Liefde de Sterkste.
VOOR DEN KANTONRECHTER
TE ALKMAAR.
De Wormerveersche
strafzaak.
33.000 Dooden in Amerika.
R'jkssteun aan de tuinders.
DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN.
Strafzitting van 11 December.
MR. GERARDUS ZONG ZIJN ZWANENZANG.
In het ter eere van het na veel strijd herwonnen
behoud dezer rechtbank feestelijk bevlagde rechts-
paleis, trad voor de laatste maal op de tuinder Ger.
Fr. uit Heiloo, mede als vertolker van de meening zij
ner uitverkorene, om te betoogen, dat zij beiden ten
onrechte vervolging hadden geleden wegens het loo-
pen in de duinen van de provincie te Castricum.
Spontane hulde werd gebracht aan het natuurlijk ju
ridisch instinct door dit welbespraakte jongmensch
ontwikkeld, doch de belooning ten slotte in den vorm
van f2 boete of 2 dagen, viel zoo bitter weinig in
den smaak van den geachten spreker, dat hij onmid
dellijk het voornemen te kennen gaf, van het von
nis in cassatie te zullen komen. Misschien wil de
Hooge Raad ook wel eens kennis maken met dezen
verdienstelijken amateur-jurist.
DE GEVAREN VAN CHAUFFEURSTRAINING OP
DEN OPENBAREN RIJWEG.
Zekere heer J. Wijker, was op 5 Juli bezig op den
smallen communicatieweg te Uitgeest, zich onder lei
ding van den bereids gediplomeerden heer J. B. uit
Wormerveer, in de besturing van den auto te bekwa
men, doch was zoo onhandig bij het achterhalen van
eenige, wielrijders, die getweeën aan den rechterweg-
kant reden, een dier wielrijders, den kantoorbediende
J. v. d. Hilst uit Amsterdam, aan te rijden, waardoor
deze 'n tuimeling maakte en aan het hoofd werd ge
wond. terwijl zijn rijwiel werd beschadigd. De Kan
tonrechter uitte hierbij opnieuw zijn meermalen be
toonde ontevredenheid over wielrijders, die ook op
drukke en smalle verkeerswegen steels verzuimen
niet naast, maar achter elkander te rijden. Even
wel kwam het vast te staan, dat de onhandige
clêve de schuld droegen. Werd de verantwoordelijke
leermeester veroordeeld tot f25 boete of 25 dagen, be
nevens betaling van f 15.26 schadevergoeding.
RIJK EN PROVINCIE ZATEN ELKAAR
IN DE HAREN.
De uitvoerder van wegenverbetering in de Prov.
Noordholland, H. R. G. te Laren, had op 27 October
aan den heer H. M. Holwerda te Beverwijk, belast
met een dergelijk werk, doch hier in opdracht van
Waterstaat, verzocht met zijn stoomwals den nieuw-
geprojecteerden kunstweg van Limmen naar Uitgeest
te mogen berijden. Aangezien echter dezen Rijksweg
nog niet voor het openbaar verkeer was opengesteld,
kon de heer Holwerda deze toestemming niet ver-
leenen, doch de verzoeker was toen zoo vrijpostig in
den nacht, als alle katjes grauw zijn, toch maar van
dien weg gebruik te maken, welke brutaliteit hem
thans kwam te staan op een veroordeeling tot f8.—
boete of 8 dagen.
EEN ZWAAR GEKRENKTE AFGEVAARDIGDE
VAN ANDIJK.
Een vertegenwoordiger van de gemeente Andijk
maakte zijn opwachting in den persoon van den 52-
jarigen koopman Willem K., naar aanleiding van het
feit, dat hij op 20 Oct. op den smallen Walingdijk
onder Heerhugowaard, de door den heer J. Zaal uit
Wognum bestuurden vrachtauto had geraakt, toen hij
dit voertuig voorbijrijdende, bij het terugkeeren naar
rechts terug reed. Gelukkig zag Zaal de carambole
aankomen en wist tijdig door stevig het stuur in be
dwang te houden, een dreigend ongeval te voorko
men. De heer K. erkende thans wel een in zijn oog
onbeduidende verkeersfout te hebben gemaakt, maar
hij was tot in het diepst van zijn subtiel besnaarde
ziel geschokt, omdat de heeren uit de vrachtauto
hem zoo vreeselijk hadden uitgevloekt. De heer Zaal
ontkende echter dergelijke ruwe manieren te heb
ben gebezigd, doch ambtenaar en kantonrechter wa
ren het roerend eens dat het zoogenaamd lichte
foutje 'n zeer ernstige overtreding daarstelde, het
geen tot uiting kwam in de opgelegde straf f25 boete
of 25 dagen.
AANGENAME KENNISMAKING WAS ANDERS.
De Kantonrechter scheen al direct niet vriendschap
pelijk gestemd ten opzichte van den bouwvakarbei
der Arie Adrianus S. van Uitgeest, want hij voegde er
direct veelbeteekend bij, toen Arie Adrianus na bin
nenkomst zijn beroep: „bouwvakarbeider" annonceer
de. en strooper.
Genoemde heer S. dan stond terecht ter zake dat
hij op 27 October door den rijksveldwachter Tilstra
die bijzonder actief is en waarvan zij dus nog veel
plezier kunnen beleven, op Uitgeest was gesnapt in
het bezit van een sluitstuk van een jachtgeweer,
waartqp hij in geen enkel opzicht gerechtigd was bij
zich te dragen. De verdachte verklaarde dat bedoeld
vuurwapenfragment alsmede 'n doos scherpe patro-
FEUILLETON.
Naar het Engelsch van
Mrs. Patrick MacGill.
Geesten.
Max Reiss zat in een hotelkamer met een stapel
papleren voor zich en een glas whlskey binnen zijn be
reik. Hij was veel magerder geworden en een onrustige
trek in zijn steeds onvriendelijk gezicht had zijn voor
komen, dat toch al niet aantrekkelijk was, nog af-
stootender gemaakt.
Het ging hem niet naar den vleeze, de daad van
Jack Perivale had de aandacht der politie doen vallen
op zijn klein speelhuis en dat had den bal van tegen
spoed aan het rollen gebracht; toen die eenmaal aan
het rollen was, ging hij ook gestadig verder en was
met de grootste moeite nog niet te stuiten.
Hij was verplicht geweest de talrijke flats, die hij
onder verschillende namen in Londen gehuurd had, te
sluiten, waardoor de hoofdbron van zijn inkomen ver
dwenen was en kort daarop had hij verschillende pro
eessen, die in zijn hoedanigheid van geldschiter tegen
hem gevoerd werden, verloren. Groote verliezen aan
de beurs hadden tezar*en met al deze rampen van den
voors-poedigen Max Reiss een ontevreden en ongeluk
kig man gemaakt.
Zijn woede jegens Hetty was groot en als hij er ook
maar het minste idee van had waar zij te vinden was,
zou hij geen oogenblik geaarzeld hebben om de po
litie met haar verblijfplaats bekend te maken, want
zijn liefde voor haar behoorde evenals zijn geld, tot
bet verleden.
Zijn zaken als geldschieter met menschen uit betere
stand hadden er toe bijgedragen, dat hij zich in leder
gezelschap thuis voelde en hij besloot te gaan reizen,
in de beste en duurste hotels te logeeren en voor hooge
bedragen te spelen; hij wilde zich uitgeven als we
duwnaar; als een schatrijk man, die zich uit zijn zaken
getrokken had en vroeger nooit tijd had gehad voor
plezierreisjes, docli die schade nu ruimschoots wensch-
te in te halen.
nen na een verhuizing was achtergebleven in een
schuitje, waarmede hij eenden wilde gaan opvangen.
Zijn vriend en dorpsgenoot, de arbeider Arie S.,
in wiens gezelschap hij zich bevond, bleek in het be
zit te zijn van een overleden haas, waarvan het ver
voer, althans door Arie, in geen geval was toegela
ten.
Aangezien de beide heeren in ?eer duidelijke ter
men, Arie Adrianus had al direct ruzie met den amb
tenaar, de strafbaarheid hunner handelingen abso
luut niet inzagen, werd besloten op 16 December de
handeling voort te zetten en den verbalisant Tilstra
te dagvaarden. Af die kous.
'N LEEMTE IN DE MOTOR- EN RIJWIELWET.
De heer Abram v. St, tuinder te Heemskerk, heden
terecht staande wegens rijden te Limmen in den
avond van 1 Nov., met een motor, waarvan het ach
terlicht onmachtig bleek letter en nummer behoorlijk
te illumineeren, vermeende da1 de veldwachters wsl
hadden kunnen volstaan met een waarschuwing.
Maar dien goeden ouden tijd is reeds lang voorbij.
Aftikken is nu de boodschap en de heer Abram werd
ook uitgenoodigd f3 bccte te voldoen of 3 dagen te
komen brommen.
DAT WAS 'N DURE SINTERKLAAS!
Een groentenhandelaar uit Obdam, Petrus KI., had
zich op 7 November te Heerhugowaard op den rij
weg gewaagd met een vrachtfordje, waarvan na ge-
no: ten proef, geen der beide remmen ook maar
eenige capaciteit bleken te bezitten, welk waagstuk
de Kantonrechter niet ten onrechte een krankzinnig
idee noemde. De verdediging van den verdachte, dat
zijn Ford geregeld maandelijks door den dokter werd
nagezien, ontving een weinig bemoedigend onthaal
en werd de goede man veroordeeld tot f 25 boete of 25
dagen. Dit wreede vonnis overdonderde hem in zoo
danige mate, dat hij genegen bleek direct af te schui
ven. Stomverbaasd over zooveel lef, wees de sprake-
looze deurwaarden hem den weg naar de cassa, c.ij.
de Griffie!
WIE GEEN LANTAARN HEEFT, MGET 'S AVONDS
ACHTER DE KACHEL BLIJVEN.
Een op Bakkum wonende werkelooze machinebank
werker G. C. R., was financieel onmachtig zulk een
rijwiellampje aan te schaffen, maar maakte toch
's avonds gebruik van zijn fiets, tot hij op 5 November
werd geattrappeerd. Dit avontuur werd hein berekend
op f2 boete of 2 dagen, wat heel billijk werd ge
noemd.
FRAULEIN ELSE WAS ER IN GELOPEN.
Mej. Else U., dienstbode te Bergen, had een rijwiel
gehuurd, waaraan een reflector ontbrak, wat in den
avond van 27 November te Alkmaar op den Achter
weg de aandacht trok van een politieagent, die hau
tain Else, alle galanterie opofferend aan zijn plicht
besef, het traditioneele bonnetje uitreikte dat heden
het Duitsche maagdelein in staat stelde 1 gulden te
offeren als bijdrage in de noodlijdende rijkskas.
DE VARENDE ZANGERS OF BETER, DE
ZINGENDE VAARDER.
De stevig gebouwde heer Arnold B. uit Amsterdam
presenteerde zich als zeeman, doch hield zich de
laatste 9 maanden bezig niet het uitzetten van lied
jes, welk poëtisch beroep hij had uitgeoefend in di
verse plaatsen van Nederland 'tol hij op 29 Novem
ber te Alkmaar atfiveerde en in de St Anthonius-
straat de lyrische campagne aanving met een aan
doenlijk lied, getiteld „Vergeet mij niet!' Het bleek
belaas al spoedig, dat de politie hem allerminst ver
gat en werd de buiten z'n element verdwaalde zee
man met de nog in zijn bezit zijnde liedjes aange
houden en overgebracht naar het bureau van politie,
alwaar proces-verbaal werd opgemaakt en de lied
jesvoorraad in beslag genomen. Met een hecsche
stem, knarsend als 'n roestige ankerketting, verde
digde hij het bestaansrecht van zijn eerlijk beroep.
Stelen mag je niet, meheer, knarste de verontwaar
digde pikbroek, want met jatte kom ie in de lik. Jao,
as ik 'n heitje kreeg voor ieder liedje, werd ik n
kapitalist, voegde hij den naar zijn verdienste
nieuwsgierigen ambtenaar toe. Voorts gaf de heer B.
nog te kennen, dat als de Kantonrechter n schip
voor hem disponibel had, hij direct de liedjesbran
che zou staken. Maar de kantonrechter had geen
schip en het eenige wat hij nog kon doen was de
eisch van den ambtenaar, 'n veroordeeling tot f2
boete of 2 dagen, nog 14 dagen in overweging te ne
men om uit te maken of er nog een kansje was tot
vrijspraak.
HIJ SCHUWDE HET LICHT, MAAR PREFEREERDE
DE ALCOHOL.
Indien de ex-chauffeur J. J. M. te Alkmaar den al
cohol had geschuwd en het licht had gebezigd, was
er niets te doen geweest, maar toen in den avond
van 28 November de agent Kap hem aantrof in het
Gr. Nieuwland op een onverlicht rijwiel, maar in
staat van dronkenschap, was het duidelijk, dat hij
ter zake deze beide strafbare feiten proces-verbaal
Drie maanden had hy zoo doorgebracht ln Parys,
Milaan en Rome en het seizoen was byna voorby toen
hq het plotseling in zijn hoofd kreeg, naar Zwitserland
te gaan en wel naar Vevey, waar een buitengewoon
goed hotel was, dat byna uitsluitend door Engelsche
en Amerlkaansche gasten werd bezocht.
De drie maanden, die Hetty daar had doorgebracht,
het drukke zorgelooze leven, de zekerheid, dat haar
kleine broertje dagelyks vooruitging, hadden de rozen
op haar wangen teruggebracht.
Haar vriendeiyke glimlach en haar groote voorko
mendheid maakten haar tot aller lieveling; zelfs de
andere meisjes hielden dol veel van haar en onder de
kellners was er geen een, die haar nog niet had ver
teld, dat indien zy hun eeuwige liefde niet wilde aan
vaarden, het leven geen waarde meer voor hem had.
Zy bracht juist een bord soep aan een van haar
lievellngsgasten een aardige oude Amerlkaansche
teurist in een onmogelijk geruit pak toen In de deur
van de eetzaal de gedaante van Max Reiss verscheen,
die als een zwarte wolk kwam aandrijven en den blau
wen hemel van haar tegenwoordig gelukkig bestaan
verduisterde.
Ze liet het bord soep vallen en aller oogen ook die
van den man, dien zy haatte en vreesde, waren op
haar gericht.
Max Reiss schrok, maar herstelde zich spoedig. Hij
zette zich nadat hy zich vergewischt had van de
positie, die Hetty innam aan een tafeltje, dat hem
aangewezen werd en dat toevallig bij Hetty's afdceling
hoorde, en wachtte tot zy by hem zou komen.
Hetty's knieën knikten, teen zy in het kalme effen
gezicht keek van den man, dien zij eens beloofd had te
zullen trouwen en zy dacht, dat zy flauw zou vallen
toen zy hem vroeg wat hy wenschte,
Max Reiss nam de spijskaart ln zijn hand, las haar
haastig door en gaf zijn bestelling op scherpen korten
toon alsof hy het blonde meiske, dat bleek en styf
voor hem stond, nog nooit gezien had.
Terwyl Hetty hem bediende, bespiedde hy elk harer
bewegingen en meer dan ooit speet het hem nu, dat
hij geen mooie jonge vrouw had om hem in zyn ge
vaarlijk bedrijf terzyde te sfaan. Met Hetty als lok
middel zou hy niet alleen zyn fortuin kunnen herwin
nen, maar met een beetje veine, die hem den laatsten
tyd niet verlaten had, zou hy zelfs in staat kunnen
zyn in een paar jaar genoeg te verdienen om zich te
rug te kunnen trekken.
Allerlei gedachten bestormden zyn brein en steeds
was Hetty het middelpunt ervan. Tegen het einde van
zijn maaltijd zeide hij: „Je behoeft niet bang te zyn;
ik zal je geen kwaad doen als je verstandig bent.
Wacht my vanavond om tien uur by den ingang van
opmaakte. De heer M.. heden voor een cn ander te
recht staande, erkende het ontbrekende licht, doch
wees den staat van dronkenschap van de hand. Een
herhaalde conferentie in tegenwoordigheid van agent
Kap zal alsnu plaats hebben.
EEN ONBEVATTELIJKE LEERLING.
De Kantonrechter trachtte den 22-jarigen timmer
man Corn. K. uit Alkmaar, die aldaar in den avond
van 1 December op een rijwiel zonder reflector op
het Heiligland had gereden, wat verkeerswijsheid
bij te brengen, maar had zoo weinig succes, dat de tas
direct werd gestaakt en den leerling een geldboete
van 4 gulden of 4 dagen, dat was eens zooveel als de
ambtenaar, die aan het college geen deelnam, had ge
vorderd. oplegde, in de veronderstelling dat deze me
thode beter effect zou sorteeren dan de gehouden
theorie.
ZOO JONG NOG EN REEDS Zóó NATHALZIG!
De Alkmaarsche agent Kap, die n fijnen neus
schijnt te hebben, hield op 1 December op het Ritse
voort aan "n wielrijder, wiens slingerend rijden scheen
te zijn geïnspireerd door overmatig drankgebruik.
Hij bracht zijn arrestant, 'n 29-jarige koopman, uit
Limmen. genaamd Willem D. over naar het politie
bureau, alwaar deze heer 'n ontnüchteringskuur on
derging alvorens hij den tocht naar zijn heimath
mocht hervatten. Het jonge mensch bekende heden
wel dronken te zijn geweest, doch zei niet te hebben
gefietst. Dit verschil moet opgehelderd worden door 't
hooren van agent Kap a.s. week.
DIE BELOOFT EEN REST MELKKOETJE TE
WORDEN.
De 22-jnrige fiinkcr gewassen «lan gcwasschen tim
merman Ilendr. V. uit Warmcnhuizen schijnt geen
animo te hebben zijn racekar van een behoorlijk
nachtpitje te voorzien cn werd hij bereids 4 maal
voor 'n dergelijke overtreding veroordeeld. Thans
stond hij voor de vijfde maal terecht, omdat in den
avond van 3 December op het Hofplein te Alkmaar
werd geconstateerd, dat aan zijn rijwiel lantaarn-
licht noch reflector werd aangetroffen. Het schijnt
dat hij zijn meisje ook al die slechte gewoonten heeft
geleerd. Natuurlijk kreeg de jonge houtbewerker
een passende vermaning en werd bovendien veroor
deeld tot f6 en f 2 boete subs. 6 en 2 dagen hech
tenis.
EENIGE SCHRIFTELIJKE VONNISSEN.
De heeren P. G. G. en J. D., leden der firma Vroeg-
op. aardappelexport te Oudkarspel, werden heden
vrijgesproken van de hen ten laste gelegde overtre
ding betreffende overted;ng van het pootaardappel-
besluit. Verdediger was mt. Eecen te Oudkarspel.
Voorts werd het vonnis, waarbij de expediteur en
caféhouder W. C. te Bakkum was veroordeeld ter
zake overtr. art. 22 Motor en Rijwielwet tot f25 boete
of 25 dagen, benevens ontzegging rijbevoegdheid
voor den tijd van een jaar, bekrachtigd, echter met
wijziging der opgelegde straf en oppasant thans op-
gelegd 140 boete of 40 dagen hechtenis, benevens
ontzegging rijbevoegdheid voor den tijd van 7 maan
den. Verdediger was mr C. A. de Groot te Alkmaar.
Meineed en schrlftveivalsching door po-
Utie-bcambten en deskandigen?
Het Tweede Kamerlid, mej. Katz, heeft tot den mi
nister van justitie de volgende schriftelijke vragen
gericht:
10. Kan de minister mcdedeelen, of er eenige
grond is voor de in het openbaar geuite bewering,
als zouden in de bekende Wormerveersche strafzaak
door eenige politiebeambten en deskundigen stuk
ken zijn vervalscht en meineed zijn gepleegd?
2o. Zoo ja, welke justitieele maatregelen zijn of
zullen dan te dezer zake worden genomen?
3o. Zoo neen, is de minister dan niet van oordeel,
dat de in de eerste vraag uedoelde openlijke aantij
gingen in hel belang van den goeden naam van en
net vertrouwen in ue Nederlandscho justitie en po
litie niet struiieloos mogen worden gelaten?
Het 'ïweede Kamerlid uuys heeft tot den minister
van justitie de volgende schriitelijke vragen gericht:
I. is het den mnnstei bekend:
a. dal de ingezetene van Wormerveer Albert de
Boer, na op 2« Alei 1930 door de arrondissements-
rechtuank ie Haanem te zyn vrijgesproken, na appèl
door den otiicier van justitie ingesteld, door hei ge
rechtshof te Amsterdam is veroordeeld wegens opzet
telijke brandstichting tol een jaar gevangenisstraf,
welke straf is ingegaan in Juni 1932, nadat een cas
satie-beroep door den Hoogen Raad was verworpen,
terwijl ook verzoeken om gratie en revisie zijn alge
wezen;
b. dat den verdediger van den thans veroordeelde
de veroordeling een raadsel is, omdat er in de zaak
zooveel twijfelpunten waren en dat o.m. de veroor
deeling zou zijn geschied op een verklaring van een
agent van politie, die hij het verhoor, waaromtrent
hij een proces verbaal opmaakte en een verklaring
onder eede aflegde, niet aanwezig geweest zou zijn;
c. dat met name een verzoek tot het instellen van
een strafvervolging wegens meineed is ingediend,
legen den vorenbedoelde getuige, aan welk verzoek
geen gevolg is gegeven;
d. dat deze zaak in Wormerveer aanleiding geeft
tot alleflei wrijving ook in den gemeenteraad van
wege het aandeel, dat bij de instructie van het straf
proces een gemeente-ambtenaar en een brandweer
commandant daarin zouden hebben gehad?
11. Is de minister bereid te bevorderen, dat een
nieuw nauwkeurig onderzoek naar deze zaak wordt
ingesteld zoodat, indien daarvoor termen aanwezig
zijn, het arrest van het gerechtshof te Amsterdam
kan worden herzien?
Op het slagveld van het verkeer.
Reuter seint uit Washington:
Volgens de officieeta statistieken zijn tn 1931. in
de Verecnigde Staten door verkeersongevallen 33.500
personen om het leven gekomen en meer dan een
millioen personen gewond.
De nationale conferentie voor veilig verkeer becij
fert het door deze ongelukken veroorzaakte econo
misch verlies op meer dan 2500 millioen dollar.
het park, dan kunnen wy eens samen praten. Maar
fciyf niet weg, want dan zul je er spyt van hebben.
Hier is Iets. dat je misschien zal interesse er en!"
Terwyl hy sprak, nam Max Reiss een courant op, die
hy mee naar de eetmaal genomen had. Het was een der
bekendste Engelsche bladen en met zijn dikken wy»-
vlnger wees hij op het portret van een mooie donkere
vrouw, waaronder gedrukt sthnd* „De nieuwe Lady
Perivale".
Het was het gezicht van Lady Olga Purnell. Een
millioen kleine spottende duiveltjes schenen door Het
ty's hoofd te vliegen, terwyl zij op het papier staarde.
„Is... is. Lord Perivale Jack's vader dood en Is
zy daardoor aan den titel gekomen? Wanneer... Is
Jack met haar getrouwd?" stamelde zy.
Het duurde niet lang of de sluwe man had een ant
woord gereed, dat zyn plannen zou kunnen bevorderen.
„Lady Perivale ls vier maaden geleden getrouwd,"
zei hij met goed gespeelde achteloosheid, terwyi hy de
asch van zyn sigaar sloeg.
Hetty antwoordde niet; haar oogen zochten de
eeuwig witte begtoppen met den blik van Iemand, die
wreedaardig is verlaten door nem, die haar het meest
dierbaar was.
„Hij was dus al getrouwd toen hy in het flat van
Max Reiss kwam en my daar vond, daarom wilde hy
my waarschijnlyk zoo gauw weghebben!"
Zoo verklaarde zy de daden van den man. die op
dat oogenblik als gewoon werkman temidden van dui
zend anderen in Londen zijn brood verdiende en te
vergeefs trachtte haar beeld uit zyn geest te bannen.
Max Reiss nam gretig Hetty's volmaakte schoonheid
in zich op en nog eens weer steeg zyn begeerte tot
onmatige hoogten.
,.M"t zoo'n meisje zou ik een fortuin kunnen ma
ken in de groote wereldplaatsen en als ik er dan ge
noeg van kreeg zou ik my ergens kunnen vestigen als
een eerbaar burger met missohien nog een of ander
politiek baantje", dacht hij mt een angstig verlangen
om die sohoone droomen tot waarheid te maken.
„Wel Hetty. hoe denk je erover?" vroeg hy ten slotte,
de stilte, die er tusschen hen gevallen was. verbrekend.
„Wat bedoelt U?" vroeg Hetty koel. Zij was niet van
plan zich door Max Reiss nog eens een belofte te laten
afpersen.
„Je weet drommels goed, wat ik bedoel, meisje. Heb
je niet beloofd met my te zullen trouwen als ik dien
boef van een vader van je zou helpen ontsnappen en
als Ik dien beroemden dokter betalen zou ooi je broer
tje te genezen?" vroeg Max Reiss op dreigenden, trei
terenden toon.
Hetty's stem beefde niet toen zy begon te spreken;
en zy ontmoette den blik van den voormaligen woeker-
TUINBOUW,
Algemeen toegejuicht ln de Eerste Kamer.
Blijkens het voorloopig verslag inzake het wetsont
werp uitkeringen ten behoeve van verbouwers van
fruit en warmoezerijgewassen werd in de afdeelin-
gen der Eerste Kamer het doel van dit wetsontwerp
algemeen toegejuicht.
Enkele leden spraken het vertrouwen uit, dat de
Regeering niet zou aarzelen, de indiening van een
tweede wetsontwerp op dit stuk te bevorderen, indien
het aangevraagde crediet van f5 millioen mocht
blijken niet toereikend te zijn.
Door Tweede Kamer-leden gewezen op de talrijke en
dikwijls zeer noodlottige ongelukken. Er
zijn echter voldoende waarschuwings
teekenen, zegt de minister.
Bij het afdcelingsonderzoek van de Waterstaatsbe-
grooting in de Tweede Kamer zijn uiteraard ook ter
sprake gekomen de talrijke en dikwijls zeer noodlot
tige ongelukken, welke op de onbewaakte spoorover
wegen plaats hebben.
In de Memorie van Antwoord zegt Minister ReU-
mer nu, dat ook hij ongevallen betreurt. Hij is echter
van oordeel, dat zij niet het gevolg kunnen rijn van
het ontbreken van passende kenmerken ter weerszij-
den van die overgangen. Bij alle onbewaakte over
gangen toch is door de zorg van de spoorwegen aan
weerszijden nabij den overgang een waarschuwing»-
teeken in den vorm van een Andreas-krui» «*»n'aat£t
Bij een zeer groot aantal onbewaakte overwegen zijg
op eenigen afstand daarvan door don B"nd van B*-
drijfsautohouders in Nederland in so mor werking met
de Bataafsche Petroleum Maatschappij waar-
schuwingsteekens geplaatst, aangevende een loco
motief op een driehoekig bord, welk teeken mot re
flectoren is voorzien, zoodat het ook in het donker
kan worden waargenomen. Bovendien zijn bij een
aantal overwegen, waarop het in verband met -ie
plaatselijke omstandigheden wenschelijk was bijzon
der do aandacht te vestigen, flikkerlichten ge
plaatst.
HET VERKEERDE FLESCHJE.
Vergissing met medicijn.
Een dochtertje van W. M. te Oudewater, dat verschijn
selen van roodvonk vertoonde, ontving van den dokter
twee fleschjes. een met medicijn en een met lysol voor
ontsmetting. Eij vergissing gaf M.'s vrouw 't kind een
lepel lysol, meldt het „Volk".
Overbrenging naar de St. Jacobsstichting moest direct
geschieden, waar dr. Verbeek de noodige maatregelen
nam. Zaterdag maakte het patiëntje het redelijk wel.
aar koel en vastberaden toen zy verklaarde: „Zeer ze
ker heb ik die belofte gegeven, mijnheer Reiss, maar ik
weet, dat u nog een vrouw hebt, die ln een sanatorium
verpleegd wordt en naar wier dood u al jarenlang hun
kert; men zegt dat uw wangedrag haar in dat sanato
rium heeft gebracht en indien dit zoo ls, heeft u nu df
gerechte straf."
De jeugdige stem klonk koud en helder en Max Relarf
sluwe oogen gluurden onrustig heen en weer. doods
bang. dat iemand hen zou kunnen hooren. Zyn geheel!
houding verried ontzettende angst en groote verbazin(
Innerlijk jubelde Hetty; zy had sleohts een geruohl
herhaald, dat Belle Lucas eens had gehoord. Het wal
een plotselinge ingeving, die Hetty er toe bracht hem
dit voor de voeten te gooien en te oordeelen naar zijn
houding was er geen twijfel aan, dat het op waarheid
berustte.
„Wie... wie... heeft al die vervloekte leugens Ln J#
hoofd geprent? Wie heeft je gezegd, dat ik getrouwd
was? Hè? Vertel me dat eens gauw. jy kleine feeks"
en terwyl hy sprak, greep hy Hetty's tengere pols ruw
beet en ixok haar naar zich toe.
Er was geen spoor van angst of vrees ln haar stem
te bekennen, toen zy op ijskouden toon antwoordde:
„Indien U my niet onmiddeliyk loslac.t. mijnheer Relas,
zal ik schreeuwen, en wie maar In de buurt Ie te hulp
roepen."
„Wil je ze dan tegeiykertyd vertellen, dat je door di
politie gezocht wordt en dat je vader een ontsnapt*
gevangene is?" hoonde de woedende man.
„Natuurlijk zou ik ze dat niet vertellen en dat zou
ook wel niemand van mij verwachten. Ik mag u er dan
misschien ook wel aan herinneren, dat degene, die be
wust een misdadiger huisvest, even strafbaar is als de
vluchteling zelf en als u my ook maar in het minst mo
lesteert, ga Ik zelf naar de politie en vertel de heek
geschiedenis benevens het aandeel, dat u daarin heeft
gehad; ik weet trouwens nog niet of ik dat maar niet
in leder geval moest doen. want dit alles hangt als een
zwarte wol!*, over het geluk van myn leven."
Toen Max Reiss zag. dat zij meende, wat zy zei, en
besefte haar niet langer in zyn macht te hebben, ging
nU zyn tactiek veranderen.
„Je zou wel stapelgek zijn om zoo iets te doen. De
heele zaak is nu doodgezwegen en je zou best in f-011
den kunnen wonen onder de oogen van de politie; tien
tegen een, dat ze je nog niet eens zouden lastig vallen,
ook al zouden ze je herkennen. Maar één ding zeg
je als je myn zaakje hier gaat bederven want J«
bent snugger genoeg om te begrypen, wat ik hier doe
zal ik wel een middel vinden om mU te wreken! Ver
geet dat niet!"
Wordt vervolgd.