IVOROL
Hoogheemraadschap
Noordhollands Noorderkwartier.
Donderdag 23 November 1933. SCHAGER
COURANT.
Tweede blad. No. 9387
föelftedec&wdsche Jmdpasta
Het gevangenis-oproer te Philadelphia.
Laffe dierenmishandeling.
In het Gemeenlandshuls te Alkmaar werd Woens
dag 22 November de algemeene vergadering van het
bestuur van dit waterschap gehouden.
Voorzitter de heer C. Wydeneg Spaans Jr., dijk
graaf, secretaris de heer J. W. Boersma, penning
meester de heer P. W. Groot, ingenieur de heer P. Tj.
Popper.3.
De Voorzitter opent met een woord van welkom de
vergadering en deelt mede, dat nog een beduidend ge
tal hoofdingelanden en hoofdingelandei>iplaatsvervan-
gers afwezig is. Bericht van verhindering kwam in
van de heeren Haremaker en J. J. Groot.
De notulen worden goedgekeurd.
Ged. Staten hadder. hun goedkeuring gehecht aan
een groot aantal besluiten van de Algemeene vergade
ring betreffende dljkverwerving, overneming wegge
deelten, uitgiften van grond in erfpacht, erz. enz.
Over de invordering van den omslag wordt mede
gedeeld:
Dienst 1931: Het kohier over dit dienstjaar omvat
te 62889 aanslagen tot een totaal bedrag van
fl.162.620.97. Hiervan staan thans nog open 100 aan
slagen, tezamen f 1.319.12.
Dienst 1932: Het voor dit dienstjaar vastgestelde
kohier omvatte 63504 aanslagen, uitmakende een be
drag van f 1.101.197.78. Hiervan staan thans nog open
846 aanslagen, tezamen f 11.552.13.
Het voor het thans loonende dienstjaar vastgestelde
kohier omvat 63935 aanslagen tot een bedrag van
f 966.719.99. Tot heden zijn ontvangen 51837 aanslagen,
tezamen f 755.099.11. De termijn van betaling is gesteld
op 1 October 1933. Aanmaningen zijn nog niet uitge
reikt; met de verzending daarvan zal echter spoedig
een aAnvang worden gemaakt
Deze mededeelingen worden voor kennisgeving aan
genomen.
Benoeming van twee hoogheemraden.
Volgt het opmaken van een aanbeveling voor de be
noeming van 2 hoogheemraden, wegens periodieke af
treding op 1 Januari 1934 van de heeren J. J. Ver-
faille en J. Versteeg Jr.
Voor de vacature J. J. Verfaille wordt de volgende
Aanbeveling samengesteld: no. 1 J. J. Verfaille, met
algemeene stemmen; no. 2 P. J. Walboer, Anna Pau-
lowna; no. 3 G. van der Sluijs na herstemming met
den heer J. Kroonenburg.
Voor de vacature-Versteeg wordt de volgende aan
beveling samengesteld: no. 1 J. Versteeg Jr. met al
gemeene stemmen: no 2 J. Kroonenburg, St Pancras;
no. 3 A. Commandeur, Spanbroek.
Overneming van wegen.
Dijkgraaf en Hoogheemraden stellen voor tot over
neming van een op het aanvullend wegenplan voorko
menden weg met daarbij behoorende bruggen in de
gemeente Jisp in eigendom, beheer en onderhoud, tot
aankoop van enkele perceelsgedeelten, welke in ver
band met de verbreeding bij den weg zyn getrokken,
alsmede om Dijkgraaf en Hoogheemrader te machti
gen tot het aankoopen van nog meerdere perceels
gedeelten of perceelen, welke daarvoor, in verband
met de overneming of de verbetering van voormelden
weg in aanmerking zullen blijken te komen.
De heer C. de Boer merkt op. dat ook uit deze
Voordracht weer blijkt, dat reeds met de werkzaam
heden is begonnen en dat dan de gemeente Jisp, mocht
deze voordracht niet worden aangenomen, garant is
voor de uitgegeven gelden. Als een gemeente daartoe
ln staat is. welk belang is er dan bij, dat het Hoog
heemraadschap tusschen belde treedt als bankier.
De Voorzitter vraagt wat de heer De Boer onder
het woord bankier verstaat. In alle zaken ls het ge
woonte, dat eerst het werk wordt opgeleverd, voordat
betaling volgt. Spr. ziet niet in dat het woord bankier
hier op zijn plaats is. Waarschijnlijk komt de ge
meente Jisp niet eens aan betalen toe. Het nut van
concentratie van wegenonderhoud, dat door Ged. Sta
ten is bepleit, is ons toch voldoende bekend.
De heer JJ. de Boer zegt dat waar de heer C. de
Boer de wegen op den rondgang heeft aanschouwd,
ook hem het nut van concentratie wel duidelijk is ge
worden. Het hoogheemraadschap kan het beter doen
dan de kleine poldertjes.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
Voorstel besloten.
Alsvoren tot overneming van de op het aanvullend
Wegenplan voorkomende wegen, genaamd de Ilper- en
Purmerlander rijweg, met daarbij behoorende brug
gen, in de gemeente Ilpendam, resp. van de banne
Landsmeer en de banne Purmerland (in eigendom),
tot aankoop van enkele perceelsgedeelten, welke ln
verband met de verbreeding bij den Purmerlander
rijweg zijn betrokken en van een perceel, waarop een
deel van den Ilper rijweg is gelegen, alsmede om Dijk
graaf en Hoogheemraden te machtigen tot het aan
koopen van nog meerdere perceelsgedeelten of per
ceelen, welke daarvoor in verband met de overneming
of de verbetering van voormelde wegen ln aanmer
king zullen blijken te komen.
Zonder hoofdelijke stemming goedgevonden.
Wordt voorgesteld tot aankoop van een tweetal per
ceeltjes grond in verband met de wegverbetering te
Obdam en te Hensbroek.
Aldus wordt besloten.
Voor weegbruggen.
Naar aanleiding van een daartoe gedaan verzoek
van den heer A. J. Walboer te Winkel en andere land
bouwers. stellen Dijkgraaf en Hoogheemraden voor, te
besluiten tot uitgifte in erfpacht van een gedeelte van
den Westfrieschen dijk aan het einde van de dorps
straat der gemeente Winkel ten behoeve van het
stichten, hebben en onderhouden van een weegbrug,
en wel voor den tijd van 30 jaren, ingaande 1 Januari
a-s. tegen een erfpachtssom. van f 15 per jaar.
Aldus wordt besloten.
Alsvoren tot uitgifte in erfpacht van een gedeelte
^an den Westerdijk van de Vier Noorderkoggen te
Aartswoud aan J. Schermerhorn en J. de Jong te
Hoorn, ten behoeve van het stichten, hebben en on
derhouder. van een weegbrug, eveneens voor den tijd
van 30 jaar, tegen een erfpachtscanon, groote f 15 per
jaar.
Aldus wordt besloten.
In erfpacht.
Goedgevonden wordt het voorstel tot uitgifte in
erfpacht van het gedeelte van den Walingsdijk onder
Avenhorn, waarop het gemeentelijk transformator-
huisje is gebouwd aan het P.E.N.
Verkoop van een dijksmagazijn.
In verband met de inkrimping van de Dijkwacht en
waarschuwingsdienst stellen Dijkgraaf en Hoogheem
raden voor aan den heer A. Bakker te Durgerdam
Voor f 2000 te verkoopen het overbodig geworden
dijksmagazijn aan den Waterlandschen Zeedijk te
Burgerdam, benevens het erf in erfpacht aan hem
hit te geven tegen een jaarlijkschen canon van f 37.50.
Be koopsom te bestemmen voor extra-aflossing van
een in 1926 aangegane gcddleenlng.
Aldus wordt besloten.
Verkoop van „De Tent."
Bij de weldra te verwachten reorganisatie van den
technischen dienst van het Hoogheemraadschap zal
de betrekking van technisch ambtenaar in het district
Enkhuizen dienen te worden opgeheven. Naar aanlei
ding hiervan werd reeds aan den technisch ambte
naar L. J. Louwers op diens verzoek, in verband met
het bestaande voornemen om zijn betrekking op te
heffen, met ingang van 1 October j.1. eervol ontslag
van het Hoogheemraadschap verleerd. Tengevolge van
een en ander is het aan het Hoogheemraadschap in
eigendom toebehoorend gebouw „de Tent" te Enkhui-
een, met het daarbij behoorend erf, voor der. dienst
van het Hoogheemraadschap overbodig geworden, ter
wijl ook sedert de afsluiting van de voormalige Zui
derzee, het op dit erf staand dijksmagazijn buiten
dienst kan worden gesteld.
Dijkgraaf en Hoogheemraden achten het daarom
wenschelijk deze gebouwen met erf in het openbaar
te verkoopen. tenzij voor de gebouwen met erf bij on-
derhandschen verkoop een redelijke prijs ware te be
dingen.
Niet wenschelijk is het echter in den verkoop van
de gebouwen met erf te begrijpen, het zich aan het
gebouw „de Tent" bevindende wapenbord en de zich
daarin bevindende schouw, welke beide voorwerpen,
als bezittende historische waarde, ten geschenke wa
ren aan te bieden aan de provincie Noordholland, zoo
mogelijk ter aankleeding van het Gouvernementsge
bouw.
Gedeputeerde Staten berichtten dat zij het aan te
bieden geschenk met erkentelijkheid willen aanvaar
den.
Zonder discussie wordt conform het voorstel beslo
ten.
Geldleen Ing.
Ter bestrijding van de kosten van verbetering van
wegen, tot de overneming waarvan werd besloten, ia
het noodlg wederom een leening te sluiten.
Voor de wegen, waarvoor een leening werd gesloten
van f 500.000 bleek, dat dit bedrag niet geheel %-oldoen-
de Js geweest om de verbeteringskosten te bestrijden,
zoodat het noodig is hiervoor nog f 19.500 op te ne
men In de thans te sluiten leening.
Bij de uitvoering van de wegverbetering in de ge
meente Hensbroek en in de gemeente Obdam. bleek de
wenschelijkheid. de wegverbetering eenigszins breeder
op te zetten dan aanvankelijk het plan was.
Tegenover deze meerdere kosten staat echter, dat een
grootere breedte van het rijvak het voordeel heeft, dat
de slijtage van het wegdek minder is en bovendien de
uitkeering van de provincie hooger. Naar de berekening
van D. en H. zullen de meerdere kosten dan ook door
de verhoogde uitkeering der provincie kunnen worden
bestreden.
Voorgesteld wordt, om te komen tot een afgerond
leeningsbedrag, voor den Hoeverweg thans f 260.000 te
leenen. Het restant zal dan in een volgende leening
moeten worden opgenomen.
D. en H. ontvingen een aanbieding oor een leening
van f 200.000 tegen* 4 pet- parikoers, onder beding van
een provisie van 3/16 pet.
Zij achten deze aanbieding zeer aannemelijk, maar
waar de leening van f 300.000 niet terstond behoeft te
worden aangegaan, stellen D. en H. voor. te besluiten:
a, tot het aangaan van een geldleening van f 200.000 te
gen een rente van 4 pet per jaar en tegen parikoers;
b. tot het aangaan van een leening van f 300.000 tegen
een rente van ten hoogste 4% pet. per jaar.
Ook dit voorstel wordt zonder discussie en zonder
hoofdelijke stemming aangenomen-
De begrooting voor 1934. De algemeene
beschouwingen.
Vervolgens komt aan de orde de begrooting voor 1934
en wordt door den Voorzitter gelegenheid gegeven tot
het houden van algemeene beschouwingen.
De heer Uitentuis zegt dat dit wel de laatste ver
gadering zal zijn, die hij als hoofdingeland-plaatsver-
vanger zal bijwonen en dat hij gedurende die 6 jaren
den indruk heeft gekregen dat de zaken hier alleszins
goed worden behartigd, terwijl in het bijzonder de Dijk
graaf steeds met groote welwillendheid de gevraagde
inlichtingen verstrekt Wat de salarisregeling betreft
meent spr. dat er aan de bevoegdheid van de hoofdin
gelanden tekort wordt gedaan doordat tevoren het oor
deel van de organisaties wordt gevraagd. In de eerste
plaats dient dat te gebeuren bij hen die de koorden van
de beurs in handen hebben.
De Voorzitter dankt voor de vriendelijke woorden
van den heer Uitentuis en wijst erop dat het een gebie
dend voorschrift is dat voordat een besluit wordt ge
nomen, de organisaties in de gelegenheid moeten wor
den gesteld haar oordeel uit te spreken. En dat lijkt spr.
wel goed ook, want dan kunnen de redenen tegen el
kaar uitgewogen worden.
De heer C. de Boer vraagt of. nu de commissie-Schou
ten met haar rapport gereed is, en geen normen van
salarissen aangeeft. Dijkgraaf en Hoogheemraden niet
zelf met voorstellen kunnen komen.
De Voorzitter deelt mede, dat dit nu ook de bedoeling
is. Uit de bewoordingen, waarmede de commissie-
Schouten werd geïnstalleerd, bleek dat het de bedoeling
was de salarissen te regelen uit een centraal punt, en
dan zou het niet zakelijk geweest zijn, dat Dijkgraaf en
Hoogheemraden een voorstel deden. De regeering had
blijkbaar aanvankelijk het plan breeder opgezet een
plan echter, dat zeker in de practijk moeilijkheden
gaf. Van Dijkgraaf en Hoogheemraden is nu wel de
gelijk een voorstel omtrent de salarisregeling te ver
wachten en het zal dan ook aan de algemeene vergade
ring zijn om den duur van die nieuwe regeling te be
palen.
Den heer Jlmmlnk heeft het getroffen, dat ln het
voorwoord der begrooting zoo weinig vermeld wordt
over den thans heerschenden noodtoestand voor land
en tuinbouw. Spr. had verwacht dat die toestand van
de belastingbetalers naar voren zou zijn gebracht, doch
bij het doorlezen van de begrooting krijgt men den in
druk dat er geen wolkje aan den hemel is, dat het is
botertje tot den boom, terwijl de werkelijke toestand
toch zoo geheel anders is.
De hoogheemraadschapslasten moeten betaald wor
den. maar ook niet één cent meer. Spr. had over de sa
larisregeling willen spreken, maar zal dat nu nalaten.
Wat het onderhoud van de Hondsbosschezeewering be
treft, herhaaldelijk heeft spr. een onderzoek ingesteld
en en terzake kundig en betrouwbaar persoon heeft
gemeend dat het onkostencijfer gevoegelijk tot de helft
gereduceerd kan worden, zonder aan de veiligheid af
breuk te doen. Nieuwe steenen behoeven er naar spr.'s
meening niet meer te worden aangekocht, groote hoe
veelheden zijn er tusschen de hoofden in het water en
kunnen bij laag water dienstbaar worden gemaakt. Spr.
zou zoo wel meer bezuinigingsmaatregelen kunnen noe
men en verklaart zich bereid daarover in de vergade
ring van het Dag. Bestuur mededeeling te doen.
Meerdere stemmen gaan op. dat de heer Jimmink.
die maatregelen thans dient te noemen en ook de Voor
zitter zal pearne die inlichtingen thans ontvangen.
De heer Jimmink vraagt hoeveel menschen er aan do
Hondsbossche zeewering werken.
De Voorzitter merkt op, dat de heer Jimmink oni
zou inlichten, maar dan moet hij niet vragen stellen.
De Ingenieur deelt mede van tusschen 50 en 70 man.
Den heer Jimmink is medegedeeld van 70 a 80 man,
terwijl er bij het rijk, aan 100 hoofden tusschen Petten
en Huisduinen, gedurende 2/3 deel van het jaar 50 a
60 menschen hebben gewerkt. Spr. vindt dat een groot
verschil en heeft den indruk dat er te veel menschen
aan de Hondsbossche werken. Voor 't opruimen van
vloedmerken is 't dagloon f 4.80, terwijl in spr.'s om
geving een dagloon van f 2.50 a f 3 wordt gegeven.
De Voorzitter antwoordt, dat het niet wijzen op den
nood der tijden dan een verzuim is, waaraan hij zich
heel dikwijls schuldig maakt. Spr. opent de vergadering
steeds met een zeer kort woord en meent dat de heer
Jimmink en ook de andere leden zeer goed met den
nood der tijden bekend zijn. Spr. is nu eenmaal' van
oordeel, dat met „doen" meer te bereiken is dan met
praten. Alleen bij zakelijke behandeling der onderwer
pen wil spr. zóó uitvoerig mogelijk zijn. Met de midde
len, die ons ten dienste staan hebben we steeds ge
tracht de kosten naar beneden te krijgen, en dat blijkt
hieruit dat in 10 jaren tijd de omslag van f 7.80 terug
gebracht is tot f 3.90, dus precies met de helft vermin
derd. Spr. vindt dat heel wat mooier #dan een heel
mooie inleiding te houden.
Wat het onderhoud van de Hondsbossche zeewering
betreft, spr. wil het college of de mijnheer, die aldus
spreekt, graag eens ontmoeten.
Door den heer Jimmink, zegt spr., is gesproken over
steenen, die uit het water te halen zouden zijn. maar
we koopen niet alleen stortsteen, ook zetsteen en die is
belangrijk hooger in prijs dan stortsteen. En onder de
stortsteen is zetsteen te vinden, die niet meer als
zoodanig gebruikt kan worden, doordat er zonnebrand
in zit. Thans zijn we zoo gelukkig, dat de onder
houdskosten voor 19321933 belangijk minder waren,
dat ze voor 1933'34 weer verminderd konden worden
en dat het uitzicht bestaat dat de kosten voor 1934
'35 nog meer verminderd kunnen worden. Dat het rijk
voor 100 hoofden minder personeel gebruikt, spr. be
oordeelt niet graag een andermans werk, maar dat de
onderhoudskosten voor de Hondsbossche aanstonds
weer zullen bedragen de som die vroeger voor de op
richting van het Hoogheemraadschap werd uitgegeven,
vindt spr'. een ding van groote beteekenis. Dat de loo-
nen voor opruiming van vloedmerk hooger zijn dan
voor werk ln het boerenbedrijf, lijkt spr. vanzelfspre
kend. waar het hier betreft een zeer slecht werk,
waarbij de menschen in den winter in een waadpak
moeten werken en doornat van zeewater worden. Het
zijn bovendien vakmenschen, het is eenw erk dat meer
capaciteit en weerstandsvermogen vraagt dan het vak
van boerenarbeider. En in redelijkheid wordt trou
wens getracht de loonen te verlagen.
Door den heer F. Dekker wordt geïnformeerd of het
voornemen bestaat het gebruik van betonnen palen,
wat spr. eer. uitstekende wijze van beveiliging vindt,
voort te zetten.
De Voorzitter deelt mede, dat het beloop van de
glooiing het op bedoelde plaats niet noodig maakt.
De heer D. de Boer zal ta.v. deze begrooting niet
Iets positiefs zeggen, want een paar voorgangers van
spr. hebben reeds ondervonden, dat dit niet gemak
kelijk ls. Spr. herinnert eraan, dat op verzoek van
Ged. Staten het hoogheemraadschap zich bezighoudt
met wegenonderhoud en daardoor aannemer is gewor
den. Uit de begrooting nu blijkt niet of ten opzichte
hiervan de rekening meevalt of niet. Er is wel eens
het vermoeden uitgesproken, dat het risico noodlottig
zou kunnen worden voor het hoogheemraadschap.
Heeft U goede zaken gedaan met het afsluiten van de
contracten?
Spr. vroeg ook het verschil in onderhoudskosten per
KM. van de zeewering, van het rijk en van het Hoog
heemraadschap.
Wat deze vraag betreft, wijst de Voorzitter op het
Broote verschil tusschen de Hondsbossche zeewering
èri het overige gedeelte van de kust van Noordholland.
Als van het gedeelte PettenHuisduinen een stuk
mocht worden afgeslagen is het risico niet zoo groot
en kunnen de hoofden verlengd worden, doch van den
dijk kan het Hoogheemraadschap niets verliezen, daar
is de veiligheid van Noëordholland te nauw bij betrok
ken.
Wat het wegenonderhoud betreft, een jaarlijksch
winstje ls niet te maken, omdat bij het bepalen van
de rijks- of provinciale bijdrage, rekening wordt ge
houden met de overige kosten die ons waterschap
ontvangt Wel mag voor de berekening rekening
worden gehouden met het gebruik dat van onzen
technischen en administratieven dienst wordt gemaakt
en dat is dus een niet onbelangrijk indirect voordeel.
Overigens komt het Hoogheemraadschap er behoor
lijk mee uit
De heer Van der Sluijs concludeert dat het bestuur
met tamelijke voldoening deze begrooting kan beschou
wen. Later zijn er wel stemmen opgegaan, alsof wij het
minder gunstig zouden hebben afgeschoten, maar spr.
heeft nergens een waterschap of instelling kunnen vin
den, dat in 11 jaren tijd een belastingverlaging van 50
pet heeft kunnen bewerkstelligen. Later bleken dan
ook al die onvriendelijkheden verdwenen te zijn. Spr.
echter vindt het nu alleen maar jammer dat de ge
vormde reserve door de verkiezingen is opgemaakt en
we gedoemd zijn ln de komende 6 jaren een nieuwe re
serve te vormen. De pogingen die Dijkgraaf en Hoog
heemraden doen om een betere verhouding tusschen
den aanslag van gebouwd en ongebouwd te krijgen,
juicht spr. toe en spr. vraagt of nogmaals bij de pro
vincie zal worden aangedrongen op verlaging van de
bijdrage aan watersnoodlasten ad f 316.000.
De Voorzitter wijst op de toezegging, die is gedaan,
dat deze zaak ernstig wordt onderzocht en een beslis
sing zal worden genomen. Daarom is ook de beslissing
over den aanslag van gebouwd en ongebouwd nog niet
afgekomen.
In een zeer uitvoerige speech wees de heer Zeeman
op het feit dat Dijk graaf en Hoogheemraden terdege
den moeilijken tijd voor land- en tuinbouw hebben in
gezien en daarom op verlaging van de watersnoodlas
ten hadden aangedrongen. Op de verlaging van den om
slag moeten we niet al te prat gaan, omdat een niet on
belangrijk deel van de verlaging is ontstaan door ver
mindering van de waterschaplasten. Spr. wijst er op
dat voor opheffing of verlaging van die watersnoodlas
ten een strijd moet worden gestreden bij het provinciaal
bestuur en daarom stond spr. perplex dat men de ver
kiezingsstrijd ging voeren onder de leus: „geen poli
tiek in het waterschap."
De Voorzitter verzocht den heer Zeeman zich tot de
zaak zelf te bepalen.
In zijn verdere beschouwing wijst de heer Zeeman
dan op het groote nut van de reconstructie van de
Hondsbossche zeewering, verklaart niet te vinden te
zijn voor de verlaging van het dagloon voor de men
schen, die 't vloedmerk opruimen, wijst op het nut van
wegen aanleg door Noordhallands Noorderkwartier en
acht het beheer van het Hoogheemraadschap zuinig en
goed, immers uit de rapporten van de commissies uit
de Holl. Mij. van Landbouw en van den L.T.B. bleek
niets, wat niet goed zou zijn. Wat de poging betreft,
om wijziging te krijgen in de verhouding tusschen den
aanslag van gebouwd en ongebouwd, spr. verwacht
daar actie tegen door den middenstand.
De Voorzitter zegt dat de mogelijkheid bestaat dat
het belang van den middenstand in 't gedrang komt,
maar wij hebben gemeend niet anders dan de billijk
heid te mogen dienen.
De heer D. de Boer informeert nog naar het oordeel
over het gebruik van betonhoofden, bij het Rijk in toe
passing en welke vraag uitvoerig door den Voorzitter
en den Ingenieur wordt beantwoord.
Bij de postgewijze behandeling der begrooting wordt
geen enkele op- of aanmerking gemaakt, zoodat do
begreoting onveranderd, zonder hoofdelijke stemming
wordt vastgesteld.
Omdat de samenstelling van het bestuur thans nog
niet bekend is, wordt het benoemen van een commis
sie voor het nazien der rekening over 1933, aan. den
Voorzitter overgelaten.
De Voorzitter deelt mede, dat de pogingen, tot aan
koop van grond tot verbetering van den Hoeverweg, op
den onwil van enkele grondeigenaren zijn gestuit en
het Bestuur nu machtiging vraagt stappen te doen tot
onteigening opdat de werkloozen van Alkmaar met dit
werk kunnen beginnen.
De heer Zeeman zegt dat de weg oorspronkelijk van
de gemeente Alkmaar was. Moet nu die stap gedaan
worden door het Hoogheemraadschap of door de ge
meente Alkmaar?
De Voorzitter deelt mede, dat de gemeente Alkmaar
zich t.a.v. de kosten tegenover het Hoogheemraadschap
heeft verbonden.
Het afscheid.
Aan het einde van de vergadering gekomen, wijst de
Voorzitter er op dat deze vergadering tevens zal zijn
geweest de laatste zitting, waardoor een tijdperk van
6 jaren zal worden afgesloten. Voor sommige leden
zelfs een 12-jarig tijdperk. Spr. meent dat in billijk
heid met voldoening op het werk, dat dank zij de me
dewerking der vergadering is tot stand gekomen, mag
worden teruggezien, al heeft dat werk dan niet aller in
stemming kunnen verwerven. Spr. herinnert er aan
hoe de uitbreiding van het automobielverkeer het be
stuur voor moeilijkheden plaatste, dat het wegenonder
houd tot een vraagpunt, maar ook tot een strijdpunt
maakte, en gaat vervolgens na, de zittingsduur van de
scheidende hoofdingelanden en hoofdingelanden-plaats
vervangers, in vriendelijke woorden den scheidenden
dank brengend voor hetgeen zij in het belang van het
waterschap hebben gedaan en ze toewenschend vele ja
ren van gezondheid om de verdere ontwikkeling van
het Waterschap te kunnen volgen.
De nestor der vergadering, de heer D. de Boer,
bracht dank voor de wederztfdsche verhouding, roem
de daarbij de leiding van den Voorzitter, betoogde dat
het toenemend verkeer het noodzakelijk had gemaakt
dat een bepaalde vorm van gemeenschappelijk beheer
werd ingeschakeld en betwijfelde of de uitvoering
door Staat of Provincie verkieslijker en goedkooper
zou zijn. Wat de Alkmaarsche persorganen betreft,
wees spr. erop, dat de pers veel vooroordeel kan weg
nemen. maar ook veel kan doen om dat vooroordeel t©
doen voortleven. Maar spr. weet, dat de Voorzit
ter mijlen ver boven de critiek is verheven, een critiek
die dikwijls veel overeenstemming had met koffie-
huiscritiek. Wat de verkiezingen betreft, spr. zegt dat
geen belangrijke verschuivingen hebben plaats gehad
en dat we nu een dubbel geselecteerd gezelschap zul
len krijgen. Spr. neemt afscheid, nadat hij de beste
wenschen. zoowel persoonlijk als in 't algemeen heeft
uitgesproken.
De heer P. Pluister spreekt als jongste ln jaren een
afscheidswoord, daarbij dank zeggend voor de prettige
samenwerking en voor de wijze waarop de zaken wa
ren geregeld. Ook spr. wees daarbij op het misver
stand of de onbekendheid die er t. a. v. het Hoog-
heemaadschap bestaat, ontkende door het aanhalen
van een voorbeeld dat het hoogheemraadschap duur
zou zijn en deelde ten slotte mede, dat het hem een
voorrecht was geweest onder leiding van den Voorzit-
tee en met de hoofdingelanden-plaatsvervangers en de
ambtenaren te mogen samenwerken. Spr. hoopt, dat 't
allen goed moge gaan en dat het waterschap met
evenveel kennis en liefde als tot nu, in dé toekomst
moge worden bestuurd.
Hierna volgt sluiting.
1 DOOS 20 CT.-TUBE 35 EN 60 CT. I
Nadere bijzonderheden.
Omtrent het oproer in de gevangenis te Philadel
phia werden nog de volgende bijzonderheden gemeld:
De gevangenen hadden den inboedel in brand gesto
ken, maar werden door het gewapende personeel zoo
krachtig aangepakt, dat hun toestand spoedig aller
onaangenaamst werd. De bewakers richtten machine
geweren op de muitelingen en aarzelden niet daar
van gebruik te maken. De gevangenis was naar bui
ten zoo goed afgesloten, dat de politie, die tot hulp
van de bedreigde bewakers wilde binnendringen,
daarin aanvankelijk niet kon slagen. Het was in dó
buurt een akelig gehoor, want men hoorde het ge
schreeuw van de menschen, het geratel van de ma
chine-geweren en bovendien zag men den brand.
Een nader bericht uit Philadelphia geeft nog de vol
gende lezing:
Omtrent het oproer in de staatsgevangenis te Phila
delphia kan nog gemeld worden, dat de onlusten zich
hebben afgespeeld op de binnenplaats der gevange
nis, waar 1300 gevangenen bijeen waren.
Een aantal gevangenen heeft de op deze binnen
plaats uitkomende werkplaats, waar wol verwerkt
werd, in brand gestoken. Het vuur breidde zich uit tot
de keuken en de wasscherij der gevangenis, doch kon
toen bedwongen worden.
Terwijl de meeste gevangenen bij het uitbreken van
den brand vrijwillig naar hun cellen terugkeerden,
weigerden 75 gevangenen aan het desbetreffend bevel
te voldoen. Hierop werden zij met machinegeweer- en
revolverschoten in een hoek van de binnenplaats ge
dreven en gedwongen zich over te geven, waarna zij
naai' hun cellen werden teruggebracht.
Weer een geval te Alphen aan den Rijn.
In Septemebr j.1. werd melding gemaakt van twee
ergerlijke gevallen van dierenmishandeling te Alphen
a d Rijn Het eene geval betrof de mishandeling van
een koe in een weide aan de Spoorlaan, het andere
die van een paard, dat aan een anderen landbouwer
toebehoorde, doch in dezelfde weide liep Belde dieren
werden door een onbekende zoo ernstig verwond, dat
zij moesten worden afgemaakt
Geruimen tijd is' daarop geen enkel dergelijk geval
meer voorgekomen, doch thans heeft een landbouwer
uit dezelfde streek zich met een nieuwe aangifte tot
de politie gewend, aldus de N R Ct
In een weide aan het Goudsche Rijpad, grenzende
aan die, waarin de beide bovengenoemde gevallen,
zich hebben voorgedaan, vond hij namelijk een van
zijn schapen dood op den grond liggen Het bleek, dat
het dier in de lies, bij den rechterachterpoot, een dio-
pe snede van ongeveer 10 cM lengte was toegebracht
zoodat de ingewanden en de nieren uit het lichaam
puilden
Deze schandelijke mishandeling, welke met de V-4dö
bovengenoemde gevallen overeenkomt, moet 's nachts
hebben plaats gehad De politie stelt thans opnieuw
alle pogingen in het werk, den dader te vinden