Steunt de Nederlandsche Olie-Industrie. Een adres aan de Tweede Kamer. A11 e r h a n de. Uit onze omgeving. De heer Weijland verdacht de personen, die al eens vroeger bij Bloemendaal baldadigheid hadden gepleegd, doch daar was verdachte niet bij. Getuige Bobbeldijk had niets te vertellen wat de moeite waard was, maar die soberheid pakte later anders uit! Deze Bobbeldijk had echter op Zondag 17 Juli in het café van T. Rozendaal aan den getuige J. Roosen daal uit Enkhuizen verteld, dat hij wist w i e het ge daan had, nu echter beweerde Bobbeldijk te hebben gezegd: wist ik maar wie 't gedaan had! Volgens den heer Weijland zouden de jongens bang zijn van Bobbeldijk, die nogal 'n mannetjesputter schijnt te zijn. Ook We ij land bekeek hem voor den dader. Ook tegen Jan Noordeloos had Bobbeldijk gezegd, dat hij wel wist wie het gedaan had, doch zijn kameraden niet wou verraden. De president, mr. Ledeboer, wees Bobbeldijk ernstig op het gewicht van den eed en waarschuwde hem, dat de Officier wel eens heel onaangename maatregelen tegen hem kon nemen. Verdacht van meineed. De Officier bleef dan ook niet achterwege en ver- zocht proces-verbaal tegen Bobbeldijk ter zake een tegen hem gerezen verdenking van meineed en deze zaak te verwijzen naar de instructie. Volkert Bobbeldijk werd daarop onder bewaking gesteld en alsnog gehoord de gem.-veldwachter Rus tenburg van Venhuizen. Deze verklaarde dat het echt paar Bloemendaal aan hem niet anders verklaard had, dan dat er een steen door de ruiten was gegooid, toen zij nog te bed lagen. De heer Bloemendaal ging daarop heftig te keer en protesteerde tegen de opmerking van Rustenburg, die hem verweet per sé een dader te willen hebben. Het werd zóó druk, dat de verdachte heelemaal op den achtergrond verdween en met recht en reden had kunnen vragen: Hebben jullie hier de hoofdrol of ik? De getuige Volkert Bobbeldijk werd daarop weer binnengeleid en bleef onvermurwd bij zijn verklaring volharden. Waarop het toegezegde procesverbaal werd opgemaakt, hem voorgelezen en door hem geteekend. De heeren Roozendaal en Noordeloos mochten óók meeteekenen, waarop eindelijk het uur der verlossing sloeg en de zitting werd gesloten. De Bond van Bedrijfsautohouders in Neder land, meldt ons, dat op 20 October aan de Tweede Kamer van de Staten-Generaal een adres werd aan geboden in verband met de voorstellen van de Com missie-Wel ter. In dit adres, dat voorzien is van de handteekeningen van 23655 personen uit alle krin gen van het Nederlandsche bedrijfsleven en het autotransportbedrijf werkzaam, wordt het verzoek gedaan, aan de plannen van de Commissie-Weiter ten aanzien van het autotransport geen uitvoering te verleenen. - Mede wordt verzocht, geen goedkeuring te hechten aan de voorstellen tot het invoeren van bijzondere invoerrechten op benzine. In het adres worden door adressanten de volgende motieven aangevoerd: 1. dat eene verhooging van het invoerrecht op benzine een zeer ongunstigen invloed zal oefenen op het geheele Nederlandsche bedrijfsleven. 2. dat die verhooging zal leiden tot eene prijsstij ging van de benzine, welke voor vele bedrijven een onontbeerlijk product is en het voortbestaan van ver schillende bedrijven daarmede in gevaar gebracht wordt. 3. dat de verhooging op fiscaal gebied een ongun stigen invloed zal hebben, omdat de achteruitgang van het motorverkeer, welke gevreesd wordt, zal voeren tot eene mindere belastingopbrengst dan an ders door het automobielwezen in verschillenden vorm wordt opgebracht. 4. dat eene dusdanige verhooging geheel in strijd geacht wordt met de in December 1931 door Zijne Excellentie den Minister van Financiën gedane toe zegging, dat behoudens het geval van verdere aan zienlijke daling van den benzineprijs de uiterste limiet der heffing geacht moest worden bereikt te zijn. 5 dat in den loop van dit jaar de benzineprijs belangrijk gestegen is en derhalve verwacht mocht worden, dat het invoerrecht op benzine zoo niet ver minderd, dan toch zeker niet verhoogd zou worden. 6. dat door de voorstellen tot verhooging het ver trouwen van een groot deel van het Nederlandsche Volk in het woord van den Minister van Financiën (i.c. toch de Regeering) wordt ondermijnd. 7. dat een dergelijke ondermijning van het ver trouwen in door de Regeering gedane toezeggingen van verderfelijken invloed zijn voor het geheele maatschappelijk bestel. LVHI. HET GELD ROLT WEER. Groote en kleine gemeenten, polderbesturen enz. die op de geldmarkt leeningen trachten te sluiten tegen redelijke voorwaarden, hebben alle succes, dikwijls zelfs overweldigend succes. De kapitalen zijn niet langer bevroren; blijkbaar is de vertrouwenscrisis voorbij, zoo dat de gelukkigen, die geld over hebben, het weer laten rollen. Duur is het niet. Staatsobligaties en dergelijke papieren van 5 staan boven pari. 'n Stuk van f1000 wordt met f1020 a f1030 betaald, ofschoon de werkelijke waarde bij uitr loting niet meer dan f1000 is. Vier-procents obligaties halen bijna een koers van 100 zoodat men veilig kan zeggen, dat de rentestandaard op dit oogenblik •lechts even boven de 4 ligt. Sïeel wat Staatsschulden geven vrij wat hooger rente: 4^, 5 ja zelfs nog meer. Een conversie in een lager rente-type, 4 bijv., zou ongetwijfeld mogelijk zijn. Dat zou de jaarlijksche rentelast heel wat geringer maken en dus het voor 1933 geraamde tekort kleiner. Toch schijnt Minister De Geer het niet te willen. Waarom niet, wordt hoe langer hoe onbegrijpelijker en daarom is het zoo gelukkig dat de aandrang tot conversie hoe langer hoe sterker wordt. Het voordeel dat Engeland en Frankrijk er mee behaald hebben spreekt sterk tot ieders verbeelding. Allerlei noodspron gen zullen hier noodig zijn om het tekort te dekken. Waarom zou dan niet elk reëel middel om dat tekort kleiner te maken, met beide handen worden aange grepen? DUUR KADER. De militaire medewerker van „Maatschappij-belan gen", het orgaan van de Ned. Maatschappij voor Nij verheid en Handel, Is aan het rekenen geweest en deelt het resultaat daarvan mede in genoemd orgaan. Het interesseerde hem, waaraan de 90 a 100 millioen Van Oorlog en Marine worden besteed en hij ontdekte dit: 67 van de militaire uitgaven in ons land gaan weg Inlandsche lijnzaad- en grondnotenprodne- ten verdienen voorkeur boven Britsch- Indische. Het is van het grootste belang dat de Nederland sche veehouder inlandsche lijnkoek koopt, inplaats van buitenlandsche. Hij betaalt n.1. niet alleen een lageren prijs met bovendien gunstiger koopvoorwaar- den, maar hij dient daardoor tevens zijn eigen be lang, doordat hij niet langer meer de industrie in die Staten steunt, welke de export van zuivel- en land bouwproducten belemmeren, ojn. de V.S. van Ame rika en Duitschland. Het belang bij het koopen van inlandsche koek is nog grooter voor den veehouder, wanneer het gaat om den aankoop van Britsch-Indische producten, o.a. Bombay- of Calcutta Lijnkoek- of grondnotenschilfers of koeken. Gold n.1., zooals wij hierboven zagen, bij den aan koop van Amerikaansche en Duitsche lijnkoek als het groote argument de dwaze behandeling en benadee ling die onze zuivelindustrie en landbouw ondervin den, tengevolge van de door die Staten genomen pro tectie-maatregelen, vpor de Britsch-Indische produc ten geldt naast dit argument van verweer een nog veel zwaardere reden en wel de veel mindere kwali teit van vele van deze producten en het gevaar, dat door het gebruik hiervan voor den gezondheidstoe stand van den veestapel wordt geschapen. Dit laatste klemt des temeer, daar de prijs van dit product dat in tal van opzichten bij het inlandsche ten achter staat, niet noemenswaard verschilt van den prijs, die voor het veelal betere inlandsche product wordt be taald. Juist in dezen tijd, waarin de veehouder reeds met zoovele moeilijkheden en zorgen te kampen heeft, is het op de eerste plaats van groot belang dat hij de kans op verlies door sterfte van zijn vee, ten gevolge van ondeugdelijk voeder zooveel mogelijk ver mijdt, hetgeen hij zeker mede bereikt door het uit sluitend gebruik van koeken van Nederlandsch fabri kaat. Bij het gebruik van Britsch-Indische veekoek of -schilfers bestaat n.1. het groote gevaar, dat de koe ken persresten bevatten van ricinus, waardoor het leven van onze dieren in gevaar wordt gebracht. Dat dit gevrar niet denkbeeldig is en de volle aandacht heeft van den handel, blijkt voldoende, wanneer men de ricinus-clausule in het Engelsche verkoopcontract leest, waarbij reeds voor 0.001 pet. ricinus een belang rijke korting op den verkoopprijs wordt gegeven, ter- W I E RlNGE R M EER SLOOTDORP. De Boerenleenbank Wieringermeèr hield een alge- meene vergadering op Maandagavond 8 uur in hotel „Smit" De voorzitter, de heer G. Schoorl, heette den aanwe zigen hartelijk welkom. ?n 't bijzonder den nieuwe le den, die zich bij de bank hebben aangesloten. Spr. meen de dat de bank aanstonds in een behoefte zal voorzien en zioh aan het bedrijfsleven zal aanpassen. al zal den eersten tijd wel zeer bescheiden zaken worden gedaan, betreffende de bank. Verder hoopte spr. dat waar hier de verschillende richtingen aanwezig zijn, straks bij de definitieve verkiezing van een bestuur ook rekening zal worden gehouden, dat de bank wat de samenstelling van bestuur en raad van toezicht betreft, niet eenzijdig zal zijn georiënteerd, maar uit de verschillende richtin gen zal worden gekozen, omdat een Boerenleenbank toch een instelling is voor 't algemeen. Na dit openingswoord doet voorzitter nog enkele me- dedeelingen en wordt overgegaan tot vaststelling van het huishoudelijk reglement, wat in concept is opge maakt door het voorloopig bestuur en R. v. T., en na enkele kleine wijzigingen en aanvullingen ia zijn geheel wordt aangenomen en vastgesteld. Bij de verkiezing van een definitief bestuur worden gekozen de heeren Dr. Hoogkamer. J. G. Addens, Juffr. H. Olsder, G. Schoorl en Th. H. Tijsma. Allen nemen deze benoeming aan, behalve de heer Tijsma, niet aan wezig, zal bericht worden gezonden. Tot plaatsvervangende bestuursleden worden gekozen de heeren Ds. Fischer en O. H. Smith. Voor den Raad van Toezicht worden gekozen de hee ren P. Terwisscha van Scheltinga, F. J. ter Borgh en Th. List Bij bespreking kassier wordt besloten per advertentie bekend te maken dat gesolliciteerd kan worden voor inwoners van Wieringermeer tot en met 28 Oct. Inlich tingen hierover kunnen worden genomen bij J. G. Ad dens te Slootweg, Slootdorp. aan het beroepskader, dus aan offioieren en onder officieren; 10 zijn noodig voor het reserve- en dienstplichtige personeel; 3 slokken de oefeningen op, en 20 ongeveer besteden we voor oorlogsschepen, kanonnen, kazernes, enz. Deze militaire rekenaar, die stellig geen vrijzinnig- of sociaal-democraat is en die van ontwapening niets wil weten, ziet veel grooter bezuinigingsmogelijkheden dan de commissie-Weiter. Hij komt, meenen wij, t ot boven de 20 wat in guldens uitgedrukt ongeveer 18 a 19 millioen beloopt. Dit is een niet te versmaden besparing, versobering of hoe men het noemen wil. In elk geval is deze berekening de overweging waard. Het mag toch wel teekenend genoemd worden, dat uit dze kringen voorstellen komen als van onzen cijferaar en als die van den luitenan-kolonel Boele in De Telegraaf, waarvan we enkele dagen geleden een overzicht gaven. Het geeft den burger moed, wagen wij te zeggen en wij bedoelen dan natuurlijk den burger, die slechts uit komst ziet in de richting van volledige ontwapening. MINISTER DE GEER ALS BIJ: HIJ PUURT HONING. Minister De Geer heeft zioh doen kennen in een nieuwe rol: hij treedt op als bij! Ongetwijfeld is hij werkzaam als de bijen, doch óf de kwaliteit van de honing die hij puurt, altijd even prima is, mag betwijfeld worden. Een redacteur van het Correspondentiebureau te 's Gravenhage heeft Zijne Excellentie gevraagd welke indruk deze had gekregen van de opmerkingen, welke buiten de Kamer aan de millioenennota en de begroo ting zijn gewijd. Minister De Geer antwoordde hierop: Voor zoover de critiek zakelijk was, was ik het er doorgaans mee eens. Het zou mij niet moeilijk vallen, als buitenstaander, de onwenschelijkheid van nagenoeg alle voorgedragen bezuinigingsvoorstellen en betalings maatregelen overtuigend aan te toonen. Intusschen neemt dit niet weg, dat die voorstellen niettemin noodig kunnen zijn. Ook de chirurg zal het eens kunnen zijn met den patiënt, dat het mes veeleer schijnt te zullen wonden, dan te genezen. De minister verklaarde, dat depreciatie van den gul den door de regeering een ramp geacht zou worden, niet het minst, omdat deze naar haar inzicht zou beteekenen, wijl bij een ricinuspercentage van 0.005 pet. de partij zelfs kan worden geweigerd. Was het gevaar voor den veestapel niet zoo groot, de verkoopers zouden nimmer zulke zware vergoedingen in het verkoopcon tract dulden. Dat de Britsch-Indische veekoek, wat betreft zui verheid, dikwijls veel te wenschen overlaat, en daar door in kwaliteit doorgaans var achterstaat bij de inlandsche, blijkt eveneens uit de Jaarverslagen van het Rijkslandbouwproefstation voor vcevoederon- derzoek te Wageningen, waarin omtrent deze kwestie leerzame cijfers te vinden zijn. Wij willen in deze mededeelmg volstaan met eenige gegevens uit de twee laatst verschenen verslagen. In het verslag 1929, no. 3 lezen wij, dat o.a. alle monsters lijnzaadschilfers met een botanische zui verheid beneden de 83 pet., als Rotary-schilfers wa ren ingezonden, dus producten waren van Britsch- Indische herkomst. De laagste zuiverheid bedroeg 56 pet. Ook het gehalte aan mineralen bleek in het meerendeel van de Britsch-Indische monsters veel te hoog, terwijl 13 monsters ricinus, soms in vrij groo te hoeveelheden, bleken te bevatten. Of dit laatste uitsluitend Britsch-Indische schilfers betrof valt niet met zekerheid uit het verslag op te maken. Wat betreft de grondnotenschilfers, zegt dit ver slag, dat er veel monsters werden ingezonden, die botanisch onvoldoende zuiver waren. De monsters, waarin het gehalte aan dopfragmenten te hoog was, bleken voornamelijk schilfers te'zijn, voor zoover de herkomst bekend was. van Britsch-Indische origine. In het verslag 1930, nr 3, lezen wij, dat in 21 mon sters vergiftige ricinus werd gevonden, terwijl ook veel monsters met een te hoog gehalte aan aschbe- standdeelen werden ingezonden. Een groot aantal monsters waarin ricinus gevonden werd, en verre weg het grootste deel der monsters met een te hoog gehalte aan aschbestanddeelen bestonden uit Bom- bay-schilfers, dus een product van Britsch-Indische herkomst. Bij de grondnotenschilfers vermeldt het verslag, dat het grootste deel der minsters met een te hoog gehalte aan minerale bestanddeelen, Bombay- schilfers waren. Wij meenen met dit korte overzicht te kunnen vol staan; de aandachtige lezer zal het duidelijk zijn dat het inlandsche product tegenover 't Britsch-Indische verre de voorkeur verdient, en nu niet alleen uit het oogpunt van verweer tegen de protectie-maatregelen van de onzen Landbouw vijandig gezinde Staten, maar meer nog uit de overweging, dat het Britsch- Indische product gevaar kan opleveren voor onzen veestapel, waartegen met zorg moet worden gewaakt. Moge deze argumenten de veehouders doordringen van het groote belang dat voor hen schuilt in het ge bruik van inlandsche lijnkoek- en grondnotenschil fers. wanneer de keus gaat tusschen het Nederland sche of Britsch-Indische fabrikaat. Vereeniging van Nederlandsche Oliefabrikanten Haarlem 7 October 1932 Daar van de rondvraag geen gebruik werd gemaakt is nog besloten Zaterdag 29 October bestuursvergade ring te houden met ook den R. v. T. om tot benoeming kassier over te gaan en verdeeling der functien. Niets meer aan de orde zijnde, volgt sluiting. Z IJ P E PETTEN. KERMIS. Voor velen was het een groote teleurstelling, dat de kennis niet werd ingezet met een pittigen voetbalwed strijd; de terreingesteldheid liet dit echter ten eenen- male niet toe. In de eerste plaats daarvan concentreer de zich de aandacht van den aanvang af op de diverse vermakelijkheden, die op de bekende wijze ,elck wat wils" boden. Maandagmiddag was gewijd aan de kinder- en volks spelen. De commissie had dit jaar wel een gelukkige keuze gedaan, er waren bijzonder aardige spelletjes, vooral ook. omdat 't toeval zoo'n groote rol speelde en kracht en behendigheid iemand al niet tevoren tot over winnaar stempelen, 't Publiek sloeg met veel belangstel ling alle verrichtingen gade, ook die der grootere meis jes en jongens, voor welke categorieën in tegenstelling met vorige jaren thans weer spelen waren vastgesteld. Liet anders de deelname enz. vaak veel te wenschen over, nu was het niet minder dan een succes en voor de organisatoren een aansporing om op den ingeslagen weg voort te gaan. 's Avonds trad de tooneelvereen. „Dindua" uit Alk maar voor het voetlicht met „Mijnheer de Senator". De totaal-indruk van het gebodene kan niet onverdeeld gunstig zijn, teveel als er aan de vertolking van verschil lende rollen ontbrak. Deze tekortkomingen waren bijv. oorzaak, dat het 3e bedrijf de clou van het stuk beneden de maat bleef. Dat het desondanks een genoe- gelijken avond geworden is, is naast de gelukkige keuze van het stuk, te danken aan het spel van enkelen het echtpaar Ander se n bijv. maar bovenal aan de uit stekende regie van den heer Groothuizen, wiens dege lijke leiding in tal van scènes te onderkennen viel. Niet onvermeld mag blijven, dat een der muzikanten tijdens de pauze het publiek vergastte op enkele xylophoon-soll die aèer gewaardeerd werden. een opzettelijk en in zyn omvang onberekenbare aan slag op de spaarpenningen der burgerij en op alle gere gelde arbeidsinkomsten, die nog worden genoten. De regeering zal in dit opziohtniet van standpunt verande ren. Een verarming als thans de wereld en ook ons volk onderging, moet onvermijdelijk leiden tot beperking van behoeften, hierbij inbegrepen collectieve behoeften. De regeering vraagt zich af of men van de eerlang te verwachten kentering zioh niet veelal een te gunstige voorstelling vormt Minister De Geer verklaarde ten slotte dat het zijn gewoonte is, van ernstige commentaren zooveel doenlijk kennis te nemen en voor zoover er tijd over blijft ook uit minder ernstige den honing te puren die soms in den alsem verborgen zit. Dit laatste is ongetwijfeld aardig gezegd. Behalve op een bepaald punt toonde de heer De Geer zich niet on wrikbaar star. Ten minste, als wij het goed aanvoelen. Misschien is er in de Kamer dus nog ruimte voor on derling overleg. Laat ons het hopen: bij vorige gelegen heden heeft Z.Exc. het echter niet altijd mogelijk ge maakt. Deze regeering rammelt nog al gauw met de portefeuilles. WINKELIERS EN VENTERS. Wie het in zijn eigenlijke beroep niet langer kan bol werken. zoekt in Nederland nog al dikwijls uitkomst in een winkeltje of als venter langs de huizen. Of het in andere landen ook zoo is, kunnen wij niet beoordee- len, doch wij hoorden wel beweren van niet. Hoe dit zij, bij ons doet zich het verschijnsel veelvuldig voor en spreekt heel typeerend van de vlucht in de dis tributie. Of die vlucht redding brengt? Wij vreezen, dat het antwoord ontkennend moet zijn. Het aantal vluchtelin gen is zóó groot, dat zij elkaar verdringen. Zij maken tot waarheid het bekende spreekwoord van veel varkens *n dunne spoeling. Laten we eens enkele voorbeelden geven, door den heer Wibaut ontleend aan een boek van Dr. E. J. Tobi en Dr. C. Visser, uitgegeven door J. Muusses te Pur- merend. Goude heeft één kruidenierswinkel per 150 inwoners, dus per 33 gezinnen. In Amsterdam waren in 1928 bijna 2400 kruideniers winkels. doch in 5000 andere zaken en zaakjes werden kruidenierswaren als „nevenartikelen" verkocht. Dinsdag barstte het weer. dat als een donkere drei ging boven de geheele kermis had gehangen, eerst recht los. Een gierende stormwind joeg over den dijk en deed het ergste vreezen voor den zweefmolen en de kramen, die dank zy de getroffen voorzorgsmaatrege len weinig letsel bekwamen. Het weer "was mede oorzaak, dat het bestuur dei harddraverijvereeniging besloot de uitgeschreven draverij niet te doen doorgaan, hoe jammer ook voor hen, die zich reeds tot deelname hadden aangemeld. ID het vergoeden der gemaakte onkosten gaf het bestuur blijk van zijn goeden wil. Hoewel enkelen den Woensdag nog gebruiken als brug naar het leven van allen dag, is thans voor de meesten de kermis die nergens tot ongeregeldheden leidde geëindigd. HARENKARSPEl We vernemen dat de raad dezer gemeente bijeeng*. roepen is tegen Maandag 24 October aa. des namiddags 3 uur. O.a. komen dan aan de orde de adressen van de afd. Harenkarspel van den Neutralen Bond van boeren, land en tuinbouwers, en van J. Burger Jz., e.a, om uitbetaling van den steun, die ingehouden werd bij de uitbetaling der tuinderscredieten. In de Maandagmiddag a.s. te houden raadsvergade ring komt o.m. aan de orde de benoeming van een secretaris-ontvanger en ambtenaar van den burgerlij ken stand. In ons nummer van Dinsdag jJ. vermeldden wij de door B. en W. opgemaakte aanbeveling. DIRKSHORN. De heer J. Dam alhier heeft eervol ontslag gevraagd als correspondent der arbeidsbemiddeling, ingaande 1 October 1932. Als opvolger van den heer Dam zal wor den voorgedragen de heer A. van Dijk. Door B. en W. zal aan den raad worden voorgesteld om 5 cent per inwoner uit de gemeentekas beschikbaar te stellen voor het nationaal crisiscomité voor steun aan werkloozen. SINT P A N C R A S Ds. J. v. Kuiken te Ex-Morra heeft bedankt voor het beroep bij de Ned. Herv. Kerk te St. Pancras. Het is in onze gemeente den laatstcn tijd bijzon der druk: de heele straat van Zuia tot Nocrd wordt opgebroken, boomen gerooid en hekjes achteruit ge zet. De straat zal worden vervangen door een van asphaltbeton. Men is daarmee nu druk bezig, doch hard schiet het eigenlijke werk niet op. Zoo'n straat vernieuwing brengt inmiddels heel wat ongemakken mee. Het verkeer langs den Bovenweg, dio ver nieuwd wordt, is heelemaal afgesloten, zoodat al het verkeer van en naar Alkmaar langs den Bene- denweg wordt geleid. Smal en niet sterk, is deze weg eigenlijk niet berekend voor het tegenwoordige ver keer. zoodat de toestand waarin die verkeert, als vanzelf sprekend, ook slecht wordt Het staat te vree zen, dat. als de Bovemveg gereed is, men dadelijk kan beginnen met de verbetering van den Bencden- weg. Onze gemeente zou er nog in aantrekkelijkheid door winnen. LANGEND IJ K Door het natte weer is men hier met het bloem- bollenzetten erg op achter De laatste weken is zeer weinig gezet. Ook daardoor werd de werkloosheid nog in de hand gewerkt. De uitplant zal weer groot zijn, ondanks slechte tijden. CALL A N T S O O G Rectificatie. In ons nummer van Dinsdag staat abusievelijk dat de wedstriid Callantsooe H-^C- afgelast werd. Deze wedstrijd is wèl gespeeld; de stand was 43 voor Calantsoog. Plaatselijk Crisiscomlté In een dezer dagen gehouden vergadering belegd door het Plaatselijk Crisis-comité is besloten tot het organi- seeren van een tweetal cabaret-avonden, n.1. op 5 en 13 November, resp. voor gehuwden en jongeren. Ook zal door een aparte commissie een verloting op touw gezet worden, waarvoor reeds door velen prijzen belangeloos beschikbaar zijn gesteld. Deze commissie bestaat uit de dames Baken, Kooger, Brouwer en den heer P. Vós Jbz. De baten van de entrees der cabaretavonden en die der verloting zullen dienen tot versterking der kas van het crisiscomité. Het comité heeft deze middelen om haar finantieelen toestand aangewend, omdat het haar voorkomt, dat een inzameling door middel van intee- kenlijsten weinig resultaat zou hebben. Onderwijs voor schoolvrije jeugd. De cursussen, welke lederen winter kosteloos van ge meentewege worden gegeven zijn Maandag j.1. aange vangen met 19 leerlingen voor de avondlessen en 12 voor de middag (handwerk) lessen. De minima welke kort ge leden door B .en W. opnieuw zijn vastgesteld bedroegen resp. 15 en 10 leerlingen (vorig jaar resp. 10 en 8 leer lingen). Het onderwijs wordt gegeven door Mevr. H. C. van MeertenZuelen en de heeren A. v. Meerten en H. J. Sohut. Vast staat, dat vooral het aantal winkels in levens middelen toeneemt. Ten opzichte van de kruidenierswin kels geeft Dr. Tobi zeer sprekende cijfers. In 1926 waren er bij de Kamers van Koophandel in geschreven te Breda 243 kruidenierswinkels, te Gronin gen 502 kruidenierswinkels en te Hoorn 192 kruideniers winkels. Volgens het verslag der subcommissie waren er In 1928 te Breda 358 kruidenierswinkels, te Gronin gen 537 en te Hoorn 258. De cijfers voor Breda, voor 1926 en 1928 zijn resp. 1 winkel per 125 inwoners en 1 winkel per 122. Voor Groningen vinden wij een toeneming van het aantal kruidenierswinkels met 35 of 7 procent in twee jaar tijds. Op 31 Dec. 1927 bedroeg de bevolking van Groningen 101.309. Er was dus in 1928 één kruideniers winkel op 188 Inwoners of ongeveer 42 gezinnen. Voor Hoorn vinden wij tusschen de tellingen van 1928 1928 een toeneming van kruidenierswinkels met bijna 30 procent. Gerekend over het geheele land wijzen de cij.^rs ook op een toeneming van het aantal kruidenierswinkel. In 1926 kwam dr. E. J. Tobi tot een cijfer van 300 per hon derdduizend inwoners. In 1928 kwam de subcommissie op een cijfer van 365. Overigens blijkt algemeen dat tegenover een aantal kruidenierswinkels die verdwijnen, een grooter cijfer nieuwe staan. Voor Delft vond men ever enkele jaren 52 nieuwe tegenover 36 die verdwenen. Het algemeene beeld is dus, dat er in Nederland bui tensporig veel kruidenierswinkels zijn. En een toene mend aantal. Datzelfde geldt in sterk wisselende mate voor een aantal andere levensbenoodigdheden. De heer Wibaut besluit dan: Wij gaan hier niet in op de oorzaken. Er zijn er ver schillende. De werkloosheid is er een van. Doch we stel len vast, dat de hier aan den dag tredende verhouding tusschen aantal winkels en aantal ingezetenen wijst op een toestand in de winkelnering, die aan een doel - uit.ige organisatie van den kleinhandel, in het bijzonder in le vensmiddelen, in den weg staat. Bij zulke versnippering in de distributie, in het tot den verbruiker brengen van levensbenoodigdheden, moeten de prijzen die de verbrui ker betaalt, hooger zijn dan die welke bij goede organi satie voldoende zouden wezen. Het komt dus aan op: „Organisatie van het winkel bedrijf." „Maar hoe?"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 6