De Schager Paaschtentoonstelling
Donderdag 6 April 1933.
SCHAGER COURANT.
Tweede blad. No. 9258
VOOR 100 GESLAAGD
930 K.G. „Nederlandsch Product".
Een schitterend geslaagde dag met een
record-aantal bezoekers.
Het 40-jarig jubileum van de Schager Paaschten
toonstelling heeft aan alle verwachtingen, die men
er aan gesteld had, voldaan, en meer dan ooit heeft
zij bewezen, dat ze de drukst bezochte tentoonstel
ling is in heel Hollands Noorderkwartier. Het be
zoek was enorm en ofschoon niet te controleeren,
gelooven wij wel, dat er dit jaar een record-aantal be
reikt is, dat naar Schagen was opgetrokken om te
ïien, te hooren en te genieten van wat de tentoon
stelling hun bood. Wat dit laatste was, hebben we
in ona nummer van gister reeds in hoofdzaak gerele
veerd. Genoeg zij, dat den ganschen morgen en zelf*
ver na het middaguur een dichte drom van bezoe
kers zich in een opgewekt geroezemoes rondom het
tentoongestelde verdrongen, om in overgroote be
langstelling de uitgestalde artikelen te bezichtigen.
Apart vermeld dient nog wel even dat evenals
andere jaren ook nu weer een groot aantal automo
bielen en motorfietsen was ingezonden. Misschien
was het aantal zelfs nog wel grooter dan anders
in ieder geval, wat de verschillende typen en de
kwaliteit wagens betrof, deze was ongetwijfeld beter
dan andere jaren.
Op de marktplaats weer het puikje van de mesterij
in Hollands Noorderkwartier, een ongekende pracht-
inzending en een grootere inzending dan andere
jaren, waaruit blijkt, dat de liefhebberij voor het
fokken, ondanks den slechten economischen toe
stand in het landbouwbedrijf, eerder vóór- dan ach
teruitgaande is. Een verblijdend teeken, en dit te
meer. wanneer men leest van andere Paaschtentoon-
stellingen, dat daar het aantal inzendingen niet mee
viel en de kwaliteit der beesten verre van bemoedi
gend was.
De handel was natuurlijk niet best, maar toch
hoorden wij niet alléén sombere klanken, maar wa
ren er ook goede en voldoende prijzen gemaakt.
Ook in dit opzicht was de tentoonstelling dus een
succes en derhalve kunnen we onomwonden zeggen,
dat het 40-jarig jubileum der Schager Paaschten-
toonstelling voor de volle honderd procent
geslaagd is.
Eindigt meestal elk jaar het overzichtje van de
tentoonstelling met het bovenstaande, dit jaar maakt
daarop een uitzondering. De prijsuitreiking bij den
heer C. Boontjes had om te beginnen reeds een meer
feestelijk karakter dan anders en na afloop daarvan
had. in de zaal van hotel 'Igesz het matinée plaats,
dat door Schager Middenstandsvereeniging, de Hanze
en Algemeen Belang aan de jubileerende vereeniging
was aangeboden.
Het matinée.
Voor dit matinée waren In de rijkversierde
zaal van den heer J. Igesz bijeen gekomen het bestuur
onzer Paaschtentoonstelling. het Dag. Bestuur onzeT
gemeente, de huldigingscommissie, vele juryleden, be
stuursleden van de Schager Winkeliersvereniging, Al
gemeen Belang, Hanze, Witte Kruis enz. enz.
Ook waren aanwezig de heeren D. J. Scheffel, secre
taris van de Kamer van Koophandel voor Hollands
Noorderkwartier en B. Kuiper, lid van deze Kamer.
Behalve de zaal versiering gaven de keurige bloem
stukken van de Huldigingscommissie, het gemeentebe
stuur van Schagen. het Witte Kruis en de Kamer van
Koophandel, de zaai een zeer feestelijk aanzien.
Onder leiding van den heer Koe zorgde een Jazz-band
voor uitstekende muzek.
Door den heer Schmalz wordt de bijeenkomst geopend
waarbij hjj de aanwezigen hartelijk welkom heet en
mededeelt, dat de huldigingscommissie, gevormd uit
Schager Winkeliersvereeniging, De Hanze en Algemeen
Belang gemeend heeft het volijverig bestuur van de
Paaschtentoonstellingsvereeniging iets te moeten aan
bieden en wel dit matinée, omdat gemeend werd dat aan
het 40-jarig bestaan van de Paasohtentoonstelllngsver-
eenlging een feestmiddag moest worden gewijd. Spr.
wijst er op hoe het bestuur steeds de belangen van
Schagen, als symbool van samenwerking, heeft gediend
en daarvoor wordt het bestuur als klein bewijs van
waardeering aangeboden
Huldigingsrede
Door den heer Mr. J. A. E. Buiskool wordt de volgen
de huldigingsrede uitgesproken:
Het behoeft wel geen nadere uitleg, dat ik met zeer
veel genoegen heb voldaan aan het tot mij gerichte
verzoek om ter gelegenheid van dit 40-jarig Jubileum
van de commissie voor de Paaschtentoonstellingen te
Schagen, de huldigingsrede uit te spreken.
Toen bij de plaatselijke vereenigingen ,4e Handeldrij
vende ^en Industrieele Middenstandsvereeniging", de
„Hanze", en „Algemeen Belang" het besef levendig werd.
dat dit 40-jarig jubileum der Paaschtentoonstelling te
Schagen, niet ongemerkt mocht voorbijgaan, rijpte ter
zelfder tijd het plan om deze huldiging te doen uitgaan
van de drie genoemde vereenigingen. Al ras vormde
zich een commissie uit ons midden, welke tot taak kreeg
deze huldiging voor te bereiden, en als resultaat daar
van zijn wij dan thans in deze feestelijk versierde zaal
tezamen gekomen om uiting te geven aan onze diepe ge
voelens van sympathie en waardeering voor alles wat de
commissie dezer tentoonstellingen voor de gemeenschap
en voor Schagen in het bijzonder in dit tijdsbestek van
40' jaren heeft gedaan.
Dat ik, als voorzitter van Algemeen Belang, de uit
verkorene mocht zijn om de gevoelens van de vereeni-
gingen hier in het openbaar te vertolken, stemt mij tot
groote vreugde, en ik hoop in staat te zijn in woorden
weer te geven, wat in ons aller harten leeft. Reeds heeft
hedenmorgen het gemeentebestuur van Schagen door de
officieele ontvangst ten Raadhuize. blijk gegeven, dat
het den arbeid en het streven van Uw commissie hooge-
lijk waardeert
Het spreekt wel haast van zelf. dat ik in mijn begroe-
tings-, tevens huldigingsrede, in het bijzonder den na
druk zou moeten leggen op de groote waarde, welke dc
jaarlijkscho Paaschtentoonstelling vooral voor Schagen
heeft, maar ik houd mij overtuigd, dat deze tentoonstel
ling in de achter ons liggende 40 jaren onbetwist heeft
bewezen, dat haar verdiensten ver buiten de grenzen
van onze gemeente reiken, en hier dus in wezen ge
sproken moet worden over een gebeurtenis, die van
zeer groote beteekenis is voor landbouw en middenstand
en een groot gedeelte van Noord Holland.
In de Schager Courant van Zaterdag j.1. hebt gij al
len de historische bijzonderheden der Schager Paasch
tentoonstellingen kunnen lezen, en ik zal mij daarom
ervan onthouden een overzicht te dien aanzien te ge
ven, ten einde niet ln herhaling te treden.
Het zij mij daarom vergund, geacht tentoonstellings-
bestuur. meer in het bijzonder de groote verdiensten van
Uw werkzaamheid in den huidigen tijd te schetsen, en
aan die beschouwing nog een enkel woord voor de toe
komst vast te knoopen.
Veertig jaren lang heeft Schagen thans zijn voorjaars
tentoonstelling gehad. Veertig jaren achtereen is men
van wijd en zijd naar Schagen getogen, om getuige te
zijn van een grootsohe demonstratie van wat moed.
wilskracht en bovenal moeizamen arbeid vermag. Ei
op dezen jubileumdag Is wel extra sterk tot uiting ge
komen de band die Schagen en zijn landbouwende om
geving bindt. Dat Uw bestuur zoo krachtig voortzet de
taak. die Uw voorgangers zijn begonnen, stemt tot groot*
dankbaarheid, omdat in deze tijden van depressie er.
neerslachtigheid het gevoel van saamhoorigheid en so
lidariteit ons nieuwe kracht moet geven om moedig
voort te gaan. Het is er mee zooals die winkelier, die de
jaarbeurs had bezocht en terugkomende tot zijn col
lega's zei: Toen ik daarheen ging, sprak ik steeds van
„ik", maar nu spreek ik alleen maar van „wij". En zoo
is het ook hier. Zij allen, die op dezen dag naar hier
komen, gaan van huis met een gevoel van „alleen zijn",
gedrukt door den nood der tijden, eenzaam zich voelend
in hun zelfstandigen strijd om het bestaan. Maar te
ruggaande van hier heeft een gevoel van „verruiming"
zich van hen meester gemaakt; zij zijn zich bewust ge
worden, dat zij niet alleen staan, maar dat zij deel uit
maken van een groot geheel, gelijk werkend en gelijk
denkend. Zij keeren terug met nieuwe moed bezield, we
tende. dat zij tezamen met zooveel gelijken denzelfden
strijd voeren. Wie alleen door het leven wil gaan, en
zich afzijdig houdt van alles wat de gemeenschap en
haar belangen raakt, gaat geestelijk dood en verliest
den moed en de kracht om verder te gaan. En daarom
nu, geacht bestuur, is Uw arbeid zoo waardevol, omdat
gij door de organisatie van dezen dag dat gemeenschaps
gevoel levendig houdt en telkens weer aanwakkert. Wij
kunnen U dan ook niet genoeg erkentelijk zijn voor Uw
onvermoeid streven om dezen dag te maken tot een
dag van toenadering en onderlinge samenwerking.
Daardoor tooh werkt gij ertoe mede, dat niet alleen
zakelijke voordeelen aan dezen dag verbonden zijn,
maar dat, vooral in deze moeilijke tijden, bovenal ook
moreele voordeelen worden geboekt, welke van nog
veel grooter waarde voor het leven zijn. Deze door U
gorganiseerde jubileumtentoonstelling heeft bewezen,
dat zelfs in deze slechte tijden het maatschappelijk ge
stel niet alleen afgebroken, maar ook opgebouwd
wordt. Dat dit zoowel voor den landbouwenden- als den
Middenstand van zeer veel belang is, behoeft geen
commentaar. Uw werzaamheid, die een zuiver opbou
wende is verdient reeds daarom ons aller dankbaar
heid en waardeering, en ik aarzel niet U deze dank
baarheid namens ons allen vanaf deze plaats te be
tuigen. En dan past ook een woord van respect voor
diegenen, die door hun deelname aan de tentoonstelling
hebben getoond hun grooten zakelijken, maar vooral
moreelen moed, om toch vol te houden in hun econo
mischen strijd, ondanks alle zorg en angst in eigen
buis en om hen heen. Het kan dan ook. niot anders, of
hiervan moet een grooten invloed ten goede uitgaan
op het geheele zakenleven, daar Uw beleid getuigt van
een onbegrensde wilskracht en groot vertrouwen ln de
toekomst, waardoor de energie weer wordt geprikkeld.
Het feit, dat ondanks alle misère, op dezen jubileum
dag zoo'n tentoonstelling van vee en andere artikelen,
als wij heden hebben gezien, kon worden gehouden,
bewijst, dat ook de landbouwende stand nog over een
kracht beschikt die zij, met onwrikbare vastheid van wil
zal verdedigen. Hierin ligt opgesloten, dat men ook in
die kringen niet zal gelooven, dat men is gekomen op
het punt, waar men alle hoop en moed Iaat varen.
Wij hooren in den laatsten tijd maar al te vaak ver
kondigen, dat wij zijn gekomen op het laagste peil, dat
logelijk was en dat wij daarop nog wel eenlgen tijd
uilen blijven staan, alvorens weer omhoog te gaan.
Wat ook hiervan waar moge zijn, één ding staat vast,
ïamelijk dat een tentoonstelling als wij heden hebben
,-ehad in zich draagt de kiem voor vooruitgang, en in
;een geval een teruggang of zelfs maar stilstand met
ich brengt. Men spreekt van een vertrouwenscrisis.
Men durft niets nieuws of grootsch te beginnen, men
heeft geen vertrouwen meer in de toekomst. Uw be
stuur heeft getoond, dat het wel wat aandurft, en op
waardige wijze hebt Gy Uw jubileum gevierd Gij hebt
vertrouwen getoond, en laat ons hopen, dat Gij daardoor
ook vertrouwen hebt geschonken aan diegenen, die zoo
langzamerhand radeloos waren geworden. Dit doet mij
denken aan hetgeen ik onlangs las in een weekblad,
waarin vermeld stond, dat juist twee eeuwen geleden
ons land verkeerde in een toestand van hoogen nood,
en dat toen een dichter zijn jammerklachten uitte ia
een rijmpje. De schatkist is geldeloos, de Staten iade-
loos, de burger neringloos, de lasten eindeloos, de
koopman werkeloos, een ieder hopeloos, ten slotte:
alles boos.
Uw bestuur heeft ons getoond, dat dit niet de stem
ming is, waarin Gij verkeert. Gij hebt juist den wil
om beter te maken en het vertrouwen, dat wij weer
vooruit moeten gaan, getoond, en Uw arbeid zal niet
zonder resultaten kunnen blijven.
De droogmaking van de Zuiderzee heeft onze streek
een achterland gebracht, dat wij op Schagen en om
streken zullen moeten trekken. Ons marktwezen zal
daarvan de vruchten moeten plukken en kunt Gij U een.
beter lokmiddel denken dan een tentoonstelling als wij
heden op Uw jubileum hebben gezien?
Dit jubileum, mijne heeren. houdt een belofte ln voor
de toekomst. Er is in 40 jaren veel bereikt en daarop
kunt Gij met trots terugzien. Maar wij weten, dat Gij
thans niet de handen in de schoot zult leggen en van
de vermoeienissen van deze lange periode zult gaan
uitrusten. Neen, wij weten zelfs, dat Gij met onver-
minderden ijver zult voortgaan op den weg, dien Gij
tot heden zoo succesvol zijt gegaan, en dat Uw werk
zaam vertrouwen in de toekomst U de kracht zal geven
om te blijven ijveren voor den voor onze geheele om
geving zoo onmisbaren dag der Paaschtentoonstelling.
Gij zult niet zeggen: wij zijn hopeloos! Dat rijmpje
zijt Gij al weer vergeten, want Gij hebt getoond, dat
het niet op onze omstandigheden past.
Naast dank voor alles, wat Gij voor ons hebt gepres
teerd, past ons dus een „Glück auf" voor Uw toekom
stige werk.
Uw bestuur telt ook verschillende jubilarissen, waar
van de penningmeester al 26 jaar zijn functie bekleedt*
Ook naar hen gaat onze gelukwensch uit. Moge het U
allen, in tentoonstellingsbestuur vereenigd, gegeven wor
den, nog vele jaren Uw mooi werk te doen, tot heil van
Schagen en zijn omgeving, en tot zegen van onze groote
en uitgestrekte plattelandsgemeenschap. Ik moge beslui
ten met een variant op de dichtregelen van Eiber:
Want ondanks de slechte tijden.
Blijft gij vol goeden moed.
Wijl het vuur van beste jaren,
Nog sprankelt in Uw bloed.
Onze tijd ls droef - verdronken.
In een poel van dwaas gepraat,
Moge gij ons blijven toonen,
't Kloeke van de forsche daad!
Door den heer J. Cornelissen, burgemeester, wordt uit
naam van het gemeentebestuur de vereeniging gecompli
menteerd en spr. wijst op de schitterende tentoonstel
ling van vandaag, welke spr. onder leiding van den
Voorzitter heeft gezien. Spr. hoopt dat dergelijke ten
toonstellingen nog vele jaren gehouden zullen worden,
ze brengen welvaart in de gemeente en een groots
toevloed van menschen. die Schagen behoeft Spreker
brengt in herinnering hoe bij het 25-jarig bestaan van
de vereeniging op een groote eereboog werd vermeld
dat een welvarende boerenstand welvaart in 't land
bracht Spr. hoopt dat weer spoedig die welvaart merk
baar zal zijn. Als klein bewijs van hulde biedt spr. na
mens het gemeentebestuur een mooie mand bloemen
aan. Gaarne had het gemeentebestuur ook wat meer
aangeboden, maar ook Schagen is geldeloos en de be
lastingbetalers radeloos. (Applaus).
Een feestmonoloog.
Daarna was het woord aan den heer Louis Contran,
die na een inleidend woord een feestmonoloog uitsprak.
Met groote belangstelling werd de geschiedenis van de
jubileerende vereeniging aangehoord, waarbij tevens
hulde wordt gebracht aan bestuursleden, den Voorzitten
den Penningmeester, den Secretaris, eereleden, burge
meester en gemeenteraad. En aan het einde wordt de
wensoh geuit voor een economisch beteren tijd, een
verderen bloei voor de jubileerende vereeniging en
evenzoo groei van het ledenaantal.
Met een hartelijk applaus wordt den heer Contran/
dank ge/braciht.
En om de officieele stemming plaats te doen maken,
voor een feeststemming, treedt de heer Contran ver
volgens als humorist op, en hij doet dat ook nu weer
op de van hem bekende uitmuntende wijze.
Van de gelegenheid om het Bestuur te complimen
teeren wordt door zeer vele aanwezigen gebruik ge
maakt.
Namens de Kamer van Koophandel voor Hollands
Noorderkwartier voert de heer B. Kuiper het woord,
die naast de reeds beschikbaar gestelde medailles den
gelukwensch vergezeld doet gaan van een bloemstuk.
Als Voorzitter van de afdeeling „Het Witte Kruis'*
complimenteert de heer J. Schoorl Pz. de vereeniging
en hij brengt daarbij in herinnering hoe de Paasch-
tentoonstellingsvereeniging het zijn vereeniging moge
lijk maakte, door finantieelen steun, veel meer voor
de tuberculosebestrijding te doen, dan anders mogelijk
zou zijn geweest. Groote dank en hulde heeft daarom
zijn vereeniging en spr. uit daarom de beste wensohen
voor de jubileerende vereeniging en dat onder de beste
omstandigheden het vijftigjarig jubileum zal mogen
worden gevierd. Spr. biedt naast deze hartelijke wen-
schen eveneens een mooie mand bloemen aan.
De heer Van Erp brengt als lid van de commissie
voor de aanbieding van het vuurwerk dank aan het ge
meentebestuur voor de vergunning tot het afsteken van
fteeds vroeg was bet
enorme drukte op de Gedempte Gracht.