KOOPT Het Pad langs de Klip Ingezonden Stukken. De moord te Naaldwijk Sanjurjo ter dood veroordeeld. VlOff aJ&tijoC QSdspsA, funxdS'paJc^e. Holland's beste stan- daardmerk versch ge karnd met 25 °/o aller fijnste roomboter onder Rijkscontrole. Noordschanvoude, 24 Augustus 1932. Mijnheer de Redacteur, Namens de commissie uit de verschillende omroe pen, verzoekt ondergeteekende beleefd opname van het volgende. Uit de verschillende omroepvereenigingen is een commissie gevormd, welke zich ten doel stelt wer- keloozen en daarmee gelijk gestelden en die aange sloten zijn bij de Radiocentrales, maandelijks reduc tie te verleenen op het abonnementsgeld. Hiertoe is de samenwerking gezocht met de centralehouders en hebben wij van de Firma Hart en Kuit volledige medewerking ondervonden en zijn wij in staat ge steld de abonné's aan de Oostzijde van den Langen- dijk tegemoet te komen. Daarvoor onzen dank aan genoemde firma, die wel op zijn plaats is. Tot ons leedwezen is de centralehouder Schuitemaker niet bereid de commissie met dit nuttig sociaal werk te gemoet te komen en zijn dus de abonné's aan de Westzijde daarvan verstoken. De verwachting dat de heer Schuitemaker hiertoe alsnog bereid zou zijn is jammer genoeg niet bewaarheid. En wordt ons nuttig werk helaas voor de abonné's aan de Westzij de onmogelijk gemaakt. Bovenstaande wordt ook hiermede ter kennis ge bracht aan de abonné's aan de Westzijde. Bij voorbaat onzen dank, namens de commissie. A. KWADIJK Jr., Voorzitter, Noordschanvoude. St. Maarten, 24 Aug. 1932. Beleefd verzoekt ondergeteekende een plaatsje voor onderstaande in Uw veelgelezen blad. HET: WAAROM? Ik zit zoo in jnijn eentje te mijmeren. Ik heb van morgen heel wat menschen zien voorbij gaan met borden en opschriften. Zij gingen naar Alkmaar te demonstreeren voor hun en tevens de algemeene be langen. Ik vraag mij af: Waarom? Ik tracht die vraag op te lossen, goedschiks of kwaadschiks. Ik kan niet, totdat ik in mij zelf zeg: Och, wat bazel je toch. Ik vraag mij zelf af, waarom ik hier toch over pijns. Ik haal mij de klacht van den bouwer van Zaterdag jl. in uw blad geschreven, in mijn hoofd. Ook daartegenover sctel ik mij weer de vraag, waarom. Totdat opeens mijn oog valt op een adver tentie, ook in de Schager, waar wordt aangekondigd dat men voor -4 cent 3 K.G. aardappelen en 3 pond snijboonen of slaboonen of 2 kooien of 3 krop andij vie of 3 pond stoofperen kan koopen. Ik mijmer weer verder en denk dan aan het vele werk en kosten aan deze producten verbonden en denk dan: mag en kan dat zoo nog langer voortgaan? Dan krijg ik een antwoord, dat zegt: neen duizend maal neen. Nu zie ik voor mij een groote fabriek met heel veel arbeiders. De directie zegt de arbeiders aan dat - zij genoodzaakt is door den nood der tijden het loon met vijftig procent te verminderen. Nu zie ik ook een heele groep arbeiders die zeggen: dat nemen wij niet, voor niets werken dat kunnen wij niet; vanaf Maandag gaan we in staking. Voor niets werken gaat niet, maar, zoo vraag ik mij zelf weer af, waarom werkt de tuinbouwer dan wel voor niets? Wel tienmaal vraag ik, waarom. Wie kan mij in hemelsnaam voor niets laten werken? zoo vraag ik mij af. Waarom staken zij dan ook niet? Ik zie nu een groote plantage met een groot leger van hazen en een even groot leger werkgevende land arbeiders. Hun wordt niet een loonsverlaging aange zegd. Zij worden genoodzaakt door den nood der tij den voor niets te werken en niet allen voor niets werken, maar tevens nog geld toegeven. En indien zij niet meer hebben om bij te passen, wel aan, dan teekenen zij een Staatsschuldbekentenis, om ook die weer bij hun gratis arbeid toe te geven, om zoo doende het Nederlandsche volk van voedsel te voor zien. Maar, zoo vraag ik mij af welke macht, welke baas, kan toch in hemelsnaoam deze menschen dwingen voor niets te werken en nog geld toegeven? Waarom? Ook over dit waarom zit ik te pijnzen» totdat ik uit mijn binnenste een antwoord krijg, dat luidt: Omdat deze werkgevende iandarbeiders niet voldoende, althans onvoldoende zijn georganiseerd. Want waren zij dat wel, zij zouden dan, evenals die andere arbeiders uit die fabriek, hun eischen kunnen stellen en zeggen: wij willen wel producee- ren, maar dan loon naar arbeid ontvangen. Zoo niet, dan zijn wij genoodzaakt, door den nood der tijden op te houden met produceeren van voedsel. Dus met andere woorden: het parasiteeren van en zeker deel van het Nederlandsche volk van onze producten voor niets, moet ophouden. Nu reist bij mij de vraag weer, waarom ik dit alle maal schrijf. Want het kan immers toch niet en nooit geen werkelijkheid worden, dat een zekere groep tuinbouwers eischen kan stellen Alléén om de volgende reden niet: Als men hoort de uitlating van een minister in de Harmonie te Alkmaar en als slot deze spreker zei, dat al de tegenwoordige ellende Gods hand is. En men weet, daar mag men niet aan kr Waarom ik dit allemaal schrijf, ik weet het niet. Laten de betrokkenen zichzelf ook eens afvragen, waarom het zoo is en het zoo heel anders kon zijn. Geachte Red., bij voorbaat mijn welgemeenden dgnk. 't Rijpje. H. V. Rechtswezen. Vijf jaar gevangenisstraf. Jiispraak van het Haagsche Hof. Het Haagsch Gerechtshof wees heden arrest in de gisteren behandelde zaak tegen den 22-jarigen letter zetter J. P.P Th. de B., die door de Haagsche Recht bank wegens moord op de 16-Jarige Jacoba van der Caay te Naaldwijk veroordeeld is tot 6 jaar gevan genisstraf aoor te brengen in een bijzondere stra gevangenis, met ter beschikking stelling van de Regeering. Het Hof heeft het vonnis der Rechtbank vernie tigd en overeenkomstig de conclusie van het door Dr. F. J. Soesman uitgebracht rapport den verdachte veroordeld tot gcfbne gev.N renisstraf en deze op gelegd voor den tijd van vijf jaar. HOOFDPIJN NA HOOFDPIJN. Nu er volkomen vrij van. Een vrouw schrijft ons: „Ik zou iedereen, die aan hoofdpijnen lijdt, willen aanraden om Kruschen Salts te nemen. Voordat ik Kruschen gebruikte, was ik bijna nooit zonder hoofdpijn. Maar sinds ik het nu regelmatig neem heb ik nauwelijks meer hoofd pijn gehad, waar ik uiterst dankbaar voor ben, want hoofdpijnen kunnen iemand zich werkelijk ziek doen voelen. Eiken morgen voor mijn ontbijt neem ik steeds die kleine dosis Kruschen Salts in een glas warm water, en ik voel me nu uitstekend." Mevr. A. E. D. Hoofdpijnen kunnen gewoonlijk worden toege schreven aan een slechten toestand van de maag en aan een gestadige ophooping in het organisme van achtergebleven afval-stoffen, die het bloed vergifti gen en de algeheele gezondheidstoestand benadee- len. Verdrijf deze giften voorkom dat ze zich ooit weer kunnen vormen en U zult nooit meer eenige last hebben En dat is de manier, waarop Kru schen Salts verlichting brengt voor hoofdpijnen vlug en blijvend. Kruschen Salts helpt de natuur om uw lichaam volkomen* te zuiveren van alle achtergebleven, ver stoppende afvalstoffen. Begin morgen direct met „de kleine dagelijksche dosis" Kruschen Salts. Dan zult U heel gauw hebben afgedaan met al uw hoofd pijnen. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten a f 0 90 en f 1.60 per flacon. (Adv.) Dcch later gratie verkregen en zijn vonnis in levenslangen dwangarbeid gewijzigd. Na de revolntiepoging ln Spanje. Aanvankelijk werd uit Madrid gemeld, dat het Spaansche hooggerechtshof Donderdag generaal Sanjurjo, den leider van de laatste revolutionnaire actie in Spanje, wegens rebellie ter dood had ver oordeeld. Voorts werd generaal Herrens tot levenslange ge vangenisstraf veroordeeld en luitenant-kolonel Infan te tot 12 jaar gevangenisstraf. Justo Sanjurjo, de zoon van generaal Sanjurjo, werd vrijgesproken. De doodstraf in levenslange gevangenis straf veranderd. Later werd echter gemeld: Op aanbeveling van het kabinet heeft president Zamora het doodvonnis tegen generaal Sanjurjo in levenslange gevangenisstraf veranderd. Geen gemakkelijk besluit voor de regee ring geweest Minister-president Azana verliet Donderdagavond om 20.45 de particuliere woning van den president der republiek, waarheen hij zich na den ministerraad in het parlementsgebouw had begeven. Hij deelde den persvertegenwoordigers de begenadiging van Sanjurjo mede. Naar het schijnt is het voor de regeering niet ge makkelijk geweest tot het besluit te komen, begena diging aan te bevelen. Op een zonder resultaat ver- loopen ministerraad van Donderdagmorgen volgde allereerst een bespreking met den president der re publiek, waarbij men evenmin tot een besluit kwam. Des m'ddags vond in het parlementsgebouw wederom een ministerraad plaats, welke 2& uur duurde en die ten 9lotte de beslissing bracht De re geering had daarbij vele zaken te overwegen, o.a, dat bij de begenadiging van den militairen leider van den opstand ook de leiders van den opstand te Ma drid niet konden worden geëxecuteerd In Madrid is echter veel bloed gevloeid, dat in ieder geval bij zondere maatregelen eischt Het proces tegen de opstandelingen zal in het be gin van de volgende week plaats vinden. Er zijn ver schillende doodvonnissen te wachten. Naar het schijnt heeft het feit dat slechts zeer weinig verzoeken om gratie voor Sanjurjo zijn inge diend, ook indruk op de regeering gemaakt. Onder de afgevaardigden waren er velen, die onder alle omstandigheden Sanjurjo wilden zien geëxecuteerd Dia waren in de eerste plaats afgevaardigden van de uiterst linksche zijde. Maar ook de gehec-le radicaal- socialistische fractie had voor de doodstraf gestemd. In verband met dit alles_ spreekt men dan ook reeds van de mogelijkheid van een regoeringcrisis, voor het geval nl. dat de beide radicaal socialistische ministers mochten aftreden. Ook de geruchten over een onmiddellijk voor de deur staande omwenteling blijven hardnekkig de ronde doen. VRACHTAUTO TEGEN EEN BOOM. Chauffeur door slaap overmand. Te Ede, op den Arnhemscheweg, is een vrachtauto van de Geldersche Packet uit Amsterdam tegen een boom opgereden. De chauffeur was door slaap over mand. Hij liep ernstige verwondingen op en is naar het ziekenhuis teArnhem overgebracht. De auto werd zwaar beschadigd. n Door de zee meegetrokken] 13-JARIGE JONGEN TE SCHEVENINGEN VER- DRONKEN VOOR DE OOGEN VAN ZIJN OUDER BROERTJE. OP EEN AUTO- BAND ZEE IN GEDREVEN. RED DINGSPOGINGEN MISLUKT. Het is dezen zomer op de badplaatsen, vooral aan het stille strand, een veel beoefende sport, om steunend o> een opgeblazen autoband zich peddelend door het wa ter te bewegen. Helaas is gebleken, dat deze sport vooi niet-zwemmers en kinderen, gevaarlijk kan zijn. Om vijf uur Donderdagmiddag waren twee kleine jon gens aan het stille strand te Scheveningen bij vrij kal me zee met een autoband aan het spelen. Om beurte gingen zij er op zitten en lieten zich eenigen tijd ronddr ven. De krachtige Oostenwind veroorzaakte evenwt een bovenstroom in Zuidwestelijke richting, dus van d kust af. Deze .stroom is een der knapen, een S-jarigei jongen, noodlottig geworden, want opeens bemerkte zijl oudere broertje, dat de band met zijn berijder zee waarts werd getrokken. Toen de jongen aan den kan zijn broertje attent maakte op het gevaar, was het al U laat. Snel werd de band naar een landhoofd getrokken Belde knapen riepen luid om hulp. Het ongeluk zou waarschijnlijk nog goed zijn afgeloopen, wanneer di wegdrijvende knaap In zijn angst niet van den auto band was gegleden. Terstond begonnen politie en bur gers reddingspogingen aan te wenden. Tegelijkertijd dal iemand met een reddingslijn naar den drenkeling toe- zwom, werd een der op het strand gestationneerde red dingsbooten in zee gebracht. De zwemmer met de red dingslijn bereikte den jongen iets eerder dan de boot, zoodat de zwemmer trachtte het knaapje boven water te houden tot men hem in de boot kon halen. Reeds aanstonds bleek de jongen er zeer ernstig aan toe te zijn: hij had veel water naar binnen gekregen en gaf weinig teekenen van leven meer. Op het strand heeft men nog geruimen tijd getracht met kunstmatige ademhaling de levensgeesten op te wekken, doch het mocht niet meer baten. Het oudere broertje was, zooalt te begrijpen is, zeer overstuur en was aanvankelijk niet in staat inlichtingen omtrent hun identiteit te geven. Ter kalmeering Is de jongen liefdevol in de tent van een der kampeerders opgenomen, terwijl de politie het lijkje wegvoerde. Dit droevig ongeval moge een waar schuwing zijn voor de velen, die zich zonder de zwem kunst machtig te zijn, op een autoband ver in zee wa gen. In een vlaag van waanzin, Achtjarig meisje door een jongeman ernstig aan de oogen gewond. Gistermiddag om vijf uur heeft de 23-jarige B. A M. K. te Leiden in een vlaag van waanzin gepro beerd zijn achtjarig buurmeisje J M. beide oogen uit te steken. Hij overviel het kind in een brand gang in de buurt van de ouderlijke woning. Met een aardappelschilmesje heeft hij het kind onder het linker en rechter oog een vrij diepe wonde toege bracht. Een courantenbezorger is er in geslaagd den man te grijpen en aan de politie over te leveren Hef kind Is door den eersten hulpdienst naar het acade mische ziekenhuis vervoerd, waar het geopereerd i? om de oogen te behouden. K. is naar het gesticht En degeest overgebracht. NOODLANDING VAN EEN HELDERSCHE VLIEGENIER, BU een landing op het vliegveld Molenheide, te GA»®- kwam het marine-verkeersvliegtuig F 8. bestuurd door den korporaal-vliegenier Kronenburg, uit Den Helder, in een kuil terecht en ging over den kop. Een wiel brak en het toestel bekwam nog verdere schade, zoodat het later door personeel van het vliegveld De Kooy ter plaatse moest gedemonteerd worden. De bestuurder be kwam geen letsel. """blue band FEUILLETON. UIT HET ENGELSCH VAN J. S. F L E T O H E R. HOOFDSTUK XVII Chantage. Indien Marston niet zoo diep in gedachten was ge weest over de jongste gebeurtenissen en niet zoo met gebogen hoofd naar Low Hall geloopen was, dan zou Bradwell Pike, die zooals gewoonlijk zacht als een kat kwam aansluipen, op zijn weg ontmoet hebben. Maar hoewel Marston, Pike niet zag, zag deze hem wel, en hij hoorde ook, dat Carret Marston aanriep. En toen de baronet stil stond en zich omdraaide om naar den ouden heide-opzichter te gaan, besloot Pike, die onver zadigbaar nieuwsgierig was, het gesprek af te luisteren. Hij trok dus zijn schoenen uit, kroop door de hooge brem-struiken, tot achter de olmen en bevond zich toen dicht bij de plek, waar Marston en Garret bij de heg stonden. Ieder woord kon hij nu hooren. De oude man en zijn nieuwe landheer spraken, zonder te vermoeden dat er een luistervink in de buurt was. En Pike's ingenieus brein was hard aan het werk. Hij was er den geheelen morgen al over aan het prakkizee- ren geweest, hoe hij 'n voordeeltje zou kunnen slaan uit hetgeen hij wist van die Zwarte Klip-zaak: en hier wat 'n geweldige bof was een nieuwe kans voor hem! Uit wat de oude Garret zei, bleek duidelijk dat 't tegen Birch en de Fransche juffrouw ging. En daar moest hij van profiteeren! Toen het gesprek geëindigd en Marston heengegaan was, sloop Pike voorzichtig weg en liep naar huis en dacht, zooals hij in z'n geheele leven nog niet gedacht had. Zoo was hij in zijn overpeinzingen verdiept, dat hij het maal, dat zijn hospita hem bracht, eerst onaan geroerd liet; en toen hij het eindelijk zag, en met eten klaar was, wist hij nie.t eens wat hij gegeten had, maar zijn plan was voor elkaar. „Wat ik doen moet", mompelde Pike, toén hij naar het spoorboekje zocht, dat kan geen uitstel lijden." Tot bij drieën was er geen trein naar Hallithwaite, en onder 't wachten overlegde hij alles nog eens zorgvul dig. En dientengevolge wandelde hij heel vrijmoedig, even over drieën, het kantoor van Birch en Zoon bin nen en vroeg naar den heer Holworth Biroh. Deze, die weinig meer van Pike af wist, dan dat hij bij het on derzoek een getuigenis had afgelegd, keek zijn bezoeker koel aan; het was enkel uit nieuwsgierigheid dat hij hem een onderhoud had toegestaan. Maar Pike was één van die menschen, die door koelheid niet geïntimideerd worden. Hij nam een stoel dicht bij het bureau van den rechtsgeleerde en knikte hem toe met een vertrouwe lijkheid. die Birch het voorhoofd deed fronsen. „Middag, meneer Birch!" begon Pike; hij deponeerde zijn hoed op den grond en vouwde zijn lange beenige vingers om zijn knieën. „U kent me, en ik heb het een en ander met u te bepraten. Zijn we hier veilig, me neer Birch?" vervolgde hij, naar de deur van het privé- kantoor kijkend. „Geen luistervinken in de buurt?" „Wat wenscht u?" vroeg Biroh. Pike stond plotseling op, ging op z'n teenen naar de deur en opende die zachtjes. Toen hij er zich van over tuigd had, dat die goed sloot en bedekt was met dik groen vilt, en dat er nog een deur achter was, ging hij weer zitten en grinnikte tegen Biroh, die nog boozer werd dan tevoren. Hij ergerde zich aan Pike's gedrag, maar hij had geen idee van wat er komen zou. „Men kan soms niet te voorzichtig zijn, meneer Birch!" merkte Pike op, weer met een vertrouwelijk knikje. „En wat ik u te zeggen heb, gaat niemand anders aan!" „Nu?" vroeg Birch ijskoud. „Wat is er?" „Natuurlijk," zei Pike peinzend, „had ik wel naar de politie kunnen gaan. Het zou ze wat waard zijn. te we ten wat ik weet. En ook naar meneer Sindal, hier te genover. En ook naar den jongen Sir Marston. Maar bij nader inzien vond ik het beter, naar u te gaan. Tus- schen ons gezegd en gezwegen, meneer Biroh, laat het mij ijskoud, dat Sir Cheville dood is." „Wat is het doel van uw bezoek?" vroeg Birch. Hij keek zijn bezoeker scherp aan en de eigenaardige schit tering in Pike's groene oogen viel hem op. „U hebt ge dronken", viel hij plotseling uit. Pike's dunne lippen krulden verachtelijk. „Streng geheel-onthouder!" antwoordde hij. „Nooit in mijn leven een druppel gehad. Neen, meneer Birch, maar er is mij iets bekend, en u zoudt voor geen geld ter we reld willen, dat iemand dat „iets" wist! Dat is alles." Birch ging rechtop zitten en staarde Pike aan. Er kwam een dikke rimpel In zijn voorhoofd. Hjj zei niets, Pike zag het effect van zijn laatste woorden en ging door: „U hoorde mijn getuigenis bij het onderzoek?" vroeg hij. zachter sprekend. „Wel meneer Birch, er zijn menschen die niet alles wat ze weten, vertellen. Ik zou veel meer hebben kunnen zeggen, over u." Birch gaf nog geen antwoord en Pike boog zich dich ter naar hem toe. „Over u!" herhaalde hij. „En over dat Frangaisetje Nu, meneer Birch?" Pike zag dat zijn schot raak was. Birch schrok, de kleur trok uit zijn gezicht weg. Het bleef even stil; toen snauwde hij zijn onwel komen bezoeker toe: „Vertel op!" Pike grijnsde en wreef zich de lange vingers. „Goed zoo!" antwoordde hij. bijna vroolijk. „Ik houd er van. als een man de dingen onder de oogen durft te zien. Prachtig, meneer Birch. Zooals ik zei, ik had heel wat meer kunnen vertellen! U zult zioh herinneren, ze vroegen mij of ik daar boven bij de Zwarte Klip nog iemand anders had gezien gehalve Etherton en Mevrouw Stanbury. Ik zei van neen, Dat was een leugen, ik wilde het toen niet zeggen. Natuurlijk zag Ik nog ande ren. U en Mademoiselle!" Bjtoh. die tot op dat oogenblik onafgebroken naar zijn bei|>eker had gestaard, kreunde even. keek van links naar rechts, als een dier. dat In een val zit. Maar Pike's doordringende oogen bleven op Birch gericht. „U hebt me ook hooren zeggen, dat ik in den laatsten tijd 's nachts dikwijls op de heide ben geweest," ging hij door. „Precies. Wel, om u de waarheid te zeggen, heb ik u en Mademoiselle elkaar dikwijls zien ontmoe ten. Bij het boschje van Swales. Meestal om ongeveer elf uur. U kwam vanuit het dal zij uit de richting van het huis van den kolonel. Liefdes-afspraakjes niet waar. meneer Birch? Nu, van zooiets ben ik ook niet af- keerig! Maar was het niet jammer dat u op dien specialen nacht, Maandagnacht, zoo diciht bij de Zwarte Klip was? En op ongeveer dien bewusten tijd? Het uur van den moord? Begrijpt u dat, als ik iets hiervan zou loslaten, sommige menschen dadelijk zouden ver klaren dat u... de moordenaar was." Biroh, wiens handen slap op de leuningen van zijn armstoel lagen, keek nu strak naar het tapijt. Toen hief hij het gezicht op en Pike zag dat het bleeker was dan ooit. „Hebt u hierover met niemand gesproken?" vroeg hij heesch. .Met niemand?" „Weest u maar niet bang", zei Pike met een begrijpen de blik. „Zoo'n gek ben ik niet! Dat. zou een leelijk ding voor u kunnen worden. U begrijpt wat men zou zeggen, dat u den ouden man naar de andere we reld geholpen had om het meisje en haar aardig le gaatje te krijgen. Natuurlijk. Nou, ik vraag u niet. of u het niet of wel deed dat kan me geen lor schelen. Ik vertel u alleen maar, wat ik weet. Dat hoeft niet verder bekend te worden, meneer Birch. Ik kan me ge rust houden aan wat ik gisteren getuigde. Om de waar heid te zeggen ik legde er een beetje den nadruk op, wat betreft Etherton en mevrouw Stanbury, om de ver denking van u af te schuiven. Dat moet u bedenken, als we^het eens worden, nietwaar?" „Eens worden?" vroeg Biroh. „Ja, als we tot zaken komen", antwoordde Pike opge wekt. „Het is maar een kwestie van hoeveel. Snapt Birch gaf geen antwoord en Pieke liet hem even na denken. Maar toen het zwijgen hem lang genoeg had geduurd, ging hij verder: „Dat testament zal wel terecht komen," zei hij. „U hebt het natuurlijk zelf. Daar twijfel ik niet aan. En als de zaak in den doofpot Is, dan trouwt u met Made moiselle en haar honderd duizend pond en alles komt in orde. Dus kunt u best een beetje royaal zijn tegen over mij." Birch keek weer op. Hij had wat meer kleur in zijn gezicht gekregen en hij sprak vlotter. „U hebt ongelijk!" zei hij. „Ik heb 't testament niet. Het is vanmiddag gevonden. Marston Stanbury heeft het. Ze hebben het gevonden in het loketje van Sir Che ville op de club, waar hij het waarschijnlijk Maandag avond in gelegd heeft. U hebt het bij 't verkeerde eind." Het was nu zijn beurt, Pike doordringend aan te kij ken. Maar Pike kon vlugger denken dan Birch, en zijn eigenaardig gezicht en sluwe oogen veranderden niet van uitdrukking. „Zoo?" zei hij. „Hindert niet, meneer Birch. Dat maakt geen verschil ten opzichte van twee absolut* feiten. Het eene, dat u en Mademoiselle MaandagnacM om twaalf uur in de buurt van de Zwarte Klip waren; ten tweede, dat er een legaat aan haar vermaakt is. Daar is niets aan te veranderen, behalve natuurlijk..." voegde hij er aan toe, met beteekenisvollen blik. „Wat?" vroeg Birch. „O, ik denk niet, dat ze het geld krijgt, als be wezen wordt, dat ze betrokken was bij den moord op den ouden man," zei Pike, met 'n zekere bestudeerde

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 10