verblyf in Eonden.
Ons
Zaterdag 8 October 1932
SCHAGER COURANT.
Derde biad. No. 9155
EEN TRIP NAAR DE
BRITSCHE HOOFDSTAD.
Snikheete Zaterdag en Zondag.
Terug naar Holland.
De dame
die zich Bancroft noemde
Er waren helaas geen zittingen; gaarne hadden we
eens zoo'n Engelsche tweede-kamer-vergadering bijge
woond en kopstukken als MacDonald en Beldwin hoo-
ren speechen.
Het interieur van de gebouwen was zeer interessant.
De vergaderzalen mochten we doorloopen.
Mr. Fedorow wees ons alles. De sterke invloed van
de traditie was uit alles te merken.
In de zaal waar de House of Lords, het Hoogerhuis
vergadert, heeft de voorzitter een groote divan tot zijn
beschikking; maar dan een heele groote met een mol
lige rugleuning. Achter hem zijn de loges van de ko
ninklijke familie.
Van de' vergaderzalen kwamen we langs allerlei spe
ciale vertrekken voor kamerleden en ministers.
In de gangen stonden kasten vol met „Handelingen",
uitgewerkte stenografische verslagen van alle vergade-
ingen die gehouden zijn.
Het „Parlementshuis" beslaat een geweldige opper
vlakte. Het werd pas gebouwd in 1840, al lijkt het een
eeuwenoud bouwwerk.
Twee groote torens verheffen zich. De eene, die even
over de 100 Meter hoog is, is de Big-Ben; zoo genoemd
naar de geweldig groote klok die er in hangt en die de
dreunende uurslagen over de stad zendt.
De andere is Victoria Tower. Hier wappert de En
gelsche vlag op als de kamers zitting hebben. Des
nachts brandt er een licht op.
Met het Parlementshuis staat de West-Minster Hall
in verbinding. Dit is een grpote, haast lugubere steenen
zaal, waar niet al te veel licht binnen valt.
Een breede verhooging, die aan de zijde van het
„House of Parliament" ll£t is de plaats waar in vroe
ger jaren het gerecht plaats nam en beklaagden in
massa veroordeelde.
Steenen in de vloer geven de plaats aan waar beken
de personen uit de geschiedenis van de laatste honderd
laar hun veroordeeling aanhoorden.
Menig vooraanstaand landsman werd er voor zijn begraf®
nis neergezet. De lijken van de bij de ramp van de
R 101 omgekomenen hebben er eenige Jaren geleden
ook gestaan.
Aan den tegenovergesteld en kant van de verhooging
ligt een groote metalen plaat. Daar ligt de Engelsche
Onbekende Soldaat. Geen eeuwige vlam brandt er even
wel.
Ook in de Westminster Abbey zijn we geweest. Hier
is eveneens veel moois te zien. De schitterende kapel
van Henri VII en de dlchtersafdeeling zijn de meest
opmerkelijke en bezienswaardige plaatsen.
In de „diehtershoek" liggen groote grafsteenen van
de meeste Engelsche dichters. Borstbeelden van allen,
die in de literatuur eenigszins bekend zijn geworden,
staan er aaneengeschaard.
Tenslotte hebben we dat gekijk en gesjouw afgebro
ken en 2ijn we naar Victoria Station gegaan, hebben
een Haagsche Post gekocht en hebben een treintje ge
pikt naar Battersea Park.
Daar hebben we heerlijk in de zomer-avondlucht ge
wandeld en zijn tenslotte op een bank aan de Theems^
neergestreken. Al lezende en pratende genoten we van
de rust, van de bezinning die van alles uitstraalde wat
ons omringde. Londen is heerlijk stil op Zaterdag
avond en de geluiden die er in de City nog werden
voortgebracht, bereikten ons niet over de Theems. Ach
ter ons lag Battersea Park, vanwaar uit alleen vogel-
gesjllp en hoogstens de stemmen van wandelende men-
schen opklonk.
Mr. Federow wilde weer Hollandsch leeren. De H. P.
vormde een goede leesoefening. Het was hem toch te
moeilijk.
De heele Hollandsche krant hadden we verslonden
tot aan de knippatronen en de recepten voor de dames
toe en onze vriend noodigde ons uit weer eens op
te stappen. Hij opperde een aardig idée. Bij ons op de
kamer zouden we den avond eens vroolijk doorbrengen.
Hij sloeg van alles in. Thee, boter, brood, sardientjes,
citroen en Edammer kaas. Wij moesten keuren of het
werkelijk Edammer kaas was. anders wilde Mr. Fedo
row het niet koopen. Ofschoon we de vaste overtuiging
hadden dat het nooit Holland, laat staan Edam, gezien
had, stelden we onzen vriend gerust met de mededee-
ling dat het werkelijk echte Edammerf kaas was.
Of die boter- en kaasboer eventjes trotsch was!
Op onze kamer hadden we ons gauw geïnstalleerd.
Een penny in de gasmeter en spoedig hadden we thee.
Voor het maken van „Russische Thee" neme men slap
pe thee en doe daar een schijfje citroen in. 'n Klein
beetje suiker naar smaak bijvoegen, 't Smaakt heel
frisch. De Edammer kaas en de verdere ingrediënten
voor het souper verdwenen met rassche schreden.
Onderwijl zou Mr. Federow me wat over Londen
vertellen.
..Ik zal je wat over Engeland en Londen vertellen!"
zeide hij. „Je kunt het dan thuis omwerken voor je
reisverhaal"
Als een ware secretaris pende ik ln 't Engelsch zijn
woorden neer. De blaadjes werden langzaam, maar ze
ker gevuld. Ik vroeg over van alles. Engelsche Kerst
mis. Bank-Hollidays. Lord Mayor-day en wat niet al.
Als ik alle antwoorden uitgewerkt wou weergeven,
was de Schager Courant te klein om het te bevatten.
Mr. Federow ging tegen twaalven weg. Inderdaad had
den we een „good evening" gehad.
En met een slok koude bittergeworden Russische thee
als slaapdruppels sliepen we in.
Zondag.
Om twaalf uur zouden we Mr. Federow ontmoeten bij
het Britsohe Museum. Ik was wederom niet lekker. Het
was den vorigen avond toch heusch niet verder gegaan
dan Russische thee. Misschien is de olie van de sardines
het geweest. Maar in elk geval was ik waardeloos dien
dag. Hangerig en gaperig, dat het een aard had en
maag- en hoofdpijn niet te kort.
Tot overmaat van ramp kwam Mr. Federow niet op
dagen voor één uur een uur te laat dus en het
museum was niet voor twee uur open.
Nergens waren voor de hermetisch gesloten hekken
banken geplaatst, zoodat de trottoirband de eenig be
schikbare zetel was. We verhoogden de misère nog door
alsmaar te zitten rekenen, passen en meten hoe we
met ons geld toe zouden kunnen komen.
Eindelijk kwam onze vriend opdagen. Eenige van
zijn vrienden waren van de badplaatsen in Londen te
ruggekomen en hij had ze noodzakelijk moeten ontvan
gen. Het museum was na een kleine rondwandeling
open.
Het was Inderdaad zeer fraai en bezienswaardig daar
binnen. Ik mocht er echter geen plezier van hebben;
hoe vlugger ik thuis was, hoe liever, was het eenige idée
wat me ondanks de prachtige schilderijen en beelden
bezig hield.
Om vier uur Zondagsmiddags lag ik onder de dekens
op Camder Road. Het diepste punt van de crisis had
ik bereikt. Ziek, straatarm en dan die drukkende hitte
en het zenuwsloopende verkeer.
In pyama zette ik me nog aan tafel, schreef een brief:
een soort testament; de heele ellendige toestand lag
er haarfijn in tentoongesteld. Verlicht ben ik naar bed
gegaan, 's Avonds om acht uur kwam mijn vriend thuis.
Nou, hoe is het?
Beroerd!
Ik verkeerde zoo tusschen droomen en waken. Zoo
nu en dan zag ik m'n vriend in benijdenswaardige ge
zondheid door de kamer waren. Hij heeft nog wel ge
vraagd, hoeveel geld we nu eigenlijk nog wel hadden.
Als het eenigszins kon dan zouden we 'm Maandag
Shxeren. Anders kwamen we zeker niet toe.
Maandagmorgen.
Het was geen Maandagmorgen uit Holland: slaperige
gezichten na een te korte nachtrust. Neen, we waren
zoo fit en kiplekker als het maar eenigszins kon. Vijf
en twintig heele beenbuigingen, een tiental diepe arm-
buigingen op den vloer legden getuigenis af van de
kracht die we weer konden aanwenden.
En nou meteen maar weg ook! Dat werd de eenige
gedachte. Terug naar Holland, naar huis, naar de rust
en gezelligheid!
In een minimum van tijd hadden we alles in orde.
De weinige bagage in de rugzak; de regenjas er bovenop
gebonden; de veldflesch opzij.
Mrs. Walker werd betaald: met droefgeestigen blik
schoven we ons laatste pond over de keukentafel. De
hospita was heel vriendelijk. Als we nog eens in Lon
den kwamen dan waren we altijd welkom en ze beval
zich beleefd aan als het weer eens zoo kwam.
Mr. Federow hadden we opgebeld, en gezegd dat we
weggingen. Hij zou afscheid van ons nemen bij ons
thuis tussohen elf en twaalf. We wachtten tot half één.
Toen moesten we gaan, wilden we nog dienzelfden dag
naar Canterbury. We lieten een boodschap achter dat
we persé weg moesten. Van Camder Road hebben we
de bus naar Denwart Street genomen. Daar namen we
de fietsen in ontvangst; daar gingen weer twee shilling!
Op een groote landkaart van Engeland waarop de
bodemhoogte aanschouwelijk was aangegeven, zagen we
Avonturen
van twee
afgestudeerde
H.B.S.=ers.
Bloemenmagazijn „CORONA",
KONINGSTRAAT 67 - - DEN HELDER,
levert U alle moderne bloemstukken
Telefoon 216. Postgiro 99555.
VL
ZATERDAGMORGEN was het meer dan laat toen
we uit bed rolden. We belden onzen vriend op
om te bepalen waar en wanneer we elkaar zou
den ontmoeten.
Om twaalf uur bij St. Stevensbuilding tegenover
Big-Ben zouden we elkaar treffen.
We liepen al geruimen tijd te wachten. Een buiten
gewone drukte openbaarde zich. Alle kantoren gingen
uit en vanuit de City spoedde iedereen zich met groote
haast naar de „boroughs", de woonwijken, om zich met
mogelijk nog grootere haast op te maken voor liet
weekend in Brlghton, Margate, Scarborough, Yar-
mouth, kortom naar welke kustplaats dan ook
Een massa speciale treinen tegen bijzondere week-end
tarieven rolt de Londensche stations uit
Wie er om twaalf uur kwam, onze vriend was te
Iaat! Tot we hem om bijna half één buiten adem zagen
komen aanhollen.
Zaken hadden hem opgehouden. Als we met hem mee
gingen dan zou hij eerst even naar zijn bank.
De bank was al dicht; Mr. Fedorow kon zijn geld
niet kwijt. Hij noodigde ons uit om eens goed warm
te gaan eten. Het was evenwel nog te vroeg om op
het aanlokkelijke aanbod in te gaan.
Als we eerst een uurtje wachtten zou het veel beter
smaken.
In dat uur hebben we nog even de foto's aangehaald
bij den fotograaf. Die fotohandel was een heel stuk
weg en we hadden nog 14 minuten den tijd alvorens de
winkels dicht zouden gaan.
Met koortsachtigen haast pikten we de Ondergrond-
sche, moesten nog een keer overstappen en sprongen,
toen we met een tergend langzame roltrap den beganen
grond hadden bereikt, op een bus.
Juist 2 voor éénen trad ik den winkel binnen.
'n Uitgaaf van beteekenis was het wel, dat ontwik
kelen en afdrukken, maar we praatten ons schoon door
te zeggen, dat we dat op de rekening ,3uitengewone
Uitgaven" mochten plaatsen.
Ondertusschen stond Mr. Fedorow al weer te wachten.
Kalm wandelend zijn we naar de Charlottestreet ge
gaan. 'n Weldadige honger kwam opzetten; we hadden
tenminste wat te stillen
Mr. Fedorow'g adres was een Duitsch restaurant,
waar een Duitsche keuken aanwezig was.
Het was snikheet en toch dachten we het eerst aan
terwtensoep met kluif en boerenkool met worst.
Maar aangezien we noch in het Duitsch noch in het
Engelsch de namen voor deze lekkernijen wisten, be
stelden we groentensoep.
Mr. Fedorow liet ook soep aanrukken. We waren
zijn gasten. We hadden mooi praten van: nee, Mr. Fe-
dorw, dat kunnen we niet van U verlangen; 'U ver
went ons.
Vanwege de gesloten Bank haalde hij de schillings en
florins uit zijn broekzak en do pondjes uit de buitenzak
van zij-n colbertje.
Daar gaven we den strijd tegen op. We berustten
maar ln de tractatle. Na de groentensoep waaraan een
stevige hoeveelheid bouillon was toegevoegd, kwam er
zuurkool met worst op tafel!
Wij Hollanders kunnen fijn eten klaarmaken, maar
Sauerkraut mlt Wurst is een specialiteit van de Duit
sche keuken die bij dit gerecht met onaantastbare su
perioriteit de lakens uitdeelt.
Na al die dagen van brood met boter en thee en ca
cao was het een onbeschrijfelijke genieting!
Als dessert kwam er jamtaart en Russische thee. Dit
taatste viel ons buitengewoon mee. Mr. Fedorow was
er natuurlük zeer verheugd over: zoozeer voelde hij
zich nog Rus.
Na de afrekening zijn we met gevulde maag en ge
stilde honger aan het wandelen gegaan.
Een vredige rust heerscht er ln Londen. Dat is zeer
opmerkelijk in zoo'n wereldstad, waar bijna geen druk
te is op Zaterdagmiddag en Zondag.
Gezelligheid kent geen tijd!
Het was inmiddels al tegen vijven. Op voorstel van
Mr. Federow zouden we ergens in een park een mooi
rustig plekje zoeken. Eerst hebben we evenwel het
House of Parliament bekeken.
FEUILLETON.
Roman van Norbert Ga ral.
13.
Berry sprong van zijn stoel op. „Als je dat standpunt
inneemt, is een onderhoud overbodig. Gisteren sprak je
toch anders! Ik wil je echter wel meteen hier in tegen
woordigheid van je secretaris verklaren, dat je dat
nooit gelukken zal!"
„Ook niet tegen een behoorlijke vergoeding?"
In plaats van antwoord te geven, greep Berry haastig
zijn hoed en liep naar de deur.
„Hallo Berry", riep Savages. „Heb ik je beleedigd?
Waarom loop je weg?"
„Jij schijnt te denken, dat alles met geld te koop ls,
Savages. Het lijkt me daarom niet ondienstig je nog
eens nadrukkelijk te verzekeren, dat je er nooit in zult
slagen in mijn gevoelens voor Elis verandering te bren
gen!"
„Voor Elis.,.?" Nu was het Savages, die van zijn stoel
opsprong en den ander zoo verbaasd aanstaarde, dat
deze onwillekeurig aarzelde. „Maar beste kerel, dat is
een gruwelijk misverstand. Ik spreek heelemaal niet
over Elis! Ik bedoelde NicQle Irvine. Hoor je goed wat
ik zeg? Hier is sprake van Nicole Irvine."
Het was een van Savages' beste zakentrucs om bij
moeilijk onderhandelingen geheel onverwachts onder
werpen ter sprake te brengen, welke zijn tegenstander
volkomen verrassen. En zoo was nu ook Berry door
Savages' onverwachte mededeeling, dat slechts sprake
was van Nicole Irvine, geheel uit het veld geslagen.
Verbijsterd keek hij eerst Savages, daarna diens secre
taris aan. Geruimen tijd verliep, alvorens Berry zich
althans in zooverre herstelde, dat hij Savages kon vra
gen, of hij hem goed begrepen, had.
„Bedoel je Nicole Irvine?"
„Ja!"
„Die avonturierster...?"
„Inderdaad."
Was Savages wel goed bij zijn hoofd?, vroeg Berry
zich af. Wat had hij nu ln hemelsnaam nog met Nicole
Irvine te maken? Hij herinnerde zich nu plotseling
Savages' dreigement, dat de familie Davis het als een
eer zou beschouwen Nicole Irvine te mogen ontvangen.
Zou Savages deze woorden, die zoo fantastisch hadden
geklonken, ernstig hebben gemeend?
Berry's wantrouwen jegens Savages nam toe. Wat
kon hij voor plannen hebben? Besluiteloos bleef hij nog
een oogenblik bij de deur staan; daarna keerde hij lang
zaam naar de fauteuil terug, waarin hij zooeven geze
ten had.
„Als ik je goed begrepen heb, Savages, wilde je me
een voorstel doen."
„Precies, en wel een voorstel, waarmee 1500 pond te
verdienen is. Ik geloof, da;t je dit bedrag op het oogen
blik best gebruiken kunt, nu een groot deel van je meu
bilair verpand is."
Dat was volkomen juist. Berry moest toegeven, dat
Savages uitstekend was ingelicht. Des te meer verwon
derde hij er zich echter over, dat Savages blijkbaar niet
wist hoe onverschillig Nicole Irvine hem sinds haar
veroordeeling geworden was. Enfin, als Savages eT plei-
zier in had zijn geld aan een idée fixe te offeren, dan
moest hij dat zelf weten.
„Ik luister..."
Savages knikte tevreden. „Eenige dagen geleden ont
ving ik een brief van je vader. Hij verzocht mij een
hypotheek voor hem te willen aflossen, welke op zijn
landgoed rust. Haynes, wees zoo goed Lord Davis even
het resultaat van onze onderhandelingen mee te dee-
len."
De secretaris nam een brief uit zijn actetasóh, vouwde
deze open en begon daarna den inhoud voor te lezen.
„Mr. Savages Esq. Ik heb hiermede de eer u schrif
telijk te bevestigen, dat ik bereid ben Miss Nicole Irvine
als mijn dochter te adopteeren. In het gisteren tusschen
ons gevoerde gesprek verzocht ik u bereids mijn zoon
Berry van dit besluit op de hoogte te brengen. Ik ver
zoek u thans nogmaals dringend dit vooral niet te ver
zuimen. Intusschen verblijf ik met vr. groeten, Uw
Douglas Davis."
Berry trok den secretaris den brief uit de handen.
Haastig vloog hij de weinige regels door.
„Wat heeft dat te beteekenen, Savages? Ik verlang
een verklaring!"
Savages wendde zioh kalm tot zijn secretaris. „Lord
Davis vraagt, wat dat te beteekenen heeft, Haynes.
Wees zoo goed hem den inhoud van £en brief nog eens
in 't kort mede te deelen."
Haynes maakte een diepe buiging. „Lord Douglas Da
vis verklaart zich in zijn schrijven aan Mr. Savages be
reid Nicole Irvine te adopteeren." Hij boog wederom
diep en trok zich daarna discreet op zijn plaats terug.
Toen het eindelijk tot Berry doordrong, dat Nicole
Irvine zijn zuster zou worden, kookte hij van woede.
Zijn vader was bereid deze oplichtster als zijn dochter
aan te nemen! Hij kneep den brief tot een bal ineen en
wierp deze woedend op tafel. „Dat is jouw werk Sa
vages," siste hij. „Jij hebt die adoptie gekocht!"
„Gekocht? Hoe kom je aan die veronderstelling? ant
woordde Savages koeltjes. „Ik heb me slechts bereid
verklaard de hypotheek, die op het landgoed van je va
der rust en die binnen eenige dagen vervalt, af te los
sen. Ik kan toch bezwaarlijk toestaan, dat de oude heer
door zijn sohuldeisohers uit zijn huis wordt gejaagd."
De hypotheek! Savages loste de hypotheek af! Dat be-
teekende een redding ter elfder ure, schoot het hem
door het hoofd. Het was werkelijk een geluk, dat...
Hij kreeg geen gelegenheid zijn overpeinzingen voort
te zetten, want plotseling ratelde de telefoon, alsof er
brand was. Haynes greep naar den hoorn.
„Ja, hier Haynes... Telegram uit Bremen...? De ha
venarbeiders staken...?"
Hij legde de hoorn weer op de haak. „Mr. Savages
ln Bremen is een staking onder de havenarbeiders uit
gebroken."
Savages sprong op. Met groote stappen liep hij het
vertrek op en neer. „Haynes, noteer! Draadloos aan de
Lyslstrata. Koers onmiddellijk veranderen. Stop. Dan
zig binnen loopen. Stop. Aan bederf onderhevige wa
ren direct verkoopen. Telegram aan Austien en Co.
Niet leveren wegens staking! Telegrafische offerte aan
Danzig. Prijs met 1/24 pence verlaagd. Oherbourg advi-
seeren: Lading onmiddellijk staken!"
In korte, afgebeten zinnen gaf hij den secretaris zijn
commando's, zonder zioh ook maar in het minst om
Berry te bekommeren. Deze laatste vroeg zich intus-
sohen verbaasd af, of deze man, die nu van energie en
werklust blaakte, dezelfde was als die, welke nog
slechts eenige minuten geleden koel en gelaten aan zijn
schrijfbureau had gezeten. Hoewel Savages hem niet
bepaald sympathiek was, voelde hij toch een soort be
wondering voor dezen man bij zich opkomen. Zijn ijzer-
sterke wil en heldere kop stelden dezen nuohteren koop
man in staat in het onderdeel van een seconde dispo
dat de kortste en vlakste route naar Canterbury over
Chatamen en Gravesend ging.
De fiets zat vreemd en toch behagelijk. Met een vaar
tje van 20 kilometer stevenden we de stad uit op Ohat-
hara aan.
Op weg naar huis.
Bij een groote pomp op het randje van de stad laaf
den we ons en vulden de flesschen. We waren ln puike
conditie. Het was al ruim twee uur, maar als het moest
zouden we wel tot ver in den avond door kunnen rijden.
Met een flinke gang ging het dan ook voorwaarts.
Rochester en Chatham, „tweelingsteden", waren de
eerste grooté plaatsen die we door reden. Een breede
ijzeren brug verbindt de oevers van de rivier die langs
Rochester stroomt en in de Theems uitmondt.
Magnifieke kiekjes zijn er van te maken. Hetgeen we
dan ook niet verzuimden te. doen.
Chatham leeft voort in oude herinnering, doordat De
Ruyter's tocht naar Chatham nog steeds in onze ge
schiedenisboekjes vermeld staat. Tot diep in Londen
waren 'de kanonschoten van De Ruyter hoorbaar, stond
er in het boekje van de dochter van onze Londensche
hospita!
'n Geweldige helling kregen we na Chatham te nemen
Dat was wel ongeveer de laatste. In regelmatig tempo
konden we tenminste Canterbury bereiken, 'n Paar
uiterst verdienstelijke stoomwagens reden ons achterop.
Alles liep ons zoodoende mee. Behalve dan de banden-
pech. In Northfield aan de Theems kreeg ik een lek
bandje. Het gat was bijna niet te vinden. Tot overmaat
van ramp houdt men er het type echte Hollandsche
voetpomp, waarmee je band in een slag of vier, vijf, kei
hard is, niet op na in Engeland. In het zweet des aan-
sohijns stonden we ons dus te pompen, trouw bestraald
door de blakende zon. die het wegdek week en zwaar
maakte. Tegen den avond werd het heerlijk koel. Koud
en nevelig zelf. In Canterbury vroegen we naar de
All Saints Lane. de Allerheiligensteeg!
Niemand wist het totdat toevallig een slagersjongen
die foeislecht Engelsch sprak het steegje wist te
wijzen. De jeugdherberg was buitengewoon fijn. Er wa
ren twee ruime slaapzalen, vaste waschtafels. een bad
kamer. een eetkamer en een zit- en leeszaal voor de
trekkers.
We waren er helaas alleen. De Engelsehen weten nog
niet wat een prachtige jeugdherbergen er zijn in eigen
land.
De roet van stoomwagens en de zweetdroppels van
den heelen dag hadden zich tot een onzindelijke huid-
bedekking vermengd. We waren dan ook bijna niet
toonbaar. Een heerlijk bad knapte ons een paar hon
derd procent op en gaf nieuwe kracht en moed. Da
heele stemming was weer goed. Met een heerlijke bo
terham en een warm kop thee en een paar spiegeleieren
voor ons, wetend dat boven een goed bed klaarstond,
waren we enthousiaster dan ooit en klonken op het heil
van Engeland en zijn schitterende jeugdherbergen, waar
maar één ding aan ontbreekt, hetgeen jammer genoeg
het voornaamste is, n.1. trekkers.
We zouden het Nederlandsche trekkers willen toeroe
pen: steekt eens over. Er is plaats genoeg en je geniet
er ten. volle van al het schoone dat er te zien is!
HENK JONKER Hz.
Wordt vervolgd.
SCHREIDE VAN PIJN DOOR RHEUMATIEK.
„Zes weken lang", schrijft een vrouw ons, „heb ik
aan rheumatiek geleden, hoofdzakelijk in mijn voe
ten en polsen. Om de waarheid te zeggen, ik heb ge
huild van pijn. Omdat ik een zwakke maag heb, kon
ik geen enkel soort medicament nemen, want dan
raakte mijn maag van streek. Toen zei een dame mij,
dat ik eens Kruschen Salts moest probeeren. Ik ben
nu erg dankbaar dat ik dit gedaan heb, want ik voel
me nu geheel hersteld. Ik heb nooit iets anders ge
nomen, dus moet het wel Kruschen zijn, waardoor ik
zoo ten goede veranderd ben."
(Mevr.) C.
De zes minerale zouten, die Kruschen bevat, heb
ben alle een directen invloed op de geheele stofwisse
ling. Zij zorgen, dat de naaldscherpe urinezuur-kris-
tallon, welke de ondraaglijke rheumatische pijnen
veroorzaken, worden opgelost en daarna op natuur
lijke wijze uit het lichaam verdreven. Vervolgens zal
de dagelijksche dosis Kruschen de afvoer-organon
blijven aansporen tot gezonde, geregelde werking en
zoodoende hardlijvigheid voorkomen. En daarom zal
het voortaan onmogelijk zijn dat er ooit weer een op-
eenhooping in het lichaam ontstaat van gevaarlijk
urinezuur of andere lichaamsvergiften, die de ge
zondheid benadeelen.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle
apothekers en drogisten a Fl. 0.90 en Fl. 1.60 per
flacon. (Adv.)
sities van ver strekkende beteekenis te treffen.
Savages liep nu haastig naar de deur. „Haynes, laat
onmiddellijk Wellington en Midland op mijn kantoor
komen. En verbind me direct met Hudson Co.! .En
wat die kwestie met Nicole Irvine betreft, bespreek jij
alles maar verder met Lord Davis."
Hij wendde zioh tot Berry: „Je excuseert me Davis,
ik heb geen minuut te verliezen! De staking in Bre
men..."
De deur viel achter hem •dicht. Haynes greep naar
zijn actetasch.
„U houdt mij ten goede, dat ik kort zal zijn, Lord
Davis. Miss Nicole Irvine verwacht u om 12 uur, dus
over een uur op het station Klngscross. Hier hebt u de
beide plaatskaarten. Mr. Savages verzoekt u miss Nicole
Irvine naar het landgoed van uw vader, Lord Douglas
Davis, te willen vergezellen. Ik zelf ben gisteren in
Dundee geweest en heb daar alles voor de adoptie in
orde gemaakt. De burgemeester, zoowel als de geeste
lijke zijn van alles op de hoogte. Mr. Savages wenseht,
dat u bij de adoptie als getuige fungeert. Voor uw moei
te ontvangt u een cheque van 1500 pond, welke miss
Nicole Irvine u zal overhandigen, zoodra de plechtigheid
voltrokken is. Hier hebt u de betreffende overeenkomst
in drievoud, door Mr. Savages persoonlijk onderteekend.
U excuseert mij, Lord Davis; mijn tijd is beperkt. Ik
zal over eenige minuten iemand zenden om de door U
onderteekende overeenkomst in ontvangst te nemen",
Haynes boog en verliet het vertrek.
Berry was alleen. Tevergeefs trachtte hij zijn positie
rustig onder de oogen te zien. Hij wierp een verdwaas
den blik op de keurige getypte vellen folio, welke voor
hem op tafel lagen en deed een wanhopige poging om
den inhoud van de overeenkomst in zich op te nemen,
maar de letters dansten hem voor de oogen. Slechts één
ding was hem duidelijk, n.1. het ongehoorde en helaas
niet te voorkomen feit, dat Nicole Irvine, de oplichtster,
van morgen af zijn zuster zou zijn.
Zijn zuster de oplichtster! Wat zouden zijn vrien
den daar wel van zeggen!
Onbegrijpelijk scheen het, dat zijn vader zich voor een
dergelijke comedie wilde leenen maar ja, de hypo
theek. De oude heer wist ook geen anderen uitweg meer.
Hij zelf zou zijn vader nooit hebben hunnen helpen en
daarom had deze waarschijnlijk de eerste de beste ge
legenheid aangegrepen om zich uit de handen van zijn
schuldeisohers te redden...