SchagerCourant Polder Heerhugowaard. Tweede Blad. Eindelijk had zij rust gevonden! Donderdag 14 April 1932. 75ste Jaargang. No 9054 ant et Wi l met In bti[ Poldervergadering in het polderhuis te Oudorp. j Om half een opent Voorzitter. Dijkgraaf Van Sloo- ten, de vergadering met een kort welkomstwoord, wijzende op de moeilijke tijden, die we beleven en de uitgebreide agenda, die te behandelen staat. Het nieu .gekozen lid, den heer P. Kostelijk, heet hij mede welkom, de hoop uitsprekende, dat deze veel en nuttig werk als bestuurslid van den polder zal verrichten. Afwezig zijn de hecron Wijnker, wegens onge- iteldbeid en Kruijer wegens familie-omstandigheden. Naar aanleiding van de notulen maakt de heer Oudeman dè opmerking, dat niet hij, doch de heer De Boer de opmerking omtrent de exploitatiereke ning van de firma Thomassen gemaakt heeft. De heer Poland kan niet begrijpen, dat deze reke ning. die toch even te voren gekomen was. niet aan wezig bleek te zijn, ten minste gezegd werd dat hij niet aanwezig was. Hij meent, dat dit zoeken kwansuis is geschied en wenscht hiervan aanteekening in de notulen. Hierop ontspint zich een discussie tusschen den Secretaris en den heer Poland. Voorzitter vraagt, of de heer Poland. die over deze kleine zaak zooveel drukte maakt, meent dat het pol derbesiuur opzettelijk dergelijke dingen verduistert Momenteel kon deze exploitatierekening niet gevon den worden, later is daar niet meer over gesproken. Spijt, dat dit gebeurd is, heft het bestuur betuigd, doch aan de zaak zelf doet dit niets af. Hierna worden de notulen goedgekeurd, nadat nog door den heer Poland is gevraagd of de gevraagde wijziging op den kant der notulen, in de volgende vergadering zal worden voorgelezen. Een dankbetuiging was beter op z'n plaats geweest. Verzoek van eenige ingelanden is ingekomen om de sloot tusschen de heeren Oudeman en De Wit, die thans nog particulier eigendom is, voor poldersreke ning te nemen. De heer Groen ziet er in. dat we hier een prece dent scheppen en meent hier nog niet direct op in te moeten gaan. De heer Wonder wil zich er ook niet aan wagen, daar andere op dezelfde gronden ook een verzoek aan den polder zouden richten. Voorzitter zegt, dat deze sloot als werkobject voor de werkverschaffing genomen is. Hij is er heelemaal niet voor deze slooten alle voor rekening van den polder te nemen. DeJjeer C. van Langen had liever een d^nkbe- tui#ÏHtrVaiY*Öe"onrfeftèèKchaars gezien voor het goe de ia orde brengen der sloot, inplaats van dit ver- overname, Afirijzend beschikt. De loonen en salarissen met 15 omlaag. Hierna brengt Voorzitter het punt staken der stem- i men op de vorige vergadering betreffende het voor- j 4tel-De Boer-Groen, loonsverlaging, in bespreking. F Volgens het reglement is dit voorstel verworpen en kan dus het voorstel Van Stralcn-Gootjes in stem- I ming komen. De heer De Boer vraagt hoe het zit met den twee den timmerman. Hij had een Heemraad gesproken, j die gezegd had dat de le timmerman hem medege deeld had. dat hij het best alleen af kon. Voorzitter antwoordt, dat deze beoordeeling niet ligt bij den timmerman, doch bij den polderbaas, j en deze is van ander gevoelen. Hierna wordt overgegaan tot nazien der geloofsbrie- I ven van den heer Kostelijk door de heeren Oudeman en C. van Langen. I De laatste verklaart, dat deze in orde werden be- I Tonden, zoodat installatie plaats vindt. 1 De heer Wonder, herkozen, spreekt eenige woor den van dank, waaraan de heer Kostelijk zich aan sluit. De heer Poland zegt dat in het reglement staat: -dan wordt het voorstel geacht verworpen te zijn. Dan staat er niet: Het is verworpen. Hij is dus voor het nogmaals behandelen. De heer Kostelijk is liet niet met den heer Poland eens. Er waren twee voorstellen. Het eerste is „ge acht"' verworpen te zijn. Hoe is het nu mogelijk dat de heer Poland zeggen kan dat dit weder ter tafel gebracht moet worden? Voorzitter zegt. dat het Dag. Bestuur van meening is. dat geen verlaging als was voorgesteld, moet wor den ingevoerd. De heer Wonder had graag gezien, dat bij het op maken der begrooting eenigszins was rekening ge houden met een verlaging der tractementen. Hij meent dat een verlaging van 15 wel gemotiveerd is. Hoeveel verdienen de timmerlui? Voorzitter antwoordt., dat de eerste timmerman 60, de andere 50 cent per uur verdiend. 10 was door het. Dag. Bestuur een belangrijke verlaging gevonden. Moet een ambtenaar, die tegen woordig door den slechten toestand veel werk heeft, ook in een noodtoestand komen? Arbeidsvolk kan genoeg worden gekregen, daarom meent het Be stuur dat deze categorie met 5 cent per uur kan worden gekort. De ambtenaren wil men 10 verla gen. Het volgende jaar kan men dan nog 5 er van afnemen. I)e heer Poland wijst er op, dat de ambtenaren een paar jaar geleden belangrijk verhoogd zijn in salaris. Voorzitter zegt,, dat de werkzaamheden nog steeds vermeerderen. De heer Wonder wil de laatste zijn om iets op het werk van ambtenaren of personeel af te dingen. Als er een verlaging moet zijn wil hij deze op gelijke schaal toegepast zien. Waarom moet een ambtenaar minder bloeden dan een arbeider? De heer C. van Langen wil niet telkens aan de salarissen zitten. Laten we ineens een verlaging van 15 nemen. De heer K. van Langen wil 15 handhaven. De heer Groen zegt. dat we wisten dat we nog met twee voorstellen van verlaging zaten en daarom dus geen ander voorstel is gekomen. Intusschen is de toestand slimmer geworden. Het vastbezoldigde per soneel heeft daardoor al voordcel als het zijn sala ris gehoudt. De heer Poland kan niet indenken dat Ged. Staten een voorstel van loonsverlaging der ambtenaren niet zouden goedkeuren. De heer Kostelijk wijst er op, dat in vergelijking met andere polders 't personeel niet in gunstiger posi tie staat. Intusschen is de Hugowaard zwaar bezocht- De verhooging der ambtenaren vloeide indertijd voort uit de vermeerdering van werkzaamheden. Voorstel Dijkgraaf en Heemraden is 10 voor de ambtenaren. Intusschen heeft men rekening te hou den met de meening van Ged. Staten. In de verga dering is echter een sterke sirooming voor 15 De heer Gootjes voert aan. dat hij het voorstel van Stralen gesteund heeft, omdat hij 10 een betere regeling vond, dan het door den heer De Boer voor gestelde. Aangenomen alle salarissen 15 te verlagen. Voorzitter zegt. dat hij met de algemeene opinie niet mee kan gaan. doch zich er bij neer zal leggen. Overname van een deel der wegen door de provincie. Van den heer Reigersman is verzoek ingekomen om een bespreking te houden over overname van een zeker gedeelte der wegen, in verband met pro vincialen wegenaanleg en kanalisatieplannen. Deze overname omvat bijna de geheele ringvaart rond den polder, benevens de daarbij behoorende bruggen, enz., terwijl de oeververdediging van enkele stukken, die niet overgaan, mede zal worden overgenomen. Ook de Strijkmolens vallen daaronder, benevens den Boterweg en zoowat den geheelen Laanweg. Voorzitter zegt, dat dit nog wel eenige voeten in de aarde zal hebben en er dus nog warme dagen te Wachten staan. Benoemingen. Met 16 stemmen en 1 blanco wordt hierna de heer K. van Langen als Heemraad herkozen. Herbenoemd tot secretaris wordt de heer Hoogland met 15 van de 17 stemmen. Beiden nemen de benoeming aan onder dank voor het in hen gestelde vertrouwen. De heer Groen brengt verslag uit over de rekening 1931, die door de commissie in orde is bevonden. De heer Van Langen vraagt waarom de rekening van den Noordscharwouder polder er niet in voor komt. Voorzitter zegt, dat deze niet tijdig genoeg is in gediend. De heer De Boer vraagt, waarom met een batig saldo werd begonnen en met verlies werd gesloten. Nog f 4814.46 aan achterstallige polderlas- ten te innen. Voorzitter zegt, dat nog te innen zijn over 1930 f 113.92; over 1931 totaal f4814.46 aan achterstallige polderlasten. De heer Kostelijk zegt. dat de laatste post hem ge troffen heeft. Hij ziet daar f2600, waarvan pl.m. f 1900 voor de Alkmaarsche Ijzergieterij, wegens ketel- lassching. Uit do rapporten blijkt, dat dit laschwerk zeer veel te wenschen overlaat, daarom vindt hij het zoo goed als weggegooid geld en bovendien is het ook geen reclame voor de betreffende firma. De heer Poland vindt het juist goed, dat deze qnaestie zoo gelopen is. Was alles goedgeeaan, dan zou ook de tweede ketel dit jaar gerepareerd zijn en hadden we met onze dure stoombemaling doorge gaan. De heer Gootjes is van meening. dat dit met quali- teit van te leveren werk niets heeft uit le staan. Hij ziet bovendien aan afslag loon staan van f27 voor De Vries. Voorzitter zegt. dat deze baantjes buiten het bode loon vallen. De Hoogheemraadschapslasten. Het bedrag voor het Hoogheemraadschap is den heer Poland opgevallen. Hem is door een Hoofdinge land van den Deemster verzocht in deze vergadering te brengen het punt „afschaffing Hoogheemraad schap". Voorzitter zegt. dat men in den Bond van Water schappen meende, dat trachten naar verlaging Hoog heemraadschapslasten weinig succes zou hebben. De he erPoland voert aan. dat het er om gaat dit geheel op te doeken. Voorzitter memoreert het ontstaan van het Hoog heemraadschap en kan begrijpen dat de lasten wel eers onbillijk worden aangevoeld. De provincie be- tanlt thans wel de lasten bezuiden Amsterdam, maar op een juiste verdeeling er van is moeilijk een kijk te krijgen. De heer C. van Langen is voor afschaffing. Ook de heer K van Langen is er tegen, dat. van dit water schap een „wegschap" gemaakt, wordt. De heer Poland vraagt of het bekend is hoe groot het bedrag is. dat door de gezamenlijke landeigenaars in den polder voor het. Hoogheemraadschap wordt opgebracht. Toegezegd wordt omtrent dit punt in den Bond van Waterschappen de noodige activiteit aan den dag te leggen. Nog wenscht de heer Poland een opmerking te ma ken omtrent recognitie molens Geestmerambacht. De heer Van Langen zegt, dat in het bestuur van dit waterschap omtrent vermindering hiervan de stemmen staakten De heeren Poland en Groen zijn van meening dat verschillende toelagen aan personeel wel uit het budget verdwijnen kunnen, al daar zijn toelage rijwie len en vuur en licht kantoor secretaris. Voorzitter meent, dat bespreking hierover bij de begrooting dient plaats te vinden. t>ok wijst de heer Poland op den post van f6000 pensioeninkoop en -bijdragen. Hij vindt dit zeer hoog! De heer Kostelijk ontraadt hieraan te tornen. Reeds is in deze vergadering besloten tot een loonsverla gil g van 15 Hierna wordt de rekening van den polder in ont vangsten en uitgaven tot een bedrag van f 99.668.50K vastgesteld. De wegenrekening wordt hierna aangenomen in onivangston en uitgaven f91.588.62 met nog te innen over 1930 en 1931 aan achterstallige lasten f 113 92 en f 5083.86K. De begrooting voor 1932. Rij de begrooting 1932 brengt de heer Kostelijk in bespreking handhaving van een constant peil. Voorzitter zegt, dat een proef hieromtrent te ne men met een paar afdcelingen bij het Dag. Bestuur reeds in bespreking is. Rij den post aanschaffing materiaal vraagt de heer Poiand of het getal 200.000 steenen niet met de helft verminderd kan worden Voorzitter antwoordt, dat. reeds belangrijk vermin derd is. Vorig jaar zijn 700000 steenen gebruikt en de Middenweg vertoont plekken, die wel voor ver- beiering vatbaar zijn. De heer C. van Langen zegt, dat de Hasselaarsweg, die geteerd is. zich prachtig houdt, doch het wen- •schelijk zou zijn met hot oog op het vorkeer, het weg dek 1 a IK "voet broeder te maken. De heer Poland klaagt er over, dat de Hondehxfceg den laatsten tijd kleeft. Voorzitter zegt, dat hier inrollen met zand noodig is. Het gaat hier echter nog om proeven. De heer Kostelijk ziet. dat de oude omslag van f22 pee H.A. nog gehandhaafd is. Verlaging zou zeer wolkom zijn. Voorzitter zegt, dat per jaar groote bedragen we gens rente, kasgeldleeningen betaald worden. De heer Wonder herinnert zich dat in de vergade ring van den vorigen zomer gesproken werd over ver- hooging van lasten en het constant blijven daarvan dus reeds meevalt. Hierna worden de begrootingen ongewijzigd aan genomen in ontvangsten en uitgaven van wegen f 90.795.45 en polder f 61.309.9iy2. Wh^AtAin en repareeren alle soorten IJ &JIC7IC7II wollen Kleeding. Kousen en Sokken (ook de allerfijnste). Vraagt onze school- kousen met dubbel gebreide knieën. JAAP SNOR. Den Helder, Zuidstraat 19. (Let op den gelen winkel). Voor Schagen: C. DE MOEL. Noord; voor Alk maar: J G. VERSPAARDONK. Hekelstraat 23. Let op ons gepatenteerd fabrieksmerk. De aanschaffing van een nieuwe bema ling en de praatjes die in verband daar mede de ronde doen. Bij de bespreking aanschaffen motoren, zegt Voor zitter, dat er praatjes gaan, dat verschillende leden van het bestuur gelden zouden opstrijken in verband hiermede. Voorzitter vraagt of iemand in de verga dering daaraan geloof hecht. De heer Wonder meent dat men hierboven moet staan. Voorzitter zegt dat het niet aangenaam aandoet als men dergelijke geruchten hoort. De heer Kostelijk heeft deze geruchten ook ver nomen en zou wenschelijk vinden, dat de versprei der hiervan opgespoord werd. Wat betreft een rondschrijven van Voorzitter, zegt de heer Wonder, dat zoowel de meerderheid van het da; elijksch bestuur als die van de hoofdingelanden tegen aanstelling van een adviseur waren. Voorzitter deelt mede, dat Stork volhoudt dat 175 P.K. voldoende is en beweert dat Thomassen met zijn tot 240 P.K. te hoog is. Wat het P.E.N. betreft, daar was het schipperen mee geweest. Thans hebben we vier aanbiedingen, twee van mo toren met ongeveer 170 P.K., welke elkaar zooveel niet. ontloopen, ten van motoren van 240 P.K., die per maaluur een tamelijk hooger bedrag te zien geeft, en dan nog de aanbieding van het P.E.N. die cle duur ste is. Op een vraag van den heer Wonder hoe het staat met het rapport van den Waterstaat deelt Voorzit ter mede, dat drie olannen gestuurd zijn, doch men daarover geen rapport kon uitbrengen, aangezien me i den schijn wilde vermijden aan een bepaalde fabriek de voorkeur te geven. De aanbieding van Kromhout als de goedkoopste is toen heen gezonden en terug gekomen met de opmerking, dat men geen advies wenschtc te geven, doch men gaf den raad. deze aanbieding alsnog aan een deskundig, onpartijdig adviseur ter onderzoek te sturen. Feitelijk staan we dus nog even ver al de vorige ve: radering. V/at Voorzitter zelf betreft, hij blijft voor elertri- scl e bemaling, hoewel dit eenigszins duurder is. Vol gers de laatste bekende gegevens die hij heeft, zou het verschil in exploitatie f 880.per jaar bedragen ten nadeele der,electriciteit. De heer Wonder merkt op dat men bij het P.E.N. iedere vijf jaar een contract moet sluiten. Voorzitter had het ook liever gehad, dat men di rect van het bedrijf met een bepaald aanbod was gekomen, zoodat een rekening had kunnen worden opgezet. Wat Diesselmotoren betrof, op Texel was hem medegedeeld, dat wel 200 gram olie gebruikt zou worden per P.K. inplaats van 170, zooals door de fabriek wordt beweerd, voor het type dat men noodig had. De heer Poland vraagt hoe de capaciteit van de tegenwoordige stoommachine is. De heer Wonder zegt van 210 P.K. Intusschen heeft er van den beginne af iets aan dat. gemaal gehaperd en ook de heer Koolhaas kon dat. niet te genspreken. Voorzitter zegt dat het moeilijk is een beslissing te nemen, en moeilijk zal het wel blijven een be paald onpartijdig adviseur te vinden. De heer Kostelijk wijst op het verschil van cijfers in de diverse exploitatierekeningen. Nemen wc nu een besluit, dan doen we dat zonder dat we die cij fers beoordeelen kunnen en doen het dus in onze onkunde. Bij den Provincialen Waterstaat kon men geen ad ics geven, omtrent een of ander plan, aangezien men daar later een aangenomen besluit moet beoor deelen. Intusschen kan hij duidelijk begrijpen, dat een pol derbestuur eenigszins huiverig tegenover een advi seur staat. Een bedrag van f 1500.- of f2000.— is op het oogenblik bepaald een hoog bedrag. Toch is hij er voor een deskundig adviseur op zeer korten ter mijn in den arm te nemen. Hij hoopt dat meerde ren in deze vergadering met hem deze meening voorstaan. De heer Wonder is van precies tegenovergestelde meanin'» Men kan toch iets bepaalds tegenover een firma contractueel vastleggen. Voorzitter zegt. dat alles heel goed gaat, zoolang een dergelijk ie'.s goed werkt, maar wat gebeurt er als er iets aan hapert. En gaarne zou hij willen, dat als er iets staat, dat het goed is. Betalen nadat het werk is afgeloopen. is wel mooi, maar men nioet al heel spoedig een termijn betalen en vlug daarop een tweede. Werkt het niet goed, dan zit men met de rest en heeft de verantwoordelijkheid te dragen. l)e heer Kostelijk zegt dat een adviseur niet meer kost dan f500.—. Nogmaals dringt hij er op aan niet zelf de verantwoordelijkheid te dragen. De heer Gootjes zegt dat hij altijd gemeend heeft dat. voor een adviseur ongeveer 10 der kosten moet worden betaald. De heer Poland is van oordeel dat deze zaak veel te zwart wordt ingezien. Als wij een machine aan schaffen, komt de Waterstaat en keurt deze in de fabriek en wij hebben een kosteloozen adviseur. Wij stellen hier de aflossingstermijn op 13 jaar, in Zuidholland daarentegen op 22 en 23 jaar. 'FEUILLETON 'NAAR HET ENOELSCH. ;RDAM^ vertt®^ «Ja. «k ben niet blind! Het heeft u al veel gekost, om op die school te doen. maar het zal u nog meer kosten, om hem naar Oxford te sturen." „Daar vergist u zich toen in: Lance heeft een beurs gekregen, om op King Henry's School te gaan en nu is Cf nem weer een beloofd, om in Oxford ooilege te loo- ®n. Natuurlijk zal dit niet alle kosten dekken, maar ,®n zullen wij op de een of andere manier bij aar weten te krijgen, want het zou zonde en jam- L °m dea jongen niet te laten studeeren!" Fal zijn!" dan maar te hopen, dat hij niet te verkwistend 'hooit 3aar ben niet hang voor met Lance. Wij hebben ziin dan reden gehad, om trotsch op hem te u» tracht mij zoo weinig mogelijk op kosten te p Henry's School heeft hij al een jaar Hit de l" C'een kleeren gezorgd, doordat hij leerlingen fcooe6 ere kIassen bijwerkte. Onze verwachting is g gespannen ten opzichte van hem. Zijn vader was en Sroot geleerde en Lance schijnt dien aanleg ge- ÏJnivers t bben' 111 11615 bet altiJd betreurd, dat ik geen iboer 1 f°Pleiding heb gehad, ofschoon ik het, als ok eigenlijk niet noodig zou hebben." Wudt ii U eenmaa' den graad hadt behaald, dan 'Boudt - 6611 andere loopbaan gevolgd hebben en dan Ko v'6' 200 bard hoeven te werken!" len dat?! rvÜ*" Jeanne- u werkt toch zelve ook den hee- planeng- bovendien werken is gezond, 's Nachts goed te kaan Li n eetlust hebben en naar bed te das UT-* i gelukkiS bewustzijn van een welbesteden E? zii Hoï - h6t leven beter hieden?" In het duister op haar f donkere °°gen vriendelijk glimlachend loon van f En to€n ineens weer op zijn gewonen nrii binnengaan^ "M&ar hCt W°rdt donker' Zullen Öe heele foSii d6" vo^enden ochtend al vroeg weg en tot aan ,,Waa bljeen' om bem uitgeleide te doen Fou brengen. agen' dle hem °°k naar het station uster Jeanne had geen gelegenheid gehad, even af zonderlijk met hem te spreken en zij was blij, dat hij dan ook door woord noch blik was teruggekomen op hun gesprek van dien vorigen avond. Maar nu zij wat ter zijde van de anderen stond, van wie hij al afscheid had genomen, trad hij op haar toe, om ook haar goeden dag te zeggen. Er stond een ondeugende flikkering in zijn oogen te lezen, terwijl hij haar zijn beide handen toe stak. „Ik hoop, dat je het mij vergeeft van gisteren avond", fluisterde zij haastig. „Ik heb je verkeerd beoordeeld." „Denkt u er maar niet meer over. Natuurlijk vergeef ik 't u. Kijk, dit is het bewijs er van." En tot verbazing van alle aanwezigen boog hij zich over haar heen en gaf haar een zoen, dat het klapte! Toen sprong hij vlug op de kar en nam de leidsels van den knecht, waarop hij vroolijk met de pet zwaaide. Den geheelen weg over naar het station had hij nog plezier in dat gezicht van Keith! „Ja, dat viel 'm niet mee, dien armen kerel! Maar het moest wel! Ik hoop en vertrouw, dat dit hem de oogen geopend heeft... Maar nu za.1 lk ook den titel van mijn novelle dienen te veranderen en ze noemen: „Het ont waken van Keith Walden." HOOFDSTUK IV. „Was Esmay maar thuis!" luidde de verzuchting van Mrs. Hassell. „Zij en Lallie zijn zeker ergens blijven thee drinken. Ik kan niemand vinden hier -in of om huis en ik durf Martha niet uitzenden met deze hitte." „Is er iets, dat ik voor u doen kan?" vroeg Zuster Jeanne, opkijkend van haar werk. „O, neen, geen denken aan. lieve! Ik zocht iemand, die de thee zou kunnen brengen aan Keith op het veld. Hij is om vier uur thuis geweest, maar toen was ik nog niet klaar, en hij heeft mij toen gevraagd, ze hem ach terna te sturen. Hij is gaan maaien in de Witte Weide, het laatste veld nogal! En hij zal niet huis zijn, tegen dat de schemering invalt" Jeanne borg de blouse weg, die zij onder handen had voor Esmay en volgde Mrs. Hassell naar de keuken. „Is dit de thee?" vroeg zij en keek in een groote kruik, „en is dit het zakje boterhammen?" een pakje van tafel nemend, „Toe, laat ik dat er nu eens heenbrengen. Ik vind het een mooie wandeling en de zon is mij niet licht te warm." „Ik geloof niet, dat Keith het prettig zou vinden", luidde het weifelend antwoord. „O, ja, zeker!" antwoordde Jeanne lachende. „Hij zal zoo blij zijn, dat hij de thee heeft, dat hij er zioh niet veel om bekommeren zal. wie ze hem brengt. Want hij meet geweldige dorst hebben. Het is al over vijven. Dus de Witte Weide is het laatste veld?" „Juist. Het komt uit op de rivier, als je maar recht toe recht-aan het pad volgt, kan je niet verkeerd loopen. Maar het is een lange wandeling... En hoor eens hier, Jeanne, je moet heusch nog iets anders opzetten behalve dat musje. Je zoudt nog een zonnesteek krijgen!" Maar „iets anders" was niet ihakkelijk te vinden, want de meisjes hadden zeker allen haar tuinhoeden in ge bruik en Jeanne. die goed begreep, hoe Keith zou ver langen naar zijn thee, nam lachende Martha's rood ka- tornen muts. Ondans de hitte liep zij vlug; eerst door een weide, waar de kalveren te lui waren, om haar na te loopen en toen door een, waar bezadigder vaarzen tot aan de knieën in de sloot stonden, steeds met den staart de vliegen wegslaand; daarna weer door een groote weide, waar heel wat koeien, zwaarwichtig peinzend, aan het herkauwen waren. Het was Inderdaad een lange wandeling en met een zuoht van verlichting klapte Zuster Jeanne nu het laat ste hekje open en zag vóór zich een veld vol golvend gras. In de verte hoorde zij het gonzend geluid van de maaimachine en ze liep tusschen de hoopen gemaaid gras in de richting naar de rivier. Boven de zee van wuivend groen zag zij den hoed van Keith en de knikkende koppen van de paarden; maar tot haar verdriet werd zij gewaar, dat ze juist den anderen kant uitgingen, dus dat ze zou moeten wachten, tot ze nog een keer rond geweest waren. De rivier, een kronkelende stroom met hooge oevers, zag er heerlijk koel uit en ze was al van plan. daar zoo lang te gaan zitten, toen Keith eerst den grasrand langs den oever ging maaien, zoodat het nu ook niet lang meer duurde, of hij kreeg haar in het oog. „Hij zal er zeker niet uit kunnen wijs worden, met die muts op", daoht zii. Maar toch scheen hij haar her kend te hebben, althans hij wuifde met zijn hoed en zij wuifde terug met haar roode muts. ofschoon ze er het volgend oogenblik spijt van had: ze leek wel zoo'n boerendeern, in een jolige bui! Toen ineens zuchtte zij en een peinzende blik kwam in haar oogen: veel van die boerenmeisjes waren gelukkiger dan zij; dat was ze ker waar! Wat had zij ze niet innig blij en vergenoegd zie.i kijken, als zii ze met haar vrijers in de stille laan tje-. was tegengekomen. Ze was moe en warm en wat dreef gestemd, terwijl zij den man naderbij zag komen, adhter de zwoegende paarden. „Een held in hemdsmouwen". Waar had zij dit ook we:r gelezen?... Ja, maar dat was hij precies. Hij was kn .p om te zien en een heel vriendelijk gezicht had hij oo!:, nu hij haar zoo toelachte. Was hij maar een een voudige boer en zij een eenvoudig boerenmeisje, die hem zijn thee kwam brengen!... Haar wat een dwaze gedachten waren dat toch alle maal! Ze kreeg hard lust, om de kruik en het zakje maar neer te zetten en te vluchten. Maar daar was het nu te laat voor; de paarden waren al bijna vlak bij; ze konden maar net langs haar heen; meer ruimte was er niet F-eeds hoorde ze een waarschuwing... Ze voelde den grind onder zich wegzinken en stak de armen omhoog, in een vergeefsche poging om haar evenwicht te bewa ren... Daar volgde een plons; het koude water scheen haar in mond. neus en ooren te loopen; haar te verstik ken en te verblinden en zij voelde, dat ze zonk; steeds dieper... Ze kon niet zwemmen, maar toch was. zij niet ba ig. Ze scheen te wachten, waarop dat had zij zelve niet kunnen zeggen. Het viel haar in. dat zoo'n frisch bad. op een dag als deze, lang niet verwerpelijk kon zijn. Wel vond ze het vroeselijk jammer, dat de thee haar waarschijnlijk ver gezeld had in haar val. Het leek haar een eindelooze tijd, eer zij gegrepen werd door iets groots en zwarts, dat haar terugtrok in den zonneschijn en haar een heel eind droeg, tot ze zich he2l zwak en naar voelde. Toen zag ze geen licht meer en scheen in slaap te vallen. „Jeanne! Jeanne!" De stem leek een heel eind af. Was het wel een sten»? Of was het 't gelui van een kerkklok?... Daar hoorde zij het roepen weer, zóó wanwopend-verlangend, dat zij haar best deed. om te antwoorden, om het gevoel van machteloosheid te overwinnen, dat andermaal over haar gekomen was. Enkele minuten later sloeg zij de oogen op en merkte dat zij op het gras lag. Ze zag alles in één oogopslag; den rivieroever, de paarden, die daar vlak bij stonden, den blakende zonneschijn en de druipende gestalte van Keith Walden, die naast haar knielde, doodbleek on der zijn gebruinde huid. „Is u nu wat beter?... O, den Hemel zij dan!" riep hij. „Ik dacht, dat u nooit weer bijkwam...! Ik begrijp het nog niet... Zóó zag ik u staan en zóó lag u in het water!'' Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 5