Arrondissementsrechtbank te Alkmaar Eeii wonderlijke gelijkenis. Raad Hoogwoud. Ruwe Handen MEERVOUDIGE STRAFKAMER. ZITTING VAN DINSDAG FEBRUARI. Den Helder. DE HELDERSCHE .JATTER" VERSCHIJNT OP NIEUW TEN TOONEELE. De 3S-jarlge, thans gepilowde koopman Jan de Gr., stond op 6 December terecht wegens diverse diefstal len van rijwielen, gepleegd te Hoorn, Wormerveer en Den Helder. Tegen hem was alstoen gevorderd 1 jaar en 3 maanden gevangenisstraf, doch de zaak werd aangehouden in afwachting van een reclasseeringson- onderzoek. Inmiddels was er nog 'n rijwieldiefstalletje uit Den Helder bijgesjouwd, wat men hem feitelijk wel cadeau had kunnen geven. Aan een boom, zoo rijk be laden, mist men 5. 6 pruimpjees niet, zingt de oude Hleronymus van Alphen. Om echter volledig te zijn, willen we er bij voegen, dat het hier gold een rijwiel, dat toebehoorde aan den matroos P. v. Eggeraat al daar. De heer Wiggers, daarop geïnterviewd als rap porteur van het genootschap, adviseerde twijfelachtig, maar met medewerking van het „Hooge Land" wilde men nog iets probreeren. De geachte verdachte is nogal sterk gecharmeerd op „Wijntje en Trijntje", wat wel een groot bezwaar is voor een proefhoudende bekeering. We moeten echter getuigen, dat de president, mr. Le- deboer, het geval serieus en minitieus behandelde en dezen cliënt het volle pond toekende. De Officier releveerde dat verdachte bereids 17 ver oordeelingen had ondergaan en reeds herhaaldelijk een kans had gekregen, doch zonder noemenswaardig re sultaat. Eenige waarde kon aan zijn mooie beloften niet worden toegekend en de waarborg is minimum. Er is een reuze-dosis optimisme noodlg om het nog eens met eenige hoop op succes, te beproeven. De Officier kon op deze gronden niet meegaan met het advies om een voorwaardelijke straf op te leggen en persisteerde bij zijn eisch: 1 jaar en 3 maanden. Verdachte, zijn eigen schuld belijdende, deed nog een poging het zachte gemoed, dat de straffe hand des rechters secondeert, te bewerken. Mr. Van Doorn zag niet veel licht in de affaire, maar gaf „Het Hooge Land" als laatste toevluchtsoord in overweging voor dezen zwakkeling. As. week uitspraak. Texel. VTSSCHEN MET DE WOND BR KUIL. De niet verschenen visscher Nan de H. uit Texel, was door den Kantonrechter te Den Helder veroordeeld we gens het visschen met de z.g. wonderkuil, welke wijze van visschen in casu niet was veroorloofd. Het ge beurde buiten den afsluitdijk met gebruikmaking van motorbooten. Het net was n i e t in beslag genomen. De Officier bekeek de goede en slechte zijde van de overtreding met onpartijdigheid, wenschte de verbeurd verklaring van het net in verband met de omstandig heden uit te schakelen en vorderde alsnu alléén 2 X f10 boete of 2 X 10 dagen hechteis. Texel. MR. J. DUIJS AAN HET WOORD. Ook deze zaak was gewijd aan de wonderkuil en be trof de visschers Pieter Corn. VI. en Pieter v. d. V. te Texel. Deze heeren waren behoorlijk present en werden verdedigd door Mr. Jan Ellse Wilhelm Duljs te 's-Gra- venhage, wiens imposante verschijning de heele recht zaal vulde. De appellanten tegen het vonnis erkenden het straf bare feit, door nood gedwongen. Hun netten waren in beslag genomen, wat de grootste nekslag wss voor deze broodvechters en in de hoop op teruggave hadden zij hooger beroep aangeteekend en mr. Duijs, figuurlijk gesproken, in den arm genomen. Ook in deze zaak nam de Officier een analoog re quisitoir ter faveure van den geachten verdediger nog eens gerepeteerd. Recidive was uitgesloten, nu de af sluitdijk was voltooid, voorts de economische omstan digheden en de voorspraak van een goed burgervader, den Burgemeester van Texel, in aanmerking genomen, vorderde de Officier 2 X f 1.50 of 2 X 1 dag hechtenis. Moest eigenlijk zijn 1% dag, doch deze breuk erkent de wet niet. Mr. Duijs sprak zijn voldoening uit over de opvatting van het Openbaar Ministerie en refereerde zich, nit de netten wel zullen worden terugegeven, aan het oordeel der Rechtbank. W i e r i n g e n. NOG MEER WONDERKUn .F.RIJ. De heeren Corn. Martinus H. en Hendrik KI., vla- schers te Wieringen. verschenen ook met het wonder- kuii-watertje voor den dokter. De visscherij-opzichter De Vlieger, die het maar druk had als getuige van de bank naar het hekje te vliegen, legde ook hier weer FEUILLETON. Uit het Engelsch van Josepb Hocking De ander volhardde nog steeds in zijn stilzwijgen, hoewel het duidelijk genoeg was, dat Richard naar een vertrouwelijk gesprek verlangde. „Het leven is allesbehalve een pretje voor me ge weest de laatste zeven jaren. Ik heb gezworven Joost mag weten waar ik niet overal gezworven heb! Soms zag ik kans, de toelage die me gestuurd werd, hier of daar op te pikken en een andere keer was het weer een heksentoer om mijn mond open te houden. Ik ben van alles en nog wat geweest: mijnwerker, houthakker, In het oerwoud, matroos, taxi-chauffeur, hulp op een schapenfokkerij. Kortom, twaalf ambachten en dertien ongelukken." Een korte pauze; daarop: „Natuurlijk schreef ik van tijd tot tijd naar huis, maar ik was zelden lang genoeg op dezelfde plaats om de antwoordbrieven in handen te krijgen, de lust tot zwer ven was nu eenmaal te sterk. Ik wachtte alleen op be richt van huis, wanneer ik totaal op zwart zaad zat." Een nieuwe stilte; toen weer: „O, ik weet, dat ik een idioot ben geweest; niemand weet dat beter dan ikzelf. Het geeft geen steek om daar nu over te gaan zitten jeremieeren, maar zie Je, ik behoor tot een goede familie uit Devon. Misschien heb je wel eens van ze gehoord de Dulvertons uit Devon zijn nogal bekend." Het was duidelijk, dat deze mededeeling den anderen man verrastte, maar hij zei alleen maar: „Ja, ik heb dien naam wel eens gehoord." „De tak waaruit ik kom, is er ook financieel niet slecht aan toe. Verscheidene van de beste boerderijen in Devonshire hooren van mijn... hooren van mij eigenlijk.' „Maar..." „Ik weet wat je zeggen wilt Je vraagt je af, waar om ik dan hier hen? Maar ik ben er pas een paar dagen van op de hoogte. Ik ben op weg naar huis. Als ik ertoe in staat ben, rijd ik morgen naar Belingham. zijn beëedigde verklaring af. Gevorderd werd. met re ferte aan vorige zaken, hier 5 boeten en wel 5 X f 3 boete of 5 X 1 dag, wegens ondeelbaarheid der subsi diaire hechtenis, die bedroeg 3 dagen in totaal. Br. op Langendijk. Zwaag. RIJBEVOEGDHEID ONTZEGDE TUINDER. VER- VALSCHT NUMMERBORD. De 23-jarige tuinder Corn. de H. uit Broek op Lan- gendijk, getooid met tochtlatten, stond terecht ter zake een paar zeer ernstige strafbare feiten. Ingevolge von nis van den Kantonrechter te Hoorn ter zake het in staat van dronkenschap een motorrijtuig besturen, was hij veroordeeld tot f 25 boete of 10 dagen, benevens als bijkomende maatregel van veiligheid was hem de be voegdheid om motorrijtuigen te besturen voor den tijd van 1 jaar ontzegd, welke ontzegging op 17 November was ingegaan. Niettegenstaande had hij niet alleen In den nacht van 23 op 24 December de brutaliteit om als auto-chauffeur dienst te doen, maar ook had hij het nummerbord valschelijk veranderd door middel van krijt, wat werd ontdekt, toen hij op het Keern. gem. Zwaag, werd aangehouden. Het door hem bestuurde motorrijtuig toch droeg het nummer 93679 en dit num mer had hij gewijzigd in 98879. Verdachte was nog nimmer veroordeeld en de president verbaasde zich over de roekeloosheid van dezen jongeman. Als getuige was alleen present de heer C. LJpma. rjjksveldwachtei^brig.-tit. te Blokker, de verbalisant, die verdachte had aangehouden. De getuigen C. en A. Vroegop waren niet verschenen, wat hun geld zal kosten. De Officier toonde zich zeer ontsticht over de geraffineerdheid van het feit, dat een ernstigen achter grond had (inbraak soms?) en vorderde 6 maanden gevangenisstraf. Hoorn. EEN AUTOMOBIEL-REPARATIE-CONFLICT. In de middagzitting stond terecht de 51-jarige stof feerder en automobielverhuurder Johan Marie B.. te Hoorn, aan wien was tenlaste gelegd, dat hij op 15 Oc tober zich wederrechtelijk zou hebben toegeeigend een dynamo uit de auto van den grossier S. Rozenberg, die hem bedoelde auto ter reparatie had toevertrouwd. De heer Rosenberg had vanaf 13 October tot 15 daaraan volgende ter observatie vertoefd in het ziekenhuis te Hoorn en na zijn ontslag bedoelde auto bij verdachte laten afhalen. Aan de auto was een nieuwe bekleeding van zitplaatsen aangebracht, waartoe de heer Rozen berg geen opdracht had gegeven. Toen gen. heer Ro zenberg met zijn wagen ging rijden, kreeg hij voortdu rend moeilijkheden en bleek het dat de reperateur Zweet, die de auto had nagezien, de dynamo vermoe delijk was verwisseld. Hel was een Citroen, van welk merk verdachte ook een exemplaar in gebruik had. Ge tuige had aan verdachte over die dynamo gesproken, waarop verdachte erkende een vergissing te hebben be gaan en daarop de dynamo weer te hebben verwisseld. Ook op de zitting werd zulks door den heer B. erkend Hij verklaarde voorts dat de getuige Rozenberg hem op dracht had gegeven de auto te repareeren. Alléén de kap, antwoordde getuige, niet de zitting. Op dit gewich tige punt was tusschen getuige en verdachte geen over eenstemming te verkrijgen. Toen getuige bemerkte dat de kussens gerepareerd waren, had hij daarover aan verdachte echter direct geen bemerking gemaakt. De verdachte verklaarde hierop uitvoerig, maar voor ons vrijwel onvalgbaar hoe het kwam dat de dynamo's verwisseld waren. Een eindje touw moest de demonstra tie verduidelijken. De heer Rozenberg had Intusschen zijn eigen dynamo weer terug. Deze heer diende echter ook nog 'n bedrijfs- schaderekening van f 30 in. benevens 'n rekening van f 24.30. ten behoeve van de firma K. de Reus, waar de dynamo was gerepareerd. Rechercheur de Monninck te Hoorn verklaarde dat de belde dynamo's als ze waren gemonteerd, veel op elkan der geleken. Aan hem had verdachte verklaard, zich vermoedelijk bij het plaatsen der beide dynamo's te heb ben vergist. Hij had zich even na het monteeren verwij derd en wist na terugkomst niet juist meer. hoe de vork In den steel stak. Hij meende in Rozenbeg's wagen de daarbij behoorende dynamo te hebben geplaatst Voor den Rechter-commissaris was verdachte „toe geeflijker" geweest. De heer Jacob Zweet, monteur, die de auto later on der handen had genomen, en geregeld over dit vehikel dokterde, verklaarde, dat de dynamo spiksplinternieuw was. De dynamo van verdachte was wel hetzelfde type, maar niet zoo goed. Hij had de auto van Rozenberg aan verdachte afgeleverd, toen deze beweerde deze voor re paratie noodig te hebben. Getuige had toen een onver wacht bezoek gebracht in de garage van verdachte en bemerkt dat hü aan het binnenwerk van die auto bezig was; daarmede had hij niets te maken, hij moest alleen stoffeerderswerk verrichten! Dit gebeurde achter dichte gordijntjes, opdat vermoedelijk de heer de Reus, pa troon van dezen getuige, dit gepeuter niet zou zien. Ge tuige deelde ook nog mede. dat door ontledlging der acu er lampjes waren gesprongen. Ten slotte kwam gelukkig de laatste getuige, de heer K. de Reus. voor de bühne om mede te deelen. dat de dynamo door hem in Rozenbergs wagen later aangetrof fen. niet de dynamo was van dezen heer. Door den heer Officier werd een en ander nog eens besproken met het resultaat, dat de edelachtbare spre ker. van meening zijnde, dat verdachte verkikkerd was op de betere dynamo van Rozenberg en deze had ver wisseld met zijn minderwaardig eigendom, zoodat ver oordeeling ter zake verduistering tot f 75 boete of 60 dagen werd gerequireerd. A.s. week uitspraak. De raad dezer gemeente kwam in openbare zitting bijeen op Woensdag 1 Maart 1933. des voormiddags om 10 uur. Voorzitter de heer D. Hoogenboom, burgemeester, te vens secretaris. Aanwezig zijn alle leden. Voorzitter opent de bijeenkomst met de navolgende woorden Mijne heeren. Ik heet u allen welkom In deze eerste vergadering in het jaar 1933 en wensch u allen met uw gezinnen het allerbeste toe, evenals de vertegenwoordi gers van de pers. Het afgeloopen jaar heeft geen rede nen tot blijdschap gegeven en helaas, de algemeene toe stand is nog niet hoopvol. Met de veehoudersbedi^jven gaat het nog niet zooals gewenscht kan worden, even min als met de tuinders, al worden deze ook onder steund. Het is met geen hiervan rooskleurig. De werk loosheid neemt hand over hand toe. Er is werk genoeg, maar de werkgevers hebben geen gelden om deze wer ken te laten uitvoeren. Alleen het allernoodzakelijkste wordt gedaan. Het vorige Jaar is er veel gevergd van uw werkkracht en dit jaar zullen eveneens veel belang rijke vraagstukken uw aandacht vragen. Gefcuigé hier van reeds de belangrijke agenda van hedenmorgen, voor wat betreft de quaestie der Langereizer school. De bevolking Is in 1932 vooruit gegaan met 34 perso nen. Er zijn 173 personen ingekomen en 177 vertrokken: 61 kinderen werden geboren. 23 personen overleden. Er werden In 1932 18 huwelijken gesloten. De schoolbouw is nog niet ten einde. Door de weers omstandigheden kon het werk niet tijdig worden opge leverd en vermoedelijk zal het wel 1 Mei a.s. worden voor de school geopend kan worden. Ik hoop, dat de on derlinge samenwerking zoowel met den raad als met 't college van B. en W. mag blijven zooals die geweest is en dat we eensgezind de moeilije vraagstukken, die ko men zullen, zullen behandelen en wel zoo, dat ze zullen zijn In het belang onzer gemeente. Nadat de Voorzitter was uitgesproken, betuigden de raadsleden hun instemming met het gesprokene. De notulen der laatstgehouden vergadering werden gelezen, waarop deze zonder op- of aanmerkingen wer den goedgekeurd. Ingekomen stukken en mededeelingen. Van den minister van Binnenlandsche Zaken kwam bericht in, dat de tijd waarin de subsidietoezegging voor de werkverschaffing geldig was, werd verlengd tot 25 Febr. jJ. Naar aanleiding hiervan hebben B. en W. zich weer tot den minister gewend met de mededeeling, dat het werk aan de Noorderkoggen 5 Maart beëindigd wordt, in verband waarmee gevraagd wordt op welke wijze nu werk moet worden verstrekt. De menschen zullen wel licht in de Wieringermeer tewerk gesteld kunnen wor den. maar nu rijst de vraag wat de gemeente in de loonen zal moeten bijdragen. Deze tewerkstelling geldt alleen voor die werkloozen, die eertijds in de Wieringermeer werkzaam waren en zich daardoor in de gemeente vestigden. Het gemeentebestuur heeft voorts medegedeeld aan den minister dat een uurloon van 20 cent voor hen niet aan den lagen kant geacht wordt. Ruwe Huid - Schrale Lippen Wanneer ik 'n beetje opschiet, ben ik er tegen den avond en vandaar kan ik verder mét den trein gaan." De tweede gast zuchtte en er was Iets van jalouzie in dien zucht. „Mijn vader was landjonker," zette Ri- chard zijn verhaal voort, „hij nam een vooraanstaande plaats in den omtrek in hij regeerde als een soort koning over zijn bezit. Het is dan ook niet te verwon deren dat hij een trotsch man was dat is de reden dat hij mij een royale toelage gaf om te verdwijnen." „Wat had je uitgevoerd?" „O, er was een soort dronkemanspartij en ik had een beetje te veel notitie genomen van de dochter van een onzer pachters. De man, die met haar wilde trou wen, maakte ruzie met me we hadden allemaal een stevige borrel op ik was toen een-en-twintig moet je weten." „En wat gebeurde er verder?" drong John. „Ik was sterk als een paard toentertijd en ver moordde hem zoowat. Ik geloofde eerst dat ik hem werkelijk om zeep geholpen had; hij lag uren voor dood. Er werd beweerd dat ik gemeene trucs had gebruikt en hem met een mes gestoken had. maar dat is een leugen. Maar Je begrijpt dat het ontzaglijke herrie gaf en ik moest me verscheidene dagen achterbaks hou den en toen het zeker was dat Nic Brewer er weer bovenop zou komen, gaf mijn vader me te verstaan, dat ik ophoepelen kon." „En ben je sindsdien steeds van huis geweest?" „Ja; zeven jaar. Ik was overigens blij dat ik gaan kon. Ik had heimwee naar de ruimte. En ik heb mijn deel gehadruimschoots!" „En heb Je nooit verlangd terug te gaan?" .Neen, mijn vader had een strenge levensopvatting en kon zich met mijn manier van doen niet vereenigen. Och, die geschiedenis met Marry Llddlcoat, waarvcor hij me weggestuurd heeft, had eigenlijk geen zier te beteekenen er was welbeschouwd niets gebeurd tus schen mij en het meisje, maar mijn vader had er al tijd zijn zinnen op gezet, dat ik met Mirlam Donni- thorne zou trouwen, de dochter van zijn naasten buur man, ook een rijken landjonker. Ze was een kind van vijftien, toen ik mijn biezen moest pakken, maar een mooi kind en ik had ook altijd zoo half en half het gevoel, dat ze een of anderen keer mijn vrouw zou worden. Ze moet nu 'n jaar of twee-en-twintig zijn. Haar vader en de mijne hadden dat zoo met elkaar bekokstoofd de twee aan elkaar grenzende landgoe deren zouden op die manier op den duur vereenigd wor den en dat heeft allerlei voordeelen." „Dus je vader is „Dulverton Bob Dulverton voluit Robert Gran- ville Dulverton. Een goede naam, hè?" „Een uitstekende naam!" Toen viel er een zwijgen, dat eenige minuten duur de. Dulverton laafde zich met grog, terwijl zijn met gezel somber In het vuur staarde. „Je schijnt niet erg nieuwsgierig," merkte Dulverton ten slotte op. „Waarom zou ik?" „Eigenlijk nergens om, maar aan den anderen kant, mijn geschiedenis is nogal romantisch, vind ik. Ik ben een soort verloren zoon. weet je?" .Je zei straks dat je op weg naar huls was. Dan zal je vader wel het gemeste kalf voor je slachten bij Je terugkomst en je met muziek en dans ontvangen. Dat Is immers zoo de gewoonte bij den terugkeer van ver loren zonen!" „Mijn vader is overleden!" „Dan dan „Ja! Ik ben de landheer van Dulverton Manor. Ik werd het gewaar laat eens zien verleden Maandag Ik zat In de rimboe en kreeg toevallig een Engelsche krant in handen, waarin het een of ander verpakt was geweest. Er stond een verslag van zijn begrafenis in. Ik had een gevoel alsof ik een klap op mijn hoofd had gekregen. Ik zei er niets van. tegen niemand, ik kon eenvoudig niet, maar ik ging direct op weg. Zeg, denk je dat ik nog levend in Engeland zal aankomen?" „Waarom niet?" „Omdat Ik kolossaal roekeloos met mijn gezondheid ben geweest Ik heb een gevoel alsof Ik het niet lang meer maken zal." „Gesteld dat je niet komt opdagen wie krijgt het landgoed dan?" „Mijn neef Arthur, denk ik. Dat wil zeggen, eerst komt het aan mijn oom Arthur en later aan mijn neef. Een mooi stel, die twee.' Mijn oom ls advocaat dc grootste schobbejak, die hier beneden ooit heeft adem gehaald en zoonlief is nog een graadje erger dan papa! Als mijn waarde oom er niet was geweest, wel, dan zou het met die historie met Nick Brewer nooit zoo'n vaart zijn geloopen. Hij stelde alles veel zwarter voor dan het in werkelijkheid was en ze geloofden hem natuurlijk omdat hij advocaat was. Ik ben in mijn ziel overtuigd, dat hij het erop aangelegd heeft om mij uit Engeland weg te werken. Ik had nog liever dat een wildvreemde het landgoed kreeg, dan die twee schavuiten." „Dus je vaderlijk erfdeel wacht, om zoo te zeggen, op Je?" „Ja; ik heb niets anders te doen, dan terug te gaan en mijn aanspraken te laten gelden. Ik heb de brieven van mijn vader voor zoover die mij bereikten een heelen hoop andere documenten hier." Terwijl hij sprak, haalde hij een pakje papieren uit zijn zak en klopte erop. „Hier heb je alles bij elkaar' zei hij. Voorzitter deelt voorts mede dat de vereenlging der randgemeenten van plan ls zich met een adres tot den minister te wenden, waarin verzocht zal worden aan hen. die naar hun vorige woonplaats willen verhulzen, van rijkswege reis- en verhuiskosten te verstrekken. De heer Bossen wil even opmerken dat van hooger hand vaak raar wordt gehandeld. Werkloozen die bij rijksregeling te werk worden gesteld moeten vaak uren fietsen terwijl ln de nabijheid van hun woonplaats werk door andere werkloozeft wordt uitgevoerd. De heer Ham gelooft dat de diverse gemeentebesturen bij den minister niet au serieux worden genomen. De vakbonden moeten zich er maar meer mee gaan be moeien. Voorzitter is ook van meening dat de minister zich weinig aan de gemeentebesturen laat gelegen liggen. Zoo vroeg spreker telefonisch een conferenle aan, maar die werd hem niet verleend! Men kan er lang of kort over praten, maar men bereikt geen zier. Voor kennisgeving werden vervolgens nog aangeno men diverse adressen, waarin om adhaesiebetuiging werd verzocht, o.a. door de gemeenten Oudkarspel, Kerkrade en Ambt Hardenberg. Van Ged. Staten werd goedgekeurd terug ontvangen de gemeentebegrootlng dienstjaar 1933. Het wit-gele Kruis dankte in een schrijven voor de verleende subsidie. Van de afd. Hoogwoud van den Bond van ar- beiders in landbouw-, tuinbouw- en zuivelbedrijf kwam een verzoek in. inhoudende de vraag te willen komen tot oprichting van een crisiscomité. B. en W. stellen voor hiertoe niet over te gaan. De heer Ham Is van meening dat er wel nut van een pi. crtsiscomité zal uitgaan en ls dan ook voor oprich ting. Bezwaren zijn er niet aan verbonden, meent spr. De heer Glas bepleit sterk de oprichting van een zoodanig comité. De bedoeling van adressanten is om contact te zoeken met het Nat. crisiscomité en dat kan niet anders dan voordeel zijn voor de werkloozen. Voorzitter merkt op. dat er twee soorten crisiscomité zijn, a en b. Crisiscomité a staat in nauw verband met het Nat crisiscomité en leeft van giften en gaven. Voor zitter vreest dat in de. gemeente van giften en gaven vrijwel niets zal zijn te verwachten. Dan bestaat de ge meente uit diverse dorpen en als men iets bijdraagt zal zeker de bedoeling wezen dat 't in het dorp aan een of meer behoeftigen ten goede komt. Crlsisoomité b werkt met steun van rijk en gemeente. Deze twee lichamen zullen precies evenveel bijdragen. Als de gemeente f 2.50 geeft, doet het rijk eenzelfde be drag er bij. Er mag dan alleen steun worden verstrekt In natura, en Voorzitter gelooft niet, dat dit In de ge meente veel zin heeft. De heeren Bossen en Glas zijn van meening dat de bijdragen wel zullen meevallen. De heer Vtin wil 't wel eens probeeren. Dat kost nieta! De heer Glas ls ook die meening toegedaan. Met het houden van een verloting en het geven van uitvoeringen ten bate van het crisiscomité zal nog wel wat te berei ken zijn. Voorzitter zegt er niet tegen te zijn. als het helpt, zal het een vreugde zün. Besloten wordt dat stappen gedaan zullen worden om te geraken tot oprichting van een crisiscomité A én R Ter elfder ure kwam nog een verzoek in van het be stuur der afd. Hoogwoud van den bond van arbeiders in landbouw-, tuinbouw- en zuivelbedrijf, om te geraken tot oprichting van een z.g. contactcommissie, welke dan over de moeilijkheden met B. en W. zal kunnen overleg plegen. Dit adres wordt teruggebracht naar B. en W. om prae-advies. Besloten wordt om aan de heeren Beets en Zwaag we derom het door hun gehuurde perceeltje van den tram baan te verhuren voor f 10. Een credlet voor school voeding. B. en W. stellen aan den raad voor een bedrag van f 100 beschikbaar te stellen voor het vetlwnna va" ichoolvoedlng aan de leerlingen uit deze gemeente, dia de R.K. -school te ~Sl.tbekarspel bezoeken. ITIt eeh Inge steld onderzoek Is gebleken, dat het verstrekken van voeding aan leerlingen van andere scholen niet nood zakelijk is. Aldus besluit de raad. Voorzitter zegt dat alles zeer goed functionneeri in de Weere en het is een lust om een kijkje te nemen. Diverse raadsleden geven als wensch te kennen eens poolshoogte te gaan nemen. Radiostoringen. Ingekomen is een verzoek om te komen tot vaststel ling van een verordening die een einde maakt aan ra- diostoringen. B. en W. stellen aan den raad voor niet in te gaan op het verzoek van de afd. Opmeer van de V.A.R.A. om in deze gemeente eene verordening in het leven te roepen, die een einde maakt aan de radiostoringen, daar alhier die storingen, die veroorzaakt worden door electri- sche motoren en apparaten nit veel voorkomen en der gelijke verordening wanneer die al goed te handha ven zal zijn. te zwaar in het maatschappelijk leven kan ingrijpen. De raad gaat hiermee aocoord. „Maar je uiterlijk ls toch waarschijnlijk veranderd in die zeven jaar?" bracht de ander in het midden. „De meeste menschen veranderen sterk tusschen hun twin tigste en dertigste de jongen is dan een man gewor den. En je hebt ln dien tijd heel wat doorgemaakt, zoo als je zelf vertelt, en dat heeft ook invloed op iemands voorkomen." ,Je wilt zeggen, dat ze wel eens zouden kunnen bewe ren dat ik de rechtmatige erfgenaam niet ben, zooals ln een soortgelijk geval al eens gebeurd is." „Het is gevaarlijk je aan voorspellingen te wagen. „O, mijn oom zou er stellig niet tegenop zien mijn rechten te betwisten als dat hem mogelijk leek. Maar Ik heb het typlsohe Dulvertongezicht en bovendien, de papleren sluiten lederen twijfel uit" De wind was gaan liggen, maar de regen viel nog bij stroomen. Dulverton rilde weer, terwijl hij naar het droefgeestige geluid luisterde. „Je weet zoo langzamerhand heel wat van mij", her nam hij toen. „Maar jij hebt ook een geschiedenis te vertellen, waarde heer! Een kerel als jij gaat niet uit Engeland weg om je als kolonist in Austrilië te begra ven. als hü daar geen ernstige redenen voor heeft En tooh zie je er niet uit als iemand, die naar weerlicht zal gaan. Je drinkt ook niet..." Op deze opmerking kwam geen antwoord. „Je hebt ook je naam nog niet genoemd..." „Neen," klonk het somber. „Als ik het gedaan had, zcu je misschien..." Abrupt brak hü den zin af. „Wel" moedigde Dulverton aan. De andere gast stond op, liep naar de deur en opende die. De regen gutste nog gestadig, alsof zij bij emmers werd uitgegoten. Het was inktzwarte nacht „We mogen van geluk spreken dat we hier onderdak hebben gevonden", zei hij. „In nachten als deze ls me nigeen hier spoorloos verdwenen de beken worden bruisende rivieren en de kleine riviertjes wilde berg- st room en." Hij stopte een nieuwe püp. „Wat zei je ook weer?" trachtte Dulverton hem weer op zijn onderwerp terug te brengen. „Ik zei. dat als ik je mün n.-am noemde, je mis schienMaar wat geeft het eigenlijk, als je het cieed het komt er eigenlijk niets op aan.. „Geneer je maar niet oude jongen vertel me ge rust waar de schoen wringt." „Waar de schoen wringt? Och, het is absoluut niet noodig oude koeien uit de sloot te halen, maar jij hebt bet ni£ eenmaal gedaan en zie je je hebt me een gevoel bezorgd hemei-nog-aan-toe, wat zou Ik niet gegeven hebben voor jouw kans." De ander lachte grimmig. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1933 | | pagina 6