De avonturen van de Venus.
Terug naar den tijd der Gilden?
Zijn eerste zaak.
Donderdag 12 October 1933.
SCHAGER COURANT.
Tweede blad. No. 9363
De ontbrekende vinger van
de Venus van Medici.
NASPORINGEN NAAR DE ARMEN VAN DE
VENUS VAN MELO.
Dezer dagen is vanuit Athene op ver
schillende stoomschepen een kleine
expeditie naar de haven van Milo
vertrokkenom daar in alle stilte
naar de armen van het Venusbeeld
te zoeken. Twee geleerden hebben dui
kerscursussen gevolgd om de naspo
ringen op den bodem der zee zelf te
kunnen leiden, want de Grieksche ar-
cliaeologen zijn van meening, dat het
beroemde beeld zijn armen in deze
haven verloren heeft.
De avontuurlijke geschiedenis van de Venus
van Milo is tot dusver algemeen naar het rijk der
amusante fabelen verwezer^ Des te verwonderlij
ker schijnt het, dat ernstige geleerden haar thans
tot basis nemen van een onderzoekingsexpeditie
en daarmee haar geloofwaardigheid bevestigen.
Be Venus van Milo, het beroemde beeld
zonder armen.
Honderddertien jaren geleden vond de Griek
sche boer Yorgos bij het ploegen van zijn akker,
die niet ver van het antieke theater lag, naast
andere kunstwerken uit den klassieken tijd, het
wonderschoone Venusbeeld ongeschonden. Hij
legde het op het stroo in zijn schuur en wachtte
af. Hij was verstandig genoeg, de waarde van
zulke kunstwerken te kennen en dacht er niet
aan het voor een appel en ei van de hand te doen.
De eersten, die zich er voor interesseerden, wa
ren de bewoners van Milo, die, om kwijtschelding
van belasting en andere gunsten te bewerken,
hun regeeringshoofd met deze kleine attentie
gunstig wenschten te stemmen. Hun aanbod kon
de hebzucht van den boer intusschen niet bevre
digen. Tijdens de langdurige onderhandelingen
stierf hij en het beeld ging over aan zijn zoon.
Intusschen was de mare van de buitengewone
vondst ook tot Constantinopel en Parijs doorge
drongen. De Fransche regeering zond graaf Mar
cellus uit, de Turksche sultan zijn onderhande
laars. De Turken kwamen het eerst en beloofden
dengene, die het beeld ongeschonden aan den sul
tan bracht, rijkdommen en opneming in den adel
stand. Diep in het geheim en met alle mogelijke
voorzorgsmaatregelen werd door Yorgos en zijn
mannen de nachtelijke overbrenging van de Ve
nus naar het schip en het transport naar Con
stantinopel voorbereid. Men waande zich echter
te veilig. Den'Franschen was het plan verraden;
zij overvielen de lieden van Yorgos, die het beeld
reeds naar de boot hadden gebracht, traden als
overwinnaars uit het handgemeen en brachten
het Venusbeeld aan boord van hun schip. Maar
het was juist het prachtige beeld, dat in den ver
bitterden strijd het zwaarst gehavend was, het
had beide armen verloren!
Al bracht men het heerlijke beeld nu ook, niet
tegenstaande tal van moeilijkheden naar Parijs,
het Louvre heeft toch in zijn verzameling als
schoonste beeld slechts een... romp! En het is dan
ook niet te verwonderen, dat degenen, die thans
de expeditie financieren, Franschen zijn, die aan
het beroemde museum te Parijs nog meerderen
luister willen bijzetten.
Men zal zich tevens de geschiedenis herinne
ren van een ander Venusbeeld, dat in Florence
te zien is: de Venus van Medici. Ook dat is
geschonden, daar het een vinger heeft verloren.
En dat droeg zich als volgt toe
Dit prachtige beeld trok dagelijks duizenden
bewonderaars. Een van de vurigste vereerders,
een schatrijk Engelschman, lord Orseren, een
zonderling, kwam op het denkbeeld met het
beeld te trouwen, daar de godin voor 100.000
pond, die de lord had geboden, niet te koop was.
Het huwelijk, waartegen men zich in Florence
eerst had verzet, werd tenslotte toch inderdaad
voltrokken en wel met alle statie, het huwelijk
van een lord met een Godin waardig. Na het hu
welijk schoof de lord zijn glimlachende steenen
bruid een kostbaren ring aan een vinger van de
rechterhand. Deze ring bestond uit een uiterst
kostbaren ring van kornalijn, waarin een Cupido
was gesneden.
Jarenlang verbleef de lord in Florence en
bracht zijn koele gade dagelijks een bezoek. Na
zijn vertrek liet hij haar den ring.
De bezoekers van het museum konden voortaan
buiten de godin ook nog den kostbaren ring be
wonderen. Een van hen meende meer gerechtigd
te zijn om een dergelijken ring te bezitten dan
een beeld. In een onbewaakt oogenblik trachtte
hij de Venus den ring af te nemen. Op dat mo
ment kwam een zaalwachter te voorschijn en de
op keeterdaad betrapte dief brak van schrik den
vinger af, waarom de ring zat.
Wel werd later de hand door een kunstenaar
zooveel mogelijk hersteld, maar er bleef een
scheur te zien en de kostbare ring ligt, aan een
gouden ketting bevestigd, in het edelgesteenten-
kabinet te Florence als herinnering aan de brui
loft der Venus.
AUTORIJDEN MET DICHTE RAMEN
NIET ONGEVAARLIJK.
Ia het koude jaargetijde moeten de ramen van de
auto als regel tijdens het rijden gesloten worden; hier
bij heeft men echter kans op een benzol- of lichte kool-
monoxyde-vergiftiging, die zelfs tot buikkrampen en
een gevoel van onwelzijn kan leiden.
Daarom is het aan te bevelen, ook bij slecht weer
niet te lang aohtereen In een dichte auto te rijden,
doch desnoods de reis na eenige uren te onderbreken
om intusschen de auto te luchten.
WAT MENIGEEN NIET WEET.
In Oalcutta, de meest bevolkte stad van Britsoh-
Indië, worden meer dan 50 talen gesproken.
Op den Oden October 1871 stond de stad Ohicago in
brand. Hij was den 8sten begonnen, 9 October woedde
hij het hevigst, om eerst den llden bedwongen te
worden. Meer dan 18.000 gebouwen werden vernield.
Radium verliest de helft van zijn waarde in 1800
jaar, onverschillig hoe het verpakt is.
In het district Nikojan, In den Kaukasus, is een pe-
troleumbron gaan spuiten, die per etmaal circa 10.000
ton aardolie naar buiten werpt.
De familienaam van het Engelsche koningshuis is
Windsor, en die van het Belgische Meinrath.
Frankrijk wordt beschouwd als het land, dat d«
beste graslanden heeft.
Historische optochten in Duitschland.
OP 15 OCTOBER A.S. OVERAL GELIJK
TIJDIG TE HOUDEN.
PLAATSELIJKE TRADITIES, WAARMEE
REKENINGE MOET WORDEN
GEHOUDEN.
TOEN in de pestjaren 1515 en 1517 ge
heel Munchen in nood en rouw ver
keerde en niemand zich buitenshuis
waagde, zoodat handel en bedrijven
waren stilgelegd, lokten de gilden de menschen
met 'n nieuwen, vroolijken dans hun huizen uit.
Men schepte weer moed en er volgde een alge-
meene opleving. Deze gebeurtenis is volgens
Nmnmenhof de oorsprong der oude gildeoptoch-
ten. De vroolijke feesten, optochten en dansen
werden door de overheid op alle manieren in de
hand gewerkt; zij stelde den gilden bijv. gratis
stadsmuzikanten en wijn ter beschikking. Men
had er alles voor over, om de bevolking uit haar
moedelooze en lustelooze stemming op te wek
ken. En een soortgelijk doel heeft de tegenwoor
dige Duitsche regeering met haar besluit om
De detective glimlachte. Mijn eerste zaak?
Ja, daarover heb ik in mijn mémoires maar niet
uitgeweid! Ik was toen nog niet officieel detec
tive, dus mag ik het met een goed geweten doen.
Maar ik wil de geschiedenis wel vertellen.
Ik was nog een groene jongen en droomde
ervan, avonturen te beleven, als stoker of ma
troos naar Amerika te gaan, lancllooper te wor
den of detective, enfin, wat zoo'n kwajongen al
lemaal droomt. Hoe dan ook, ik moest avonturen
beleven!
Op jacht naar die avonturen raasde ik op mijn
motorfiets door het land. Zoo kwam ik ergens in
een klein stadje en vond het in opwinding. Men
had een bankbeambte, die op de fiets den weg
naar bet stadje aflegde, aangevallen en beroofd.
Hij verklaarde daarover het volgende: Toen hij
den weg afkwam, zag hij een auto staan en
iemand gebukt erbij, alsof hij iets repareerde.
Toen hij voorbij fietste, richtte de ander zich
bliksemsnel op en wierp hem een doek met chlo
roform in het gezicht. Een signalement kon hij
niet geven. Bij zijn ontwaken merkte hij, dat zijn
geldtasch verdwenen was.
Ik raasde weg op mijn motor, waarheen, dat
wist ik nog niet. Ik dacht echter na. De roover
was nog ergens onderweg, misschien moest hij
den viersprong voorbij, dien ik kende en waar
van één der wegen naar de groote stad voerde.
Ik reed daarheen, maakte den wegwijzer onlees
baar en ging in het hooge gras liggen wachten.
De situatie was niet erg comfortabel, maar ik
voelde me kiplekker. Geladen revolver in den
zak, duizend plannen in het hoofd en een jeug
dig geloof in mezelf en het gelukkig toeval. Ein
delijk kwam er werkelijk een auto. De lampen
zochten hulpeloos over den wegwijzer, de auto
verlangzaamde vaart, stond stil en ik sprong toe
als een tijger uit de struiken. Maar wat ik in mijn
armen hield, slaakte een kreet, die op het angsti
ge piepen van een muis leek en een vrouwenstem
jammerde: Ach, ik zal u al mijn geld geven,
maak me niet dood!
Mooie geschiedenis! Ik wilde een roover van
gen en werd er zelf voor een aangezien. Ik hield
echter het jammerende meisje de afgevallen
autokap liet een allerliefst gezichtje zien nog
stevig vast en gromde: Roep je medeplichtige
te voorschijn. Hoewel ik aan geen medeplichti
gen geloofde! De kleine jammerde en schreide en
beloofde me steeds weer al haar geld en juwee-
len. Ik vroeg, om m'n figuur te redden, barsch:
Hoe komt U midden in den nacht onderweg?
Het meisje zonk, ontzet over mijn stem, op
haar knieën. Ik raapte haar ijlings op en nu
vertelde ze haperend: M'n moeder werd ziek,
ik reed naar de stad om medicijnen te halen, die
overal in Duitschland op 15 October a.s. optoch
ten te laten organiseeren in historische kleeder
drachten of in de werkkleeding der oude gildele-
den, welke optochten zooveel mogelijk in ver
band moeten worden gebracht met plaatselijke
toestanden en historische herinneringen. Dit
maal is het echter niet de pest, die de bevolking
moedeloos heeft gemaakt, doch de werkloosheid!
Men zal dus in menig opzicht een herhaling
van de gildenoptochten kunnen waarnemen. Vele
tradities zullen worden opgerakeld, die reeds
lang alle verband met het heden hebben verlo
ren. Welke slager weet b.v. nog, hoe zijn colle
ga's van eenige eeuwen geleden geheel opgingen
in het schimmenloopen? Van alle gildefeesten
was dit een der schoonste, doch ook een der
duurste, vandaar dat de slagers hun privilege
niet zelden aan de patriciërs verkochten. Het
schimmenloopen was een soort carnavalsbal,
doch dan een, waarbij bijzonder veel geld werd
uitgegeven. Eieren met rozenolie werden verdeeld
onder de toekijkende dorpsschoonen, terwijl er
met volle handen noten onder de menigte werden
rondgestrooid. De schimmenloopersoptocht liet
voorts nooit na om zich over personen of toestan
den vroolijk te maken, soms op weinig kiesche
manier, zoodat de leiders gearresteerd werden en
tenslotte het schimmenloopen geheel werd afge
schaft.
Onschuldiger en niet minder schilderachtig
waren de reidansen om reusachtige voorwerpen,
die het betrokken gilde vertegenwoordigden:
in ons stadje niet te krijgen was. Ik wist, dat heï
gevaarlijk was, maar mijn arme moeder-
Ze snikte. En ik voelde me als de verpersoon
lijking van den ridder van de droeve figuur!
Maakt u zich niet ongerust, suste ik. Ik
ben geen roover. Ik lag op de loer om een roover
te vangen! Hebt U daar dan niet van gehoord?
De kleine bedaarde een beetje. Ze knikte ijve
rig: Ja, een eindje terug hielden ze een auto
aan, met een man erin, die er vreeselijk uitzag.
Ik wist niet waarom het ging. M'n hemel, als ze
hem niet hadden aangehouden, zou hij mij mis
schien... Ze klemde zich aan me vast bij die ge
dachte. Dat was heelemaal niet zoo onprettig.
Hij zag er uit als een boef uit een tuchthuis!
Waarschijnlijk was hij dat ook, zei ik en ik
voelde me getroost over mijn roemloos avontuur
door de nabijheid van dit lieve meisje. Ze was
op de trede van haar auto gaan zitten en ik
ging naast haar zitten en sloeg een arm om haar
heen. Het waren gezellige minuten, die we daar
doorbrachten, terwijl ze allengs heelemaal kalm
en vroolijk werd. Mijn arm trok haar steeds dich
ter tegen me aan en toen ik haar een kus op de
lippen drukte, ontweek ze alleen maar voor den
schijn en lachte. Maar bij den tweeden kus riep
ze: Mijn moeder! Hoe kon ik moeder vergeten!
Ze greep in haar autojas en haalde een fleschje
te voorschijn. Hoe heet het goed ook weer?
Ivuikt allerakeligst! Er zit nog wat in, ruik maar!
Ze had de stop er af genomen en hield me de
flesch onder m'n neus.
Ik snoof. Dat ruikt naar....
Jawel... naar chloroform!
Ik ezel, ik driedubbele doorgehaalde idioot!
Wat een kaffers zijn wij mannen! Niet voor
niets wantrouw ik, zoodra ik in m'n beroep ben,
alles wat er als vrouw uitziet! M'n eerste les was
een goede les! Toen ik bijkwam zag ik eenige boe
ren en een politieagent, die me aangaapten. Ik
zat nog altijd op de trede van een auto, mijn mo
torfiets was echter verdwenen. En het verhaal
over den tuchthuisboef was natuurlijk verzon
nen. Niemand had men gevangen. En dank zij
mijn motorfiets was de kleine duivel ontkomen,
daar men naar een man in een auto had gezocht.
Het scheelde niet-veel of de agent arresteerde me
als medeplichtige! Toen ik me naderhand met
m'n schande opsloot in een hotelkamer, vond ik
in m'n zak een briefje, waarop geschreven stond:
Neem me niet kwalijk, dat ik Uw motorfiets leen,
misschien kunt U de auto in de plaats nemen,
die was wel niet van mij, maar dat hindert niet!
Ik was natuurlijk woedend. Pas veel later heb
ik geleerd te glimlachen, niet zonder een zeker
genoegen, als ik aan die minuten dacht, toen
mijn arm zoo vast om baar heen lag en ze mijn
kus niet ontweek! En nog later ben ik haar
dankbaar geworden, dat ze mij een heilzaam
wantrouwen in alle lieve meisjes had ingeboe
zemd!
Een optocht van schrijnwerkersgezellen
te Frankfort aan den Main.
brooden, vaten, kannen en andere dingen van
geweldige afmetingen, die met vereende krach
ten door de straten werden gedragen. Het meest
bekend is in dit verband de reusachtige braad
worst, die in 1658 te Neurenberg werd rondge
dragen door een dozijn krachtige slagersgezellen.
Zij was 658 ellen lang en woog 514 pond. Het
meeste hoofdbrekens kostte de groote hoeveelheid
peper, die ervoor noodig was, want deze specerij
was destijds nog zeer duur.
Veel geld kostte ook den zwaardendans, die
door de wapensmeden ten beste werd gegeven.
Daarom werd hij slechts eens in de zeven jaar
opgevoerd en ook dan werd hij meestal om finan-
cieele redenen afgelast. Alle deelnemers versche
nen in kostbare zijden gewaden en er werd een
praal ten toon gespreid, zooals men anders
slechts zag bij de groote feesten der aanzienlijke
geslachten.
Vrijwel elke gilde had zijn eigen feestdag. De
kopersmeden van Neurenberg hadden daartoe
b.v. den datum der dag- en nachtevening in het
voorjaar bestemd; op dien dag werd er n.1. in
hun werkplaatsen niet langer bij kaarslicht ge
werkt, doch tot het begin van het koude jaarge
tijde uitsluitend bij daglicht. In een plechtige
processie werd er dan een brandende kaars naar
den oever van de Pegnitz gebracht en in het wa
ter gedompeld. Vele gilden vierden ook hun feest
met vastenavond, wanneer er uit den aard der
zaak reeds een vroolijke, uitgelaten stemming
heerschte. Soms hadden zelfs de onderdeelen van
eenzelfde gilde afzonderlijke feestdagen; de ge
zellen van het lakenmakersgilde trokken bijv. op
Asch-Woensdag door de stad, terwijl hun mees
ters een plechtige optocht hielden op Oudejaars
avond.
De reuzenworsl, die de slagers van Neurenberg eens hadden vervaardigd.