HING Bjönstjerne Björnson. De ballonsport. Bont Allerlei. Zaterdag 10 December 1932. SCHAGER COURANT. Vierde blad. No. 9191 Sensationeele ballonvluchten PEPERMUNT De ballons port wordt dooT het vliegtuig steeds mèer op den achtergrond gedrongen; zij word' eigenlijk slechts opgemerkt door do Gordon-Bennett-wedstrijden. Toch ls het een sport, die Ln bijzondere mate geschikt ia om den mensch te stalen en doortastend te maken. Dr. Von Aberco'rn, die 542 vluch ten achter den rug heeft, een record voor Duitschland, vertelt ln onderstaand artikel van zijn ervaringen. AVONTUREN BIJ DE GORDON- NN ETT-WEDSTRIJD EN. Bij de Gordon-Bennett-wedstrijden in 1908 stegen de jurist Dr. NIemeyer en de fabrikant Hiedemann te Ber lijn op en vlogen naar de Noordzee met het doel. de Engelsche of Schotsche kust te bereiken. Ten N.W. van r Belgoland werden zij echter door een onweersbui ge- dwongen om te dalen tot dicht boven de Noordzee. In I razende vaart vloog de ballon over het water heen. Eln- idelijk kregen zij een schip ln het oog. dat hen zou kun- I nen redden, doch hun snelheid was te groot. I In hun wanhoplgen toestand besloten zij daarom, het gas uit de ballon te laten ontsnappen. Dadelijk schrom pelde de ballon ineen, nu zouden zij zich nog slechts zeer kort op de woelige zee drijvende kunnen houden, zonder te kantelen. Bn dat terwijl zij niet eens wisten, of hun ballon vanuit het schip wel opgemerkt was. Zoo dreven ze daar hulpeloos op de golven, terwijl het om hulsel van hun ballon steeds meer inschrompelde. Slechts door het gelukkige toeval, dat niet al hun gas tegelijk ontsnapte, hadden zij het te danken, dat de stoomboot hen nog tijdig kon bereiken. BH de wedstrijden van 1907, waarbij de ballons opste gen te St. Louis en de winnaar Dr. Erbslöb in de buurt van Philadelphia landde, vlogen Hiedemann en ik, zoo vertelt oud-kolonel Dr. Von Abercorn te Berlijn, bij het krieken van den dag over de Chesapeake Baal Doch wij wisten niet. of het water onder ons nu de baai was of dat wij reeds boven den Atlantlschen Oceaan dreven i' Tenslotte landden wij vlot in de omgeving van Denver. Bij de wedstrijden van 1910 vloog ik met Gerlcke over het Michlgan- en het Huron Meer. Wij landden in het Canadeesche oerwoud ten N.O. van Quebec. Er zou een boek te schrijven zijn over de moeilijkheden, welke bij zoo'n landing in het oerwoud en daarna voorkomen, het duurde zelfs dagen, voordat wij de eerste mensóhen za gen. Ondanks alles is de ballonsport voor mij echter de mooiste sport die er bestaat. Op geen andere wijze krijgt men zulke prachtige Indrukken van de natuur en bovendien worden de hoogste eischen gesteld aan vindingrijk- en tegenwoordigheid van geest, DE BALLON SCHEURT. Dat ls mij in 1911 te Düsseldorf overkomen. Ik had opdracht gekregen om een nieuwe uitvinding te be proeven. Wij hadden een groote ballon met een Inhoud van 2500 M3„ doch slechts een zeer kleine mand, want *i; moesten zeer veel ballast meenemen en ook een flinke voorraad proviand, want wij wisten niet, waar- ten de tooht ons zou voeren en waar wij tenslotte 3n landen. es ln orde!" werd er geroepen. Wij startten en snel. Eigenlijk veel te snel. Spoedig hadden wij «en hoogte van 2000 M. bereikt Toen zag lk. dat er enkele verbindingstouwen waren afgeknapt; zjj hadden de ballon slecht gemonteerd! Ik trok mijn mes om de touwen te kappen, dooh de wind rukte reeds het om hulsel van de ballon in de touwen omhoog. Er ontsnap te gas en wij begonnen te vallen. Uit een hoogte van 2000 M! Enkele minuten scheidden ons van den dood. Dooh die minuten mochten ondanks onze ontzetting hiet onbenut voorbijgaan; alles wat onze val versnelde, moest verdwijnen. Ik boog mij over den rand van de gondel en kapte alle ballastzakken los. 1900 M. onder ons zagen we ze al3 granaten uit elkaar spatten. Daar- ha kwam de proviand aan de beurt. Toen wij op 1500 M. hoogte waren, Klommen wij op den rand van de gondel, hielden ons met de handen aan den ballon vast en maakten een kniebuiging, waarbij wij erop letten, dat onze lichamen geheel slap bleven. Alleen zoo kan taen n.1. wel eens voorkomen, dat bij de val de beende ren breken. Intusschen was een groot gedeelte van de stof van het omhulsel door den luchtdruk in het ballonnet ge- flrukt, waardoor dit eenigszins als een parachute werk te en de snelheid van den val verminderde. Zoo brach ten wij misschien tw^e minuten door. Wij zagen, hoe de wind ons over een bosch dreef; steeds duidelijker konden wij de afzonderlijke takken onderscheiden. Daarna naderden wij een akker; als wij daarop neer kwamen zou het gevaar aanmerkelijk verminderen. Wij daalden toen opnieuw vrij snel en kwamen met een hevige schok neer. Dadelijk daarop vielen de over blijfselen van de ballons als een groot gevaarte op ons neer. Er kwamen menschen aansnellen, die ons uit onze aangename positie bevrijdden. Wij waren er met enkele schaafwonden afgekomen. TUSSCKEN VIER ONWEERSWOLKEN. Voor krachtige winden behoeft een geoefend ballon vaarder niet bang te zijn. Doch onweerswolken zijn zijn ergste vijand. Als een onweerswolk dicht over de aarde heen drijft, hebben de electrische ontladingen plaats tusschen de wolk en de aarde. Wij zeggen dan, dat de bliksem inslaat. Bij electrisch geladen wolken, die op groote hoogte drijven, heeft de ontlading echter plaats tusschen de eene wolk en de andere. Bevindt zich nu ÏMt ja.», JS te joUxuiiisihal nog een ballon opgestegen vau het oudste model, dat der gebroeders Montgolfier. daartusschen een ballon, dan kan de bliksem daar doorheen slaan en het gas in brand steken. Zooiets is gelukkig nog slechts eenmaal gebeurd en wel vóór den oorlog in de buurt van Kassei. De ballon verbrandde en de Inzittenden vonden den dood. Ikzelf ben eens in Noord-Frankrijk door onweers wolken in een zeer netelige positie gebracht. De lucht- stroomingen, welke gewoonlijk aan een onweersbul voorafgaan, hadden mijn ballon tot op een hoogte van 4000 M. opgevoerd. Toen vormden er zich plotseling om mij heen vier onweerswolken. Aan vluchten, bijv. door het uitwerpen van ballast was niet te denken. De minste wrijving kon n.1. nieuwe electriciteit doen ontstaan en daarmee de ontlading van een der wolken veroorzaken. Ik moest dus zorgvuldig elke beweging vermijden en met volkomen berusting in mijn lot af wachten, of wij misschien vanzelf zouden dalen. Plot seling gebeurde dit ook. Nadat de ballon eerst langen tijd bijna onbeweeglijk op dezelfde hoogte was blijven staan. Ik landde zoo spoedig mogelijk en zoodra de ballon na de landing was geborgen, brak er een der hevigste onweersbuien los, welke ik ooit heb meege maakt Al zulke dingen, moet iemand, die aan groote ballon wedstrijden wil deelnemen, niet slechts weten hij moet er ook op het juiste oobenbllk gebruik van weten te maken. Zoo heb ik in 1910 een wedstrijd, waarbij wij vanuit Dresden vertrokken, gewonnen doordat bijna alle deelnemers door de vorming van onweerswolken over een uitgestrekt gebied in Hongarije en Servië zich gedwongen zagen om te landen. Ikzelf vloog in Z.O. richting en wist, door mijn ballon op groote hoogte te brengen, over de onweerswolken heen te vliegen en de Roemeensche plaats Cralova te bereiken. Om, nog afgescheiden van een kans op een prijs, aan zulke internationale wedstrijden deel te kunnen nemen, is er dan ook meer noodig dan lichamelijke kracht en behendigheid. Overwinnaar van zoo'n wedstrijd wordt steeds hij, die met zoo'n soort vogelinstinct d e at mosfeer aanvoelt en daardoor het beste gebruik weet te maken van de verschillende lagen en stroomingen daarin. VEERTIG BEROEPEN IN 27 JAAR. Francis Harley. een 42-jarig Engelschman, is werke lijk van alle markten thuis. Hij heeft in 27 jaren niet minder dan 40 verschillende beroepen gehad. In zijn jeugd wilde hij journalist worden. Dat ls echter een van de weinige beroepen gebleven, die hij nog niet uit geoefend heeft. Toch heeft Harley nog niet de hoop opgegeven, dat deze jeugddroom nog eens in vervulling zal gaan. Hij volgt in zijn leven steeds zijn lijfspreuk: „Als lk geen werk kan krijgen, schep ik mij zelf een werkkring en als ik geen werkgever vind, dan ben lk mijn eigen werkgever. Francis heeft nooit werkeloos- heidsuitkeering gehad, heeft nooit in zijn leven gebe deld, nooit van een ziekteverzekering geprofiteerd en heeft nog nooit gebrek geleden. Het ia wel een heel lange lijst van beroepen, die hij heeft „afgewerkt". Hij was schoenmaker, amanuensis, melkboer, soldaat, bak ker, scheepsjongen, schilder, reiziger, koopman, onder wijzer, schoenpoetser, glazenwassoher, vendumeester, fruithandelaar, bloemenkoopman. nachtwaker, chauf feur, secretaris, stenotypist, gramophoon-handelaar, crou pier, doodgraver, postbeambte, straatmuzikant, pandjes baas en mixer. Strijder voor de nationale en ethische ontwikkeling van Noorwegen. Idealist, dichter en opvoeder van zijn volk. Kampvechter voor het recht der onderdrukte volken en den wereldvrede. De historische achtergrond. IN wat men zou kunnen noemen „de littera tuur van Noorwegen", heeft de Deensche taal al heel vroeg in de geschiedenis de overhand gehad. Een zuiver Noorsch geeste lijk centrum bestond niet. De jeugd verkreeg haar hoogere ontwikkeling op de Universiteit van Kopenhagen en nam daar alles in zich op, wat het Deensche geestelijke leven bood. Maar toch bleven de kenteekenen van de eigen ge aardheid steeds waarneembaar. De Noor is minder beweeglijk dan de Deen; hij heeft een koel verstand en is beheerscht. In de begrippen, die hij zich door verstandelijk denken en beheerschte hartstocht als geestelijk egendom verwierf, werkt hij zich volle dig in en sluit hij zich op, soms zonder acht te ge ven op de werkelijkheid. Vandaar soms nuchtere abstracties, spitsvondige voorstellingen. Men voelt dan duidelijk de verwantschap met het Oud-Noor- sche tijdperk, waarin de Skaldenpoözie bloeide, en het gevoel voor de natuur sterk leefde en de liefde opbloeide tot het eigen land, hetgeen echter vaak in kleinzieligheid ontaardde en zoowel het leven als de dichtkunst afstompte en binnen bekrompen grenzen terugdrong. Doch Noorwegen deed voorgoed zijn intrede in de wereldliteratuur door twee dichters, wier beteekenis de Noorsche grenzen verre overschreed; Björnson en Ibsen. Maar ook hun werk staat nauw in verband met het verleden van hun land. Björnson staat dich ter bij de z.g. „patriotten", Ibsen voelt zich aange trokken tot de „intelligenten", de „Europeeërs". Björnson's levensloop en werk. Björnstjerne Björnson werd op 8 December 1832 in Kvikue (Oesterdalen) geboren, midden in Noorwe- gen's bergland. Zijn vader was predikant. In 1852 ging hij naar de Universiteit te Christiania en als student begon hij zijn letterkundige carrière. Van toen af was zijn leven zeer bewogen. Van 1857 tot 1859 was hij leider van het theater te Bergen en daarna was hij korten tijd redacteur van het „Aftonblad", 'n betrekking die hij spoedig weer moest opgeven. Intusschen had hij eenige dorpsno vellen ^geschreven, w.o. „Arme" en „Een vroolijke knaap" en ook twee dramatische werken „Hulda" en „Tusschen de veldslagen", waarmee hij zijn naam als literator gevestigd had. Van 1860 tot 1862 ver bleef hij in Italië, waar hij vele gedichten schreef en zijn drama's „Koning Sverre" en de „Sigurd"-trilogie. Van zijn andere werken noemen we nog „De jongge huwden", „Maria Stuart in Schotland", „Een faillis sement". „De Redacteur", ,Het nieuwe .Systeem", „Een handschoen", „De koning", alle tooneelstuk- ken. Met zijn novellen en romans „Het visschers- Met de heerlijke, opwekkende eigenschappen van het edele natuurproduct en onder controle van het laboratorium: Dr. van Hamel Roos Harmens, A'dam. Dit is echter slechts een uittreksel uit de groote Hjst Hij heeft 6000 K.M. te voet en 25000 K.M. per schip af gelegd en daarbij veertien vreemde landen gezien. In zijn vrijen tijd heeft Harley ook gedichten gemaakt. Hij schiep 200 gedichten en schreef daarbij meer dan 100.000 woorden. Harley's leven is rijk aan avonturen. In Cardiff monsterde hij op een Finsoh schip. Hij deed eerst dienst als matroos, maar na eenigen tijd kwam hij als stoker in het machineruim. Toen het sohip in een andere haven aanlegde, verdween plotseling de scheeps kok en Harley kwam ln zijn plaats. Drie verschillende baantjes tijdens één enkele vaart: ook op dit record la Harley trotsch. Vijf jaar geleden ging hij met 178 pond aterling naar Duitschland. Hü kocht daarvoor goederen en ging naar Engeland terug. Hij verkocht ln acht dagen den gan- schen voorraad voor 1000 pond. Ook te Nizza verging het hem goed. Daar verspeelde hij eerst al zijn geld. leende daarna een paar honderd francs en verliet de Riviera als een welgesteld man. NAGELATEN REKENINGEN VAN MEVROUW WALKER. Een New Yorksohe rechtbank behandelde kort gele den een zaak, die merkwaardig is om den naam van de beklaagde. Die luidde n.1. mevrouw Walker; bedoeld wordt de eohtgenoote van den afgetreden opperburge meester van New York. Een groot modehuls had haar een proces aangedaan, omdat ze bleef volharden ln het niet-betalen der door haar gemaakte schulden. Zoo lang Jimmy nog den scepter zwaaide, had men het natuur lijk niet gewaagd zijn vrouw aan de nota's te herinne ren, maar nu de glorietijd van den corrupten gentleman tot het verleden behoort, behoeft de firma zich minder in acht te nemen. Tijdens de rechtzittingen kwamen belangwekkende details aan het licht. Zoo vernam men, dat Mrs. Wal ker van September 1928 tot einde 1931 kleeren betrok ken had voor ongeveer 14.400 dollar. Gedurende de laatste maanden had zij alleen aan avondkleeren reeds voor 1200 dollar Ingekocht Het mag geen verwondering baren, dat het modehuis de clandlzie van het huls Walker bij de jaarlijksche onkosten begon te boeken. Dat Jlmmy den burgemeestersstoel verliet, was voor de directie een even verrassende als niet meer ver wachte uitkomst Mevrouw Walker bleek volgens het lijstje, dat den rechter ter inzage werd gegeven, in drie jaren tijds honderd japonnen en veertig hoeden te hebben aan geschaft KONING RINGAPUT SCHRIJFT AAN KONING GEORGE. Koning George V van Engeland ontving dezer dagen een brief van koning Ringaput, heerscher der Hebrlden Ofschoon vorsten elkander niet zelden met epistels vereeren, waren de berichten, die Ringaput aan zijn Britschen souvereln deed toekomen, tot nu toe spaar zaam in aantal geweest. Het koninkrijk der Hebrlden schijnt overigens op Zijne Majesteit George V geen groote aantrekkingskracht uit te oefenen. Het kanni balisme heersebt ln het rijk van monarch Ringaput gelijk het biefstuk eten ln Groot-Brittannië. Niettemin !s het cchrijven. dat de gebieder der Nambas aan Ko ning George richtte ln meer dan één opzicht interessant Ringaput heeft n.1. besloten de Westersche cultuur niet ongemerkt aan zijn eilanden te laten voorbijgaan en de gelofte welke hij dienaangaande aflegde, heeft hij als volgt geformuleerd. „Aan den konlg aller Britten en den beheerscher aller zeeën. Ik, stamhoofd der Nambas en vorst der Nieuwe He- bridc- deel U mede, dat lk als bewijs van hoogachting bij r jongste nieuwe maan de gelofte heb afgelegd geen menschenvleesch meer te gebruiken. Niet het kleinste stukje zal meer over mijn lippen komen, on danks het feit, dat de witte man lekker smaakt. Verder heb lk gezworen tegenover vreemdelingen niet meer op gewelddadige wijze op te treden. Ik zal het mij tot een eer rekenen, alle vreemdelingen welkom te heeten en voor hun welzijn zorg te dragen. Van deze laatste gelofte wijk ik af, wanneer men met vijandige bedoelin gen mijn rijk mocht binnendringen." Volgde do onderteekenlng. Koning George ontving behalve den brief een keten, bestaande uit witte en zwarte paarlen. benevens een kunstig bewerkte speer met een klein glftreservoir aan den punt We vragen ons af, of Rlngaputs onderdanen, die plot seling uit hun gewoonten worden gerukt het er bij zullen laten. Misschien hoort men dezer dagen van een revolutie op de Nleuwe-Hebriden WRAAK MET ROEREIEREN. Een eigenaardige wraak namen dezer dagen een paar kwajongens te Berlijn. Zij hadden zich geruimen tijd op zeer verdachte wijze voor een zaak in levensmidde len in het Zuidelijk gedeelte der stad opgehouden, waar op de winkelier hun eindelijk verzocht weg te gaan. In plaats van antwoord te geven, begonnen de onverlaten op hem los te slaan. In hun woede, dat hun voorgeno men diefstal verijdeld was, trapten en sloegen zij den voor den verkoop gereed staanden voorraad eieren stuk ter waarde van een paar honderd gulden. Het gelukte hun, helaas, na bereiding van deze „roereleren" te ont komen. Bloemenmagazijn „CORONA", KONINGSTRAAT 67 - - DEN HELDER, levert U alle moderne bloemstukken Telefoon 216. Postgiro 99555. 1832. 8 DECEMBER. 1932. Björnst; jrno Björnson. meisje", „Maguhild", „Kapitein Mansaure" en „Ab- salon's Haar", oogstte hij veel roem. „Synnöve Sol- bakken" (Zonneheuvel), een zijner oudste novellen, was als schepping feilloos, zooals zijn „Boven de kracht" feilloos is en zijn stuk „Paul Lange en Thora Parsberg" tot het beste behooren van wat hij schreef. Björnson was, hoezeer zijn opvattingen zich in kleine onderdeelen mogen hebben gewijzigd, de link- sche richtingen toegedaan, was democratisch gezind i stond stevig op de basis van den Noorschen volks aard, zonder daarom de eenzijdigheid van de „pa triotten" overal goed te keuren en voor te staan. Hij was zijn leven lang een idealist-van-de-daad, stond altijd midden in den strijd en heeft, nooit opgehou den voor ideeën te ijveren als volksredenaar, po liticus, schrijver en dichter. Hij was, als het moest, agitator, met zijn volbloedig, zonnig temperament; hij miste de critische ontledir.gsdrang van Ibsen en zijn psychologie was die van het volk, hij werkte meer met typen dan met individuen. Alles in hem e in het loven herleidde hij tot gemoedsaandoening; daarom was zijn idealisme kinderlijk, zooals hij zelf eigenlijk altijd een groot kind gebleven is. Bjrön'-on's landhuis in Aulestad. Het is wel heel opmerkelijk, hoe het revolutiejaar 1848, als windstoot der Europeesche vrijheidsbewe ging. zich deed gevoelen in Noorwegen; de jonge Björnson raakte door Lamartine, den held van de vrijheid, in geestdrift en zóó verwaarloosde hij zijn studies tengevolge van den vrijheidsdrang, dat zijn vader hem in 1850 naar Christiania stuurde. Het is hier, dat LM kennis maakte met Ibsen, Vi- nië en later Jones Lic. Toen hij enkele jaren later, als theater-criticus en -leider zou optreden, had hij sterk den invloed ondergaan van het Fransche too- neel (Scribe, Musset, Augier, Dumas fils). In Björnson's werk onderscheidt men dan ook zeer duidelijk twee groote perioden, met het wezen zelf van den dichter nauw verbonden, uit den boeren stand opgekomen, leefde hij eerst in eenzaamheid e midden van de boeren, bij de fjorden en in de ber gen, vol van de geheimzinnige grootheid der natuur. Hier schiep hij zijn dorpsnovellen, zijn sagenromans en zijn koningsdrama's. Maar later kwam de sterke Europeesche strooming opz.tten, over Denemarken naai het Noorden. De invloed van Strauss, Neuer- bach, Renau, de Engelsdie utilitariers, Darwin, Faine en het Fransche realisme deden zich voelen. Van de dorpsgeschiedenissen ging Björnson in zijn werk over naar de problemen van zijn tijd, hoewel de nieuwe Björnson toch steeds de oude bleef: hij had neiging tot het abstracte, tot moraliseeren, tot opvoeden van het volk. Hij toont ons den zwendel in den handel, de corruptie in de pers, hij eischt een nieuwe zedelijke norm; de man zal even rein in het huwelijk treden als de vrouw. Kortom, in al zijn drama's en novellen treft men een moraal, een be- leerend motief aan, waarvan zijn porsonnages als spreektrompet zullen dienen. E daarom heeft men Björnson altijd genoemd, den opvoeder van zijn volk. Hii heeft dan ook in het Noorsche volks- en geestes leven een bijzondere plaats ingenomen. Als dichter evenwel is hij het zuiverst gebleven, los van alle tendenzen, zich ln zijn verzen volledig overgevend aan de liefde voor zijn land, voor de natuur, voor de kinderen, mannen en vrouwen van het land en de zee. Hier bleef hij oorspronkelijk en vrij van gekunsteldheid, in vervoering gebracht door waarheidszin en ongeschonden volksaard. Hoezeer hij, als Germaa zich met Duitschland verbonden voelde, toch kon de er zich ontwikkelen de vooroorlogsche bureaucratische en militaristische retst hem niet bekoren. In verschillende rede voeringen, van 1890 en 1908 gehouden, heeft hij de groote hoedanigheden van het ")uitsche volk erkend, het een voortreffelijk volk genoemd, maar de macht van zijn leger, zijn bureaucratie, zijn militarisme vervulde hem met angst voor de toekomst. Om .ijn politiek als staat/meende hii, wordt Duitschland door de volken niet ge- accenteerd. Hij dacht natuurlijk in dien tijd aan de onderdrukte Scandinaviërs in Sleeswijk, aan de Polen in Oost-Pruisen, de Lotharingers, de Tsjechen, enz. Want Björnson heeft een groote lievelings gedachte gehad in zijn rijk gevuld leven: een wereldfederatie, die voorbereid moest worden door een Germaansche aaneensluiting, de roe ping van de Germaansche wereld zooals ook Austin Chamberlain die ziet en waarbij de Ffo- maansche wereld zich tenslotte zou aanslui ten in het teeken van den wereldvrede een vre de met vrijheid voor alle onderdrukte volke ren, de vrijheid, die zijn eigen kleine land, Noorwegen, na veel strijd heeft veroverd, zijn tand, dat hij zich in de zon dier vrijheid zoo alzijdig en zoo snel heeft zien ontwikkelen in natie nale fierheid en grootheid. Zoo is deze Noor in ziin jeugd een „patriot" in zijn verder leven tot breeddenkend vaderlan der uitgegroeid, tot een kampvechter gewoiden, onvermoeid en onversaagd, voor de vrijheid en het recht van alle verdrukte volken, omdat hij ervan overtuigd was, dat vrede alleen door recht te bereiken is. Ook in dit opzicht ont popte hij zich als een leerling van Kant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 13