De Brabantsche Brief
Raad
V/armenhuizen.
van
De raad dezer gemeente kwam in openbare vergade
ring bijeen op Donderdag 19 dezer des namiddags om
balt drie.
Voorzitter de Edelachtbare heer H. Nolet; Secretaris
de heer H. G. Rijs.
Aanwezig zijn alle leden.
De Voorzitter opent deze eerste raadsvergadering in
1933. met het uitspreken van de volgende rede:
In de eerste plaats, mijne heeren. heet ik U allen
welkom en wensch U en Uw gezinnen vèel heil en ze
gen in het nieuwe jaar. 1932 is een slecht jaar geweest.
De ingezetenen konden voor hun producten weinig of
niets ontvangen, zoodat de toestand in de meeste ge
zinnen verre van rooskleurig was en is. Laten we ho
pen. dat dit. onder Gods zegen beter mag worden. In
1932 heeft het gemeentebestuur vele bemoeienissen ge
had. In dit verband wil ik U herinneren aan de crediet-
verleening, de steunverleeningen en de werkloozensteun.
Groote sommen gelds moesten worden geofferd. Ik wil
dan van dezen plaats hulde brengen aan de beide wet
houders, die in 1932 boven ieders lof zioh voor deze zaak
gaven, waarvoor hen geen vergoeding gewerd. Ze heb
ben recht op groote waardeering. Zeer zeker zullen B.
en W. wel eens fouten hebben gemaakt, maar wie werkt
maakt fouten. Ik vraag U allen en de ingezetenen om
deze fouten niet in den breede uit te meten, maar ook
te bedenken, dat 't hier zaken van buitengewonen aard
zijn, die voor 't eerst werden behartigd. Alle begin is
moeilijk. Daarom vraag ik alle waardeering voor hun
werken, werken, dag en nacht voor de belangen der ge
meente en hare ingezetenen. Laten we hopen dat 1932
het dieptepunt zal zijn geweest van de crisis en de el
lende en dat 1933 ons zal brengen meer geluk en voor
spoed.
Na deze rede kwamen in behandeling de notulen der
laatste vergadering. Deze werden onveranderd vastge
steld.
Ingekomen stukken en mededeelingen.
Aan de orde komen vervolgens de ingekomen stukken
en mededeelingen.
Ontvangen werd een schrijven van den bond Heem
schut, waarin wordt medegedeeld dat zij als advies
bureau voor bouwontwerpen niet meer zal optreden. In
verband met dit schrijven stellen B. en W. voor het in
1933 beschikbaar gestelde bedrag ad f 25 in te trekken
en dit bedrag bschikbaar te stellen voor den door B.
en W. aan te stellen adviseur.
Aldus wordt besloten.
Dezelfde persoon zal als adviseur optreden, die het
voor den bond Heemschut altijd deed.
Voorts kwam in een schrijven van J. Beukers te
Schoorldam om een tegemoetkoming als bedoeld in art
13 der L. O. wet 1920 voor 2 zijner kinderen, die de bijz.
6chool te Warmenhuizen bezoeken.
Voorgesteld wordt voor 1932 per kind f 10 beschikbaar
te stellen. De raad gaat met dit voorstel accoord.
Ingekomen is een schrijven van G. S. waarin wordt
medegedeeld, dat hun beslissing ta.v. de begrooting der
gemeente voor 1933 is verdaagd.
In verband met een schrijven van G. S. betr. de vast
stelling van de verordening tot aanvulling van de ver
ordening op het rijden met motorrijtuigen in de ge
meente Warmenhuizen, stellen B. en W. voor de vast
gestelde verordening ln te trekken en een nieuwe ver
ordening vast te stellen, waarin rekening wordt gehou
den met de strafbepaling vastgesteld ln art. 28 der Mo
tor- en rijwielwet.
Aldus wordt besloten.
In verband met een nader schrijven van G. S. stellen
B. en W. voor opnieuw vast te stellen een nieuwe ver
ordening regelende het heffen van vergunningsrecht en
verder een rb. tot aankoop van grond van J. S. Zlllln-
ger Molenaar c.s.
De nieuwe verordening wordt opnieuw vastgesteld.
Goedgekeurd is de suppl. begrooting 1931 en het be
sluit tot het doen van af- en overschrijvingen van dien
dienst, alsmede de begrootingswijzlgingen 1932.
Op 14 Dec. j.1. zijn kas en boeken van den gem. ontv.
opgenomen en in orde bevonden. In kas was f 5233.80.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
De Winkelsluitingswet.
Aan de orde is vervolgens de nadere vaststelling van
de verordening ter uitvoering van de Winkelsluitings
wet. Medegedeeld kan worden dat de Minister niet kan
goedkeuren, dat viscb- en fruitwinkels geopend zijn
van 48 uur. B. en W. stellen voor de verordening op-
Miauw vast te stellen. Aldus geschiedt.
Verlaging van den gasprys.
Overeenkomstig het advies van de gascommissle stel
len B. en W. voor om ln verband met den lagen kolen-
prijs den gasprijs, welke de gemeente Schoorl in reke
ning wordt gebracht, tijdelijk met 1 cent per M3. te ver
lagen, mits door laatstgenoemde gemeente een verbruik
fwordt gegarandeerd van 85000 M3. over 1933 en van
100.000 M3. over 1934 en volgende jaren. Indien mocht
.blijken dat door de tijdsomstandigheden deze verlaging
niet meer gehandhaafd kan blijven, kan deze ten allen
tijde door de gemeente Warmenhuizen worden opgezegd.
De raad besluit overeenkomstig het voorstel van B.
en W. De gasprijs zal dan met 1 cent per M3. worden
verlaagd.
Adhaeslebetuiglng.
Van de gemeente Ambt-Hardenberg ls een verzoek
ingekomen om adhaasie te betuigen aan een door deze
gemeente gericht schrijven aan het Rijk. om te komen
tot vermindering der belastbare opbrengst der onge
bouwde eigendommen.
B. en W. stellen voor, geen adhaesie te betuigen, waar
hiertoe reeds eerder was besloten.
Aldus wordt door den raad besloten.
Wijziging rekening-courant-overeenkomst
Gedaan wordt vervolgers een voorstel tot wijziging
van de rekening-courant-overeenkomst gasbedrijf. B.
en W. stellen vcor te besluiten tot wijziging van de
Tekening-courant-overeer.komst van het Gasbedrijf met
de N.V. Bank voor Ned. Gemeenten te wijzigen in dien
«in, dat de marges van 1 pet. en 1% pet. gewijzigd
worden in 1% en 2 pet.
Na toelichting van den Voorzitter wordt besloten de
bestaande rekening-courant-overeenkomst van de ge
roeente en het gem. gasbedrijf ln te trekken en een
nieuwe overeenkomst aan te gaan voor de gemeente
groot f 25.0CO en voor het gasbedrijf ten hoogste groot
f 15.000. Beiden loopende tot 31 Dec. 1933.
Binnenkort zal er een voorstel komen voor 't aan
gaan van geldleeningen: a. voor de gemeente groot
f 8600 en b. voor 't gasbedrijf groot f 10.000.
Aldus wordt besloten.
Reductie huur weilanden.
Vervolgens stellen B. en W. voor op de huur van het
welland over 1932 een reductie te verleenen van 40 pet.
In verband hiermede zijn verzoeken ingekomen van den
L.T.B., en den Neutr. Bond van Boeren, Land- en
Tuinbouwers.
De Voorzitter deelt mede, dat hieronder niet is be
grepen het bouwland. Hierover wordt nog een afwach
tende houding aangenomen. De Juiste maatstaf in dezen
heeft het college van B. en W. nog niet kunnen vast
stellen. Daarom is reductleverleening op bouwland nog
even aangehouden. Maar ook te dien opzichte zullen
den raad binnen afzlenbaren tijd voorstellen bereiken.
Wat betreft de reductleverleening op 't weiland van
40 pet. spijt het den heer Dekker, dat hier geen 50
pet. wordt voorgesteld.
Ook de heer Mink pleit voor 't verleenen van 50 pet
reductie.
De heer Slot zegt dat 't ooilege van B. en W. de
reductie hebben gesteld op 40 pet, aan de hand van de
reducties die in den omtrek werden verleend. Men kan
nu wel vragen om 50 pet, maar dat moet dan toch
gemotiveerd worden. Waarom 't zoo maar luk-raak op
50 pet te'zetten en niet op 40 pet of desnoods op 60
pet.. Zooiets is gezwam in de ruimte, maar daar heb
ben we niets aan.
De heer Dekker: De heer Slot noemt dat nu wel ge
zwam, maar aan de hand van bedrijfsgegevens kan
toch wo-rden aangetoond, dat er geen cent voor 't gezin
overblijft
De heer De Groot is ook voor 50 pet. reductlever-
leonlng.
Wethouder Molenaar merkt op, dat wil men er voor
zorgen dat de gezinnen er 't gewensohte door beko
men. 't land wel voor niets mag worden gegeven.
De heer Mink vindt 40 pet. te kort en stelt voor om
50 pet. reductie op de huren te verleenen.
Dit voorstel, als zijnde van de verste strekking,
komt het eerst in stemming en wordt aangenomen met
52 stemmen. Tegen stemden de heeren Slot en Mole
naar (de beide wethouders).
De rondvraag levert niets van belang op, waarna
sluiting volgt.
U'T DE OMGEVING
WINKEL
Woensdagavond hield het Comité van Actie tegen
het Wetsontwerp-Terpstra, een openbare vergade
ring in de tooneelzaal van den heer R. Laan. In deze
vergadering zou worden vertoond de film „Volks
onderwijs Marcheert" en daar ia zou de heer Th.
J. Thijssen voordragen fragmenten uit eigen werk.
Deze avond was georganiseerd door bovenge
noemd Comité, in samenwerking met de afd. Volks
onderwijs.
De Voorzitter sprak in zijn openingswoord een
welkom tot de aanwezigen en ln het bijzonder tot
don heer Thijssen en den filmoperateur. Spreker
geelt zijn vreugde erover te kennen, den heer Thijs
sen bereid gevonden te hebben, bier voordrachten
te geven uit eigen werk en zij die bekend zijn met
den heer Thijssen, ais schrijver, zullen begrijpen,
dat dit een avond wordt van genietingen.
De avond zal staan in het teeken van de open
bare schuol en het zal allen bekend zijn, hoe moei
lijk de tijden zijn voor de openbare school in den
strijd tegen de bijzondere school. Deze vergadering
is opgeroepen om te bewijzen dat ook wij leven en
streven voor onze openbare school en niet beter
kunnen doen, dan te toonen en aanschouwelijk voor
te stellen, wat voor die school wordt gedaan. Deze
afdeeling van Volksonderwijs merkte tot nu toe
niet veel van dien strijd en kon zich bepalen tot het
organiseeren van jaarlijksche schoolfeestjes, doch
nu komt de tijd dat zij geroepen zal zijn, mede in
groot verband op ie trekken voor de verdediging
van de openbare school en we zullen paraat zijn.
Hartelijk welkom heet spreker het gemeentebe
stuur van Winkel en getuigt van de welwillende
houding door dit college ingenomen tegenover de
openbare school. Spreker kent de moeilijke tijden
welke de besturen doormaken en hoe als gevolg
Ulvenhout, 17 Januari 1933.
Menlef,
As lk van den mergen op-
stlng, dan vuulde-n-Ik dat er
wa bezonders aan de ha&nd
was. De stilte die er rond
m'n gedoeike hing was zóów
heimelijk, ollee. daar
moest iets gaande zijn op
d'n buiten, aanders dan aan-
ders!
D'n mergenduster waa grij
zer dan gewoon. Ik kan 't
nle sjuust zeggen hoe 't
waa, maar naar m'n gevuul
hing er over 't leven "n wol
len deken, waar allea onder
gedempt wier.
Zouw...?
Neeë. da kon nie, daar waa t veu] te koud veur! Gies-
terenavond mee t naar bed gaan laggen de paauwevee-
ren nog in 't glas geslepen van de raam ln 't achter
huls; 't vroor da-d-'t krokte, d'n haanddoek hong aa *n
plank nost de pomp en nouw, van den mergen ha!
de kouwe vrieslooht viel over m'n rug als de kouwe
koorts!
Sneeuw...?
Kon nle!
Toen 1c zoowver waa mee m'n gedachten, toen had
'k m'n broek aan en m'n klompen. Laanger kon 'k 't
nie meer uithouwen en Tc gooide achter de deur open.
klemde 'n bietje en stroef schoof ze over d'n grond!
Werendig!
De weareld waa wit.
Efkes bestoven wit.
D'n eerste sneeuw lag over Ulvenhout.
*n Paar wilgen, gebogen aa ouwe boeren, stingen wijs-
geerlg, mee 'nen witten baard en 'n wit pruikake, langs
d'n sloot, ln 'n stilte die ge snijen kon.
En aa lk me verders naar buiten boog, dan plekte
ijzige sneeuwpoeier op m'n vel.
't Sneeuwde onzichtbaar bekaanst. M'nen asem krulde
naar de èèrde toe.
„Motte soms 'n ziekte op oewen nek halen?" schèèr-
de hard achter me en onwillekeurig trok ik de deur
weer dicht over 't kwartronde plekske ln de sneeuw.
,,'t Hee gesneeuwd, Trui", zee lk. 'n bietje blij: ,,'t la
'n vertesseltje daarbuiten, zoow schoon!"
„Zoow", zee ze: „is 't 'n vertesseltje? Gaat er dan
maar nle mee oew flanelleke midden ln staan, aanders
zouw 't nog wel 's 'n drama kunnen worren, gladjanus!"
De donzen stilte ln huls was weg. D'r stingen al „voet
stappen" op, zou 'k willen zeggen, net aa op de sneeuw
straks.
'k Schoot m'n flanelleke over m'nen kop en 1c zee:
„mensch, da ge daar toch gin oog veur hedt, veur 't
schoone van den bulten!"
„Vuile rommel", zee Trui: „en schiet nouw 'n bietje
op, asteblleft, aanders zijde al klaar op deus moment."
Da's waar, schoot me deur m'nen kop, en mee 't ge
vuul van m'n eigen tekort te doen, as ik nle oppaste,
dook ik onder de straal van de pomp en twee minuten
later stlng lk gespoord-engelèèrsd op d'n erft, mee 'n
krakend pepke en *k vuulde de kouwe looht ln m'n zie-
lement stroomen, tot m'n teenen toe, btj manier van
zeggen.
De notelèèr stlng haalf wit-bestoven. zoow dunnekes
of de maan erop scheen. Scherp kerfde-n-ie z'n takken
Bloemenmagazijn „CORONA",
KONINGSTRAAT 67 - - DEN HELDER,
levert U alle moderne bloemstukken
Telefoon 216. Postgiro 99555.
daarvan niet kon worden gegeven wat men gaarne
geven zou. doch spreker is dankbaar te weten, dat
er zooveel mogelijk gedaan wordt. We mogen niet
stilstaan in eigen kleinen kring, doen moeten mede
strijden met verschillende organisaties in groot ver
band. Hoe volksonderwijs dat doet, vertelt de film
Om echter alles te doen en te kunnen blijven doen,
is geld noodig en het geven van een bijdrage ten
bate van het fonds tot steun, beveelt spreker bij
ieder aan, waarvoor bij het verlaten van dit lokaal
gelegenheid zal zijn. En voorts spreekt hij de
wonsch uit, dat deze avond een mooien avond zal
zijn en verklaart deze bijeenkomst voor geopend.
Dan draait de film „Volksonderwijs Marcheert" en
toout in drie bedrijven datgene wat er leeft in en
gedaan wordt door Volksonderwijs. We zien scholen,
openbare scholen, prachtige gebouwen met niet min
der prachtige inrichting, en we zien vervallen ge
bouwen, die kwijnend bestaan als gevolg der oprich
ting van aan de eischen voldoende bijzondere scho
len. In en buiten de school gaat het er vroolijk toe
en heerscht een vriendschappelijke verhouding tus-
schen onderwijzer en leerlingen. Openluchtscholen,
vakantiescholen, kleuterscholen, alles passeert en
demonstreert het werk van Volksonderwijs, dat in de
voortzetting wordt geknot door gemis van nog meer
gelden. Landdagen en congressen, waar de kopstuk
ken van Volksonderwijs hameren en hameren op
hetzelfde aambeeld, op voor de openbare school.
Een Klaas de Vries, een Mr. Oud, 't is te zien aan
hun houding en hun beweging, hoe vol vuur zij
pleiten voor de zaak van Volksonderwijs.
Een stevig applaus aan het slot en de voorzitter
sluit zich gaarne daarbij aan. Wat Volksonderwijs
heeft gedaan en wat er nog te doen is, de film heeft
het laten zien, laten wij ons garant stellen voor het
deel, dat wij daarin kunnen helpen doen, en onze
beste krachten geven in den strijd voor de openbare
school.
Na de pauze komt de heer Th. J Thijssen uit Am
sterdam aan het woord en na een vriendelijke in
leiding, waarin hij zijn gehoor voorbereid op hetgeen
zal komen en wat hij heeft willen leggen en uit
beleden in zijn boeken en geschriften, en de daarin
uitgebeelde persoontjes hebben te zeggen en te door
leven in verschillende stadia van het kinderleven,
wat er leeft aan fantasie en verbeelding in de kin
derziel. En als sprekei dan zijn aandachtig publiek
weet te boeien door de voorlezing van fragmenten
uit zijn eigen werk, weergevende zooals alleen de
schrijver zelf dit gedacht heeft, en zeggen kan, dan
stemt dit tot gullen lach. of ernstig medeleven. Het
kinderleven in verhouding tot zijn eigen, in verhou
ding tot anderen, het opnemen van indrukken en
het in zich verwerken tot een teleurstelling, van te
leurstelling omvormende tot iets van geluk, van iets
anders te zijn, alles fantaseerende en in zijn fanta
sie doorlevende, het is geen luisteren meer, het is
zien. het is medeleven en van de verschillende voor
gedragen fragmenten, waren vooral de drie fragmen
ten uit „Kees de Jongen" wel het meest aangrijpen
de, en levendige beeld van dat kinderleven, zonder
daarmede te kort te willen doen aan de andere
fragmenten.
Aan het einde der bijeenkomst stemde het publiek
gaarne in met het hartelijk woord van dank dat
de voorzitter richtte tot den heer Thijssen. Zooals
reeds in den aanvang werd vermoed, was het in
werkelijkheid geworden, een avond van genietingen
teugen de dikgrijze locht, die net 'nen zware mist ach
ter z'nen kruin hing.
Dubbelén, ons kat, kwam ok 's kijken. Verwonderd
en nuuwsglerlg glaansenden d'r pèèriemoerlg-gruune
oogen teugen al da wit van de sneeuw. Ze rook er 's
aan. schudde na elk paake d'r pootjes af en bleef ein
delijk maar stillekea en stlekum geërgerd staan kijken,
om op 't lest mee 'n aanloopke en 'nen ronden rug weer
maar naar binnen te glippen, onder de plattebula.
De zaak was afgekeurd!
Ze docht er sjuust eender over as Trui: rommel!
Toen „vielen" er gaten, zwarte vlekken, in 't dunne,
witte en eeuwlakentje. Laangs de muren van 't huis en
van de stallen, en om d'n notenlèèr kwam d'n grond
zwartbllnkend uit de sneeuw.
D'n notelèèr begoe te tranen. En d'n bojem onder 'm,
wier mottig van de putjes.
En as ik, 'n bietje spijtig naar binnen gong en zee:
,,'t gaat werendig dooien," dan zee Trui: „docht ik wel.
Hij zit me al 'n haalf uur te judassen!"
„Kan ok sneeuw zijn", pestte en hoopte ik.
„Dooi!" zee ze: „dool en niks aanders. Regen, "k
vuur 't goed!"
Maar as ik klaar mee eten was en nog 'n bakske
koffie naslobberde. dan sloeg 'n vlaag van kleine sneeuw
vlokskes dwars over d'n erft.
,,'t Is niks meer, mee oew hekstroog, man", zee ik
en 'k wees naar buiten!
Trui keek 't geval aan, zoow over d'r kommeke, net
of ze 'r 'n end aan wouw maken en mee 'nen smak zee
ze toeni „en toch wordt 't niks!"
Noirw, veur vandaag hee ze gelijk gekregen, 't Is nis
veul geworren en deuzen eersten sneeuw van d'n winter
is ons dunnekes deur de vingers geloopen.
Die hekstroog van Trui, die werkt zoow zuiver, zoow
sjecuur, 'k zoow ze veur gin geld willen missen op
beuren kleinen teen!
Afijn, d'n mergen was tóoh schoon. Efkens hebben we
aan d'n winterpracht gepruufd en toen 'k eenmaal mee
d'n wagel over d'n weg gong, toen was ik kontent, dat
de sneeuw nie dikker lag!
Trui had achteraf weer gelijk, zoow as meestal, al ls
dad-ok zoow lollig nie.
Haalverweuge d'n weg naar 't Glnneken kwam lk d'n
Janus teugen. Hij stapte van z'n flets en bleef effe
staan.
„Gin last van sneeuw, Dré?"
„Thuis alles goed, Jaan?"
„Ja."
„Hoega-g-et mee Tonia? Kan ze wennen?'
„Ja, da gaat wel."
Ik docht, wa-d-Is ie stroef. Wacht daar schoot me
wa te binnen: „En mee Kaat?"
Toen schudde-n-ie z'n kop. Stak z'n pijp nog 's aan
en eindelijk zee-t-le: „gij sprikt ze toch ln de stad,
Dré?"
„Zekers. lederen mengen nimt ze de groenten aan
veur d'r mensch en."
Toen sprongen twee tranen ln z'n oogen.
„Hoe zie ze 'r uit, Dré? Mokt ze 't goed?"
„Stil Blek," riep ik naar m'nen hond en *k boog
orrder d'n wagel...
„Hij hee zeker kouw," vroeg Janus.
,,'k Denk 't, Jaan!"
„As ge liever deur wilt gaan, dan loop lk zoow ver
wel mee," zee-t-le: „tot Gielens d'n slager." (Da'e net
bulten 't zich van d'n Burgemeester z'n huis...).
„Doet da."
Janus gaf mee 'n douwke en d'n wagel rolde weer.
„Zeg 's, Jaan, ls oew doohter nog nie eh thuis
gewlest na oewen trouw mee Tonia?"
„Eh neeë," zuchtte-n-le.
„Ok nle mee d'n Nuuwejaar?"
Maxanatha-conferentle te Den Helder.
Onder leiding van Johannes de Heer zal te Den
Helder van 24—26 Januari een Maranatha-conferentie
plaats hebben, waarbij medewerking wordt verleend
door Ds. van Baaien, N.H. predikant te Broek op
Langendijk, Ds. C. J Hoekendijk, Vrij Evang. predi
kant te Bussum en J. J van Kampen, evangelist te
Haarlem. Het onderwerp dezer conferentie is: „De
gei .elijke achtergrond van de tegenwoordige wereld
crisis", („Hare toespitsing door de openbaring van
den Antichrist" en „Hare oplossing door de komst van
Christus.")
Voor nadere bijzonderhecUn verwijzen we naar de
advertentie in dit nummer.
In de door het bestuur der Landelijke Rijvereeni-
ging „Rossinant" alhier gehouden vergadering, is uit
voerig gesproken over het in de Provinciale Commis
sie te behandelen onderwerp, betreffende verzekering.
Dit moeilijke vraagstuk is van alle kanten bezien
en tenslotte meende men de voorkeur te moeten ge
ven aan een collectieve verzekering, door het vor
men van een fonds, waarin voor ieder werkend lid
een zeker bedrag zal worden gestort, om daaruit ta
betalen eventueel verlies of onbruikbaar worden van
het paard en zoo mogelijk wenschte men daaraan ta
verbinden verzekering van de werkende leden, voor
eenig ongeval tijdens de oefening overkomen.
Naast deze vaste bijdrage, meende men het recht
te moeten voorbehouden, om zoo noodig naast de
eerste storting, een omslag over de werkende leden te
heffen, indien de uitgaven, de krachten van het fonds
te boven gaan. Voor reeds verscheidene paarden zou
geen inleg noodig zijn.
Tegen omzetting van Provinciale Commissie in Pro
vincialen Bond, bestonden geen bezwaren.
Tot afgevaardigden worden benoemd de heeren
J. Koster en S. van Splunter en plaatsvervanger de
heer K. Reijne.
Uitnoodiging tot bijwoning van een Ruiteravond is
ingekomen van „Busephalus" en „West-Friesland",
doch hoe gaarne men ook zou deelnemen, om finan-
tieele redenen moet dit dezen keer achterwege blij
ven.
De rijlessen welke gedurende de wintermaanden
zijn stopgezet, zullen zoodra het terrein het toelaat,
weder beginnen.
Met den heer K. Keizer, de instructeur, wordt met
het oog op de finantiën der vereeniging, een nadere
regeling der belooning getroffen.
Door Burgemeester en Wethouders is aan de afd
Winkel der Vereeniging tot afschaffing van Alcohol
houdende dranken, toestemming verleend tot het hou
den van een verloting, tijdens de door haar te geven
uitvoering.
B .4 RS1NGERH0RN
Door J. Herman te Kol hora is afstand gedaan
van het te zijnen name staande verlof A ingevolge
de Drankwet
B. en W. verleenden aan Adr. van der Welle in
gevolge de Hinderwet vergunning tot het oprichten
van een machineherstelplaats, waarin 5 electromo-
torene op perceel kadastraal bekend gemeente Bar-
singerhorn, sectie B, No. 1086.
Voor den dienstplicht, lichting 1934, werden in
deze gemeente ingeschreven 16 personen. Door 2 inge
schrevenen werd een aanvrage om vrijstelling wegens
broederdienst ingediend.
Dopr B. en W. is aan J. Struijf op diens verzoek
eervol ontslag verleend als uurwerkopwinder te Ha
ringhuizen.
Janus schuude z'nen wop.
„Da's nie mooi, Jaan, om 't maar *s heel zachtjes t«
zeggen: da's, da's da's vreed, dèèrl"
„Ze ls toen snoot le z'n neus en kroop tot z'n
pet in z'nen rooien zakdoek. „Ze ls m'n deur veurbij
gegaan, Dré, mee d'n Nuuwejaar!"
„Hoezoow?"
„Ze ls op 't durp gewlest, naar 't kerkhof, naar eb
naar Piëta, 'k Heb 't blompotje op 't graf zien staan,
da ze d'r moeder gebrocht hee, maar lk d'r vader,
lk kan..."
Z'n keel was dichtgegaan. Sodemearel, wa trok dl een
kearel z'n eigen dad-aan.
'k Bleef staan. „Hot. Blek.""
„Ik kan nog wel wa verder mee, Dré."
„Janus, daar mot *n end aan komen, Jonk!"
Groot wieren z'n oogen. Net as van Blek, as le staat
te schooieren, onder 't eten.
„Snotvergimme, daar mot 'n end aan komen," her-
haalde-nlk.
Toen kwam ie vlak bij me staan, lee z'nen dikken
knust zwaar op m'nen erm en toen zee-t-ie: ..Dré, sprlkt
er mee le.Tna.nd over, mee glnmensch, zelfs nle mee Trui,
waant Tc wil 't veur Tonia nle weten, da'k er onder lij,
maar as gij denkt, da ge 'r wa-d-aan doen kunt...!"
Ik knikte, in gedachten.
„Ze mag gerust thuiskomen, Dré, veur goed! Ze
hoeft nie onder.d'n vrlmde, zoow laank as Ik er ben en
en ik zal nergens over spreken, as ze thuiskomt,
nergens!"
Toen trok ik m'nen erm trug, waant hij wrong 'm er
tennostenbije af!
.Janus," zee ik: „as die dochter van Jouw aanstaan
den Zondag nie thuis is, dan ben 'k 'n boon! Ik neem
ze vandaag nog onder haanden!"
„Om hoe laat zijde zoowa verom, Dré, dan koom
lk oew teugen!"
„Twee uur, haalf drie omtrent."
„Om haalf twee staal 'k aan 't ziekenhuis.'
En toen 'k Kaat sprak, toen ze veurkwam, om ds
groenten aan te nemen, toen zee ik: „zeg, Kaat"
en 'k keek ze diep In d'r zwarte ogskes (net d'r vader!)
„zeg Kaat, ge hedt de complementen.
Effe keken me mekare aan. Zij stond er mee d'r Iee-
ge mandje, da me samen vasthlewen.
„Van..." en toen zochtjes: „wie?"
„Kunde da nie raaien Kaat?"
Ze knikte, mee d'r ogskes omlaag.
„Hij hee me gevraagd hoe gij 't mokt, hoe... gfj
er uitziet... Kaat!"
Toen trok d'r mondje zenuwachtig op-en-neer.
Nouw 't ijzer smeeën, docht ik.
Ik lee m'n hand op d'ren schouwer en zachtjes zee
lk: „Kaat gij? Gij, die toch altijd zoow goed veur oew
moeder zijt gewiest, meugde gij zóöw teugenover oewen
vader doen, meeke?"
Nouw, amico, toen had 'k ze te grazen!
Ze gong naar binnen, achter de deur, maar ik gong
mee!
En wa bleek?
Da ze 'r nèt zoow over tobde as Janus, maar d'n
eersten stap nog nle had kunnen doen!
En as ik Janus, pèèrs van de kouw aan 't ziekenhuis
vond wachten, dan kon lk 'm zeggen: „Jaan, vanavond
komt ze thuis, jonk!'
Hij zee niks. Pakte m'n haanden en simde as, as, as
'nen kleinen jongen.
„Bedaankt," flusterde-n-le: „bedaankt. Da laat lk nle
onder me, horre! Gelukkig da'k 't gedaoht kreeg, ora
jouw van den mergen 's op te vangen, Dré!"
Amioo, wa kunnen de menschen mekaar toch soms
'n schrikkelijk verdriet doen om niks! En dan d'r eigen
nog 't ergst, meestal.
Neeë, gesneeuwd hee-g-et nle meer vandaag. Maar
„water" hè'k genogt gezien,
Afijn, 't is dik ln orde!
't Wier nog mooier, dan 'n blaanken sneeuwbui.
Kom, 'k ben vol; tot de noste week.
Veul groeten van Trui en as altlj gin horke minder
van oewen toet a voe
DR4.