IVOROL Hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier. Donderdag 23 November 1933. SCHAGER COURANT. Tweede blad. No. 9387 föelftedec&wdsche Jmdpasta Het gevangenis-oproer te Philadelphia. Laffe dierenmishandeling. In het Gemeenlandshuls te Alkmaar werd Woens dag 22 November de algemeene vergadering van het bestuur van dit waterschap gehouden. Voorzitter de heer C. Wydeneg Spaans Jr., dijk graaf, secretaris de heer J. W. Boersma, penning meester de heer P. W. Groot, ingenieur de heer P. Tj. Popper.3. De Voorzitter opent met een woord van welkom de vergadering en deelt mede, dat nog een beduidend ge tal hoofdingelanden en hoofdingelandei>iplaatsvervan- gers afwezig is. Bericht van verhindering kwam in van de heeren Haremaker en J. J. Groot. De notulen worden goedgekeurd. Ged. Staten hadder. hun goedkeuring gehecht aan een groot aantal besluiten van de Algemeene vergade ring betreffende dljkverwerving, overneming wegge deelten, uitgiften van grond in erfpacht, erz. enz. Over de invordering van den omslag wordt mede gedeeld: Dienst 1931: Het kohier over dit dienstjaar omvat te 62889 aanslagen tot een totaal bedrag van fl.162.620.97. Hiervan staan thans nog open 100 aan slagen, tezamen f 1.319.12. Dienst 1932: Het voor dit dienstjaar vastgestelde kohier omvatte 63504 aanslagen, uitmakende een be drag van f 1.101.197.78. Hiervan staan thans nog open 846 aanslagen, tezamen f 11.552.13. Het voor het thans loonende dienstjaar vastgestelde kohier omvat 63935 aanslagen tot een bedrag van f 966.719.99. Tot heden zijn ontvangen 51837 aanslagen, tezamen f 755.099.11. De termijn van betaling is gesteld op 1 October 1933. Aanmaningen zijn nog niet uitge reikt; met de verzending daarvan zal echter spoedig een aAnvang worden gemaakt Deze mededeelingen worden voor kennisgeving aan genomen. Benoeming van twee hoogheemraden. Volgt het opmaken van een aanbeveling voor de be noeming van 2 hoogheemraden, wegens periodieke af treding op 1 Januari 1934 van de heeren J. J. Ver- faille en J. Versteeg Jr. Voor de vacature J. J. Verfaille wordt de volgende Aanbeveling samengesteld: no. 1 J. J. Verfaille, met algemeene stemmen; no. 2 P. J. Walboer, Anna Pau- lowna; no. 3 G. van der Sluijs na herstemming met den heer J. Kroonenburg. Voor de vacature-Versteeg wordt de volgende aan beveling samengesteld: no. 1 J. Versteeg Jr. met al gemeene stemmen: no 2 J. Kroonenburg, St Pancras; no. 3 A. Commandeur, Spanbroek. Overneming van wegen. Dijkgraaf en Hoogheemraden stellen voor tot over neming van een op het aanvullend wegenplan voorko menden weg met daarbij behoorende bruggen in de gemeente Jisp in eigendom, beheer en onderhoud, tot aankoop van enkele perceelsgedeelten, welke in ver band met de verbreeding bij den weg zyn getrokken, alsmede om Dijkgraaf en Hoogheemrader te machti gen tot het aankoopen van nog meerdere perceels gedeelten of perceelen, welke daarvoor, in verband met de overneming of de verbetering van voormelden weg in aanmerking zullen blijken te komen. De heer C. de Boer merkt op. dat ook uit deze Voordracht weer blijkt, dat reeds met de werkzaam heden is begonnen en dat dan de gemeente Jisp, mocht deze voordracht niet worden aangenomen, garant is voor de uitgegeven gelden. Als een gemeente daartoe ln staat is. welk belang is er dan bij, dat het Hoog heemraadschap tusschen belde treedt als bankier. De Voorzitter vraagt wat de heer De Boer onder het woord bankier verstaat. In alle zaken ls het ge woonte, dat eerst het werk wordt opgeleverd, voordat betaling volgt. Spr. ziet niet in dat het woord bankier hier op zijn plaats is. Waarschijnlijk komt de ge meente Jisp niet eens aan betalen toe. Het nut van concentratie van wegenonderhoud, dat door Ged. Sta ten is bepleit, is ons toch voldoende bekend. De heer JJ. de Boer zegt dat waar de heer C. de Boer de wegen op den rondgang heeft aanschouwd, ook hem het nut van concentratie wel duidelijk is ge worden. Het hoogheemraadschap kan het beter doen dan de kleine poldertjes. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het Voorstel besloten. Alsvoren tot overneming van de op het aanvullend Wegenplan voorkomende wegen, genaamd de Ilper- en Purmerlander rijweg, met daarbij behoorende brug gen, in de gemeente Ilpendam, resp. van de banne Landsmeer en de banne Purmerland (in eigendom), tot aankoop van enkele perceelsgedeelten, welke ln verband met de verbreeding bij den Purmerlander rijweg zijn betrokken en van een perceel, waarop een deel van den Ilper rijweg is gelegen, alsmede om Dijk graaf en Hoogheemraden te machtigen tot het aan koopen van nog meerdere perceelsgedeelten of per ceelen, welke daarvoor in verband met de overneming of de verbetering van voormelde wegen ln aanmer king zullen blijken te komen. Zonder hoofdelijke stemming goedgevonden. Wordt voorgesteld tot aankoop van een tweetal per ceeltjes grond in verband met de wegverbetering te Obdam en te Hensbroek. Aldus wordt besloten. Voor weegbruggen. Naar aanleiding van een daartoe gedaan verzoek van den heer A. J. Walboer te Winkel en andere land bouwers. stellen Dijkgraaf en Hoogheemraden voor, te besluiten tot uitgifte in erfpacht van een gedeelte van den Westfrieschen dijk aan het einde van de dorps straat der gemeente Winkel ten behoeve van het stichten, hebben en onderhouden van een weegbrug, en wel voor den tijd van 30 jaren, ingaande 1 Januari a-s. tegen een erfpachtssom. van f 15 per jaar. Aldus wordt besloten. Alsvoren tot uitgifte in erfpacht van een gedeelte ^an den Westerdijk van de Vier Noorderkoggen te Aartswoud aan J. Schermerhorn en J. de Jong te Hoorn, ten behoeve van het stichten, hebben en on derhouder. van een weegbrug, eveneens voor den tijd van 30 jaar, tegen een erfpachtscanon, groote f 15 per jaar. Aldus wordt besloten. In erfpacht. Goedgevonden wordt het voorstel tot uitgifte in erfpacht van het gedeelte van den Walingsdijk onder Avenhorn, waarop het gemeentelijk transformator- huisje is gebouwd aan het P.E.N. Verkoop van een dijksmagazijn. In verband met de inkrimping van de Dijkwacht en waarschuwingsdienst stellen Dijkgraaf en Hoogheem raden voor aan den heer A. Bakker te Durgerdam Voor f 2000 te verkoopen het overbodig geworden dijksmagazijn aan den Waterlandschen Zeedijk te Burgerdam, benevens het erf in erfpacht aan hem hit te geven tegen een jaarlijkschen canon van f 37.50. Be koopsom te bestemmen voor extra-aflossing van een in 1926 aangegane gcddleenlng. Aldus wordt besloten. Verkoop van „De Tent." Bij de weldra te verwachten reorganisatie van den technischen dienst van het Hoogheemraadschap zal de betrekking van technisch ambtenaar in het district Enkhuizen dienen te worden opgeheven. Naar aanlei ding hiervan werd reeds aan den technisch ambte naar L. J. Louwers op diens verzoek, in verband met het bestaande voornemen om zijn betrekking op te heffen, met ingang van 1 October j.1. eervol ontslag van het Hoogheemraadschap verleerd. Tengevolge van een en ander is het aan het Hoogheemraadschap in eigendom toebehoorend gebouw „de Tent" te Enkhui- een, met het daarbij behoorend erf, voor der. dienst van het Hoogheemraadschap overbodig geworden, ter wijl ook sedert de afsluiting van de voormalige Zui derzee, het op dit erf staand dijksmagazijn buiten dienst kan worden gesteld. Dijkgraaf en Hoogheemraden achten het daarom wenschelijk deze gebouwen met erf in het openbaar te verkoopen. tenzij voor de gebouwen met erf bij on- derhandschen verkoop een redelijke prijs ware te be dingen. Niet wenschelijk is het echter in den verkoop van de gebouwen met erf te begrijpen, het zich aan het gebouw „de Tent" bevindende wapenbord en de zich daarin bevindende schouw, welke beide voorwerpen, als bezittende historische waarde, ten geschenke wa ren aan te bieden aan de provincie Noordholland, zoo mogelijk ter aankleeding van het Gouvernementsge bouw. Gedeputeerde Staten berichtten dat zij het aan te bieden geschenk met erkentelijkheid willen aanvaar den. Zonder discussie wordt conform het voorstel beslo ten. Geldleen Ing. Ter bestrijding van de kosten van verbetering van wegen, tot de overneming waarvan werd besloten, ia het noodlg wederom een leening te sluiten. Voor de wegen, waarvoor een leening werd gesloten van f 500.000 bleek, dat dit bedrag niet geheel %-oldoen- de Js geweest om de verbeteringskosten te bestrijden, zoodat het noodig is hiervoor nog f 19.500 op te ne men In de thans te sluiten leening. Bij de uitvoering van de wegverbetering in de ge meente Hensbroek en in de gemeente Obdam. bleek de wenschelijkheid. de wegverbetering eenigszins breeder op te zetten dan aanvankelijk het plan was. Tegenover deze meerdere kosten staat echter, dat een grootere breedte van het rijvak het voordeel heeft, dat de slijtage van het wegdek minder is en bovendien de uitkeering van de provincie hooger. Naar de berekening van D. en H. zullen de meerdere kosten dan ook door de verhoogde uitkeering der provincie kunnen worden bestreden. Voorgesteld wordt, om te komen tot een afgerond leeningsbedrag, voor den Hoeverweg thans f 260.000 te leenen. Het restant zal dan in een volgende leening moeten worden opgenomen. D. en H. ontvingen een aanbieding oor een leening van f 200.000 tegen* 4 pet- parikoers, onder beding van een provisie van 3/16 pet. Zij achten deze aanbieding zeer aannemelijk, maar waar de leening van f 300.000 niet terstond behoeft te worden aangegaan, stellen D. en H. voor. te besluiten: a, tot het aangaan van een geldleening van f 200.000 te gen een rente van 4 pet per jaar en tegen parikoers; b. tot het aangaan van een leening van f 300.000 tegen een rente van ten hoogste 4% pet. per jaar. Ook dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen- De begrooting voor 1934. De algemeene beschouwingen. Vervolgens komt aan de orde de begrooting voor 1934 en wordt door den Voorzitter gelegenheid gegeven tot het houden van algemeene beschouwingen. De heer Uitentuis zegt dat dit wel de laatste ver gadering zal zijn, die hij als hoofdingeland-plaatsver- vanger zal bijwonen en dat hij gedurende die 6 jaren den indruk heeft gekregen dat de zaken hier alleszins goed worden behartigd, terwijl in het bijzonder de Dijk graaf steeds met groote welwillendheid de gevraagde inlichtingen verstrekt Wat de salarisregeling betreft meent spr. dat er aan de bevoegdheid van de hoofdin gelanden tekort wordt gedaan doordat tevoren het oor deel van de organisaties wordt gevraagd. In de eerste plaats dient dat te gebeuren bij hen die de koorden van de beurs in handen hebben. De Voorzitter dankt voor de vriendelijke woorden van den heer Uitentuis en wijst erop dat het een gebie dend voorschrift is dat voordat een besluit wordt ge nomen, de organisaties in de gelegenheid moeten wor den gesteld haar oordeel uit te spreken. En dat lijkt spr. wel goed ook, want dan kunnen de redenen tegen el kaar uitgewogen worden. De heer C. de Boer vraagt of. nu de commissie-Schou ten met haar rapport gereed is, en geen normen van salarissen aangeeft. Dijkgraaf en Hoogheemraden niet zelf met voorstellen kunnen komen. De Voorzitter deelt mede, dat dit nu ook de bedoeling is. Uit de bewoordingen, waarmede de commissie- Schouten werd geïnstalleerd, bleek dat het de bedoeling was de salarissen te regelen uit een centraal punt, en dan zou het niet zakelijk geweest zijn, dat Dijkgraaf en Hoogheemraden een voorstel deden. De regeering had blijkbaar aanvankelijk het plan breeder opgezet een plan echter, dat zeker in de practijk moeilijkheden gaf. Van Dijkgraaf en Hoogheemraden is nu wel de gelijk een voorstel omtrent de salarisregeling te ver wachten en het zal dan ook aan de algemeene vergade ring zijn om den duur van die nieuwe regeling te be palen. Den heer Jlmmlnk heeft het getroffen, dat ln het voorwoord der begrooting zoo weinig vermeld wordt over den thans heerschenden noodtoestand voor land en tuinbouw. Spr. had verwacht dat die toestand van de belastingbetalers naar voren zou zijn gebracht, doch bij het doorlezen van de begrooting krijgt men den in druk dat er geen wolkje aan den hemel is, dat het is botertje tot den boom, terwijl de werkelijke toestand toch zoo geheel anders is. De hoogheemraadschapslasten moeten betaald wor den. maar ook niet één cent meer. Spr. had over de sa larisregeling willen spreken, maar zal dat nu nalaten. Wat het onderhoud van de Hondsbosschezeewering be treft, herhaaldelijk heeft spr. een onderzoek ingesteld en en terzake kundig en betrouwbaar persoon heeft gemeend dat het onkostencijfer gevoegelijk tot de helft gereduceerd kan worden, zonder aan de veiligheid af breuk te doen. Nieuwe steenen behoeven er naar spr.'s meening niet meer te worden aangekocht, groote hoe veelheden zijn er tusschen de hoofden in het water en kunnen bij laag water dienstbaar worden gemaakt. Spr. zou zoo wel meer bezuinigingsmaatregelen kunnen noe men en verklaart zich bereid daarover in de vergade ring van het Dag. Bestuur mededeeling te doen. Meerdere stemmen gaan op. dat de heer Jimmink. die maatregelen thans dient te noemen en ook de Voor zitter zal pearne die inlichtingen thans ontvangen. De heer Jimmink vraagt hoeveel menschen er aan do Hondsbossche zeewering werken. De Voorzitter merkt op, dat de heer Jimmink oni zou inlichten, maar dan moet hij niet vragen stellen. De Ingenieur deelt mede van tusschen 50 en 70 man. Den heer Jimmink is medegedeeld van 70 a 80 man, terwijl er bij het rijk, aan 100 hoofden tusschen Petten en Huisduinen, gedurende 2/3 deel van het jaar 50 a 60 menschen hebben gewerkt. Spr. vindt dat een groot verschil en heeft den indruk dat er te veel menschen aan de Hondsbossche werken. Voor 't opruimen van vloedmerken is 't dagloon f 4.80, terwijl in spr.'s om geving een dagloon van f 2.50 a f 3 wordt gegeven. De Voorzitter antwoordt, dat het niet wijzen op den nood der tijden dan een verzuim is, waaraan hij zich heel dikwijls schuldig maakt. Spr. opent de vergadering steeds met een zeer kort woord en meent dat de heer Jimmink en ook de andere leden zeer goed met den nood der tijden bekend zijn. Spr. is nu eenmaal' van oordeel, dat met „doen" meer te bereiken is dan met praten. Alleen bij zakelijke behandeling der onderwer pen wil spr. zóó uitvoerig mogelijk zijn. Met de midde len, die ons ten dienste staan hebben we steeds ge tracht de kosten naar beneden te krijgen, en dat blijkt hieruit dat in 10 jaren tijd de omslag van f 7.80 terug gebracht is tot f 3.90, dus precies met de helft vermin derd. Spr. vindt dat heel wat mooier #dan een heel mooie inleiding te houden. Wat het onderhoud van de Hondsbossche zeewering betreft, spr. wil het college of de mijnheer, die aldus spreekt, graag eens ontmoeten. Door den heer Jimmink, zegt spr., is gesproken over steenen, die uit het water te halen zouden zijn. maar we koopen niet alleen stortsteen, ook zetsteen en die is belangrijk hooger in prijs dan stortsteen. En onder de stortsteen is zetsteen te vinden, die niet meer als zoodanig gebruikt kan worden, doordat er zonnebrand in zit. Thans zijn we zoo gelukkig, dat de onder houdskosten voor 19321933 belangijk minder waren, dat ze voor 1933'34 weer verminderd konden worden en dat het uitzicht bestaat dat de kosten voor 1934 '35 nog meer verminderd kunnen worden. Dat het rijk voor 100 hoofden minder personeel gebruikt, spr. be oordeelt niet graag een andermans werk, maar dat de onderhoudskosten voor de Hondsbossche aanstonds weer zullen bedragen de som die vroeger voor de op richting van het Hoogheemraadschap werd uitgegeven, vindt spr'. een ding van groote beteekenis. Dat de loo- nen voor opruiming van vloedmerk hooger zijn dan voor werk ln het boerenbedrijf, lijkt spr. vanzelfspre kend. waar het hier betreft een zeer slecht werk, waarbij de menschen in den winter in een waadpak moeten werken en doornat van zeewater worden. Het zijn bovendien vakmenschen, het is eenw erk dat meer capaciteit en weerstandsvermogen vraagt dan het vak van boerenarbeider. En in redelijkheid wordt trou wens getracht de loonen te verlagen. Door den heer F. Dekker wordt geïnformeerd of het voornemen bestaat het gebruik van betonnen palen, wat spr. eer. uitstekende wijze van beveiliging vindt, voort te zetten. De Voorzitter deelt mede, dat het beloop van de glooiing het op bedoelde plaats niet noodig maakt. De heer D. de Boer zal ta.v. deze begrooting niet Iets positiefs zeggen, want een paar voorgangers van spr. hebben reeds ondervonden, dat dit niet gemak kelijk ls. Spr. herinnert eraan, dat op verzoek van Ged. Staten het hoogheemraadschap zich bezighoudt met wegenonderhoud en daardoor aannemer is gewor den. Uit de begrooting nu blijkt niet of ten opzichte hiervan de rekening meevalt of niet. Er is wel eens het vermoeden uitgesproken, dat het risico noodlottig zou kunnen worden voor het hoogheemraadschap. Heeft U goede zaken gedaan met het afsluiten van de contracten? Spr. vroeg ook het verschil in onderhoudskosten per KM. van de zeewering, van het rijk en van het Hoog heemraadschap. Wat deze vraag betreft, wijst de Voorzitter op het Broote verschil tusschen de Hondsbossche zeewering èri het overige gedeelte van de kust van Noordholland. Als van het gedeelte PettenHuisduinen een stuk mocht worden afgeslagen is het risico niet zoo groot en kunnen de hoofden verlengd worden, doch van den dijk kan het Hoogheemraadschap niets verliezen, daar is de veiligheid van Noëordholland te nauw bij betrok ken. Wat het wegenonderhoud betreft, een jaarlijksch winstje ls niet te maken, omdat bij het bepalen van de rijks- of provinciale bijdrage, rekening wordt ge houden met de overige kosten die ons waterschap ontvangt Wel mag voor de berekening rekening worden gehouden met het gebruik dat van onzen technischen en administratieven dienst wordt gemaakt en dat is dus een niet onbelangrijk indirect voordeel. Overigens komt het Hoogheemraadschap er behoor lijk mee uit De heer Van der Sluijs concludeert dat het bestuur met tamelijke voldoening deze begrooting kan beschou wen. Later zijn er wel stemmen opgegaan, alsof wij het minder gunstig zouden hebben afgeschoten, maar spr. heeft nergens een waterschap of instelling kunnen vin den, dat in 11 jaren tijd een belastingverlaging van 50 pet heeft kunnen bewerkstelligen. Later bleken dan ook al die onvriendelijkheden verdwenen te zijn. Spr. echter vindt het nu alleen maar jammer dat de ge vormde reserve door de verkiezingen is opgemaakt en we gedoemd zijn ln de komende 6 jaren een nieuwe re serve te vormen. De pogingen die Dijkgraaf en Hoog heemraden doen om een betere verhouding tusschen den aanslag van gebouwd en ongebouwd te krijgen, juicht spr. toe en spr. vraagt of nogmaals bij de pro vincie zal worden aangedrongen op verlaging van de bijdrage aan watersnoodlasten ad f 316.000. De Voorzitter wijst op de toezegging, die is gedaan, dat deze zaak ernstig wordt onderzocht en een beslis sing zal worden genomen. Daarom is ook de beslissing over den aanslag van gebouwd en ongebouwd nog niet afgekomen. In een zeer uitvoerige speech wees de heer Zeeman op het feit dat Dijk graaf en Hoogheemraden terdege den moeilijken tijd voor land- en tuinbouw hebben in gezien en daarom op verlaging van de watersnoodlas ten hadden aangedrongen. Op de verlaging van den om slag moeten we niet al te prat gaan, omdat een niet on belangrijk deel van de verlaging is ontstaan door ver mindering van de waterschaplasten. Spr. wijst er op dat voor opheffing of verlaging van die watersnoodlas ten een strijd moet worden gestreden bij het provinciaal bestuur en daarom stond spr. perplex dat men de ver kiezingsstrijd ging voeren onder de leus: „geen poli tiek in het waterschap." De Voorzitter verzocht den heer Zeeman zich tot de zaak zelf te bepalen. In zijn verdere beschouwing wijst de heer Zeeman dan op het groote nut van de reconstructie van de Hondsbossche zeewering, verklaart niet te vinden te zijn voor de verlaging van het dagloon voor de men schen, die 't vloedmerk opruimen, wijst op het nut van wegen aanleg door Noordhallands Noorderkwartier en acht het beheer van het Hoogheemraadschap zuinig en goed, immers uit de rapporten van de commissies uit de Holl. Mij. van Landbouw en van den L.T.B. bleek niets, wat niet goed zou zijn. Wat de poging betreft, om wijziging te krijgen in de verhouding tusschen den aanslag van gebouwd en ongebouwd, spr. verwacht daar actie tegen door den middenstand. De Voorzitter zegt dat de mogelijkheid bestaat dat het belang van den middenstand in 't gedrang komt, maar wij hebben gemeend niet anders dan de billijk heid te mogen dienen. De heer D. de Boer informeert nog naar het oordeel over het gebruik van betonhoofden, bij het Rijk in toe passing en welke vraag uitvoerig door den Voorzitter en den Ingenieur wordt beantwoord. Bij de postgewijze behandeling der begrooting wordt geen enkele op- of aanmerking gemaakt, zoodat do begreoting onveranderd, zonder hoofdelijke stemming wordt vastgesteld. Omdat de samenstelling van het bestuur thans nog niet bekend is, wordt het benoemen van een commis sie voor het nazien der rekening over 1933, aan. den Voorzitter overgelaten. De Voorzitter deelt mede, dat de pogingen, tot aan koop van grond tot verbetering van den Hoeverweg, op den onwil van enkele grondeigenaren zijn gestuit en het Bestuur nu machtiging vraagt stappen te doen tot onteigening opdat de werkloozen van Alkmaar met dit werk kunnen beginnen. De heer Zeeman zegt dat de weg oorspronkelijk van de gemeente Alkmaar was. Moet nu die stap gedaan worden door het Hoogheemraadschap of door de ge meente Alkmaar? De Voorzitter deelt mede, dat de gemeente Alkmaar zich t.a.v. de kosten tegenover het Hoogheemraadschap heeft verbonden. Het afscheid. Aan het einde van de vergadering gekomen, wijst de Voorzitter er op dat deze vergadering tevens zal zijn geweest de laatste zitting, waardoor een tijdperk van 6 jaren zal worden afgesloten. Voor sommige leden zelfs een 12-jarig tijdperk. Spr. meent dat in billijk heid met voldoening op het werk, dat dank zij de me dewerking der vergadering is tot stand gekomen, mag worden teruggezien, al heeft dat werk dan niet aller in stemming kunnen verwerven. Spr. herinnert er aan hoe de uitbreiding van het automobielverkeer het be stuur voor moeilijkheden plaatste, dat het wegenonder houd tot een vraagpunt, maar ook tot een strijdpunt maakte, en gaat vervolgens na, de zittingsduur van de scheidende hoofdingelanden en hoofdingelanden-plaats vervangers, in vriendelijke woorden den scheidenden dank brengend voor hetgeen zij in het belang van het waterschap hebben gedaan en ze toewenschend vele ja ren van gezondheid om de verdere ontwikkeling van het Waterschap te kunnen volgen. De nestor der vergadering, de heer D. de Boer, bracht dank voor de wederztfdsche verhouding, roem de daarbij de leiding van den Voorzitter, betoogde dat het toenemend verkeer het noodzakelijk had gemaakt dat een bepaalde vorm van gemeenschappelijk beheer werd ingeschakeld en betwijfelde of de uitvoering door Staat of Provincie verkieslijker en goedkooper zou zijn. Wat de Alkmaarsche persorganen betreft, wees spr. erop, dat de pers veel vooroordeel kan weg nemen. maar ook veel kan doen om dat vooroordeel t© doen voortleven. Maar spr. weet, dat de Voorzit ter mijlen ver boven de critiek is verheven, een critiek die dikwijls veel overeenstemming had met koffie- huiscritiek. Wat de verkiezingen betreft, spr. zegt dat geen belangrijke verschuivingen hebben plaats gehad en dat we nu een dubbel geselecteerd gezelschap zul len krijgen. Spr. neemt afscheid, nadat hij de beste wenschen. zoowel persoonlijk als in 't algemeen heeft uitgesproken. De heer P. Pluister spreekt als jongste ln jaren een afscheidswoord, daarbij dank zeggend voor de prettige samenwerking en voor de wijze waarop de zaken wa ren geregeld. Ook spr. wees daarbij op het misver stand of de onbekendheid die er t. a. v. het Hoog- heemaadschap bestaat, ontkende door het aanhalen van een voorbeeld dat het hoogheemraadschap duur zou zijn en deelde ten slotte mede, dat het hem een voorrecht was geweest onder leiding van den Voorzit- tee en met de hoofdingelanden-plaatsvervangers en de ambtenaren te mogen samenwerken. Spr. hoopt, dat 't allen goed moge gaan en dat het waterschap met evenveel kennis en liefde als tot nu, in dé toekomst moge worden bestuurd. Hierna volgt sluiting. 1 DOOS 20 CT.-TUBE 35 EN 60 CT. I Nadere bijzonderheden. Omtrent het oproer in de gevangenis te Philadel phia werden nog de volgende bijzonderheden gemeld: De gevangenen hadden den inboedel in brand gesto ken, maar werden door het gewapende personeel zoo krachtig aangepakt, dat hun toestand spoedig aller onaangenaamst werd. De bewakers richtten machine geweren op de muitelingen en aarzelden niet daar van gebruik te maken. De gevangenis was naar bui ten zoo goed afgesloten, dat de politie, die tot hulp van de bedreigde bewakers wilde binnendringen, daarin aanvankelijk niet kon slagen. Het was in dó buurt een akelig gehoor, want men hoorde het ge schreeuw van de menschen, het geratel van de ma chine-geweren en bovendien zag men den brand. Een nader bericht uit Philadelphia geeft nog de vol gende lezing: Omtrent het oproer in de staatsgevangenis te Phila delphia kan nog gemeld worden, dat de onlusten zich hebben afgespeeld op de binnenplaats der gevange nis, waar 1300 gevangenen bijeen waren. Een aantal gevangenen heeft de op deze binnen plaats uitkomende werkplaats, waar wol verwerkt werd, in brand gestoken. Het vuur breidde zich uit tot de keuken en de wasscherij der gevangenis, doch kon toen bedwongen worden. Terwijl de meeste gevangenen bij het uitbreken van den brand vrijwillig naar hun cellen terugkeerden, weigerden 75 gevangenen aan het desbetreffend bevel te voldoen. Hierop werden zij met machinegeweer- en revolverschoten in een hoek van de binnenplaats ge dreven en gedwongen zich over te geven, waarna zij naai' hun cellen werden teruggebracht. Weer een geval te Alphen aan den Rijn. In Septemebr j.1. werd melding gemaakt van twee ergerlijke gevallen van dierenmishandeling te Alphen a d Rijn Het eene geval betrof de mishandeling van een koe in een weide aan de Spoorlaan, het andere die van een paard, dat aan een anderen landbouwer toebehoorde, doch in dezelfde weide liep Belde dieren werden door een onbekende zoo ernstig verwond, dat zij moesten worden afgemaakt Geruimen tijd is' daarop geen enkel dergelijk geval meer voorgekomen, doch thans heeft een landbouwer uit dezelfde streek zich met een nieuwe aangifte tot de politie gewend, aldus de N R Ct In een weide aan het Goudsche Rijpad, grenzende aan die, waarin de beide bovengenoemde gevallen, zich hebben voorgedaan, vond hij namelijk een van zijn schapen dood op den grond liggen Het bleek, dat het dier in de lies, bij den rechterachterpoot, een dio- pe snede van ongeveer 10 cM lengte was toegebracht zoodat de ingewanden en de nieren uit het lichaam puilden Deze schandelijke mishandeling, welke met de V-4dö bovengenoemde gevallen overeenkomt, moet 's nachts hebben plaats gehad De politie stelt thans opnieuw alle pogingen in het werk, den dader te vinden

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1933 | | pagina 5