Arrondissementsrechtbank te Alkmaar
Barbara Worth
Rastel
Oude Niedorp.
DE DRIJVENDE GEVANGENIS
VOOR DEN FOLTTIEREGHTER.
ZITTING VAN MAANDAG 19 JUNI.
Alkmaar.
DRIE MAANDEN WAS KEM WAT AL TE
MACHTIG.
In den laten avond van 19 Februari, het zal wel
nacht of morgen geweest zijn, kreeg de heer Willem
Sm., in de wandeling genaamd Poulé, het geweldig aan
den stok met den politieagent Verbaan, die verplicht
■was hem tot de orde te roepen. Het ging er aardig
van langs en Willem Poulé,, die anders ook niet voor
de poes ls. bleek zijn mannetje gevonden te hebben.
Natuurlijk trok Willem in alle opzichten aan het kort
ste eindje, aangezien hij ook nog werd genoteerd we
gens wederspanntgheid. Op 1 Mei hield de Politierech
ter zich met dit zaakje bezig en werd de niet aanwe
zige verdachte, mede op grond van zijn nu niet bepaald
overmatig gunstige reputatie, veroordeeld tot niet min
der dan 3 maanden gevangenisstraf.
Men kan echter van het wel niet copieuze maar
■eer degelijke prison, onlangs door den Politierechter
vermoedelijk niet door persoonlijke proefneming, hoo-
geljjk geprezen, ook wel eens te veel genieten en dus
was de veroordeelde zoo vrij geweest, tegen het barre
vonnis in verzet te komen. Dit verzet werd als intro
ductie voor de komende 51 belastingzaken beschouwd
en genoot dus de primeur. Maar helaas, Willem had
den vogel over 't touw laten vliegen. Hij was 4 dagen
telaat met zjjn verzet en werd dit, wettig maar niet
barmhartig vervallen verklaard.
Maar... hooger beroep is nog toegestaan!
DE GLORIEDAG VAN DEN RIJKSADVOCAAT.
Maandag 19 Juni was weer eens aangewezen voor de
opruiming der opgespaarde belastingzaken en besteeg
de rijksadvocaat het gestoelte der eere, ten einde een
dikke 50 slachtoffers voor diverse belastingtekortko
mingen de boetegelden af te tappen.
Van de 52 opgeroepenen, hadden slechts 8 heeren
aan de roepstem van Hare Majesteit gehoor gegeven.
Blechts 4 konden van het zondaarsbankje, dat voor een
dergelijke sectie verdachten niet is berekend, gebruik
maken.
De eerste gegadigde was een matroos uit Den Hel
der, de heer Petrus van E., die zonder rijwielplaatje
gesnapt was. Hij betaalde voor genezing van zijn
vergeetachtigheid f 5 boete of 1 dag.
De melkslijter ornells J. te Alkmaar werd op den
Kanaaldijk, die heel wat bekeuringen oplevert en dus
een prima autoval blijkt te zijn, overvallen en kon geen
geldige wegenbelastingkaart te voorschijn tooveren. Hij
had vandaag heel wat woorden voorhanden om zijn
verzuim goed te praten. Maar het was niks gedaan
15 gulden boete of 15 dagen.
Vervolgens kwam de beurt aan den expediteur en
volkslogementhouder Alph. Jos. M. te Alkmaar, die op
den Kanaaldijk zijn vrachtautochauffeur had doen rij
den zonder wegenkaart De heer M. trachtte aan te
toonen, dat hij deze nalatigheid niet uitsluitend voor
zijn genoegen had gepleegd f 15 boete of 15 dagen.
De caféhouder-autoverhuurder Corn. v. d. O. te Graft
en zijn opvolger G. J. S-, bloemist te Sassenhelm,
behoorden tot de vetste hanen van de inzending. Hien
werd elk f 25 boete of 10 dagen opgelegd.
De rijksadvocaat en de heer Adolf Sch., autobuson
dernemer te Bergen, waren elkaar weer eens in de
haren gevlogen over het gewicht van een aangehouden
autobus. Als gewoonlijk won Ridder Adolf dit steekspel
en werd hij door den Politierechter vrijgesproken.
De chauffeur Herman Sm. te Alkmaar, moest nog
eens bloeden voor de ontbrekende wegenbelastingkaart
waarvoor zijn patroon Alphons Jozephus M. even te
voren 15 gulden boete had moeten afschuiven. De Po
litierechter vond deze inhaligheid zelf toch óók te kras
en bepaalde de straf op 1 pop of 1 dag.
Een pluimveefokker, voorheen te Heerhugowoord en
thans voortfokkende te Blokker, de heer Dirk S., had
ook captle gekregen met de belastingadministratie,
vanwege een onvertoonbare wegenbelastingkaart. Hij
kon zich van het geheele grapje absoluut niets meer
herinneren en trachtte den politierechter te wijzen op
fouten in de dagvaarding. Hij werd bijzonder vriende
lijk behandeld met een boete van maar 12 gulden of 4
dagen en was nog niet eens dankbaar.
Eindelijk compareerde een los arbeider. Mijndert de
H uit Berkhout, die op 14 Aug. op het Keern te Hoorn
met een oude Chevrolet van zijn broer, voor chauffeur
zonder wegenkaart had gespeeld. Hij kwam er af met
f 5 boete of 1 dag.
Tot slot van de voorstelling was de politierechter
zoo welwillend ons in zijn 8-cylindertje naar ons hutje
aan den Singel te expedieeren, uit welke daad van fa
ciliteit kan worden aangetoond, de aangename ver
standhouding die er bestaat tusschen de rechtbank
autoriteiten en den nederigen persrepresentant.
FEUILLETON.
Dooi
HAROLD BELL WRIGHT
18.
Abe Lee kwam het eerst van allen bij de stalling
waar Texas Joe bij het licht van een lantaarn bezig
was het paard van Worth te ondeizoeken. Er werd
geen woord tusschen hen gewisseld, terwijl ook Abe
Lee het dier nauwkeurig opnam. De anderen stonden
er zwijgend bij en wachtten dat deze beiden hun be
vinding zouden uitspreken.
Wat denk je er van, Abe?" vroeg de Profeei
toen de opzichter zich tot hem wendde.
Abe rolde een cigaret en antwoordde na rijp be
raad, terwijl hij een rookwolk uitblies: „Het paard
komt zonder ruiter van ver weg, dien afstand kan hij
niet te voet afleggen. Wij zullen hem morgenochtend
vroeg gaan zoeken."
Willard Holmes uitte een kreet van verbazing, maar
niemand lette daarop, aangezien de opzichter zich tot
Texas Joe wendde met de vraag: „En hoe heb jij de
zaak bedacht, Tex?"
„Ik had hetzelfde gedacht," was het bondige ant
woord. „Het paard moet ergens zijn vastgebonden en
zich hebben losgerukt, want de teugels zijn gescheurd.
Hij wees naar de riemen die van het gebit afhingen.
„Ook de waterkruik is niet meer aanwezig. Jefferson
Worth is te goed bekend met de woestijn, dat hij de
kruik op het paard zou laten. Waarschijnlijk heeft hij
het paard aan een boom vastgebonden om een heuvel
te beklimmen of iets dergelijks. En toen is het paard
losgebroken en naar zijn stal gehold. Dat moet op een
tamelijk grooten afstand gebeurd zijn, want het dier
was erg vermoeid en dat zou het niet geweest zijn,
als mijnheer Worth niet al een grooten afstand had
afgelegd. Dan zou het paard trouwens ook veel eerder
zijn thuisgekomen. Morgenochtend zal hij ons wel een
rooksignaal geven en in elk geval kan het niet zoo
heel moeilijik zijn, zijn spoor terug te vinden, omdat er
geen wind is. Vindt u goed dat ik er op uitga, mijn
heer?" Hij zag den Chief aan.
OVERTREDING RIJWIELBELASTING.
Corn. Brugman, kruidenier, Schagerbrug; Joannes
Bulter, arbeider, Warmenhulzen; Wijtze Dupon, arbei
der, Anna Paulowna; Petr. v. Eggeraat, matroos, Den
Helder; Willlam E. Beffie, reiziger, Amsterdam; Sjerk
Elzinga, arbeider, Anna Paulowna; Maria Haring,
dienstbode, Hoogwoud; Arie Dirk Huijsman, bloemen-
venter, Den Helder; Jans de Jong, veehoudersknecht,
Valthermond; Gerrlt Jonker, arbeider, Jubbega; Fokke
Kraak, vischventer, Den Helder; Aris Jan Langeveld.
arbeider. Texel; Marius C. Laagman, koopman, Den
Helder; Jac. Pleket, mastlekwerker, zonder vaste woon
plaats; Hillegonda Prins, zonder beroep. Bfeezand;
Anth. Joh. Rosloot, bloemist, Breezand; Tj. v. d. Sloot,
arbeider, Oosterlittens (Fr.); Klaas Smit, arbeider, An-
dijk; Jan Verhoeven, arbeider, Anna Paulowna, allen
5 gulden boete of 1 dag hechtenis.
OVERTREDING WET INKOMSTENBELASTING.
Siebren Alkema, schippersknecht, Hoorn, f 10 boete
of 5 dagen.
OVERTREDING WEGENBELASTING.
Con. Duin, vischhandelaar, Hoorn, f 15 of 5 dagen;
Corn. Eelman, chaffeur, Haarlem, f 5 of 1 dag; Joh.
Adr. Fransen handelaar, Velzen f 15 of 5 dagen; Rom-
ke Grin, vrachtrijder, Zijpe, f 15 of 5 dagen; Meindert
de Haas, arbeider. Berkhout f 5 boete of 1 dag; Joh.
Hartman, snorder, Amsterdam, f 15 of 5 dagen; KW.
Hoffman, handelaar, Rijswijk, f 15 of 5 dagen; Jos. v.
Houten chauffeur, Koedijk, f 15 of 1 dag; Anth. Kahl-
man. Koopman, Hoorn f 15 of 5 dagen; Nic. Klaver,
metselaar. Obdam f 15 of 5 dagen; Klaas Kager, rei
ziger, Alkmaar, f 15 of 5 dagen; Sander Leijdeckers,
bakker, Barsingerhorn, f 15 of 5 dagen; Idem f 15 of
5 dagen; Hendrik van der Linde, beursbediende, Am
sterdam f 5 of 1 dag; Alph. Joz. Mertens, expediteur,
Alkmaar, f 15 boete of 1 dag; Dirk Mulder, winkelier.
Alkmaar f 5 boete of 1 dag; Andr. Vonk, lasscher, Den
Haag, f 15 boete of 5 dagen; Corn. v. d. Oord, café
houder, Graft, f 25 boete of 10 dagen; Hendrik Prins,
expediteur, Purmerend, f 15 boete of 5 dagen; Izak
Pront, autoverhuurder, Amsterdam, f 15 boete of 5 d.;
Gerrit Jan Sap, bloemist, Sassenheim, f 25 boete of 10
dagen; Adolf Schalkwijk, autobusondernemer, Bergen
vrijgesproken; Hermanus Smit chauffeur. Alkmaar, f 1
boete of 1 dag; Th. Joh. Sontrap, expediteur, Utrecht,
f 15 boete of 5 dagen; Dirk Stam, pluimveehouder,
Heerhugowaard, f 12 boete of 4 dagen; Joh. Corn.
Stam veehandelaar, Wognum, f 15 boete of 5 dagen;
Corn. Suizenbroek, koopman, Amsterdam, f 15 boete of
5 dagen; Jos. Alvares Vega, chauffeur, Amsterdam,
f 15 boete of 5 dagen; Lourens Jan Zwagerman, land
bouwer. Hoogkarspel, f 5 boete of 1 dag; Renze Zijl,
los arbeider Wieringen, f 15 boete of 5 dagen; Corn.
Jonker, melkslijter, Alkmaar, f 15 boete of 1 dag.
Vergadering van den Raad op Maandag 19 Juni
1933, des namiddags te 8 ure.
Aanwezig zijn de leden: J. Bakker Jz., G. de Heer,
W. Kolkman, A. Molenaar, W. Slijkerman en J. Wai
boer.
Voorziter: B. J. F. Sutraan Meijer, Burgemeester.
De Voorzitter opent de vergadering en deelt mede,
dat van den heer Van Zoonen schriftelijke mededee-
ling is ontvangen dat hij wegens sterfgeval in rijn
familie verhinderd is de vergadering bij te wonen.
De notulen der openbare vergadering van 31 Maart
1.1. en der openbare spoedeischende vergadering van
13 April j.1. worden vastgesteld.
Ingekomen stukken.
1. Ingekomen- stukken.
a. Verslag van den toestand der provincie Noord
holland over het jaar 1932.
b. Jaarverslag over 1932 van de Vereeniging van
Nederlandsche Gemeenten.
c. Verslag over 1932 van den Vleesohkeurings-
dienst in den kring Barsingerhorn.
d. Ivantschrijving van Gedeputeerde Staten d.d. 17
Mei j.1., no. 96, ten geleide van het goedgekeurd
raadsbesluit van 31 Maart j.1. tot verkooping van het
perceel weiland der gemeente te Zijdewind, ka
dastraal bekend sectie A 300, aan de provincie Noord
holland.
e. Alsvoren d.d. 10 Mei j.1., no. 135, ten geleide van
het goedgekeurd gemeenschappelijk besluit van de
„Ja, jij en Abe, dunkt je dat ook niet?'
Abe verklaarde zich bereid en de mannen gingen
naar hun tenten, terwijl Texas het vermoedde paard
wegbracht
Holmes ging naar den Chef. „Heb ik het goed
begrepen, mijnheer, dat u van plan is vóór morgen
niets te doen?"
De Chef zag hem aan. „Er valt niets te doen, mijn
heer Holmes," zeide hij.
Willard Holmes was verbaasd over wat in zijn oogen
een onvergeeflijke nalatigheid was. „Valt er niets te
doen?" riep hij uit. „Waarom maakt u de mannen
niet wakker en zendt ze in alle richtingen op onder
zoek uit? Mijnheer Worth kan een ongeluk overko
men zijn. Misschien ligt hij daar wel eenzaam te
sterven. Ik kom hier met nadruk tegen op. Het is
afschuwelijk, het is laf en onmenschelijk niets te doen!
Het gezelschap hoorde de luide woordenwisseling en
bleef stilstaan. Terwijl de ingenieur aan het woord
was, rolde Abe Lee een sigaret.
De Profeet antwoordde geruststellend: „Maar, mijn
heer Holmes, wij zouden met een onderzoek, als u
voorstelt, zeker niets bereiken. Zelfs al hadden wij het
honderdvoudige van onze mannen tot onze beschikking,
dan zouden wij dit terrein nog niet kunnen bestrijken.
Wanneer het dag is, kunnen Abe en Tex zijn spoor
volgen en tot hem gaan, zoo snel als hun paarden hen
dragen kunnen. Ook wanneer de ongunstige onderstel
ling waar mocht zijn, dan is ons plan toch het eenige
mogelijke."
„Ik verzet er mij tegen, mijnheer. U behoorde ten
minste een poging te doen. Ik kan er mij niet bij
neerleggen dat er niets gedaan wordt, als er een men-
schenleven in gevaar is. En zeker niet, nu het iemand
als mijnheer Worth betreft. Wanneer er niemand is
die mij wil helpen, dan zal ik alleen er op uit gaan,
en" hier richtte hij zich trotsch op „ik zal niet
nalaten hiervan verslag uit te brengen aan mijnheer
Greenfield en aan zijn vrienden die bij deze onder
neming betrokken zijn.
Bij deze laatste woorden kwam er een eigenaardige
verandering over het wezen van den Profeet en werden
de omstanders een zijde van zijn persoonlijkheid ge
waar, die zelden aan het licht kwam. Zijn oogen scho
ten vuur en zijn gelaat kreeg een scherpe uitdruk
king, toen hij losbarstte met een stem die allen ont
zette: „Wilde u over mij u beklagen! Ga uw gang,
mijnheer, en loop naar den duivel! Ik had al heel wat
dienstjaren, toen u nog een zuigeling was. En al deze
mannen hebben hun werk in de woestijn geleerd, ter
Radeil der gemeenten Nieuwe Niedorp en Oude Nie
dorp tot nadere vaststelling van de pachtsom van de
sluis aan het Oude Niedorperverlaat.
f. Missive van den Minister van Economische Za
ken en Arbeid, d.d. 2 Mei j.1., no 9632 JA, afd. Handel
en Nijverheid, houdende bericht dat de ter openbare
vergadering van 31 Maan jl. vastgestelde verordening
tot wijziging der bij Koninklijk Besluit van 27 Mei
1932, no. 47, goedgekeurde winkeisluitingsverorde-
ning bij Koninklijk Besluit van 26 Mei 1933 no. 20 is
goedgekeurd.
Deze stukken worden voor notificatie aangenomen,
met uitzondering van de verslagen, die vanaf heden
gedurende de maand Juni voor de leden ter inzage
liggen.
g. Rekening en verantwoording der ontvangsten
en uitgaven over 1932 van de Gezondheidscommis
sie, gezeteld te Hoorn.
B. en W. adviseeren tot goedkeuring.
Aldus wordt besloten.
Aankoop woonhuisje.
2. Voorstel tot vaststelling van een besluit, strek
kende tot aankoop van een woonhuisje te Oude
Niedorp no. 32, kadastraal bekend Sectie C 414 (ge
heel) en C 59 (gedeeltelijk).
De Voorzitter licht toe, dat de koopsom f210,— be
draagt, vermeerderd met de kosten van overschrij
ving enz., zoodat de kosten totaal zullen bedragen
ongeveer f235.
Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten.
De begrooting voor 1932.
3. Concept besluiten tot wijziging en aanvulling
van den gewonen dienst der begrooting voor het
dienstjaar 1932 en concept-besluiten tot wijziging en
aanvulling van den Kapitaaldienst dier begrooting.
Vastgesteld wordt de vierde suppletoire begrooting
van den gewonen dienst 1932, met een totaal aan
meerdere uitgaven van f7130.6lJ$, aan mindere uit
gaven f 1300.10, is in uitgaaf van f5830.51^. Hierte
genover staan inkomsten tot een bedrag van f3578.29,
zoodat deze suppletoire begrooting, zooals te voorzien
was, niet meer sluitend was te krijgen.
Voorts wordt vastgesteld een suppletoire begroo-
ting van verzamelposten, aan meerdere uitgaven
f488.50, aan mindere uitgaven f364.07, verschil
f 124.23, waar geen inkomsten tegenover staan.
De derde suppletoire begrooting voor den kapitaals-
dienst sluit in ontvangst en uitgaaf op f 136503, de
vierde suppletoire begrooting in ontvangst en uitgaaf
van f 114980.19.
Kasgeldleening bij het rijk.
4. Voorstel tot het aangaan van een kasgeldleening
van f 5000,met den staat dor Nederlanden ter voor
ziening in de behoefte aan kasgeld voor den loopen
den dienst.
De Voorzitter deelt mede, dat de Minister van Fi
nanciën, in overleg met den Minister van Binnen-
landsche Zaken bereid is aan de gemeente tot 1 Sep
tember a.s. kasgeld te verstrekken tot ten hoogste
f5000,—. onder nader aangegeven voorwaarden en
welke termijn eventueel verlengd zal kunnen wor
den. Wordt goedgevonden.
Dempen van slooten.
5. Voorstel om in werkverschaffing te doen uit
voeren het dempen van slooten of slootgedeelten
door Burgemeester en Wethouders aangewezen.
De heer Waiboer vraagt, hoe B. en W. deze wer
ken denken uit te voeren: in eigen beheer en dan
onder toezicht van de commissie voor werkverschaf
fing of door particulieren?
De Voorzitter antwoordt, van in eigen beheer en
onder toezicht van de commissie voor werkver
schaffing. Met het dempen van twee slooten was men
bezig, maar met één sloot is men opgehouden, n.1. die
grenzende aan den Provincialen weg. De provincie
heeft bezwaar tegen het dempen, omdat zij géén toe
gangsweg tot den Provincialen weg wil. Blijkbaar is
hier een misverstand in het spel en spr. zal de
quaestie gaan bespreken. B. en W. hebben voor het
dempen eenige slooten op het oog; thans zijn er 10
werkloozen, maar het kan gebeuren dat er straks
meer werkloozen komen en dan moeten er werkob-
jecten zijn.
Overeenkomstig het voorstel van B. en W. wordt
besloten.
Crisiszaken.
6. Voorstel om 30 van hoofdsom en rente be
treffende het in 1931 aan J. Ligthart Pzn. te Zijde
wind in 1931 verleend provinciaal tuinderscrediet
voor rekening der gemeente te nemen, indien de Pro
vincie Noordholland 70 van hoofdsom en rente vol
doet, waarvoor zij borg is,
De Voorzitter deelt mede, dat dit voorstel verband
houdt met het faillissement van den betrokken per
soon.
De heer Kolkman vraagt over welk bedrag het
hier gaat.
De Voorzitter deelt mede, dat het hier betreft een
hoofdsom van f500.plus achterstallige rente over
1932 ad. f21.25. van welke bedragen dus 30 voor re
kening der gemeente komt. B. en W. zullen trachten
de gelden te ontvangen.
wijl u op de dansschool in New York ging... Zoo'n
jongetje van moeders pappot zou hier geen vijfhonderd
yards den weg kunnen vinden zonder een gids of een
kompas om u te helpen... Ik sta aan het hoofd van
deze expeditie en wanneer u klachten hebt over mijn
laffe onmenschelijkheld, zooals u dat noemt dan raad ik
u aan uw grieven in uw mannelijke borst op te bergen
en anders stuur ik u morgen aan den dag met den
eersten den besten wagen naar de stad terug en dan
kunt u aan mijnheer Greenfield rapporteeren dat ik
u heb weggestuurd omdat, u uw werk niet verstond en
zelfs niet genoeg begrip had om naar de menschen te
luisteren die het wél verstonden."
Hier haalde de Chef een oogenblik adem. En Willard
Holmes, van wien de roep uitging dat de ervaring die
hij in groote ondernemingen had opgedaan, hem bij de
kapitalisten een bijzonder aanzien verschaft had,
zocht een heenkomen en trachtte daarbij zijn figuur zoo
goed mogelijk te redden.
„Heer in den hemel!" fluisterde Pat met een
heesche stem Abe in het oor, „ik dacht stellig dat de
arme kerel ln den grond zou zinken. Zoo'n geweldige
uitbrander zou den duivel zelfs te machtig zijn ge
weest.' Hij zag den Profeet bewonderend na. „Zou je
deniken dat de man er nu alleen op uit zou trekken?
Hij heeft het tenminste gezegd... Hij meent het mis
schien goed, maar hij heeft er heelemaal geen kijk op."
„Ja, hij zou er toe in staat zijn," antwoordde Abe,
„het zou wel goed zijn, als wij een oogje op hem
hielden. Zeg het aan Tex."
Willard Holmes zag in dat hij zijn Chef zijn veront
schuldigingen behoorde aan te bieden en hij nam zich
stellig voor dat den volgenden ochtend te doen. Maar
zoo min de terechtwijzing van den Profeet als de ver
nedering die hij zich daarbij op den hals had gehaald,
konden zijn gedachten afleiden van Worth die alleen
in de woestijn overnachtte. Het was hem onmogelijk
te slapen. Misschien was Worth En toen hij daar
in zijn dekens gewikkeld neerlag, zag hij in zijn ver
beelding honderd tafereelen van rampen die den ban
kier getroffen konden hebben.
Het was ongeveer twee uur later, toen Pat Abe Lee
op den schouder tikte.
„Het is in orde, Pat," zeide de opzichter, die
onmiddellijk helder wakker was en alle zintuigen tot
zijn beschikking had
„Ik zie daar een licht wegtrekken en de slaapplaats
van den jongen man is leeg."
Weinige oogenblikken daarna hoorde Willard Holmes
LA MARTENTèRE NAAR CAYENNE.
Binnenkort het juiste tijdstip wordt altijd geheim
gehouden vertrekt er weer een Fransch
schip met bestemming naar het
beruchte bagno: Cayenne.
De drijvende gevangenis, die door de Fransche regee
ring wordt gebruikt heet: La Martinière. De z.g. corri-
dortrein brengt de veroordeelden naar de haven. Velen
hunner zullen hun vaderland niet meer terugzien. Slechts
tweevijfde keert na vele jaren misschien weer.
De trein voert de veroordeelden eerst naar de alge
meen© gevangenis in St. Martin de Ré. Een laatste
genade wordt den gevangenen dan nog verleend. Ze
mogen in de citadel hun maaltijden gebruiken, evenwel
scherp bewaakt door Senegalnegers, die hen boven van
de muren af kunnen neerschieten, dit om te voorko
men dat de gedoemden door muiterij de vrijheid zou
den trachten te herinnen.
Dezelfde Senegaleesche troepen gaan mee aan boord.
Om nog een glimp van hun bloedverwanten te zien ko
men vaders, moeders, en kinderen uit heel Frank
rijk naar La Rochelle.
De „Martinière" is een vaartuig van 5000 ton. Het
bevat verschillende vertrekken, bestemd tot herberging
der gevangenen. Ieder dezer lokalen is elf meter lang
en vier breed. Aan de wanden zijn haken om hang
matten aan te bevestigen; de slaapsteden moeten des
ochtends aan de bewakers worden teruggegeven. Overig
meubilair: metalen kannen met water en ruw houten
banken. De tralies der vertrekken zijn driemaal zoo
sterk als die. welke bij het vervoer van wilde dieren
worden gebruikt.
Talrijke voorzorgsmaatregelen tegen rebellie zijn ge
nomen. Het geraffineerdste en wreedste onderdrukkings
middel zijn de heetwaterbuizen, die met de stoomke
tels in verbinding staan.
Bij den geringsten tegenstand kan de officier met
een vijfkantigen sleutel, die de slachtoffers doodssleu-
tel noemen, een deel van het buizensysteem openen,
waardoor de kamer, waar een eventueele muiterij is
losgebroken, met gloeiend heeten stoom wordt gevuld.
Vandaar dat rebellie zelden plaats heeft. Drie jaar
geleden was de laatste maal. Toen werd een cipier
door een gevangene, die hem verzocht voor de tralies
te komen teneinde hem iets gewichtigs mee te deelen,
gewurgd. De dader was waanzinnig geworden. Twee
andere opgeslotenen probeerden het slachtoffer zijn
sleutels te ontfutselen. Een andere wachter kwam na
derbij. maakte alarm en het effect was, dat de cel in
enkele seconden vol heete stoom was. waarna de op
standelingen om genade smeekten en hun aanvoerders
uitleverden.
Het schip is bovendien zoo gebouwd, dat de wachters
nooit door de gevangenen kunnen worden gegrepen, d«
gang tusschen de voorzijden der kooien is breed ge
noeg.
Onwillige gevangenen brengen tun tijd gedurende de
boottocht in aparte cellen door. Men zegt. dat de ge
straften daarin met opgetrokken knieën moeten zit
ten, omdat de ruimte niet toelaat zich te strekken.
De heer Kolkman vraagt, of het de bedoeling is
deze gelden aan den betrokkene te schenken.
De Voorzitter zegt, dat dit in geen geval de bedoe
ling is. Provincie en gemeenten worden nu schuld-
eischers en alles zal gedaan worden om de gelden
terug-te .ontvangen.
Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten.
7. Voorstel om 30 van de door P. Mulder en A.
Klomp aan de Coöperatieve Boerenleenbank te Nieu-
wo Niedorp over 1932 schuldig gebleven rente van de
aan hen in 1931 verleende provinciale tuinderscre-
dieten voor rekening der gemeente te nemen, zullen
de 70 dier rente ten laste der provincie Noordhol-
lond worden genomen.
De rente-achterstand over 1931 moet worden bijge
schreven en de achterstallige rente over 1932 bedraagt
respectievelijk f 17.08 en f 16.—
B. en W. zullen trachten de rente binnen te krij-*
gen. Wordt goedgevonden.
8. Voorstel om 30 van de door na te noemen
tuinbouwers aan de R.K. Coöperatieve Boerenleen
bank te Zijdewind over 1932 schuldig gebleven rente
van de aan hen in 1931 verleende provinciale tuin-
derscredieten voor rekening der gemeente te nemen
indien de provincie Noordholland 70 dier rente
waarvoor zij borg is, voor hare rekennig neemt.
K. Stam te De Weel; G. Jonker te Zijdewind: J.
G. Irapink te 't Veld; M, J. van Baar te Zijdewind;
J. Veldman Cm. te 't Veld; G. Veldman Czn. te De
Weel: P. Ligthart Jzn. te 't Veld; N. Jong Jzn. te
't Veld; G. Kamper te 't Veld; A. Brink te 'tVeld;
G. Portegijs te De Weel; N. H. Post te Zijdewind;
J. van Baar te Zijdewind.
De totale rente-achterstand van deze personen be-
een stem naast hem die hem vroeg: „Zal ik met
meegaan, mijnheer?"
Holmes schrikte als een. zenuwachtige vrouw. Hij
had de nadering van den opzichter niet gehoord. Bij
wijze van een verklaring antwoordde hij: „Ik kan toch
niet slapen. En ik dacht dat ik het spoor toch wel
een klein stukje zou kunnen volgen. Misschien is hij
niet zoo ver weg als u denkt."
Abe had zich den tijd gegund een oigaret te rollen
en zeide toen na eenig nadenken: „Mijnheer Worth
was te paard..."
„Ja," antwoordde de man met de lantaarn, „ik
heb hem vanmorgen zien uitrijden en ik heb het paard
vanavond zien terugkomen... Hier hebt u het spoor.'
Temidden van een nieuwe rookwolk kwamen kalm en
hoffelijk de woorden: „Maar dit is het spoor van een
muildier, mijnheer Holmes. Dat is het muildier van
Manuel Ramirez. Kijk, u kunt zien, het hoefijzer van
den voorpoot is gebroken. Ik had dat gisteren juist
opgemerkt, toen ik Manuel uitzond om een waterput
te zoeken. En bovendien is mijnheer Worth uitgereden
naar het noordoosten en niet in deze richting."
NEGENDE HOOFDSTUK.
Toen Jefferson Worth dien mogen het kamp van
het hoofdkwartier verliet, was hij voornemens naar een
deel van het terrein te gaan dat zuid-oostelijk ligt
van het oude wegspoor van San Felipe, tusschen d«
zandheuvels en het strand. Het land dat ten westen lag
van wat vroeger de zeegolf geweest was, had hij reeds
bezocht, van de delta in het zuiden tot het laagste
punt van het dal in het noorden. Zoodat nog alleen dit
deel in het zuidoosten overbleef.
Het was tegen het middaguur, toen de bankier een
plek bereikt had, waar een lichte verhooging van het
terrein hem een uitzicht verschafte over het omrin
gende land en hij de groep van de zandheuvels gewaar
werd, terwijl hij desgelijks de plaats kon onderkennen
waar het wagenspoor van San Felipe de diepe beek
kruist. Hij was van allerlei gedachten vervuld en was
ongemerkt verder gereden dan hij zelf wel wist. Hij
wilde nu rechtsomkeert maken. Maar het was alsof
het treurspel van de Woestijn hem vasthield. Een
machtig verlangen greep hem aan, nog eens de plek
terug te zien die in zijn herinnering zoo nauw verbon
den was met het kind dat zoo wonderlijk in zijn leven
was binnengekomen en dat hij als zijn eigen dochter
liefhad.
Wordt vervolgd.