Een Wereldstad
in de Oudheid
De nieuwe groole verrekijker.
Moderne tijd.
De opvolgster
van Carthago.
Kunstschatten IfeL-
in het woestijnzand
De straat der
250 zuilen
CULTUUR EN TECHNIEK.
De spiegelreflector gegoten.
ROMANTIEK EN
GEVAAR.
In de afgronden van den
Gran Canon.
Hel oude Rome in vogelvlucht
de landen de snelle, door ontelbare
loeiers voortgestuwde schepen in de
golven van de baai. Immers, vanuit
Leptis werd de kostelijke olie gebracht
naar alle kustplaatsen aan de Middel
landsche Zee, van Alexandrië tot aan de
Zuilen van Hercules toe.
Haar grootste bloei beleefde de stad
in den tijd van Septiinus Severus. Aan
dien tijd herinneren nog de marktpoort
met vier triomfbogen, geheel uit zwart
graniet vervaardigd, en het nieuwe Se-
verikaansche forum, dat veel beter be
waard is gebleven dan in de ltaliaan-
sohe steden ooit het geval was.
Vanaf de zee liep dwars door de heelo
siad als hoofdader van het verkeer do
kilometerlange straat der ruilen. De
Afrikaansche zon beschijnt thans stuk
ken en puin van die 250 zuilen, die van
Carratisch marmer zijn gemaakt. Deze
straat heeft in de wereld nimmer haar
gelijke gevonden. Zij is als een steenen
allee, met fonkelende kleuren en iraaie
vormen.
Natuurlijk trof men in deze stad ook
alle verfijnde luxe der Uonieinschc bad
huizen aan. Ook in andere opzichten
kenden du bewoners van Leptis veel,
wat behoort tot het weelderige leven
van een rijk volk. In het bijzonder groo
te circus moeten spelen zijn gehouden,
die in omvang en praal niet onderde
den voor die der Italiaansche steden.
Tenslotte vermelden wij nog de prach
tige roodc granietmassa's van den Co-
rinthischen tempel, die met het witte
marmer een treffend schoon geheel vor
men.
Nog thans kan men aan alles bemer
ken, dat deze puinhoopen afkomstie
zijn van wat eenmaal een trotsche stad
is geweest aan den rand der woestijn.
En hot is aan Mussolini te danken, dat
do schoonheid van dit Leptis thans
weer voor de menschheid toegankelijk
is gemaakt.
Sculptuur gevonden in een der thans hest bekende Mayasteden: Chichen-
llza in Yaca/an. Deze stad is niet zon oud a/s Hasaciun, Copan, Palenoue
of Piedras A'egras, doch zij is veel belangwekkenderomdat daar de be
schaving uit den laalstcn Maya lijd zich vermengde met een lager staande
beschaving uit de Mexicaamche vallei. Verscheiden huizen zijn daar ge
bouwd op pyramiden, die uitsteken boven het omringende, altijd aanwe
zige kreupelhout. Van builen zijn zij d'kwijls bedekt met in steen gesneden
afbeeldingen van dierenkrijgslieden en slaven, t an binnen n aren de
muren bedekt met schilderingen van verschillende soorter tverden dik
wijls lafcreelen uil het dagelijksch leren of mythische monsters op
weergegeven.
door
Lr. R. N. E riksen.
OVER het algemeen bestaat de
voorstolling, dat de menschheid
van thans tamelijk goed op de
hoogfe is van de vroegere tijdperken der
geschiedenis. In werkelijkheid is daar
van juist zeer weinig bekend. Hoe on-
Svetend wij zijn, beseffon'wij wel het dui
delijkst, wanneer wij staan voor de on
bedachte resultaten van plotselinge,
'groote ontdekkingen en het daarop ge
volgde, uitvoerige onderzoek. Gedurende
meer dan een eeuw heeft de menschheid
zich nu al ijverig bezig gehouden met
Verschillende opgravingen, waardoor
een schat van gegevens is verkregen,
'omtrent het loven der inenschen in lang
'vervlogen tijden. Ook deze kennis is,
evenals alle kennis, wellicht fragmenta
risch, doch 't aantal fragmenten wordt
op den duur zoo groot, dat zij tot een
samenhangend geheel kunnen worden
vereen igd.
Dit laatste wordt weer eens duidelijk
iwwezen door het \oorbcóld van Leptis
jWagna, do groote Romeinsche stad aan
'do Syrthe, een haai van de Middelland
.sche Zee op do Noord-Afrikaansche
kust. Do stad was over een lengte van
drie kilometer langs do vlakke kust ge
trouwd en aan de landzijde omgeven
door een halve ring van prachtige ber
gen. Het moet een fraaie stad zijn ge
weest met olijvenaanplantingon, mar
meren paleizen, prachtige pleinen en
(triomfbogen en tallooze tempels voor de
tallooze goden uit don laatsten tijd der
Romeinsche keizers.
Uit de duinen van woestijnzand wordt
d<'ze wonderstad thans opgegraven. De
eeno schitterende vondst volgt op de an
dere. De Italiaansche soldaten van het
eerste Lybische legioen verrichten het
graafwerk met groote voortvarendheid.
Hieraan is het te danken, dat wij reeds
thans weten, hoe Leptis Magna in zeke
ren zin de opvolgster van Carthngo is
geweest. De politieke nalatenschap van
de Phoenicische hoofdstad is aan Rome
zelf ten deel gevallen, doch do economi
sche heteekenis van Garthago schijnt op
Leptis te zijn overgegaan. Van do olij-
ventuinen en do reusachtige boomgaar
den, die vroeger toen het klimaat er be
ter was, deze kust sierden, is niets meer
overgebleven. Eerst in dezen tijd begint
men zeer geleidelijk dit gebied weer te
maken tot het lustoord, dat het vroeger
zoo bij uitstek was. Ook dit werk wordt
door Italianen gedaan, door kolonisten,
die van staatswego worden gesteund. Zij
beginnen aan een werk, dat eerst over
tientallen jaren, neen, over eeuwen vol
tooid zal zijn. Het duurt laug, eer men
de woestijn van Tripolis en Lybië, die
zich eeuwen achtereen ongehinderd kon
.uitbreiden, weer teruggedrongen heeft.
Van den vroegeren overvloed gelui
gen niet alleen tal van beschrijvingen,
welke uit dien tijd bewaard zijn geble
ven, doch ook de oliepersen, die inen in
bijna elk huis van de groote stad uit het
zand te voorschijn heeft gehaald. De be
woners van Leptis zijn door deze olie
persen rijk geworden. Zij konden zich
dan ook groote luxe veroorlooven in
hun openbare gebouwen; de marmeren
zuilen daarvan zijn aangevoerd uit de
marmergroeven van het verafgelegen
Eubena. Zooals de Lybische graan
markt zich bevond in do Phoenicisch
Romeinsche zusterstad Sabratha zoo
was Leptis het centrum van den olie
handel.
Als men voor de machtige ruïnes
staat, kan men zich een voorstelling
maken van de schuren en pakhuizen,
die rondom den haven waren gebouwd
de daartusschen gelegen tempeltjes
voor zeelieden uit de meest verschillen
Onze tijd is, zegt men, wetenschappe
lijk en technisch, en er bestaat tusschen
hem en de cultuur mot hare eeuwig
heidswaarden geen innige betrekking.
Dit is een zuiver negatief oordeel. Een
dergelijke banvloek zou onrechtvaardig
zijn en in strijd met de werkelijkheid.
Het is niet tegen te spreken: het cultu-
reele scheppen, de kunst en het denken
wortelt niet langer in de oer-driften der
menschheid. Zij schijnen veel meer in
een richting te gaan, die noch tot de
erotiek, noch tot de religie in engeren
zin behoort, maar welke tusschen heide
in ligt. Hot beste zou men deze richtin
gen kunnen aanduiden, als de idee der
sociale organisatie.
Daarmee wordt echter niet beweerd.
dat do belangstelling voor het individu-
eele geheel op de gemeenschap zou zijn
o\ergegaan, omdat ook dit niet vereo-
nigbaar is met de eischcn der cultuur.
Veeleer onderscheidt zich do moderne
gemeenschapsidee van de vroegere voor
namelijk daarin, dat eerstgenoemde het
afzonderlijke individu niet meer in het
starre systeem der gemeenschap wil in
lijven, maar hem juist de mogelijkheid
wil laten zijn eigen wezen vrij en vol
komen tot ontplooiing te brengen. Daar
om kunnen wij de 20ste eeuw niet al
leen de eeuw der techniek noemen,
inaar ook die der psychologie. Want,
zooals de techniek door haar verhou
ding tot het object wordt bepaald, ja,
liet objectiveeringsproces, dat is do Re
naissance begon, voleindigt, zoo is de
psychologie, welker buitengewone in
vloed eerst sedert enkele decennia er
kond wordt, die wetenschap, waarin
zich de specifieke incommensurabele
Uteekenis van het individueele zielele-
ven openbaart. Hierin wortelt do mo-
m\V MAANDEN NOODIG OM
AF TE KOELEN.
Het stadje Corning in don staat New
York is dezer dagen getuige go .veest
van een belangrijke gebeurtenis op we
tonschappelijk-technisch gebied. Kr is
een stuk glas gegoten van 40.000 pond
en hierbij waren meer dan 4000 uien-
schen aanwezig. Hit glazen blok zal het
ruwe materiaal zijn, waaruit na roaan-
don van zorgvuldigen arbeid de groot
ste spiegelreflector ter wereld zal wor
den vervaardigd, die bestemd is voor
de nieuwe telescoop der beroemde
Mount Wilson-sterrewacht in Calilor-
niö. Het is bekend, dat men bij telesco
pon van buitengewone afmetingen geen
gebruik maakt van de gewone lenzen,
doch van spiegels, die volgens een
nauwkeurig berekende kromme, wor
den geslepen.
Voordat het blok glas gegoten werd,
waren er maanden van voorbereiding
noodig. Ingenieurs hebben in samen
werking met schei- en natuurkundigen
vastgesteld, welke glassoort voor hun
doel het meest geschikt was en welke
grondstoffen men daarvoor gebruiken
moest. Verder moest door ingewikkelde
berekeningen worden bepaald, hoe lang
het smeltproces moest duren, tot welke
temperatuur de massa moest worden
verhit en hoe lang daarna de afkoeling
zou duren. Toen moest er een speciale
gietvorm worden geconstrueerd, waar
men het vloeibare glas in kon gieten,
zoowel als een speciale smeltoven, aan
gezien geen der bestaande ovens bere
kend was op een zóó groote glasmassa.
Toen kon het werk beginnen. L>e toe
schouwers werden opgesteld op een
groot balcon, dat door een dikke wand
met gekleurde glasplaten van de oven
was gescheiden. Zoo kondeu zij waar
nemen hoe het gloeiende, vloeibare glas
gaandeweg, in kleine hoeveelheden, uit
de smeltoven in de gietvorm kwam. Uit
gevaarlijke werkje werd verricht door
4U arbeiders in kleeren vau asbest. Het
duurde uren uren van inspanning
en angstige afwachting doch het
werd tot een goed einde gebracht.
Kn toch is het in den grond der zaak
nog niet geheel beëindigd. Het zal nJ.
met minder dan tien maanden duren,
voordat uit het glazen blok van 4!l ton
de reflector kan worden geslepen, liet
is niet mogelijk om het blok eerder te
laten afkoelon. De temperatuur, die bij
het gieten meer dan 3KXI graden be
droeg, mag slechts zeer geleidelik da
len.
Over tien maanden volgt dus het slij
pen en het vervoer alweer onder spe
ciale voorzorgsmaatregelen waarna
de spiegelreflector in de reusachtige te
lescoop kan worden ingebouwd. Dau zul
er in totaal een bedrag van ongeveer 9
millioen gulden voor die telescoop zijn
uitgegeven. Dit bedrag is goed besteed,
wanneer men in aanmerking neemt, dat
de diameter van den reflector tweemaal
zoo groot is als die van den grootsten,
die thans nog beslaat en die eveneens
in het bezit is van de Mount-W ilson-
sterrenwacht Men hoopt dan ook, dat
men door don nieuwen telescoop de
astronomie een belangrijke schrede ver
der zal helpen; vooral met betrekking
tot de spiraalnevels, die millioencu licht
jaren van ons verwijderd zijn, koestert
men groote verwachtingen. Doven dien
hoopt men millioenen nieuwe sterren en
honderdduizenden nieuwe nevelvlek
ken te ontdekken. Tot dusverre zijn er
ongeveer 50000 bekend, waarvan de
verst verwijderde 100 millioen lichtja
ren of 93 quadrillioen kilometer van
ons verwijderd is.
)ud als Haiactun, Copan, Palenoue
ugmekkender, omdat daar de be
lt vermengde met een lager slaande
i. Verarbeiden huiten tijn daar ge
iten het omringende, altijd aanne-
uvijls bedekt met in steen gesneden
i slaven, van binnen tvaren de
verschillende soort; er nerden dik-
en oj mythische monsters op
leven.
derne cultuur. Vooral het sociale pro
bleem, het wereldprobleem van onzen
tijd, is wezenlijk minder een technisch,
dan wel een psychologisch vraagstuk,
waarvan de oplossing niet voorname
lijk op economisch gebied ligt, maar op
het terrein der ethiek.
Kn zoo toont ook omgekeerd de psy
chologie, mits zij niet ontaard in ijdcle
zelfbesjiiegeling of in een cultuur van '1
onvruchtbaar-pathologisehe, een emi
nent sociaal karakter. Zij is dan niets
anders als do theoretische uitdrukking
der toenemende individualiseering, wel-
ko tegelijkertijd tot een wederzijds be
grijpen voert en de afzonderlijke indi
viduen tot een geasticulecrd, bewegelijk
organisme samenvoegt. Dit beteekent.
dat do betrekkingen tot de buitenwereld
steeds meer inhoud krijgen en voclvul-
digor worden. Het sociaal karakter van
het individu beslaat niet meer in een
uiterlijk gebonden zijn, maar in het
doorbreken der gedachte, dat in hem
zelf de idee van het geheel leeft. Dit
liroces der verinnerlijking is do Ecuwig
hgids-gedachte van onzen tijd.
J. H.
Bovenstaand brengen we een plaatje van de in den laatsten tijd weer
zoo vaak in binnen' en buitenland sche pers opduikende zeemonsters. Of
door dit plaatje hel beslaan dezer monsters aan zekerheid wint, mee-
nen we aan onze lezers te moeten overlaten.
JOHN POWETZ, DE OVERWINNAAR
DER COLORADO.
Dij den honderdsten geboortedag van
een groot avonturier.
Daar, waar in de Staat Arizona de
Colorado-rivier een scherpen bocht
mankt om dan in Noord-Oostelijke rich
ting naar de Golf van Californië te
stroomen, verheft zich het geweldige
rots-plateau van den Cran-Canon. In
deze dagen is dit een plaats, waar vele
Amerikaansche geographen, staatslie
den en politici hoentrekken om den
honderdsten geboortedag te herdenken
van den man, die als eerste deze ontoe
gankelijke rotswoestijn introk.
Majoor John i'owell bad iu den Ame-
iikaanschen burgeroorlog een arm ver-
looren en was daardoor gedwongen het
soldatenhcroep op te geven. Hij maakte
echter uit de nood een deugd en wijdde
zich aan zijn stokpaardje, de gcogra-
phie, die hij niet ais droge wetenschap
beschouwde, maar in al haar levende
vormen bestudeerde. De Gran Canon
had hem altijd al aangetrokken, omdat
geen mensch er nog in was doorgedron
gen. Daar in hel westen van Amerika,
in die streken, die vroeger bekend wa
ren als: het „wilde Westen", en die het
tooneel waren van alle bloedige gebeur
tenissen, daar verheft zich, midden op
de hoogvlakte een geweldig rotsmassief.
Over een afstand van bijna 350 K.M.
vindt men daar, top naast top, dal aan
dal. In dit fantastische landschap vindt
men bijna geen plantongroei, slechts
steenen en rotsen. Alleen do kleuren,
die de gloeiende zon van Arizona op de
verschillende steensoorten toovert, bren
gen levon in dit verstarde geheel. Plot
seling komt dan de zwervor aan een
stellen afgrond. Alleen al naar beneden
kijken is hier gevaarlijk. Ken steen, die
men hier omlaag gooit, valt 1800 M.
diep in de Colorado, die zich daar ver
beneden een weg baant door dit gewel
dige gebergte. De rivier stroomt met tal
looze wendingen, watervallen en stroom
versnellingen dwars door dit 850 K.M.
lange blok.
Toen Powell indertijd dit, tegenwoor
dig zoo beroemde, natuurwonder na
derde, waarschuwden du Indianen hem
ervoor om dezen kloof, die do zetel dor
(ioden zou zijn, te betreden. Hij waag
de het echter toch, ofschoon hij dikwijls
genoeg gevaar liep er met zijn leven
voor te moeton boeten. Maandenlang
doorkruiste hij dezen afgrond en dik-
w ijls was er geen andere mogelijkheid,
dan por boot do watervallen van de Co
lorado af te zakken. Tegenwoordig hoeft
men den tocht gemakkelijker gemaakt,
met het oog op het vreemdelingenver
keer. Een gedenkteeken echter, ter her
innering aan don in 1902 gestorven on
derzoeker der Gran Canon opgericht,
getuigt nog heden van de tijden, waarin
de tocht door dit ravijn voor een onge-
boord waagstuk gold.