Liefde de Sterkste. VOOR DEN KANTONRECHTER TE ALKMAAR. De Wormerveersche strafzaak. 33.000 Dooden in Amerika. R'jkssteun aan de tuinders. DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN. Strafzitting van 11 December. MR. GERARDUS ZONG ZIJN ZWANENZANG. In het ter eere van het na veel strijd herwonnen behoud dezer rechtbank feestelijk bevlagde rechts- paleis, trad voor de laatste maal op de tuinder Ger. Fr. uit Heiloo, mede als vertolker van de meening zij ner uitverkorene, om te betoogen, dat zij beiden ten onrechte vervolging hadden geleden wegens het loo- pen in de duinen van de provincie te Castricum. Spontane hulde werd gebracht aan het natuurlijk ju ridisch instinct door dit welbespraakte jongmensch ontwikkeld, doch de belooning ten slotte in den vorm van f2 boete of 2 dagen, viel zoo bitter weinig in den smaak van den geachten spreker, dat hij onmid dellijk het voornemen te kennen gaf, van het von nis in cassatie te zullen komen. Misschien wil de Hooge Raad ook wel eens kennis maken met dezen verdienstelijken amateur-jurist. DE GEVAREN VAN CHAUFFEURSTRAINING OP DEN OPENBAREN RIJWEG. Zekere heer J. Wijker, was op 5 Juli bezig op den smallen communicatieweg te Uitgeest, zich onder lei ding van den bereids gediplomeerden heer J. B. uit Wormerveer, in de besturing van den auto te bekwa men, doch was zoo onhandig bij het achterhalen van eenige, wielrijders, die getweeën aan den rechterweg- kant reden, een dier wielrijders, den kantoorbediende J. v. d. Hilst uit Amsterdam, aan te rijden, waardoor deze 'n tuimeling maakte en aan het hoofd werd ge wond. terwijl zijn rijwiel werd beschadigd. De Kan tonrechter uitte hierbij opnieuw zijn meermalen be toonde ontevredenheid over wielrijders, die ook op drukke en smalle verkeerswegen steels verzuimen niet naast, maar achter elkander te rijden. Even wel kwam het vast te staan, dat de onhandige clêve de schuld droegen. Werd de verantwoordelijke leermeester veroordeeld tot f25 boete of 25 dagen, be nevens betaling van f 15.26 schadevergoeding. RIJK EN PROVINCIE ZATEN ELKAAR IN DE HAREN. De uitvoerder van wegenverbetering in de Prov. Noordholland, H. R. G. te Laren, had op 27 October aan den heer H. M. Holwerda te Beverwijk, belast met een dergelijk werk, doch hier in opdracht van Waterstaat, verzocht met zijn stoomwals den nieuw- geprojecteerden kunstweg van Limmen naar Uitgeest te mogen berijden. Aangezien echter dezen Rijksweg nog niet voor het openbaar verkeer was opengesteld, kon de heer Holwerda deze toestemming niet ver- leenen, doch de verzoeker was toen zoo vrijpostig in den nacht, als alle katjes grauw zijn, toch maar van dien weg gebruik te maken, welke brutaliteit hem thans kwam te staan op een veroordeeling tot f8.— boete of 8 dagen. EEN ZWAAR GEKRENKTE AFGEVAARDIGDE VAN ANDIJK. Een vertegenwoordiger van de gemeente Andijk maakte zijn opwachting in den persoon van den 52- jarigen koopman Willem K., naar aanleiding van het feit, dat hij op 20 Oct. op den smallen Walingdijk onder Heerhugowaard, de door den heer J. Zaal uit Wognum bestuurden vrachtauto had geraakt, toen hij dit voertuig voorbijrijdende, bij het terugkeeren naar rechts terug reed. Gelukkig zag Zaal de carambole aankomen en wist tijdig door stevig het stuur in be dwang te houden, een dreigend ongeval te voorko men. De heer K. erkende thans wel een in zijn oog onbeduidende verkeersfout te hebben gemaakt, maar hij was tot in het diepst van zijn subtiel besnaarde ziel geschokt, omdat de heeren uit de vrachtauto hem zoo vreeselijk hadden uitgevloekt. De heer Zaal ontkende echter dergelijke ruwe manieren te heb ben gebezigd, doch ambtenaar en kantonrechter wa ren het roerend eens dat het zoogenaamd lichte foutje 'n zeer ernstige overtreding daarstelde, het geen tot uiting kwam in de opgelegde straf f25 boete of 25 dagen. AANGENAME KENNISMAKING WAS ANDERS. De Kantonrechter scheen al direct niet vriendschap pelijk gestemd ten opzichte van den bouwvakarbei der Arie Adrianus S. van Uitgeest, want hij voegde er direct veelbeteekend bij, toen Arie Adrianus na bin nenkomst zijn beroep: „bouwvakarbeider" annonceer de. en strooper. Genoemde heer S. dan stond terecht ter zake dat hij op 27 October door den rijksveldwachter Tilstra die bijzonder actief is en waarvan zij dus nog veel plezier kunnen beleven, op Uitgeest was gesnapt in het bezit van een sluitstuk van een jachtgeweer, waartqp hij in geen enkel opzicht gerechtigd was bij zich te dragen. De verdachte verklaarde dat bedoeld vuurwapenfragment alsmede 'n doos scherpe patro- FEUILLETON. Naar het Engelsch van Mrs. Patrick MacGill. Geesten. Max Reiss zat in een hotelkamer met een stapel papleren voor zich en een glas whlskey binnen zijn be reik. Hij was veel magerder geworden en een onrustige trek in zijn steeds onvriendelijk gezicht had zijn voor komen, dat toch al niet aantrekkelijk was, nog af- stootender gemaakt. Het ging hem niet naar den vleeze, de daad van Jack Perivale had de aandacht der politie doen vallen op zijn klein speelhuis en dat had den bal van tegen spoed aan het rollen gebracht; toen die eenmaal aan het rollen was, ging hij ook gestadig verder en was met de grootste moeite nog niet te stuiten. Hij was verplicht geweest de talrijke flats, die hij onder verschillende namen in Londen gehuurd had, te sluiten, waardoor de hoofdbron van zijn inkomen ver dwenen was en kort daarop had hij verschillende pro eessen, die in zijn hoedanigheid van geldschiter tegen hem gevoerd werden, verloren. Groote verliezen aan de beurs hadden tezar*en met al deze rampen van den voors-poedigen Max Reiss een ontevreden en ongeluk kig man gemaakt. Zijn woede jegens Hetty was groot en als hij er ook maar het minste idee van had waar zij te vinden was, zou hij geen oogenblik geaarzeld hebben om de po litie met haar verblijfplaats bekend te maken, want zijn liefde voor haar behoorde evenals zijn geld, tot bet verleden. Zijn zaken als geldschieter met menschen uit betere stand hadden er toe bijgedragen, dat hij zich in leder gezelschap thuis voelde en hij besloot te gaan reizen, in de beste en duurste hotels te logeeren en voor hooge bedragen te spelen; hij wilde zich uitgeven als we duwnaar; als een schatrijk man, die zich uit zijn zaken getrokken had en vroeger nooit tijd had gehad voor plezierreisjes, docli die schade nu ruimschoots wensch- te in te halen. nen na een verhuizing was achtergebleven in een schuitje, waarmede hij eenden wilde gaan opvangen. Zijn vriend en dorpsgenoot, de arbeider Arie S., in wiens gezelschap hij zich bevond, bleek in het be zit te zijn van een overleden haas, waarvan het ver voer, althans door Arie, in geen geval was toegela ten. Aangezien de beide heeren in ?eer duidelijke ter men, Arie Adrianus had al direct ruzie met den amb tenaar, de strafbaarheid hunner handelingen abso luut niet inzagen, werd besloten op 16 December de handeling voort te zetten en den verbalisant Tilstra te dagvaarden. Af die kous. 'N LEEMTE IN DE MOTOR- EN RIJWIELWET. De heer Abram v. St, tuinder te Heemskerk, heden terecht staande wegens rijden te Limmen in den avond van 1 Nov., met een motor, waarvan het ach terlicht onmachtig bleek letter en nummer behoorlijk te illumineeren, vermeende da1 de veldwachters wsl hadden kunnen volstaan met een waarschuwing. Maar dien goeden ouden tijd is reeds lang voorbij. Aftikken is nu de boodschap en de heer Abram werd ook uitgenoodigd f3 bccte te voldoen of 3 dagen te komen brommen. DAT WAS 'N DURE SINTERKLAAS! Een groentenhandelaar uit Obdam, Petrus KI., had zich op 7 November te Heerhugowaard op den rij weg gewaagd met een vrachtfordje, waarvan na ge- no: ten proef, geen der beide remmen ook maar eenige capaciteit bleken te bezitten, welk waagstuk de Kantonrechter niet ten onrechte een krankzinnig idee noemde. De verdediging van den verdachte, dat zijn Ford geregeld maandelijks door den dokter werd nagezien, ontving een weinig bemoedigend onthaal en werd de goede man veroordeeld tot f 25 boete of 25 dagen. Dit wreede vonnis overdonderde hem in zoo danige mate, dat hij genegen bleek direct af te schui ven. Stomverbaasd over zooveel lef, wees de sprake- looze deurwaarden hem den weg naar de cassa, c.ij. de Griffie! WIE GEEN LANTAARN HEEFT, MGET 'S AVONDS ACHTER DE KACHEL BLIJVEN. Een op Bakkum wonende werkelooze machinebank werker G. C. R., was financieel onmachtig zulk een rijwiellampje aan te schaffen, maar maakte toch 's avonds gebruik van zijn fiets, tot hij op 5 November werd geattrappeerd. Dit avontuur werd hein berekend op f2 boete of 2 dagen, wat heel billijk werd ge noemd. FRAULEIN ELSE WAS ER IN GELOPEN. Mej. Else U., dienstbode te Bergen, had een rijwiel gehuurd, waaraan een reflector ontbrak, wat in den avond van 27 November te Alkmaar op den Achter weg de aandacht trok van een politieagent, die hau tain Else, alle galanterie opofferend aan zijn plicht besef, het traditioneele bonnetje uitreikte dat heden het Duitsche maagdelein in staat stelde 1 gulden te offeren als bijdrage in de noodlijdende rijkskas. DE VARENDE ZANGERS OF BETER, DE ZINGENDE VAARDER. De stevig gebouwde heer Arnold B. uit Amsterdam presenteerde zich als zeeman, doch hield zich de laatste 9 maanden bezig niet het uitzetten van lied jes, welk poëtisch beroep hij had uitgeoefend in di verse plaatsen van Nederland 'tol hij op 29 Novem ber te Alkmaar atfiveerde en in de St Anthonius- straat de lyrische campagne aanving met een aan doenlijk lied, getiteld „Vergeet mij niet!' Het bleek belaas al spoedig, dat de politie hem allerminst ver gat en werd de buiten z'n element verdwaalde zee man met de nog in zijn bezit zijnde liedjes aange houden en overgebracht naar het bureau van politie, alwaar proces-verbaal werd opgemaakt en de lied jesvoorraad in beslag genomen. Met een hecsche stem, knarsend als 'n roestige ankerketting, verde digde hij het bestaansrecht van zijn eerlijk beroep. Stelen mag je niet, meheer, knarste de verontwaar digde pikbroek, want met jatte kom ie in de lik. Jao, as ik 'n heitje kreeg voor ieder liedje, werd ik n kapitalist, voegde hij den naar zijn verdienste nieuwsgierigen ambtenaar toe. Voorts gaf de heer B. nog te kennen, dat als de Kantonrechter n schip voor hem disponibel had, hij direct de liedjesbran che zou staken. Maar de kantonrechter had geen schip en het eenige wat hij nog kon doen was de eisch van den ambtenaar, 'n veroordeeling tot f2 boete of 2 dagen, nog 14 dagen in overweging te ne men om uit te maken of er nog een kansje was tot vrijspraak. HIJ SCHUWDE HET LICHT, MAAR PREFEREERDE DE ALCOHOL. Indien de ex-chauffeur J. J. M. te Alkmaar den al cohol had geschuwd en het licht had gebezigd, was er niets te doen geweest, maar toen in den avond van 28 November de agent Kap hem aantrof in het Gr. Nieuwland op een onverlicht rijwiel, maar in staat van dronkenschap, was het duidelijk, dat hij ter zake deze beide strafbare feiten proces-verbaal Drie maanden had hy zoo doorgebracht ln Parys, Milaan en Rome en het seizoen was byna voorby toen hq het plotseling in zijn hoofd kreeg, naar Zwitserland te gaan en wel naar Vevey, waar een buitengewoon goed hotel was, dat byna uitsluitend door Engelsche en Amerlkaansche gasten werd bezocht. De drie maanden, die Hetty daar had doorgebracht, het drukke zorgelooze leven, de zekerheid, dat haar kleine broertje dagelyks vooruitging, hadden de rozen op haar wangen teruggebracht. Haar vriendeiyke glimlach en haar groote voorko mendheid maakten haar tot aller lieveling; zelfs de andere meisjes hielden dol veel van haar en onder de kellners was er geen een, die haar nog niet had ver teld, dat indien zy hun eeuwige liefde niet wilde aan vaarden, het leven geen waarde meer voor hem had. Zy bracht juist een bord soep aan een van haar lievellngsgasten een aardige oude Amerlkaansche teurist in een onmogelijk geruit pak toen In de deur van de eetzaal de gedaante van Max Reiss verscheen, die als een zwarte wolk kwam aandrijven en den blau wen hemel van haar tegenwoordig gelukkig bestaan verduisterde. Ze liet het bord soep vallen en aller oogen ook die van den man, dien zy haatte en vreesde, waren op haar gericht. Max Reiss schrok, maar herstelde zich spoedig. Hij zette zich nadat hy zich vergewischt had van de positie, die Hetty innam aan een tafeltje, dat hem aangewezen werd en dat toevallig bij Hetty's afdceling hoorde, en wachtte tot zy by hem zou komen. Hetty's knieën knikten, teen zy in het kalme effen gezicht keek van den man, dien zij eens beloofd had te zullen trouwen en zy dacht, dat zy flauw zou vallen toen zy hem vroeg wat hy wenschte, Max Reiss nam de spijskaart ln zijn hand, las haar haastig door en gaf zijn bestelling op scherpen korten toon alsof hy het blonde meiske, dat bleek en styf voor hem stond, nog nooit gezien had. Terwyl Hetty hem bediende, bespiedde hy elk harer bewegingen en meer dan ooit speet het hem nu, dat hij geen mooie jonge vrouw had om hem in zyn ge vaarlijk bedrijf terzyde te sfaan. Met Hetty als lok middel zou hy niet alleen zyn fortuin kunnen herwin nen, maar met een beetje veine, die hem den laatsten tyd niet verlaten had, zou hy zelfs in staat kunnen zyn in een paar jaar genoeg te verdienen om zich te rug te kunnen trekken. Allerlei gedachten bestormden zyn brein en steeds was Hetty het middelpunt ervan. Tegen het einde van zijn maaltijd zeide hij: „Je behoeft niet bang te zyn; ik zal je geen kwaad doen als je verstandig bent. Wacht my vanavond om tien uur by den ingang van opmaakte. De heer M.. heden voor een cn ander te recht staande, erkende het ontbrekende licht, doch wees den staat van dronkenschap van de hand. Een herhaalde conferentie in tegenwoordigheid van agent Kap zal alsnu plaats hebben. EEN ONBEVATTELIJKE LEERLING. De Kantonrechter trachtte den 22-jarigen timmer man Corn. K. uit Alkmaar, die aldaar in den avond van 1 December op een rijwiel zonder reflector op het Heiligland had gereden, wat verkeerswijsheid bij te brengen, maar had zoo weinig succes, dat de tas direct werd gestaakt en den leerling een geldboete van 4 gulden of 4 dagen, dat was eens zooveel als de ambtenaar, die aan het college geen deelnam, had ge vorderd. oplegde, in de veronderstelling dat deze me thode beter effect zou sorteeren dan de gehouden theorie. ZOO JONG NOG EN REEDS Zóó NATHALZIG! De Alkmaarsche agent Kap, die n fijnen neus schijnt te hebben, hield op 1 December op het Ritse voort aan "n wielrijder, wiens slingerend rijden scheen te zijn geïnspireerd door overmatig drankgebruik. Hij bracht zijn arrestant, 'n 29-jarige koopman, uit Limmen. genaamd Willem D. over naar het politie bureau, alwaar deze heer 'n ontnüchteringskuur on derging alvorens hij den tocht naar zijn heimath mocht hervatten. Het jonge mensch bekende heden wel dronken te zijn geweest, doch zei niet te hebben gefietst. Dit verschil moet opgehelderd worden door 't hooren van agent Kap a.s. week. DIE BELOOFT EEN REST MELKKOETJE TE WORDEN. De 22-jnrige fiinkcr gewassen «lan gcwasschen tim merman Ilendr. V. uit Warmcnhuizen schijnt geen animo te hebben zijn racekar van een behoorlijk nachtpitje te voorzien cn werd hij bereids 4 maal voor 'n dergelijke overtreding veroordeeld. Thans stond hij voor de vijfde maal terecht, omdat in den avond van 3 December op het Hofplein te Alkmaar werd geconstateerd, dat aan zijn rijwiel lantaarn- licht noch reflector werd aangetroffen. Het schijnt dat hij zijn meisje ook al die slechte gewoonten heeft geleerd. Natuurlijk kreeg de jonge houtbewerker een passende vermaning en werd bovendien veroor deeld tot f6 en f 2 boete subs. 6 en 2 dagen hech tenis. EENIGE SCHRIFTELIJKE VONNISSEN. De heeren P. G. G. en J. D., leden der firma Vroeg- op. aardappelexport te Oudkarspel, werden heden vrijgesproken van de hen ten laste gelegde overtre ding betreffende overted;ng van het pootaardappel- besluit. Verdediger was mt. Eecen te Oudkarspel. Voorts werd het vonnis, waarbij de expediteur en caféhouder W. C. te Bakkum was veroordeeld ter zake overtr. art. 22 Motor en Rijwielwet tot f25 boete of 25 dagen, benevens ontzegging rijbevoegdheid voor den tijd van een jaar, bekrachtigd, echter met wijziging der opgelegde straf en oppasant thans op- gelegd 140 boete of 40 dagen hechtenis, benevens ontzegging rijbevoegdheid voor den tijd van 7 maan den. Verdediger was mr C. A. de Groot te Alkmaar. Meineed en schrlftveivalsching door po- Utie-bcambten en deskandigen? Het Tweede Kamerlid, mej. Katz, heeft tot den mi nister van justitie de volgende schriftelijke vragen gericht: 10. Kan de minister mcdedeelen, of er eenige grond is voor de in het openbaar geuite bewering, als zouden in de bekende Wormerveersche strafzaak door eenige politiebeambten en deskundigen stuk ken zijn vervalscht en meineed zijn gepleegd? 2o. Zoo ja, welke justitieele maatregelen zijn of zullen dan te dezer zake worden genomen? 3o. Zoo neen, is de minister dan niet van oordeel, dat de in de eerste vraag uedoelde openlijke aantij gingen in hel belang van den goeden naam van en net vertrouwen in ue Nederlandscho justitie en po litie niet struiieloos mogen worden gelaten? Het 'ïweede Kamerlid uuys heeft tot den minister van justitie de volgende schriitelijke vragen gericht: I. is het den mnnstei bekend: a. dal de ingezetene van Wormerveer Albert de Boer, na op 2« Alei 1930 door de arrondissements- rechtuank ie Haanem te zyn vrijgesproken, na appèl door den otiicier van justitie ingesteld, door hei ge rechtshof te Amsterdam is veroordeeld wegens opzet telijke brandstichting tol een jaar gevangenisstraf, welke straf is ingegaan in Juni 1932, nadat een cas satie-beroep door den Hoogen Raad was verworpen, terwijl ook verzoeken om gratie en revisie zijn alge wezen; b. dat den verdediger van den thans veroordeelde de veroordeling een raadsel is, omdat er in de zaak zooveel twijfelpunten waren en dat o.m. de veroor deeling zou zijn geschied op een verklaring van een agent van politie, die hij het verhoor, waaromtrent hij een proces verbaal opmaakte en een verklaring onder eede aflegde, niet aanwezig geweest zou zijn; c. dat met name een verzoek tot het instellen van een strafvervolging wegens meineed is ingediend, legen den vorenbedoelde getuige, aan welk verzoek geen gevolg is gegeven; d. dat deze zaak in Wormerveer aanleiding geeft tot alleflei wrijving ook in den gemeenteraad van wege het aandeel, dat bij de instructie van het straf proces een gemeente-ambtenaar en een brandweer commandant daarin zouden hebben gehad? 11. Is de minister bereid te bevorderen, dat een nieuw nauwkeurig onderzoek naar deze zaak wordt ingesteld zoodat, indien daarvoor termen aanwezig zijn, het arrest van het gerechtshof te Amsterdam kan worden herzien? Op het slagveld van het verkeer. Reuter seint uit Washington: Volgens de officieeta statistieken zijn tn 1931. in de Verecnigde Staten door verkeersongevallen 33.500 personen om het leven gekomen en meer dan een millioen personen gewond. De nationale conferentie voor veilig verkeer becij fert het door deze ongelukken veroorzaakte econo misch verlies op meer dan 2500 millioen dollar. het park, dan kunnen wy eens samen praten. Maar fciyf niet weg, want dan zul je er spyt van hebben. Hier is Iets. dat je misschien zal interesse er en!" Terwyl hy sprak, nam Max Reiss een courant op, die hy mee naar de eetmaal genomen had. Het was een der bekendste Engelsche bladen en met zijn dikken wy»- vlnger wees hij op het portret van een mooie donkere vrouw, waaronder gedrukt sthnd* „De nieuwe Lady Perivale". Het was het gezicht van Lady Olga Purnell. Een millioen kleine spottende duiveltjes schenen door Het ty's hoofd te vliegen, terwyl zij op het papier staarde. „Is... is. Lord Perivale Jack's vader dood en Is zy daardoor aan den titel gekomen? Wanneer... Is Jack met haar getrouwd?" stamelde zy. Het duurde niet lang of de sluwe man had een ant woord gereed, dat zyn plannen zou kunnen bevorderen. „Lady Perivale ls vier maaden geleden getrouwd," zei hij met goed gespeelde achteloosheid, terwyi hy de asch van zyn sigaar sloeg. Hetty antwoordde niet; haar oogen zochten de eeuwig witte begtoppen met den blik van Iemand, die wreedaardig is verlaten door nem, die haar het meest dierbaar was. „Hij was dus al getrouwd toen hy in het flat van Max Reiss kwam en my daar vond, daarom wilde hy my waarschijnlyk zoo gauw weghebben!" Zoo verklaarde zy de daden van den man. die op dat oogenblik als gewoon werkman temidden van dui zend anderen in Londen zijn brood verdiende en te vergeefs trachtte haar beeld uit zyn geest te bannen. Max Reiss nam gretig Hetty's volmaakte schoonheid in zich op en nog eens weer steeg zyn begeerte tot onmatige hoogten. ,.M"t zoo'n meisje zou ik een fortuin kunnen ma ken in de groote wereldplaatsen en als ik er dan ge noeg van kreeg zou ik my ergens kunnen vestigen als een eerbaar burger met missohien nog een of ander politiek baantje", dacht hij mt een angstig verlangen om die sohoone droomen tot waarheid te maken. „Wel Hetty. hoe denk je erover?" vroeg hy ten slotte, de stilte, die er tusschen hen gevallen was. verbrekend. „Wat bedoelt U?" vroeg Hetty koel. Zij was niet van plan zich door Max Reiss nog eens een belofte te laten afpersen. „Je weet drommels goed, wat ik bedoel, meisje. Heb je niet beloofd met my te zullen trouwen als ik dien boef van een vader van je zou helpen ontsnappen en als Ik dien beroemden dokter betalen zou ooi je broer tje te genezen?" vroeg Max Reiss op dreigenden, trei terenden toon. Hetty's stem beefde niet toen zy begon te spreken; en zy ontmoette den blik van den voormaligen woeker- TUINBOUW, Algemeen toegejuicht ln de Eerste Kamer. Blijkens het voorloopig verslag inzake het wetsont werp uitkeringen ten behoeve van verbouwers van fruit en warmoezerijgewassen werd in de afdeelin- gen der Eerste Kamer het doel van dit wetsontwerp algemeen toegejuicht. Enkele leden spraken het vertrouwen uit, dat de Regeering niet zou aarzelen, de indiening van een tweede wetsontwerp op dit stuk te bevorderen, indien het aangevraagde crediet van f5 millioen mocht blijken niet toereikend te zijn. Door Tweede Kamer-leden gewezen op de talrijke en dikwijls zeer noodlottige ongelukken. Er zijn echter voldoende waarschuwings teekenen, zegt de minister. Bij het afdcelingsonderzoek van de Waterstaatsbe- grooting in de Tweede Kamer zijn uiteraard ook ter sprake gekomen de talrijke en dikwijls zeer noodlot tige ongelukken, welke op de onbewaakte spoorover wegen plaats hebben. In de Memorie van Antwoord zegt Minister ReU- mer nu, dat ook hij ongevallen betreurt. Hij is echter van oordeel, dat zij niet het gevolg kunnen rijn van het ontbreken van passende kenmerken ter weerszij- den van die overgangen. Bij alle onbewaakte over gangen toch is door de zorg van de spoorwegen aan weerszijden nabij den overgang een waarschuwing»- teeken in den vorm van een Andreas-krui» «*»n'aat£t Bij een zeer groot aantal onbewaakte overwegen zijg op eenigen afstand daarvan door don B"nd van B*- drijfsautohouders in Nederland in so mor werking met de Bataafsche Petroleum Maatschappij waar- schuwingsteekens geplaatst, aangevende een loco motief op een driehoekig bord, welk teeken mot re flectoren is voorzien, zoodat het ook in het donker kan worden waargenomen. Bovendien zijn bij een aantal overwegen, waarop het in verband met -ie plaatselijke omstandigheden wenschelijk was bijzon der do aandacht te vestigen, flikkerlichten ge plaatst. HET VERKEERDE FLESCHJE. Vergissing met medicijn. Een dochtertje van W. M. te Oudewater, dat verschijn selen van roodvonk vertoonde, ontving van den dokter twee fleschjes. een met medicijn en een met lysol voor ontsmetting. Eij vergissing gaf M.'s vrouw 't kind een lepel lysol, meldt het „Volk". Overbrenging naar de St. Jacobsstichting moest direct geschieden, waar dr. Verbeek de noodige maatregelen nam. Zaterdag maakte het patiëntje het redelijk wel. aar koel en vastberaden toen zy verklaarde: „Zeer ze ker heb ik die belofte gegeven, mijnheer Reiss, maar ik weet, dat u nog een vrouw hebt, die ln een sanatorium verpleegd wordt en naar wier dood u al jarenlang hun kert; men zegt dat uw wangedrag haar in dat sanato rium heeft gebracht en indien dit zoo ls, heeft u nu df gerechte straf." De jeugdige stem klonk koud en helder en Max Relarf sluwe oogen gluurden onrustig heen en weer. doods bang. dat iemand hen zou kunnen hooren. Zyn geheel! houding verried ontzettende angst en groote verbazin( Innerlijk jubelde Hetty; zy had sleohts een geruohl herhaald, dat Belle Lucas eens had gehoord. Het wal een plotselinge ingeving, die Hetty er toe bracht hem dit voor de voeten te gooien en te oordeelen naar zijn houding was er geen twijfel aan, dat het op waarheid berustte. „Wie... wie... heeft al die vervloekte leugens Ln J# hoofd geprent? Wie heeft je gezegd, dat ik getrouwd was? Hè? Vertel me dat eens gauw. jy kleine feeks" en terwyl hy sprak, greep hy Hetty's tengere pols ruw beet en ixok haar naar zich toe. Er was geen spoor van angst of vrees ln haar stem te bekennen, toen zy op ijskouden toon antwoordde: „Indien U my niet onmiddeliyk loslac.t. mijnheer Relas, zal ik schreeuwen, en wie maar In de buurt Ie te hulp roepen." „Wil je ze dan tegeiykertyd vertellen, dat je door di politie gezocht wordt en dat je vader een ontsnapt* gevangene is?" hoonde de woedende man. „Natuurlijk zou ik ze dat niet vertellen en dat zou ook wel niemand van mij verwachten. Ik mag u er dan misschien ook wel aan herinneren, dat degene, die be wust een misdadiger huisvest, even strafbaar is als de vluchteling zelf en als u my ook maar in het minst mo lesteert, ga Ik zelf naar de politie en vertel de heek geschiedenis benevens het aandeel, dat u daarin heeft gehad; ik weet trouwens nog niet of ik dat maar niet in leder geval moest doen. want dit alles hangt als een zwarte wol!*, over het geluk van myn leven." Toen Max Reiss zag. dat zij meende, wat zy zei, en besefte haar niet langer in zyn macht te hebben, ging nU zyn tactiek veranderen. „Je zou wel stapelgek zijn om zoo iets te doen. De heele zaak is nu doodgezwegen en je zou best in f-011 den kunnen wonen onder de oogen van de politie; tien tegen een, dat ze je nog niet eens zouden lastig vallen, ook al zouden ze je herkennen. Maar één ding zeg je als je myn zaakje hier gaat bederven want J« bent snugger genoeg om te begrypen, wat ik hier doe zal ik wel een middel vinden om mU te wreken! Ver geet dat niet!" Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 10