Verkeersongelukken met de
het Ni Kanaal
gereden.
Een vreeselijke vechtpartij.
te Heiloo.
Nieuws.
P1 a a t s eij k
Woensdag 28 December 1932.
SCHAGER COURANT.
Tweede blad. No. 9200
Verscheidene dooden
en gewonden.
Motorrijwiel tegen de afsluitboomen
gereden.
Twee jongelieden gedood.
Soestdijk, 25 Dec. In den Kerstnacht heeft te
Soestdijk een ernstig motorongeval plaats gehad, waar
bij twee personen het leven hebben verloren.
De gebroeders Lieftink uit Leusden bij Amersfoort,
die per motorrijwiel een bezoek hadden gebracht aan
©en familielid ta Hilversum, zijn vermoedelijk tengevol
ge van den plaatselijken mist omstreeks half twaalf,
toen zij op weg naar huis waren, tegen den gesloten af
sluitboom van den spoorwegovergang nabij het station
Soestdijk gebotst. Het motorrijwiel snelde daarbij onder
den afsluitboom door. terwijl de 26-jarige motorrijder en
de 24-jarige duorijder met de hoofden tegen den opge-
lichten afsluitboom vlogen. Het vernielde motorrijwiel
en de beide slachtoffers bleven op den spoorweg liggen.
Spoedig was geneeskundige hulp van drie artsen uit de
omgeving aanwezig. Uit het onderzoek bleek echter, dat
de motorrijder op slag was gedood. Zijn 24-jarige broer
werd bewusteloos opgenomen en naar het ziekenhuis
„De Lichtenberg" te Amersfoort overgebracht. Zondag
ochtend te zes uur is ook hij aan de gevolgen van het
ongeval overleden. Beide slachtoffers waren ongehuwd.
Des nachts is de familie te Leusden door bemiddeling
van de Soester politie en de Leusder marechaussee van
het droeve gebeuren in kennis gesteld. Eerst toen bleek
trouwens, dat de verongelukten broers waren. Slechts
van den oudste had de politie uit op hem gevonden pa
pleren de identiteit kunnen vaststellen.
De familie is des nachts nog overgekomen, vergezeld
van de verloofde van het jongste slachtoffer, een meisje
uit Almelo, dat voor het verlovingsfeest ten huize van
de familie Lieftink logeerde.
Van de zijde der politie wordt nog meegedeeld, dat het
ongeval nl e t aan roekeloosheid mag worden toege
schreven. De jongelui reden ten hoogste 40 K.M. De
spoorboom en zijn van doeltreffende reflectors voorzien
en ook behoorlijk verlicht. Het ongeval moet waar
schijnlijk worden geweten aan den betrekkelijk zwaren
mist, 'welke dien avond over de omgeving hing. Toen
de slachtoffers 'n auto passeerden, welke vaart minder
de, waren ze nog maar circa 40 M. van de spoorboomen
verwijderd. Vóór zo deze als zoodanig konden onder
scheiden, moeten zij er reeds vlak bij zijn geweest.
Het ijzerwerk van den spoorboom is diep ingedeukt.
Het duurde tot 12 uur 3 minuten, dus ruim een half uur,
vóór de trein uit Utrecht naar Baarn kon vertrekken.
AUTO OP DEN VLUCHTHEUVEL.
Noodlottige aanrijding in de hoofd
stad. Dame en heer tegen den
grond geslingerd en ernstig gewond
opgenomen.
Amsterda m, 26 Dec. Den avond van Tweeden
Kerstdag, omstreeks kwart voor 12 reed in zeer snellen
vaart een luxe-auto van de richting van het Suriname-
plein te Amsterdam, in de richting van het Mercator-
plein.Bij de kruising HoofdwegPostjesweg zagen voor
bijgangers, dat de wagen plotseling begon te slingeren
en hierbij over een vluchtheuvel reed. Op dit kruispunt
liepen een dame en heer, die niet meer voor de plotse
ling opdoemende auto konden ontwijken en gegrepen
werden. Beiden werden tegen den grond geslingerd en
door de auto overreden. De auto reed nog even door en
kwam bij het tegenoverliggende trottoir tot staan. De
chauffeur verklaarde aan een voorbijganger dat een
band was gesprongen; toen hij evenwel bemerkte, dat
hij twee slachtoffers gemaakt had, sloeg hij op de vlucht
en was spoedig verdwenen. De dame was intusschen in
zwaar gewonden toestand, men vreest zelfs, dat zij
spoedig zal overlijden een café binnengedragen. De
heer, haar verloofde, bleek minder ernstig gewond te
zijn. Beiden zijn door de G.G. en G.D. naar het Wilhel-
minagasthuis overgebracht. De auto is in beslag geno
men. De naam van den chauffeur is bekend. Er zijn
tal van getuigen, die verklaren, dat de man met buiten
gewone snelheid heeft gereden.
Slachtoffer overleden.
Nader vernemen wij, dat de bij het auto-ongeluk op
den hoek van den Hoofdweg en den Postjesweg over
reden dame, de 28-jarige A. E. D. B„ kort na het onge
luk is overleden. De toestand van haar verloofde, de
22-jarige J. P. B. is redelijk wel. De chauffeur is inmid
dels gearresteerd.
Met zijn auto te water gereden.
Automobilist door den mist misleid van een
hoogen wal muur gestort en verdronken.
In den eersten Kerstnacht heeft nabij de Bontebrug
te Stobbegat nabij Heerenveen in Friesland, een droe
vig ongeval plaats gehad.
De 27-jarige M. Nappert, die bij zijn broer te Nieuwe-
brug woonde, had per auto zijn moeder naar Stavoren
gebracht, die bij een anderen zoon te Den Helder de
Kerstdagen ging doorbrengen. Op de terugreis had hij
zijn verloofde van Leeuwarden gehaald en was met haar
taar haar ouders, den veehouder H. van der Meulen, ge
gaan om bij hen den avond door te brengen.
Te kwart over twaalf begaf de heer N. zich naar huis.
de Bontebrug is hij waarschijnlijk door den mist
misleid en is hij met zijn auto van den 2% M. hoogen
»almuur in het water gestort. De auto kwam op den
«op terecht en toen het voertuig gevonden werd staken
achterwielen alleen nog boven water uit.
De zoon van den veehouder Klaver, die op ongeveer
800 M. achter de auto reed. bemerkte niets van het
ongeval, voordat hij ter plaatse kwam. Hij trachtte hulp
te bieden, doch was daartoe alleen niet in staat. Met
een praam en een ladder slaagde daarop de heer Tj.
Jan der Meulen er in het slachtoffer te vinden. De heer
N- zat nog achter het stuur. Een uut lang heeft men,
nadat hij op het droge was gebracht, getracht de levens
geesten weer op te wekken, doch tevergeefs. De dood
as reeds ingetreden. Het lijk is naar de woning van de
ers overgebracht. De auto is met een kraanwagen
opgehaald.
Tusschen Zijpersluis en Burgervlot-
brufl. De bestuurder met moeite
zijn vrouw en dochter gered.
Op den eersten Kerstdag, des morgens om ongeveer
half negen, reed een luxe auto, komende uit Den Hel
der, tusschen Zijpersluis en Burgervlotbrug in het
Noord-Hollandsch Kanaal. In deze wagen waren geze
ten de heer Kort uit Den Helder, diens echtgenoote en
ongeveer 20-jarige dochter. Bovendien waren diverse
koffers in de auto geplaatst. De familie ging voor 14
dagen met vacantie.
Door tot nu toe onopgehelderde oorzaak kon de
heer Kort de auto niet op den weg houden en reed de
helling af. De heer K., het gevaar ziende, opende reeds
op de helling het portier. Wonder boven wonder kan
telde de auto niet om, maar stond op ongeveer 1%
Meter van den kant op zijn wielen te water; de kap
was 50 c.M. onder de water-oppervlakte. Nauwelijks
was de auto onder, of de heer Kort kroop uit het
geopende portier naar buiten. Hij kon absoluut niet
zwemmen, maar zich vasthoudend aan de auto, deed
hij alle moeite zijn vrouw naar buiten te trekken. Dit
mocht hem spoedig gelukken. Mevrouw K. bleef, zich
vasthoudend aan 't riet, toezien hoe haar man alle
moeite deed de dochter te redden. Deze tastte in de
auto rond, maar vond 't geopende portier niet. Einde
lijk gelukte het den heer K., zijn dochter uit de auto
te krijgen en naar den kant te brengen. Ze was meer
dood dan levend.
Een juist passeerende bus van de Maatschappij
Noord-Holland" nam de verongelukte automobilisten
mee naar 't café van den heer P. de Nijs, welke is
gelegen bij de Burgervlotbrug. Hier bleek, dat de
dochter aan de knie eenlge wonden had en mevrouw
K. bloedde aan de pols. De heer De Nijs verbond bei
den, en voorzag liefderijk allen van droge kleeren en
warm drinken. Toen kwamen ze wat op verhaal. Dok
ters hulp behoefde niet te worden ingeroepen. Een
inmiddels uit Den Helder gerequireerde auto bracht
de familie weer naar huis terug.
De vele kleedingstukken, welke zich in de koffers
bevonden, hebben erg geleden.
Des middags werd de auto door de kraanwagen van
den heer Maarten Smit op 't droge gebracht.
Algemeen is ixtgj} er v^p oxertuj^d^dg.t,^ ityj^gn de
beer K. niet zoo kordaat was opgetreden, de dochter
zeker zou zijn verdronken.
In diepe duisternis. „Gooi hem
te water". Kranig politiewerk.
In den nacht van Zaterdag op Zondag is het dc
opinie van onzen burgemeester ten spijt weer eens
verre van rustig geweest in Schagen. Er heeft een
groote vechtpartij plaats gehad die, goed uitgeteld,
1& uur onafgebroken heeft geduurd. Den eersten
Kerstdag kwamen de meest fantastische verhalen
tot ons, die we in eerste instantie „voor kennisge
ving" aannamen. Van alle zijden hebben we ons la
ten inlichten en kunnen dan over deze vechtpartij
die een groote mate van hevigheid bereikte, het vol
gende melden.
Om ongeveer half 12 werden de bewoners van de
Markt en naaste omgeving naar buiten gelokt door
hevige ruziewoorden, woorden die aan duidelijkheid
weinig of niets te wenschen overlieten. Uitroepen als
„loop naar en ik zal je dit én dat"
bewezen wel ten volle dat het hier geen „vrede op
aarde" was Wat er gebeurde?
Een inwoner onzer zoo rustige gemeente, ze
kere KI. K., had het op gruwelijke manier aan den
stok met zijn zoon, eveneens K. Kdie het mariniers
uniform mag dragen. Laatstgenoemde was juist
van een 7-weeksche reis uit de Middellandsche Zee
teruggekeerd en kwam zijn Kerstmis „vieren" in en
om de olderlijke woning. Er werd, oudergewoonte,
door vader en zoon niet te weinig aan god Bacchus
geofferd. Dit is ons en met ons velen een raadsel.
De vader, die we verder in dit bericht K. senior zullen
noemen, staat op de z.g. zwarte lijst.. Toch blijken
er caféhouders te wezen, die deze politieverordening
ten spijt dit personage tappen.
Beiden waren sterk onder den invloed en de ruzie
werd weldra met handtastelijkheden afgewisseld.
Schijnbaar was het de bedoeling om zich huiswaarts
te begeven, men zakte dan ook zoo zoetjes aan af
over het Noord naar het Hoog Daar werd de strijd
voortgezet. Vader en zoon vochten onafgebroken
en rolden gezamelijk over de keien
De politie verschijnt.
De gemeentepolitie waarschuwde den Majoor der
Rijksveldwacht Holema, die rustig in huizelijken
kring zat. De nachtwaker was eveneens aanwezig
en gevieren trok men er op uit. Op de Markt kwam
een wielrijder aan, die de politie ten overvloede met
den gang van zaken op de hoogte stelde Majoor Ho
lema nam de fiets over en reed zijn collega's voor
uit naar het Hoog.
Een Egyptische duisternis.
Op het Hoog heerschte een Egyptische duisternis
De daar staande lantaarn brandde niet en toen de
majoor daar aankwam zag hij een groepje omstan
ders en twee vechtende mannen. Aan zijn sommatie
„uit elkaar" werd geen gehoor gegeven en dies
In een der gebouwen van het Psy
chopaten-gesticht. Alle patiën
ten konden in veiligheid gebracht
worden.
In den vroegen ochtend van den eersten Kerstdag
heeft een felle brand gewoed in het St. Willebrordus-
gesticht te Heiloo en wel in het St. Josephpaviljoen,
een der vier groote gebouwen van deze stichting, waar
de krankzinnigen worden verpleegd.
Op de eerste verdieping van het St. Josephsgebouw
het hoofdgebouw was gedurende den afgeloopen
nacht in de daar gevestigde kapel kerkdienst gehouden.
Te kwart over zes Zondagochtend werd plotseling
brand ontdekt, die in of nabij de kapel moet zijn uit
gebroken. In de kapel, waar een kribbe was ingericht,
stonden kaarsen te branden. Of deze de oorzaak van den
bratUT jüjrr geweest, staat niet vast. Ook is het mogelijk
dat een kerstpaim in brand is gevlogen.
Hat vuur, dat gretig voedsel vond in het llcht-brand
werd er met den gummistok flink op los geranseld.
Met mocht den majoor evenwel niet gelukken de
vechtenden te scheiden, hoezeer ook de klappen
raak waren.
Solidariteit.
En wat gebeurde toen? De vader riep, ontwarende
dat de politie zich met het geval bemoeide: „Jon
gens, pak hem; allemaal gelijk" en vader K. en zijn
zoon K., als ook de toegeloopen zoon A. K. grepen
den majoor aan.
Majoor Holema zag zich aldus tegenover drie man
geplaatst, die trachtten hem te water te duwen. Een
hek belette dit booze voornemen echter. Zoon A. wist
den gummistok, waarmee majoor Holema zich de ra-
zenden van het lijf hield, te pakken te krijgen, het
riempje brak en A. was in het bezit van het wapen,
dat hij echter terstond wegwierp. Inmiddels kwamen
do beide gemeente-politiedienaren en de nachtwa
ker ten tooneele. Ook deze wierpen zich in den strijd
en rake klappen werden uitgedeeld
Majoor Holema zat echter op een moment de
verdrukking. De enge ruimte belette hem gc^d van
zich af te slaan. Hem bleef geen andere weg over
dan
den revolver te trekken.
Dit geschiedde dan ook. Majoor H. gaf een waar
schuwingsschot in de lucht. Er heerschte echter een
zoo diepe duisternis, dat de overige politiemannen
niet konden onderscheiden wie had geschoten. Met
eenige omzichtigheid werd toen verder gevochten.
De majoor, die inmiddels met vuisten en den revol
ver er steeds kordaat op los timmerde, wist, gehol
pen door zijn collega's ruimte te maken. De heeren
K., ziende, dat hier niet viel te spotten, gaven den
strijd op. De marineman K. K. werd geboeid naar
het arrestantenlokaal overgebracht.
Ik vermoord je.
Majoor Holema en de gemeenteveldwachter Van
Haren begaven zich toen in het hol van den leeuw
in casu, in 't huis van K. Sr., waarfn deze inmiddels
was verdwenen. Het doel hiervan was om te onder
zoeken of de afgerukte gummistok daar werd aange
troffen. Toen K. Sr., die vreeselijk bloedde, de poli
tiemannen ontwaardde, stoof hij op hen af, onder de
uitroep; „Ik vermoord je". De revolvers brachten
hem echter tot bezinning. Aan de vriendelijke verzoe
ken van K. Sr.: „Schiet me maar doodv/erd
natuurlijk geen gevolg gegeven. De Zoon A., die niet
dronken was, gaf toe den gummistok te hebben afge
rukt en verklaarde dezen te hebben weggeworpen.
Deze is inmiddels nog niet gevonden. De marinier,
die. zooals we reeds vermeldden werd ingesloten, is
Zondagmorgen pl.m. 9 uur weer vrijgelaten.
Vader K. en zoon A. werden niet in arrest gesteld,
alhoewel wel mag worden aangenomen, dat ook
voor hen deze vechtpartij en verzet tegen de politie
een staartje zal hebben.
Kranig optreden.
Naar omstanders ons verzekerden trad de politie
en vooral majoor Holema, kranig en dapper op. On
geveer 25 personen volgden de strijd, die zeer hevig
moet geweest zijn. Toen het waarschuwingsschot
viel zochten velen een veilig heenkomen.
Huiselijk leed.
Huiselijke twisten tusschen K. Sr. en echtgenoote
schijnen de oorzaak te zijn geweest van deze vecht
partij. De zoon K. moet partij voor zijn mo.eder heb-
bare Kerst-materiaal, verspreidde zich snel. Er bestond
ernstig gevaar voor de meer dan honderd patiënten
krankzinnigen die op deze verdieping hun slaapzalen
hadden. De broeders van het St Willebrordusgesticht
bijgestaan door ijlings toegeschoten hulp van buiten, tra
den echter vastberaden op en binnen 'n half uur waren
alle patiënten, van wie een aantal met krib en al moest
worden weggedragen en van wie de meesten in nacht
gewaad moesten worden vervoerd, naar de andere ge
bouwen van het gesticht overgebracht. Geen enkele pa
tiënt heeft eenig letsel gekregen. Fel sloegen de vlam
men spoedig uit het dak en er werd voor de Alkmaar-
sche brandweer, die ook de brandblussching in Heiloo
verzorgt, groot alarm gemaakt.
De Alkmaarsehe brandweer verscheen zeer spoedig
en tastte het vuur krachtig aan. Behalve de inventaris
en de houten deeien van de eerste en zolderverdieping
vond het vuur weinig voedsel. De eerste verdieping is
door een betonnen vloer van de parterre, waar de apo
theek, de operatiezaal en kantoren gevestigd zijn, ge
scheiden.
Binnen het uur was de brandweer het vuur dan ook
meester en was het gevaar voor uitbreiding geweken.
De geheele eerste verdieping en de zolderverdieping zijn
echter uitgebrand. De parterre kreeg groote water
schade.
Vele kerkgangers, die des morgens vr*eg naar huis
gingen, sloegen het blussohingswerk van de Alkmaar-
sohe brandweer gade. Tegen negen uur was de blus-
sching geheel voltooid.
Het door den brand verwoeste gebouw is slechts eeni
ge jaren oud. Het St. Willebrordusgesticht ls Bög niet
geheel voltooid en het laatste van het complex pavil
joens is nog in aanbouw.
ben gekozen. Uitroepen als: „Wanneer je aan moe
der komt steek ik je kapot" en „daar heb ik drie
jaar voor je over" werden althans op het Markt
plein gehoord.
Tot zoover het relaas over deze vechtpartij, die o.i.
een van de vele bewijzen is dat Schagen tegenwoor
dig niet zoo „rustig" is als onze burgemeester ge
liefde te beweren in de laatst gehouden raadsverga
dering van Donderdag.
Wij voor ons hechten trouwens aan zijn oordeel
al bitter weinig en wat wij er zoo van hoorden uit
den mond van dezen en genen staan wij in die op
vatting niet alleen.
Men is het er vrijwel over eens dat onze burge
meester wel de laatste is die iets weet van wat er
werkelijk in ome gemeente passeert. De man hoort
er niet meer van dan wat het politierapport hem er
van meldt. Uit eigen onderzoek, eigen toezicht,
eigen waarneming, eigen controle weet hij niet
veel. Hij kent(?) de gemeente alleen van uit zijn
burgemeesterskamertje en door het luikje van zijn
voordeur. Wij begrijpen het toch niet best dat in on
zen raad geen enkel woord van krachtig protest
weerklinkt als zoo'n nonsens bewering wordt geuit
en dan nog wel met de noodige autoriteit van; ik
weet het. Trouwens, het is wel gemakkelijk zulk een
theorie te verkondigen. Dan heb je je niet druk te
maken?! En je niet druk te behoeven te maken
schijnt voor sommige menschen de begeerlijkste le
vensinhoud te zijn die zij zich maar wenschen kun
nen.
Nou dan maar weer wel te rusten in 1933, burge
meester!!!
KERSTFEEST NED HERV. GEMEENTE.
Met een geheel bezet kerkgebouw is dit jaar weder
om het kerstfeest, op den avond van den Tweeden
Kerstdag, door de Ned Herv. Gemeente gevierd.
Om en bij een mooi versierden kerstboom zat een
zeer groot aantal kinderen, terwijl ouders, broertjes en
zusjes en vele belangstellenden het groote gebouw tot
in alle hoekjes vulden.
Na het zingen van de verzen 1, 2 en 4 van Gezang 7
en het lezen door den predikant, den heer Ds. J. Eike-
ma,. van gedeelten van Lucas II en XV, heet Ds. Eike-
ma op dit feest voor oud en jong de aanwezigen wel
kom en deelt mede, dat de Zondagsschool 83 leerlingen
uit eerste, tweede en derde klasse telt, en onder lei
ding van de dames Cats, Blaauboer, Mevr. Eikema en
spr. staat, terwijl de schoolcatechisatie 110 leerlingen
telt en gevormd wordt uit kinderen van de vijfde,
zesde en zevende klas.
Er werden vanavond, behoudens de kinderen, die
door ongesteldheid niet aanwezig konden zijn, 193 kin
deren verwacht.
Na een inleidend woord, waarin de predikant de be-
teekenig van het kerstfeest schetst, volgt het gebed
en daarna is het de kinderzang die de aandacht van
de aanwezigen vraagt. Allereerst zijn het de kinderen
van de Zondagsschool die een hunner versjes zingen,
en die dat op zeer lieve wijze doen, om daarna de eer
te laten aan de catechisanten, die onder leiding staan
van den heer Beu:-der, onderwijzer aan de O.L.-school.
Uitstekend werd door dezen gezongen.
Een legertje jongedames zorgt dan, dat de kinderen
versnaperingen krijgen, versnaperingen die met milde
hand worden uitgedeeld en waarbij men zich niet
alleen bepaalt tot de kinderen die aan het kerstfeest
deelnemen, maar ook de kleine kijkertjes niet worden
vergeten.
En toen kwam het kerstverhaal van Dominé, het
verhaal van „Het verloren schaap". Hoe leefden de
kinderen mee met de groote droefheid van den kleinen
herdersjongen Joske, toen hij op den Eersten Kerstdag
den harteloozen boer en de boerin, moest vertellen, dat
hij een der aan zijn hoede toevertrouwde schapen ver
miste. Maar hoe goed kwam het voor Joske af, toen