Johannes Vermeer.
De weg naar een
vrouwenhart.
Bekentenis in verdoovingstoestand.
Donderdag 27 October 1932.
SCHAGER COURANT.
Tweede blad. No. 9166
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
Een nieuwe vinding?
Johannes Vermeer, de Deltt«he Vermeer gerand ter
onderscheiding van den schilder Johannes Vermeer die
ln 1630 te Schoonhoven geboren werd en da Otrechg^e
Vermeer werd geheeten. zag 31 October in 1632 te Delft
het levenslicht. Br zijn slechts zeer weinig schilders,
van wie wij zoo weinig weten als van hem. Tijdens zijn
J^en weinig gewaarteerf. komt hij zelden voor in oude
boeken over schilderkunst. Geruimen tijd is hij op den
achtergrond gebleven en vele van zijn werken werden
toegeschreven aan anderen, zooals aan Nicolaas Ma«5
Pleter de Hoogh en G. Metzu. Aan W. Burger (Thore)
komt de eer toe. hem de plaats in de kunstgeschiede h
gegeven te hebben, die hem toekomt. Ook weten wij
door Bürgers zoeken in de archieven van Delft, dat
Vermeer in het jaar 1653 huwde met Catharina Bolnes
en dat hun huwelijk met een groot aantal kinderen,
■waarschijnlijk een acht-tal. werd gezegend.
Vermeer overleed in December 1675 te Delft ln den
ouderdom van 43 jaar.
Wat zijn geldelijke omstandigheden betreft: het was
bij hem zooals bij zoovele artisten. den eenen dag veel.
den anderen dag niets. Voor zijn schilderijen werden
geen hooge prijzen betaald, hoewel hij toch in verhou
ding met schilders van zijn tijd geen slecht figuur maak
te. Meestal ontving hij voor een doekje ongeveer f 300;
alléén Gerard Dou en Frans van Mieris kregen grootere
sommen voor hun arbeid. Na zijn dood daalde zijn werk
nog aanmerkelijk in prijs. Zoo bracht in 1729 op een
veiling het bekende meesterstuk „Het Melkmeisje"
slechts f 126 op, terwijl op diezelfde verkooping voor
een schilderij van Gerard Dou f 6000 werd betaald.
Omtrent den leermeester van Vermeer is men het
niet geheel eens. Sommigen noemen Rembrandt, maar,
er is tusschen Vermeer en Rembrandt zulk een enorm
verschil, zoowel in opvatting als in geest, zegt Aty
Brunt, dat dit wel tot de onmogelijkheden schijnt te
behooren.
Waarschijnlijk is het. dat Carel Fabritius Vermeers
meester is geweest. In Bleyswijcks „Beschrijvingen van
de stad Dol ft", vinden we een vers van den boekhan
delaar Arnold Bon. dat hij op den ongelukkigen dood
van den veelbelovenden Fabritius dichtte en waarin
hij. zelf een Delftenaar. Vermeer als Fabritius' leerling
noemde.
Ign bezwaar doet zich echter tegenover deze veron
derstelling voor. Fabritius werd in 1652 lid van het St.
Lukasgilde, Vermeer in 1653. Zijn leertijd kan dus
slechts één jaar geduurd hebben, daar de leerjaren bij
een schilder, voordat hij lid van het gilde was, niet mee-
telden en men zes jaren gestudeerd moest hebben, al
vorens men daar in opgenomen werd. Het is echter
mogelijk, dat Fabritius steeds Vermeers raadgever was
en dat hii de laatste hand aan zijn schilderkunstige op
voeding legde.
Toch zal Vermeer, voordat hij bij Fabritius kwam,
reeds eenige leerjaren achter den rug gehad hebben.
Wanneer men Rembrandt verwerpt, blijft slechts de
mogelijkheid, die Havard oppert, n.1. dat Vermeer een
leerling is geweest van Leonard Bramer, die vriend
schappelijke betrekkingen met de familie Vermeer on
derhield. Hoewel Bramer een tweederangs schilder was,
Is het natuurlijk toch wel mogelijk, dat hem als huis
vriend de leiding van den jongen Johannes gegeven
werd.
Maar hoe het ook zij, zegt Aty Brunt. Vermeer is
ruik een groote persoonlijkheid, dat hij onder den di-
recten invloed van géén meester heeft gestaan. Zijn
kunst is van een onmisbare eigenheid, van een onver
gelijkelijke originaliteit. Zijn werk gelijkt op dat van
geen zijner groote voorgangers, hij bracht iets geheel
nieuws.
Rembrandt en
/ermeer verbeelden
leder een zijde van
het rijke geestesle
ven van Holland
tijdens den groo-
ten bloei.
„Hij is de man,
die het leven zag
ln de klaro vloei
ing van het licht,
blank licht: het
leven in den schijn
van een mystiek
pieuzen droom.
Rembrandt Is het.
die het leven zag
ln het brandende,
gloeiende licht van
het goddelijkst,
hoogst stagende
heroisme.
Vermeer, de zin
nende bepeinzer,
wel eens te veel
zonder levens
kracht en werke-
1 ijkheidslustRem
brandt de alles be-
heerschende dader
vol vitale kracht en
schoon geweld.
En beiden: goddelijke priesters der Idee."
HET MELKMEISJE.
Joh. Vermeer van Delft.
Rijksmuseum-Amsterdam)
Kort verhaal
Door
MARGO BELL.
DE weg naar een vrouwenhart gaat door me
delijden, las Ellis en schudde het hoofd
iNecn, daarmee was ze het heelemaal niet
eens. Ze zou geen man kunnen liefhebben
met wien zij medelijden moest hebben. Zij wenschté
zich een man, die sterk als een rots was, onbuigzaam
in de stormen des levens, onwankelbaar in geva
ren geen moederskindje, dat vertroeteld wil
worden, geen
RinniTb?,'/0 ?erkte opeens' dat cr geklopt werd.
Binnen kwam de nieuwe medebewoner van het non
eion waarin zij leefde. Ze wist al heel wat van hem
?n ir»" .ir.Wuas ïïct een caharet-troepje, de „Zingen-
de ijf dat liij Montrose heette, Jacques Montrose
en voor vier weken gehuurd had. «mirose,
0cl1' *0Uf]t u misschien lucifers voor me heb
ben, iroeg hij. als het niet te laslig is Hii had
riet0n,cei' aard'?e; grysblauwe oogen, doch overigens
"maak was stan<lvastig-rots-type, dat haar
te^ziin^Twf V pra?tJ5 e" hij schwn n»sal «Heen
1U,rr ta Jens,otte. noodigdc hij haar uit de voorstel-
zihf nnm 11 zien' H« was benieuwd wat z.j van
zijn nummer zou zeggen.
eenCDmv!n'ii»LiVe? «enocKens a's onderwijzerosje in
een provincieplaats, dus nam ze graag een kaart van
HET STRAATJE.
Joh. Vermeer van Delft.
(Rijksmuseum-Amsterdam).
Tot de bekende schilderijen van Vermeer behooren
o.a. „Het straatje". „Het Melkmeisje", ,J)e Brief". „Het
Brieflezend meisje", het „Gezicht op Delft", „Allegori
sche Voorstelling van het Nieuwe Testament", „Het
Meisjeskopje" en „Het Toilet van Diana", welke zich
in ons land bevinden.
Een tijdlang stond dit laatste schilderij op den naam
van Nicolaas Maes. Het bleek, dat deze naam er later
opgezet was en toen hij verwijderd was, meende men
de handteekening van Vermeer te ontdekken, echter
zéér onduidelijk, doordat de hoek. waarin zij stond, don
ker was. Er bestaat dan ook bij enkelen nog steeds
eenige twijfel, omtrent de echtheid. Het meest gelijkt
het sohilderij op „Vermeers Christus bij Maria en Mar-
tha". uit de verzameling Coats Skalmorlie Castle. Dr.
Hofstede de Groot zegt naar aanleiding van dit werk
het volgende: „Vermeer traoht in al zijn schilderijen,
zoowel in de vroege ets als in de late, steeds zijne kop
pen te laten staan tegen den aohtergrond. Is deze laat
ste helder verlicht, dan staan de koppen er donker te
gen, is hij daarentegen donker, dan vertoonen de kop
pen een licht helder silhouet. Bij de Diana vloeien
minstens drie koppen der nymphen in hunne omlijning
bijkans geheel weg in den donkeren achtergrond."
Het „Gezicht op Delft" behoort tot de meest indruk
wekkende stadsgezichten, die er ooit geschilderd zijn:
indrukwekkend vooral om zijn hooge stilte, om zijn zui
vere klaarheid, om de wijding die er is in de lucht, in
het water, de wijding, die is als de adem van het god
delijke. Op vele moderne schilders heeft het zijn invloed
doen gelden, o.a. op Jacob Maris in diens „Gezicht op
Dordrecht"
MEERVOUDIGE STRAFKAMER.
Zitting van 25 October.
ZQOWAT EEN GEHEEL HUISHOUDEN OP DE
ZONDAARSBANK!
De 29-jarige huismoeder Antje H„ geboren te Alk
maar. versoheen met twee kleine kindertjes aan de
hand op het verdachtenbankje om terecht te staan ter
zake eenige diefstallen van weinig waardevolle voor
werpen. benevens 24 dubbeltjes en 4 gulden en 'n bed-
delaken uit een woning van een buurman, welke feiten
waren gepleegd gedurende de maand Maart jJ. Om-
tent haar was een psychiatrisch onderzoek ingesteld
door Dr. Hoeneveld, die tot de conclusie was gekomen,
dat de gezegende omstandigheden, waarin de stakker
destijds verkeerde de oorzaak waren geweest van haar
kleptomanische handelingen. Ook het rapport van den
heer Wiggers luidde in dien geest en had tot conclusie,
dat de vrouw tijdelijk zou worden verpleegd in een ze
nuwinrichting, welk voorstel echter niet veel bijval ver
wierf, aangezien het vrouwtje het verlangen te kennen
gaf liever voorwaardelijk te worden veroordeeld. In ver
band met een en ander requireerde de officier, bene
vens ter beschikking stelling der regeering.
WEER EEN CLIENT VOOR ARTIKEL 248 BIS'
De 46-jarlge, thans gedetineerde vlsscher Corn. Nic.
T. te Helder had zich aldaar, gedurende het tijdsver
loop 1931 en begin 1932 schuldig gemaakt aan handelin
gen, die het noodzakelijk maakten, de zaak met gesloten
deuren te behandelen. 0.m. waren ook als getuigen aan
wezig Dr. Barnhorn en de heer Wiggers.
hem aan. Later had ze berouw. Namelijk toen zij zijn
nummer gezien had. Het kwam haar voor. dat zij
nog nooit iemand zoo slecht liedjes had hooren zin
gen. Hij speelde ook nog mee in een stukje, en dat
het stukje daardoor niet in 't water viel. was alleen
te wijten aan het feit, dat zijn rol zoo klein was. Ten
slotte zong hij mee in een quintet en werd woedend
aangekeken door zijn collega's, omdat hij voortdurend
valsch zong.
Ellis zag met angst het moment tegemoet, dat zij
hem haar oordeel zou moeten zeggen. Het kwam, toen
ze na afloop, volgens afspraak, samen 'n kopje koffie
gingen drinken. Ze kleedde het zoo voorzichtig mo
gelijk in. Hij lachte echter. Zijn luchthartigheid stel
de haar eenerzijds gerust, anderzijds ergerde het
haar. Hoe onmannelijk om blijkbaar zoo weinig eer
zucht te koesteren!
Naarmate zij Jacques Montrose heter leerde ken
nen, kwam het vaker voor, dat. zij zich ergerde.
Eenige malen zei zij, dat een jongeman als hij toch
wel heter werk kon doen, dat hij toch niet ten eeu
wigen dage aan 'n cabarettroepje kon zitten, „erbij
hangen" eigenlijk. En zijn eenige antwoord was: dit
troepje zal me gauw genoeg er uit smijten, ze vin
den alles even erg wat ik doe.
Ellis beet op haar lip. Ze ergerde zich aan hem en
aan zichzelf. Hoe kon ze vriendschap sluiten met 'n
man die zoo zwak en jongensachtig was? Maar hij
had juist vriendschap noodig, zei ze bij zichzelf
liefde zou ze voor zoo'n man nooit kunnen voelen.
Twee avonden later hoorde ze Jacques fluitend de
trap opkomen en opende verwonderd haar deur.
Ben je nog niet naar het theater?
Neen, ze hebben me er uit gegooid, zei hij
het publiek had nu gisteravond uitgefloten.
Ellis was sprakeloos. Niet om het uitfluiten, dat
ze zeer goed begrijpen kon, doch om het feit,, dat hij
lachte. Ze trachtte te hopen dat dit. een uiting van
zielskracht was, maar ze twijfelde er hartgrondig aan.
Men had in het pension nogal op gehad met den
beminnelijken jongeman, doch de houding der pen
sionhoudster werd nu zeer koel. Ze was bang, haar
geld niet. te zullen krijgen. En ze uitte dit onomwon
den tegen Ellis, vooral toen hij ziek werd kou vatte
EEN PAAR VANDALISTISCHE HEEREN UIT DE
STAD VAN 40 PLUS OP STAP.
De heeren Jan de V. en Arie de V.. Alkmaarsche in
gezetenen, losse arbeiders en occasioneele veedrijvers,
bevonden zich op Woensdag 20 Juli te Schoorldam, gem.
Warmenhuizen in het café van den heer Snoek en ga
ven alstoen duidelijk blijk van hun aanwezigheid, door
een tafel, 'n stoel en 'n biljart kapot te timmeren.
Voorts gaf de heer Jan de V. nog een extra voorstelling
en sloeg een bierfleschje stuk op het aangezicht Varn
den heer Snoek, die met lofwaardigen moed en kracht
den heer de V. in de buitenlucht had gewerkt, terwijl
deze daarna eenige ruiten van het café deed sneuvelen
Ook de eohtgenoote van den heer Snoek werd door deze
weinig benijdenswaardige clienten niet gespaard en ont
ving ook zij haar deel van de opstoppers, die links en
rechts werden uitgedeeld. De heer Snoek zelf kreeg van
Jan de V. een zoo allergeweldigste duw, dat de caféhou
der tegen een tafeltje optornde met zooveel geweld, dat
een stuk van het tafeltje afbrak. De heeren hadden
aanvankelijk geweigerd de door hen gemaakte vertering
te betalen, waarop juffrouw Snoek haar echtgenoot, die
een middagdutje deed. waarschuwde. De heer Jan de V.
maakte toen den heer Snoek eens goed wakker door
hem met een bierfleschje op zijn gezicht te slaan.
De gemeenteveldwachter Brandsen kwam ter assis
tentie. toen de veldslag al geleverd was. Door hem wer
den de deelnemers in verhoor genomen en mocht het
hem gelukken eenige bekentenissen te kunnen notee-
ren.
De onrustige jongelieden, bereids reeds eenige malen
veroordeeld, waren heden niet ter tereohtzitting aanwe
zig. De heer officier moest de vernieling van stoel en
tafeltje laten zwemmen en vorderde voor het restant te
gen Jan de V. 3 maanden gevangenisstraf, en tegen de
A. de V. f 35 boete of 35 dagen.
EEN AANVALLIG KNAAPJE SLACHTOFFER VAN
HET MODERNE VERKEERSGEVAAR.
Op 22 Dec. van het vorige jaar had de chauffeur H.
T. S. te Alkmaar op de Nieuwesloot het droevig onge
luk, een kind van de fam. S., dat plots de straat over
stak, met den door hem bestuurden luxe-auto zoodanig
aan te rijden, dat de arme kleine aan de gevolgen
overleed. De bestuurder had onmiddellijk en met
groote kracht geremd, doch kon het ongeval helaas
niet voorkomen. Hoewel schuldmisdrijf dan ook geheel
werd buitengesloten, werd toch door politie en des-
INTERESSANTE PROEVEN IN AMERIKA
door
FERRY O'BRIEN.
De kliniek van Professor House ligt midden in het
adembenemende verkeer van New-Yorks city. Maar
wonderlijk genoeg bemerkt men reeds op de tiende
verdieping nlets^ van het lawaai op straat, en als de
geruischlooze liêft op de achttiende verdieping stil
houdt, komt de bezoeker onmiddellijk in die sfeer van
stilte en reinheid, waarop men zelfs in de modernste
ziekenhuis trotsch is.
In de wachtkamer debatteeren jonge menschen half
luid studenten, die zich beschikbaar hebben gesteld
voor de proeven van Prof. House. De meeningen loopen
zeer uiteen, sommige beschouwen de proeven als niet
veel minder dan zwendel, andere hebben het over
„baanbrekende ontdekkingen", of ook over „toevallige
resultaten."
Prof. House, een man van middelbaren leeftijd, geeft
een korte verklaring over de voorgeschiedenis der ex
perimenten.
„Sedert 1903 ongeveer kent de medische wetenschap
een narcoticum, dat in een zekere verbinding met ande
re stoffen later werd gebruikt bij bevallingen. Dat
narcoticum is de. „skopolamine", een alcoloide, een
plantaardig vergif zooals morphine, coffeïne, atropine,
dat een bedwelmende werking' op het centrale zenuw
stelsel uitoefent en pijnverzachtend, verdoovend werkt.
Te Graz werd dit medicament voor het eerst bij een
moeilijke verlossing gebruikt; nu is het reeds overal
verspreid.
en het bed moest houden.
Dat óók nog, zei ze, ik wed dat ik de dupe wordt.
Dat heb je met die lanterfanters, ze deugen voor
niets, spelen voor artist, omdat, ze te lui zijn om te
werken en worden dan tiog ziek ook.
Ellis bedwong een scherp woord Ze ergerde zich
gruwelijk. Er drongen zelfs tranen naar haar oogen.
Dien avond ging ze naar Jacques. Hij had het flink te
pakken en droeg het als een man: kreunend en onge
lukkig en bereid, zich gruwelijk te laten verwennen.
Ze verwende hem drie dagen, Toen was hij beter en
stak ze een ernstige preek tegen hem af. Ze zei, dat
ze geen achting kon voelen voor een man, die niet
werkte. Dat zijn optreden geen succes was geble
ken, dat hij een ander soort werk moest zoeken, dat
hij sterk moest zijn en flink,
Hij luisterde gedwee. Tenslotte vroeg hij: Hou
je een beetje van me?
Ze werd rood. Ik sprak als vriend tegen je.
Zijn belangstelling zakte aanmerkelijk.
O, dus ik heb geen kans?
Datdat zeg ik nietstotterde Ellis, maar
toon me eerst dat je sterk kunt zijn
Liefde op voorwaarden, zei hij mistroostig, neen,
dat is het ware niet. Laten we er niet meer over
spreken.
Ellis voelde haar hart zeer zwaar worden. Ze
merkte opeens, dat ze wellicht zou hebben tegenge
stribbeld, als hij haar in zijn armen had genomen.
en gekustzondei eerst vragen te stellen. Het
was (Jus mogelijk? Ze hield van hem, ondanks alles?
Ze herhaalde die vraag honderd maal tegen zichzelf
in de dagen die kwamen Ze merkte er niet veel van,
dat Jacques werk zocht. Hij zat uren op zijn kamer,
at veel buitenshuis en scheen alleen steeds minder
opgewekt te worden er slechter uit te zien.
Hij heeft de huur betaald zei de pensionhoud
ster tegen Ellis, maar als je mij vraagt, eet hij niets
anders dan zijn ontbijt, om geld te sparen Ik ken
dat: eten buitenshuis!
Ellis voelde haar hart samenkrimpen. Hij leed mis
schien honger. Hij had zorgen er, zij liet hem alleen,
zij deed hem verdrietHaar hart vloeide vol van
teederheid. Opeens verlangde ze haar armen om hem
Nu hebben de dokters, die dit middel gebruikten,
opgemerkt, dat hun patiënten In den verdoofden toe
stand opvallende neiging tot spreken vertoonden. En
wel een neiging tot zeer normaal spreken: zij kraam
den geen onzin uit. Ik zelf heb dat meegemaakt. Eeni
ge minuten na de geboorte van haar eerste kind lag
een mijner patiënten schijnbaar nog in den narcoti-
schen slaap, toen ik haar echtgenoot verzocht, mij nog
wat watten te halen. De jongeman kon echter het
verlangde niet vinden, totdat de schijnbaar bewuste-
looze vrouw ongeduldig de plaats aangaf, waar de
watten zich bevonden! Later kon zij zich van haar op
merking, die volkomen juist was, niets meer herinne
ren.
Er kwamen steeds meer mededeelingen over derge
lijke gevallen, zoodat wij tenslotte tot een systematisch
onderzoek zijn overgegaan. De proeven zijn nog niet
beëindigd, hoewel wij dokters reeds een bijna onaan
vechtbare theorie hebben opgesteld."
Tntusschen heeft een der studenten in een kleine zij
kamer zich op een divan uitgestrekt. De gesprekken
zijn nu verstomd ieder is tot op het uiterste ge
spannen. Niemand kent de vragen, die House hem zal
stellen.
De kleine injectie is in een oogwenk geschied: rus
tig en zwaar ademhalend ligt de student op den divan.
Nog eenige oogenblikken wacht de professor, dan
vraagt hij: „Bent U al eens door het gerecht veroor
deeld?"
„Ja", antwoordt de -student duidelijk en hij vertelt
de onbeteekenende geschiedenis van een verkeersover
treding. Hij had met zijn rijwiel op een verboden weg
gereden: twee dollar boete. Een zijner collega's neemt
de vraag stenografisch op.
„DAT HAD IK VOLKOMEN VERGETEN",
Een uur later nadat de jongeman uit zijn verdoo-
ving is ontwaakt, herhaalt House zijn vraag, waarop de
student eenigszins verontwaardigd antwoordt: „Natuur
lijk ben ik nog nooit veroordeeld!" En het duurt een
heele poos, voor hij zich het voorval herinnert, dat hij
zelf heeft medegedeeld. „Dat had ik volkomen verge
len!"
Een nieuwe proef wordt genomen. „U neemt zich
dus vast voor, gedurende het geheele verhoor geen
enkele maal de waarheid te zeggen," bindt House het
slachtoffer op het hart. En nadat de schemerslaap is
verwekt, komen weer de vragen: Waar wonen Uw
ouders? Waar bent U geboren? Wat studeer U? Bent
U getrouwd?"
Tien, twaalf alledaagsche vragen, die prompt worden
beantwoord. Zooals later blijkt, zijn de antwoorden
precies j'uist, hoewel de patiënt vast besloten was,
niet de waarheid te zeggen.
„Wij hebben den indruk," zegt Prof. House, dat deze
skopolamine het oogenblikkelijk bewustzijn stoort,
maar de herinnering onaangetast laat. De fantasie
schijnt volkomen te worden verlamd en wonderlijk
genoeg wordt men door deze gedeeltelijke zenuwver
lamming verhinderd, te liegen!
Daarom zijn wij er toe overgegaan, onze vinding in
dienst van de'criminalistiek te stellen. Wij hopen het
middel te hebben gevonden, waardoor in een overigens
ongevaarlijken slaap ook de meest verstokte misdadi
gers worden gedwongen ,eenb ekentenis af te leggen,
ook teg enhun wil!
In samenwerking met den bekenden criminalist God-
dard konden wij de eerste proeven met misdadigers
nemen. En die proeven hadden een al even verrassend
resultaat.
Het parket te New-York heeft in drie bijzonder
krasse gevallen zelf voorgesteld, deze methode te vol
gen. Bij de voorlezing van hun eigen bekentenissen,
waarvan zij zich niets herinnerden, zakten de misda
digers in elkaar!"
Zullen de verdere resultaten aantoonen, dat inder
daad een ongekend krachtig middel tot opsporing van
misdaden is gevonden?
heen te slaan, beschermend en moederlijk. Een sterke
man was alles goed en wel, maar zij kon zich heele
maal geen geluk meer voorstellen met zoo'n rots
van kracht. .Tuist Jacques in ziin jongensachtige vroo-
lijkheid, in zijn zwakheid wellicht, had haar noodig
en zij had het noodig hem te helpen.
Ze ging naar zijn kamer en klopte. Twee minuten
later lag zij in zijn armen
Den volgenden morgen bracht hij haar 'n prachti-
gen ruiker bloemen en een verlovingsring.
Jacques, zei ze, ik hoop dat die steen niet echt is?
Natuurlijk is die echt, zei jacques verontwaar
digd.
Dan breng je hem terug. Ik wil niet, dat je zoo'n
kostbaren ring koopt, terwijl je geen werk hebt.
Geen werk? Hij lachte. lk werk me dood!
Alsjeblieft. Hij haalde een brief te voorschijn. Zij las:
Zeer geachte Heer Lindon. Met buitengewoon genoe
gen heb ik het eerste deel van Uw „Achter het voet
licht" ge,lezen. Volgt het tweede gauw dan gaan
we zetten. Het boek is naar mijn meening Uw beste
en ik wil het graag nog dit voorjaar uitgeven."
Ik begrijp het niet, stamelde Ellis
Wel, Montrose was .een tooneelnaam. Ik nam
dit baantje als caharet-artist aan, om sfeer voor mijn
boek te krijgen. Het is altijd mijn gewoonte geweest,
midden in de dingen te gaan zitten, waarover ik
schrijven wil. Ik was geen succes als cabaret-artist,
maar het boek zal hopelijk dit echec goed maken!
Ellis was sprakeloos.
Eindelijk bracht zij uit: Dus je je was niet
buiten betrekking?
Neen hoewel men het schrijven van boe
ken moeilijk een betrekking kan noemen.
Maar in elk geval had je geen zorgen. Waarom
was je dan zoo mistroostig geworden?
Omdat ik dacht dat je me niet. liefhad, zei hij,
en sloot haar in zijn armen.
Zoolang een vrouw redeneert, heeft zij niet lief
schat. Zoolang ze een man uitzoekt naar een bepaald
ideaal óók niet. Je nam mij met al mijn al of niet
vermeende fouten en dat is liefde!
De weg naar 'n vrouwenhart gaat nu eenmaal langs
onberekenbare wegen!