Arrondissementsrechtbank te Alkmaar. Een Huwelijk Polder Callantsoog. MEERVOUDIGE SRAFKAMER. Zitting van Dinsdag 1 Mei. Egmon d-Binnen. JUSTITIEELE ENTRE-NOUTJES. Reeds geruimen tijd bevindt de 40-jarige landbewer^ ker Rens Str. zich in voorarrest, in verband met zijn minder loffelijke prestaties betreffende art. 247 strafrecht. Op 27 Maart werd een nader onderzoek gelast en heden bracht de heer Wiggers, verschanst achter gesloten deuren, rapport uit. Dit was ver van hoopvol en derhalve requireerde de officier 4 maan den gev. onvoorwaardelijk en ter beschiking stelling der regeering tegen dit waardelooze individu. .Venhuizen. EEN ONEERLIJK JOGGIE. De i8-jarige Franciscus Rembertus R. uit Venhui zen is op gebied van eerlijkheid niet bepaald 18-ka- raats, zelfs niet eens doublé. Althans, stond dit dom uitziende ventje terecht wegens 2 diefstalletjes. In de eerste plaats ontvreemdde hij uit het handtaschje der bevallige mej. C. Bruin, 'n logé uit Noordschar- woude, een gulden en voorts nam hij in November j.1. zijn eigen vader te grazen en uit de zak van va ders momenteel uit den dienst gestelden box 'n be drag van f 4.50. Het viel den vader wel hard te moe ten getuigen tegen zijn eigen zoon, maar het was in 't belang van den jongen. Mr. Windhaus, reclasseeringsambtenaar te Hoorn, die het geval had onderzocht achtte het nuttig indien de zondaar werd gesteld onder de hoede der ver- ecniging. De zwaarste bijz. voorwaarden waren welkom! De president opperde de mogelijkheid voor den jongeling 'n werkhuis te zoeken, zoodat we eerst daags wel een advertentie kunnen verwachten in dc Hoornsche Courant: Nette reclassant vraagt werk huizen. Het bleek voorts, dat deze kwajongen zich ook reeds mocht beroemen op een meisje! De Officier stond paf bij het vernemen van dit eclatante nieuw tje! In 't belang der paedagogie requireerde de Offi cier tegen dezen verloren zoon in spé, wiens geest vermogens niet tegenvallen, gelet op zijn minder intelligente facie. 4 maanden gev. voorvv. met drie proefjaren en civiel-rechterlijk onder toezichtstclling met als bijzondere conditie: Geen meisjes niet in Hoorn nóch elders! Mr. .Tos. Jitta, de verdediger, kon zich hiermede geheel vereenigen en refereerde zich aan het requi sitoir, dat juist zijn opinie weergaf. Castriciim Obdam. KNOEIERIJ MET BLOEMBOLLEN. Een bollenkweeker. de 43-jarige heer Wilh. Bern. R., te Castricum, had in dit vak een truc uitge haald, die hem op de zondaarsbank bracht. Hij deed het voorkomen of hij op 14 October 1933 te Obdam aan de bloembollencentrale had afgele verd een partij van 4784 kilogram bloembollen en had te dien einde een bewijs van inlevering val- schelijk opgemaakt en geteekend met den naam J. W. de Moei, terwijl hij wist dat deze inlevering, noodig om een tecltvergunning te krijgen, niet was geschied. In deze zaak, waarin de verdachte bollenman erkende, waren gedagvaard mr. Bijvoet, de presi dent der Bloembollencentrale te Haarlem, de heer J. A. Vernooij, garagehouder tte Bennebroek. die de bloembollen had vervoerd, maar niet afgeleverd, alsmede de controleur J. W. de Moei. De verdachte werd voorts juridisch bijgestaan als raadsman en verdediger door een advocaat, die zijn naam niet wilde noemen, omdat wij niet wenschten te vol doen aan zijn verzoek, naam en voornamen van verdachte uit de courant te houden, welke faciliteit alléén de redactie bevoegd is te verleenen. De heer de Moei herinnerde zich niets van het 1n- ïeveringsbilief, waarop zijn naam voorkwam. Hij schiint die bij voorbaat maar raak te teekenen! Laten wii er bij voegen, dat de verdachte .T. B. Roozen, zelf óók controleur en zelfs hoofdcontroleur was van de vereeniging ..Narcis". Hij had het valsche bi'iet. waamn reeds hij voor haaf den npam van de Moei voorkwam, mede ge teekend. Geld. beweerde bii. had hij er n;et voor ontvangen, doch in de stukken stond vermeld, dat dit bedrag was f 140. doch verdachte ontkende dat dit bedrag verband hield met de bewuste bollenle- verantie. De Officier releveerde, dat men hier een kiikfe gekregen had achter de srh°rmrn van een der crisis- controles en noemde de Officier liet een «chandaal. hoe ook hier weer door iemand, die zelf nog wel controleur was. fraude was gepleegd. De andere marionet was ook controleur en die teekende maar biüetten voor 't Vaderland weg. Het was een pronte schande en de Off»cier achtte het wel rnodtn. dat de nem daaraan de grootst mo gelijke publiciteit zou geven. FEÜTT. T. ETflN DOOR ETHEL M. DELL. Vertaald door Dicky Wafelbakker, 30. Toen ze aan het einde van een laantje een omge vallen hoom ontdekten, bleven ze weer staan. Eric ontdeed zich van zijn jas, spreidde deze voor haar uit en hoewel ze even protesteerde ging ze er toch zitten. Hij nam haar hand in de zijne en zei: „Marcia, ik moet je iets vragen. Dat heb ik zooeven al te kennen gegeven, herinner je je nog?" „Ja," zei ze zacht, en ze hield haar oogen naar den grond geslagen. „Ik wilde van je hooren of of ik eerlijk spel heb gespeeld?" Ze knikte zonder op te kijken. „Oh, ja. En het was niet té moeilijk, is het wel? Ik bedoel: je voelt je nu gelukkiger?" „Ik voel me gelukkig als jij er bent," zei hij. „En jij, Marcia? Kun je hetzelfde zeggen?" „Natuurlijk," zei ze. „Je bent zulk een goede vriend voor me." „Zou je me missen als ik wegging?" En eenvoudig en oprecht luidde het antwoord: „Ik zou je ontzettend missen." Hij nam haar hand weer in de zijne en legde die tegen zijn voorhoofd. „Marcia. zullen we elkander in de toekomst méér of minder zien?" Ze bewoog zich even zenuwachtig heen en weer. „Eric, ben je werkelijk van plan weg te gaan?" Hij antwoordde haar niet dadelijk. „Het een of het ander moet gebeuren," zei hij. „Het lijkt me toe thans op een dusdanigen voet met elkander te staan, dat afscheid nemen heel, heel moeilijk zal wezen." Marcia zweeg en het was alsof ze op iets wachtte wat noodwendig moest komen. „Dus je zoudt me werkelijk een beetje missen als ik wegging?" vroeg hij opnieuw. En weer antwoordde ze: „Ik zou je ontzettend mis In cause wilde da officier niet anders vorderen dan gevangenisstraf en requireerde 6 maanden tegen dezen onbetrouwbaren controleur, die ook als amb tenaar was te beschouwen. Hierop kreeg Mr. Groen, advocaat te Haarlem ge legenheid tot het houden van zijn pleitrede, doch waar deze jurist ons weigerde zijn naam te noe noemen, stelden wij onzerzijds geen prijs op het weergeven van zijn pleidooi. Pleiter ontkende dat het bewuste valsche stuk was bestemd om als be wijsmiddel te dienen en evenmin dat nadeel van be- teekenis kon ontstaan; concludeerde dus vrijspraak, subsidiair een voorw. stral op te leggen. DE PIEPERS WERDEN HEM TE PRAIZIG. De heer Syhrand Gijsbert B., dia te Nieuwe Nie- dorp het mooi gecombineerde bedrijf van caféhou der en winkelier uitoefent, had zich op stap hege ven, teneinde een partijtje schoolmeesters of eigen heimers te vervoeren, doch kwam hij aanhouding tot de ontstellende, ontdekking, dat hij het vervoer- biljet had vergeten. Natuurlijk ontkwam hij niet aan de steeds tot grijpen en vangen bereide hand der justitie en de Heldcrsche kantonrechter gaf hem heden f 20 boete of 10 dagen aan zijn plusfour. Zoo n laxeerpoeier was Sijbrand echter te kras, en kwam hij nu in Alkmaar bij de meervoudige strafkamer verzachting van het geneesmiddel zoeken. Tot dus ver echter zonder eenig merkbaar resultaat, aange zien dc officier geen lust toonde tot reductie cn be vestiging eischtc. Grootebroek. EEN MEERMALEN VOORKOMEND ZEDENEXCES De 46-jarige tuinder en weduwnaar Pieter \V\, wo nende te Grootebroek en thans gedetineerd, stond met gesloten deuren terecht wegens misdrijf art. 249 strafrecht, 'n buitensporigheid, waarover meer in de rechtzaal dan in de krant kan worden ge praat. Gevorderd werd 2 jaar gevangenisstraf. Mr. Prins was verdediger. Verwaarloozing van de polderbe- langen door de stemgerechtigden? De tnsschenkomst van het hoo- ger gezag inroepen! Vergadering van stemgerechtigde ingelanden op Woensdag 2 Mei, des morgens 11 uur, ten huize van den heer P. de Haan. Voorzitter de heer H. Kmisveld, secretaris de heet A. de Heer, penningmeester de hr. J. C. v. d. Plas. Naast het bestuur zijn een 15-tal stemgerechtigde ingelanden aanwezig. Na opening volgt lezing der notulen, die na een kleine wijziging worden vastgesteld, nadat ook de classificatie van diverse perceelen nog eens besproken was. Ged. Staten hadden goedgekeurd het besluit tot vaststelling der salarissen. Bij monde van den hoer Toes wordt door de com missie tot nazien der rekening over 1933 gerappor teerd, dat alles in uitstekende orde werd bevonden. De ontvangsten bedroegen f 8358.28, de uitgaven f7038.81, batig saldo f1319.47. Onder dit" saldo is nog altijd een bedrag van f 840,dat door den Prov. Wa terstaat niet wordt opgevorderd. Enkele stemmen gaan er op die meenen dat Waterstaat zeker geen recht heeft op het bedrag. Het. bedrag van achterstallige lasten was f341.55, aan erfpacht f8.72. De commissie merkte nog op dat een bedrag van f 112.05 aan den straatmaker niet door een rekening was gedekt. De Voorzitter licht toe dat een uurloon van 30 cent was gerekend. Het was een verzuim van spreker dat geen specificatie was overgelegd. De heer Mr. D. Brecbaart vraagt welke maatregelen door het Bestuur zullen worden getroffen om de a«h- terstallige losten binnen te krijgen. Z.i. zullen zoo streng mogelijke maatregelen getroffen dienen te wor den. De Voorzitter licht toe dat onder genoemd bedrag een klein bedrag is van achterstallige lasten van 1932, en die vorderingen zijn in handen van den deurwaar der. Voor de betaling der lasten dienst 1933 is door meerdere ingelanden uitstel gevraagd en door het Bestuur verleend tot 1 Mei. Die lasten beginnen nu binnen te komen en als in den loop van deze week niet betaald wordt, zullen aanmaningen worden ver zonden. De rekening wordt goedgekeurd. sen, Eric." „Ja, ik weet het nu," zei hij. „Het is voor mij echter 'n heel ander geval, je weet trouwens pre cies wat er in me omgaat. Maar jij jij die altijd aan anderen denkt jij, die nimmer rekening met jezelf houdt." Hij wachtte om daarna te vervolgen: „Je doet je best het feit over het hoofd te zien dat je zelf iets noodig hebt, en het mag niet zoo door gaan. Je offert je altijd op en als men jou je gang liet gaan dan zou ie sterven zonder zelf iets geëischt of gekregen te hebben." „Menschen gaan niet zoo gauw dood wanneer ze lichamelijk gezond zijn," zei ze peinzend. „Nee?" Hij stelde die vraag op bitteren toon. „Ben je dan voornemens op deze manier voort te blijven gaan?" „Ik weet het niet," zei ze, en haar lippen trilden. „Ik denk er liever niet over na. Er kan misschien wel een verandering komen, geloof je ook niet?" „Je familie zal zeer zeker niet veranderen, tenzij je zelf anders wordt. Luister eens goed naar me, Marcia: je bent vandaag aldoor met me samen ge weest en je was gelukkig. Ik hen er van overtuigd hoe je er niet in het minst naar verlangt straks naar je huis terug te gaan, en ik weet nok zeker dat nie mand je gemist heeft. Waar of niet?" Hij keek haar strak in de oogen. en haar hand lag nog steeds in de zijne. Ze wendde haar blikken niet af. maar even boog ze haar hoofd alsof ze een slag wilde afwenden. „Je hoeft me niet te antwoorden," zei hij. „Ik weet het wel." „Nee. wacht even." Er was een bijna bevelende klank in haar stem. „Je beschouwt de dingen vaak verkeerd, waar het mij betreft, Eric. Je hebt bijvoor beeld verschillende mogelijkheden over het hoofd ge zien. Je denkt er heelemnal niet aan dat ze me mis schien ééns nog werkelijk noodig kunnen hebben. F.n geloof ie nu waarlijk dat ik die kans voorbij zou laten gaan?" „Dus je gaat kalm door Jezelf op te offeren en op iets te wachten wat wel nooit gebeuren zal? Geloof je. Marcia. dat een dergelijke kans nog bestaat?" Hij zag den verdrietigen blik van haar mooie oogen. „Oh. Eric. oh. Eric," kreunde ze. Hij hoog zich dicht tot haar over en eensklaps legde hii ziin handen met een dwingend gebaar op haar schouders. „Ziet het nu toch eindelijk ëens helder onder de oogen. .Te moet bat bem-jjpen. je weet dat ik Jou 1 méér liefheb dan mezelf. Ik heb je noodig, zooals geen andere man jo ooit KING-pepermunt is door de origi- neele samenstelling niet alleen een heerlijke versnapering, maar tevens een weldadige medicijn- De begrooting van 1934. Bij dc postgewijze behandeling van de begrooting komt ter sprake het idee van het bestuur om de le vensverzekering voor Rregman af te koopen, nu in middels de pensioenregeling tot stand is gekomen. De jaarlijks te betalen premie bedraagt f 179.en het te ontvangen bedrag, bij afkoop der verzekering zal zijn f2190.—. Door den heer Toes wordt gevraagd of er op ge rekend wordt dat die f2190.voor de huishouding mogen worden gebruikt, of dat ze voor aankoop van Staatsschuld aangevoerd moeten worden. De Voorzitter deelt mede, dat de premie van f 179.— nog in de begrooting is opgenomen, maar of de f2190 voor de huishouding mag worden gebruikt, is niet zeker. De heer Van der Plas brengt hierbij ter sprake om de lasten niet te verhoogen, om daardoor bij Ged. Sta ten te kunnen aantoonen, dat de polder armlastig is en het bedrag voor de huishouding dus noodig heeft. De heer Mr. Brecbaart ontraadt om voor de vast stelling der lasten geen rekening te houden met het bedrag van f2190.Spr. zou dat een onjuiste finan- tieelc politiek achten en het zal moeilijk vallen om op deze wijze Ged. Staten te overtuigen van armlastig heid. Het resultaat der bespreking is, dat besloten wordt tot afkoop der verzekering, 't Zal dan naderhand wel blijken welke bestemming aan hei geld mag worden gegeven. Opnieuw komt ter sprake het door den polder ver schuldigde bedrag van f420.— aan den Prov. Water staat voor de zeewering. Op een vraag van de heer Toes deelt do Voorzitter mede, dat door het Bestuur gevraagd is vrij te mogen van deze betaling, doch antwoord is nog niet op die vraag ontvangen. Besloten wordt bericht op die vraag af te wachten. Voor grondwerk is een nieuwe post van f230.— uil getrokken en de Voorzitter deelt mede, dat het dc be doeling is het nollenland achter het terrein van het V.V.V. er bosch te egaliseercn voor terrein van zomer- wonigen. Het zal mogelijk zijn oen terrein te verkrij gen voor 30 zomerwoningen, elk perceel ter diepte van 40 meter, ter breedte van 20 meter. De erfpacht zou zijn 4 cent per M2. Voor werkverschaffing zal de gemeente 40 van de arbéidsloonen bijdragen. Door den heer Toes wordt gevraagd of de polder later niet verplicht zal zijn eeen weg te maken, doch de heer Breebaart oordeelt, dat de polder het een groene weg kan laten, evenals de gemeente dat doet. Ook de waterleiding en het electrisch licht zullen de a.s. bewoners der woningen zelf moeten zorgen. Met deze plannen van het Bestuur gaat de verga dering accoord. De begrooting sluit tot een bedrag van f 11059.60, met een nadeelig saldo van f23.42. Deze cijfers wor den verkregen als de lasten op f8 per H.A. worden gesteld. Blijven de lasten gelijk aan vorig jaar, dus f7.—, dan zou het nadeelig saldo ruim f70ü bedragen. De penningmeester, de heer Van der Plas. meent dat aan de hand van de rekening van 1933 het wel zal losloopen. Als in 1934 geboeru wordt als in 1933, zal er nog een overschot van f400 komen. Spr. acnt dus een verhooging van lasten nog niet noodig. De heer T. Mooij vindt ook, dat je in den tegen- woordigen tijd niet vooruit behoef te leven. De heer Mr. D. Breebaart wijst er echter op. dat regeeren is vooruitzien. Het voordeelig saldo van vorig jaar fs reeds in deze begrooting opgenomen. We hebben hei over de begrooting 1934, niet over de rekening 1933. En bij een lastenbetaling van f 8 is er reeds een niet kloppende begrooting en dat is ongehoord. Spr. oordeelt dat de penningmeester dan bij het opmaken van de begrooting met andere cij fers had moeten aankomen. De heer Van der Plas zegt, dat hij dit in het Be stuur heeft gedaan. De heer Mr. Breebaart zegt, dat de heer Van der Plas dan bij de betrekkelijke posten met andere cij fers had moeten komen, met de verklaring dat hij de lasten verlaagd wilde zien. De heer Van der Plas geeft toe, dat dat hij dat des noods had kunnen doen. De Voorzitter zegt, dat de begrooting zoo krap mo gelijk is opgezet. De heer Mr. Breebaart zegt. dat hij zich zelfs niet met deze begrooting kan vereenigen. De begrooting behoort kloppend te zijn, de lasten zullen dus nog met bijv. een kwartje verhoogd moeten worden. De heer Van der Plas stelt voor de polderlasten op f7.— vast te stellen, de begrooting zal dan met een tekort sluiten van f700. noodig kan hebben. En tegelijk weet ik dat je mij nog niet op dezelfde manier liefhebt als ik jou. Maar dat zal gebeuren, wanneer je eindelijk en ten laatste de dingen in het juiste daglicht kunt beschouwen. Je weet heel goed dat je nooit gelukkig met je echtge noot bent geweest en dit ook nooit zult kunnen wor den. En als je bij mij bent voel je je zoo blij en opgewekt als een kind. Waarom is dat? Heb je dit jezelf ooit afgevraagd?" Ze zat hem onbewegelijk aan te hooren en het leek alsof hij haar door hetgeen hij met nadruk zei kracht en moed gaf. Toen hij wachtte op haar antwoord, zei ze zonder eenige aarzeling: „Omdat we zulke goede vrienden zijn, Eric; vriendschap is iets kostbaars „Ja, iets heel kostbaars," herhaalde hij dof. „Nu ga ik je echter nog een andere vraag stellen, en ik verzoek je me er eerlijk en zonder omwegen op te antwoorden. Als ik jou vroeger had ontmoet had je dan met me willen trouwen?" Hij keek haar onafgebroken aan. Ze werd doods bleek en aarzelde. Toen heheerschte ze zich en zei: „Dat is een heel andere zaak. Hoe kan ik dat nu zeggen?" „Je moet het zeggen," drong hii aan. „Diep in je hart weet ie het niaar al te goed." Haar lippen begonnen te beven cn dit feit trachtte ze niet een glimlach te verbergen. „Nee. Eric. ik weet het werkelijk niet. Ik doe mijn uiterste best volkomen eerlijk tegenover je te wezen, ofschoon ik niet inzie welk nut het kan hebben. Ik wil je volstrekt niet verbergen dat ik heel wat des illusies heb gehad. Je nioet evenwel niet denken, dat ie me heelemaal kent, want vaak vraag ik nie af of ik dat zelf wel doe. Het is heel goed mogelijk, dat ik van mijn man indertijd een droombeeld maakte, doch door alles heen is dat beeld me nog zoo dier baar. Er moet iets als trouw in het leven bestaan, Eric, anders is er zoo hitter weinig over. Ta, als ik met jou getrouwd was, dan geloof ik wel dat we ge lukkig waren geworden. Het is erg moeilijk het pre cies te verklaren maar, ik had dan mijn droom niet gehad, de droom die me niettegenstaande alles zoo lief is geweest." „Een droom welke nimmer werkelijkheid zal wor den," zei hij langzaam en met nadruk. Ze haalde even heel diep adem. en eensklaps begon haar heele gezicht ie te trillen. Ze bedekte het met haar handen om ri't voor hem verborgen te houden. „Oh, zeg dat niet," fluisterde ze schor. ..Zeg dat niet Die mogelijkeid bestaat toch nog." Bij de Dc heer Mr. Breebaart zegt, dat als men den pol der aan den grond wil hebben, men het voorstel- Van der Plas moet aannemen. De heer Kooiman wijst er op, dat de ingelanden rare gezichten zullen zetten als volgend jaar de las ten weer met f2 verhoogd zouden moeten worden. Tót stemming overgaande, wordt het bestuurs voorstel verworpen, 7 stemmen voor dc lasten ad f8.—. terwijl 15 stemmen werden uitgebracht voor een lastenheffing van f7.en waarbij dus de be grooting een nadeelig saldo van ongeveer f700 zou aanwijzen. Verwaarloozing van de polderbelangen? De vraag wordt gesteld: Wat nu? De heer Mr. D. Breebaart zegt, dat tot zijn verbazing ook een paar leden van het bestuur tegen het bestuursvoorstel hebben gestemd. Als spreker den Voorzitter was zou hij zich - tot Ged. Staten wenden en vragen om hun tns schenkomst. Spr. zon het aangenomen voor stel niet uitvoeren, maar zich wenden tot het hooger gezag en er op wijzen, dat dit besluit Inhoudt een volkomen verwaarloozing van de belangen van den polder. De vergadering van stemgerechtigde ingelanden blijkt niet in staat den polder te besturen. Dc heer C. Baken, tot den lieer Breebaart: Ja, u be hoeft er niet aan mee te betalen! De hoer Mr. Breebaart zegt, zich onmiddellijk van die blaam te willen schoonwasschen. Dat is een per soonlijke aanval. Spr. zit hier om de belangen van den polder te behartigen en zou. ook al moest hij zelf in de polderlasten meebetalen, voor verhooging der lasten hebben gestemd. Dc heer T. Mooij vraagt, of de ingelanden dan hee lemaal niet meer voor bun opinie mogen uitkomen. De Voorzitter: Jullie maken een mivelijk figuur, post voor post wordt voorgelezen, en op geen enkelen post wordt aanmerking gemaakt. De heer T. Mooij zegt: Wij komen hier om te stemmen. De heer Van der Plas merkt op, dat het tekort denkbeeldig is. De Voorzitter zegt, dat hij zich het recht voorbehoudt Ged. Staten er op te wtjzen dat hij met deze begrooting niet kan huishouden. Besloten wordt tot verlenging der loopende reke ning met de Coop. Boerenleenbank te Schagerbrug. Op voorstel van het bestuur wordt besloten tot wij ziging en aanvulling van het ambtenarenreglement, alleen de heer Kruit stemde tegen. De rondvraag. De heer Mr. D. Breebaart geeft het bestuur in over weging zich tot het Werkfonds 193-4 te wonden met het verzoek om gelden beschikbaar te «tellen voor verbreeding en verbetering van den Oosterweg eq den Abbesteeérwcg. Zal gevolg aan worden gegeven. Ter sprake wordt gebracht een onvoldoendo wa tervoorziening. terwijl de heer T. Mooij verzoekt ook eens voor het rijden van losse vrachten in aanmer king te mogen konien. Hierna volgt sluiting. WINKEL. Burgerlijke Stand over de maand April 1934. Geboren: Abraham, zoon van Arien Molenaar en van Ariaantje Strijbis. Gehuwd: Jan Wagenaar. oud 26 jaar en Sipkje van der W'al, oud 23 jaar. Overleden: Geene. Vertrokken personen: Sipkje van der Wal, naar Workum; Hendrika Elzelina Klop naar Meppel; Jan Schot en gezin naar Schagen; Aaftje Hoek. tra Wed. Jb. v. d. Oord) naar Norg; Petrus van Lith naar Pur- inerend; Arie Krap en gezin naar Halfweg; Jacob Wijna naar Zuidseharwoude; Klaas Kaaij naar Anna Paulowna; Trijntje Hegman en Aafjc M. Koorn naar Schagen; Hendrik van der Wal en echtgenoote naar Callantsoog; Grietje dc I.eeuw en Casper 11. Geevers naar Amsterdam; Adriana Cornelia Kcrstcns naar Maastricht; Robertus Joliannes Brian cn gezin naar Amsterdam. Ingekomen personen: Ebele I.ap cn gezin van Nieuwe Niedorp; Hendrik de Vlugt van Medetnblik; Kornelis Gruben en gezin van Rhenen; Klaas Postma van Hoogwoud; Alida Kossen van Nieuwe Niedorp; Jan Bobeldijk van Berkhout; Neeltje Hoogland van Venhuizen; Cornelis de Wit cn gezin van Nieuwe Niedorp; Heinrich Johann de Wit, van Schoterlaud; Gerrit Roelof Couvert van Warder. laatste woorden klonk er een snik in haar keel, en hij trok haar zachtjes tegen zich aan. Ze verzette zich niet, en liet zich als een verdrietig kindje troosten. „Stil maar, kindje. Ik vind het afschuwelijk je pijn te doen, maar het moet wel. Je hebt zooveel noo dig en je krijgt zoo bitter weinig. Als je echter slechts datgene wilde nemen, wat binnen ie bereik ligt, Marcia als je dat maar wilde." Hij had zijn gezicht tegen het hare gedrukt en zijn armen lagen om haar schouders lieen. F.r was geener lei hartstocht in die aanraking, niets dan een tecdcr gebaar van troost. En ze leunde tegen hem aan en liet haar tranen den vrijen loop. „Ik kan het niet," kreunde ze. „Oh, ik wilde werkelijk dnt ik het kon." „Je begrijpt niet wat het leven werkelijk kan zijn." ging hij voort. „Als je echter op deze manier voort gaaf, zul Je het nimmer ontdekken, Marcia." „Ik weet het, ik weet het," antwoordde ze ver- - moeid. „Ik kan het nu eenmaal niet helpen. „En waarom niet, kindje?" Ze begon haar tranen te drogen en even later hief ze haar gezichtje op en keek hem aan. „Oh, Eric, wat zie je er verdrietig uit." „Ik heb diep medelijden met je." zei hij. „Ik kan ie niet zoo verdrietig zien. Jij hoe kunnen ze jou veronachtzamen. Marcia, lieveling, zou ie het niet niet mij willen probecron? Je weef dat ik me na dien éénen keer volkomen bchcerscht heb, nietwaar? Ik zal me nimmer meer laten gaan, voordat ik er heel zeker van hen dat jo er niet hoos of bedroefd om zult worden. Waarom moeten we beiden ongelukkig worden terwille van een man, die niets om je geeft?" Er was zulk een eigenaardige, sombere gloed in zijn oogen gekomen, dat Marcia haar hand op zijn arm legde om hem wat tot kalmte te brengen. „Maar Eric, wat kunnen we doen? Nee, wordt nu niet zoo hoos. Laten we eens kalm en logisch probec- ren te redeneeren. Je zult toch moeten toegeven dat een man niet altijd verliefd blijft op zijn vrouw." „Dat geef ik allerminst toe." protesteerde hii hef tig. .Als je nu precies wilt weten wat er gedaan kan worden, dan zal ik het je vertellen: ie moet weg gaan. Cirkel niet langer om een doode planeet, heen, maar proheer het in een andere richting. Misschien is het een armzalige vergelijking, doch ik denk wel dat je begrijpt wat ik bedoel." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 6