Het uitstapje Radioprogramma Het vliegtuig voor iedere beurs Kort verhaal Ook in Duitsehland bestaat» evenals hier in Nederland, waar Pander in de behoefte voorziet, in vliegsport-kringen sedert jaren de wensch een sportvliegtuig te hebben, dat, redelijk gesproken, binnen het bereik van ieders beurs is. Thans wordt aan dezen wensch voldaan door een Saksische, die een dergelijk type in den handel brengt, dat 3800 Mark kost, dus omgerekend tegen den koers van 60 cent, ongeveer 2300 gulden. Bovendien zijn de vleugels samenklapbaar, zoodat de hangar, waarin men zijn toestel dient op te bergen, tot een zoo gering mogelijke ruimte kan worden beperkt. draagt f337.79. waarvan de gemeente dan 30 voor hare rekening neemt- De heer Waiboer vraagt, of deze mcnschen niet in staat zijn de rente te betalen, of dat ze onwillig zijn. De Voorzitter zegt, dal B. en W. de overtuiging hebben, dat met eenigen goeden wil wel wat te be reiken is. B. en W. zullen deze personen oproepen tot een mondelinge bespreking, waarin hen zal worden medegedeeld, dat de gemeente er op staat dat de rente in termijnen wordt betaald, al is het dan maar in kleine bedragen. Het zijn allemaal menschen die rcgeeringscredieten hebben gekregen en het gaat niet op de rente niet te betalen. Eensdeels zij de tijdsom standigheden van invloed, maar naar spr.'s meening wordt er anderdeels wel eens misbruik van die tijds omstandigheden gemaakt. Misschien is ook het be richt in de couranten dat dc provincie 70 van do rente voor haar rekening neemt, oorzaak van de niet- betaling en denkt men vrij van betaling te zijn. Het voorstel van B. en W. wordt zonder hoofdelijks stemming aangenomen. 9. Voorstel om 30 van dc hoofdsom van aan J. G. Impink, te 't Veld, in 1931 verleend tuinderscre- diet wegens opheffing van ziin tuindersbodrijf voor rekening der gemeente te nemen, indien de provincie Noordholland 70 der hoofdsom voldoet, waarvoor zij borg is. De Voorzitter licht toe, dat Impink in 1931 een cre- diet van f350.— heeft ontvangen. Ook hier zal de ge meente dus weer schuldeischer wordan. Wordt goedgevonden. Benoeming. 10. Benoeming van een lid voor de raadcommis- <sic tot schouw van de gemeentelanderijen. ter voor ziening in de vacature, ontstaan door het overlijden van den heer C. de Boer. De Voorzitter deelt mede, dat binnenkort schouw over de gemeente-landerijen moet worden gehouden en het dus gewenscht is, dat in de vacature wordt voorzien. Tot stemming overgaande, wordt de heer A. Mole naar met algemeene stemmen gekozen. De heer Molenaar neemt de benoeming aan en wordt door den Voorzitter gefeliciteeerd met het in hem gestelde vertrouwen. De rondvraag. 11. Rondvraag. Dc heer De Heer vraagt wanneer met het opbou wen van het verbrande huisje zal worden begonnen. De Voorzitter zegt, dat dit in het. bestek is aan gegeven en we! spoedig met den bouw zal worden begonnen. De heer De Heer heeft ook gehoord, dat. het bin- nenschilderwerk niet geheel afgewerkt zou worden. Met het oog op het winkeltje acht spr. dat niet ge wenscht. Dc Voorzitter zegt. dat volgens het bestek het af schilderen later zou plaats hebben, maar in verband met het winkeltje zal spr. er op aandringen dat af schilderen dadelijk plaats vindt. De lieer Kolkman vraagt opheldering over de aan besteding van bedoeld huisje. Hem is ter oore geko men, dat het werk niet aan de laagste inschrijvers is opgedragen. Spr. vindt dit eeri beetje vreemd en do indruk is gewekt, dat de menschen voor de mal zijn gehouden of de centen uit hun zak zijn gejaagd. Dc Voorzitter zegt, dat het niet zoo dramatisch is als dc heer Kolkman het voorstelt. Er is prijsopga ve gevraagd aan verschillende ambachtslieden en in het bestek staat de bepaling dat B. en W. het werk kunnen gunnen aan wie zij willen Zij behoeven dus riet alleen op de inschrijvingssommen te letten, maar ook op de qualiteit. Het timmerwerk is gegund aan den laagsten inschrijver De Boer van Zijdewind, het schilderwerk aan Langedijk. die f2.hooger was dan De Graaf, maar aan wien naar het oordeel van B. en W. en den opzichter de voorkeur gegeven moest worden. Als particulier zal men toch ook aan den besten schilder de voorkeur geven en ook de ge meente moet er op letten dat het beste werk wordt verkregen. Het metselwerk is niet aan de firma Gebr. Boe kei als laagste inschrijfster opgedragen, maar aan Blanken, omdat B. en W, en de opzichter oordeel den. dat Boekei toch een metselaar zou moeten aan stellen, en pas een werk had gekregen. Die inschrij ving scheelde ruim f20.—. Wel is medegedeeld, dat de gunning niet geheel zuiver was gegaan, en dit ia misschien ook den heer Kolkman wel ter oore ge komen, maar dat is toch wel het geval geweest. B. en W. en de opzichter zijn nu overtuigd dat we bui tengewoon goed werk krijgen. De heer Kolkman kan toch de handelwijze van B. en W. niet goedkeuren, dat het schilderwerk van De Graaf niet goed zou wezen, moet nog bewezen worden. Men heeft nu het gevoel dat men gebruikt is om de tong af te likken en spr. kan het niet goedvinden dat als het zoo weinig scheelt men zich niet houdt aan de laagste inschrijving. Men heeft het bestek gekócht, heeft het uitgerekend en op die wij ze tijd en moeite zich getroost. De Voorzitter wijst er op, dat de menschen zich niet teleurgesteld behoeven te gevoelen, want dc be paling staat in het bestek. Spr. blijft van oordeel dat Langedijk een betere schilder is dan Dc Graaf, die daarom nog geen slecht schilder behoeft te zijn. De heer Kolkman zegt, dat er dan nog een schilder was, die anders ten laste der gemeente zou komen. Spr. had dan liever gezien, dat aan dien persoon hei werk was opgedragen. De Voorzitter zegt, dal dit in de vergadering van B. en W. ook een punt van overweging is geweest, rnaar waar alle 3 inschrijvers boven dc begrooting waren, was het toch een beetje gek om het werk aan den hoogsten inschrijver te geven. Een gelukwensch. De heer Waiboer wcnscht den Voorzitter cn ook diens vrouw veel geluk met de vermeerdering van bun gezin en hoopt, dat de kleine in gezondheid moge opgroeien en dat de ouders er vee! pleizier van mo gen ondervinden. De Voorzittei dankt den heer Waiboer voor die felicitatie, die spr. op hoogen prijs stelt en hoopt dat de door den heer Waiboer uitgesproken wenschen in vervulling mogen gaan. De uren in de werkverschaffing. Dc heer Waiboer vraagt hoeveel werkloozen er ge durende den geheelen winter in de werkverschaffing hebben gewerkt. De Voorzitter zegt, dat het aantal wisselde, maar in doorsnee 25 a 30, op het oogenblik 10. Dc heer Waiboer informeert dan naar het aantal uren per dag, dat gewerkt moet worden. De Voorzitter zegt, dat dit afhangt van den aard der werkzaamheden, met baggeren bijv. minder uren dan bij het omleggen van de wegbocht, toen van s morgens 7 uur tot ongeveer half vijf werd gewerkt. De heer Waiboer vraagt, of er werkelijk dien tijd is gewerkt. De Voorzitter zegt, dat het toezicht opgedragen is aan de commissie voor werkverschaffing en waar de heer Waiboer zelf voorzitter van die commissie is, zal de heer Waiboer die vraag zelf beter kunnen beantwoorden. De heer Waiboer zegt. dat hij die vraagt stelt, om dat er een aanmerking is gemaakt en spr. zich ver plicht gevoelt, aan den Voorzitter als hoofd der ge meente die vraag te stellen De Voorzitter raadt den heer Waiboer aan, om als hij een aanmerking heeft, die als zoodanig te plaat sen en niet in den vorm van een vraag. De heer Waiboer zegt dan recht op zijn doel te zul len afgaan en deelt mede, op een gegeven moment bij de werkverschaffing te zijn gekomen en tc hebben geconstateerd dat het werk om kwart voor 12 was ge ëindigd. Met 7 arbeiders is dat 7 kwartier en met 20 man te Zijdewind 20 kwartier. Spr. heeft deze kwes tie in de vergadering van de commissie voor werk verschaffing met B. en W. gebracht, welke vergade ring niet door den burgemeester werd bijgewoond en toen werd geoordeeld, dat het den geheelen winter zoo was gegaan. Als het oordcel vart den raad is, dat die regeling goed is, legt spr. zich daarbij neer, maar spr. meende als voorzitter van de commissie voor werkverschaffing verplicht te zijn. deze kwestie naar voren te brengen. Spr. vindt het niet toelaatbaar en deelt mede, dat een inspecteer van do Ned. Heide maatschappij later aanwezig is geweest en toen deze vijf minuten voor 12 op het werk kwam, alles ge veegd was. De inspecteur heeft toen gezegd dat zoo iets zich niet mocht herhalen, dat men vijf minuten voor 12 mag ophouden. Do Voorzitter verzoekt den lieer Bakker de vraag van den heer Waiboer te willen beantwoorden, om dat spr. niet in dc- vergadering tegenwoordig is ge weest. De heer Bakker zegt, dat de vergadering van de commissie voor werkverschaffing en B. en Wè naai de uiteenzetting van den heer Waiboer hadden ge luisterd en de wethouders en dc leden der commis sie tot de conclusie kwamen dat. er niet zoo'n be zwaar tegen bestond. Dat de menschen binnen het schatfuur nog naar huis loopen of rijden is een be zwaar, en wij oordeelden, dat het in deze streek usance is dat een gedeelte van den tijd van het van en naar het werk gaan, voor rekening van den werk gever wordt gebracht Het is trouwens maar een verschil van 10 minuten en daarvan Komt de helft voor rekening van het rijk. Wij vonden het dan ook de sop van de kool niet waard. De heer Waiboer zegt, er heelemaal niet mee con tent te zijn. Het betreft soms 50 k GO werkloozen en wij hebben onder eedc verklaard, de belangen der gemeente te zullen voorstaan. Spr acht dit niet toe laatbaar. De heer Kolkman zou zeggen, d.ft. de zaak nu in het reine is, cn deze bespreking dus nakaarten is. In den laatsten tijd gaan de menschen 5 minuten voor 12 of klokslag 12 naar huis. Spr. wijst er op. dat de situa tie dezen winter anders was. als de menschen in de sloot hebben gestaan, kan men ze buiten hun boter ham niet laten eten en zou de gemeente voor een onderdak moeten zorgen. De heer Waiboer herhaalt, er lang niet mee con tent te zijn en als spr. als voorzitter der commissie over zooiets zijn mond zou houden, zou iiij het later op zijn bordje krijgen. Spr. deelt mee, dat de voor man Vinke wel binnen het uur van Zijdewind naar Moerbeek kan komen om te eten. Spr. wcnscht deze zaak te geven in handen van B. en W., opdat zij vol gend maal in een prae-advies kunnen mededeelen wie toestemming heeft gegeven, om eerder van het werk te gaan. De Voorzitter denkt, dat niemand toestemming heeft gegeven, maar dat hef de plaatselijke gewoon te was en B. en W. zullen dus we! geen nadere me- dedeelingen kunnen doen. Met belangstelling heefl spr. naar den heer Waiboer geluisterd en B. en W. zullen, als de voorzitter der commissie grieven heeft, daaraan steeds alle aandacht schenken. Overigens meent spr. de discussie over deze zaak te kunnen sluiten. Daar geen der leden meer het woord verlangt, wordt de vergadering door den Voorzitter gesloten. DONDERDAG 22 JUNI. HILVERSUM (296 M.) AVRO.: 8.00 Gramofoonmuziek; 10.00 Morgenwijding; 10.15 Gramofoonmuziek; 10.30 Solistenconcert; 11.00 Knippen van kinderkleeding; 11.30 Voortzetting Solis- tehconcert; 12.00 Lunchconcert door het Omroeporkest 3.00 Naaicursus; 3.45 Gramofoonmuziek; 4.C0 Mevr. Ant. van Dijk spreekt voor zieken en ouden van dagen; 4.30 Gramofoonmuziek; 5.00 Radiotooneel voor *de kin deren; 5.40 Omroeporkest o.l.v. Nico Treep: 6.30 Sport- praatje door H. Hollander; 7.00 Voortzetting concert; 7.30 „Vacantiegangers. Attentie! 800 Vaz Dias; 8-05 Gramofoonmuziek: 8.15 Aansluiting met het Concert gebouw. Concertgebouworkest o.l.v. Paul Abraham; 11.00 Vaz Dias; 11.10 Dansmuziek. HUIZEN (1875 M.) K.R.O.: 8.00 Morgenconcert; N.C.R.V.: 10.00 Gramofoon muziek; 10.15 Morgendienst; 10.45 Gramofoonmuziek; K.R.O.: 11.00 Gramofoonmuziek; 11.30 Godsd, halfuur tje; 12.00 Politieberichten; 12.15 Orkest o.l.v. Joh. Ger ritsen; N.C.R.V.: 2.00 Fraaie handwerken; 3.00 Gramo foonmuziek; 3.40 Zenderverzorging; 4-00 Bijbellezing, daarna concert; 5.00 Mandolinekwintet; 5.45 Handen arbeid voor de jeugd; 6.15 Onze Ned. Monumenten; 6.45 Knippen en Stofversieren7.00 Politieberichten; 7.15 Ceuserie; 7.30 Weekoverzicht; 8.00 Gramofoonmuziek; 8.15 Concert uit de Hooglandsche Kerk te Leiden; 9.45 Lezing: 10.15 Vaz Dias; 10.20 Gramofoonmuziek. LUXEMBOURG (1191 M.) 7.00 Lichte gramofoonmuziek; 7.50 Symphonieconccrt; 8.40 Lichte gramofoonmuziek; 9.55 Dansmuziek. BRUSSEL (509 M.) 12.20 Gramofoonmuziek; 1.30 Concert; 5.20 Idem; 6.50 Idem; 8.20 Idem; 10.30 Gramofoonmuziek. KALUNDBORG (1154 M.) 12.20 Strijkorkest; 8.20 Gewijd concert; 10.35 Omroep orkest. BERLIJN (419 ML» 8.30 Volksliederen; 9.00 Concert; 9.25 Omroeporkest. KONIGSWUSTERHALSEN <1635 M.) 2.20 Gramofoonmuziek; 4.20 Concert; 5.55 Zang; 620 Kamermuziek door Strijkkwartet: 11.20 Dansmuziek. LAXGENBERG (472 M.) 12.20 Populair concert; 1.20 Concert; 4.50 Vespcrcon- cert; 8.25 Vocaal concert; 10.45 Concert. DAVENTRY (1554 M.) 12.20 Orgelconcert door Reginald Foort; 10.05 Concert 8.20 Concert; 9.55 Idem; 11.05 Dansmuziek. PARIJS EIFFEL (1445 M.) 8.05 Gramofoonmuziek. PARIJS-RADIO (1725 M.) 8-05 Gramofoonmuziek: 2.50 Populair concert; 6.30 Gra mofoonmuziek; 7.40 oncert; 9.05 Gramofoonmuziek; 9.20 Roemeensche muziek. MILAAN (331 M.) 8.00 Gramofoonmuziek; 8.50 Opera-uitzending. ROME (441 M.) 8.35 Gramofoonmuziek; 9.05 Symphonleconcert WE ENEN (517 MA 5.45 Solistenconcert-, 9.20 Opera-uitzending; 11.10 Gra- Door G. B. VAN SANTVOOiRT. „En hoe gaat het dan met die koetsier of seffeur?" en Pa van der Duin blikte met een hulpeloos gezicht naar z'n beide alwetende dochters van respectievelijk twintig en achttien jaar. „Nou, niks natuurlijk," snibbigde Liesje, die het zélf niet goed wist. „Ja, wat niks" vinnigde Pa, „daar worde we niet wijzer van. Motte wij voor dat heer se boterham sorge, of neemt ie selvers se kuchie mee?" ,.Nou ja, meende Ma. „da wijst ommers de weg van- zelvers! Late we nou eerst maar d'r es kijke waar we héén motee, vind je ook niet Jaap?" „Ochja natuurlijk" gaf Mientje antwoord voor haar vader, „dat is toch immers allemaal van later zorg!" „Later sorg, later sorg," bromde van der Duin, en hij bebeet z'n peukje sigaar, „jou een sorg, sal je meene". En dan, met stemverheffing, „wie betaalt d'r, jij of ik?' en als er geen antwoord volgde, triomfante lijk rondblikkend: „o, zóó!!" Er was besloten, na gemeenschappelijk overleg, tot een ééndaagsch autotochtje op Maandag over acht da gen. Aanvankelijk was het plan geweest op Zon dag. maar van der Duin en z'n eega, die tot nu toe een auto alleen maar van buiten hadden bekeken, meenden, dat de Zondag veel te druk was voor dergelijke uit spattingen, en. daar Pa z'n vacantie juist die week inging, konden ze feitelijk veel beter op een door-de^weekschen dag gaan. De meisjes voelden meer voor den Zondag, dan zag iedereen je, dat stónd beter. Maandag waren alle kennissen naar hun werk, maar ja... Pa oordeelde kort en bondig dat hij „se hachie d'r niet an waagd,! Mos je die lijst van ongelukken leze in de krante, Maandags! Nee, niks d'r van! ,,'t Was em toch al een onderneming..." en zoodoende was de rijtoer vastgesteld op Maandag over acht dagen. „Ik had zoo gedocht", begon Pa, „asse we nou es naar Scheveningen gonge..." „Da's wel sjiek, ja' oordeelde Lies. „Sjiek, sjiek, begin je weer?, raasde Pa tot zijn jongste spruit. „Jij met je sjiek. Je had een beron motte trouwe..." en dan, plotseling beseffend dat het kind pas achttien jaar was het was verdorie al een vróuw! „affjjn je ken het nóg doen!'" .Maar Scheveningen lijkt mij ook wel leuk," meende Mien het gesprek Je moeten afleiden. „We benne d'r nog nooit geweest, en 't mot héél wat anders zijn as Santfoort. Wat sel ik zegge, hè, veel grootscher", vervolgde Pa z'n betoog. „En dan kenne me daor in de Haag es een beetje toere..." „Dan koope we een houte ham", geestigde moeder. „Hou je op met je gezwam," rijmde Pa. „Gos. wat benne me ouders lollig", vinnigde de brutale Lies, waarop ze een por van haar zuster ontving, met een zacht gefluisterd: „stil nou meid." Conform werd besloten, nadat nog discussie werd gevoerd over het af of niet geven van een fooi. „Niks geen fooie," meende Pa, „da's goed voor de rijkelui. Wij mense onder mekaar doene daor nooit an." „Mo j's oplette, of 't ie 'm anneemt," meende de brutale bakvisch. „Nee, vond ook Mien, „daar ken je niet buiten, Pa!" Voor Mien zwichte Pa. Die was altijd zoo bezadigd, zoo rustig. Mien wist het wel... Dus... er zou een fooi gegeven worden, de tocht zou naar Scheveningen aan, en, de chauffeur zou mee-eten aan tafel. Hier had Lies weer even haar neusje opgehaald, doch onmiddellijk had ze van Pa de volle laag gekre gen: „As je nou nog veel praatjes maakt met je kouwe drukte, gaon je geen eens meer mee. Uit!!" En Liesje zwichtte. Niet mee, dat was wel wat erg hard, juist nu als ze tegen de meisjes van 't atelier zou kunnen opscheppen over Scheveningen en zoo. Alleen Greta was d'n nog geweest, anders geen een! En dan, ze had d'r extra vrij voor mogen vragen. Pa immers iedereen zei „Pa", in navolging van Lies natuurlijk had het doorgedreven om op Maandag ie gaan, nou... dus dan kon hij d'r niks van zeggen, hoewel hij in z'n hart er tegen was om voor zoo'n pretje vrij te vragen. Maar ja, enfin! Zondag toog de heele familie nog eens met oom Gerrit en Tante Sjaan naar Zandvoort. „Dan kan je het verschil pas goed sien," meende Pa, die naar mate de week vorderde, de hoogmoed-allures van zijn dochter ging overnemen. En dan, je kon toch op zoo'n prachtigen dag niet thuis blijven zitten? „Nou", meende Oom Gerrit hartelijk, „jullie boffe maar, meissies, met soofa fader. Ik sou verdorie best mee wille... „Gaon mee!" inviteerde Pa. die heel goed wist. dat zulks voor Oom Gerrit onmogelijk was in verband met z'n werk. „Daor smoes je zoowat", snibbigde Tante, die de „grootdoenerij" van haar familie niet goed kon zet ten. daor smoes je zoowat, en dan gaon jij sekers op de ladder staon, Maondag, niet?" Pa grinnikte. „An me hiel!" „Jaap!" waarschuwde zijn eega, „de kinders!" De kinders echter, eenigszins in de achterhoede ge bleven, wierpen stiekeme lonkjes naar een paar op geschoten jongens op het strand. „As je soo begint, morgen set ik je d'r ijskoud uit!" dreigde Pa die eensdeels de buitengewone toewijding van z'n beide dochters voor de andere sekse afkeurde, doch anderzijds trotsch was op z'n knappe „meide". Hij zou d'r niet mee blijve zitte, zooals z'n broer Ger rit, met se „zure" Aaltje, 't Was me ook wat! Om op te schieten!" Om half elf waren ze thuis dien avond. Kribbig, hangerig, loom van vermoeidheid, verbrand door de zon, die onmeedoogenloos hen had bestraald dien dag. ..Die siene me morgen ook," grappigde Pa nog om de stemming erin te houden, waarop Tante onmiddel lijk reageerde met een: „Ik sien liever alle dage de son in me huis. as een heele week in Scheveninge... „Nou motte we nog pakke", meende Moe, terwijl ze op een stoel neerzeeg. „Wat pakke... mens... bê-je gaor?" informeerde Pa. „D'r is toch niks mee te neme as een pakkie brood voor ieder..." „O. ja?" snauwde Moeder, „en me jas... en me pere plu... en me ouwe schoene voor asse me nieuwe pijn gaan doen..." ..En het fruit... en de ranja... en de bekers..." vulde Lies aan. „En jij mot nog een stukkie an je jumper zette", meende moeder Lies te moeten helpen herinneren, „die is veels te kort." Lies bedwong een heftigen uitval. „Och wat" zeurde ze om af te leiden, „niks te kort. Je bent toch aan het strand. In Scheveningen loopen de dames wel in d'r pyama over het strand." „Kind!" schrok moeder, „hoe kom je aan die on zin!" „Pyama. pyama," meende ook Pa hier zijn dochter te moeten berispen, „is dat soo'n ding met fan die broeke... waore se in slaope? Nou wil jy sekers ook in je nachtjakkie op het strand gaon tippele, niet? Als je 't lef heb, ik waorschouw je... pyama... ik sel je pyama- jen!" en driftig plukte hij aan z'n veter, teneinde z'n Zondgasohe schoenen door pantoffels te vervangen. „En toch is het zoo!" hield de brutale Lies vol, „je zult het zelf zien!" Den volgenden morgen zaten ze gevieren geduldig te wachten om kwart over acht. „Hoe laat komp ie?" in formeerde moeder, waarna vader, vreemd in z'n zwarte pak naar z'n vestzakje graaide. „*s Kijke half nege, ja. half nege. precies..." Moeder nam de pakjes. Het waren er vele. Veertig boterhammen had ze dien ochtend al gesneden en be legd... dik belegd. „Veertig, voor vijf mense, da's acht de man", reken de Pa, „nou dan hei je genog!" Moeder nam de pakjes en gaf Lies een duideltjken wenk. zich van de overige bagage meester te maken. „Sulle we maor niet vast naor benede gaon, man? Dan hoeft-ie niet zoo lang te wachten." Pa vond het goed. Zorgvuldig werd de etage afgeslo ten. en gezamenlijk toog men naar beneden. In het por taal voelde vader in zijn binnenzak... „Lies, gaon es effe naor bofe. 'k Heb me segare ver- gete! Se legge... ja. waor ook?... O. ja, in de alcoof!" Lies pruttelde maar ging. Na de eerste trap gilde ze naar omlaag: „De sleutels." „Sufferd", schold Pa. „Van 't zelfde", vond de achttienjarige. „Hoe laot is et nou. man? vroeg moeder, terwijl ze zenuwachtig door de inmiddels opengetrokken deur, de straat afspiedde. „Zeve over half nege... ik snap d'r niks van", meende j Pa, nogmaals het horloge raadplegend. I „Daar komt er een", juichte Mientje, die er in haar 1 lichtgroene jumper werkelijk niet onverdienstelijk uit zag. De auto suisde aan... reed voorbij. „Da's noppes," vond vader en hij keek nog es op z'n klokje. „Kwart voor nege... ik snap d'r geen snars van..." Het was kwart over negen, toen ze gevieren do drie steile trappen weer opstrompelden en boven do „even- tueele" komst van de auto af te wachten. Om half tien werd er gebeld. Pa verbleekte, moeder stond op, terwijl Lies haastig opentrok. „Kwitantie van Verlaan", werd er van beneden af geroepen. „Wat? Wie? Ken ik niet!" meende Pa kort en krach tig te moeten afkitsen. „Zeker weer verkeerd." „Nee", brulde een stem van onderen, f 27.50 voor garage Verlaan. van de auto!" „Wat", bulderde Pa. „Motte we vooruit betale? Sijne se..." „Man" temperde moeder, „de buren!" Pa kalmeerde. „Komp U effe bove!" Treden kraakten, een kort geloop over de gang, en in de kamer stond dc chauffeur, waarmede Pa had afgesproken. „Ja, kaik es", begon die, „u heb die auto gehuurd, gisteren, en wij benne hier an de deur geweest! Dat u niet ben gaon rije, is onze schuld niet! Maor ik heb me wage voor U den heelen Zondag motte vasthouwe, want nou kon ik hem natuurlijk ineens niet meer kwijt!" „Wat!" brulde Pa. „gisteren, gisteren? Niks gisteren! Vandaog mos je komme. met die auto! Dat sien je toch", dit met een welsprekend gebaar op de aange- kleede menschen en de daaromheen verspreid liggende bagage. „Ja" vond hier echter de chauffeur. „Ik ken nie door de huize kijke, maor u heb selvers met mijn afge sproken van Zondag, aonstaonde!" „Jao, en toen is me vrouw komme segge..." Van der Duin hield op bij een welsprekend gebaar van zijn wederhelft. „Niks me vrouw," stoof deze op, „niks me vrouw! Jü zou gaon segge. as datte we Maondag gonge inplaats van Zondag! Jy en niemand anders!" „Je bent niet wijs", ruziede Pa, met z'n vuist op ta fel slaande. ..jij!" „Jawel", onderbrak hier de chauffeur, „maok u dat maar onder mekaar uit. maar, kijk eens. ik sel eerlijk wese. Ik heb gistere, toen U toch uit was, die auto nog verhuurd voor f 20. Anders had ie me beslist der tig opgebracht, dus betaal u mijn nou die f 10 dan is de saok gesond! ,,'t Is jammer", vervolgde hij, kijkend naar de beteu terde gezichten van de meisjes, ,,'t Is jammer, van van daog benne alle drie de wagens weg, maor as u soms nog idee heb op morge, of soo..." „Niks morge... geen morge en geen overmorge! Ik mot dat kreng van jou niet meer. Hier hei jij je tien gulden man. en ruk nou maor uit met je streke". bul- derde Pa, tot wien het nog steeds niet doordrong, dat hier van een fout zijnerzijds sprake was. „Nou", meende moeder even later, toen de goede kleeren weer waren weggeborgen en de ingepakte bo terhammen weer in de broodtrommel verdwenen, „nou hei je niet alleen geen son in huis, maar ook niet op Scheveninge, 't is fraai!"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1933 | | pagina 8