijkorkest; 1.50 Gramofoonmuziek; 2.50 Omroep
orkest
BRUSSEL (509 M.)
12.35 Gramofoonmuziek; 5.20 Idem: 6.50 Gramofoon
muziek.
DAVENTRY (155* M.)
1.20 Orkest; 10.00 Concert; 11.00 Dansmuziek.
PARIJS-RADIO (1725 M.)
12.50 Gramofoonmuziek; 5.20 Symphonie-concert.
WARSCHAU (1411 M.)
4.00 Gramofoonmuziek: 4.55 Solistenconcert; 6.55 Gra
mofoonmuziek; 9.30 Pianorecital; 10.10 Dansmuziek.
WEENEN (517 M.)
4.05 Symphonie-orkest.
5.05 Orkestmuziek; 7.20 Gramofoonmuziek.
ROME (441 M.)
5.05 Orkestmuziek; 7.20 Gramofoonmuziek.
PARIJS EIFFEL (1446 M.)
'ni&acj
1 E0>3
door
Dr. HELLMUT THOMASIUS.
Sedert het vergaan van de „Lusitania" in 1915 zijn er
onophoudelijk pogingen in het werk gesteld om het
wrak te lichten. Het bevindt zich in de buurt van de
Iersche kust op een diepte van ongeveer 60 meter.
Ofschoon men de omgeving van het gezonken schip
nauwkeurig heeft onderzocht, is men er nog niet in ge
slaagd met zekerheid vast te stellen, of er van lichting
van het wrak ooit sprake zal kunnen zijn. Voorloopig
wil men zich dan ook alleen bezig houden met de berging
van den inhoud, hetgeen de moeite, die dit werk mee
brengt ruimschoots zal loonen.
Maar ook aangaande de mogelijkheid hiervan ver
keerde men langen tijd in twijfel en thans heeft men
besloten, nadat vele deskundigen hun onderling tegen
strijdige meeningen over dit punt ten beste hebben ge
geven. het plan van den bekenden technicus Sirnon Lake
ten uitvoer te brengen en op de door hem voorgestelde
wijze in het binnenste van het schip door te dringen.
Lake deed verscheidene uitvindingen op het gebied
van de duikboot-techniek; hij heeft reeds de noodige
voorbereidingen getroffen en beschikt over een aantal
lAfïi hfAiAh en repareeren alle soorten
WW IJ Uiddl wollen Meeding. Kousen
en Sokken (ook de allerfijnste). Vraagt onze school
kousen met dubbel gebreide knieën. JAAP SNOR,
Den Helder, Zuidstraat 19. (Let op den gelen winkel).
Voor Schagen: C. DE MO EL, Noord; voor Alk
maar: J G. VERSPAARDONK. Hekelstraat 23.
Let op ons gepatenteerd fabrieksmerk.
goed-geoefende manschappen. Ook zijn de vooi
apparaten, die gebruikt zullen worden, al gereed
men er met goed gevolg proeven mee genomen.
schijnlijk kan reeds in het komende voorjaar een w OOl"'
worden gemaakt.
Het werk zal verricht worden onder de pen
leiding van Simon Lake, die ook reeds tevoren het
loopig onderzoek in het Kanaal leidde. Lake heeft
een sleepboot gebouwd, die aan de eene zijde een 4
geweldige uitstekende hijschkranen heeft, welke q
evenwicht worden gehouden door zware gewichten aj
den anderen kant. zoodat de boot niet gaat overhel]»!
Aan een der kranen is het toestel bevestigd, dat
meest onmisbare is bij deze onderneming: een uit st&i^i
cylinders samengestelde buis, die naar believen lanj.'
of korter kan worden gemaakt, en die tot aan het
van het wrak reikt. Aan eenige andere kranen zijn
bels bevestigd, die om de zich onder water bevln<fc
deelen van genoemde buis zijn gewonden, waardoor
buis wordt vastgehouden. De overblijvende kranen
nen. om werktuigen naar beneden te laten, en om
gene. wat eventueel uit het schip wordt te vooi
gebracht., omhoog te halen.
De buis heeft een doorsnede van 2 meter en eindigt 1
een observatie-cel van vier meter lengte en drie mete
breedte. De onderkant van deze observatie-cel heeft de
vorm van het onderstel van een slede. De ruimte eZ:
dus heen en weer worden bewogen, wat gebeurt t. 131
behulp van de kabels, die aan de bovenvermelde
nen vastzitten. De geheele buis is aan de binnenzljj
voorzien van trappen, die eindigen in de observatie^ Bekend
Voorts zijn reservoirs, die eventueel volgepompt kuni
worden, in aangebrachten electrische geleidingen en
lefoonleidingen ingebouwd. De observatie-cel bevat
het^
De
provi
miner:
«■en. aB
sters en sterke schijnwerpers, waarmee da omgevij |jkort Bc'
üifn?
jtie-pe
iftie
innee
rd. II
over e
uitgel
[ideganfi
Kan worden verlicht. Aan den buitenkant bevinden
windassen en kranen.
De observatie-cel moet tijdens het experiment rui
op het dek van de „lusitania". dat. zooals het bezo*
heeft uitgewezen, bijna horizontaal ligt.
De luchtdruk binnenin de buis is normaal, want
afsluitdeksel blijft open. Alvorens de duikers zich bei f'
ten de cel begeven, moeten zij natuurlijk eerst geweta
zijn aan den heerschenden druk op 60 meter diept» r-:
Daartoe wordt dan het afsluitdeksel gesloten, of and« Ik-arm
de deur, die de observatie-cel scheidt van de rest vi n;
de buis. De deuren, die de directe verbinding vormt
tusschen de cel en de zee, kunnen pas dan worden gt
opend. wanneer de druk binnen nauwkeurig dezelfde
geworden als de druk buiten.
Twee dubbele deuren zorgen ervoor, dat bij het naa;
buiten gaan. het water niet de cel binnenstroomt. Een
"S
wordt de binnenste van de twee deuren ontsloten en d«
duiker stapt naar buiten, waarna de deur achter hes s'
dichtgaat. Vervolgens wordt de eigenlijke „buitendeiu"
geopend en de duiker kan dan het dek van de „Lu*,
tania" betreden.
Behalve de schijnwerpers binnen in de observatie-al
zijn er ook nog lampen, die de duikers met zich m«
kunnen voeren en door middel van de kranen kunnei t- ói
nog lichtverspreiders worden neergelaten. Deze zulltx
zoodanig worden opgesteld, dat een oppervlakte van on-
geveer 20 vierkante meter helder wordt verlicht. Simt* tra en
Lake hoopt, dat de naspeuringen niet hoeven onderbre
ken te worden. Daar de plek. waar de „Lusitania" zich
bevindt, nog eenigszins onderhevig is aan eb en vloed,
is in het midden van de buis een beweegbaar lid aar-
gebracht. zoodat, als door den vloed de sleepboot hoogt?
komt te liggen, het bovenste deel van de buis tot
met het beweegbare lid meegaat; de rest van do buli
en de observatie-cel blijven echter op hun plaats.
Op welke wijze men het bergingswerk zal aanvatte* «i. dei
staat nog niet vast. Men zal in elk geval beginnen fc-vern
fotografieën te maken van het wrak. van de verschil- V de i
lende deelen van het dek en van de omgeving. Om ia y-t<K>i:
staat te zijn, deze opnamen te maken, heeft men de
apart soort camera geconstrueerd, die voorzien is
een electrischen sluiter en die automatisch zóó fotcD.
feert, dat de verschillende foto's naast elkaar gcplalj De rest
een beeld vormen van het geheel. i dat
Met behulp van deze fotografieën zal men vaststelli r m
op welke wijze men in het binnenste van het scha 001
kan doordringen. Hierbij staan drie wegen open: de 1»
kalk
%kra
50 üiiniM
is om
Iconstati
eies
;roepen
oi. we
.0 i
limott
resi
ontv
1 and
Aan het
ke proe:
gultaat
ndrant
jndrant
Het re?
n wil il
L Een
ition h
a. na 1
isiaanrU
dat
I fosl
nel:
ken, een eventueel aanwezig lek of een kunstmatig f,
vormen opening, die men met behulp van sprlngstofftj 3'
kan maken. Ook zal men uit deze foto's kunnen opau-
ken. of men zich zal moeten beperken tot de berginj
der in het ruim aanwezige goederen, of dat men ml»
schien nog eens het geheele schip zal kunnen lichten,
Het geheele verdere verloop van het experiment ral
dus afhangen van wat de foto's opleveren. Hiermee ii
aangetoond, dat de nieuwe camera van groot belaa*
kan zijn bij het lichten van wrakken en dergelijke be
zigheden. In de toekomst zal dit toestel van groot be
lang worden voor het dulkersbedrijf.
dat
i-hoo
teerba
3. dat
igen ir
in het
as hooi
ïter;
1 dat
sis min
a 1 lOT)
jcstatei
Een hi
et het
ire kal
K>i al
re ka
k is te
groei'
iren p
iralen
dan t
m kwj
Een 2
DE GELUKKIGE BANDIET.
(F a r ij s). Op het oogenblik leeft op het eiland
Corsica een man, tegen wien in het jaar 1870 een ware
veldtocht werd gehouden. Deze man schijnt onder spe
ciale omstandigheden te leven, want niettegenstaande
hij in het jaar 1857 reeds vier maal ter dood veroor
deeld was. leeft hij nog. Antonio Bonello, meer bekend
onder den naam van Bellacoscla was geen gewone roo-
ver. Hij stal en moordde niet uit lage en dierlijke lus
ten, maar werd steeds door edele gevoelens tot zijn mis
drijven aangezet. In 1848 had hij een notaris doodge
schoten, die een valsch proces had gevoerd en gewon
nen; in 1852 rekende hij af met een grondbezitter die
een jong meisje gedwongen had tot een huwelijk, welk
meisje Bellacoscia voor zichzelf had begeerd. In 1854
doodde hij Dominique Monicoru, omdat deze met zijn
zuster verloofd was geweest en de verloving had ver
broken. De vierde, die door Bellacoscia's hand viel, was
een geitenhoeder, die de gendarmerie een geheim pad
der roovers in de bergen verraden had.
En niettegensaande al deze bloedige misdrijven was
Bellacoscia toch bemind bij zijn landgenooten. Er werd
nooit iemand gevonden die de vele schuilplaatsen van
den bandiet verraden wilde, niet alleen uit angst, maar
ook uit genegenheid. Ongedeerd leefde de roover in zijn
berghut en er waren heel veel boeren, die hij met raad
of ook wel met zijn gevreesden en nooit het doel mis-
senden buks bijstond. Maar Napoleon de Derde, die van
den man en zijn misdrijven hoorde, wilde zooiets ln zijn
rijk niet toelaten. Op 's Keizers bevel werd in het jaar
1865 een expeditie naar Corsica uitgezonden, welke de
taak had, den roover te vangen. Meer dan honderd man
nen en vrouwen werden toen gevangen genomen, men
verdacht allen van betrekkingen tot den bandiet, maar
moest den een na den ander weer vrijlaten en de gezochte
zelf bleef ongehinderd en buiten schot. Deze deugdzame
deugniet koos een vrouw tot levensgezelin. voedde zijn
kinderen op, kocht vee, verhandelde dit op de markt
en... zette met een gevoel van gepasten trotsch zijn
handteekeningen in de boekjes van dweepzieke reizig
sters, die zijn huis met een door nieuwsgierigheid ge
dreven bezoek kwamen vereeren. Zijn persoon was in
geheel Frankrijk bekend en menige reiziger beroemde
er zich op met Bellacoscia gesproken en een glas wijn
met hem gedronken te hebben. Slechts de gendarmen
konden hem nu eenmaal nooit te pakken krijgen. Een.
die nog jong en eerzuchtig was, gelukte het eens. met
Bellacoscia in een herberg een afspraak te maken. Maar
de man moest zijn overmoed met zijn leven betalen.
Bellacoscia, woedend om zooveel brutaliteit, schoot den
gendarme eenvoudig dood. En hiervoor werd hij ten
vijfde male ter dood veroordeeld. Maax omdat dit vanuit
de verte gebeurde, trok de bandiet er zich niet te veel
van aan.
Maar... met de jaren was de roover een patriarchalen
leeftijd genaderd en verlangde hij naar rust. Hij stelde
zich met het gerecht in verbinding en wilde ermee on
derhandelen. De besprekingen werden inderdaad gevoerd
en Bellacoscia moest met het volgende genoegen nemen;
De Fransche justitie zou de eerste vier moorden als ver
jaard beschouwen, maar omtrent de laatste zou Bel
lacoscia zich hebben te verantwoorden. En dus ver
scheen de ter dood veroordeelde in puike gezondheid, zij
het door ouderdom iets gebogen, voor het gerecht. Zijn
eerbiedwaardige verschijning maakte een zeer gunsti-
gen indruk. Zijn verdediger pleitte met warmte voor hem
en sprak van den grooten zegen, dien Bellacoscia voor
zijn landslieden vertegenwoordigde. De advocaat had ge
luk! De oude bandiet werd met glans vrijgesproken. Hij
vestigde zich weer op het eiland Corsica en werd daar
een beroemde persoonlijkheid, die met een edelen zwier
zijn bezoekers zijn met zijn handteekenlng voorzien por
tret aanbood als aandenken, en het dient gezegd, de
begenadigden waren daar altijd zeer vereerd mee. Want,
nietwaar, een man die het zedelijk kan verantwoorden,
vijf menschen te hebben gedood, is toch nog iets anders
dan een gewone theaterheld.
DE OFFERDOOD IN DE
KRATER VAN DEN MERAFI.
Men herinnert zich, dat eenige maanden geleden een
bewoner van het onderdistrict Pakis, Ismael genaamd,
na langdurige overpeinzingen tot de conclusie was ge
komen, dat de wereld op haar eind loopt en dat een
uitbarsting van den Merapi zeer binnenkort het schrik
kelijk tooneel van een aïgemeene wereldcatastrophe zal
voorafgaan.
Hij heeft kans gezien, vier anderen van deze droom
beelden te doordringen en gevijven zijn ze toen den Me
rapi opgegaan om in den krater den dood te zoeken.
Op een heiligen steen boven Selo (dat op het zadel tus
schen Merapi en Merbaboe ligt) zijn toen door Ismael
brieven gedeponeerd, aan den gouverneur van Midden-
Java. aan den resident van Kedoe en aan den regent
van Magelang, waarin ze mededeeling deden van hun
voornemen. Zeer merkwaardig was een zinsnede uit een
achtergelaten brief in Nederlandschen tekst, waarin de
schrijver mededeelde, dat hij na zijn dood astraal zou
blijven voortleven in den krater.
Van alle zijden is men op zoek geweest naar de ver
misten, maar men vermocht geen enkel spoor te ont
dekken. Thans verneemt een correspondent van het
A.I.D., dat de fotograaf bq den Vulkanologischen dienst,
de heer Petrochefsky, die op den waarnemingspost Ba-
badan verblijft, kortelings op een ochtend omstreeks
tien uur twee ïyken heeft zien liggen aan de Noord
oostzijde van den krater, dus vlak onder den hoogen
kraterrand, aan den kant van Selo. De heer Petrochefs
ky was met een koelie naar boven gegaan om tempe
raturen in solfataren te meten en daartoe reeds om
half zes 's morgens uit Babadan vertrokken. Toen hij
over de lava van 1931 een eind in den krater doordrong,
zag hij plotselingtusschen rookslierten door. twee ge
heel ontkleede lichamen, waarvan er één onder een
grooten steen verpletterd lag. Ze waren geheel zwart
geworden, maar verbrand waren ze niet. Het was door
de opspuitende stoommassa's onmogelijk, de plaats te
bereiken, waar ze lagen en de kraterbodem was plaatse
lijk zoo heet, dat zelfs de koelie het niet zonder schoe
nen afkon. Van een opklaring heeft de heer Petrochefs
ky gebruik gemaakt om een kiek te zaakeu.
Van de andere vermisten werd niets gezien. Het is
echter zeer wel mogelijk, dat die er ook in de buurt
liggen, want de kraterbodem is zeer heuvelachtig en
bedekt met groote rotsblokken, die evenals de opstijgende
dampen, het zicht zeer bemoeilijken.
Als de lijken inderdaad zijn van het gezelschap Ismael
c.s., en hieraan lijkt weinig twijfel mogelijk, moeten ze
den krater hebben beklommen aan den kant van Selo
en van daar van den ongeveer 80 meter hoogen rand
zijn afgesprongen.
RUSTIGE TIJD VOOR
DE WALVISSCHEN.
De oude walvischvangst was eens een lucratief be
drijf, dat vooral door de Noren werd uitgeoefend. Ge
durende de laatste jaren voeren de schepen, bijna inge
richt als drijvende fabrieken, naar het Zuiden en keerden
met rijken buit terug. Dit bedrijf ia thans echter nage
noeg verdwenen. Van de tweehonderd walvischvangers
die het vorige jaar nog naar de zeeën om den Zuidpool
voeren, liggen er thans meer dan 80 pet. stil. Honderden
der beste harpoeniers, die seizoenen meegemaakt heb
ben van een verdienste van 100.000 tot 200.000 kronen en
duizenden van andere bij deze vangst betrokken arbei
ders. loopen werkloos rond.
Wat is er dan gebeurd? Is het vetverbruik der wereld
tengevolge van de crisis in die mate afgenomen? Zeker,
de statistiek laat een teruggang zien. Doch die paar
procenten zijn niet voldoende, om het gebrek aan afzet
gebied op dit oogenblik te verklaren. De oorzaken lig
gen ergens anders.
In de eerste plaats heeft de industrialisatie van de
walvischvangst tengevolge gehad, dat veel meer dan
vroeger uit de walvisschen kon worden verkregen. De
moderne fabriekssohepen zijn eerste klasse slachterijen,
voorzien van alle technische hulpmiddelen en machines.
Alles, wat van een walvisch bruikbaar is, wordt uit het
dier gehaald; er gaat niets meer verloren. Dientengevolge
is de voortbrenging van producten uit elke walvisch, die
gevangen werd, met niet minder dan 100 pet. gestegen.
Haalde men vroeger uit een walvisch ongeveer 30 bar
rels traan, thans verkrijgt men het dubbele kwantum.
Wanneer men bedenkt, dat elk schip per seizoen onge
veer 500 tot 600 walvisschen verwerkt, dan kan men
zich er een voorsteling van maken, dat op deze wijze
een overproductie moest worden verkregen. Daar de
zaken echter een paar jaar heel goed bleven gaan, kwam
niemand op de gedachte, dat dit niet kon voortduren.
Integendeel, men bouwde steeds meer en steeds grooter
.fabrieksschepen" en steeds hooger werd de productie
Thans is het afzetgebied verzadigd en levert de produc
tie slechts verlies op. Daarom ligt het grootste gedeelte
der schepen in de havens stil, en de walvisschen nabij
de Zuidpool worden voorloopig met rust gelaten.
OVER LANGSLAPERS.
Door experimenten is vastgesteld, dat de „gezonde
slapers" op andere tijdstippen slapen als „nerveuzen".
De „gezonde" slaper gaat over het algemeen vroeg naar
bed en reeds na een uur heeft hij de grootste slaap-
„diepte" bereikt. Dan wordt de slaap lichter, na mid
dernacht komt er een tweede maximum slaap-diepte.
Tot des morgens zes uur wordt de slaap geleidelijk lich
ter; de slaper ontwaakt en ree^s na een paar uur is hij
op volle werkkracht, die tot den avond voortduurt en
dan weer geleidelijk afneemt.
De „nerveuze" slaper gaat laat naar bed en ligt, voor
dat hij gaat slapen, nog geruimen tijd wakker. Eerst
na ongeveer drie uur bereikt zijn slaap een maximum-
diepte, welke zich kort voor het ontwaken herhaalt
Deze nerveuze slaper bereikt eerst in den namiddag
zjjn grootste arbeidskracht.
Uit een en ander volgt, dat de langslapers het meest tatiori.
in den namiddag en des avonds kunnen werken; d«
„gezonde" slapers moeten hun voornaamste werk zoo
mogelijk in de ochtenduren verrichten.
EEN MIDDEL TEGEN HONGERSNOOD.
In deze slechte tijden heeft het misschien eenig nut
om te weten, hoe, meer dan 10 eeuwen geleden, een
Perzische Koning den hongersnood in zijn land bezwoer.
In het jaar 996 n. Chr. werd de wijze heerscher Azud
dagelijks meer verontrust door mededeelingen, die be
trekking hadden op den jammerlijken toestand van zijn
volk. Zijn ministers wisten geen raad meer en ze ver»
klaarden zelfs, dat de heele hongersnood een bedenksel
van het gepeupel was, temeer, daar aan de oppervlakte
van de ellende niet zooveel was waar te nemen. Koning
Azud trok er toen zelf op uit en ontdekte, dat inder-
daad vele zijner onderdanen stierven bij gebrek aas
voedsel. Door een proclamatie maakte hij toen ln één
slag een einde aan dezen toestand. De proclamatie luid
de als volgt: „Voor iederen arme. die van honger om
komt, moet een rijke worden opgehangen.'
De levensloop
van een goudstuk.
(P a r ij s) Een der Parijsche dagbladen geeft een
aardig verhaaltje van een oud muntstuk. In Honga
rije nl. moeten alle pachtgelden aan den Staat betaald
worden. En zoo gebeurde het, dat een oude boer een
dezer dagen zijn penningen ging afdragen. Onder het
geld bevond zich een goudstuk, dat niet behoorde tot
de gangbare munten van Hongarije en de boer kon
niet zeggen, hoe hij eraan kwam. Men ging aan het
onderzoeken en nu kwam aan het licht., dat men
hier te doen had met een der grootste schatten voor
een muntenverzameling Het was n.1. een exemplaar
van de tien goudstukken, die gemunt werden in het
begin van de regeering van Napoleon Bonaparte
Door een fout van den munter was op de eene zijde
van deze munten het randschrift „Fransche Repu
bliek" gezet, zooals dit tot aan de regeering van Na
poleon gebruikelijk was. Alle andere munten droegen
reeds het randschrift „Napoleon I. Keizer". Toen de
fout ontdekt werd, waren er reeds tien exemplaren
van deze munt in omloop gebracht en het gelukte
niet meer, deze aan de circulatie te-onttrekken. Deze
tien goudstukken zijn nu een begeerlijk bezit ga*0
vormen voor iederen muntenverzamelaar. Ons har
tje bleek op onverklaarbare wijze een van deze tien
„heerlijkheden" in bezit te hebben gekregen.
ieder: 1
trkalk
24.
„Wat
loch ni
„Toe.
„Wat
„Hij
je verr
Je i
„Seei
Ze la
Hij c
Li? k
tan Mi
Het
mantel
cpwek
Zich 0
«ogled
Daa
baar i
haar i
Toe:
tieh t
beitel,
der di
kalme
Het v
raakt
„Al
Plek
Wa
werk
bekei
Dat
Alexi
Toen
met
De i
Wrij