verblyf in Eonden. Ons Zaterdag 8 October 1932 SCHAGER COURANT. Derde biad. No. 9155 EEN TRIP NAAR DE BRITSCHE HOOFDSTAD. Snikheete Zaterdag en Zondag. Terug naar Holland. De dame die zich Bancroft noemde Er waren helaas geen zittingen; gaarne hadden we eens zoo'n Engelsche tweede-kamer-vergadering bijge woond en kopstukken als MacDonald en Beldwin hoo- ren speechen. Het interieur van de gebouwen was zeer interessant. De vergaderzalen mochten we doorloopen. Mr. Fedorow wees ons alles. De sterke invloed van de traditie was uit alles te merken. In de zaal waar de House of Lords, het Hoogerhuis vergadert, heeft de voorzitter een groote divan tot zijn beschikking; maar dan een heele groote met een mol lige rugleuning. Achter hem zijn de loges van de ko ninklijke familie. Van de' vergaderzalen kwamen we langs allerlei spe ciale vertrekken voor kamerleden en ministers. In de gangen stonden kasten vol met „Handelingen", uitgewerkte stenografische verslagen van alle vergade- ingen die gehouden zijn. Het „Parlementshuis" beslaat een geweldige opper vlakte. Het werd pas gebouwd in 1840, al lijkt het een eeuwenoud bouwwerk. Twee groote torens verheffen zich. De eene, die even over de 100 Meter hoog is, is de Big-Ben; zoo genoemd naar de geweldig groote klok die er in hangt en die de dreunende uurslagen over de stad zendt. De andere is Victoria Tower. Hier wappert de En gelsche vlag op als de kamers zitting hebben. Des nachts brandt er een licht op. Met het Parlementshuis staat de West-Minster Hall in verbinding. Dit is een grpote, haast lugubere steenen zaal, waar niet al te veel licht binnen valt. Een breede verhooging, die aan de zijde van het „House of Parliament" ll£t is de plaats waar in vroe ger jaren het gerecht plaats nam en beklaagden in massa veroordeelde. Steenen in de vloer geven de plaats aan waar beken de personen uit de geschiedenis van de laatste honderd laar hun veroordeeling aanhoorden. Menig vooraanstaand landsman werd er voor zijn begraf® nis neergezet. De lijken van de bij de ramp van de R 101 omgekomenen hebben er eenige Jaren geleden ook gestaan. Aan den tegenovergesteld en kant van de verhooging ligt een groote metalen plaat. Daar ligt de Engelsche Onbekende Soldaat. Geen eeuwige vlam brandt er even wel. Ook in de Westminster Abbey zijn we geweest. Hier is eveneens veel moois te zien. De schitterende kapel van Henri VII en de dlchtersafdeeling zijn de meest opmerkelijke en bezienswaardige plaatsen. In de „diehtershoek" liggen groote grafsteenen van de meeste Engelsche dichters. Borstbeelden van allen, die in de literatuur eenigszins bekend zijn geworden, staan er aaneengeschaard. Tenslotte hebben we dat gekijk en gesjouw afgebro ken en 2ijn we naar Victoria Station gegaan, hebben een Haagsche Post gekocht en hebben een treintje ge pikt naar Battersea Park. Daar hebben we heerlijk in de zomer-avondlucht ge wandeld en zijn tenslotte op een bank aan de Theems^ neergestreken. Al lezende en pratende genoten we van de rust, van de bezinning die van alles uitstraalde wat ons omringde. Londen is heerlijk stil op Zaterdag avond en de geluiden die er in de City nog werden voortgebracht, bereikten ons niet over de Theems. Ach ter ons lag Battersea Park, vanwaar uit alleen vogel- gesjllp en hoogstens de stemmen van wandelende men- schen opklonk. Mr. Federow wilde weer Hollandsch leeren. De H. P. vormde een goede leesoefening. Het was hem toch te moeilijk. De heele Hollandsche krant hadden we verslonden tot aan de knippatronen en de recepten voor de dames toe en onze vriend noodigde ons uit weer eens op te stappen. Hij opperde een aardig idée. Bij ons op de kamer zouden we den avond eens vroolijk doorbrengen. Hij sloeg van alles in. Thee, boter, brood, sardientjes, citroen en Edammer kaas. Wij moesten keuren of het werkelijk Edammer kaas was. anders wilde Mr. Fedo row het niet koopen. Ofschoon we de vaste overtuiging hadden dat het nooit Holland, laat staan Edam, gezien had, stelden we onzen vriend gerust met de mededee- ling dat het werkelijk echte Edammerf kaas was. Of die boter- en kaasboer eventjes trotsch was! Op onze kamer hadden we ons gauw geïnstalleerd. Een penny in de gasmeter en spoedig hadden we thee. Voor het maken van „Russische Thee" neme men slap pe thee en doe daar een schijfje citroen in. 'n Klein beetje suiker naar smaak bijvoegen, 't Smaakt heel frisch. De Edammer kaas en de verdere ingrediënten voor het souper verdwenen met rassche schreden. Onderwijl zou Mr. Federow me wat over Londen vertellen. ..Ik zal je wat over Engeland en Londen vertellen!" zeide hij. „Je kunt het dan thuis omwerken voor je reisverhaal" Als een ware secretaris pende ik ln 't Engelsch zijn woorden neer. De blaadjes werden langzaam, maar ze ker gevuld. Ik vroeg over van alles. Engelsche Kerst mis. Bank-Hollidays. Lord Mayor-day en wat niet al. Als ik alle antwoorden uitgewerkt wou weergeven, was de Schager Courant te klein om het te bevatten. Mr. Federow ging tegen twaalven weg. Inderdaad had den we een „good evening" gehad. En met een slok koude bittergeworden Russische thee als slaapdruppels sliepen we in. Zondag. Om twaalf uur zouden we Mr. Federow ontmoeten bij het Britsohe Museum. Ik was wederom niet lekker. Het was den vorigen avond toch heusch niet verder gegaan dan Russische thee. Misschien is de olie van de sardines het geweest. Maar in elk geval was ik waardeloos dien dag. Hangerig en gaperig, dat het een aard had en maag- en hoofdpijn niet te kort. Tot overmaat van ramp kwam Mr. Federow niet op dagen voor één uur een uur te laat dus en het museum was niet voor twee uur open. Nergens waren voor de hermetisch gesloten hekken banken geplaatst, zoodat de trottoirband de eenig be schikbare zetel was. We verhoogden de misère nog door alsmaar te zitten rekenen, passen en meten hoe we met ons geld toe zouden kunnen komen. Eindelijk kwam onze vriend opdagen. Eenige van zijn vrienden waren van de badplaatsen in Londen te ruggekomen en hij had ze noodzakelijk moeten ontvan gen. Het museum was na een kleine rondwandeling open. Het was Inderdaad zeer fraai en bezienswaardig daar binnen. Ik mocht er echter geen plezier van hebben; hoe vlugger ik thuis was, hoe liever, was het eenige idée wat me ondanks de prachtige schilderijen en beelden bezig hield. Om vier uur Zondagsmiddags lag ik onder de dekens op Camder Road. Het diepste punt van de crisis had ik bereikt. Ziek, straatarm en dan die drukkende hitte en het zenuwsloopende verkeer. In pyama zette ik me nog aan tafel, schreef een brief: een soort testament; de heele ellendige toestand lag er haarfijn in tentoongesteld. Verlicht ben ik naar bed gegaan, 's Avonds om acht uur kwam mijn vriend thuis. Nou, hoe is het? Beroerd! Ik verkeerde zoo tusschen droomen en waken. Zoo nu en dan zag ik m'n vriend in benijdenswaardige ge zondheid door de kamer waren. Hij heeft nog wel ge vraagd, hoeveel geld we nu eigenlijk nog wel hadden. Als het eenigszins kon dan zouden we 'm Maandag Shxeren. Anders kwamen we zeker niet toe. Maandagmorgen. Het was geen Maandagmorgen uit Holland: slaperige gezichten na een te korte nachtrust. Neen, we waren zoo fit en kiplekker als het maar eenigszins kon. Vijf en twintig heele beenbuigingen, een tiental diepe arm- buigingen op den vloer legden getuigenis af van de kracht die we weer konden aanwenden. En nou meteen maar weg ook! Dat werd de eenige gedachte. Terug naar Holland, naar huis, naar de rust en gezelligheid! In een minimum van tijd hadden we alles in orde. De weinige bagage in de rugzak; de regenjas er bovenop gebonden; de veldflesch opzij. Mrs. Walker werd betaald: met droefgeestigen blik schoven we ons laatste pond over de keukentafel. De hospita was heel vriendelijk. Als we nog eens in Lon den kwamen dan waren we altijd welkom en ze beval zich beleefd aan als het weer eens zoo kwam. Mr. Federow hadden we opgebeld, en gezegd dat we weggingen. Hij zou afscheid van ons nemen bij ons thuis tussohen elf en twaalf. We wachtten tot half één. Toen moesten we gaan, wilden we nog dienzelfden dag naar Canterbury. We lieten een boodschap achter dat we persé weg moesten. Van Camder Road hebben we de bus naar Denwart Street genomen. Daar namen we de fietsen in ontvangst; daar gingen weer twee shilling! Op een groote landkaart van Engeland waarop de bodemhoogte aanschouwelijk was aangegeven, zagen we Avonturen van twee afgestudeerde H.B.S.=ers. Bloemenmagazijn „CORONA", KONINGSTRAAT 67 - - DEN HELDER, levert U alle moderne bloemstukken Telefoon 216. Postgiro 99555. VL ZATERDAGMORGEN was het meer dan laat toen we uit bed rolden. We belden onzen vriend op om te bepalen waar en wanneer we elkaar zou den ontmoeten. Om twaalf uur bij St. Stevensbuilding tegenover Big-Ben zouden we elkaar treffen. We liepen al geruimen tijd te wachten. Een buiten gewone drukte openbaarde zich. Alle kantoren gingen uit en vanuit de City spoedde iedereen zich met groote haast naar de „boroughs", de woonwijken, om zich met mogelijk nog grootere haast op te maken voor liet weekend in Brlghton, Margate, Scarborough, Yar- mouth, kortom naar welke kustplaats dan ook Een massa speciale treinen tegen bijzondere week-end tarieven rolt de Londensche stations uit Wie er om twaalf uur kwam, onze vriend was te Iaat! Tot we hem om bijna half één buiten adem zagen komen aanhollen. Zaken hadden hem opgehouden. Als we met hem mee gingen dan zou hij eerst even naar zijn bank. De bank was al dicht; Mr. Fedorow kon zijn geld niet kwijt. Hij noodigde ons uit om eens goed warm te gaan eten. Het was evenwel nog te vroeg om op het aanlokkelijke aanbod in te gaan. Als we eerst een uurtje wachtten zou het veel beter smaken. In dat uur hebben we nog even de foto's aangehaald bij den fotograaf. Die fotohandel was een heel stuk weg en we hadden nog 14 minuten den tijd alvorens de winkels dicht zouden gaan. Met koortsachtigen haast pikten we de Ondergrond- sche, moesten nog een keer overstappen en sprongen, toen we met een tergend langzame roltrap den beganen grond hadden bereikt, op een bus. Juist 2 voor éénen trad ik den winkel binnen. 'n Uitgaaf van beteekenis was het wel, dat ontwik kelen en afdrukken, maar we praatten ons schoon door te zeggen, dat we dat op de rekening ,3uitengewone Uitgaven" mochten plaatsen. Ondertusschen stond Mr. Fedorow al weer te wachten. Kalm wandelend zijn we naar de Charlottestreet ge gaan. 'n Weldadige honger kwam opzetten; we hadden tenminste wat te stillen Mr. Fedorow'g adres was een Duitsch restaurant, waar een Duitsche keuken aanwezig was. Het was snikheet en toch dachten we het eerst aan terwtensoep met kluif en boerenkool met worst. Maar aangezien we noch in het Duitsch noch in het Engelsch de namen voor deze lekkernijen wisten, be stelden we groentensoep. Mr. Fedorow liet ook soep aanrukken. We waren zijn gasten. We hadden mooi praten van: nee, Mr. Fe- dorw, dat kunnen we niet van U verlangen; 'U ver went ons. Vanwege de gesloten Bank haalde hij de schillings en florins uit zijn broekzak en do pondjes uit de buitenzak van zij-n colbertje. Daar gaven we den strijd tegen op. We berustten maar ln de tractatle. Na de groentensoep waaraan een stevige hoeveelheid bouillon was toegevoegd, kwam er zuurkool met worst op tafel! Wij Hollanders kunnen fijn eten klaarmaken, maar Sauerkraut mlt Wurst is een specialiteit van de Duit sche keuken die bij dit gerecht met onaantastbare su perioriteit de lakens uitdeelt. Na al die dagen van brood met boter en thee en ca cao was het een onbeschrijfelijke genieting! Als dessert kwam er jamtaart en Russische thee. Dit taatste viel ons buitengewoon mee. Mr. Fedorow was er natuurlük zeer verheugd over: zoozeer voelde hij zich nog Rus. Na de afrekening zijn we met gevulde maag en ge stilde honger aan het wandelen gegaan. Een vredige rust heerscht er ln Londen. Dat is zeer opmerkelijk in zoo'n wereldstad, waar bijna geen druk te is op Zaterdagmiddag en Zondag. Gezelligheid kent geen tijd! Het was inmiddels al tegen vijven. Op voorstel van Mr. Federow zouden we ergens in een park een mooi rustig plekje zoeken. Eerst hebben we evenwel het House of Parliament bekeken. FEUILLETON. Roman van Norbert Ga ral. 13. Berry sprong van zijn stoel op. „Als je dat standpunt inneemt, is een onderhoud overbodig. Gisteren sprak je toch anders! Ik wil je echter wel meteen hier in tegen woordigheid van je secretaris verklaren, dat je dat nooit gelukken zal!" „Ook niet tegen een behoorlijke vergoeding?" In plaats van antwoord te geven, greep Berry haastig zijn hoed en liep naar de deur. „Hallo Berry", riep Savages. „Heb ik je beleedigd? Waarom loop je weg?" „Jij schijnt te denken, dat alles met geld te koop ls, Savages. Het lijkt me daarom niet ondienstig je nog eens nadrukkelijk te verzekeren, dat je er nooit in zult slagen in mijn gevoelens voor Elis verandering te bren gen!" „Voor Elis.,.?" Nu was het Savages, die van zijn stoel opsprong en den ander zoo verbaasd aanstaarde, dat deze onwillekeurig aarzelde. „Maar beste kerel, dat is een gruwelijk misverstand. Ik spreek heelemaal niet over Elis! Ik bedoelde NicQle Irvine. Hoor je goed wat ik zeg? Hier is sprake van Nicole Irvine." Het was een van Savages' beste zakentrucs om bij moeilijk onderhandelingen geheel onverwachts onder werpen ter sprake te brengen, welke zijn tegenstander volkomen verrassen. En zoo was nu ook Berry door Savages' onverwachte mededeeling, dat slechts sprake was van Nicole Irvine, geheel uit het veld geslagen. Verbijsterd keek hij eerst Savages, daarna diens secre taris aan. Geruimen tijd verliep, alvorens Berry zich althans in zooverre herstelde, dat hij Savages kon vra gen, of hij hem goed begrepen, had. „Bedoel je Nicole Irvine?" „Ja!" „Die avonturierster...?" „Inderdaad." Was Savages wel goed bij zijn hoofd?, vroeg Berry zich af. Wat had hij nu ln hemelsnaam nog met Nicole Irvine te maken? Hij herinnerde zich nu plotseling Savages' dreigement, dat de familie Davis het als een eer zou beschouwen Nicole Irvine te mogen ontvangen. Zou Savages deze woorden, die zoo fantastisch hadden geklonken, ernstig hebben gemeend? Berry's wantrouwen jegens Savages nam toe. Wat kon hij voor plannen hebben? Besluiteloos bleef hij nog een oogenblik bij de deur staan; daarna keerde hij lang zaam naar de fauteuil terug, waarin hij zooeven geze ten had. „Als ik je goed begrepen heb, Savages, wilde je me een voorstel doen." „Precies, en wel een voorstel, waarmee 1500 pond te verdienen is. Ik geloof, da;t je dit bedrag op het oogen blik best gebruiken kunt, nu een groot deel van je meu bilair verpand is." Dat was volkomen juist. Berry moest toegeven, dat Savages uitstekend was ingelicht. Des te meer verwon derde hij er zich echter over, dat Savages blijkbaar niet wist hoe onverschillig Nicole Irvine hem sinds haar veroordeeling geworden was. Enfin, als Savages eT plei- zier in had zijn geld aan een idée fixe te offeren, dan moest hij dat zelf weten. „Ik luister..." Savages knikte tevreden. „Eenige dagen geleden ont ving ik een brief van je vader. Hij verzocht mij een hypotheek voor hem te willen aflossen, welke op zijn landgoed rust. Haynes, wees zoo goed Lord Davis even het resultaat van onze onderhandelingen mee te dee- len." De secretaris nam een brief uit zijn actetasóh, vouwde deze open en begon daarna den inhoud voor te lezen. „Mr. Savages Esq. Ik heb hiermede de eer u schrif telijk te bevestigen, dat ik bereid ben Miss Nicole Irvine als mijn dochter te adopteeren. In het gisteren tusschen ons gevoerde gesprek verzocht ik u bereids mijn zoon Berry van dit besluit op de hoogte te brengen. Ik ver zoek u thans nogmaals dringend dit vooral niet te ver zuimen. Intusschen verblijf ik met vr. groeten, Uw Douglas Davis." Berry trok den secretaris den brief uit de handen. Haastig vloog hij de weinige regels door. „Wat heeft dat te beteekenen, Savages? Ik verlang een verklaring!" Savages wendde zioh kalm tot zijn secretaris. „Lord Davis vraagt, wat dat te beteekenen heeft, Haynes. Wees zoo goed hem den inhoud van £en brief nog eens in 't kort mede te deelen." Haynes maakte een diepe buiging. „Lord Douglas Da vis verklaart zich in zijn schrijven aan Mr. Savages be reid Nicole Irvine te adopteeren." Hij boog wederom diep en trok zich daarna discreet op zijn plaats terug. Toen het eindelijk tot Berry doordrong, dat Nicole Irvine zijn zuster zou worden, kookte hij van woede. Zijn vader was bereid deze oplichtster als zijn dochter aan te nemen! Hij kneep den brief tot een bal ineen en wierp deze woedend op tafel. „Dat is jouw werk Sa vages," siste hij. „Jij hebt die adoptie gekocht!" „Gekocht? Hoe kom je aan die veronderstelling? ant woordde Savages koeltjes. „Ik heb me slechts bereid verklaard de hypotheek, die op het landgoed van je va der rust en die binnen eenige dagen vervalt, af te los sen. Ik kan toch bezwaarlijk toestaan, dat de oude heer door zijn sohuldeisohers uit zijn huis wordt gejaagd." De hypotheek! Savages loste de hypotheek af! Dat be- teekende een redding ter elfder ure, schoot het hem door het hoofd. Het was werkelijk een geluk, dat... Hij kreeg geen gelegenheid zijn overpeinzingen voort te zetten, want plotseling ratelde de telefoon, alsof er brand was. Haynes greep naar den hoorn. „Ja, hier Haynes... Telegram uit Bremen...? De ha venarbeiders staken...?" Hij legde de hoorn weer op de haak. „Mr. Savages ln Bremen is een staking onder de havenarbeiders uit gebroken." Savages sprong op. Met groote stappen liep hij het vertrek op en neer. „Haynes, noteer! Draadloos aan de Lyslstrata. Koers onmiddellijk veranderen. Stop. Dan zig binnen loopen. Stop. Aan bederf onderhevige wa ren direct verkoopen. Telegram aan Austien en Co. Niet leveren wegens staking! Telegrafische offerte aan Danzig. Prijs met 1/24 pence verlaagd. Oherbourg advi- seeren: Lading onmiddellijk staken!" In korte, afgebeten zinnen gaf hij den secretaris zijn commando's, zonder zioh ook maar in het minst om Berry te bekommeren. Deze laatste vroeg zich intus- sohen verbaasd af, of deze man, die nu van energie en werklust blaakte, dezelfde was als die, welke nog slechts eenige minuten geleden koel en gelaten aan zijn schrijfbureau had gezeten. Hoewel Savages hem niet bepaald sympathiek was, voelde hij toch een soort be wondering voor dezen man bij zich opkomen. Zijn ijzer- sterke wil en heldere kop stelden dezen nuohteren koop man in staat in het onderdeel van een seconde dispo dat de kortste en vlakste route naar Canterbury over Chatamen en Gravesend ging. De fiets zat vreemd en toch behagelijk. Met een vaar tje van 20 kilometer stevenden we de stad uit op Ohat- hara aan. Op weg naar huis. Bij een groote pomp op het randje van de stad laaf den we ons en vulden de flesschen. We waren ln puike conditie. Het was al ruim twee uur, maar als het moest zouden we wel tot ver in den avond door kunnen rijden. Met een flinke gang ging het dan ook voorwaarts. Rochester en Chatham, „tweelingsteden", waren de eerste grooté plaatsen die we door reden. Een breede ijzeren brug verbindt de oevers van de rivier die langs Rochester stroomt en in de Theems uitmondt. Magnifieke kiekjes zijn er van te maken. Hetgeen we dan ook niet verzuimden te. doen. Chatham leeft voort in oude herinnering, doordat De Ruyter's tocht naar Chatham nog steeds in onze ge schiedenisboekjes vermeld staat. Tot diep in Londen waren 'de kanonschoten van De Ruyter hoorbaar, stond er in het boekje van de dochter van onze Londensche hospita! 'n Geweldige helling kregen we na Chatham te nemen Dat was wel ongeveer de laatste. In regelmatig tempo konden we tenminste Canterbury bereiken, 'n Paar uiterst verdienstelijke stoomwagens reden ons achterop. Alles liep ons zoodoende mee. Behalve dan de banden- pech. In Northfield aan de Theems kreeg ik een lek bandje. Het gat was bijna niet te vinden. Tot overmaat van ramp houdt men er het type echte Hollandsche voetpomp, waarmee je band in een slag of vier, vijf, kei hard is, niet op na in Engeland. In het zweet des aan- sohijns stonden we ons dus te pompen, trouw bestraald door de blakende zon. die het wegdek week en zwaar maakte. Tegen den avond werd het heerlijk koel. Koud en nevelig zelf. In Canterbury vroegen we naar de All Saints Lane. de Allerheiligensteeg! Niemand wist het totdat toevallig een slagersjongen die foeislecht Engelsch sprak het steegje wist te wijzen. De jeugdherberg was buitengewoon fijn. Er wa ren twee ruime slaapzalen, vaste waschtafels. een bad kamer. een eetkamer en een zit- en leeszaal voor de trekkers. We waren er helaas alleen. De Engelsehen weten nog niet wat een prachtige jeugdherbergen er zijn in eigen land. De roet van stoomwagens en de zweetdroppels van den heelen dag hadden zich tot een onzindelijke huid- bedekking vermengd. We waren dan ook bijna niet toonbaar. Een heerlijk bad knapte ons een paar hon derd procent op en gaf nieuwe kracht en moed. Da heele stemming was weer goed. Met een heerlijke bo terham en een warm kop thee en een paar spiegeleieren voor ons, wetend dat boven een goed bed klaarstond, waren we enthousiaster dan ooit en klonken op het heil van Engeland en zijn schitterende jeugdherbergen, waar maar één ding aan ontbreekt, hetgeen jammer genoeg het voornaamste is, n.1. trekkers. We zouden het Nederlandsche trekkers willen toeroe pen: steekt eens over. Er is plaats genoeg en je geniet er ten. volle van al het schoone dat er te zien is! HENK JONKER Hz. Wordt vervolgd. SCHREIDE VAN PIJN DOOR RHEUMATIEK. „Zes weken lang", schrijft een vrouw ons, „heb ik aan rheumatiek geleden, hoofdzakelijk in mijn voe ten en polsen. Om de waarheid te zeggen, ik heb ge huild van pijn. Omdat ik een zwakke maag heb, kon ik geen enkel soort medicament nemen, want dan raakte mijn maag van streek. Toen zei een dame mij, dat ik eens Kruschen Salts moest probeeren. Ik ben nu erg dankbaar dat ik dit gedaan heb, want ik voel me nu geheel hersteld. Ik heb nooit iets anders ge nomen, dus moet het wel Kruschen zijn, waardoor ik zoo ten goede veranderd ben." (Mevr.) C. De zes minerale zouten, die Kruschen bevat, heb ben alle een directen invloed op de geheele stofwisse ling. Zij zorgen, dat de naaldscherpe urinezuur-kris- tallon, welke de ondraaglijke rheumatische pijnen veroorzaken, worden opgelost en daarna op natuur lijke wijze uit het lichaam verdreven. Vervolgens zal de dagelijksche dosis Kruschen de afvoer-organon blijven aansporen tot gezonde, geregelde werking en zoodoende hardlijvigheid voorkomen. En daarom zal het voortaan onmogelijk zijn dat er ooit weer een op- eenhooping in het lichaam ontstaat van gevaarlijk urinezuur of andere lichaamsvergiften, die de ge zondheid benadeelen. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten a Fl. 0.90 en Fl. 1.60 per flacon. (Adv.) sities van ver strekkende beteekenis te treffen. Savages liep nu haastig naar de deur. „Haynes, laat onmiddellijk Wellington en Midland op mijn kantoor komen. En verbind me direct met Hudson Co.! .En wat die kwestie met Nicole Irvine betreft, bespreek jij alles maar verder met Lord Davis." Hij wendde zioh tot Berry: „Je excuseert me Davis, ik heb geen minuut te verliezen! De staking in Bre men..." De deur viel achter hem •dicht. Haynes greep naar zijn actetasch. „U houdt mij ten goede, dat ik kort zal zijn, Lord Davis. Miss Nicole Irvine verwacht u om 12 uur, dus over een uur op het station Klngscross. Hier hebt u de beide plaatskaarten. Mr. Savages verzoekt u miss Nicole Irvine naar het landgoed van uw vader, Lord Douglas Davis, te willen vergezellen. Ik zelf ben gisteren in Dundee geweest en heb daar alles voor de adoptie in orde gemaakt. De burgemeester, zoowel als de geeste lijke zijn van alles op de hoogte. Mr. Savages wenseht, dat u bij de adoptie als getuige fungeert. Voor uw moei te ontvangt u een cheque van 1500 pond, welke miss Nicole Irvine u zal overhandigen, zoodra de plechtigheid voltrokken is. Hier hebt u de betreffende overeenkomst in drievoud, door Mr. Savages persoonlijk onderteekend. U excuseert mij, Lord Davis; mijn tijd is beperkt. Ik zal over eenige minuten iemand zenden om de door U onderteekende overeenkomst in ontvangst te nemen", Haynes boog en verliet het vertrek. Berry was alleen. Tevergeefs trachtte hij zijn positie rustig onder de oogen te zien. Hij wierp een verdwaas den blik op de keurige getypte vellen folio, welke voor hem op tafel lagen en deed een wanhopige poging om den inhoud van de overeenkomst in zich op te nemen, maar de letters dansten hem voor de oogen. Slechts één ding was hem duidelijk, n.1. het ongehoorde en helaas niet te voorkomen feit, dat Nicole Irvine, de oplichtster, van morgen af zijn zuster zou zijn. Zijn zuster de oplichtster! Wat zouden zijn vrien den daar wel van zeggen! Onbegrijpelijk scheen het, dat zijn vader zich voor een dergelijke comedie wilde leenen maar ja, de hypo theek. De oude heer wist ook geen anderen uitweg meer. Hij zelf zou zijn vader nooit hebben hunnen helpen en daarom had deze waarschijnlijk de eerste de beste ge legenheid aangegrepen om zich uit de handen van zijn schuldeisohers te redden...

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 9