Schager Courant Allerhande. ■fe Tweede Blad. _jf: De beker van koningin Elizabeth Arrondissements Rechtbank te Alkmaar. Schatten van Schoonheid I Donderdag 23 Juni 1932. 75ste Jaargang. No. 9094 eker de in land ende, Dpend en uur. I. van ïr i ur. Op ven, tijd. XLVI. alle wij rdoor Eigen hulp. Als wij tuinders, boeren, kleine bazen, enz., aan raden om zich Ie wapenen tegen crisis-gevolgen, dan hrijzen wij op de loonarbeiders, die zich verzekeren te ren de geldelijke gevolgen van werkloosheid. Deze doen dat vrijwillig en aan hun rerkgevers kost het niets. Op de contributiën, welke door kassen of vereenigin- gen van de leden worden geheven, verstrekt het Rijk volgens vaste regelen subsidie. Gemeenten, die, hoewel ze daartoe niet verplicht zijn. tot de rijksregeling toetreden, nemen de helft van dit subsidie voor haar rekening, doch slechts -oor de leden der kassen, welke binnen haar gebied voonachtig zijn. Beginnen de arbeiders niet zelf, dan is er van [eenig recht op uitkeering geen sprake. Komen zij, on verzekerd, in nood, dan zijn ze om in het leven te blijven, aangewezen op de burgerlijke en/of kerkelijke liefdadigheid. Deze heet „armbestuur" of draagt een meer menschelijke naam, bijv. maatschappelijk hulp betoon. Als er geen crisis is, met andere woorden in wat wij loemen „normale" tijden, besteedt de liefdadigheid in [Nederland bijna 100 millioen gulden per jaar. Broodsgebrek en andere ellende gelden dus blijk bar in onze gewone, crisis-looze samenleving als Ibec! no r m a 1 e verschijnselen! T Dit is maar een opmerking tusschen haakjes, om dat het. ons nu alleen te doen is, om duidelijk in het licht, te stellen, wat de werkloosheidsverzekering be- Iteekent. Zij geeft, binnen bepaalde en nog al te nau we grenzen, recht op uitkeering. Men verzekert zich als het ware gedurende eenigen tijd de doorbetaling tan het loon, zij het dan niet voor 100 Anders staat het bij steunregelingen. Die zijn ge- seerd op de gezinsbehoefte, zoodat er ook geregeld controleerd wordt, welke inkomsten, bijv. uit arbeid fan vrouw en kinderen, daar voorkomen. Zijn die er, in daalt automatisch de steun: de behoeftigheid loet vooral in stand blijven! In tal van landen is de verzekering tegen de ge- ilgen van werkloosheid verplicht. Daar zijn in to- il Rusland daargelaten 35.000.000 verzekerden. In S landen is de verzekering vrijwillig. Hier zijn [910.000 verzekerden, waarvan 3S8.000 in Nederland. Dat is geen slecht getal, doch lang niet zoo groot, [als het zou kunnen en moeten zijn. [•Ook hier zal het wel tot een verplichting komen en [als dc regeering gewild had, was het zeker reeds zoo (er. In Den Haag, bij dit ministerie, moet men echter iet op voortvarendheid rekenen, als het goede din- betreft. [Mttr. om tot ons uitgi.ngsp-.nt terug te keeren, als "ers en andert n wat weerstandsvermogen willen ezitten. indien zij door en crisis worden bestookt, I dan zullen zij zelf moeten aanp'klcén. fn hun krin- m gen zegt men gransr: God helpt, wie zich helpt! Welnu, laten zij dan beginnen. Irbeid. Op het onlangs gehouden onderwilzers-examen boesten de candid .en evenals altijd een opstel ma- [ken. Zij, die voor het staatsexamen in aanmerking I kwamen, hadden de keus uit deze onderwerpen: 1. Slechte tijden. 2. Reclame. 3. Kinderleed. (4. Een gezellige avond. 5. Arbeid is des lichaams voeder; Arbeid is der deugden moeder; Arbeid is der ziele hoeder. Bedenkt men, dat dit examen door achttienjarigen kan worden afgelegd en dat deze kinderen anderhalf i &111 uur lijd hebben om hun wijsheid aan het papier toe te vertrouwen, dan is er alle reden om aan te nemen, CHAE dat het vijfde opstel door weinigen zal zijn gemaakt. I En dat over „Slechte tijden"? j De omstandigheden n.akc.i het wel actueel, doch aanlokkelijk schijnt het ons niet voor jongelui; die SjCS geslaagd, Das zuil- ondervinden, dat de tü- FEUILLETON 5000 r ten ^OOCOOOOOOOCXJCOCJOaOOIOOO ien' ÖOOiOCX)CX)CX)ÖOQOC(OOiOC>OCX)Oö MER f witte iten. Naar het Engelsch FERGUS HUME. Het enkele feit. dat mijl* neef dien avond na tienen miten was. is nog geen bewijs van zijn sohuld. zei Fanshaw onzeker. „Maar hebt u hiervan iets tegen lOlti Richard gezegd?" stkjfl "Neen", antwoordde juffrouw Tuokle. „als hij hier gebleven was. zou ik het hem hebben verteld om hem i waarschuwen, voorzichtig te zijn. Maar nu hij toch vegging, vond ik het maar beter te zwijgen." f Al "Zwijst u er dan verder ook over. Morgenochtend SfcTaten we er nader over- Ik m*in neef schrijven en... Iettr:^ brak abrupt af, plotseling bedenkend, dat Richard jjgeen adres had willen achterlaten. f „O, meneer, u gelooft toch heusch, dat hij onschuldig |Js?" drong de oude vrouw, nog nasnikkend, aan. efll "Ja" antwoordde de jonker met een klank van ze- tefli|kerheid in zÜn stem, ofschoon hij huiverde. „Gaat u MER ■Plaar rustig slapen, jufrouw Grant. Ik geloof, dat Ri- Fchard onschuldig is." EEN SNIPPER PAPIER. kshffif De jonker dwong zichzelf op opgewekten toon te Spreken, omdat hij het trouwe, toegewijde hart van de U J oude buishoudster niet aan angst en twijfel ten prooi g (Wilde laten. Juffrouw Tuckle had voor Richard Gould n - gezorgd, toen hij nog een kleine jongen was en hoewel voor hem nooit zoo'n diepe genegenheid had gekoes- gje als voor haar jongen meester, zou het een versohrik- tiaif k®bjke slag voor haar zijn te moeten gelooven dat Ri- yV Chard een moordenaar was. Maar daar ze onwrikbaar (Vertrouwen stelde in Lionel, die in haar oogen geen l gewaad kon doen, ging ze getroost weg, nadat ze beloofd had aan niemand iets van het gesprek te vertellen. den^lecht zün en dat het. moeiliik valt ti den zegen van den arbeid deelachtig te worden. Want het is alles waar, volkomen waar, wat er van den arbeid wendt zegd. Wi I.jm moet missen, zal het ondervinden. Hij is de grondslag en de onmisbare voorwaarde voor ons bestaan. Althans dat behoorde hij te zijn. Ongetw feld steekt er waa.lieid in do bewering van hen, die zeggen, dat het in ;e samenleving eerst recht goed kan worden, als de arbeid ten troon wordt geheven. Jammer genoeg lijkt het daar nog bitter weinig op. 4 X 100 meter f 6000. Dit lijkt wel een sommetje, doch elke flinke leer ling, die tot boven de 1000 rekent, ziet onmiddellijk, dat het wat anders moet zijn. Laten wij het raadsel maar oplossen. Vier Hollandsche meisjes zijn er verleden Zondag voor een week ondanks de snik-hitte in geslaagd, de 4 X 100 M. estafette te loopen binnen den Nederland- schen record-tijd. Zij klopten daarmee tevens de Duitsche ploeg, de kampioen van Europa. Sportief gesproken is het dus een kranige prestatie en onmiddellijk is het denkbeeld geopperd, om het zegevierende viertal in de gelegenheid te stellen deel te nemen aan de Olympiade te Los Angelos, opdat 7.ïj kans krijgen daar de Nederlandsche kleuren ter overwinning te leiden. .Hiermee is echter f6000 aan kosten gemoeid en ziedaar de oplossing van wat' een rekensommetje lijkt. Gerekend zal er niettemin moeten worden, want de duizendjes vliegen niet langs de straat. Me nigeen zal dan ook geneigd zijn om zich af te vra gen of er in een tijd als deze geen andere zorgen zijn dan ten koste van grof geld aan den anderen kant van de aarde in het zweet te gaan loopen. Wat zal er verspeeld zijn als daar in het filmland de Nederlandsche vlag een keer minder omhoog gaat? Aangenomen dan, dat onze hardloopsters zouden winnen, wat natuurlijk niet bij voorbaat vaststaat. Wie nu meent dat wij niet voor sport voelen, heeft het volkomen mis. Er behoort echter maat te zijn in alle dingen, ook op sportgebied. Inderdaad: zelfs op sportgebied. Bij de kiosk. Deze week in Amsterdam zijnde, zagen we bij een kranten-kiosk een heele verzameling jongelui staan. „Zou er wat aan de hand zijn?" vroegen we on zen Amsterdamschen kennis, die ons vergezelde. „Weineen", zei hij. „Dit is een dagelijks terugkee- rend verschijnsel. Zoo aanstonds komen de eerste avondbladen uit en daar wachten ze op. Het is te doen om de advertenties, waarin personeel wordt gevraagd en zoodra zij iets zien, waar ze denken een kansje te zullen hebben, gaan ze er zoo gauw moge lijk heen, om te probeeren de eerste te zijn. Hun markt is echter overvoerd: veel aanbod geringe vraag." Geen relletje dus, geen opstootje, zelfs geen gewoon oploopje, waarin de Amsterdammers zoo sterk zijn, als zich iets bizonders voordoet: een paar vechtende honden of jongens, een hoed in het water of een sperwer die in een zwerm duiven valt. Het was, heel simpel, een crisisverschijnsel! En niet een van de onschuldigste. Wat zouden deze jongelui er van maken, als zij eens in de gelegenheid werden gesteld om op hun eigen wijs een loflied op den arbeid te zingen? Hoe is het ook weer? De voeder van het lichaam. De moeder van de deugden. De hoeder van de ziel! Inderdaad, het gaat ook om de ziel van de ge dwongen leegloopers! MEERVOUDIGE STRAFKAMER. ZITTING VAN DINSDAG 21 JUNI. Uitspraken van Dinsdag 14 Juni: Gerardus A., Bgmond aan Zee, hooger beroep jacht wetovertreding, vrijspraak. Johannes Sj., Venhuizen, thans in voorarrest, dief stal van kippen, meermalen gepleegd, 4 maanden gev. voorwaardelijk met 3 proefjaren en op te leggen bijz. voorwaarden. DE EERSTE DAG VAN HET NIEUWE JAAR ZETTE ZICH AL MISERABEL SLECHT IN. Een op Nieuwjaarsdag op den rijksweg onder Schoorl door den 50-jarigen heer Simon Petrus van N. uit Julianadorp veroorzaakte aanrijding met een ander motorrijtuig bracht wel geen materieele schade te weeg, doch was voor den heer van N. een bron van vele onaangenaamheden. In de eerste plaats werd hij op 4 Maart, trots zijn tegensputteren, veroordeeld tot niet' minder dan f 40 boete of 40 dagen. Vervolgens werd hy toen de zaak in hooger beroep diende, niet ge waarschuwd, toen hij in den corridor geduldig zat te wachten en bevestiging van het in eersten aanleg ge wezen vonnis gerequireerd en uitgesproken, zoodat er voor den veroordeelde niet anders opzat dan In verzet te komen, welke verzet-zaak hem thans noopte, even als de twee getuigen, de heeren L. v. Riesen en L. A. Klerk, ten derde male voor de rechtbank te verschij nen. Evenals bij de vorige behandelingen bleef de heer van N. heden alle schuld aan de aanrijding ontkennen, zulks in tegenspraak van de nu ten derde male ge hoorde getuigen, de heeren van Riesen uit Petten en Klerk te Alkmaar. De President koesterde veel belangstelling omtrent de kapitaalkrachtigheid van den appellant, wat al een verdacht criterium was, terwijl de Officier na verkla rende toelichting het vonnis van den Kantonrechter zoo onberispelijk achtte, dat hij met hart en ziel be vestiging requireerde, ook wat betreof de zwaarte der boete, omdat appellant omtrent zqn financiën geen open kaart wenschte te spelen. Af die kous. TWEE ROTTERDAMSCHE KRAAKJESMAKERS TE DEN HELDER OP AVONTUUR UIT. MEVROUW CHAUFFEERDE! Ter variatie van hooger beroep-zaakjes en dergelijke minder interesante besognes, verschenen heden op uit- noodiging van den heer Officier twee Rotterdamsche beoefenaars der edele inbraaksport in de personen van den 30-jarigen schilder Jan D. en diens 35-jarigen col lega Nic. v. d. B„ welke laatste heer thans een rust en zondenoverdenkingsplaats is bereid in het huis van bewaring te Alkmaar. Deze bescheiden en vermoedelijk niet al te werklus tige (zelfs in tijden van overvloed) volgelingen van Rembrandt, hadden zich in Januari j.1. begeven naar Den Helder, natuurlijk niet om schilderswerk te zoeken, In dat opzicht kon Lionel gerust zijn. Of Rioky schul dig was of niet, het zou zeker niet aan jufrouw Tuckle te wijten zijn, wanneer hij gestraft werd. Toch maakte de jonker zich ernstig bezorgd over de veiligheid van zijn neef, want als Susan er achter mocht komen, dat Richard op den bewusten avond na tienen buitenshuis was geweest, zou ze er ongetwijfeld geen gras over la ten groeien om naar Tarhaven te gaan en den inspecteur over te brengen, wat ze wist. Om de belooning machtig te worden, zou Arnold natuurlijk in actie komen en Ricky zou worden gearresteerd... tenminste, als ze hem konden vinden! En waar was de jongeman op het oogen- blik? In zekeren zin beschouwde Fanshaw het thans als een lichtpunt, dat de verblijfplaats van zijn neef on bekend was. Maar dat nam niet weg, dat hij zelf gaarne met Ri chard in verbinding zou stellen. Met korte tusschenpoo- zen stuurde hij een viertal brieven naar Ricky's club. het eenige adres, waar deze hem misschien zouden be reiken. Maar er kwam geen antwoord en zoo wist Lio nel niet, of Ricky zijn brieven ontvangen had. Ten einde raad ging hij Rose Carr opzoeken in de hoop. van haar wellicht het adres van zijn neef te weten te kun nen komen. Maar Rose, die den indruk maakte in dit opzicht oprecht te zijn, verklaarde, dat ze sinds zijn vertrek niets meer van hem gehoord had, en evenmin wist, waar hij zich thans bevond. „Toen hij wegging, meneer Fanshaw," deelde ze mede, „zei hij, dat hij misschien nog naar het buitenland moest, naar Parijs of Weenen, om een vriend te ontmoeten. Ik ga naar juffrouw Quail, de vriendin van mijn tante, en daar komt Ricky de volgende week bij mij, een paar dagen voor we trouwen. Daarna gaan we op reis. Vóór ik naar Londen vertrek, kan ik u het adres van juf frouw Quail wel geven. Ik wilde, dat ik maar direct kon gaan, want tante Susan maakt me gewoonweg gek met haar gesar, maar ik moet tot begin volgende week wachten, omdat meneer Trill me, die vijfhonderd pond niet eerder kan geven. Ricky heeft u daar zeker wel iets van verteld?" „Ja," antwoordde Lionel kortaf, zonder veel belang stelling .Toen wachtte hij even en vervolgde, met na druk sprekend en Rose recht in de oogen kijkend: „dus je kunt me niet aan het adres van mijn neef helpen?" „Neen. meneer Fanshaw. Ik heb ii al gezegd, dat ik niet weet, waar hij is... ik denk in Parijs of Weenen. Maar eind van de volgende week komt hij J>q juffrouw Quail en dan..." „Geef me haar adres nu maar vast," viel Lionel haar in de rede. Daartoe was Rose direct bereid en den volgenden morgen reisde hij naar Londen om daar zijn nasporingen want dit geluk zouden zij daar evenmin vinden als op Nova Zembla, maar om eens rond te loeren of er ook wat te vinken viel. Hun keus viel op den winkel met kantoor van den heer A. Coltof en wisten zij zich toe gang te verschaffen langs den meer en meer gebrulke- lijken weg, namelijk door een raam en gelukte het hun te bemachtigen een bedrag van f 23 in contant geld, een aantal briefkaarten met firmanaam, zeer actueel, eenige twintigjes vanifcjnitas, op hoop van zegen, 'n bos sleutels die misschien op andere perceelen pasten, eenige vreemde munten, waarvoor wellicht de Officier van Justitie belangstelling kon koesteren, benevens een aantal postzegels van 6 cents, bruikbaar zoowel voor inbrekers als evangelie-verkondigers. De heer N. van der B„ die een zeer geleerden indruk wekte door het bezit van een kalen kruin er een uilen- bril, bezette als eerste en oudste nummer de eereplaats op het zondaars-bokkebankje. De tweede verdachte, Jan D.. zag er wat frisscher en jonger uit, maar miste allo wetenschappelijke distinctie. Uit het verhoor bleek al aanstonds, dat de heeren in gezelschap van zekere mevrouw Stienstra uit Rotter dam, als chauffeur, zich in haar auto naar Den Helder hadden begeven. Zij gingen vervolgens in de duistere Heldersche straten op onderzoek uit en vonden al spoedig een geschikt perceel om hun geluk te beproe ven, doch het felle blaffen van een nijdige waakhond maande hen tot voorzichtigheid en ^erd alsnu de keus gevestigd op den winkel van meneer Coltof. Mevrouw Stienstra, een zeer welwillende dame, was zoo vriende lijk de wacht bij de auto te houden en verwelkomde bij de behouden terugkomst hartelijk haar ondernemen de passagiers. De opbrengt van den zoeten inval werd door de heeren schilders broederlijk gedeeld. De histo rie vermeld niet of de snoezige mevrouw Stienstra eveneens een aandeeltje bekwam bij wijze van souve nir, doch volgens de heeren verdachten was zij volko- -roen met het doel van het uitstapje op de hoogte! O. Kovacs! Uit het strafrechterlijk doopceel werd ons duidelijk, dat de heer Nic. v. d. B. in ieder geval zijn eerste proefstuk niet had afgeleverd. Hij stond althans geno teerd voor een zevental veroordeelingen. Door den heer Willem Christiaan van Teunenbroek reclasseeringsambtenaar te Rotterdam, werd een en ander medegedeeld omtrent de mentaliteit van den eersten verdachte en luidde diens conclusie, dat de re- classeeeringskansen nog niet ongunstig waren. Het „Hooge Land" scheen echter niet bereid hem met open armen te ontvangen en aan zijn broederlijk hart te prangen. Eén voornaam punt in het voordeel van ver dachte v. d. B. kon worden genoemd en wel dat hij geen alcohol-consument was. Wat den tweeden verdachte, Jan D„ betrof, voor hem was vermoedelijk in „Het Hooge Land" een plaatsje te vinden, voornamelijk op grond, dat hij ongehuwd was. De heer Officier schetste in vloeiend proza het ver- loop van den nachtelijken tocht, terwijl mevrouw ge duldig en in dienende liefde in den auto zat te wach ten en te dutten. Omtrent de paedagogische plannen van den heer v. Teunenbroek stond de heer Officier tamelijk sceptisch, zoóals Z.Ed. nader ontwikkelde. Het belang der maatschappij stond bij den Officier hooger dan dat van het individu, daarom kon de Offi cier voor verdachte niet minder straf vorderen dan 3 jaar definitieve gevangenisstraf. voort te zetten. Allereerst gin hij naar de woning van juffrouw Quail. dje bevestigde dat Gould daar pas te gen het einde der volgende week verwacht werd, enkele dagen vóór hij met Rose in het huwelijk zou treden Verder kon Rose's aanstaande gastvrouw heim geen inlichtingen geven over Rioky en zijn plannen. Hier was Lionel dus niet veel wijzer geworden en hij beproefde thans zijn geluk in Gould's club. Daar vond hy. alle brie ven, die hy zqn neef gesohreven had, nog ongeopend in het rekje van de portiersloge. De jongeman bleek in geen weken op de club te zijn geweest en had er zelfs te kennen gegeven, dat hij erover dacht zijn lidmaat schap op te zeggen.Ricky was onvindbaar, spoorloos ver dwenen. alsof de aarde hem verzwolgen had. en de jon ker kon onverrichter zake weer naar Hurton terugkee- ren. Hoe meer hii over juffrouw Tuckle's onthulling na dacht. hoe minder hy de beklemmende gedachte van zich kon afzetten, dat Ricky méér van den moord en de verdwijning van den beker wist dan de jongeman wenschte te erkennen. Den avond, dat de beide misdrij ven waren gepleegd, was hij niet alleen na tienen bui ten geweest, maar hü was daarbij met de grootste ge heimzinnigheid te werk gegaan en had kennelijk ge poogd by zijn huisgenooten den indruk te vestigen, dat hy tezelfdertijd in bed had gelegen. Of Ricky's tocht in verband stond met den diefstal van den beker of dat hy den ouden Tollhurst had vermoord, kon Lionel niet uitmaken, want dat de beide misdaden niet door den zelfden persoon waren bedreven, stond na Anita's me- dedeelingen bq hem vast. Maar met bloedend hart kwam de jonker tot de conclusie, dat zqn neef de moordenaar óf de dief moest zijn. En den jongeman kennende, was Lionel ge neigd aan te nemen, dat hq zich in elk geval niet aan het ergste schandstuk had schuldig gemaakt. Hii hoopte en bad. dat het zoo mocht zijn... Als hii Rioky vinden kon. dan zou hij hem wel tot een verklaring dwingen omtrent zijn doen en laten dien fatalen avond. „Denk je, dat Susan Tollhurst Richard gezien heeft?" vboeg Anita, toen Lionel haar verteld had, wat hii van juffrouw Tuokle had gehoord.Het was den middag na zqn vergeefsche reis naar Londen en ze zaten bij elkaar in den salon van „de Olmen." Fanshaw schudde ontkennend het hoofd. „Neen. als dat het geval was. zou ze allang naar de politie zijn gegaan. Wat Ricky dien avond ook mag hebben uitge spookt, geen levende ziel heeft hem gezien, behalve dan juffrouw Tuckle, die hem uit de Hall zag wegsluipen. Of het moest zijn, dat je vader..." Lionel aarzelde. „Vader was in bed," bracht Anita opgewonden in het sluimeren in Uw huid. Gelaatsmassage met Purol wekt ze tot nieuw leven. Een handleiding voor gelaatsmassage ontvangt U gratis bq koop van Purol (doos 30 ct„ tube 80 ct.) Alleen bij Aphoth. en Drogisten. Met betrekking tot Jan D. was de heer Officier milder gestemd en bereid tot transactie, stelde in dit geval voor een gecombineerde straf en wel een on voorwaardelijke straf voor den tqd van 2 jaar en voorts 1 jaar voorwaardelijk. Mr. Judell, optredende in het belang van den gede tineerden verdachte, verheugde het na lange afwezig heid in de strafrechtzaal voor dezen cliënt te mogen ageeren. Hij vergeleek hem uiterlijk meer met een on schuldig uitziende bediende van Vroom en Dreesmann of een eerwaardig notarisklerk en gevoelde ook als pleiter veel sympathie voor dezen misdadiger. Pleiter betwqfelde of hq met een geraffineerd inbrekersplan naar Den Helder was getogen en geloofde stellig dat hij ernstig had getracht een behoorlijk leven te lijden. Mr. Judell vermeende voorts dat de gevorderde straf niet wettig was geoorloofd. Ten slotte concludeerde pleiter het opleggen van een voorw. straf. De Officier gaf in zijn repliek toe, dat pleiter inder daad gelqk had wat betrof de strafvordering en wij zigde alsnu zijn eisch tot het opleggen van een on- .-«orwaardelqke straf en wel voor den tijd van 3 jaai onvoorwaardelqk. Daarna sluiting der behandeling, na dat alsnog conform de wet het laatste woord was verleend aan de heeren verdachten, HERNIEUWD OPTREDEN VAN HET HOORNSCHE INBREKERSTRIO. Hoe aangenaam hét den artist mag zijn, Indien hij ter belooning zijner schitterende prestaties door het enthousiaste publiek met spontane bqvalsbetuigingen wordt „terug" geroepen, heel wat minder streelend is het voor den zondaar tegen de geboden der strafwet, indien de rechtbank hem diezelfde attentie bewijst. Evenwel werd het drietal inbrekers uit Hoorn, de heeren Willem V„ Anth. H. en Jan W., deze opmerk zaamheid bewezen, echter niet op grond van de afge dwongen bewondering, doch omdat men met den chauf feur Jan W., die de vorige week niet present kon zqn, aangezien hij in militairen dienst vertoefde, persoonlijk eens wilde kennis maken om te zien wat voor vleesch men hier in den kuip had. De heer Jan W„ thans weer in de burgermaatschappij terug gekeerd, deed zich kennen als een uiterlijk zeer net jongmensch, alleen 'n tikjevrijpostig. Wat zijn persoon betrof, was de Officier zoo vriendelijk, de dag vaarding nog eens gedeeltelqk voor te dragen. De overige bqzonderheden zijn bekend en dus kunnen wij voor de rest wel kort zijn. He't geïncrimineerde feit werd ook door verdachte Jan W. toegegeven. De heer Wiggers zag nog wel eenig licht in dit geval en advi seerde wat Jan W. betrof een voorw. straf. Overigens werden nog al wat woorden verspild over een Man chester of een gestreepte broek. Maar omdat allemaal uit te leggen, hadden we nog wel een kolom compres noodig. Dus soedah! De heer Officier hield nog een loffelijk kort requi sitoir en ging al spoedig over tot de distributie der (door den Officier verlangde) straffen. De verdachte Willem V. kreeg ruimschoots zijn deel van het magi strale odium en werd tegen hem gevorderd 10 maanden gevangenisstraf en wel 6 maanden definitief en 4 maanden voorwaardelijk. Tegen H. werd gevorderd een voorw. straf en wel 3 maanden met 3 proefjaren. Ten slotte bedacht de Officier Jan W., het meneertje van den kouden grond, salva refesentia, volgens den Officier, met 3 maanden gevangenisstraf onvoorwaar delqk. Willem V. was erg aangedaan en verzocht snikkend clementie. Mr. Buiskool, opponent van dezen verdachte, bepaal de zich tot de strafmaat en bracht den heer Wiggers hulde voor zqn bemoeiingen. Met zijn gewone welspre kendheid en sympathieke woordenkeus verzocht mr. Buiskool een verminderde straf en wel 3 maanden on voorwaardelqk en het restant, 7 maanden, voorwaarde- lqk. Mr. Prins, verdediger voor A. H„ had een veder lichte taak en refereerde zich aan het requisitoir, dat hem ditmaal zeer aannemelijk toescheen. Uitspraken a.s. week, EEN ZACHT KOSTJE ALS DESSERT. De 21-jarige boekhouder Jan K. uit Oosthuizen was door den Kantonrechter te Hoorn veroordeeld tot f 10 boete of 10 dagen, naar aanleiding van het feit, dat hq in kwaliteit van autobestuurder op 16 Februari te Hoorn op den zeedqk een aanrijding had veroorzaakt met den aangespannen bakkerswagen van bakker de Beurs, bestuurd door den bakkersknecht Jan Schour wen uit Avenhorn. Hoewel de opgelegde straf betrek kelijk maar een schijntje was te noemen, gevoelde de veroordeelde echter geen schuldkriebeiing en kwam hq meer uit een oogpunt van onbevredigd rechtsgevoel en last not least wat betrof de gevorderde schade ad f 11.50, in hooger beroep tegen het gewezen vonnis. De zaak werd nu in appèl opnieuw behandeld, met midden. ..Ik kan niet gelooven, dat hij er iets mee te maken heeft. O," ze begon opeens zenuwachtig te schreien ..ik wilde maar, dat de beker teruggevonden werd. dan konden we weer tot rust komen." „Je vergeet, dat ook de moord op den koster moet opgehelderd worden, voor de zaak heelemaal uit de we reld is." merkte Fanshaw op. „Maar luister eens. Anita. toen je dien avond in de kerk was, heb je toen ook een verdacht geluid gehoord?' „Neen, waarom vraag je dat?" „Wel. de beker werd den volgenden morgen vermist, hoewel jij hem op het altaar had gezet. Ik zou zeggen, dat dit alleen mogelijk is, doordat iemand je bezig heeft gezien. Had je licht bij je?" „Ja, ik had een lantaarn uit het huisje van Tollhurst meegenomen." „Juist. En had je de deur laten openstaan, terwijl je naar het altaar ging?" „Ja. Ik haastte me zooveel mogelijk... dat begrijp je immers wel. Ik opende de deur met den sleutel, dien ik van den spijker had genomen en liep door het schip van de kerk naar het altaar. Daar ben ik enkele minuten geweest; toen ging ik weer terug, sloot de deur achter mij en bracht den sleutel en de lantaarn naar het huis je terug. „In die paar minuten, dat je in de kerk was. kan iemand je wel gezien hebben en door de open deur naar binnen geglipt zijn", meende de jonker. „Maar Lionel, dan moet ik dien persoon in de kerk opgesloten hebben." „Ongetwqfeld. En die voorloopig onbekende persoon is degeen, die denbeker heeft weggenomen. De vraag is nu, hoe deze persoon weer uit de kerk gekomen is. Hij kan niet door een van de ramen gegaan zqn, want die zijn van gebrandschilderd glas en kunnen niet geopend worden." „Misschien bleef hij in de kerk en hield zich verbor gen, totdat den volgenden ochtend de moord ontdekt was en heeft hq, toen de kerk eindelqk openging, kans gezien om in de algemeene opwinding ongemerkt weg te omen." „Ik geloof niet, dat dit gelukt zou zijn... in ieder geval was het veel te riskant om het te probeeren. Neen, er moet een andere verklaring zijn." Lionel stond op: blqkbaar had hy eensklaps een idee gekregen. „Laten we naar de kerk gaan, Anita," stelde hij voor, „en eens onderzoeken, op welke manier de dief zich uit de voeten kan hebben gemaakt." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 5