Naar het portaal van Scandinavië 1 -risfo LKMAARSCHE m CAUSERIE Zaterdag 23 September 1933. SCHAGER COURANT. Zesde blad. No. 9352 INDRUKKEN Tweeweeksche Motortocht mar Denemarken. 1 Onder zand bedolven en gestikt. Tjalkschip lek gestooten. Wiley Post met zijn toestel gevallen. Onder de tram. van een OVER DEENSCH BOERENLEVEN. PECH EN EEN „SPOOKACHTIGE" JEUGDHERBERG. III. VANWEGE het met. de kippen op stok paan. waren wc zeer vroeg uit de voeren en de heerlijke ochtendlucht werkte weer zoo prik- kenlend, dat de stemming, zooals steeds, puUi was. Net hadden we wat rondgesjouwd om de boerderij, toen een hoer oo ons afkwam, z'n pet afnam en in het Duitsch tegen ons sprak. Hoera, het mysterie was opgelost: het was de boer de eigenaar \an de 53 bunder! „Nou moet je je mond roeren", was het consigne. Hetwelk braaf werd opgevolgd. De man heette Hanz Niessen, sprak als zoovelen in deze landstreek Duitsch. omdat het gebied voor 1911 aan Pruisen be hoorde. 7.o waren allemaal heel blij, dat ze Denen waren nu; van Hitier moesten ze niets hebben. Het had veel van een kranteninterview: Tloe is de toestand van den landbouw en veeteelt, wat doet de regeering voor jullie, is er dienstplicht, hoe is de volksaard, wat kost een beste koe en wat verdient een knecht? Een somber trekje glijdt over het gelaat van Niessen: De toestand is slecht: de producten brengen boel weinig op en de socialist'sche regeering heeft alleen steun verleend om uitstel van rentebetaling te krijgen. Een goede koe brengt 70 gulden op; onze hoer had een koe gefokt genre „Paasch os", van 1100 pond die hem in Hollandsch geld omgerekend 110 gulden had opgebracht. Denemarken is een groot uitvoerland. Het zal be kend zijn dat de Denen een groot aandeel hadden en voor zoover mogelijk nog hebben - i,.d. Duftschen zuivel- en vleeschinvoer en dat ze plusminus GO van alle bacon leveren dip Engeland binnenkomt. Doordat ze hun munt gelijk met Engeland hebben doen depreciceren, kunnen ze de internationale wed loop bijhouden en de tarievenwaanzin trotseeren: maar: je moet niet zien van hoe weinig en met hoe weinig ze leven. In dc boerenhuizen zie je geen ta pijten en •duur behang. Te ziet geen crapeauds en geen divans en geen haard. Neen, eenvoudig en somber leeft de Deenschc boer. Hij rijdt geen- apto cn kent weinig vermaak of ver tier. Op het platteland zijn geen café s, dans- of schouw burgzalen. We reden somtijden door i of 5 dorpen, waar we tevergeefs naar 'n restaurant uitzagen om ie eten. De meesterknecht, van onzen hooi- had 600 kronen 's iaars of de kroon is thans 35 cent! plusminus 240 gulden per jaar. En als ik u vertel dat genoemd persoon cr s avonds in een knap pakje, de pijp in de hand. hijliep. dan behoef ik u niet verder in te wijden in liet uiterst ingetogen cn zonder grootc evc ncmentén verglijdende Deenschc boeren leven. Dc boer waar wij waren was een man van 28 jaar en had een helder verstand en zijn optreden was zeer beschaafd. Hij toonde ons zijn stallen en een glans van trots straalde uit zijn oogen toen hij ons van het wel en wee, van de „ups cn downs" uit zijn boeren^ectnnn verhaalde. Een Deenschc Zuivelfabriek. Hij keek naar dc zolderingen waar dc bosschen 6troo door dc versleten planken gluurden; naar de ongelijk bestraate en eenigszins verwaarloosde bin nenplaats: naar de naar de witkwast snakkende mu ren en naar de gapingen vertoon en de rieten daken Als het maar even beter werd, dan zou hij den boel eens flink opknappen. Wij hebben tegen den middag afscheid genomen van den boer en dc boerin, tevens herbergsmoeder. Onze trouwe tuf tippelde, lustig den landweg uit en daar gingen wc, nagewuifd door dc bevolking van „Skelbackgaard" We zijn naar Moi.pinark gereden door een lachend landschap met mooie witte kerken en mooie men schen! Daar namen we dc veerboot en anderhalf uur later waren we op Fiinen, het. grootc eiland tusschen Seeland en Jutland. Over Fiinen volgden we de zuidelijkste route, zoo dat we steeds nu eens 100 meter hoog, dan weer vlak aan den waterspiegel de. zee in zicht hielden. Het was een praehtiit, met ongekend mooie verge zichten en doorijkijkjes. Langs uitstekende wegen be reikten we na 25 K.M. een bekoorlijke plaats: Svend borg. Het leek ons een geschikte gelegenheid om den inwendigen mcnsch te versterken in den vorm van wat vruchten na het gebruikelijke „brood endc kaas" aan boord van de veerboot. De gebarentaal hielp ons pruimen en appelen koo- pen en gezeten op den trottoirband verdwenen de vitaminebronnen in onze magen. Als je daar zoo op jc doodlieve gemak vruchten* zat te savoureeren en je oogen van dc rijconcentra- tie rust gunde op de voorbijloopende menschen, trof je dc welgevormdheid van de Denen hun goecle kleeding, 't gemis van de welbekende slentergang en de percentsgewijs hooge bekoorlijkheid van de zwakke sekse. We hadden nog een boottocht voor de bopg! Eerst moest de Kleine Belt overgestoken worden en nu de Groote Belt. De veerbooten waarmede je overgaat, zijn van hel type VlissingcnBreskens. Mot deze bemerking dat er tegelijk mot auto's, ook een paar treinen oprijden. Na de Groote Belt, die we in circa anderhalf uur hadden overstaken, bereikten we Kürsör, de westelijke haven van Seeland. Seeland is het drukste eiland, en al zit men in Körsör nog 105 K.M. van Kopenhagen af. al gauw be merkt. men de aanwezigheid en dc invloed van de hoofdstad. Het raadhuis te Kopenhagen met de 108 meter hooge toren. Ons einddoel was Ringsted, midden op Seeland en nog 45 K.M. van Körsör, waar we om 6 uur de boot verlieten. Edocli onze tuf wilde niet.Hoe wij aanliepen cn hoe krachtige meppen de starter ook kreeg, leven loos bleek de anders nimmer falende motor. Mei waar enthousiasme hebben we natuurlijk de bougie d'r uitgehaald, schoongemaakt en de punten afgekrapt. de onderbreker schoon gemaakt. Hij deed het nog niet! Alhoewel het een bespottelijk gezicht is in zware motorklecding een motor te duwen, hebben we het toch gedaan, net zoolang tot dat een paar lui ons hun bemiddeling aanboden om een „mccanica" te halen. Dat was werkelijk een uiterst vermakelijk geval. Ondergetcekende noch zijn taalgeleerde reisvriena, konden den woordvoerder van de drie mannen ver staan. Eindelijk werd het ons duidelijk, dat één van hen om een monteur zou telefoneeren. En terwijl mijn vriend met een van de hccren een buitengewoon in teressante veldtocht ondernam om een brood te koc- pen, zag ik eensklaps een monumentale B.M.W. aan schuiven met iemand in 't zadel die door 'n met sleu tels en tangen bezwaarde overall kennelijk een „mc canica" was. Ik heb wel eens een handige en vlugge monteur gezien. Maar de snelle tandarts achtige manoeuvres, waarmee deze man bougie en onderbreker er uit „pikte", uiteenschroefde cn ontvuilde, deed mij met ernstige bezorgdheid voor de zwakke constitutie van m'n oud zijkleppertje vervullen. De onderbreker was vastgeloopen, dat was alles en ik borg dit op in het arsenaal van m'n motorkennis. Onderwijl had zich een Duitsch sprekend per soon bij de groeiende, schare gevoegd, die wij allengs om ons N.L. voertuig hadden verzameld. Hij was een goede tolk en alle welwillende woorden die ons als onverstaanbare klanken waren voorbij gegaan wer den opnieuw opgehaald en in hun roc\ten hersteld. Er volgde een sigarettenuitdecling over de. hooiden van de vriendelijke Denen, een hartelijke hanödruk{ oen tot weerziens en met onversaagde blijmoedigheid die wij zelfs in de penibelste oogenblikken niet pleegden te verliezen, donderden we met schoonge maakte onderbreker Seeland in. Wij besloten in verband met het tijdverlies maar op Slagelse aan tc houden. Slagelsc is een heerlijk heid ongeveer ter halver vvege Körsör en Ringsied. Reeds was de zon ondergegaan en wo gaven vol gas om zoo vroeg mogelijk op de plaats van bestem ming te komen. De motor gaf teekenen van „gas- honger" en trok op als een T.T. machine. Totdat, net over het hoogste punt van een „knaap" van een helling een onheilspellend gekraak het vre dige gezoem verbrak. We stonden op i5 meter stil en de oorzaak, die voor de hand lag. was duidelijk. Met een oude schakel uit een verroeste transport fietsketting waarn.ee je op een goeden Zondagavond samen met een fietsenmaker in Callantsoog je ge broken voorketting completeert, rijdt je niet onge straft 1000 K.M. en tenminste niet in heuvelland schap waar je op je derde rijdend je ontste king dicht moet houden cm geen begeleiding te krij gen van aan motorrijders bekend „ijsclijk ge tingel", gelijk aan de allerhoogste tonen van een piano! Een Egyptische duisternis heerschte er reeds toen we Slagelse binnenreden. Wc stopten bij een groepje jongelui, waarvan er twee motorlnarzcn aanhadden. t Is eigenaardig, maar als je je er op toelegt, krijg je en ondefincerbare gave om „mens. non van in- telect", d.w.z. geringe talenkennis te herkennen. Hier ging de vlieger niet op; toch waren we ge red. Want nauwelijks hadden we ecnige Deenschc lettergrepen uitgesproken die tezamen op eenigszins dringend vragende wijze het Deenscie „Jeugdher berg?" vormden, of er zwol een krachtig kopklep- pergeluid aan en onze leidslieden reden ons op een ijlings gehaalden motor vooru't. 't Was een reuze attentie van de lui; het zou moei lijk zoeken geweest zijn! De Jeugdherberg was blijkbaar een oud-pakhuis waarvan de tweede verdieping deels voor J.H. was ingericht. M'n vriend spoedde zich in volslagen duisternis met ware doodsverachting, met éen van de heeren naar boven. Er was geen electrisch Ikht Mede door het onheilspellend gekraak dat van boven weerklonk leek het een behekst huis, waar de vloeren met erw ten waren bestrooid. Een kwartier later was a'les in orde. We zaten op een ruim frisch zaaltje; de vloeren cn trappen kraakten alleen maar vanwege de droogte; een zgn petroleumstallantaarn stond op tafel cn onze mede trekker was een Amerikaansch student uit Chicago. Waarmee ik maar zeggen wilde dat wc niet moch ten mopperen en dat in n vriend met dezen a.s. ar chitect al gauw een heele bcom over bouwstijlen, gewapend beton cn het Hilversumsche Stadhuis had opgezet. Wc hebben den Yankee gepolst over het naderen de Kopenhagen. De berichten hierovei warm gunstig. Er was een goéde groote en gezellige Jeugd-IIer- berg en er was wel wat te kijk ook. Den anderen morgen trokken wc naar Kopenha gen. We passeerden groote bosschen cn aardige meeren en kwamen door de stadjes Sörö, Ringsted en Roskildc. In dit Roskilde resideert de aartsbis schop van de Deenschc kerk, die nog heel sterk met den Staat is verbonden. Nu konden we de nadering van Kopenhagen mer ken. Het verkeer begon drukker te worden cn ein delijk riep het ons herinneringen boven van Neder land. Tegen twaalven reden we de voorstad van Kopen hagen, Frederiksherg, binnen. Die gaat ongemerkt over naar dc hoofdstad. Toen we een prachtige laan doorgereden waren, die den dierentuin begrenst en er een bord „Köbenhavn" stond, maakte zich toch weer even die sensatie, die wij bij het overschrijden van dc Deenschc grens hadden ondervonden, van ons meester: daar had jc nou Kopenhagen... enfin, U be grijpt! Wc schoven regelrecht de binnenstad in en stop ten voor het Raadhuis op het groote Radhusplndsen; zooals bij ons den Dam, hei hartje van de stad. Het verkeer was er niet druk; alhoewel Kopenhagen 800.C00 inwoners heeft, is het er wat drukte betreft, lang geen Amsterdam. We meenden de Deenschc hoofdstad zelfs niet te blamoeren, toen we rustig als in Soendborg op de trottoirband gingen zit-en om de eerste indruk ken te verwerken, ons rekenschap te geven waar we zaten cn eens rond te kijken nar een „intclec- tueel iemand",, in staat om ons in ecnige taal Fransch, Duitsch of Engelseh den weg te wijzen naar dc Jeugd-Herberg. Uit eigen beweging kwam gelukkig al een zoo danig iemand en we boften alweer dat we slechts een 6 a 700 meter hoefden te rijden. De Jeugd-Herbcrg bleek een zaal tc zijn van het gebouw van de Deenschc Christelijke Jongemannen- vcrceniging, dc K.F.U.M., een instelling, op dc zelfde leest geschoeid als de Engelsche Y.M.C.A. De motor kon op de binnenplaats staan en was al dus gemakkelijk en dadelijk bij de hand. Op de zaal, die wij met ten tiental nog onbeken de jongelui deelden, reserveerden we twee bedden en sloegen er voor een dag of vier onze tenten op. Gereed om vandaar uit Kopenhagen en deszclfs omgeving „mitsgaders" een hoekje van Zweden te exploreeren! HENK JONKER Hz. (Wordt vervolgd.) Noodlottig ongeluk te Bloemendaal. 17-ja'rige arbeider het slachtoffer. Donderdagmiddag te omstreeks half.twee is de 17-jarige arbeider J. de Boer uit Haar lem op het terrein van de gemeentelijke zand- graverij te Bloemendaal door het zand bedol ven. Uurenlang is men bezig geweest het slachtoffer te bevrijden, waarvan, toen men het vond, dc levensgeesten natuurlijk reeds waren geweken. Omtrent de toedracht van dit ongeluk vernemen wij, dat De Boer bezig was zand in zijn auto te scheppen, toon plotseling een duin is omlaag gestort, waardoor de jonge man, alsmede de auto onder het zand werdén bedolven. Onmiddellijk heeft men po gingen in het werk gesteld den man te redden, doch deze leverden geen resultaat op, omdat er steeds weer zand omlaag viel. Eerst na twee uur werken, werd het voorstuk van de auto zichtbaar. Daar achter lag het slachtoffer. Eerst tegen den avond is men er in geslaagd het lijk te voorschijn tc halen. Het parket van Haarlem woonde het reddingswerk bij. Behouden binnengebracht. Uit Ameland; Donderdagmiddag om vijf uur heeft het tjalkschip van O. Metz tc Nes (Ameland), dat met steenkolen van Amsterdam kwam, ter hoogte van de krombalg op dc Wadden noodsignalen gege ven. De reddingboot van Hollum en het recherche- vaartuig „Laman de Vries" van Oostmahorn zijn daarop ter assistentie uitgevaren. Het bleek, dat het schip was lek gestooten en dat het reeds half vol wa ter stond. Het recherchevaartuig heeft het in zinken den toestand verkeerende schip, aan boord waarvan zich de schipper en zijn knecht bevonden, op sleep touw genomen en naar de reede van Nes gesleept. Dc reddingboot behoefde geen hulp tc verleenen. Geen levensgevaar. New York; Tc Quincy in den staat Illinois is de wereldvlieger Wiley Post kort na de start met zijn toestel op het vliegveld neergestort, llij werd onmiddellijk naar het ziekenhuis gebracht. Do ver wondingen zijn niet levensgevaarlijk gebleken. Wielrijder onder den invloed van sterken drank. De Wijk, 21 Sept.: Vanmiddag omstreeks half vijf is de 53-jarige landbouwer H. Keizer uit Rui- nerwold, die vermoedelijk onder den invloed van' sterken drank verkeerde, met zijn rijwiel tusschen De Wijk cn Mcppel onder de Dedcmsvaartsche tram geraakt en op slag gedood. Het slachtoffer was ge huwd. Het Jijk is naar Ruinerwold overgebracht. Grootgortbuikenburg opnieuw in angst. - Zullen de rechters toch moeten tippelen? - Nuttelooze ver spilling van Simon de Wit's bes- sensappie en Jaap Hooglands ge marineerde bruinvisschen. - Lijdt de „Telegraaf" aan hallucinatiën of is 't komkommer malaria? - Mr. Van Schaik zal zijn kruiwa gen wel recht houden en zijn rij bewijs niet in gevaar brengen, re ken maar van Jes. - Als er 'n rechtbank moet worden opgebla zen, komt Muggenheuvel aller eerst op de voordracht. - Voor de glazen van het bruine boonen-lo- gement hangt 't kaartje: „vol". - Mr. Willem Wendelaar politieke kampioen-knokker, zwaargewicht, zal er voor zijn dierbare gortbui ken op leus beuken Kijk de kater uit de dakgoot und liebst vaterland kanst ruhig sein. - 'n Zeug met 14 biggen neemt af scheid van het geëerde publiek. Beste Cave Canumiaantjes! Een nogal somnambulistisch getint sensatieberichtje in de Telegraaf, betreffende de reorganisatie der rech terlijke macht en opheffing van rechtbanken, zoo men weet, de ministrieele nalatenschap van mijn ouden vriend Mr. Jan Donner, wiens reïncarnatie nu in den Hoogen Raad plechtig wordt gevierd, heeft ons nijvere Grootgortbuikenburg in een lichtelijk zenuwachtige stemming gebracht, opnieuw is een donkere wolk aan de stedelijke horizon verschenen en vraagt men zich bezorgd af: Dreigt wederom gevaar voor ons dierbaar bezit, dat we zoo met man en macht en hand in hand hebben verdedigd, en waarvan we de overwinning zoo glorieus met Simon de Wits bessenwijn en Jaap Hoog lands gemarineerde haring befuifd hebben? Nu heeft het den schijn of de boedelberedderaar van Excellentie Donner's erfenis het moordzuchtige voor nemen zou kpesteren om alle rechtbanken met uitzon dering van Roermond af te slachten en alleen Roer mond genade te schenken. Nu, ik zou zeggen, laten we ons nog niet te druk maken en ons voorloopig houden aan de „Maasbode", die vermoedelijk beter plaats heeft om door het sleu telgat van Mr. van Schaiks politiek laboratorium te gluren, dan de „Telegraaf," en die het bericht op zijn minst genomen praematuur noemt! Laten we kalm den kater eens uit de dakgoot kijken. De nieuwe minister is 'n gehaaide politieker, die de heele lijdensgeschiedenis heeft meegemaakt en piender genoeg is om te weten, waar in het vorige wetsontwerp de schoen wrong. Ik heb zoo 'n idee. dat hij het heusch niet erger zal maken dan zijn voorganger en bovenal niet den schijn op zich zal willen laden van te laboree- ren aan de ziekte: het bloed kruipt waar het niet gaan kan en speciaal 'n zuidelijke rechtbank in bescherming te zullen nemen. Nee. daar kijk ik dezen jovialen Lim burger, meen ik, niet op aa.n. Als hij met nieuwe ju- stitiebezuinigingen op de proppen komt, dan verwacht ik dat hij eerlijk en onpartijdig zal voorstellen om Haar lem te ontbinden, dit arrondissement onder te brengen onder Grootgortbuikenburg en Groot Molium en het Hof te expedieeren naar Haarlem. Dat is ccn ingrij pende en rationeele bezuiniging op de uitgaven van Justitie. Dan wordt er ruimte gemaakt in Amsterdam en het veel te benauwde gerechtsgebouw in Haarlem, behoeft niet te worden uitgebreid. Grootgortbuikenburg kan der kring Beverwijk, Krom menie, Assendelft, Beemster, Monnikendam, Edam, en Volendam nog wel pruimen. We zijn hier niet voor een klein geruchtje vervaard. Kijk maar in de krant. Op het moment zit de heele pilowsche academie van Grootgortbuikenburg volgepropt met candidaten voor den sukkela-molen! En welke candidaten, die op pro motie wachten! Reuze basseroeten met klinkende na men in de rustieke onderwereld. Kerels, die ze nooit to grazen hebben kunnen krijgen, maar die nu de teedere hand vain moeder Themis in hun nekvel zullen voelen. Ik meen gehoord te hebben, dat zoowat drie en twin tig toffe stosgosers van de vlakte op hun beurt wach ten om geschoren en gekapt te worden. En zoc'n bloeien de onderneming zou vader van Schaik nu naar den grafkelder willen transporteeren? Neen, dat leed zal hij ons toch zeker niet aandoen, waar zelfs de graniet- harde meester Jan Donrier voor de gedocumenteerde argumenten is gezwicht! En, Gode zij lof en dank. we zullen eerstdaags in de politieke kraamkliniek, zaal 2. hebben te beschikken over een zwaar getrainde en ter zake kundige kampi- cenknokker in den populairen persoon van onzen be minden burgervaer, meester Willem Wendelaar, die ens wel in den steek laat maar toch niet zal verzuimen ter bevoegder plaatse met al de kracht van ziel en lichaam voor de belangen van zijn geliefde Gortbuiken tot den dood toe te vechten! Al zou ie potverkoffie zijn jubileumlichtpaal van zijn voetstuk moeten ruk ken om daarmede, als eenmaal de Watergeuzen de Brielsche poort, de vijandelijke stelling te rammeien, ik garandeer jelui, Wilhelmus Orator Maximus zal niet aarzelen! En als straks met het 360ste 8ste October- "estijn onze beminde Juliana, die toont, heelemaal aeen afkeer te hebben van de toffe jongens van de ge stampte pot, spontaan mee zal fuiven en kennis zal maken met de goedbloedige gortbuiken, behoudens uit zonderingen, 'n volk van orde, netheid en regelmaat, dan ben ik er voor 99% procent zeker van dat ze zal zeggen met. haar liefsten glimlach, dat ze haar uiter ste best zal doen om dit voorbeeldige volk, 40 plus en zelfs volvet van deugd, trouw en aanhankelijkheid, voor 'n dergelijke bezuinigingsramp te behoeden. Maar het daghet al in het Oosten, want hier heb ik een bericht uit de 100 procent actieve Opperzwammer van Grootgortbuikenburg, dat mijn geruststellende woorden al dik onderstreept en het zeuwkrampen-stil- lend bericht lanceert, dat na ingewonnen informatie kon worden medegedeeld de ontkenning, dat in de po litieke broedkamer yan Justitie de opheffing van de Grootgortbuikenburger rechtbank wordt overwogen. Dus eveneens overwegende deze niet overwogenheid, mogen wij hopelijk concludeeren: das liebst. Vater land kanst ruig sein, en wij met een voorloopig gerust hart kunnen deelnemen aan de beschouwing der ex positie van 800 pond zware zeugen met 14 welvarende, zogende biggen, gewoonlijk een der grootste attracties van het jaarlijksche landbouwfeest. Compliment van den dag van uw dik toegenegen CAVE CANEM.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1933 | | pagina 21