Door
Barkara Worth
Libië.
Zaterdag 8 Juli 1933.
SCHAGER COURANT.
Derde blad. No. 9308
AL TE IJVERIGE AANHANGERS
Moskous eisch onaanvaardbaar
DE MOOISTE FOTO
Ondanks Volkenbond
De inflatie in Amerika
Noodlottig ongeluk bij Bussum
DOOR TRIPOLITANIË DE OUDE ROMEINEN EN
HUN NAZATEN. EEN GROOTSCHE ARBEID.
VÓÓR DE EINDELOOZE VERLATENHEID.
OP WEG NAAR HET EENZAME FORTJE.
(Van onzen reizenden correspondent.)
SIRTE 500 K.M. oostelijk van Tripoli)
Juni.
ONS eerste doel vanaf de stad Tripoli moest
zijn Benghasi, de hoofdstad van Cyranaica.
Over het algemeen wordt wel het geheele
Italiaansche gebied aan de noordkust van
Afrika Tripolitanië genoemd, maar dit. is onjuist. De
Italianen noemen dit gebied Libië (de oude Romein
sche naam) en verdeelen het in Tripolitanië en Cy
ranaica, die ieder hun eigen gouverneur hebben.
De afstand van de stad Tripoli naar Benghasi be
draagt ruim elf honderd kilometer. Over den toestand
der wegen en karavaansporen tusschen de twee ste
den waren ons de meest uiteenloopende inlichtingen
verstrekt, ook door de weinige rhenschen, die zelf den
tocht al eens hadden gemaakt. De verklaring is ge
makkelijk te begrijpen: er zijn nu eenmaal zwaar
tillende menschen en anderen, die alles zonnig zien.
Maakt zoo'n zwaartillende een reis over een weg van
b.v. honderd kilometer, waarvan vijf en twintig ki
lometer slecht en de rest zeer goed is, dan is volgens
de zwaartillende de geheele weg slecht. Bij den man
met de zonnige oogen doet zich het tegenovergestelde
verschijnsel voor. Hij vergeet het slechte en herinnert
zich alleen het goede. „In drie, hoogstens vier dagen
is de tocht naar Benghasi gemakkelijk te maken"
beweerde er een te Tripoli, maar een ander deed een
somber verhaal over een motorwielrijder, den eeni-
gen man, die den tocht per motorrijwiel aandurfde
en twintig dagen onderweg bleef.
Wij hebben ons aan dit alles niet gestoord, maar
zijn wel zoo verstandig geweest geen reisplan met
verdeeling van den weg in dagtochten op te maken.
We zouden alles aan de omstandigheden overlaten.
Het begin was een aangename verrassing. We von
den een prachtigen asphaltweg, waarover we zonder
eenig bezwaar een flinke snelheid konden ontwik
kelen. Tusschen bebouwde landen en olijfgaarden re
den we, waar zoowel Italianen als Arabieren aan het
werk waren. Daarbij kwam, dat een uit zee komende
wind koelte bracht.
Merkwaardig en grootscli is de arbeid, welken de
Italianen hier in niet meer dan tien jaren tot stand
brachten, want niet meer dan tien jaren werken
de Italianen hier. Weliswaar dateert de bezetting
reeds van 1911, toen het land op de Turken werd ver
overd, doch de eerstvolgende jaren moest er steeds
worden gevochten.Daarna kwam de wereldoorlog,
toen de Italianen hun troepen hard noodig hadden
aan het front in Europa. In dien tijd brak een door
Turksche officieren geleide opstand uit en de Italia
nen konden zich slechts in enkele plaatsen aan de
kust handhaven. Later waren zij weldra weder
meester van den toestand, doch met meer idealisme
met practischen kijk op de werkelijkheid voerden de
machthebbers te Rome voor de vrijwel geheel onge
letterde bevolking van Libië een parlementair stelsel
FEUILLETON.
Dooi
HAROLD BELL WRIGHT
29.
Den avond van den derden dag na Abe Lee's terug
komst in Kingston waren de opzichter en zijn patroon
in het kantoor van den laatste. De uitgraving voor de
electriciteitswerken zou den volgenden dag begonnen
worden en Worth was voornemens onmiddellijk daarna
de stad te verlaten om na een week terug te komen. Zij
werden in hun besprekingen gestoord door het geluid
van een hun welbekende stem die uit het magazijn tot
hen kwam.
„Zoo? Hebben zij het zoo druk? Waarom zouden zij
het ook niet druk hebben? Zij zijn hier toch niet geko
men om een dominootje te spelen..."
Abe kon zijn lachen niet bedwingen. Zij bleven beiden
luisteren.
Deck Jordan hoorden zij zeggen: „Vrienden, je doet
toch beter nu niet naar binnen te gaan. Wanneer je
een beetje geduld hebt, dan komen zij wel voor den
dag."
„Naar binnen gaan? Wie duivel! heeft daarvan
gesproken? Dacht je dan, jij pennelikker, dat wij heele-
maal niet weten hoe het hoort? Ik heb lust je dat eens
flink in te peperen..."
Nu hoorden zij een andere, dreinende stem: „Houd je
bedaard. Deck. Ik en mijn vriend, wij beloven je dat
wij daar niet met geweld zullen binnendringen. Wij
zullen hier vreedzaam ons kamp opslaan, totdat de ver
gadering is afgeloopen."
Abe lachte hartelijk. „Ik dacht wel dat zij hier zou
den komen, zoodra zij het nieuws gehoord hadden..."
En met luider stem: „Vrienden, komt binnen."
Daar verschenen de „ooms" van Barbara. „Verexcu
seer, heeren, dat wij niet eerder onze opwachting zijn
komen maken, maar wij hebben pas gisteren gehoord
in. Dit gaf aanleiding tot de ergste intriges tusschen
de stamhoofden en voerde tot de meest heillooze ver
warring. Het land was er erger aan toe dan ooit, tot
tenslotte, nu tien jaar geleden, werd overgegaan tot
een stelsel, waarbij bekwame Italianen de leiding na
men. Er kon worden gewerkt. Wegen werden aan
gelegd, scholen gebouwd en vooral land werd ontgon
nen, waarbij het er natuurlijk in de eerste plaats op
aan kwam, water tc vinden en dit water aan te wen
den ten bate van den grond. Hiertoe moest veel ar
beid worden verricht en bovendien gaf deze ontgin
ning aanleiding tot wrijving met verschillende stam
men. Enkele bestaande bronnen en putten waren im
mers in handen van stammen, die de omwonenden
en de zwervende Bedoeïnen voor bet water zwaar
lieten betalen. Deze toestand kon natuurlijk niet ge
handhaafd blijven, doch de stammen waren niet
steeds bereid afstand te doen van hun zoogenaamde
rechten op waterputten en bronnen, welke voor hen
goudmijnen waren.
Dor en droog is dc bodem van Libië ook nu nog
voor een groot gedeelte, maai" zelfs de woestijn is niet
volkomen onvruchtbaar. In den Romeinschen tijd en
ook nog later was Libië rijk en had een grooten uit
voer. Vooral met de komst der Arabische veroveraars
veranderde het land snel. Wat de Romeinen hadden
tot stand gebracht, werd vernietigd. Onveiligheid
heerschte overal. De prachtige, akkers werden niet.
meer bebouwd, de olijfgaarden verwilderden, groote
steden gingen ten gronde, het land ontvolkte, armoe
de kwam.
Als de mensch slecht is voor den bodem, wordt
de hemel slecht voor den mensch. Door het verdwij
nen der aanplantingen veranderde ook het klimaat,
werd hard, droog en ruw.
Eeuwen heeft dit geduurd en ook de Turken ver
anderden hieraan niets. De Italianen zijn thans tien
jaar bezig het kwaad te herstellen, wat nog zeer, zéér
veel arbeid vraagt, ook al is reeds veel tot stand ge
bracht. Thans reeds golven in menige streek rijke
gerstvelden of dragen olijfhoomen vruchten, waar nog
slechts weinige jaren geleden wilde woestenij of
steppe, zich uitstrekte. Italiaansche kolonisten zijn ge
komen, landbouwers (tot nu toe ongeveer drie dui
zend) en op hun voorbeeld hebben ook de besten on
der de inlandsche bevolking dc handen aan het werk
geslagen. Aardige huisjes zijn door en voor de kolo
nisten verrezen en dorpjes zijn onstaan of gegroeid.
Handel en verkeer nemen toe, nu de wegen worden
verbeterd en de veiligheid is verzekerd.
Onderweg ontmoetten we zeer weinig automobielen,
meer Arabieren met hun ezeltjes of kameelen.
Toen we ons verder van Tripoli verwijderden, ver
minderde het bebouwde land, maar nu en dan zagen
we groote kudden schapen en geiten onder de hoede
van Arabische herders. Deze kudden blijven natuur
lijk steeds dicht bij de meestal in de schaduw van
palmen gelegen bronnen, waar heel den dag een le
vendige drukte heerscht,.
Te I-Ioms, een half Europeesch, half Arabisch stad
je, ongeveer honderd en twintig kilometer van Tripoli,
aten we iets en trokken na een half uur verder. En
kele kilometers voorbij Homs hielden we evenwel ver
rast stil. Aan de kust liggen daar de indrukwekkende
bouwvallen van Leptis Magna, de oude Romeinsche
stad. Hoe rijk deze stad eenmaal was, ziet men nog
dat u in het land was. Toen ons werk bij de rivier af
geloopen was, zijn wij overgeplaatst naar Nummer Drie
en wij hebben geen nieuws gehoord, totdat er gisteren
iemand in het kamp kwam die een krant mee bracht
en zoo hoorden wij wat er hier aan de hand was. En
hoe is het met de kleine meid?"
„Heel goed", zeide mijnheer Worth. „Zij heeft mij
verzocht haar groeten aan jelui over te brengen."
„Tex, ouwe jongen, wat zeg je mij daar nu van! Ben
je er niet trotsch op, dat je de oom van zoo'n fijn
meisje bent? En vertel mij nu eens, mijnheer, wat ia
daarvan waar dat u een centrale voor electrisch licht
laat bouwen of voor een tramway of iets anders?...
Wij dachten dat dit jonge mensch voor goed heen was
gegaan en het was het verdiende loon voor die heeren
van de Maatschappij die het zelf niet eens weten als
zij een knappen kerel in hun dienst hebben."
„Morgen begint het werk en Abe heeft het toezicht."
„Hoera!", riep de verrukte Ier, „Daar hebt u natuur
lijk menschen voor noodig. Daar kunt u mij en Tex
patent bij gebruiken. Ik geloof bijna dat Nummer Drie
ons morgenochtend niet terugziet"
„Ik heb voor elk van jelui een plaats opengehouden"
zeide Abe lachende. „Als ik nu ook nog de hand op
Pablo kon leggen, dan was ik volmaakt tevreden. Bar
bara heeft mij dringend gevraagd een plaats voor hem
te bewaren. Ik hoor dat hij nog altijd bij de Droge Ri
vier aan het werk is."
Toen de beide bezoekers heengingen, zeide Texas Joe
tot Abe: „Is u er wel zoo zeker van dat Pablo bij de
Droge Rivier aan het werk is?"
„Dat heeft een van de werklieden mij vandaag ge
zegd."
„Dan reken ik er vast op dat hij daar niet lang blij
ven zal."
En toen Abe den volgenden morgen naar het terrein
van het werk ging. was de eerste dien hij daar zag,
niemand anders dan Pablo, de vriend van Barbara. De
Mexicaan begroette den' opzichter met de tentoonstel
ling van een volledig stel hagelwitte tanden.
„Kom je hier werk zoeken?" vroeg Abe.
„Ja, mijnheer. Texas is met twee paarden gekomen.
Zegt dat mijnbeer Abe mij noodig heeft, En de Senonta
zei het ook. En daarom ben ik gekomen..."
„Maar je hebt toch een contract met de Maatschap
pij?"
aan de machtige en tevens sierlijke zuilen, welke
overbleven van de grootsche gebouwen. Goed herken
baar is nog de 'haven, vanwaar eens de voortbrengse
len van dit vroeger rijke land werden uitgevoerd.
Voor mij was er iets ontroerends in deze bouwval
len, die nu nog schoon zijn. Hier verrichtten eenmaal
de Romeinen hun beschavingsarbeid, die later door
uit het oosten gekomen horden werd vernietigd.
Thans, na bijna twee duizend jaar, zijn hier de naza
ten dier Romeinen gekomen om den beschavings
arbeid hunner voorvaderen weder op te nemen.
Bij dc oude Romeinsche stad eindigde evenwel de
aspaltweg en begon 'n mac-adam-weg, die echter ook
goed berijdbaar bleek. Onder deze omstandigheden
werden we overmoedig.
„Van avond kunnen we nog gemakkelijk het fortje
hij Gheddahia of misschien zelfs Buerat el Hsir (390
kilometer van Tripoli) bereiken", zoo meenden we.
Te Misurata, ruim tweehonderd kilometer van Tri
poli, bleven we eens goed eten. Vandaar tot het fortje
Lami te Gheddahia is een afstand van ruim honderd
dertig kilometer en vóór het fortje zouden we geen
druppel water meer vinden. Benzine zouden we de
eerste 275 kilometer niet meer kunnen krijgen. We
vulden daarom onzen watervoorraad aan en namen
nog benzine.
Met een vollen benzinetank verlieten we welgemoed
Misurata, maar even buiten het stadje keken we el
kander eens aan.
Er was geen weg meer, alleen een spoor van ka-
meelpooten en wielen. Vóór ons lag een dorre vlakte,
zand met dun gezaaide kleine distels.
Geen boom, geen huis. niets, niets was zichtbaar,
niets dan de eindelooze verlatenheid, droefgeestig, be
klemmend, waarover fel, meedoogenloos de zon
brandde.
„Hier begint het", zeide mijn makker. „Het schijnt
zoo te blijven tot bij het fortje en misschien nog ver
der."
We hadden evenwel nog tijd in overvloed, want hét
was nog niet laat in den namiddag. Dien avond zou
den we nog gemakkelijk vóór het vallen van de duis
ternis het fortje Lami bereiken om daar te kampee
ren. Zoo dachten wij.
J. K. BREDERODE.
Een „golf van aanbrengerij".
Zakenmenschen worden alleen
om wraakzucht voor het gerecht
gebracht. - Waarschuwend woord
van Hitier.
Tot welke bedroevende excessen de overspannen
„ijver" voor het nationaal-socialisme in Duitschland
leidt, moge blijken uit het volgende:
Naar de Berlijnsche correspondent van de Daily
Telegraph meldt is Hitier dezer dagen in een brief
aan den stadhouder van Brunswijk scherp opgeko
men tegen „aanbrengerij", die in zoo groote mate
toeneemt, dat de rijkskanselier van een „epidemie"
spreekt.
Hij schrijft o.m. dat zakenmenschen meermalen
voor het gerecht worden gebracht, niet omdat hun
aanklagers wenschen dat recht wordt gedaan, maar
omdat zij zich door wraakzucht en persoonlijke eer
zucht laten leiden.
„Indien het Openbaar Ministerie en de politie tot
voorloopige hechtenis overgaan, in elk geval van
aanbrengerij, zullen zij in de eerste plaats dit euvel,
dat uit dagé monschQlijke instincten jjportvloeit en
niet uit-een verlangen naar moreele verheffing des
volks, aanmoedigen. In de tweede' plaats zullen de
leiders van ons zakenleven het gevoel hebben dat
zij als het ware vogelvrij zijn verklaard en dat zou
een verlammenden invloed Kunnen hebben bij de ver
antwoordelijke leiders van ons zakenleven."
Goering en andere nat. soc kopstukken hebben
naar de correspondent voorts herinnert deze „golf
van aanbrengerij" reeds bij herhaling scherp ge
wraakt. maar blijkbaar zijn hun bevelen niet doel
treffend geweest. Dit wordt trouwens bemoeilijkt
door het voortbestaan van wetten en verordeningen
welke menschen, die zekere hun ter oore komende
overtredingen niet aanbrengen, met zware straffen
bedreigen.
Onderhandelingen over Oosterspoorweg
afgebroken.
V.D. verneemt uit Tokio: De Russisch—Mand-
sjoerijsch—Japansche conferentie over den verkoop
van den Chineeschen Oosterspoorweg, die Dinsdag
is begonnen, is reeds spoedig afgebroken. De Mand-
sjoerijsche delegatie verklaarde, dat de Russische
voorstellen niet aanvaardbaar zijn en stelde voor, de
besprekingen te staken. De zitting werd daarop ge
sloten.
Na de conferentie had de Japansche minister van
buitenlandsche zaken een langdurig onderhoud met
den Russischen gezant. Men weet niet of de Japan
ners zullen trachten een compromis te bewerken.
De Mexicaan haalde zijn schouders op en liet weer
zijn witte tanden zien. „Mijnheer Worth en mijnheer
Lee en Tex en Pat zijn het beste gezelschap voor Pa
blo. Wat is de Senorita goed voor mij geweest, toen ik
ziek was en er niemand anders was die mij hielp. En
ons werk in Gods Handpalm is toch eigenlijk een werk
van de Senorita..."
VEERTIENDE HOOFDSTUK.
Een bl\jde thuiskomst.
Bjj het naderen van de moeilijke maanden van den
bijna-tropischen zomer, verzamelde de groote Woestijn
al haar ontzagwekkende krachten waarmede zij den
onweerstaanharen stroom van menschelijke geestkracht
hoopte te keeren. In de verschroeiende winden die
door de bergpassen gierden en over de heete vlakte
voortjoegen, als waren zij uit een gloeiend forunis ont
snapt in het verblindende, pijnverwekkende stof, dat
in de gele wolken van den eenen rand van het dal
naar den anderen zwaaide in de onverbiddelijke
kracht van de zon, in den strakken hemel omhoog,
in het voortkruipende, stille, giftige leven van in-
sekt en kuipend gedierte in den verdorden planten
groei en bovenal in de geheimzinnige begoocheling van
de steeds wisselende luchtspiegelingen in dat alles
openbaarde de Woestijn haar stille, uitdagende kracht.
Het was niet de verheven, plechtige uitdaging van de
bergen met hun onbetreden hoogten van spitsen en
hoogvlakten en een ontoegankelijk gebied van begroeide
rotsen en steile afgronden. Evenmin was het de le
vensvolle tarting van de ongetemde wildernis met haar
duizendvormig leven van boom en plant, van stroom en
vallei. Het was niet de fiere uitdaging van de einde
looze vlakten, zonder weg of spoor en evenmin de
woeste bedreiging van de rustelooze, voortgezweepte zee.
Het was de stille, sombere aanblik van de eeuiwge ver
latenheid die in geduldig wachten had gezegevierd, en
nu op een nieuwe overwinning rekende.
Met strakke beslistheid, met zenuwachtige geest
kracht, onuitputtelijke volharding en een onvermoeide
vasthoudendheid nam de menschenstroom die door den
oppermachtigen handelsgeest voorwaai*ts gedreven werd
de uitdaging aan die hem door de Woestijn werd toe-
geslingerd in dezen tijd van haar hoogste macht.
Portret-Atelier JAC. DE BOER,
Keizerstraat - DEN HELDER.
Er wordl verwoed gevochten in den Graft
Chaco. Opnieuw veie dooden en gewo**
den.
V.D. verneemt uit La Paz:
Van Boliviaansche zijde worden mededeelingcn ge
daan over nieuwe hevige gevechten in den Gran
Chaco, waarmee Bolivië een nieuw alge-meen offen
sief tegen Paraguay heeft ingezet. Aan beide zijden
zouden groote verliezen zijn geleden en een officieel
communiqué zegt, dat in de afgeloopen 24 uur de Bo
liviaansche aanvallen tot een reeks overwinningen
hebben geleid in de strategisch zeer belangrijke sec
tors Nanawa en Gondra.
Versterkt eiland opgeblazen door de Bo-
livianen. 180 dooden, 20 gewonden.
De militaire autoriteiten van Bolivië verklaren dat
de Paraguaansche troepen ten minste twee duizend
dooden en meer dan twee duizend gewonden hebben
verloren in het artillerie- en infantericgevecht nabij
Fort Nanawa. Honderden worden bovendien nog ver-
mist. Met behulp van mijnen had men de bezetting
van het versterkte eiland Nanawa hevige verliezen
toegebracht en van de 200 verdedigei-s, die in het fort
zelf gelegen waren, zouden honderdtachtig zijn ge-
dood.
Het gevecht was het hevigste dat in de algeloopen
maanden en in het bijzonder gedurende de pogingen
van den Volkenbond om te Genève het conflict op
vreedzame wijze bij te leggen, is geleverd.
Reuter meldt nog uit Asuncion: Ook het ministe
rie van oorlog van Paraguay heeft een oorlogsbulletin
gepubliceerd. Daarin wordt medegedeeld, dat de Pa
raguaansche troepen in het district Nanawa den Bo-
livianen een zware nederlaag hebben toegebracht.
Veel oorlogs-materiaal is buit gemaakt en meer clan
1000 dooden en gewonden bleven op het slagveld ach
ter.
Huisvrouw de dupe. Levensmiddelen-
prijzen met 30 tot 60 pet. gestegen.
V.D. verneemt uit New .York: De invloed der in
flatie is reeds merkbaar voor de Amerikaansche
huisvrouwen. De kleinhandelsprijzen voor levensmid
delen zijn met 30 tot 60 pet. gestegen.
De onder-staatssecretaris voor Landbouw, Wallace,
heeft bekend gemaakt, dat tegen woeker op levens
middelen zeer scherp zal worden opgetreden.
Botsing tusschen automobilist en motor-
motorrijder.
Donderdagavond omstreeks half tien is op het kruis-,
punt Fransche KampwegBussumer GrindwegBe
tonweg BussumHilversum, een ernstig ongeluk ge
beurd. De automobilist, de heer E. uit Amsterdam,
kwam vanaf het viaduct en reeds links van het
plantsoen dat op genoemd kruispunt is aangelegd
voor de veiligheid van het verkeer, in de richting van
den Betonweg. Vandaar naderde een motorrijwiel.
Een botsing was niet meer te vermijden. De motor-
rijder, de heer W. uit Amsterdam en de duo-passagier,
eveneens uit Amsterdam afkomstig, kwamen te val
len. Zij zijn beiden met een ernstige hoofdwonde en
een lichte hersenschudding naar de Majella Stichting
te Bussum overgebracht. De bestuurder van den auto
alsmede de inzittenden bekwamen geen letsel.
Slachtoffer overleden.
Nader wordt gemeld: De duopassagier, die bij de.-1
botsing zwaar gewond werd. is in den loop van den
nacht, overleden. Het is de 30-jarige Waker uit Ap-
pingedam. De motorrijder, de eveneens 30-jarige
lerem uit Groningen, woonde met den verongelukten
Waker tijdelijk in Amsterdam. De Bestuurder van.
de auto, een melkwagen, was de 24-jarige Eikelhof
uit Amsterdam. Een inzittende uit clen melkwagen, de
20-jarige Nieuwenhuizen, bekwam v,3n hoofdwonde.
De eene mijl na de andere, de eene bunder na den
anderen, men zou haast zeggen, voet voor voet, ont
rukten de pioniers hun toekomstige akkers aan de ont
zettende machten die daar eeuwen lang hadden ge-
heerscht. Gestadig breidde de levensstroom in het Ko
ningsdal en de landontginning rondom Kingston zich
uit. En ook de bedrijvigheid in de stad zelve nam steeds
toe. In het midden van den zomer spreidde menig kla
verveld, menige mais-akker een pracht ten toon die bij
de vale vlakte van de Woestijn wonderschoon afstak,
terwijl de kanalen zich als zilveren linten kronkelden
door het land.
Behoudens een enkele zeer korte afwezigheid, bleef
Jefferson Worth onafgebroken in Kingston. Zelfs in
de zwaarste beproeving van die verschroeiende dagen,
als een mensch zijn huid voelt indrogen tot krakend
parkament. als de oogen branden in hun kassen en het
een mensch te moede is, alsof elke voehtdruppel in zijn
lichaam was opgeslurpt door de uitdrogende lucht. -
ook toen zelfs gaf Barbara's vader geenerlei onbehaag
lijkheid te kennen. Hij aanvaardde de meest zenuwsto-
rende omstandigheden met al de gelijkmatige gemoeds
rust van iemand, die op alles is voorbereid en er niet
meer dan een alledaagsch ongeval in ziet dat onafschei
delijk aan zijn vér-dragende plannen verbonden is. Wan
neer anderen wier humeur op kookpunt was gebracht,
heftig en twistziek alles vervloekten, de hitte en het
land, de zon en het stof, de Maatscha.ppij en zelfs hun
lotgenooten dan hadden de koele onveranderlijke ge
luiden van den bankier de heilzame uitwerking, dat zij
bun het nut van de zelfbeheersching onder het oog
brachten en hen met nieuwen moed bezielden om te
volharden tot het einde. Menig teleurgesteld en ontmoe
digd pionier die op. het punt stond zijn plannen voor
goed op te geven, vond bij den man, wiens grijs mas
kergezicht alle uitdrukking scheen te missen, nï-euwe
bezieling en nieuwen moed. En intusschen zette het
groote winkelmagazijn zijn politiek voort en onder
steunde de landbouwers die dat verdienden, door een
ruime vrijgevigheid bij de aflevering van hetgeen zij
noodig hadden.
Het was nu de tijd dat James Greenfeild en zijn ven-
nooten van het Koningsdal hun vacantie namen, waar
aan zij zoo zeerbehoefte hadden en in hun buitenvo--
blijf, hetzij dan in de bergen, hetzij aan het strand, een
ontspanning zochten na al de zorgen die het zakenle-