Naar de Middellandsche Zee Raad Hoogwoud. De lepenziekte. NICE, (Rivièra), 26 Augustus. IN dezen brief zal ik U een en ander vertellen van mijn eerste indruk in Nice, een van 's werelds meest bekende badplaatsen, gelegen aan de Zuid kust van Frankrijk. Alvorens echter daartoe over te gaan, moet ik U nog als vervolg op mijn laatster brief onze aankomst te Marseille melden. Ik kondigde U reeds aan, dat wij den laatsten avond aan boord groot afscheidsfeest zouden hebben. Dit feest is schit terend gelukt. Er werd in twee salons gedanst en de administrateur zorgde als balleider voor de noodige at tracties. welke alle even aardig waren en zeer in den ■maak vielen. We voelden ons allen één, de stemming was uitstekend en het feest heeft tot 2 uur 's nachts geduurd. Ik heb het tot half één uitgehouden en ben toen in mijn kooi gekropen. Het was toen ook wel den Jioogsten tijd, want ik had geen droge draad meer aan jnijn lichaam. Het was verbazend heet in de salons, en zelfs op het dek, en het aantal zakdoeken en overhem den, dat dien dag in de waschtobbe gegaan is, zal niet gerir.g geweest zijn. Ik zal geen volledige beschrijving geven van het feest. U hebt allen wel eens een groot bal meegemaakt. Wilt U een dergelijk feest aan boord mee maken. welnu, gaat dan eens met de Rotterdamsche Lloyd mee, het is heusch de moeite waard. Slechts één attractie wil ik nog vermelden. Er werd een wedstrijd voor heeren gehouden in het poederen en beluieren (wat een werkwoord!) van baby's! Dit was hoogst vermake lijk en heeft danig op onze lachspieren gewerkt. De deelname was alleen open voor ongehuwde heeren! Stelt U dit tableau eens voor! De eerste prijs werd gewonnen door een Egyptische professor, die de luier op een zeer amusante wijze omdeed. Wegens gebrek aan vakkennis kan ik U geen nadere technische beschrijving geven. Heeren vrijgezellen, probeert het maar eens! Om 9 uur Donderdagmorgen liepen we de haven van Marseille binnen. Deze groote wereldhaven bood een geweldige aanblik van schepen, dokken, kranen enz. Te veel om op te sommen. Daarachter verhief zich de stad. natuurlijk ook weer in de hoogte gebouwd. Dat is hier in 't Zuiden heel gewoon. Het duurde tot half elf voor we van boord mochten Jn verband met pasformaliteiten. En toen nog eens an derhalf uur voor de douane. Wat een herrie was dat! Smoorheet en met z'n allen in één loods, 't Was niet om uit te houden! Iedereen drong en schreeuwde om maar geholpen te worden, en je kon niet over de stapels koffers heenkijken! 't Wordt heusch wel tijd, dat de Fransche douane een beter systeem van controle gaat invoeren, want 't is droevig. In Holland gaat dat veel beter en vlugger. Tenslotte waren we er toch doorheen, en konden een hotel gaan opzoeken. Nog een laatste blik vanuit de auto op onze „Dempo" en met een traan in de blauwe kijkers namen wij afscheid van onzen vriend, die ons zoo trouw en gezellig over twee groote zeeën had ge bracht. De zeereis was ten einde, en met een gevoel van heimwee reden we door Marseille. Dagen van genot en zoete rust hebben wij aan boord gekend. Uitstekende verzorging, correct personeel, beminnelijke bemanning. De trots van onze natie is hooggehouden. Dat hebben eenige honderden Nederlanders en buitenlanders weer eens kunnen ondervinden, en een woord van groote waardeering voor onze Rotterdamsche Lloyd mag niet ontbreken. Wij hebben afscheid genomen, en wel met een gevoel van erkentelijkheid, maar dit afscheid is, hopen we het, niet voor eeuwig geweest, en wij zullen, als de omstandigheden het in de toekomst gedoogen, zeer zeker nogmaals met deze Lloyd uitvaren. Tot ziens dus! Marseille is groot en mooi. Aan één ding bemerkten wij direct, dat we weer in Frankrijk waren: het eten. Dat is voor ons Hollanders waarlijk een verschrikking. Waar dat in zit. weet ik niet, maar er is maar weinig, dat ons smaakt. De leege gaatjes (en dat zijn er vele!) vullen we dan maar met brood op, dat is hier ten min ste erg lekker. En 's morgens krijg je heel vroeg een versch cadetje. Die belachelijke onzin van „geen versch brood vóór 10 uur" kent men hier niet. Op het gebied van wetgeving zijn de Franschen trouwens altijd zeer intelligent geweest, en dit volk kent de bekrompenheid niet, die (helaas) onze wetgever maar al te vaak aan den dag legt. De hotels zijn vrij duur. Men probeert overal een duit uit te slaan. Je wordt geneigd om bij iedere stap, die je doet, om te kijken en te vragen: wat tost dat? De stad heeft mooie en groote winkels, breede stra ten, razend druk autoverkeer. Je houdt je hart vast op straat, maar die taxis komen overal goed doorheen. On gelooflijk zooals die chauffeurs rijden kunnen. In ver band met de groote hitte, ziet men de dames vrijwel overal in 't Zuiden in strandpyama's loopen en de hee ren in lichte broek en zeer dun overhemd met korte mouwen. Ook ondergeteekende loopt zóó! Heerlijkluch tig, en heel gewoon hier. Sokken dragen we niet meer. Veel te warm. Gewone schoenen draagt vrijwel niemand Veel rieten of linnen schoenen, of gummisandalen, 't Is ook heusch wel noodig hier. Ook bij avond is Marseille gezellig. Zeer druk op straat, en de café-terrassen zit ten stampvol. Men drinkt in 't algemeen ranja of kwast en krijgt er een heele schaal met stukjes ijs bij. Lekker en frischl Vanmorgen zijn we om 8 uur per Pullmantrein naar Nice vertrokken. De trein gaat op 't grootste gedeelte van het traject vlak langs de zee. Van Marseille tot Nice is 4 uren sporen met dezen sneltrein, en men komt dan onder ongeveer twaalf tunnels door. Deze rit is prachtig. Vanuit het raampje van de coupé kijkt men zoo in zee en op de diverse stranden. Een prachtig landschap. Bij Saint Raphaël begint de eigenlijke Rivi èra, en hier ziet men reeds de palmboomen vlak langs de zee staan. Hoe dichter we bij Nice komen, hoe mooier het wordt. Eindelijk arriveeren we, na een war men reis, in Nice. Vlug een hotel gezocht, wat gegeten, in strandkleedij gestoken, en toen de stad door en naar de Boulevards, het strand en de zee. Nice! Ik had er al zoo heel lang van gedroomd dit •ens te zien. En mijn eerste indruk? Overweldigend, in één woord! Het valt niet te beschrijven. Men noemt het hier wel eens „de Blauwe Kust". Zeer terecht. De zee is hel blauw, de lucht dito. Nice is een wonder! Wat een overheerlijk klimaat! Bloem en plant bloeit en groeit hier in volle pracht. Palmen in lange rijen sie ren de boulevards en het strand. Rozen en andere bloe men groeien tegen heuvels en hellingen en zelfs tegen de huizen op. Het is een lust voor de oogen. Ontelbare geuren dringen zich aan ons op. Geranium, anjer, la vendel, pijnboom, zij wedijveren als 't ware om den voorrang. Wij zijn thans in het seizoen van de voortdu rende zonneschijn, en de blijvende blauwe lucht. Een zwoele wind neemt het ondragelijke van de hitte weg, en maakt de temperatuur tot een ideaal. Aan de Pro menade langs het strand en de zee staan hotels als ware paleizen en groote villa's. We hebben dit panorama al dikwijls afgebeeld gezien, maar het werkelijk zien, schenkt ons pas de ware bekoring. Hier zit men onder de wuivende palmen en aan het zoele strand, en hier doen wij nieuwe indrukken op, die wij zonder twijfel als een kostbaar bezit in onze herinnering kunnen meevoe ren. Nooit heb ik kunnen gelooven, dat de werkelijkheid %de droom zoo nabij zou komen. Nice. stad van weelde en genot, maar voor ons verblijfplaats van rust en ge zondheid. Wij hopen deze beide laatste dingen hier in ruimte mate te mogen opdoen, zij het dan ook slechts in de weinige dagen, die ons nog resten. Onze eerste indruk van Nice en de Rivièra is wel zeer gunstig. Deze indruk is nog wel zeer primitief, daar wij pas sinds één dag hier zijn. In mijn volgenden en te vens laatsten brief, hoop ik U nog een en ander van dit schoone oord mee te deelen. Laatste brief. NICE. 28. 8. 1932. Ik ga er thans toe over U mijn laatsten brief te schrij ven. Weldra behoort deze verrukkelijke reis weer tot het verleden, en ik zal U in deze laatste beschrijving nog het een en ander vertellen van Nice, Monte Carlo, Menton en eenige andere Zuid-kust-badplaatsen. In de afgeloopen dagen heb ik ondervonden, dat mijn eerste indruk van Nice en de geheele Rivièra zeker niet onjuist is geweest. Ik schreef U reeds dat ik deze streek en vooral Nice een wonder vond en ik moet deze indruk volkomen handhaven. Het is moeilijk onder woorden te brengen hoe mooi het hier wel is. en vooral het op schrift stellen van onze impressies, valt niet mee. Men mag nog beter zooiets vertellen dan schrijven. Maar ik wil toch probeeren U een en ander zoo goed mogelijk te schrijven. De stad Nice is. de hoofdstad van het departement en niet ten onrechte. Nice toch overtreft in alles de an dere plaatsen in deze streek, welke ik heb bezocht. In de eerste plaats is zij de grootste stad, terwijl zij in een centrum gebouwd Is. Schitterend aan zee gelegen, en door met zeer veel kosten aangelegde wegen met de geheele omgeving verbonden, vormt zij een punt van samenkomst voor toeristen en forensen. Hier wonen zeer veel vreemdelingen. Ik sprak een Hollander, die hier reeds sinds acht jaren woont, en die mij vertelde, dat hij hier geen belasting betaalde, en dat zijn huishuur juist zooveel bedroeg, als hij anders in Holland aan belasting zou hebben moeten betalen. Het is dan ook geen wonder, dat hier vrij veel Hollanders wonen. Het leven schijnt hier ook overigens niet duur te zijn, wan neer men gewoon leeft zonder bovenmatige luxe. Nice schijnt afgeleid te zijn van het Grieksche nikè. Dat beteekent overwinning. De stad dateert reeds uit den tijd, dat de Grieken in 600 vóór Christus hier kwa men. Later begon de Romeinsche overheerschlng. en deze heeft gedurende ongeveer 6 eeuwen hier geduurd. Uit dezen tijd dateeren nog brokstukken van wegen en oude gebouwen. Zoowel in Nice als in Menton zijn nog overblijfselen daarvan te zien. Nice is in de laatste 50 jaren zeer sterk vooruitgegaan Het inwonertal steeg in die jaren van circa 80.000 tot circa 200.000. Dit zegt veel voor deze hoofdstad van de Blauwe Kust. Nice is als stad van weelde en genoegens over de geheele wereld bekend, maar niet minder be roemd is zij, om haar gezond klimaat en haar geschikt heid voor toeristen. De wandelplaats is de Promenade des Anglais, een zeer lange en breed boulevard langs de zee, rijkelijk beplant met palmen en andere mooie boomen. Het middelpunt ia de Pier. met het Casino. Dit Casino is een zeer groot gebouw, ter linker zijde inge richt als speelzaal, in 't midden cabaret, rwue, operette enz., en ter rechterzijde dancing en restaurant. Van de speelzaal wordt zeer druk gebruik gemaakt. Ik ben er Zaterdagavond geweest en heb een kansje gewaagd. Der traditie getrouw heb ik natuurlijk verloren! En ik dacht nog wel, dat ik het goed bekeken had. Een oudere heer naast mij zette steeds op een bepaalde groep cij fers, en telkens won hij. Ik meende niet beter te kunnen doen, dan ook op dat blok te zetten. Men kan zeer laag spelen, vanaf 1 franc (10 cent). Ik heb eenige keeren een paar duppies gewaagd, maar het rad van avontuur wilde mij niet gunstig gezind zijn, want mijn blok bleef buiten iedere winst. De oudere heer keek mij eens ter zijde aan, met oogen, alsof hij zeggen wilde: ben je nog niet weg. Ik ben maar gauw afgedropen, want ik wilde mijn geluk en zijn kans niet bederven. Ik ben nu eenmaal geen gokker (gelukkig niet!) en heb er blijk baar ook geen kaas van gegeten. Er schijnt toch wel een zeker systeem in te zijn. Maar daarover straks bij Monte Carlo. Het is zeer interessant om het eens mee te maken en de inrichting van dit schitterend palels, dat uit de blauwe golven oprijst, is op zichzelf al de moeite waard om te zien. We wandelen verder langs het Casino en komen langs de groote hotelpaleizen en villa's. Op den achtergrond zien we de heuvels, eveneens met schitterende weeldepaleizen van de vaste winter gasten bebouwd, en daarachter, in het verre verschiet, de witte toppen der Alpen, zich scherp afteekenend tegen de hel blauwe lucht. Dit is niet te beschrijven. Men moet het gezien hebben om het naar waarde te kunnen genieten. De promenade eindigt aan den eenen kant bij „het Kasteel", en aan den anderen kant bij de Renbaan. Deze twee liggen eenige kilometers uit elkaar en de promenade ligt daartusschen. Aan den zeekant van de Promenade vindt men verschillende strandgedeelten. Nu is een strand hier heel wat anders dan bij ons. Geen zand, maar dikke keien! En slechts enkele meters breed. Het loopt hier zeer steil af en men kan slechts hoogstens 3 M. ver in het water staan. Dan moet men reeds zwemmen. Bovendien is er een vrij sterke golfslag, zoodat men beslist moet kunnen zwemmen om het zee- en zwemgenoegen ten volle te kunnen genieten. Voor velen heeft dit genoegen zich dan ook in andere richting ontwikkeld en wel in zon nebaden. Even in 't water, en dan kletsnat in badpak op de keien gaan liggen om in de felle zon op te dro gen en bruin te blakeren. Dat lukt opperbest getuige de vele totaal bruin gebrande dames en heeren die men .hier tegen komt. Op de promenade zelf vindt men stoelen en tafeltjes onder parasols ligstoelen enz. Daar- tusschendoor wandelt het publiek. Hier vond ik het typische leven van Nice, vooral des avonds. Het is een groot genot om daar 's avonds te zitten of te wan delen. Men loopt hier zoowel 's avonds als overdag zeer luchtig gekleed. De temperatuur is ook in de avonduren heerlijk warm, zoodat men geen gevaar loopt kou te vatten. De dames ziet men in allerlei soorten strandpyama's. Een lust voor de oogen! Ook in de kleeding der heeren is groote verscheidenheid, maar dit eene hebben allen gemeen: luchtig en gemakkelijk. De Avenue de la Victoire is de hoofdader van de stad. Aan weerszijden beplant met platanen, is deze avenue het centrum van alle verkeer, zoowel te voet als per atuo. Het is hier zeer druk. Nice heeft verder een schitterende bloemenmarkt, en ook een gewone markt, waar vooral het heerlijke fruit gretig gekocht wordt. Wat zal ik U nog meer van Nice vertellen? Ik zou niet uitgeput raken. Komt het zelf eens zien. Dat is de beste overtuiging, dat de werkelijkheid de droom nog overtreft! Vanuit Nice kan men prachtige uitstapjes per luxe autocar maken. De mooiste tocht is wel van Nice tot Vintimille (in Italië). Deze trip is in één woord achlt terend. Wat men op deze tocht te zien krijgt, grenst aan het ongelooflijke. Ik heb nog nooit zoo iets impo sants gezien. Hier naderen de Alpen de kust! Men aanschouwt hier bewonderenswaardige panorama's. Drie verschillende wegen verbinden de Itallaansche grens met Nice. en we genieten op de heenreis van uit Nice de aantrekkelijkheid van een bergtoer per autocar, en op den terugreis een panorama van de zee met zijn vele baaien en stranden. We rijden eerst over ,.la Corniche", de beroemde weg in 1806 door Napoleon aangelegd. We zijn hier per auto op 550 M. hoogte geweest, en heb ben een schitterend uitzicht gehad op de geheele Zuid kust. Men krijgt den indruk, dat deze weg op sommige punten over de kust hangt. Dat komt van de uitbouwen en slingers. Men heeft op verschillende punten een prachtig gezicht op de vele kapen en schiereilanden, en op de beneden liggende steden Monte Carlo, Eze, Menton, enz. De rit langs dezen bergweg blijft onver getelijk voor leder, die deze rit eens gemaakt heeft Men kan het vergelijken met een beeld, dat men in den droom gezien heeft en dat men gaarne zorgvuldig wil bewaren voor het verdere leven. We bezochten alle aan de kust gelegen plaatsen, zooals Villefranche. een oud stadje aan een veilige baal gelegen, ankerplaats voor veel schepen; Beaulieu. een contrast met Ville franche. omdat Beaulieu nog nieuw is en bestaat uit voornamelijk hotels en villa's: dan volgt Monaco, een apart vorstendom, met een hoofdstad van gelijken naam, ruim 3000 Inwoners tellend. Dit stadje is op een tafel- vormlge rots gebouwd, steil afdalend in zee. Hier treft men prachtige bloementuinen aan. Hier heerscht nog veel vorstelijke gewichtigheid. Daartegenover ligt Monte Carlo als een waar contrast in het zelfde vorstendom. Monte Carlo is uitbundig. Dit plaatsje telt reeds 10.000 inwoners, wat gezien zijn schitterende ligging niet te verwonderen is. Men ziet hier prachtige gebouwen en exotische tuinen, en aan de kust het geweldige Casino, het punt van samenkomst van alle spelers van alle landen en naties! Hier wordt met volkomen stilzwijgen gesoeeld. De hartstocht straalt uit de oogen der sne- lers, en met zenuwachtige handen schrijven zij in een boekje de verschillende combinaties. Zou het veel ge ven? Zou hier niet van zuiver geluk sprake zijn? Ik kan hierop geen antwoord geven, maar wel viel mij op, dat een reeds op jaren zijnde heer telkens eenige berekeningen maakte, eenige tournée's oversloeg, om dan nlotseüne In te zetten, en te winnen. Wegens «"ebrek aan tiid heb ik niet kunnen controlee ren, of d't geregeld het geval was en of er zeker sys teem in den inzet was. Ik voor mij geloof echter, dat bet beroemde roulette-balletie wel zóó wispelturig is, dat men van t" voren niet kan berekenen, waarop hij zal vallen. Dit aneeloalels is chiquer dan in Nice. en is, wat inrichting betreft, zeer zeker luxieus te noemen. De laagste inzet ner tournee bedwano-t hier 10 ^rans ft 1. en de hoogste 12<y>0 frans (t 1200)! Men kan dus veel in één slag winnen, maar ook veel verliezen. Het komt mü nu begrünp]n'k voor, dat hier lieden geweest zijn, die in één avond hun gansehe vermogen vergokt hebben. Zulke menschen waren ongetwijfeld door den speel- du'rel bezeten. Verder gaande komen we aan Menton, de sluitsteen der rij van winterbadplaatsen. Even buiten Menton vi"dt men de Ttaliaan«cb« grens. WH hebbrn deze ook nog overschreden en hebben op Italiaanschen bodem gestaan. Ons bloed is echter even Hollandseh gebleven als aan deze züd® van de grens, en van fascistische nei gingen heb ik niets gemerkt BHzonder aardig doen de uniformen der Itallaansche douane aan. Deze knapen zien er schilderachtig uit. We Vochten hier nog eenige echt Itallaansche souvenirs en keerden langs de zeeroute weer naar Nice terug. De Cóte d'Azur hebben we alzoo gezien in haar volle pracht en nraal, en deze dagen rullen nog lang in onze herin nering gegrifd blijven als dagen van genieting en rust. Aan deze heerlijke kust doet men de kracht op. om den dagelijkschen strijd om het bestaan weder te kunnen beginnen. Noode nemen wij straks afscheid van deze blauwe kust met zijn heerlijk klimaat. Maar er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan. en de herinnering aan deze dagen van zon en warmte zullen ongetwijfeld de arbeid in ons koele Noorden verlichten. En vol goe den moed maken wij ons dan ook reeds op om naar ons ondanks winkelsluiting en oud brood, toch zoo geliefd vaderland terug te keeren. Immers, ook de velden en weiden hebben hun bekoring en daarin is Holland groot. Tot ziens, gij allen, die uw aandacht aan deze regelen hebt geschonken. TOERIST. De raad dezer gemeente vergaderde op Donderdag 1 September, des voorm. 10/^ uur. Voorzitter-Secretaris de EdelAchtbare Heer Hoo- genboom, Burgemeester. Aanwezig zijn alle leden. Na opening worden de notulen der vorige verga dering door den Secretaris gelezen en zender op- of aanmerkingen goedgekeurd. Hierna volgen: Ingekomen stukken en mededeelingen. Ingekomen is de goedkeuring van Ged Staten op de af- en overschrijvingen der rekening. Dankbetuigingen voor verleende subsidies zon den: de afd. Hoogwoud der Ned. Ver. voor Kinder- vacantiekolonies en de Hollandsche Maatschappij van Landbouw afd. Opmeer. Voor het jaar 1933 werden een 6-tal subsidie-aan vragen ingediend door plaatselijke vereenigingen Deze zullen bij de begrooting voor het desbetreffende dienstjaar in behandeling worden genomen. Door het college van B. en W. werd voorts de be grooting der Langereizer school opgemaakt op f5683.25 in ontvangsten en f6787,25 in uitgaven, al- zoo een nadeelig saldo van f1104. De gemiddelde kosten per leerling wordt voorloo- pig op f 16.72 gesteld voor het jaar 1933. Allen zijn voor aanneming. Van den Minister is voorts antwoord ingekomen op een schrijven, handelende over de werkiooze ar beiders van den Wieringermeerpolder. die zich te Hoogwoud hebben gevestigd. De minister kan deze bedoelde steunregeling niet anders vaststellen dan op voorwaarde dat minstens 25 van de uitkee- ringssom komt voor rekening der gemeente. Voorzitter deelt mede, dat de gemeente onmoge lijk die kosten kan dragen Binnenkort zullen er hier 173 werkloozen zijn. waarvan 160 vreemdelin gen. De gemeente is niet bij machte daar zooveel aan te doen. De heer Bossen ziet er tevens een groote onbil lijkheid in. Die werkloozen zullen dan door de ge meente moeten worden gesteund, terwijl de eigen menschen. als kleine tuinders geen ondersteuning genieten, uitgezonderd dan de voorschotten, die ech ter terugbetaald moeten worden. Voorzitter vindt het ook een treurige omstandig heid. De regeering is steeds en steeds weer „in be ginsel" tot steunverleening besloten, maar daden komen er niet. 't Is een moreele plicht eerst de eigen menschen te behandelen. Hier kan men ech ter niet anders dan afwachten De heer Ham oppert het idéé die werkiooze vreem den in een autobus te laden en dan maar naar den Haag te rijden. De heer Vijn zegt, dat dit een mooie en goede op lossing zou wezen. Over de gemeenterekening. Aan de orde komt nu de voorloopige vaststelling der gemeente-rekening, dienst 1931 Bij monde van den heer Bossen verklaart de com missie, dat de stukken en bescheiden in volkomen orde zijn bevonden. Ze stelt voor de rekening aldus vast te stellen: Gewone dienst: Ontvangsten f72997.12, uitgaven f67256.06, batig saldo f5741.06. Kapitaalsdienst: Ontvangsten f 54219.10, uitgaven f49784.21, batig slot f4434.89. Ook de rekening van het Burgerlijk Armbestuur is nagezien. Hier zijn de ontvangsten f6419.70, de uitgaven f6075.73, batig saldo f343.97. De heer Bossen brengt nog dank aan den Burge meester, den Gemeente-ontvanger den heer Bos en de ontvangster voor het Armenbeheer voor alle ver leende hulp. De rekening wordt vervolgens zoo voorloopig vastgesteld. Gemeentebegrooting 1933. Aangeboden wordt de begrooting der gemeente voor 1933. sluitend in ontvangsten en uitgaven met f73138 09. Voor den post „onvoorzien" staat f2919.25 Voorzitter doet nog mededeeling. dat geen belas tingverlaging zal kunnen worden toegepast. Rondvraag. De rondvraag levert niets op. waarom dan ook sluiting volgt. Zij wordt door Iepenspintkevers overgebracht. De schors van iepen, die in een vergevorderd sta dium van iepenziekte verkeersn. laat gemakkelijk los. Boomen. die afgestorven zijn, vindt men gewoon lijk reeds na ecnigen tijd geheel en al van hun schors ontdaan. Bij nadere beschouwing ziet men, dat de staramen en de stukken losgelaten schors een vreterij van in secten vertoonen, die zich voordoet als talrijke kron kelende boorgangen die een waar labyrinth vor men. Bij iepen, die nog niet zoo sterk zijn aangetast, vormen deze boorgangen zeer regelmatige vraatfi guren. Men kan dan steeds een hoofdDOorgang of moedergang onderscheiden, die ongeveer in de leng terichting van den stam of van de dikkere takken is gelegen en die een lengte van enkele centimeters bereikt. Van deze hoofdgang stralen aan weerszij den aanvankelijk smallere kronkelende boorgangen uit. die allengs iets wijder worden, totdat zij, na een lengte van pl.m. 10 c.M. te hebben bereikt, plotse ling ophouden. Deze vraatfiguren worden teweegge bracht door de zg. iepenspintkevers. dit zijn kleine, glimmend zwart-bruine torretjes van een gedrongen lichaamsbouw, die, borende in den bast der zieke iepen, zich ontwikkelen. De moederkever boort zich van buiten naar binnen, doet dan de reeds genoemde loodrechte moedergang ontstaan, zet daarin haar eitjes af, uit deze eitjes ontwikkelen zich spoedig de larven dit zijn korte, pooilooze, witte wormp jes en deze larven boren de zijdelingsche gang, totdat zij, volwassen zijnde, zich aan het uiteinde der zijdelingsche larvengangen verpoppen. Hier ko men de jonge kevers uit, die zich op deze plaatsen door een bootgat van binnen naar buiten werken en kruipende en vliegende den stam verlaten. Er komen voornamelijk twee soorten van iepenspintkevers in ons land voor, de zg groote en de kleine iepenspint- kever, wetenschappelijk gcheeten Scolytus scolytus en Scolytus multistriatus. Deze kevertjes verschijnen in een onnoemelijk groot aantal uit zieke iepenboo men en ook uit de zulke, die reeds geveld zijn en ergens worden opgeslagen, want nog geruimen tijd, eigenlijk totdat de schors in gioote stukken er al valt, kunnen de kevers zich in zulke staramen ont wikkelen. De jonge iepenspintkevers, die de stammen verla ten hebben, vliegen bij mooi weer overdag in groo- ten getale rond en hebben de gewoonte zich naar de kronen der iepenboomen te begeven, onverschillig of deze gezond of reeds aangetast zijn Daarna gaan zij vreten aan de jonge takken Met een Duitschen vakterm noemt men deze vreterij „Nachfrass". Door middel van deze „Nachfrass" voedt de jonge kever zich met het sappige en voedselrijke weefsel der plant, waardoor de eieren van den vi ouwelijken kever tot rijpheid komen. Eerst als de „Nachfrass" ruim een week geduurd heeft, vliegen de kevers weg en beginnen dan elders weer de stammen of dikkere takken aan te boren, ten einde zich op de reeds be schreven wijze voort te planten. Het is gebleken, dat deze kevertjes bij het over brengen van de lepenziekte een rol van ernote betee- kenis spelen. In de zeer zieke iepen met afstervn'fe schors ontwikkelt de zwam der iepenziekte vrucnv lichaampjes in de schors Deze vruchtnohaampies ontstaan gewoonlijk in de uiteinden der larvegan gon. waar de verpopping plaats heeft. Wanneer de jonge kever nu uit de pop te voor schijn komt. raakt hij besmet met de sporen van de zwam. De aldus besmette jonge Kever vliegt uit, be gint zijn „Nachfrass" en brengt daarbij de sporen van de schimmel op de verwondingen aan de tak ken over. Op deze wijze kan hij de takkenstelsels van eventueel nog gezonde iepen infecteeren. Dit doen zoowel de groote als de kleine iepenspint kevers. Verschillende onderzoekers ook in bet bui tenland. hebben deze wijze van ziekte overbrenging thans met zekerheid vastgesteld. Wij hebben hier dus te doen met het zeer merkwaardig geval, dat een ernstige schimmelziekte van een boom geregeld door een bepaald insect wordt overgebracht DE INBOORLINGEN-OPSTAND IN ZUID-AFRIKA. Een negeropperhoofd maakt geschieden) In den laatsten tijd hebben we veel kunnen lezen ove» het Ovambo-opperhoofd Impoemboe. Deze heerscher heeft het gewaagd, een kleinen opstand tegen het Britsche rijk op touw te zetten. Afdeelingen militairen en vlieg tuigen moesten worden te hulp geroepen om den op- atandigen ne»gervorst tot rede te brengen. De inboorlin gen van den Ovambostam hebben na eenige dagen in gezien dat verzet tegen de soldaten van het Britsche rijk doelloos zou zijn. Derhalve hebben ze hun opper hoofd Impoemboe eenvoudig afgezet en vrede gesloten met de militaire autoriteiten. Het opperhoofd zelf is echter met eenige volgelingen in het woud gevlucht en militaire patrouilles zoeken naar hem. De geschiedenis van den voorspoed en den ondergang van dit negerhoofd is spoedig verteld. In Zuld-Afrika is het gebruik, dat een vader zijn dochter tegen een hooge bruidschat verkoopt aan den man. die zijn zin nen op de negerschoone heeft gezet. De hooghartige dochter van Impoemboe wilde echter van zoo'n verkoop en daarmee noodzakelijk verbondeh huwelijk niets we ten. Zij vluchtte naar het naastbijgelegen zendingssta tion en weigerde hardnekkig weer terug te keeren in de woning haars vaders. Impoemboe, die van den te- leurgestelden huwelijkscandidaat reeds een hoog bruids- geld voor zijn dochter had gekregen, was zeer verbolgen over de onzeggelijkheid van het meisje. Het was onge hoord, dat het hem, den machtige negervorst, moest overkomen dat zijn dochter hem openlijk weerstreefde. De Zuid-Afrikaansche opvoedingsmethoden zijn ech ter betrekkelijk eenvoudig. Hij verzamelde een aantal stevige kerels om zich heen en rukte in volle bewape ning naar het zendingsstation. Het lukte hem echter niet, het station stormenderhand in te nemen, noch zijn dochter te ontvoeren. Uit woede over het mislukken van zijn onderneming verwoest hij daarop het zendingshuis. Wegens deze wandaad werd hij door de Britsche auto riteiten veroordeeld tot het betalen van een boete van veertig stuks vee. Hij negeerde echter dit vonnis. Met de Britsche autoriteiten valt echter niet te spot ten. Allereerst begonnen Britsche vliegtuigen boven den kraal van Impoemboe te cirkelen. De brutale neger deed echter, alsof hij niets bemerkte en stoorde- zich in het geheel niet aan het staatsgezag. Eerst toen militaire afdeelingen en militaire auto's tegen den negerkraai werden afgezonden, werd het hem iet of wat benauwd. Nog juist op tijd ging Impoeboe met de getrouwste zij ner getrouwen aan den haal en verborg zich in de on doordringbare Afrikaansohe oerwouden. Daar klaagt de iloor het noodlot zwaar getroffen Impoemboe over het treurige verval van zijn negerdynastiet

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 18