HING
Bjönstjerne Björnson.
De ballonsport.
Bont Allerlei.
Zaterdag 10 December 1932.
SCHAGER COURANT.
Vierde blad. No. 9191
Sensationeele ballonvluchten
PEPERMUNT
De ballons port wordt dooT het vliegtuig
steeds mèer op den achtergrond gedrongen;
zij word' eigenlijk slechts opgemerkt door
do Gordon-Bennett-wedstrijden. Toch ls het
een sport, die Ln bijzondere mate geschikt
ia om den mensch te stalen en doortastend
te maken. Dr. Von Aberco'rn, die 542 vluch
ten achter den rug heeft, een record voor
Duitschland, vertelt ln onderstaand artikel
van zijn ervaringen.
AVONTUREN BIJ DE GORDON-
NN ETT-WEDSTRIJD EN.
Bij de Gordon-Bennett-wedstrijden in 1908 stegen de
jurist Dr. NIemeyer en de fabrikant Hiedemann te Ber
lijn op en vlogen naar de Noordzee met het doel. de
Engelsche of Schotsche kust te bereiken. Ten N.W. van
r Belgoland werden zij echter door een onweersbui ge-
dwongen om te dalen tot dicht boven de Noordzee. In
I razende vaart vloog de ballon over het water heen. Eln-
idelijk kregen zij een schip ln het oog. dat hen zou kun-
I nen redden, doch hun snelheid was te groot.
I In hun wanhoplgen toestand besloten zij daarom, het
gas uit de ballon te laten ontsnappen. Dadelijk schrom
pelde de ballon ineen, nu zouden zij zich nog slechts
zeer kort op de woelige zee drijvende kunnen houden,
zonder te kantelen. Bn dat terwijl zij niet eens wisten,
of hun ballon vanuit het schip wel opgemerkt was. Zoo
dreven ze daar hulpeloos op de golven, terwijl het om
hulsel van hun ballon steeds meer inschrompelde.
Slechts door het gelukkige toeval, dat niet al hun gas
tegelijk ontsnapte, hadden zij het te danken, dat de
stoomboot hen nog tijdig kon bereiken.
BH de wedstrijden van 1907, waarbij de ballons opste
gen te St. Louis en de winnaar Dr. Erbslöb in de buurt
van Philadelphia landde, vlogen Hiedemann en ik, zoo
vertelt oud-kolonel Dr. Von Abercorn te Berlijn, bij het
krieken van den dag over de Chesapeake Baal Doch
wij wisten niet. of het water onder ons nu de baai was
of dat wij reeds boven den Atlantlschen Oceaan dreven
i' Tenslotte landden wij vlot in de omgeving van Denver.
Bij de wedstrijden van 1910 vloog ik met Gerlcke over
het Michlgan- en het Huron Meer. Wij landden in het
Canadeesche oerwoud ten N.O. van Quebec. Er zou een
boek te schrijven zijn over de moeilijkheden, welke bij
zoo'n landing in het oerwoud en daarna voorkomen, het
duurde zelfs dagen, voordat wij de eerste mensóhen za
gen. Ondanks alles is de ballonsport voor mij echter
de mooiste sport die er bestaat. Op geen andere wijze
krijgt men zulke prachtige Indrukken van de natuur
en bovendien worden de hoogste eischen gesteld aan
vindingrijk- en tegenwoordigheid van geest,
DE BALLON SCHEURT.
Dat ls mij in 1911 te Düsseldorf overkomen. Ik had
opdracht gekregen om een nieuwe uitvinding te be
proeven. Wij hadden een groote ballon met een Inhoud
van 2500 M3„ doch slechts een zeer kleine mand, want
*i; moesten zeer veel ballast meenemen en ook een
flinke voorraad proviand, want wij wisten niet, waar-
ten de tooht ons zou voeren en waar wij tenslotte
3n landen.
es ln orde!" werd er geroepen. Wij startten en
snel. Eigenlijk veel te snel. Spoedig hadden wij
«en hoogte van 2000 M. bereikt Toen zag lk. dat er
enkele verbindingstouwen waren afgeknapt; zjj hadden
de ballon slecht gemonteerd! Ik trok mijn mes om de
touwen te kappen, dooh de wind rukte reeds het om
hulsel van de ballon in de touwen omhoog. Er ontsnap
te gas en wij begonnen te vallen. Uit een hoogte van
2000 M! Enkele minuten scheidden ons van den dood.
Dooh die minuten mochten ondanks onze ontzetting
hiet onbenut voorbijgaan; alles wat onze val versnelde,
moest verdwijnen. Ik boog mij over den rand van de
gondel en kapte alle ballastzakken los. 1900 M. onder
ons zagen we ze al3 granaten uit elkaar spatten. Daar-
ha kwam de proviand aan de beurt. Toen wij op 1500
M. hoogte waren, Klommen wij op den rand van de
gondel, hielden ons met de handen aan den ballon vast
en maakten een kniebuiging, waarbij wij erop letten,
dat onze lichamen geheel slap bleven. Alleen zoo kan
taen n.1. wel eens voorkomen, dat bij de val de beende
ren breken.
Intusschen was een groot gedeelte van de stof van
het omhulsel door den luchtdruk in het ballonnet ge-
flrukt, waardoor dit eenigszins als een parachute werk
te en de snelheid van den val verminderde. Zoo brach
ten wij misschien tw^e minuten door. Wij zagen, hoe
de wind ons over een bosch dreef; steeds duidelijker
konden wij de afzonderlijke takken onderscheiden.
Daarna naderden wij een akker; als wij daarop neer
kwamen zou het gevaar aanmerkelijk verminderen. Wij
daalden toen opnieuw vrij snel en kwamen met een
hevige schok neer. Dadelijk daarop vielen de over
blijfselen van de ballons als een groot gevaarte op ons
neer. Er kwamen menschen aansnellen, die ons uit
onze aangename positie bevrijdden. Wij waren er met
enkele schaafwonden afgekomen.
TUSSCKEN VIER ONWEERSWOLKEN.
Voor krachtige winden behoeft een geoefend ballon
vaarder niet bang te zijn. Doch onweerswolken zijn zijn
ergste vijand. Als een onweerswolk dicht over de aarde
heen drijft, hebben de electrische ontladingen plaats
tusschen de wolk en de aarde. Wij zeggen dan, dat de
bliksem inslaat. Bij electrisch geladen wolken, die op
groote hoogte drijven, heeft de ontlading echter plaats
tusschen de eene wolk en de andere. Bevindt zich nu
ÏMt ja.», JS te joUxuiiisihal nog een ballon opgestegen
vau het oudste model, dat der gebroeders Montgolfier.
daartusschen een ballon, dan kan de bliksem daar
doorheen slaan en het gas in brand steken. Zooiets is
gelukkig nog slechts eenmaal gebeurd en wel vóór den
oorlog in de buurt van Kassei. De ballon verbrandde
en de Inzittenden vonden den dood.
Ikzelf ben eens in Noord-Frankrijk door onweers
wolken in een zeer netelige positie gebracht. De lucht-
stroomingen, welke gewoonlijk aan een onweersbul
voorafgaan, hadden mijn ballon tot op een hoogte van
4000 M. opgevoerd. Toen vormden er zich plotseling om
mij heen vier onweerswolken. Aan vluchten, bijv.
door het uitwerpen van ballast was niet te denken.
De minste wrijving kon n.1. nieuwe electriciteit doen
ontstaan en daarmee de ontlading van een der wolken
veroorzaken. Ik moest dus zorgvuldig elke beweging
vermijden en met volkomen berusting in mijn lot af
wachten, of wij misschien vanzelf zouden dalen. Plot
seling gebeurde dit ook. Nadat de ballon eerst langen
tijd bijna onbeweeglijk op dezelfde hoogte was blijven
staan. Ik landde zoo spoedig mogelijk en zoodra de
ballon na de landing was geborgen, brak er een der
hevigste onweersbuien los, welke ik ooit heb meege
maakt
Al zulke dingen, moet iemand, die aan groote ballon
wedstrijden wil deelnemen, niet slechts weten hij
moet er ook op het juiste oobenbllk gebruik van weten
te maken. Zoo heb ik in 1910 een wedstrijd, waarbij wij
vanuit Dresden vertrokken, gewonnen doordat bijna
alle deelnemers door de vorming van onweerswolken
over een uitgestrekt gebied in Hongarije en Servië zich
gedwongen zagen om te landen. Ikzelf vloog in Z.O.
richting en wist, door mijn ballon op groote hoogte te
brengen, over de onweerswolken heen te vliegen en de
Roemeensche plaats Cralova te bereiken.
Om, nog afgescheiden van een kans op een prijs, aan
zulke internationale wedstrijden deel te kunnen nemen,
is er dan ook meer noodig dan lichamelijke kracht en
behendigheid. Overwinnaar van zoo'n wedstrijd wordt
steeds hij, die met zoo'n soort vogelinstinct d e at
mosfeer aanvoelt en daardoor het beste gebruik weet
te maken van de verschillende lagen en stroomingen
daarin.
VEERTIG BEROEPEN IN 27 JAAR.
Francis Harley. een 42-jarig Engelschman, is werke
lijk van alle markten thuis. Hij heeft in 27 jaren niet
minder dan 40 verschillende beroepen gehad. In zijn
jeugd wilde hij journalist worden. Dat ls echter een
van de weinige beroepen gebleven, die hij nog niet uit
geoefend heeft. Toch heeft Harley nog niet de hoop
opgegeven, dat deze jeugddroom nog eens in vervulling
zal gaan. Hij volgt in zijn leven steeds zijn lijfspreuk:
„Als lk geen werk kan krijgen, schep ik mij zelf een
werkkring en als ik geen werkgever vind, dan ben lk
mijn eigen werkgever. Francis heeft nooit werkeloos-
heidsuitkeering gehad, heeft nooit in zijn leven gebe
deld, nooit van een ziekteverzekering geprofiteerd en
heeft nog nooit gebrek geleden. Het ia wel een heel
lange lijst van beroepen, die hij heeft „afgewerkt". Hij
was schoenmaker, amanuensis, melkboer, soldaat, bak
ker, scheepsjongen, schilder, reiziger, koopman, onder
wijzer, schoenpoetser, glazenwassoher, vendumeester,
fruithandelaar, bloemenkoopman. nachtwaker, chauf
feur, secretaris, stenotypist, gramophoon-handelaar, crou
pier, doodgraver, postbeambte, straatmuzikant, pandjes
baas en mixer.
Strijder voor de nationale en ethische
ontwikkeling van Noorwegen.
Idealist, dichter en opvoeder van zijn volk.
Kampvechter voor het recht der onderdrukte
volken en den wereldvrede.
De historische achtergrond.
IN wat men zou kunnen noemen „de littera
tuur van Noorwegen", heeft de Deensche
taal al heel vroeg in de geschiedenis de
overhand gehad. Een zuiver Noorsch geeste
lijk centrum bestond niet.
De jeugd verkreeg haar hoogere ontwikkeling op
de Universiteit van Kopenhagen en nam daar alles
in zich op, wat het Deensche geestelijke leven bood.
Maar toch bleven de kenteekenen van de eigen ge
aardheid steeds waarneembaar. De Noor is minder
beweeglijk dan de Deen; hij heeft een koel verstand
en is beheerscht. In de begrippen, die hij zich door
verstandelijk denken en beheerschte hartstocht als
geestelijk egendom verwierf, werkt hij zich volle
dig in en sluit hij zich op, soms zonder acht te ge
ven op de werkelijkheid. Vandaar soms nuchtere
abstracties, spitsvondige voorstellingen. Men voelt
dan duidelijk de verwantschap met het Oud-Noor-
sche tijdperk, waarin de Skaldenpoözie bloeide, en
het gevoel voor de natuur sterk leefde en de liefde
opbloeide tot het eigen land, hetgeen echter vaak in
kleinzieligheid ontaardde en zoowel het leven als de
dichtkunst afstompte en binnen bekrompen grenzen
terugdrong.
Doch Noorwegen deed voorgoed zijn intrede in de
wereldliteratuur door twee dichters, wier beteekenis
de Noorsche grenzen verre overschreed; Björnson en
Ibsen. Maar ook hun werk staat nauw in verband
met het verleden van hun land. Björnson staat dich
ter bij de z.g. „patriotten", Ibsen voelt zich aange
trokken tot de „intelligenten", de „Europeeërs".
Björnson's levensloop en werk.
Björnstjerne Björnson werd op 8 December 1832 in
Kvikue (Oesterdalen) geboren, midden in Noorwe-
gen's bergland. Zijn vader was predikant. In 1852
ging hij naar de Universiteit te Christiania en als
student begon hij zijn letterkundige carrière. Van
toen af was zijn leven zeer bewogen.
Van 1857 tot 1859 was hij leider van het theater te
Bergen en daarna was hij korten tijd redacteur van
het „Aftonblad", 'n betrekking die hij spoedig weer
moest opgeven. Intusschen had hij eenige dorpsno
vellen ^geschreven, w.o. „Arme" en „Een vroolijke
knaap" en ook twee dramatische werken „Hulda" en
„Tusschen de veldslagen", waarmee hij zijn naam
als literator gevestigd had. Van 1860 tot 1862 ver
bleef hij in Italië, waar hij vele gedichten schreef en
zijn drama's „Koning Sverre" en de „Sigurd"-trilogie.
Van zijn andere werken noemen we nog „De jongge
huwden", „Maria Stuart in Schotland", „Een faillis
sement". „De Redacteur", ,Het nieuwe .Systeem",
„Een handschoen", „De koning", alle tooneelstuk-
ken. Met zijn novellen en romans „Het visschers-
Met de heerlijke, opwekkende
eigenschappen van het edele
natuurproduct en onder controle
van het laboratorium: Dr. van
Hamel Roos Harmens, A'dam.
Dit is echter slechts een uittreksel uit de groote Hjst
Hij heeft 6000 K.M. te voet en 25000 K.M. per schip af
gelegd en daarbij veertien vreemde landen gezien. In
zijn vrijen tijd heeft Harley ook gedichten gemaakt.
Hij schiep 200 gedichten en schreef daarbij meer dan
100.000 woorden. Harley's leven is rijk aan avonturen.
In Cardiff monsterde hij op een Finsoh schip. Hij deed
eerst dienst als matroos, maar na eenigen tijd kwam hij
als stoker in het machineruim. Toen het sohip in een
andere haven aanlegde, verdween plotseling de scheeps
kok en Harley kwam ln zijn plaats. Drie verschillende
baantjes tijdens één enkele vaart: ook op dit record la
Harley trotsch.
Vijf jaar geleden ging hij met 178 pond aterling naar
Duitschland. Hü kocht daarvoor goederen en ging naar
Engeland terug. Hij verkocht ln acht dagen den gan-
schen voorraad voor 1000 pond. Ook te Nizza verging
het hem goed. Daar verspeelde hij eerst al zijn geld.
leende daarna een paar honderd francs en verliet de
Riviera als een welgesteld man.
NAGELATEN REKENINGEN
VAN MEVROUW WALKER.
Een New Yorksohe rechtbank behandelde kort gele
den een zaak, die merkwaardig is om den naam van de
beklaagde. Die luidde n.1. mevrouw Walker; bedoeld
wordt de eohtgenoote van den afgetreden opperburge
meester van New York. Een groot modehuls had haar
een proces aangedaan, omdat ze bleef volharden ln het
niet-betalen der door haar gemaakte schulden. Zoo lang
Jimmy nog den scepter zwaaide, had men het natuur
lijk niet gewaagd zijn vrouw aan de nota's te herinne
ren, maar nu de glorietijd van den corrupten gentleman
tot het verleden behoort, behoeft de firma zich minder
in acht te nemen.
Tijdens de rechtzittingen kwamen belangwekkende
details aan het licht. Zoo vernam men, dat Mrs. Wal
ker van September 1928 tot einde 1931 kleeren betrok
ken had voor ongeveer 14.400 dollar. Gedurende de
laatste maanden had zij alleen aan avondkleeren reeds
voor 1200 dollar Ingekocht Het mag geen verwondering
baren, dat het modehuis de clandlzie van het huls
Walker bij de jaarlijksche onkosten begon te boeken.
Dat Jlmmy den burgemeestersstoel verliet, was voor
de directie een even verrassende als niet meer ver
wachte uitkomst
Mevrouw Walker bleek volgens het lijstje, dat den
rechter ter inzage werd gegeven, in drie jaren tijds
honderd japonnen en veertig hoeden te hebben aan
geschaft
KONING RINGAPUT SCHRIJFT
AAN KONING GEORGE.
Koning George V van Engeland ontving dezer dagen
een brief van koning Ringaput, heerscher der Hebrlden
Ofschoon vorsten elkander niet zelden met epistels
vereeren, waren de berichten, die Ringaput aan zijn
Britschen souvereln deed toekomen, tot nu toe spaar
zaam in aantal geweest. Het koninkrijk der Hebrlden
schijnt overigens op Zijne Majesteit George V geen
groote aantrekkingskracht uit te oefenen. Het kanni
balisme heersebt ln het rijk van monarch Ringaput
gelijk het biefstuk eten ln Groot-Brittannië. Niettemin
!s het cchrijven. dat de gebieder der Nambas aan Ko
ning George richtte ln meer dan één opzicht interessant
Ringaput heeft n.1. besloten de Westersche cultuur
niet ongemerkt aan zijn eilanden te laten voorbijgaan
en de gelofte welke hij dienaangaande aflegde, heeft
hij als volgt geformuleerd.
„Aan den konlg aller Britten en den beheerscher
aller zeeën.
Ik, stamhoofd der Nambas en vorst der Nieuwe He-
bridc- deel U mede, dat lk als bewijs van hoogachting
bij r jongste nieuwe maan de gelofte heb afgelegd
geen menschenvleesch meer te gebruiken. Niet het
kleinste stukje zal meer over mijn lippen komen, on
danks het feit, dat de witte man lekker smaakt. Verder
heb lk gezworen tegenover vreemdelingen niet meer
op gewelddadige wijze op te treden. Ik zal het mij tot
een eer rekenen, alle vreemdelingen welkom te heeten
en voor hun welzijn zorg te dragen. Van deze laatste
gelofte wijk ik af, wanneer men met vijandige bedoelin
gen mijn rijk mocht binnendringen."
Volgde do onderteekenlng.
Koning George ontving behalve den brief een keten,
bestaande uit witte en zwarte paarlen. benevens een
kunstig bewerkte speer met een klein glftreservoir aan
den punt
We vragen ons af, of Rlngaputs onderdanen, die plot
seling uit hun gewoonten worden gerukt het er bij
zullen laten. Misschien hoort men dezer dagen van een
revolutie op de Nleuwe-Hebriden
WRAAK MET ROEREIEREN.
Een eigenaardige wraak namen dezer dagen een paar
kwajongens te Berlijn. Zij hadden zich geruimen tijd
op zeer verdachte wijze voor een zaak in levensmidde
len in het Zuidelijk gedeelte der stad opgehouden, waar
op de winkelier hun eindelijk verzocht weg te gaan. In
plaats van antwoord te geven, begonnen de onverlaten
op hem los te slaan. In hun woede, dat hun voorgeno
men diefstal verijdeld was, trapten en sloegen zij den
voor den verkoop gereed staanden voorraad eieren stuk
ter waarde van een paar honderd gulden. Het gelukte
hun, helaas, na bereiding van deze „roereleren" te ont
komen.
Bloemenmagazijn „CORONA",
KONINGSTRAAT 67 - - DEN HELDER,
levert U alle moderne bloemstukken
Telefoon 216. Postgiro 99555.
1832. 8 DECEMBER. 1932.
Björnst; jrno Björnson.
meisje", „Maguhild", „Kapitein Mansaure" en „Ab-
salon's Haar", oogstte hij veel roem. „Synnöve Sol-
bakken" (Zonneheuvel), een zijner oudste novellen,
was als schepping feilloos, zooals zijn „Boven de
kracht" feilloos is en zijn stuk „Paul Lange en
Thora Parsberg" tot het beste behooren van wat hij
schreef.
Björnson was, hoezeer zijn opvattingen zich in
kleine onderdeelen mogen hebben gewijzigd, de link-
sche richtingen toegedaan, was democratisch gezind
i stond stevig op de basis van den Noorschen volks
aard, zonder daarom de eenzijdigheid van de „pa
triotten" overal goed te keuren en voor te staan. Hij
was zijn leven lang een idealist-van-de-daad, stond
altijd midden in den strijd en heeft, nooit opgehou
den voor ideeën te ijveren als volksredenaar, po
liticus, schrijver en dichter. Hij was, als het moest,
agitator, met zijn volbloedig, zonnig temperament;
hij miste de critische ontledir.gsdrang van Ibsen en
zijn psychologie was die van het volk, hij werkte
meer met typen dan met individuen. Alles in hem
e in het loven herleidde hij tot gemoedsaandoening;
daarom was zijn idealisme kinderlijk, zooals hij zelf
eigenlijk altijd een groot kind gebleven is.
Bjrön'-on's landhuis in Aulestad.
Het is wel heel opmerkelijk, hoe het revolutiejaar
1848, als windstoot der Europeesche vrijheidsbewe
ging. zich deed gevoelen in Noorwegen; de jonge
Björnson raakte door Lamartine, den held van de
vrijheid, in geestdrift en zóó verwaarloosde hij zijn
studies tengevolge van den vrijheidsdrang, dat zijn
vader hem in 1850 naar Christiania stuurde.
Het is hier, dat LM kennis maakte met Ibsen, Vi-
nië en later Jones Lic. Toen hij enkele jaren later,
als theater-criticus en -leider zou optreden, had hij
sterk den invloed ondergaan van het Fransche too-
neel (Scribe, Musset, Augier, Dumas fils).
In Björnson's werk onderscheidt men dan ook zeer
duidelijk twee groote perioden, met het wezen zelf
van den dichter nauw verbonden, uit den boeren
stand opgekomen, leefde hij eerst in eenzaamheid e
midden van de boeren, bij de fjorden en in de ber
gen, vol van de geheimzinnige grootheid der natuur.
Hier schiep hij zijn dorpsnovellen, zijn sagenromans
en zijn koningsdrama's. Maar later kwam de sterke
Europeesche strooming opz.tten, over Denemarken
naai het Noorden. De invloed van Strauss, Neuer-
bach, Renau, de Engelsdie utilitariers, Darwin,
Faine en het Fransche realisme deden zich voelen.
Van de dorpsgeschiedenissen ging Björnson in zijn
werk over naar de problemen van zijn tijd, hoewel
de nieuwe Björnson toch steeds de oude bleef: hij
had neiging tot het abstracte, tot moraliseeren, tot
opvoeden van het volk. Hij toont ons den zwendel
in den handel, de corruptie in de pers, hij eischt een
nieuwe zedelijke norm; de man zal even rein in het
huwelijk treden als de vrouw. Kortom, in al zijn
drama's en novellen treft men een moraal, een be-
leerend motief aan, waarvan zijn porsonnages als
spreektrompet zullen dienen. E daarom heeft men
Björnson altijd genoemd, den opvoeder van zijn volk.
Hii heeft dan ook in het Noorsche volks- en geestes
leven een bijzondere plaats ingenomen.
Als dichter evenwel is hij het zuiverst gebleven,
los van alle tendenzen, zich ln zijn verzen volledig
overgevend aan de liefde voor zijn land, voor de
natuur, voor de kinderen, mannen en vrouwen van
het land en de zee. Hier bleef hij oorspronkelijk en
vrij van gekunsteldheid, in vervoering gebracht door
waarheidszin en ongeschonden volksaard.
Hoezeer hij, als Germaa zich met Duitschland
verbonden voelde, toch kon de er zich ontwikkelen
de vooroorlogsche bureaucratische en militaristische
retst hem niet bekoren. In verschillende rede
voeringen, van 1890 en 1908 gehouden, heeft hij
de groote hoedanigheden van het ")uitsche volk
erkend, het een voortreffelijk volk genoemd,
maar de macht van zijn leger, zijn bureaucratie,
zijn militarisme vervulde hem met angst voor
de toekomst. Om .ijn politiek als staat/meende
hii, wordt Duitschland door de volken niet ge-
accenteerd. Hij dacht natuurlijk in dien tijd aan
de onderdrukte Scandinaviërs in Sleeswijk,
aan de Polen in Oost-Pruisen, de Lotharingers,
de Tsjechen, enz.
Want Björnson heeft een groote lievelings
gedachte gehad in zijn rijk gevuld leven: een
wereldfederatie, die voorbereid moest worden
door een Germaansche aaneensluiting, de roe
ping van de Germaansche wereld zooals ook
Austin Chamberlain die ziet en waarbij de Ffo-
maansche wereld zich tenslotte zou aanslui
ten in het teeken van den wereldvrede een vre
de met vrijheid voor alle onderdrukte volke
ren, de vrijheid, die zijn eigen kleine land,
Noorwegen, na veel strijd heeft veroverd, zijn
tand, dat hij zich in de zon dier vrijheid zoo
alzijdig en zoo snel heeft zien ontwikkelen in
natie nale fierheid en grootheid.
Zoo is deze Noor in ziin jeugd een „patriot"
in zijn verder leven tot breeddenkend vaderlan
der uitgegroeid, tot een kampvechter gewoiden,
onvermoeid en onversaagd, voor de vrijheid en
het recht van alle verdrukte volken, omdat hij
ervan overtuigd was, dat vrede alleen door
recht te bereiken is. Ook in dit opzicht ont
popte hij zich als een leerling van Kant.